Van Rommelzaken Hobbeltie
Qemeentezadeu.
^Buitenland
£cutd: en Jum&oum
NU HITLER REGEERT.
GRAFT.
Hij
tijd van drie maanden met drie proefjaren.
Het bleek echter dat hij niet voldeed aan zijn
reclasseeringsverplichtingen en werd heden
ten uitvoerlegging der voorwaardelijke straf
gelast.
ARREST GERECHTSHOF TE
AMSTERDAM.
Het gerechtshof te Amsterdam bevestigde
het vonnis der Alkmaarsche rechtbank d.d.
22 Nov 1932, waarbij de heer Wijert D
makelaar te Alkmaar, ter zake verduistering
van ontvangen hypotheekrenten werd ver
oordeeld tot 3 maanden gevangenisstraf.
In de openbare vergadering van den
raad dezer gemeente waren Maandag alle
leden tegenwoordig.
Eenige ingekomen stukken werden voor
kennisgeving aangenomen.
Door den minister was bericht gezonden
inzake het toekennen van een subsidie in de
uitgekeerde bedragen aan steun voor werk-
looze-arbeiders over het tijdvak van 18-9-
1932 tot en met 31 December 1932. Door het
Rijk werd een bijdrage verleend van 70
of wel 388.96.
De voorzitter deelde terzake mede, dat hij
verheugend is over de aan onze gemeente toe
gekende bijdrage. Tevens gaf hij te kennen
ook aan de provincie een bijdrage te vragen
in de kosten van steunverleening.
Een adres van het gemeentebestuur van
Ambt-Hardenberg inzake het adheasie-betui-
g;en aan een aan de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal verzonden adres inzake her
schatting ongebouwde eigendommen der
Grondbelasting. Alvorens tot behandeling
van dit stuk over te gaan werd door den voor
zitter mededeeling gedaan van een ingekomen
schrijven van de Vereeniging van Neder!.
Gemt. terzake adhaesie-betuigen door ge
meentebesturen in het algemeen Dit schrij
ven betoogt zonder de zelfstandigheid dtr
gemeente aan te tasten in het algemeen
dergelijke onderwerpen door middel van het
bestuur der Ver. van Nederl. gemeenten ie
doen geschieden. Na eenige besprekingen
werd dan ook besloten het adres van Ambt-
Hardenberg voor kennisgeving aan te
nemen.
Verzoek van den heer C. de Jong om ont
heffing Hondenbelasting 1932 werd ver
leend, idem. van wed. KI. Nat werd niet inge.
willigd.
Verzoek van de afd. West-Graftdijk van de
S.D.A.P. om de Burgerlijke Armbesturen in
de gemeente Graft op te heffen en te doen
oprichten een inrichting voor maatschappe
lijk hulpbetoon.
Terzake deelde de voorzitter mede, dat het
hem eenigszins bevreemdde, dat dit adres is
binnengekomen, daar dit onderwerp door B.
en W. reeds in studie is genomen. Gezien de
voorbereidingen om over te gaan tot het op
richten van een inrichting voor maatschap
pelijk hulpbetoon zijn B. en W. voornemens
met een ernstig in studie te nemen voorstel te
komen.
Vooral in de laatste vergadering van B
en W. zijn over dit onderwerp algemeene J>e-
schouwingen gehouden en is komen vast te
staan:
lo. dat B. en W. zich terzake niet moeten
overhaasten
2o. een deugdelijk onderzoek te doen in
stellen naar de herkomst der gelden van de
Burgerl. Armbesturen, staande op het
Grootb. N.S W.
De beer Ton gaf ter zake te kennen, dat het
niet verwondert, dat dit adres eenigszins B
en W. zal hebben bevreemd. Doch om eenigen
aandrang op het beleid uit te oefenen op B.
en W. heeft de afd. West-Graftdijk van de
S.D.A.P. gemeend daartoe te moeten over
gaan.
Hij achtte zich dan ook niet geheel in staat
om het lidmaatschap van het Burgerlijk Arm
bestuur te blijven handhaven, daar het voor
hem zoo'n teere zaak is, dat vele werkwilligen
om 1 of meer onderstand moeten komen
vragen. De S.D.A.P. houdt nu eenmaal niet
van een Burgerl. Armbestuur, doch doet
steeds een beroep op de samenleving, waar
allen in thuis hooren.
De heer Koppen wenschte terzake het vol
gende in het midden te brengen
Spreker is met een voorstel om tot op
richting van een inrichting voor maatschap
pelijk hulpbetoon te doen overgaan reeds ge
komen bij
lo. begrooting dienst 1932; 2o.de instruc
tie van den secretaris. Op zijn verzoek is
daarin gekomen de toezegging van
den gemeente-secretaris gedaan zich ook
voor nevenfuncties beschikbaar te stellen.
3o. de begrooting dienst 1933 en in de
vorige vergadering.
Hij zou derhalve willen voorstellen lo
over te gaan tot het benoemen van drie per
sonen, leden van den raad, die naast B. en
W. deze zaak in studie zullen nemen. Een lid
van B. en W. zal voorzitter zijn van deze
commissie.
2o. over te gaan om te besluiten tot het op
heffen van de Burgerl. Armbesturen in
gaande 1 Januari 1934 en het instellen van
een inrichting voor maatschappelijk hulpbe
toon.
Spr. heeft de idee, dat de raad rijp is voor
een zoodanige instelling, uitgezonderd de
leden der R.K. fractie.
Wanneer de raad tot het benoemen van een
dergelijke commissie zal overgaan, zullen B.
en W. van een deel van de vele werkzaam
heden worden ontlast.
De heer S. Heinis bracht in het midden,
dat bij de afd. der S.D.A.P. terzake reeds be
sprekingen waren omtrent dit onderwerp. Het
vorig jaar heeft hij er ook over gesproken.
De heer J. Chr. Heijnis vond de uitdruk
king va ndr. Koppen wel wat bruut om te
zeggen de R.K. fractie is er tegen. Een der
gelijke uitlating verwonderde spreker.
Daarna gaf de voorzitter een zeer duide
lijke uiteenzetting van den gang van zaken
Het zou hem niet prettig zijn indien thans
de raad besloot over te gaan tot het instel
len van een inrichting voor maatschappelijk
hulpbetoon. Bijzondere aandacht heeft dit on
derwerp reeds in B. en W. gehad, alwaar een
zeer rijp beraad heeft plaats gehad. Op de
meest kalme wijze is in B. en W dit onder
werp onder de Ioupe genomen en het voor en
tegen in het algemeen weerlegd.
Wethouder Heijnis was niet tegen den
naam van maatschappelijk hulpbetoon, doch
wilde den meest voorzichtigen weg bewande
len, gezien de financieele toestand der ge
meente. Het laatste is ook te respecteeren,
daar het financieel beleid veel vraagt, gezien
de omstandigheden waar Graft in verkeert
Spreker deelde terzake nog mede, dat in
1932 aan de Burgerl. Armbesturen alhier
is uitgekeerd een bedrag van 2900
voor subsidies. Meer kan van onze gemeente
dan ook niet worden gevraagd.
Daarna merkte de neer J. C. Heinis nog
iets op omtrent de gelden op het Grootboek
N.W.S. Wat hiermee te doen?
De heer J. Baauw merkte terzake op, dat
het ook wel goed was de reglementen op de
burgerlijk armbesturen te raadplegen, doch
deze zijn zeer oud.
De heer Koppen meende, dat hij niet met
een omverhoopt voorstel uit de lucht kwam
va'len, in 1932 (bij de begrooting enz.) heeft
hij er op aangedrongen van B. en W. een
voorstel te mogen ontvangen.
Spreker wilde nogeens laten uitkomen, dat
hij slechts de idee heeft, dat de R.K.-fractie
er tegen is, doch is deze van andere ziens
wijze, dan vindt hij dit nog prettiger.
De heer Brouwer meende ook voorzichtiger
te moeten zijn. Laten B. en W. nu met een
voorstel komen, dan kunnen we alles eens
goed onder de oogen zien.
De heer C. Jongkind meende, dat toch reke
ning moet worden gehouden met de gelden
toebehoorende aan de Burgerl. Armbesturen
Een onderzoek is gewenscht.
De heer J. Chr. Hijnis vond het een te
groote instelling voor een plaats van ruim
1100 zielen.
Na eenige verdere discussie werd besloten,
dat B. en W. in de eerstvolgende vergaderin
gen met een voorstel zullen komen, terwijl de
heer Koppen van zijn voorstellen afzag.
Het verzoek van den heer A. van Leijen in
zake tegemoetkoming in de kosten van veer
gelden voor een schoolgaand kind werd voor
kennisgeving aangenomen, terwijl het
verzoek van den heer KI. Renooij te West-
Graftdijk om een belöoning te geven van 30
in plaats van 10 voor den grafdelver werd
aangenomen, onder voorwaarde, dat Renooij
de begraafplaats te West-Graftdijk schoon
maakt en het grasgewas op tijd afmaait.
Daarna wero in behandeling genomen het
voorstel van B. en W. tot organisatie van de
brandweer. Er werd ingesteld een brandraad
van negen personen en tot commandant zal
w rden aangewezen de gemeente-opzichter
ter.
Verder zullen personen worden aange
wezen, die zich bij voorkomende branden
disponibel stellen voor een vergoeding van
0.50 per uur voor daguren en 0.75 voor
nachturen.
Verzoeken van de heeren A. Leguit en J.
Siekman te De Rijp om bouwterrein in erf
pacht werden goedgekeurd.
De voorgestelde wijziging begrooting
dienst 1932 werd aangenomen en goedge-
keur door den raad.
Tevens werd besloten de jaarwedde van
den gemeente-veldwachter alhier tijdelijk te
korten met een bedrag van 100 per jaar.
De voorzitter deelde terzake mede, dat hij
met de betrokken organisatie overleg heeft
gepleegd. Het uitgebrachte advies is afwij
zend. Wanneer de raad besluit over te
gaan tot het tijdelijk verminderen der wedde
van den gemeente-veldwachter zal dit besluit
aan de Kroon ter goedkeuring moeten wor
den ingezonden. Aldus werd na eenige dis
cussie besloten, zoodat de Kroon zal uitma
ken welk bedrag door de gemeente van de
wedde van den veldwachter zal moeten wor
den ingehouden met ingang van 1 Januari
1933.
Daarna werd overgegaan tot de rondvraag,
waarbij de heer S. Heinis naar voren bracht
den toestand van de begraafplaats te West-
Graftdijk.
(Van onzen Berlijnschen correspondent.)
Wie in deze historische dagen een Berlijn-
sche correspondentie wil opstellen, behoeft
niet naar stof te zoeken. Er is maar één on
derwerp, waarvan alle Duitsche monden vol
zijn, alle Duitsche harten overloopen: de
„nationale revolutie". Natuurlijk mag men
dat overloopen der harten niet generaliseeren.
Ongeveer de helft van alle volwassen Duit
schers voelt weinig of in het geheel niet voor
de ingrijpende veranderingen, die de laatste
weken met het geweld van een lawine op
Duitschland neergestort zijn. Van deze helft
is wederom de helft in heftigste oppositie, en
de overigen zullen hoogstens bereid blijken,
een welwillende houding jegens de nieuwe
heerschers aan te nemen, tactisch welwillend,
wel te begrijpen, zonder innerlijke sympathie.
En gaan we op de dingen even dieper in, dan
zien we, dat ondanks alle meer dan levens
groot-geestdriftige gedoe naar buiten zelfs in
de massa der nationale revolutionnairen twee
groepen: de Hitleranen en de Papisten, dui
delijk te herkennen zijn. Geen toeval, dat
Adolf Hitier rijkskanselier, Franz von Pa
pen, rijks-vice-kanselier is, en dat rijkspres;
dent Von Hindenburg deze heeren slechts ge
meenschappelijk in audiëntie ontvangt. Waar
bij men mag aannemen, dat hij naar de rap
porten van den heer Hitier met ongeveinsde
belangstelling, naar die van den heer Von
Papen met oprechte waardeering luistert.
Dat deel van het Duitsche volk, dat, door
de lawine gedwongen, het heft in handen ge
nomen heeft, ziet zich voor een verantwoorde
lijkheid van ongehoorde afmetingen gesteld.
Ik bedoel daarmee niet het leiding geven aan
de „nationale revolutie'', wat voor de nieuwe
ministers niet al te moeilijk is, daar de om
vang der overwinning eiken tegenstand tot
nader order gebroken heeft. Maar ik meen
de naaste toekomst, nadat de roes dezer
overwinning zal zijn uitgeslapen. Er zijn
voor de nieuwe regeering en voor den nieu
wen koers gevaren in aantocht, over welke
zeer verstandige politici als vice-kanselier
Von Papen (en waarschijnlijk ook de ten
slotte zeer ernstig nadenkende en tot toena
dering steeds geneigde Rijkskanselier Hitier)
op het ocgenblik reeds vol ernstige zorgen
zijn.
Deze gevaren zijn: de verhouding tot hef
buitenland, zoowel op algemeen politiek als
op economisch gebiea; de neiging van het
nationaal-socialisme tot absolute, ook geeste-
lijk-cultureele dictatuur; de onderdrukking
van een nationale oppositie.
Wat de verhouding van Duitschland, het
nieuwe Duitschland, tot het buitenland be
treft, weet elke krantenlezer, hoe de dingen er
op het oogenblik voorstaan. Oppervlakkige
medestrijders heeft het nationalistische
Duitschland voorloopig slechts in Rome en
in Boedapest, waarbij nog zeer de vraag is.
of de steun van Italië op werkelijke en duur
zame sympathie berust en niet van Parijs ui'
aan koersveranderingen onderhevig kan blij
ken. Maar zulke beschouwingen gaan natuur
lijk het kader van Berlijnsche brieven te bui
ten, waarom we het ook, ter wille van de vol
ledigheid, bij een korte vermelding laten wil
len. De verhouding tot de beide andere groe
pen, noemen we ze de „neutrale" en de
„vijandige" varieert op het oogenblik tus-
schen directe vijandschap (ik reken hiertoe
o.a. den scherpen handelsoorlog tusschen
Duitschland en de Tsjecho-Slowakische
Republiek) en een zekere koele welwillend
heid, die elke gebeurtenis op zichzelf beoor
deelt, gelijk dat met de Vereenigde Staten van
Noord-Amerika het geval is. Waar Neder
lands plaats in deze groote reeks is, laat ik
aan de beoordeeling van den lezer over.
Men weet in Berlijnsche regeeringskrin-
gen even goed als wij, dat al deze varianten
van buitenlandsche gezindheid meer of min
der afhankelijk zijn van de wijze waarop in
Duitschland zich de binnenlandsche overwin
naar jegens den binnenlandschen overwon
nene gedraagt. Niemand minder dan vice-
kanselier Von Papen heeft nog gisteren op de
groote moreele en historische beteekenis van
zulk een houding voor de beoordeeling door
de geheele menschheid in uitstekende bewoor
dingen gewezen. En ook rijkskanselier Hitier
heeft herhaaldelijk onderstreept, dat de over
winning der nationaal-socialisten groot ge
noeg is om het den overwinnaars gemakkelijk
te maken, elke neiging tot binnenlandsche
revanche uit gevoelens van haat voortgeko
men, te onderdrukken.
Dat zulke waarschuwingen noodig zijn, be
wijst het feit, dat ze in het tegenwoordig sta
dium door de allerhoogste leiders der nieu
we rijks regeering worden uitgesproken. Ze
zijn wel zeer duidelijk gericht tot breede
nationalistische kringen van jeugdige heet
hoofden in den lande, en zullen ook op fana
tici in de niet te verre omgeving van de regee
ring zelf haar indruk niet gemist hebben.
Vrijwel het geheele buitenland zal ont
stemd zijn door handelingen, die in het nieu
we Duitschland onmiskenbaar tegen de Joden
gericht zijn. We willen hier uitdrukkelijk
tegen overdrijving en tegen leugenachtige
tendenz-berichten waarschuwen. Met de be
ruchte progromstemmingen, die voor den
oorlog Rusland en na den oorlog Polen inter
nationaal in opspraak gebracht hebben, heeft
de situatie in Duitschland niet het minste te
doen. Het is juist, dat de nationaal-socialis-
ische partij veertien jaren lang haar ter.
slotte onstuimig toenemende succes voor een
deel aan anti-semitische propaganda te dan
ken gehad heeft. Natuurlijk is zulk een pro
paganda van algemeen menscheliik stand
punt absoluut verwerpelijk. Maar men mag,
wil men eerlijk blijven, niet nalaten, naar ver
klaringen voor deze stroomingen zoeken, en
komt dan voor Duitschland tot het resul
taat, dat vele goeden helaas voor weinige
kwaden lijden moeten. De volkomen geassi
mileerde Duitsche Joden zijn steeds de eer
sten geweest, die zich in hooge mate geërgerd
hebben over het onsympathieke en uitdagend-
opdringerige optreden van na den oorlog uit
Oost-Europa binnengedrongen, die moreele
en commercieele praktijken medegebracht
hebben, welke tot de diep-treurige schandaal
processen hebben geleid, waaraan namen als
Barmat, Helpzand, Sklarz, Sklarek en con
sorten verbonden zijn. De intieme vriend
schap van zulke „chevaüers d'industrie" met
voormannen der Duitsche sociaalndemocratie
heeft de woede van rechtsche volkskringen
natuurlijk nog aangewakkerd. Stellig is 't
Duitsche anti-semitisme steeds tegen zulke
onwaardige elementen en niet tegen Jood-
sche ex-frontsoldaten, geleerden, kunste
naars, enz. gericht geweest. Dat in deze
dagen van revolutionnaire omwenteling ge
generaliseerd wordt en dat daaronder Joden
van groote verdienste te lijden hebben, is
hoogst betreurenswaardig. Vindt echter ook
niet de goedkeuring van al die nationale
Duitsche kringen, die achter een nobele per
soonlijkheid als vice-kanselier Von Papen
staan.
Een gevaar noemde ik ook de neiging van
het nationaal-socialisme tot absolute, ook
geestelijk-cultureele dictatuur. Ik dacht daar
bij in de eerste plaats aan de oprichting van
een nieuw ministerie voor propaganda en
nationale voorlichting, dat onder leiding van
den 36-jarigen dr. Joseph Goebbels, een van
Hitler's intiemste medewerkers staat. Deze
minister Goebbels is een veelzijdig en zeer
talentvol man. Men mag gerust zeggen, dat
een belangrijk deel van het succes der natio-
naal-socialistische beweging voor zijn reke-
ning komt. Hij is nu echter een soort cultu-
reele dictator geworden en men zou van hem
kunnen zeggen:
Am Göbbelschen Wesen
Soll das Volk genesen!
Het is daarom van beteekenis, zich af te
vragen, wie dr. Goebbels is en welke bevoegd
heden hij heden bezit. Hij heeft er nooit doek
jes om gewonden, dat hij alles haat met diep-
sten haat, wat Joodsch is. Dat heeft hij in
honderd en meer hoofdartikelen in het blad
„Der Angriff", waarvan hij nog heden de
uitgever is, zelf bevestigd. Blijft hij conse
quent, dan zal hij al zijn invloed gebruiken
om het Duitsche cultureele leven van wat hij
als Joodsche invloeden beschouwt, te „zui
veren". Wij zien reeds, dat den dag na zijn
benoeming de wereldberoemde dirigent prof.
Bruno Walter, die Jood is, zijn concerten me:
het Gewandhaus-Orkest in Leipzig en met de
Philharmonie in Berlijn op last van minister
Goebbels moet afzeggen. Er zal wel spoedig
een tijd komen, waarin Duitschland het zon
der Joodsche schrijvers, tooneelspelers en mu-
sici zal moeten stellen. Waarbij te constate
ren is, dat deze kunstenaars verreweg het
meeste talent toonden (denken we aan
tooneel- en filmwereld, waar de Duitsche,
Oosten rij ksche, Hongaarsche en Russische
Joden terecht den boventoon voerden) en dus
ook verdienden, dat ze de eerste plaatsen be
zet hielden. Al is niet te ontkennen, dat on
derlinge protectie nog al eens gelijkwaardige
niet-Jocdsche krachteii op den achtergrond
gehouden heeft. Maar al zal men nog zooveel
„oer-Duitsche"artisten het werk opdragen,
dat nu wel zal vrij komen, een zeer bijzonder
element van hooge zuiver kunst zal in
Duitschland gaan ontbreken. Het Berlijnsche
tooneel vooral, dat door den Joodschen genia-
len regisseur Max Reinhardt tientallen jaren
wereldroem bezat, zal heel wat moeten doen
om als men ook hem het leven hier onaan
genaam maakt nog een attractie van
wereldbeteekenis te blijven!
Op het gevaar van onderdrukking der
nationale oppositie heeft vooral rijks-vice-kan
selier Von Papen herhaaldelijk en met nadruk
gewezen. De slaafsche wijze, waarop de
Hitlerbeweging het Italiaansch fascisme
volgt, wettigt de vrees, dat we h:er binnen
kort een fascistisch Duitschland in opttma
forma zullen gaan beleven. De goede zijde
zal zijn, dat een opbloei volgt van alles wat
nationaal is (al kunnen we daarin wat han
del en nijverheid betreft hoogstens algemeene
verarming en geen voordeel zijn). Maar een
verhinderen van oppositie ware „licht" zon
der „schaduw", iets dat ten doode opgeschre
ven is, een vegeteeren, omdat men op den
duur toch niet eeuwig hoera roepen, militaire
marschen spelen en elkaar zoo voortreffelijk
vinden kan.
Nog geheel afgezien van de gevaren, die
dreigen, als op tallooze beloften te weinig
resultaten volgen, ware het vooruitzicht, nim
mer meer iets anders te lezen en te hooren
dan lof voor de regeering, allerminst aan
lokkelijk en ten slotte een bedreiging van den
Staat.
Dat zullen de verstandige elementen in de
machtsposities toch zeker wel inzien, voordat
op de opleving van heden de inzinking van
morgen volgt?
OUDKARSPEL.
Dinsdag werd de jaarvergadering ge
houden der tuinbouwvereeniging „De Een
dracht" ten huize van den heer C. Vis alhier.
De voorzitter, de heer Jb. de Boer, deelde
mede, dat het medebestuurslid Swager thans
aan de beterende hand is en hoopte dat het
in deze richting voort zal blijven gaan.
Nog werden door spreker de slechte tijds
omstandigheden gememoreerd. Spr. wilde
nog even stil staan bij de baggerregeling.
Hiervan is in deze gemeente op ergerlijke
wijze misbruik gemaakt. Het baggeren is
voor de kleine tuinders onderling stop gezet.
Nu passeerde de steunregeling van de re
geering de revue. Van de uitgetrokken 5 mil-
iioen is de helft uitgekeerd. Zeer binnenkort
zal de tweede helft uitgekeerd worden. Nog
riep de voorzitter de clementie in voor hen,
die met deze regeling belast zijn. waar hier
aan veel werk is en ook voor' de regeling
1933 staat weer veel werk voor de deur.
De voorzitter sprak zijn spijt uit over het
bedanken van den heer Borst en deelde mede,
dat de poterbewaarplaats voor het drogen
van bloembollen in orde gemaakt wordt in
hoofdzaak dooi de bollenbouwers zelf.
Hierna volgde het jaar- en het financieel
verslag.
Drie algemeene- en 6 bestuursvergaderin
gen werden gehouden; de vereeniging telt
220 leden, 560 snees werd er gesproeid.
Door de coöperatieve aankocpvereeniging
werden 38200 kilo grove en 25000 kilo fijne
anthraciet geleverd.
De ontvangsten zijn 617.48. de uitgaven
615.39, alzoo is er een saldo van f 2.09.
De ontvangsten van de poterbewaarpiaats
zijn f415.10. Nog te vorderen van omslag
enz. 1297.65, de uitgaven 807.06.
Bij monde van den heer Leegwater werd
geadviseerd tot goedkeuring.
Tot kasnazieners voor het jaar werden be
noemd de heeren D. Borst, Jn. Kramer Pz. en
W. van Hout.
Mededeelingen omtrent den aankoop van
kunstmest.
Deze maand is 50000 K G kunstmest ge
leverd, dit is 25000 K G minder dan verleden
jaar, daar er thans nog 5000 K G voor Dirks-
horn zijn. Bij het kwantum van het vorige
jaar was 70000 K G.
Dit jaar waren er 31 inschrijvingen het
vorige jaar 40.
Alles is door het N.V. Landbouwkantoor
geleverd.
Nog werd er op gewezen dat zij die buiten
de aankoopcommissie om gaan, niet ver
zekerd zijn van het gehalte.
De boycot-Haytema werd besproken. Door
het bestuur van „De Eendracht" was nog
maals de zaak goed onderzocht en besoroken.
zet-
op-
Bij den boycot werd gebleven
De heeren P. Wijn. A Swager en Jb de
Boer waren afgevaardigden naar de verea
dermg van den Noordermarktbond
Nog werd medegedeeld, Jat Woenwla?-
avond ontsmetting van koolzaad ook voor
wortelzaad, haver en uienzaad kan word™
ontsmet op nader te bepalen datum
Nog werd gelegenheid ggeven wortrizaad
en bloemkoolzaad te bestellen.
Hierna volgde bespreking, regeling
kool, wat tot aller tevredenheid werd
gelost.
Tot aardappelsproeier werd. in de piaata
van C. de Boer wegens vertrek de heer G
Ameling benoemd.
Besloten werd den beschrijvingsbrief voor
de algemeene vergadering in een aparte leden-
vergadering te behandelen en dan de afg©.
vaardigde te benoemen.
In plaats van de heer C. Borst Pz. werd is
heer W, Jonker Dz. in het bestuur gel
kozen.
Door het bestuur van „De Eendracht"
werd een voorstel voor den beschrijvings
brief voorgedragen.
De aanvoerregeUng leverde nogal be
sprekingen op.
Nogmaals werd het punt aftreden volgen»
rooster van de bestuursleden naar den Noor
dermarktbond besDroken
De heer J. de Boer is aan de beurt van af
treden. Gekozen werd de heer Jb. de Boer
met 51 stemmen Als plaatsvervangend be-
stuurslid in de Noordermarkt komt inplaats
van de heer A. Swager de heer V. Kaan.
Hierna volgde de rondvraag, waar zich
een a-tal personen voor opgaven.
De heer L. Kalverdijk bepleitte, gezien de
tijdsomstandigheid, salarisvermindering,
vooral voor den sec -penningmeester.
Door den heer Kaan werd de sec -penning
meester gevraagd of deze zelf ook hierover
iets wilde zeggen.
Deze wilde weer op het oude salaris terug
gaan.
Door nog eenige besprekingen werd de
secretaris eenigszins teleurgesteld in zijn
goede bedoelingen en hij gaf den wensch te
kennen te bedanxen.
De heer C. Borst dankte de vergadering
voor het volle vertrouwen in hem gesteld
tijdens zijn zitting in het bestuur.
De heer Jn. Hink verzocht den kweekers
van bollen, om hun afgesneden bloemen niet
in 't water te werpen, waardoor vuur in de
bollen komt.
De heer Jn. Kalverdijk bracht de bagger
regeling in bespreking
De burgemeester gaf hierop eenige toe
lichting. en zeide in deze niets meer te kunnen
doen. Dit moet door de organisatie gedaan
worden.
Hierna volgde een tamelijk heftig debat.
Door den voorzitter werd voorgesteld dat
een paar der bestuurs'ed^n van ..De Een
dracht" zich in verbinding stellen met de
Heidemaatschappij om weer tot de bagger
regeling te komen welke nog tot 15 April zal
werken. We zullen hopen hier een gunstig
antwoord op te krijgen, want zoo dit niet het
geval is, is ook de steun voor dit verkregen
werk weer verloren en die kan toch zoo
noode gemist worden.
Door den burgemeester werd nog geme
moreerd, dat getracht wordt werklooze tuin
bon warbeiders naar den Wieringermcer te
doen gaan. Hiertegen is door hem in een
vergadering in Hoorn gepleit Wat moet
hier dan de tuinbouwer, er is hier werk ge
noeg. Waarom niet met steun de menschen
in hun eigen omgeving aangehouden? We
moeten hier met elkaar strijden om te komen
tot een beteren tijd.
Nog werd gevraagd of het niet op den
weg 'igt van de tuinbouw vent nigingen om
een Algemeene Tuinbouwschool te stichten
in n'aats van een christelijke.
Na nog enkele vragen beantwoord te
hebben sloot de voorzitter de vergadering.
LANGENDIJK.
In een dezer dagen gehouden vergadfr
ring van de Besturen van den R- K. Land
en Tuinbouwbond, den Cbristelijken Boe
ren- en Tuindersbond en den Neutralen
Bond van Boeren, Land- en Tuinbouwers
zijn verschillende besprekingen gehouden
met het doel de gemeenschappelijke 'belan
gen hunner leden te behartigen. Zoo werden
besprekingen gevoerd over de vraag, of het
niet mogelijk was, de rente van geleende
gelden verlaagd te krijgen. Algemeen was
men het over de noodzakelijkheid van rente
verlaging eens. Daarbij kwam naar Jorea
de beteekenis van de Pachtwet-Ebels, die u»
het belang is van tuinders en boeren, door
dien pachtverlaging mogelijk w°rcR De 1
potheekboeren, die wel een eigen bedrijf neo-
ben, doch meer of minder zwaar belast met
hypotheek, profiteeren van die wet niet, ter
wijl de last, die in den vorm van rente moe
worden gedragen, niet vermindert bij
niet verlagen van den rentevoet. Het
gewenscht geoordeeld, dat in dien geegt pw
153. Daar was mijnheer opgestaan en kwam
warempel naar Jan staan luisteren. Hij voegde
zich bij de kinderen en plotseling begon hij op
154, Toch waren er altijd menschen
voor den gek wilden houden, wat hee en»
niet aardig was. Daar had je Wl bijvoor
Die dacht
zien di) ae Kinaeren en plotseling begon ni) op mei aaraig was. Liaar nau
de maat mee te dansen. Op die manier werd den koksmaat van de boot.
Jan, evenals overal, de vriend van iedereen. 's middags eens een lekker soepje te geve
gal hem in de soep wat enkele beentje*.