Van Rommelzaken Hobbeltie Qemeentezadeu. ^Buitenland £cutd: en Jum&oum NU HITLER REGEERT. GRAFT. Hij tijd van drie maanden met drie proefjaren. Het bleek echter dat hij niet voldeed aan zijn reclasseeringsverplichtingen en werd heden ten uitvoerlegging der voorwaardelijke straf gelast. ARREST GERECHTSHOF TE AMSTERDAM. Het gerechtshof te Amsterdam bevestigde het vonnis der Alkmaarsche rechtbank d.d. 22 Nov 1932, waarbij de heer Wijert D makelaar te Alkmaar, ter zake verduistering van ontvangen hypotheekrenten werd ver oordeeld tot 3 maanden gevangenisstraf. In de openbare vergadering van den raad dezer gemeente waren Maandag alle leden tegenwoordig. Eenige ingekomen stukken werden voor kennisgeving aangenomen. Door den minister was bericht gezonden inzake het toekennen van een subsidie in de uitgekeerde bedragen aan steun voor werk- looze-arbeiders over het tijdvak van 18-9- 1932 tot en met 31 December 1932. Door het Rijk werd een bijdrage verleend van 70 of wel 388.96. De voorzitter deelde terzake mede, dat hij verheugend is over de aan onze gemeente toe gekende bijdrage. Tevens gaf hij te kennen ook aan de provincie een bijdrage te vragen in de kosten van steunverleening. Een adres van het gemeentebestuur van Ambt-Hardenberg inzake het adheasie-betui- g;en aan een aan de Tweede Kamer der Sta- ten-Generaal verzonden adres inzake her schatting ongebouwde eigendommen der Grondbelasting. Alvorens tot behandeling van dit stuk over te gaan werd door den voor zitter mededeeling gedaan van een ingekomen schrijven van de Vereeniging van Neder!. Gemt. terzake adhaesie-betuigen door ge meentebesturen in het algemeen Dit schrij ven betoogt zonder de zelfstandigheid dtr gemeente aan te tasten in het algemeen dergelijke onderwerpen door middel van het bestuur der Ver. van Nederl. gemeenten ie doen geschieden. Na eenige besprekingen werd dan ook besloten het adres van Ambt- Hardenberg voor kennisgeving aan te nemen. Verzoek van den heer C. de Jong om ont heffing Hondenbelasting 1932 werd ver leend, idem. van wed. KI. Nat werd niet inge. willigd. Verzoek van de afd. West-Graftdijk van de S.D.A.P. om de Burgerlijke Armbesturen in de gemeente Graft op te heffen en te doen oprichten een inrichting voor maatschappe lijk hulpbetoon. Terzake deelde de voorzitter mede, dat het hem eenigszins bevreemdde, dat dit adres is binnengekomen, daar dit onderwerp door B. en W. reeds in studie is genomen. Gezien de voorbereidingen om over te gaan tot het op richten van een inrichting voor maatschap pelijk hulpbetoon zijn B. en W. voornemens met een ernstig in studie te nemen voorstel te komen. Vooral in de laatste vergadering van B en W. zijn over dit onderwerp algemeene J>e- schouwingen gehouden en is komen vast te staan: lo. dat B. en W. zich terzake niet moeten overhaasten 2o. een deugdelijk onderzoek te doen in stellen naar de herkomst der gelden van de Burgerl. Armbesturen, staande op het Grootb. N.S W. De beer Ton gaf ter zake te kennen, dat het niet verwondert, dat dit adres eenigszins B en W. zal hebben bevreemd. Doch om eenigen aandrang op het beleid uit te oefenen op B. en W. heeft de afd. West-Graftdijk van de S.D.A.P. gemeend daartoe te moeten over gaan. Hij achtte zich dan ook niet geheel in staat om het lidmaatschap van het Burgerlijk Arm bestuur te blijven handhaven, daar het voor hem zoo'n teere zaak is, dat vele werkwilligen om 1 of meer onderstand moeten komen vragen. De S.D.A.P. houdt nu eenmaal niet van een Burgerl. Armbestuur, doch doet steeds een beroep op de samenleving, waar allen in thuis hooren. De heer Koppen wenschte terzake het vol gende in het midden te brengen Spreker is met een voorstel om tot op richting van een inrichting voor maatschap pelijk hulpbetoon te doen overgaan reeds ge komen bij lo. begrooting dienst 1932; 2o.de instruc tie van den secretaris. Op zijn verzoek is daarin gekomen de toezegging van den gemeente-secretaris gedaan zich ook voor nevenfuncties beschikbaar te stellen. 3o. de begrooting dienst 1933 en in de vorige vergadering. Hij zou derhalve willen voorstellen lo over te gaan tot het benoemen van drie per sonen, leden van den raad, die naast B. en W. deze zaak in studie zullen nemen. Een lid van B. en W. zal voorzitter zijn van deze commissie. 2o. over te gaan om te besluiten tot het op heffen van de Burgerl. Armbesturen in gaande 1 Januari 1934 en het instellen van een inrichting voor maatschappelijk hulpbe toon. Spr. heeft de idee, dat de raad rijp is voor een zoodanige instelling, uitgezonderd de leden der R.K. fractie. Wanneer de raad tot het benoemen van een dergelijke commissie zal overgaan, zullen B. en W. van een deel van de vele werkzaam heden worden ontlast. De heer S. Heinis bracht in het midden, dat bij de afd. der S.D.A.P. terzake reeds be sprekingen waren omtrent dit onderwerp. Het vorig jaar heeft hij er ook over gesproken. De heer J. Chr. Heijnis vond de uitdruk king va ndr. Koppen wel wat bruut om te zeggen de R.K. fractie is er tegen. Een der gelijke uitlating verwonderde spreker. Daarna gaf de voorzitter een zeer duide lijke uiteenzetting van den gang van zaken Het zou hem niet prettig zijn indien thans de raad besloot over te gaan tot het instel len van een inrichting voor maatschappelijk hulpbetoon. Bijzondere aandacht heeft dit on derwerp reeds in B. en W. gehad, alwaar een zeer rijp beraad heeft plaats gehad. Op de meest kalme wijze is in B. en W dit onder werp onder de Ioupe genomen en het voor en tegen in het algemeen weerlegd. Wethouder Heijnis was niet tegen den naam van maatschappelijk hulpbetoon, doch wilde den meest voorzichtigen weg bewande len, gezien de financieele toestand der ge meente. Het laatste is ook te respecteeren, daar het financieel beleid veel vraagt, gezien de omstandigheden waar Graft in verkeert Spreker deelde terzake nog mede, dat in 1932 aan de Burgerl. Armbesturen alhier is uitgekeerd een bedrag van 2900 voor subsidies. Meer kan van onze gemeente dan ook niet worden gevraagd. Daarna merkte de neer J. C. Heinis nog iets op omtrent de gelden op het Grootboek N.W.S. Wat hiermee te doen? De heer J. Baauw merkte terzake op, dat het ook wel goed was de reglementen op de burgerlijk armbesturen te raadplegen, doch deze zijn zeer oud. De heer Koppen meende, dat hij niet met een omverhoopt voorstel uit de lucht kwam va'len, in 1932 (bij de begrooting enz.) heeft hij er op aangedrongen van B. en W. een voorstel te mogen ontvangen. Spreker wilde nogeens laten uitkomen, dat hij slechts de idee heeft, dat de R.K.-fractie er tegen is, doch is deze van andere ziens wijze, dan vindt hij dit nog prettiger. De heer Brouwer meende ook voorzichtiger te moeten zijn. Laten B. en W. nu met een voorstel komen, dan kunnen we alles eens goed onder de oogen zien. De heer C. Jongkind meende, dat toch reke ning moet worden gehouden met de gelden toebehoorende aan de Burgerl. Armbesturen Een onderzoek is gewenscht. De heer J. Chr. Hijnis vond het een te groote instelling voor een plaats van ruim 1100 zielen. Na eenige verdere discussie werd besloten, dat B. en W. in de eerstvolgende vergaderin gen met een voorstel zullen komen, terwijl de heer Koppen van zijn voorstellen afzag. Het verzoek van den heer A. van Leijen in zake tegemoetkoming in de kosten van veer gelden voor een schoolgaand kind werd voor kennisgeving aangenomen, terwijl het verzoek van den heer KI. Renooij te West- Graftdijk om een belöoning te geven van 30 in plaats van 10 voor den grafdelver werd aangenomen, onder voorwaarde, dat Renooij de begraafplaats te West-Graftdijk schoon maakt en het grasgewas op tijd afmaait. Daarna wero in behandeling genomen het voorstel van B. en W. tot organisatie van de brandweer. Er werd ingesteld een brandraad van negen personen en tot commandant zal w rden aangewezen de gemeente-opzichter ter. Verder zullen personen worden aange wezen, die zich bij voorkomende branden disponibel stellen voor een vergoeding van 0.50 per uur voor daguren en 0.75 voor nachturen. Verzoeken van de heeren A. Leguit en J. Siekman te De Rijp om bouwterrein in erf pacht werden goedgekeurd. De voorgestelde wijziging begrooting dienst 1932 werd aangenomen en goedge- keur door den raad. Tevens werd besloten de jaarwedde van den gemeente-veldwachter alhier tijdelijk te korten met een bedrag van 100 per jaar. De voorzitter deelde terzake mede, dat hij met de betrokken organisatie overleg heeft gepleegd. Het uitgebrachte advies is afwij zend. Wanneer de raad besluit over te gaan tot het tijdelijk verminderen der wedde van den gemeente-veldwachter zal dit besluit aan de Kroon ter goedkeuring moeten wor den ingezonden. Aldus werd na eenige dis cussie besloten, zoodat de Kroon zal uitma ken welk bedrag door de gemeente van de wedde van den veldwachter zal moeten wor den ingehouden met ingang van 1 Januari 1933. Daarna werd overgegaan tot de rondvraag, waarbij de heer S. Heinis naar voren bracht den toestand van de begraafplaats te West- Graftdijk. (Van onzen Berlijnschen correspondent.) Wie in deze historische dagen een Berlijn- sche correspondentie wil opstellen, behoeft niet naar stof te zoeken. Er is maar één on derwerp, waarvan alle Duitsche monden vol zijn, alle Duitsche harten overloopen: de „nationale revolutie". Natuurlijk mag men dat overloopen der harten niet generaliseeren. Ongeveer de helft van alle volwassen Duit schers voelt weinig of in het geheel niet voor de ingrijpende veranderingen, die de laatste weken met het geweld van een lawine op Duitschland neergestort zijn. Van deze helft is wederom de helft in heftigste oppositie, en de overigen zullen hoogstens bereid blijken, een welwillende houding jegens de nieuwe heerschers aan te nemen, tactisch welwillend, wel te begrijpen, zonder innerlijke sympathie. En gaan we op de dingen even dieper in, dan zien we, dat ondanks alle meer dan levens groot-geestdriftige gedoe naar buiten zelfs in de massa der nationale revolutionnairen twee groepen: de Hitleranen en de Papisten, dui delijk te herkennen zijn. Geen toeval, dat Adolf Hitier rijkskanselier, Franz von Pa pen, rijks-vice-kanselier is, en dat rijkspres; dent Von Hindenburg deze heeren slechts ge meenschappelijk in audiëntie ontvangt. Waar bij men mag aannemen, dat hij naar de rap porten van den heer Hitier met ongeveinsde belangstelling, naar die van den heer Von Papen met oprechte waardeering luistert. Dat deel van het Duitsche volk, dat, door de lawine gedwongen, het heft in handen ge nomen heeft, ziet zich voor een verantwoorde lijkheid van ongehoorde afmetingen gesteld. Ik bedoel daarmee niet het leiding geven aan de „nationale revolutie'', wat voor de nieuwe ministers niet al te moeilijk is, daar de om vang der overwinning eiken tegenstand tot nader order gebroken heeft. Maar ik meen de naaste toekomst, nadat de roes dezer overwinning zal zijn uitgeslapen. Er zijn voor de nieuwe regeering en voor den nieu wen koers gevaren in aantocht, over welke zeer verstandige politici als vice-kanselier Von Papen (en waarschijnlijk ook de ten slotte zeer ernstig nadenkende en tot toena dering steeds geneigde Rijkskanselier Hitier) op het ocgenblik reeds vol ernstige zorgen zijn. Deze gevaren zijn: de verhouding tot hef buitenland, zoowel op algemeen politiek als op economisch gebiea; de neiging van het nationaal-socialisme tot absolute, ook geeste- lijk-cultureele dictatuur; de onderdrukking van een nationale oppositie. Wat de verhouding van Duitschland, het nieuwe Duitschland, tot het buitenland be treft, weet elke krantenlezer, hoe de dingen er op het oogenblik voorstaan. Oppervlakkige medestrijders heeft het nationalistische Duitschland voorloopig slechts in Rome en in Boedapest, waarbij nog zeer de vraag is. of de steun van Italië op werkelijke en duur zame sympathie berust en niet van Parijs ui' aan koersveranderingen onderhevig kan blij ken. Maar zulke beschouwingen gaan natuur lijk het kader van Berlijnsche brieven te bui ten, waarom we het ook, ter wille van de vol ledigheid, bij een korte vermelding laten wil len. De verhouding tot de beide andere groe pen, noemen we ze de „neutrale" en de „vijandige" varieert op het oogenblik tus- schen directe vijandschap (ik reken hiertoe o.a. den scherpen handelsoorlog tusschen Duitschland en de Tsjecho-Slowakische Republiek) en een zekere koele welwillend heid, die elke gebeurtenis op zichzelf beoor deelt, gelijk dat met de Vereenigde Staten van Noord-Amerika het geval is. Waar Neder lands plaats in deze groote reeks is, laat ik aan de beoordeeling van den lezer over. Men weet in Berlijnsche regeeringskrin- gen even goed als wij, dat al deze varianten van buitenlandsche gezindheid meer of min der afhankelijk zijn van de wijze waarop in Duitschland zich de binnenlandsche overwin naar jegens den binnenlandschen overwon nene gedraagt. Niemand minder dan vice- kanselier Von Papen heeft nog gisteren op de groote moreele en historische beteekenis van zulk een houding voor de beoordeeling door de geheele menschheid in uitstekende bewoor dingen gewezen. En ook rijkskanselier Hitier heeft herhaaldelijk onderstreept, dat de over winning der nationaal-socialisten groot ge noeg is om het den overwinnaars gemakkelijk te maken, elke neiging tot binnenlandsche revanche uit gevoelens van haat voortgeko men, te onderdrukken. Dat zulke waarschuwingen noodig zijn, be wijst het feit, dat ze in het tegenwoordig sta dium door de allerhoogste leiders der nieu we rijks regeering worden uitgesproken. Ze zijn wel zeer duidelijk gericht tot breede nationalistische kringen van jeugdige heet hoofden in den lande, en zullen ook op fana tici in de niet te verre omgeving van de regee ring zelf haar indruk niet gemist hebben. Vrijwel het geheele buitenland zal ont stemd zijn door handelingen, die in het nieu we Duitschland onmiskenbaar tegen de Joden gericht zijn. We willen hier uitdrukkelijk tegen overdrijving en tegen leugenachtige tendenz-berichten waarschuwen. Met de be ruchte progromstemmingen, die voor den oorlog Rusland en na den oorlog Polen inter nationaal in opspraak gebracht hebben, heeft de situatie in Duitschland niet het minste te doen. Het is juist, dat de nationaal-socialis- ische partij veertien jaren lang haar ter. slotte onstuimig toenemende succes voor een deel aan anti-semitische propaganda te dan ken gehad heeft. Natuurlijk is zulk een pro paganda van algemeen menscheliik stand punt absoluut verwerpelijk. Maar men mag, wil men eerlijk blijven, niet nalaten, naar ver klaringen voor deze stroomingen zoeken, en komt dan voor Duitschland tot het resul taat, dat vele goeden helaas voor weinige kwaden lijden moeten. De volkomen geassi mileerde Duitsche Joden zijn steeds de eer sten geweest, die zich in hooge mate geërgerd hebben over het onsympathieke en uitdagend- opdringerige optreden van na den oorlog uit Oost-Europa binnengedrongen, die moreele en commercieele praktijken medegebracht hebben, welke tot de diep-treurige schandaal processen hebben geleid, waaraan namen als Barmat, Helpzand, Sklarz, Sklarek en con sorten verbonden zijn. De intieme vriend schap van zulke „chevaüers d'industrie" met voormannen der Duitsche sociaalndemocratie heeft de woede van rechtsche volkskringen natuurlijk nog aangewakkerd. Stellig is 't Duitsche anti-semitisme steeds tegen zulke onwaardige elementen en niet tegen Jood- sche ex-frontsoldaten, geleerden, kunste naars, enz. gericht geweest. Dat in deze dagen van revolutionnaire omwenteling ge generaliseerd wordt en dat daaronder Joden van groote verdienste te lijden hebben, is hoogst betreurenswaardig. Vindt echter ook niet de goedkeuring van al die nationale Duitsche kringen, die achter een nobele per soonlijkheid als vice-kanselier Von Papen staan. Een gevaar noemde ik ook de neiging van het nationaal-socialisme tot absolute, ook geestelijk-cultureele dictatuur. Ik dacht daar bij in de eerste plaats aan de oprichting van een nieuw ministerie voor propaganda en nationale voorlichting, dat onder leiding van den 36-jarigen dr. Joseph Goebbels, een van Hitler's intiemste medewerkers staat. Deze minister Goebbels is een veelzijdig en zeer talentvol man. Men mag gerust zeggen, dat een belangrijk deel van het succes der natio- naal-socialistische beweging voor zijn reke- ning komt. Hij is nu echter een soort cultu- reele dictator geworden en men zou van hem kunnen zeggen: Am Göbbelschen Wesen Soll das Volk genesen! Het is daarom van beteekenis, zich af te vragen, wie dr. Goebbels is en welke bevoegd heden hij heden bezit. Hij heeft er nooit doek jes om gewonden, dat hij alles haat met diep- sten haat, wat Joodsch is. Dat heeft hij in honderd en meer hoofdartikelen in het blad „Der Angriff", waarvan hij nog heden de uitgever is, zelf bevestigd. Blijft hij conse quent, dan zal hij al zijn invloed gebruiken om het Duitsche cultureele leven van wat hij als Joodsche invloeden beschouwt, te „zui veren". Wij zien reeds, dat den dag na zijn benoeming de wereldberoemde dirigent prof. Bruno Walter, die Jood is, zijn concerten me: het Gewandhaus-Orkest in Leipzig en met de Philharmonie in Berlijn op last van minister Goebbels moet afzeggen. Er zal wel spoedig een tijd komen, waarin Duitschland het zon der Joodsche schrijvers, tooneelspelers en mu- sici zal moeten stellen. Waarbij te constate ren is, dat deze kunstenaars verreweg het meeste talent toonden (denken we aan tooneel- en filmwereld, waar de Duitsche, Oosten rij ksche, Hongaarsche en Russische Joden terecht den boventoon voerden) en dus ook verdienden, dat ze de eerste plaatsen be zet hielden. Al is niet te ontkennen, dat on derlinge protectie nog al eens gelijkwaardige niet-Jocdsche krachteii op den achtergrond gehouden heeft. Maar al zal men nog zooveel „oer-Duitsche"artisten het werk opdragen, dat nu wel zal vrij komen, een zeer bijzonder element van hooge zuiver kunst zal in Duitschland gaan ontbreken. Het Berlijnsche tooneel vooral, dat door den Joodschen genia- len regisseur Max Reinhardt tientallen jaren wereldroem bezat, zal heel wat moeten doen om als men ook hem het leven hier onaan genaam maakt nog een attractie van wereldbeteekenis te blijven! Op het gevaar van onderdrukking der nationale oppositie heeft vooral rijks-vice-kan selier Von Papen herhaaldelijk en met nadruk gewezen. De slaafsche wijze, waarop de Hitlerbeweging het Italiaansch fascisme volgt, wettigt de vrees, dat we h:er binnen kort een fascistisch Duitschland in opttma forma zullen gaan beleven. De goede zijde zal zijn, dat een opbloei volgt van alles wat nationaal is (al kunnen we daarin wat han del en nijverheid betreft hoogstens algemeene verarming en geen voordeel zijn). Maar een verhinderen van oppositie ware „licht" zon der „schaduw", iets dat ten doode opgeschre ven is, een vegeteeren, omdat men op den duur toch niet eeuwig hoera roepen, militaire marschen spelen en elkaar zoo voortreffelijk vinden kan. Nog geheel afgezien van de gevaren, die dreigen, als op tallooze beloften te weinig resultaten volgen, ware het vooruitzicht, nim mer meer iets anders te lezen en te hooren dan lof voor de regeering, allerminst aan lokkelijk en ten slotte een bedreiging van den Staat. Dat zullen de verstandige elementen in de machtsposities toch zeker wel inzien, voordat op de opleving van heden de inzinking van morgen volgt? OUDKARSPEL. Dinsdag werd de jaarvergadering ge houden der tuinbouwvereeniging „De Een dracht" ten huize van den heer C. Vis alhier. De voorzitter, de heer Jb. de Boer, deelde mede, dat het medebestuurslid Swager thans aan de beterende hand is en hoopte dat het in deze richting voort zal blijven gaan. Nog werden door spreker de slechte tijds omstandigheden gememoreerd. Spr. wilde nog even stil staan bij de baggerregeling. Hiervan is in deze gemeente op ergerlijke wijze misbruik gemaakt. Het baggeren is voor de kleine tuinders onderling stop gezet. Nu passeerde de steunregeling van de re geering de revue. Van de uitgetrokken 5 mil- iioen is de helft uitgekeerd. Zeer binnenkort zal de tweede helft uitgekeerd worden. Nog riep de voorzitter de clementie in voor hen, die met deze regeling belast zijn. waar hier aan veel werk is en ook voor' de regeling 1933 staat weer veel werk voor de deur. De voorzitter sprak zijn spijt uit over het bedanken van den heer Borst en deelde mede, dat de poterbewaarplaats voor het drogen van bloembollen in orde gemaakt wordt in hoofdzaak dooi de bollenbouwers zelf. Hierna volgde het jaar- en het financieel verslag. Drie algemeene- en 6 bestuursvergaderin gen werden gehouden; de vereeniging telt 220 leden, 560 snees werd er gesproeid. Door de coöperatieve aankocpvereeniging werden 38200 kilo grove en 25000 kilo fijne anthraciet geleverd. De ontvangsten zijn 617.48. de uitgaven 615.39, alzoo is er een saldo van f 2.09. De ontvangsten van de poterbewaarpiaats zijn f415.10. Nog te vorderen van omslag enz. 1297.65, de uitgaven 807.06. Bij monde van den heer Leegwater werd geadviseerd tot goedkeuring. Tot kasnazieners voor het jaar werden be noemd de heeren D. Borst, Jn. Kramer Pz. en W. van Hout. Mededeelingen omtrent den aankoop van kunstmest. Deze maand is 50000 K G kunstmest ge leverd, dit is 25000 K G minder dan verleden jaar, daar er thans nog 5000 K G voor Dirks- horn zijn. Bij het kwantum van het vorige jaar was 70000 K G. Dit jaar waren er 31 inschrijvingen het vorige jaar 40. Alles is door het N.V. Landbouwkantoor geleverd. Nog werd er op gewezen dat zij die buiten de aankoopcommissie om gaan, niet ver zekerd zijn van het gehalte. De boycot-Haytema werd besproken. Door het bestuur van „De Eendracht" was nog maals de zaak goed onderzocht en besoroken. zet- op- Bij den boycot werd gebleven De heeren P. Wijn. A Swager en Jb de Boer waren afgevaardigden naar de verea dermg van den Noordermarktbond Nog werd medegedeeld, Jat Woenwla?- avond ontsmetting van koolzaad ook voor wortelzaad, haver en uienzaad kan word™ ontsmet op nader te bepalen datum Nog werd gelegenheid ggeven wortrizaad en bloemkoolzaad te bestellen. Hierna volgde bespreking, regeling kool, wat tot aller tevredenheid werd gelost. Tot aardappelsproeier werd. in de piaata van C. de Boer wegens vertrek de heer G Ameling benoemd. Besloten werd den beschrijvingsbrief voor de algemeene vergadering in een aparte leden- vergadering te behandelen en dan de afg©. vaardigde te benoemen. In plaats van de heer C. Borst Pz. werd is heer W, Jonker Dz. in het bestuur gel kozen. Door het bestuur van „De Eendracht" werd een voorstel voor den beschrijvings brief voorgedragen. De aanvoerregeUng leverde nogal be sprekingen op. Nogmaals werd het punt aftreden volgen» rooster van de bestuursleden naar den Noor dermarktbond besDroken De heer J. de Boer is aan de beurt van af treden. Gekozen werd de heer Jb. de Boer met 51 stemmen Als plaatsvervangend be- stuurslid in de Noordermarkt komt inplaats van de heer A. Swager de heer V. Kaan. Hierna volgde de rondvraag, waar zich een a-tal personen voor opgaven. De heer L. Kalverdijk bepleitte, gezien de tijdsomstandigheid, salarisvermindering, vooral voor den sec -penningmeester. Door den heer Kaan werd de sec -penning meester gevraagd of deze zelf ook hierover iets wilde zeggen. Deze wilde weer op het oude salaris terug gaan. Door nog eenige besprekingen werd de secretaris eenigszins teleurgesteld in zijn goede bedoelingen en hij gaf den wensch te kennen te bedanxen. De heer C. Borst dankte de vergadering voor het volle vertrouwen in hem gesteld tijdens zijn zitting in het bestuur. De heer Jn. Hink verzocht den kweekers van bollen, om hun afgesneden bloemen niet in 't water te werpen, waardoor vuur in de bollen komt. De heer Jn. Kalverdijk bracht de bagger regeling in bespreking De burgemeester gaf hierop eenige toe lichting. en zeide in deze niets meer te kunnen doen. Dit moet door de organisatie gedaan worden. Hierna volgde een tamelijk heftig debat. Door den voorzitter werd voorgesteld dat een paar der bestuurs'ed^n van ..De Een dracht" zich in verbinding stellen met de Heidemaatschappij om weer tot de bagger regeling te komen welke nog tot 15 April zal werken. We zullen hopen hier een gunstig antwoord op te krijgen, want zoo dit niet het geval is, is ook de steun voor dit verkregen werk weer verloren en die kan toch zoo noode gemist worden. Door den burgemeester werd nog geme moreerd, dat getracht wordt werklooze tuin bon warbeiders naar den Wieringermcer te doen gaan. Hiertegen is door hem in een vergadering in Hoorn gepleit Wat moet hier dan de tuinbouwer, er is hier werk ge noeg. Waarom niet met steun de menschen in hun eigen omgeving aangehouden? We moeten hier met elkaar strijden om te komen tot een beteren tijd. Nog werd gevraagd of het niet op den weg 'igt van de tuinbouw vent nigingen om een Algemeene Tuinbouwschool te stichten in n'aats van een christelijke. Na nog enkele vragen beantwoord te hebben sloot de voorzitter de vergadering. LANGENDIJK. In een dezer dagen gehouden vergadfr ring van de Besturen van den R- K. Land en Tuinbouwbond, den Cbristelijken Boe ren- en Tuindersbond en den Neutralen Bond van Boeren, Land- en Tuinbouwers zijn verschillende besprekingen gehouden met het doel de gemeenschappelijke 'belan gen hunner leden te behartigen. Zoo werden besprekingen gevoerd over de vraag, of het niet mogelijk was, de rente van geleende gelden verlaagd te krijgen. Algemeen was men het over de noodzakelijkheid van rente verlaging eens. Daarbij kwam naar Jorea de beteekenis van de Pachtwet-Ebels, die u» het belang is van tuinders en boeren, door dien pachtverlaging mogelijk w°rcR De 1 potheekboeren, die wel een eigen bedrijf neo- ben, doch meer of minder zwaar belast met hypotheek, profiteeren van die wet niet, ter wijl de last, die in den vorm van rente moe worden gedragen, niet vermindert bij niet verlagen van den rentevoet. Het gewenscht geoordeeld, dat in dien geegt pw 153. Daar was mijnheer opgestaan en kwam warempel naar Jan staan luisteren. Hij voegde zich bij de kinderen en plotseling begon hij op 154, Toch waren er altijd menschen voor den gek wilden houden, wat hee en» niet aardig was. Daar had je Wl bijvoor Die dacht zien di) ae Kinaeren en plotseling begon ni) op mei aaraig was. Liaar nau de maat mee te dansen. Op die manier werd den koksmaat van de boot. Jan, evenals overal, de vriend van iedereen. 's middags eens een lekker soepje te geve gal hem in de soep wat enkele beentje*.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 6