en daarom
ASPIRIN dewereid
Van Rommelzaken Hobbeltie
Stad en OmqevittQ
HERDENKING WILLEM DE
ZWIJGER.
Door de Evangelische Maat-
schappij.
Het was een slechts kleine schare van be
langstellenden, die zich gisteravond had op
gemaakt om de herdenking van Willem den
Zwijger, uitgaande van de Evangelische
Unie (afd. Alkmaar en omstreken), mee te
maken.
Ds. Baar legde er in zijn openingswoord
den nadruk op, dat Willem de Zwijger spe
ciaal op het terrein van de vrijheid van geloof
veel heeft gedaan, waarop wel eens gewezen
mag worden.
Het gering bezoek werd door spr. betreurd,
hij zag er een tekortkoming in van het pro
testantisme, hoewel het in deze dagen van
dreigende dictatuur van links en rechts en
onzekerheid op alle gebied, zeer sterk moest
staan.
Willem de Zwijger als de ver
draagzame.
De heer Stomphiusuit Rotterdam, de
«preker van den avond, begon met een herin
nering aan Alkmaar's aandeel in de vrijheid
van het land.
Tot zijn rede komend, schetste spr. aller
eerst de jeugd van prins Willem en daarna
dezelfde als staatsman, den door God be
proefden en gelouterden christen.
Van de jeugd van prins Willem was niet
veel te zeggen. Zijn ouders waren edellieden
van de ware soort, die hun talrijk gezin (zes
zonen en 12 dochters) een uitstekende op
voeding gaven, zóó zelfs, dat die opvoedkun
dige bekwaamheid der ouders alom bekend
werd.
Kort na het optreden van Luther gingen de
ouders van prins Willem reeds over tot het
protestantisme, als protest tegen de vele fou
ten in de r.-k. kerk van die dagen. Spr.
schetste de ware vroomheid, waarin de jonge
graaf opgroeide. Om des gewetenswille ver
lieten de Nassau's het roomsche geloof en
Willem's vader weigerde zelfs de orde van
het Gulden Vlies, omdat hij daarvoor den eed
van trouw aan de roomsche kerk had moeten
afleggen.
Het jaar 1544 bracht een heelen omkeer in
het leven van den toen 11-jarigen jongen, om
dat hij krachtens een erflating den titel kreeg
van prins van Oranje, onder voorbehoud dat
hij katholiek werd opgevoed aan het hof van
Karei V te Brussel.
Merkwaardig noemde spr. het, dat de strijd
tegen Spanje door Nederland werd gevoerd
in den naam van Oranje, den vreemeling, d:e
pas betrekkelijk korten tijd te voren voor het
eerst in de Nederlanden kwam. En zijn na
zaten hebben later op meerdere tijdstippen
hun naam onafscheiaenlijk aan ons land ver
bonden.
De genoemde erflating bracht den jongen
Willem in aanraking met den machtigsten
vorst dier dagen, Karei V, en vele andere
grooten van dien tijd.
Als verklaring voor het feit, dat de ouders
den jongen naar het roomsche hof lieten
gaan, gaf spr. op: de scheiding in de kerk
had nog niet zeer scherpe vormen aangeno
men; de landvoogdes scheen luthersche nei
gingen te hebben, en ten slotte; aan het hof
werd het niet erg nauw met den godsdienst
genomen.
Aan het hof verwierf de jonge Oranje al
gauw ieders vereering en vooral die van den
keizer, die hem in 1554 (nog slechts 21 jaar
oud) benoemde tot bevelhebber der troepen in
de Nederlanden.
Het huwelijk met de rijke Anna van Buren
schonk den prins twee kinderen, van wie één
(genoemd naar Philips II) door dezen werd
opgelicht aan de hoogeschool te Leuven en
een tiental jaren in Spanje werd gevangen
gehouden.
De rijkdom zijner gemalin veroorloofde
den prins een weelderig leven, dat wel eens
ontaarde in losbandigheid (tot droefheid van
zijn moeder) en hem meermalen ook in geld
verlegenheid bracht. Hoewel hij het daar
blijkbaar niet zoo heel erg nauw nam, voelde
hij toch vele fouten aan net hof, waar hij de
diplomatie leerde kennen en al gauw
boven zijn omgeving uitgroeide.
Spr. schetste Philips II, den opvolger van
Karei V, als een dommen monarch, achter
dochtig en wraakzuchtig doordat hij, als min
dere in aanzien, zich tegenover Oranje als
een machtige heerscher wilde laten kennen.
De aanslagen op de rust in de Nederlanden,
waarvan spr. een staaltje gaf, deden den
prins het ergste vreezen voor het volk, en toen
hij reden had om aan te nemen dat de inqui
sitie in de Nederlanden de ketterij zou vernie
tigen, kreeg hij, hoewel nog katholiek, zorgen
voor het welzijn van het volk en de hoveling,
tot man gerijpt, teekende zich steeds duide
lijker af als een man die door God uitver
koren was.
Willem's tweede huwelijk (met de pro-
testantsche Anna van Saksen, later ontbon
den) deed hem geenszins stijgen in aanzien
van den vorst, die hem niet geheel meer ver
trouwde.
Een wijziging in de bisschoppelijke indee
ling, op advies van Oranvelle, was het begin
van een feilen strijd in de geestelijkheid en
den adel en toen Philips van de landvoogdes
steun eischte in zijn godsdienstoorlog in
Frankrijk, verzette de Raad van State zich
daartegen onder leiding van prins Willem,
Egmond en Hoorne, die zich verzetten teger
geloofsvervolgingen.
In den Raad van State zei de prins, dal
hij, hoewel goed katholiek, niet kon goedkeu
ren, dat de koning de godsdienstige overtui
ging zou mogen voorschrijven. Zijn streven
naar samenwerking met andersdenkenden
werd tien niet begrepen en zelfs thans nog
net, ja, sterker, er wordt steeds meer aange
stuurd op anti-these inplaats van synthese.
De beeldenstorm was een uiting van vrij
heidsdrang van de nieuwe leer tegen den
dwang van Philips. Met krachtige hand
onderdrukte de prins de rebellie in Antwer
pen, hij wilde niet dat een strijd voor recht
zou leiden tot broedermoord
Voor Willem's nobele gedachten was in die
dagen nog geen plaats. De tegenstellingen
spitsten zich toe, van verzoening was nog
geen sprake. Een nieuwen eed van trouw
wilde Oranje niet
den schijn op zich
geweest.
Spr. releveerde de splitsing onder de edelen
ver
en het vertrek van den prins bij Alva's komst,
nadat hij zich bij den koning als een loyaal
onderdaan had doen kennen.
Op het kasteel Dillenburg ontstonden plan
nen tot bevrijding van de Nederlanden, waar
duizenden aanhangers van de nieuwe leer
reeds een querilla voerden tegen Alva's troe
pen. De broers van prins Willen» steunden de
plannen en de prins, die zich deed kennen als
een groot staatsman, werd door al zijn vol
gelingen als hun leider aangewezen. Hij had
aller vertrouwen, omdat hij alles over had
voor de zaak der vrijheid, geld en goed en
rust en huiselijk geluk. Zijn voorbeeld deed
de gelederen der opstandigen toenemen.
De steeds feller wordende geloofsvervol
gingen ook in Frankrijk deden zijn verzet toe
nemen en een heilige eerzucht deed hem
daartegen strijden.
Een rebel noemen hem de roomsche histo
rieschrijvers, zei spr., maar vergeet niet, dat
Philips geen koning maar slechts heer der
Nederlanden was, dus zooiets als graaf.
Maar al wil men hem oproerling en revolu-
tionnair nemen, dan was hij toch zeker een
democraat in den waren zin des woords. Hij
vocht niet tegen Spanje's koning, maar tegen
den dwang van Spanje, tegen het met voeten
treden van bezworen privilegiën; alle beslui
ten werden genomen in den naam van den
koning. Pas in 1581 werd Philips als koning
afgezworen.
In 1574 verliet Oranje de roomsche kerk
en ging hij over tot 't protestantisme, waarin
Juliana van Stolberg, zijn moeder, de bekro
ning zag va nhaar werk. Hij werd Calvinist,
maar wilde niet de onverdraagzaamheid
jegens andersdenkenden.
Over onverdraagzaamheid op geloofsge
bied sprekend, wees spr. nog op hetgeen
thans in Duitschland gebeurt. Hij noemde
het anti-semistisme een kaakslag aan de be
schaving en wees er op, dat het een aanslag
is op de vrijheid van geweten, waarvoor prins
Willem vocht. In dit verband keurde spr. ook
af een uitlating van den paus van een viertal
weken geleden, waarbij de protestanten als
minderwaardigen werden beschouwd. Moeten
de tegenstellingen in de wereld verhoogd
worden door hem, die zich de plaatsvervan
ger van Petrus noemt?
De prins van Oranje betreurde de uitslui
ting van de katholieken, als gevolg van de
starre houding van de Calvinisten. Hij ging
dan ook later over naar de gereformeerde
richting van het protestantisme.
In 1577 stond Oranje op het hoogtepunt
van zijn leven, toen hij meende de bekroning
te beleven van zijn levenswerk: verzoening
tusschen de verschillende geestesstroomingen,
met de Vereenigde Nederlanden als gevolg
Helaas, de onderlinge strijd en naijver belette
dit: de Unie van Utrecht leidde tot een schei
ding in plaats van tot vereeniging.
Maar Willem van Oranje hield vast aan
zijn geloofsovertuiging.
Door het aanbieden van geld en goederen
en titels poogde Philips II hem terug te win
nen, omdat hij wist, dat het volk in den prins
den leider zag. En toen de pogingen van den
koning schipbreuk leden op de vaste overtui
ging van den prins, zocht hij zijn toevlucht
tot sluipmoord.
Spr. herinnerde aan den aanslag van Jean
de Jaureguv, voor wien de prins stamelend
nog vroeg hem geen wreeden dood te doen
sterven als straf voor zijn poging tot moord
Het vallen door de hand van Balthasar
Gerards, waarbij Oranie nog erbarming
vroeg voor het arme volk, was wel een sterk
bewijs voor zijn grootheid en verdraagzaam
heid.
Ds. Baar bracht den spreker een harte
lijk woord van dank, waarbij hij op de ver
draagzaamheid van den prins den nadruk
legde en opwekte om als protestanten ook
steeds ernstig en waardig en verdraagzaam
op te treden.
ÏR echt-maken
Jranje niet afleggen, omdat hij nie:
wilde laden ontrouw te zijn
VOOR DEN POLITIERECHTER
ALKMAAR.
Openbare zitting van Maandag 3 April.
OPENING MET GESLOTEN DEUREN.
Dit coniradictische opschrift kon worden
toegepast op een zedenzaak, waarmede de
zitting werd aangevangen en die met gesloten
deuren werd behandeld. Het betrof hier den
64-jarigen heer P. A. J. J. uit Amsterdam en
deze delinquent werd veroordeeld tot 3 maan
den gevangenisstraf voorwaardelijk met 3
proefjaren, terwijl hij voorts onder toezicht
werd gesteld der R. C. Reclasseering te Am
sterdam.
DE GEBRANDE BLAREN MET
RECLASSEERINGSZALF VERZACHT.
Op Zondag 2 October hadden de heeren
Slverdus de B, en Michiel v. d. Z., jeugdige
Hoorenaars, wier levenslust wat al te vurig
uitlaaide, als gevolg van te rijk genoten in
spiratievacht, het den agent Sanders geducht
lastig gemaakt en het zelfs zóó verbruid, dat
de officier op 23 Januari toen het duo terecht
stond wegens wederspannigheid, niet minder
dan 2 en 4 maanden had gerequireerd. Daar
schrokken ze van, dus werden zoete broodjes
gebakken, met het aanvankelijk gunstig ge
volg, dat een reclasseuingsonderzoek werd
gelast. Heden dan legde de heer Wiggers het
resultaat zijner bemoeiing den politierechter
voor Beide heeren hadden zich deugdzaam
aangesloten bij de geheelonthouding De al
tijd wantrouwige officier presumeerde
warempel dat v. d. Z zelf de kaart had in-
gevu'd, maar dat was toch niet zoo.
Vonnis ten slotte de B 2 en v d. Z.
maanden, voot waarde:tik met 3 proefiaren en
wat dies meer zij. leder, ook de verdediger
mr. Thomas, bleek opperbest tevreden.
EEN BOERbNPICOLO MET
ONGEREGELDE BEGEERTEN.
De 19-jarige boerenknecht Theo O., in
dienst bij de landbouwersweduwe mej. de
Lange te Akersloot, koesierde den vromen
wensch een nieuwe overjas te bezitten doch
bezigde minder faire middelen om zijn
wensch vervuld te zien en eigende zich een
bankbiljet 10e van f 10. eigendom van den
zoon der wed., den heer Frederik de Lange.
De langvingerige jongen nam aanvankelijk
een onwillige houding aan doch ten slotte
viel hij dan toch door de mand en had de
vorige week den heer de Lange schadeloos
gesteld. Thans stond hij terecht en was hem
tot juridischen steun toegewezen mr. Vt ijnne
Het reclasseeringsrapport was echter niet
omdat
wat je noemt soepel, want daar had Theodo-
rus het niet naar gemaakt. De officier, ook
niet welgezind, gaf te kennen op de zitting
niet met draaitollen te spelen en vorderde als
welverdiende straf twee maanden ge
vangenisstraf. Mr. Wijnne deed nog een wel
gemeende poging het hart des politierechters
te vermurwen en alsnog een voorw. straf te
Vvrzoeken op verschillende door hem ont
wikkelde gronden. Uitspraak f 25 boete of
25 dagen hechtenis en 2 maanden gev voor
waardelijk met 3 proefjaren.
DE VERDWENEN LOOTJES.
De 53-jarige arbeider Jan M. uit Callants-
oog had op 6 Febr. terecht gestaan wegens
diefstal van eenige lootjes betreffende een par
ticuliere loterij. Toevallig was op een van
die lootjes een prijs gevallen. De verdachte
ontkende destijds pertinent en dus werd als
nog een nader onderzoek ingesteld. Doch wat
betrof de houding van den heer M. met weinig
gunstig gevolg. Ook thans, nu de zaak werd
voortbehandeld, bleef de verdachte elke
schuld loochenen. De officier zag er dan ook
ge.n gat in en requireerde vrijspraak-
Uitspraak conform.
DE MODERNE GOUDMAKER AAN DEN
ARBEID.
De 50-jarige heer Jacob Jan V., handelaar
in goud en aanverwante preciosa, wonende te
Hoorn, zou er te Wervershoof voor eenigen
tijd verschillende personen leelijk tusschen
hebben genomen, door hen als massief goud
aan te smeeren kostbaarheden, die later bleken
slechts doublé met een dun laagje goud te
zijn. Hij gaf bijvoorbeeld aan den 19-jarlgen
Joh. Baas te Wervershoof in ruil voor een
gouden ring en een gouden vulpen 'n derge
lijk minderwaardige gouden heeren ring. Dit
gebeurde omtrent October 1931. De verdachte
ontkende en beweerde voorts te hebben ge
zegd, dat bedoelde ring een „goudoplaag"
had. Overigens was hij zoo vrij dezen ge
tuige achterlijk te noetnen.
Maar zekere heer Petrus Dudenk was bij
de onderhandeling aanwezig geweest en
verklaarde precies hetzelfde als de „achter
lijke" heer Baas, verdachte had nadrukkelijk
gesproken van een massief gouden ring in
ruil te zullen geven
Ook de 60-jarige veehouder Crnelis ^wart
had hij in Juli 1932 op dergelijke wi'ze te
pakken genomen door hem een z.g. gouden
ketting, doch in werkelijkheid een doubléket
ting in de handen te stoppen voor een echt-
gouden ketting, die Zwart kwijt wilde; deze
had nog 5 toegekregen, dus feitelijk was
hij nog niet eens zoo slecht af. Ook hier ont
kende verdachte, doch de kostganger van
Zwart, de oud-bakker Schuitemaker was ook
hier getuige geweest van de besprekingen en
onderschreef Zwarts verklaring.
De officier hield een scherp phflinpica
tegen dezen charlatan en requireerde 6
maanden gevangenisstraf.
Uitspraak eveneens niet mooi: 3 maanden
gevangenisstraf.
ONBETROUWBARE
EXPEDITIE-CHAUFFEUR.
De chauffeur Wil'h. Joh- V., voorheen als
besteller-chauffeur in dienst van den. expedi
teur H. de Vries te Enkhuizen voelde zeker
„nattigheid" en was niet verschenen. Hem
was tenlaste gelegd verduistering van
6.86, die hij in kwaliteit van besteller had
ontvangen van de firma Otjes te Alkmaar,
benevens een bedrag van 27.26, dat hem
eveneens was ter hand gesteld door zekeren
heer Dorlas. Het werd wenschelijk geacht
persoonlijk met dezen snaak kennis te maken
en dus zal de zaak op 12 Juli in zijn presentie
worden behandeld. Een rijksveldwachter zal
zich als dan mei de expeditie van dezen man
belasten.
EEN GEANIMEERD NACHTELIJK
KNOKPARTIJTiE.
De heeren gebroeders Frederik en Marinus
H., de laatste in de wandeling „Joep" ge
noemd, beiden te Hoorn, namen bezit van de
zondaarsbank naar aanleiding van een aller
geweldigst pak slaag, dat zij gezamenlijk
in den Nieuwjaarsnacht aldaar den electriciën
Hubert van den Berg hadden toegediend. Zij
waren op zijn rug gesprongen, hadden hem
in den keel gegrepen, hem getrapt, geslagen
en nog eens op den grond gesmeten, enfin, de
heer v. d. Berg had over variatie in de be
handeling niet te klagen. Hij gaf thans een
boeiende beschrijving van zijn nachtelijk
avontuur en diende een civiele vordering in
van 16.50 ter vergoeding van de geleden
nadeelen, waaronder de week gedwongen
vacantie.
De Iteeren Arends en Klaassen Bos waren
toevallige toeschouwers geweest van de aan
randing en gaven dienaangaande verzwa
rende getuigenissen.
Gevorderd werd tegen ieder f 25 boete of
25 dagen hechtenis. De politierechter, uit
spraak doende, veroordeelde ieder conform
eisch met schadebetaling aan v. d. Berg van
16.50.
'DE BOETVAARDIGE ZONDARES IN
GENADE AANGENOMEN.
De 21-jarige slanke dienstbode, mej. Maartje
R., thans te Helder, had zich te Schagen, al
waar rij in dienstbetrekking was bij de fami-
I lie Kweldom, en bedrag toegeëigend van
omstreeks f 120, voor welk feit zij thans
terecht stond. Het meisje, thans terecht
staande, erkende openhartig en beweerde het
geld te hebben gebruikt om kleeren te koo-
pen. Volgens haar opgaaf had zij thans
f 97.50 van het ontvreemde bedrag terug
betaald aan de benadeelde familie, wat pleit
voor haar goede voornemens. De heer
Wiggers gaf nu haar dan ook een zeer goede
recentie en droeg haai voor een voorwaar
delijke veroordeeling voor. Gedurende de be
raadslaging zat hei meisje voortdurend te
snikken. Besloten weid het met Maartje die
een goeden indruk vestigde, eerst te probee-
ren en er werd gevorderd 2 maanden voorw.
met 3 proefjaren. Vonnis conform.
GEWOGEN EN TE LICHT BEVONDEN.
De op 6 September voorw. veroordeelde
Herm M., die indertijd te Schagen ten na-
deele van den Slijter Vermeulen diefstal had
gepleegd van een,ge flesschen drank Kulam,
thans in aanmerking voor de executie van dit
vonnis, hetwelk dan ook ten uitvoer zal
worden gelegd. Het lichtvaardige jonge
tnensch had persoonlijk van geenerlei belang
stelling blijk gegeven.
EEN ONOALANTE RAKKER.
De 37-jarige loswerkman Riewert R. te
den Helder zou zich op 3 Januari aldaar
zoodanig hebben vergeten, dat hij mevrouw
M. Delfos, echtgenoote van den caféhouder
Jos van Zalingen op den Kanaalweg had
aangegrepen en haar in den arm geknepen
Uit het uitvoerig relaas heden, toen Riewert
terechtstond, door mevrouw Jos. van Zalin
gen gegeven, begrepen wij, da het conflict
was geboren uit een verschil omtrent het
betalen der gebruikte consumptie. Gedurende
de rede van getuige, interumpeerde verdachte
telkens door te verkondigen dat de dame
stond te liegen.
De heer R. hield hierop een overweldigend
betoog, dat echter grootendeels voor publi
catie minder geschikt is, zoodat het geachte
Heldersche publiek daarvan verstoken moet
blijven. Verdachte beklaagde zich dat mevr.
Jos. van Zalingen hem in 't gelaat had ge
slagen.
Een onbeschaafde ongeciviliseerde onbe
nullige man, qualificeerde de politierechter
hem.
Eisch 30 boete of 30 dagen hechtenis.
Vonnis conform eisch, met welk vonnis ver
dachte verklaarde geen genoegen te zullen
nemen.
EEN PASVERVALSCHER UIT HET
LAND VAN HITLER?
De 18-jarige Duitsdie „koopman" Frie-
drick P., geboren te Essen, zonder vaste
woonplaats en thans in arrest, stond terecht
ter zake het feit dat hij te Amsterdam een
reispas no. 1434 ten name van den monteur
W. G. Scheffer had vervalscht door een foto
van den heer Scheffer daaruit te verwijderen
en op die plaats zijn eigen foto te plakken,
waarop hij vervolgens het stempel Amster
dam had bijgewerkt. Ds verdachte beweerde
dat hij de bedoelde pas van dezen getuige
had gekocht voor 25. Volgens den getuige
had verdachte hem, vermoedelijk deze pas
ontstolen.
Verdachte, die een stiefbroeder is van de
dienstbode van den commissaris van politie
te den Helder, was aldaar gearresteerd.
Den officier was het niet duidelijk wat
voor bedoeling bij verdachte had voorge
zeten en releveerde dat wij ondanks onze
paradijsachtige gastvrijheid toch niet gesteld
zijn op dergelijke vreemdelingen. Hij requi
reerde ten slotte 2 maanden gevangenisstraf.
De verdediger, mr. A. G. de Lange, be
sprak in zijn pleidooi de vreemdelingenwet
van 1849, trok daaruit de conclusie dat het
vervalschte paspoort voor verdachte onbruik
baar was en citeerde in verband daarmede
een vonnis van de rechtbank te Maastricht
Pleiter achtte wel de vervalsching bewezen,
doch niet dat deze viel onder het desbetref
fend artikel 231 Wetboek van Strafrecht en
concludeerde ontslag van rechtsvervolging.
Na re- en dupliek deelde de politierechter
mede a.s. week vonnis te zullen wijzen.
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK.
Meervoudige Strafkamer.
Zitting van Dinsdag 4 April.
EEN OUDE BEGUNSTIGER.
Wederom stond de straatkoopman Bor-
chardus van B. voor de strafkamer nog eens
weer terecht wegens de aloude zaak betref
fende overtreding van het ventverbod te Eg-
mond aan Zee, aan welk geval ook nog een
wederspannigheid vastzat, waarvoor appel
lant voorwaardelijk was veroordeeld. De of
ficier vorderde bevestiging van het vonnis
des kantonrechters. Als naar gewoonte was
Borchardus weer niet bijzonder meegaande
en verliep de conversatie niet aangenaam en
Sezellig. Verdachte bleef zich beklagen over
et hem naar zijn overtuiging aangedaan
onrecht.
VERDUISTERING, VALSCHHEID IN
GESCHRIFTE EN VALSCHE
AANGIFTE.
Zoo men ziet was het geen peuleschilletje
wat aan den 32-jarigen voormaligen notaris-
bediende Jan K. te Grootebroek bij een zeer
lange dagvaarding was tenlaste gelegd. Het
kwam dan in 't kort hierop neer, dat hij in
de jaren 1930, 1931 en 1932 in kwaliteit van
bode en secretaris der bouwvereeniging St.
Jozeph te Grootebroek, als mede van ae on
derlinge brandwaarborgmaatschappij „Door
Eendracht Sterk" een bedrag van omstreeks
1685 had verduisterd en ten eigen bate
aangewend.
Voorts had hij om deze verduistering te
bemantelen valschelijk omstreeks 13 October
1932 in het kasregister van de brandwaar-
borgms
terwijl hij toch maar al te goed wist, dat
deze storting niet had plaats gehad.
Eindelijk had hij op 28 Dec. 1932 bij den
rijksveldwachter-brigadier-tit. KL Bark en
den gem.-veldwachter Th. Baas te Groote-
^•"oek aangifte gedaan, dat in of omstreeks
30 Sept. 1932 uit een brandkast, staande in
zijn woning, was ontvreemd een portefeuille
inhoudende een bedrag van 589.50 of daar.
omtrent en een trommeltje inhoudende pin».
j 829, alsmede nog een bedrag van 10 tot
15 en dat terwijl hij wist dat er niets was
gestolen en bovendien en dat was nog wel
het ergste dat bedoelde bedragen niet in de
brandkast aanwezig waren geweest
Voor deze ernstige feiten dan stond heden
de heer K. terecht en waren als getuigen a
charge gedagvaard de heer Jan Buisman,
landbouwer te Grootebroek, Pieter Duin,
idem, Nicolaas Hnik, goudsmid, mr. C. P.
Eecen. directeur assurantie te Oudkarspel,
K. Bark, rijksveldwachter en de heer J. H.
Wiggers, reclasseeringsambtenaar te Alk
maar.
Als eerste getuige werd gehoord de heer
mr. Eecen, directeur van de Oudkarspelsche,
die de brandverzekering „Door Eendracht
Sterk" te Grootebroek, had herverzekerd, die
verklaarde dat verdachte het bedrag 805
of daaromtrent niet aan de Maatschappij
had afgedragen.
Vervolgens verscheen de heer Buisman, de
voorzitter van „St. Jozeph" te Grootebroek,
waarvan verdachte bode en secretaris was.
De controle was slecht, wat ook de voorzit
ter achteraf met den president der strafka
mer een groote fout noemde.
De heer Pieter Duin, de penningmeester
van St. Jozeph, bevestigde dat verdachte
75 jaarhonorarium genoot. Hij was ver
plicht per maand af te rekenen, doch dit ge.
beurde gewoonlijk per 6 weken. Uit dit ver
hoor bleek duidelijk dat men den verdachte
overmatig, maar ten onrechte had vertrouwd.
Het laatst had de heer Duin gevangen tot 24
Sept. 1932 589, welk bedrag eerst in Nov.
door verdachte was verantwoord. De inning
der huurgelden ging geheel op den bode af.
Getuige N. Hinke fungeerde als bestuurs
lid van „Door Eendracht Sterk" (die men
ook wel had kunnen noemen „Door Slapheid
Zwak"). Hij vormde met zekeren heer Groot
de controlecommissie en toen op 13 October
deze heeren kwamen controleeren en een be
drag van plm. 600 in kas moest zijn, ver
telde de verdachte, dat hij 600 had gestort
aan het adres van de Oudkarspelsche brand
waarborg, welke storting verdachte echter
zorgvuldig verzuimde te bewijzen. Het be
drag in contanten aanwezig had verdachte
uit de kas van St. Jozeph gegoochelt. De
commissie, die verdachte volkomen vertrouw
de, nam genoegen met deze verantwoording.
Ten slotte, ten einde raad, deed hü ein
delijk aan de politie mededeeling dat de ge
fingeerde inbraak, reeds op 30 Sept. was ge
schied, terwijl eerst drie maanden later de
aangifte werd gedaan. De ambtenaren ston
den sceptisch tegenover den aangever, die
beweerde dat plm. 1400 was gestolen vat»
de bouwvereeniging en de brandwaarborg,
terwijl hij dit bedrag zelf had geleend van
een „Volksbank" te Amsterdam.
Het voortgezet justitieel onderzoek bracht
de valschheid der aangifte aan het licht
Ten slotte werd gehoord de heer Wiggers,
die tot de conclusie was gekomen dat verd,
graag de mijnheer speelde en zich omringde
van de moderne maar kostbare gemakken.
De hoogmoed alleen bracht hem ten val»
want op zijn persoonlijk gedrag viel abso
luut geen aanmerking te maken. Alleen be
klaagde de heer Wiggers zich over het leu
genachtige in zijn karakter.
Verdachte verklaarde thans al de luxe die
hem mede veel verder deed springen dan zijt»
stok lang was, te hebben opgeruimd. Zijn be
trekking ten notariskantore had hij mogefl
175. „Het is te probeeren", zei de kapi- l<ü. Alle menschen waren jn dien tijd
tein, en toen begonnen twee mannen te, opgestaan en naar het dek geklauterd-
draaien, dat het een lust was. „Harder, De een in ochtendcostuum, de ander i®
harder", commandeerde Jan. Maar hoe middag- of avondcostuum, terwijl a*
ze ook draaiden, het schip zat en bleef kinderen moest in nachtgoed op vadenj
vast. of moeders arm zaten. Allen keken v
hoop naar het harde werken, maiU. y,
was geen beweging in bet schip te k
gen.
Aspirin onder voortdurende eontr&le met de
grootste nauwkeurigheid vervaardigd wordt, in
een hygiënisch onberispelijke verpakking op de
markt komt en vóór den verkoop niet met de
handen wordt aangeraakt, is en blijft hel on-
ongeëvenaard.
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van 20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 fabl. i 10 ets.