Alkmaarsche Courant. DE ROODE VULPENHOUDER Tien dagen in Baden en Rijnland. Honflerfl fl/t en dertigste Jaargang. WOENSDAG 12 JULI JladiouieuuLS 9xuilleUm I Frissche bessen, van de mooiste trossen gerist, zijn de zuivere echt-natuurlijke in houd van een pot Bessen-jam Tïeh emait e, Dros llan No. 162 1933 Btg— Dondtrdag 13 Juli. Hilversum, 1875 M. (Uitsluitend AVRO). 8.Gramofoonpl. 10.Morgenwijding. 10.15 Gramofoonplaten. 10.30 Concert. J. van Heusden, piano. A. BrooshoofdVer hulst, zang en E. Veen, piano. 11.— Knip cursus. 11.30 Vervolg concert. 12.Gramo foonplaten. 12.30—215 Omroeporkest o.l.v. N. Treep en gramofoonplaten. 2.30 Vervolg concert. 3.Voordracht door Annie de HoogNooy. 3.30 Gramofoonplaten. 4. Voor zieken en ouden van dagen. 4.30 Gra mofoonplaten. 5.Radiotooneel voor de kinderen. 5.40 Kovacs Lajos en zijn orkest, m. m. v. B. Scholte, zang. 6.30 Sportpraatje H. Hollander. 7.— Vervolg Kovacs Lajos. 7.30 A. A. van Eysden Jr.: Siam. 8.— Vaz Dias. 8.05 Uit het Gebouw voor K. en W. te Den Haag: Concertgebouworkest o.l.v. Os car Strauss m. m. v. Edith Schollwer, so- Eraan en Karl Jöken, tenor. In de pauze >r. L. H. Grondijs: Het hedendaagsche China II. 10.30 Gramofoonplaten. 11.Vaz Dias. 11.1012.Dansmuziek uit het „Pa lais de danse" te Scheveningen. Huizen, 296 M. (8.9.15 en 11.2. KRO, de NCRV van 10.11.en 2.— 11.30 uur). 8.9.15 en 10.Gramofoonpl. 10.15 Morgendienst o.l.v. P. van Vliet. 10.45 Gramofoonplaten. 11.30 Godsd. halfuur. 12.15 Orkestconcert en gramofoonplaten. 2.Handwerkcursus. 3.—3.30 Voor de vrouw. 4.Bijbellezing door Ds. D. Jenstra m. m. v. zang n orgel. 5.Cursus handen arbeid v. d. jeugd. 5.30 John's Accordeon Players o.l.v. J. Boelee en gramofoonplaten 6.30 Causerie door J. Schipper. 6 45 Knip cursus. 7.15 Ned. Chr. Persbureau. 7.30 Journ. Weekoverzicht. 8.Concert in de Groote kerk te Arnhem door de Arnhemsche Orkestvereeniging o.l.v. J. Spaanderman m. m. v. Meta Reidel, zang en C. de Wolf, orgel. 9.30 Causerie door R. A. den Ouden 10.Vaz Dias. 10.1011.30 Gramofoonpl. Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding. 10.50 Tijdsein en berichten. 11.0511.20 Lezing. 12.20 Het Rutland Square en New Victoria-orkest. 1.35 Gramofoonplaten. 2.35 'Schotsch Studio-orkest o.l.v. G. Daines. 3.20 Vesper. 4.05 Sted. orkest van Buxton o.l.v Fellowes. 5.05 Northern Studio-orkest o.l.v 'J. Bridge. 5.35 Kinderuur. 6.20 Berichten 6.50 Midland Studio-orkest o.l.v. Cantell. 7.35 De Yorkshire Mummers in hun reper toire. 9.20 Radio-Militair-orkest o.l.v. B. Walton O'Donnell, m. m. v. L. White, bari ton. 9.20 Berichten en lezing. 9.55 Concert. (J. v. d. Gucht, tenor en Lamond, piano 10.50 Korte Dienst. 11.0512.20 BBC- Dansorkest o.l.v. H. Hall. Parijs „Radio-Paris"1724 M. 8-05 en 12.50 Gramofoonplaten. 5.05 Concert uit het 'Amerik. Conservatorium: Pianorecital door !M. Lacroix. 7.30 Gramofoonplaten. 8.20 Concert o.l.v. Valmy—Baysse. Kalundborg, 1153 M. 12.20—2.20 Con cert uit hotel Angleterre. 3.505.50 Blaas concert o.l.v. Th. Dyring. m. m. v. H. Lund Christiaansen, piano. 9.20 Deensche Volks muziek o.l.v. Launy Gröndahl. 9 40 Zang voordracht. 10 3511.35 Radio-Symphonie- orkest m. m. v. solisten o.l.v L. Gröndahl. Langenberg, 473 Af. 6.25 en 7 23 Gramo foonplaten. 12.20 Concert o.lv. Wolf. 1.20 Gramofoonplaten. 150 Concert. 4.50 Con cert o.l.v. Kühn, m. m. v. pianosoliste. 7.20 Rijkszending uit Leipzig: „Dervgoldene Topf". 8.30 „Stahlwerk Meiderich", actueele uitzending. 9.30 Uit Heilsberg: Concert o.l.v. Tutein. 10.5012.20 Concert o.l.v Breuer m. m. v. sopraan. Rome, 441 M. 9.05 Concert m. m. v. orkest en A. Serato, viool. 9.50 Radiotooneel. 10 20 Vervolg concert. 10 50 Gramofoonplaten. Brussel, 338 en 508 M. 338 M.: 12.20 Gramofoonplaten. 1.30 Omroepkleinorkest o.l.v. Leemans. 5.20 Omroeporkest o.l.v André. 6.05 Kinderuurtje. 6.50 Voor de jeugd. 8.20 Omroeporkest o.l.v. André m. m v. bariton en pianist. 9.20 Radio-Symphonie orkest o.l.v. Meulemans m. m v. bariton 10.30 Gramofoonplaten. 508 M.: 12.20 Om roepkleinorkest o.l.v. Leemans. 1.30 Gramo foonplaten. 5.20 Radio-Symphonieorkest o.l.v. Meulemans. 6.35 Gramofoonpl. 6.50 Omroepkleinorkest o.lv. Leemans. 8.20 Radio-Symphonieorkest o.l.v. Meulemans. 9 20 Concert uit de Kurzaal te Ostende. 11Dansmuziek uit Ostende. Zeesen, 1635 M. 8 20 Populair concert door de kapel Reddemann. 9.20 Stefan- George-programma. 10.35 en 11.05 Berich ten. 11.20^-12.20 Concert door de S. A.- Kapel o.l.v. Joh. Fuhsel. Geautoriseerde vertaling naar 't Engelsch van Molly Thynne, door A. W. v. E.v. R. 40) Fayre voelde zich vrij dom en zeer stijf hoofdig. Hij had zich heel gewillig laten uit kleeden en over het geheel moest hij toe geven, dat het niet onverdiend was geweest, maar het lag in het geheel niet in zijn be- coeling zich door Kean of door iemand an ders van zijn plannen te laten afbrengen. En hij bleef Gregg verdenken. De rest van den dag werd zoo onschuldig doorgebracht, als zelfs Kean maar kon wen schen. Fayre zat eenigen tijd bij Sybil, die op en gekleed was, en zooveel beter, dat de dok ter toestemming had gegeven den volgenden morgen op haar gemak naar Londen te aan. De verschillende menschen, die in het „uis verblijf hielden, liepen bijna voortdu rend in en uit, zoodat §r tot Fayre's verlich ting geen gelegenheid was het onderwerp van den moord aan te roeren. Toen hij zich voor het diner kleedde, kreeg hij bezoek van Bill Staveley. Die was nog in zijn rijcostuum en juist terug van zijn bezoek aan de Hammonds. „Ik heb de tijding voor je", begon hij, „en ik ben te weten gekomen, in wat voor auto Gregg zat. Ik heb het heel slim aangelegd, dat kan ik je zeggen! Ik begin te gelooven, dat ik een natuurlijke gave voor die dingen heb. Als je soms denkt, dat ik maar een GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Donderdag 13 JuH. Lijn 1: Hilversum. Liin 2: Huizen. Liin 3: Daventry 10.35—24.— Lijn 4: Langenberg 10.30—17.35, Zeesen 17.55—19.20, Leipzig 19.20—20.20, Zeesen 20.20-24.—. (Van onzen eigen verslaggever.) II. G&tige Natur, die lhres F&llhorns Gaben So reich in diesem Garten ausgestreat! Dich fibertraf die Knnst, die ihre Lieblichkeit Ringsum ergosz, nm uns daran zu laben. Befriedigt nennt der Fremde ganz gewisz Schwetzingens Garten: Badens Paradiee! Het is vroeg dag, als de niet uitgeslapen journalisten zich is groepjes van drie en vier op het parkeerterrein van Hotel Europe ko men melden. Onze Führer zijn er natuurlijk al en Herr Gabler zahlt die Haüpter seiner Lieben en komt tot de ontdekking, dat hem noch manches teueres journalisten-haupt fehlt. Maar eindelijk zijn wij dan allen present en komen ook Herr Moraller met zijn jonge vrouw zich bij ons voegen. Wij klimmen in dei. Postauto en de geuniformde chauffeur laat vroolijk zijn automatischen horen schal len. Er is maar een omstandigheid, welke de vreugde van den komenden dag verstoort, dat is de regen. De lucht is grijs en dik en het ziet er niet naar uit of de zon er door heen zal boren. Maar de auto is ruim en dicht en onder twee-en-twintig Hollandsche journalisten zijn er altijd wel een paar, die met een schert send woord, een kwinkslag en zoo nu en dan een vroolijk liedje de stemming op peil weten te houden. We rijden naar Mannheim terug, opnieuw langs de Ausstellung en het vliegveld en dan stopt in deze industriestad ons voertuig voor het hoofdkantoor der Lanz-werken, de groote fabriek waar motoren, tractors en allerlei soorten landbouwwerktuigen gebouwd wor den. De directeur staat reeds met een paar ingenieurs gereed ons door dit machtige ge bouwencomplex te leiden en hij schrikt alleen bij de mededeeling, dat wij daarvoor precies een half uur tijd zullen hrf>ben In een half uur kan men ternauwernood door de machi nehallen heen loopen en wij beginnen onzen tocht dan ook na een kort welkomstspeechje ia het gematigd tempo van een snelwande laar, die zooveel voorsprong heeft, dat hij zich niet meer behoeft te haasten. Hier in deze hallen is het ijzer in men- schenhandel kneedbaar materiaal geworden. Het gloeit, het sist en het spat een regen van vonken uit en groote kerels heffen hun ha mers en smeden het in alle noodzakelijke vormen. Er zijn hydraulische hamers, die met de kracht van tienduizenden kilogram men een klomp ijzer tot een vlakke plaat slaan, er zijn automatische machines, die vormen afronden en gaten boren. Machines en menschen volgen elkaar in onoverzienbare rijen op en al voortloopend zien wij de schepping van een Bullaog-tractor, waarvan er ten slotte breede rijen voor aflevering ge reed staan. Dorschmachines, stroobinders, stroopersen, schovenbinders, grasmaaiers en tal van andere groote landbouwmachines staan hier bijeen om de laatste proef van deugdelijkheid en betrouwbaarheid af te leg gen. Er is nog veel en veel meer te zien, maar onze auto staat al weer voor de fa- briekspoort en wij nemen met onze leiders haastig afscheid om naar een tweede paleis- geboüw, een Handelskamer te rijden. De directeur every inch a gentleman heet ons hartelijk welkom, hij memoreert in het kort de tijdsomstandigheden en zin speelt op de verwantschap tusschen Hol land en Duitschland. Er ontglipt hem even een onvriendelijk woord aan de tegenwoor dige bezitters van Elzas en Lotharingen en daarna worden wij in een bioscoopzaal ge laten, waar een Herr Doctor ons een lang? reeks projecties toont, waardoor wij een goed beeld krijgen van de beteekenis van Mann heim als handel en industriestad. Er worden sandwiches en glazen Rhein- wein gepresenteerd en wij verdenken er meer dere collega's van dat zij die op dat oogen- soort Watson ben, beste Holmes, heb je het heelemaal mis!" „Als je werkelijk waardeering en bemoedi ging wilt hebben, kan ik je aanraden naar Edward te gaan en hem alles te vertellen"' raadde Fayre droog. „Als je intusschen klaar bent met dat opsnijden, kun je de bewijzen van je genie overleggen!" Lord Staveley grinnikte. „Is het er zoo mee gesteld? Heeft hij erg uitgevaren tegen onze geringe pogingen? Hij heeft altijd een vervloekt eind boven ons gestaan!" „Ik heb er jou buiten gelaten, wat meer is, dan je verdient. Wat heb je ontdekt bij de Hammonds?" „Een gloednieuwe baby, onder andere, die door Gregg precies om kwart over acht in de werela werd geholpen, dien avond van den 23en. Zij belden hem tusschen half vijf en vijf uur op, en hij moet bijna dadelijk op weg zijn gegaan en liep naar Whitbury voor de auto. En ik twijfel er niet aan, of hij heeft nTg wat kernachtige woorden gezegd, in aanmerking genomen, wat een vreeselijke avond het was. Nu wordt de zaak belang wekkender. Je zei, dat hij om half zes bij Stockley vandaan was gegaan. Welnu, hij kwam niet vóór bij zevenen bij de Han> monds. Dat wist Hamond heel zeker. Hijza. er erg mee in, dat Gregg zoo laat kwam. Fayre, die met zijn das bezig was, draaide zich met een uitroep om. Staveley knikte. „Het is een feit!" zei hij kalm. „Ander half uur voor een rit van dertig minuten. Natuurlijk kan hij onderweg nog iemand an ders bezocht hebben, maar in aanmerking genomen, dat Hamond's boodschap dringend was, lijkt dat niet waarschijnlijk.'' blik interessanter vinden dan de fabrieks complexen, die zij op het witte doek hebben bekeken. Een kort woord van afscheid en wij zetten onzen tocht voort naar Karlsruhe, de hoofdstad van het oude groothertogdom Baden. Maar eerst zullen wij als bijzondere gunst een Arbeitslager mogen zien. Er is een krijgshaftige figuur in donkergroene uni form in ons gezelschap gekomen. Hij draagt het hakenkruis om den arm en het ijzeren kruis ais eereteeken op zijn uniformjas Men behandelt hem met bijzonderen eerbied en wij komen tot de overtuiging, dat hij in Mannheim het militaire element van de nieuwe regeering vertegenwoordigt. Door regenstralen als pijpesteelen rijdt onze auto door zandwegen, waar het water in de kuilen hoog opspat en natte boomtakken hun blade ren aan onze ruiten afvegen. Nog een paar landweggetjes en dan staan wij voor een ge bouwencomplex, dat een kazerne zou kunnen zijn, als de binnenplaats door talrijke bloem perkjes niet meer voor tuinieren dan voor excerceeren geschikt was. Er staan, evenals wij dat bij het bezichtigen van talrijke an dere gebouwen gezien hebben, enkele jonge mannen in Nazi-uniform op post, die onze leiders met opgeheven arm den S.A.-groet brengen. Zij begeleiden ons op onzen tocht door slaapzalen, eetgebouwen, keukens en waschplaatsen, waar ook de daar werkzame meisjes bij de binnenkomst van onzen gelei der met opgeheven arm den Heilgroet bren gen. In deze gebouwen wonen en slapen eeni- ge honderden jonge mannen, werkloozen uit Mannheim, die zich vrijwillig voor deze werkverschaffing hebben opgegeven. Zij ontginnen uitgebreide vlakten, die bebouwd zullen worden en waar zij later gezamenlijk Met recht: een vruchtenjam! Prima jam 55 ets. p. pot. Huishoudjam 35 ets, p. pot. „Wat voor excuus maakte hij tegenover Hammond?" ,Geen enkel, geloof ik, maar naar ik meen hadden ze hem dringend noodig, toen hij kwam. Hij zei alleen maar, dat het hem speet, dat hij zoo laat was, en zij waren al len in zoo'n zenuwachtigen toestand, dat er niets meer van werd gezegd. Het is hun eerste baby, en de man schijnt gedacht te hebben, dat de wereld op zijn eind liep Gregg ging er omstreeks negen uur van daan, waardoor hij juist bijtijds thuis kwam voor den oproep van de politie. Heb je uitgevonden in wat voor auto hij daar kwam?'' In die van Stockley. Hammond kent die goed, omdat zij 's morgens logeergasten heb ben en dan Stockley's auto's gebruiken. Ik kon hem niet ongemerkt naar het nummer vragen, maar hij schijnt niets ongewoons vermoed te hebben' Ik zou wel eens willen weten of de voer man zich vergist kan hebben''. „Denkelijk niet. Hij kent waarschijnlijk Stockley's auto's. Iedereen hier in de buurt kent ze' en zoo goed als zeker kent hij Gregg, zelfs is het donker. Je moet je aan de ga- rage-auto houden, vermoed ik. Tenminste, als Gregg er werkelijk bij betrokken is." Fayre zuchtte. „We schijnen toch eindelijk ergens te ko men", zei hij. „Maar de Hemel mag weten, waartoe het zal leiden". „Zullen wij het goede nieuws aan Edward vertellen of niet?" vroeg Staveley ondeugenc „Ik mag hangen als ik hetdoe", ant woordde Fayre driftig. „Het is nu tenslotte Grey's werk. Ik zal hem vanavond schrij- ven. Hij hield woord en zond den procureur de huizen zullen zetten, waarin zij als toe komstige landbouwers een nieuw bestaan zullen vinden. Het is alles hoogst eenvou dig. maar keurig en zindelijk ingericht en het eenige wat wij in deze omgeving missen is de arbeiders zelf. Zij zijn niet binnen en zij zijn in den stroomenden regen blijkbaar ook niet buiten. Waar zij waren, zullen wij nooit te weten komen. Wij danken onzen geleider, die weldra af scheid van ons neemt en rijden naar Schwet- zingen, waar wij de wereldberoemden slot tuin zullen bezichtigen. Het regent dat het giet en de burgemeester van Schwetzingen staat met den voorzitter van de plaatselijke vereeniging voor vreemdelingenverkeer on der twee druipende parapluies op ons te wachten. De Hollandsche journalisten geven vrij onomwonden te kennen, dat zij met dit hon denweer liever in een dichte autobus dan in een open slottuin zitten, maar er is niets aan te doen. Het programma moet afge werkt worden. Herr Bürgermeister heeft niet voor niets een half uur de regenvlagen ge trotseerd en dus klimmen wij weer naar bui ten en dalen als kippen uit het nachthok achter elkaar het trapje af, dat ons van den hoogen auto op den beganen grond voert. Maar ziet, de natuur heeft blijkbaar mede lijden met ons gekregen, want nauwelijks staan wij in den slottuin of de zon breekt door en de parapluies van onze geleiders kunnen buiten dienst gesteld worden. Wij hebben geen spijt meer dat wij hier aan land gezet zijn, want deze slottuin is een tot werkt- iikheid geworden sprookje Keurvorst Carl Theodoor heeft in de achttiende eeuw schat ten gelds voor den aanleg van dit park uit gegeven en de grootste tuinarchitecten ter wereld hebben er hun krachten aan gewijd Hier vindt men een tweede Versailles, een park uit den tijd der barokstijl, dat in 1929 nog door meer dan 190000 buitenlanders bezocht is geworden. Het slot is in 1928 ge restaureerd en thans eigendom van den staat. Het 73 H.A. groote park is het groot ste en mooiste dat men op dit gebied in Duitschland kan vinden. Het heeft reus achtige gazons, wondermooie bosschages en overal een schat van beeldhouwwerken, waar onder zeer vele van onzen landgenoot Ver- schaffelt. Waterpartijen en fonteinen, water- spuwende herten, elk op zich zelf een won derwerk van beeldhouwkunst, een badkapel. een volière, een volledige moskee een kostbare gril van een der voormalige bezit ters en een Apollotempel. Hier worden elk jaar prachtige Rokoko-dansspelen gehou den en terwijl wij vol bewondering voor den tempel staan, komen zes kleine meisje in Rokoko-costuumpjes in een dubbele rij van de breede trappen dalen, smetteloos in hun roze japonnetjes met de breede klokrokken, de gezichtjes gepoederd, de watergolfkopjes door stijlvolle grijze pruiken bedekt. Uit ge vlochten korfjes bieden zij ons rozeknopjes aan, die door een lint in de Duitsche kleuren worden samengehouden en alle beschikbare fototoestellen richten zich op dit bekoorlijke groepje, dat bij het weer vallen van de eerste regendruppels haastig haar kostbare costuumpjes in den Apollotempel in veilig heid brengt. Helaas, het regent weer, maar in den auto is het droog en de voorzitter van het vreem delingenverkeer geeft ons een aantal brochures mee om later op ons gemak bij tekst en illustraties nog eens van dezen tuin te kunnen genieten. Wij hebben ook in Hei- delberg en in Mannheim groote pakken reclamelectuur in ontvangst genomen en hebben er eenige kilo's van op schoot als wij naar Karlsruhe rijden. Wat moeten wij met al die gidsen en reclameboeken beginnen? Het zou onbeleefd zijn er in deze gastvrije streek ook maar iets van achter te laten, maar wij herinneren ons uit een der eerste natuurkundelessen, dat alle stof ruimte be slaat. Wij weten ook, dat onze koffers na alles wat voor een tiendaagsche reis noodig is, maar een beperkte ruimte over hebben en wij hopen in stilte, dat de goede gaven in papiervorm niet al te rijkelijk zullen stroo men, een hoop, die reeds den volgenden dag volkomen ijdel zal blijken. Wij rijden door Karlsruhe, de hoofdstad van Baaen, een stad van 160.000 inwoners, een centrum van industrie, scheepvaart en vreemdelingenverkeer en voor het hotel Germania stappen wij uit en gaan naar de groote eetzaal waar een nieuwe stoet hoog waardigheidsbekleeders ons opwacht. Tus schen hen staat onopvallend een jonge man in Nazi-uniform, die ons allen hartelijk de ïand drukt. Wij zien in hem een nieuw be noemden Bürgermeister, maar onze schat ting is lang niet hoog genoeg, want wij zijn de gasten van niemand minder dan den mi nister-president van Baden, de heer Kohier, n zijn gezelschap bevindt zich de Oberbür- germeister en verscheidene andere heeren, wier titel vrijwel algemeen op „rat" eindigt Wij zitten aan den feestdiscb naast Herr Oberpostrat, die de verdere reis met ons zal meemaken en een onderhoudend prater blijkt te zijn. Het is overal geweest, kent landen ea volken en valt van den eenen goeden Witz in den anderen. Maar plotseling verstommen alle gesprekken, want de minister-president is opgestaan en heet den Hollandschen jour nalisten hartelijk welkom. Hij kent Holland, want hij is in den oorlogstijd in een onzer gevangenkampen geweest. Hij heeft het moment der dreigende revo lutie meegemaakt en gezien hoe in de ure des aars onze koningin en haar dochtertje in i Haag temidden van een enthousiaste be volking reden, een bevolking, die luide haar trouw en aanhankelijkheid betuigde. Gij, Hollanders, zegt hij, hebt Uwe vorstin lief en de trouw van een volk aan zijn vorst ia het beste wat men kan verlangen. Op Konin gin Wilhelmina en de stamverwantschap tus schen Hollanders en Duitschers ledigt hij zijn glas en de meest bezadigde onzer col lega's antwoordt in een lange toespraak, waarin hij onzen dank voor de betoonde gastvrijheid en onze ingenomenheid met deze studiereis betuigt. Het uitgebreide menue houdt ons langer vast dan het programma ons veroorlooft en de Karlsruher Weltfirmen Wolff und Sohn hebben bij elk couvert in likeur en zeep een dadelijk na het eten een duidelijk en zakelijk verslag van alles, wat er gebeurd was. Het was hem niet kwalijk te nemen, dat er den volgenden morgen leedvermaak in zijn oogen lag, toen hij met de overige huisge nooten op de stoep het vertrek van Kean stond af te wachten. Sis Edward had het te druk met de taak, het zijn vrouw zoo gemak kelijk mogelijk te maken op de reis, om iets ongewoons in de manieren van zijn vriend op te merken, maar Sybill Kean bezorgde hem een onaangenaam oogenblik, toen zij goeden dag zeiae. „Ik geloof, dat jij en Bill iets in het schild voeren," zei ze spottend. „Ik zou je raden een oogje op hen te houden, Eva! Zij staken van morgen na het ontbijt de hoofden bij elkaar en kijk ze nu eens!" Fayre slaagde er in een heel onschuldig gezicht te zetten, maar Bill Staveley grijns de openlijk. „Ik dacht maar zoo," ging zij kalm voort ,Je kunt Fayre niet vertrouwen, Eva, als hij er uitziet, of hij geen tien kan tellen." Tot Fary's verlichting kwam Kean nu met zijn armen vol kussens naar haar toe en sa men gingen zij de stoep af naar de auto. Nauwelijks waren zij om de bocht aan het eind van de laan verdwenen, of Fayre werd door Cynthia opgebeld. „Tubby heeft het gedaan gekregen, oom Fayre! Zei ik het u niet?' ayre Zij lij was buiten adem van opwinding. „Ik kom vanmiddag met den trein van twee uur dertig terug. Wilt u Eva vragen of ze mij af komt halen? Ik zal er u alles van vertellen als ik u zie, maar wij hebben de auto met het gebroken spatbord en alles opgespoord klein proefje van hun fabrikaten neergelegd. gedrukt kaartje vermeldt, dat zij' „sich géstatten, den verehrten Hol- landischen Gasten mit herzlichem WilU kommgrusz eine kleine Proben ihrer Er' zeugnisse zu Uberreichen". De verloren tijd moet ingehaald worden en wij rijden vliegensvlug naar Baden Ba- den. Het Schwarzwald toont hier reeds zijn veelbelovende pracht. Het gaat bergop- en bergafwaarts, duizende naaldboomen steken hun rechte stammen omhoog en op de smalle bergwegen stuiten wij telkens op ossenkar- ren, die de houthakkers met twintig meter lasge masten hebben beladen. In Baden Baden rijden wij rechtstreeks naar het golf' clubterrein, waar de Kurdirector Herr Hoehne ons met enkele dames in het club huis ontvangt, waar ons een thee wordt aan' geboden. Gezellig knettert een houtvuur on der den grooten schoorsteen en na den regen- achtigen, verkillenden middag doet de warmte weldadig aan. Een kort welkomst woord, een dankwoord en dan rijden wij weer bergafwaarts en krijgen gelegenheid ons in een der schitterende hotels te verkleeden. Wij dineeren met vijf Hollandsche jour* nalisten, den hoteldirecteur en Herr Ober postrat in de schitterende eetzaal van Hotel Europaischer Hof en Herr Oberpostrat ver telt een vermakelijke geschiedenis van zijn muts, die op een boottocht in Zwitserland door den wind afgerukt in het water terecht kwam. Het is al laat als wij van tafel op staan, maar nog niet te laat om gebruik te maken van de ons vriendelijk verstrekte uit- noodiging voor een voorstelling in het Kleine Theater, waar een aufführing van „Husaren- fieoer" wordt gegeven. De Hollandsche jour nalisten zitten in loges bij elkaar en na af loop maken wij dankbaar gebruik van de uit- noodiging der Kurdirectie voor een gezellig samenzijn in de Kurhausbar, waar tevens onze Badensche collega's ditmaal niet in uniform zijn genoodigd. Onder geleide der directie bezichtigen wij het schitterende Kurhaus, een marmeren paleis, met schouwburg en danszalen, een paleis, met schouwburg- en danszalen, een ordijnen, met parketvloeren, vergulde meu- els en vorstelijke lichtkronen. Het is er niet druk, want Baden Baden ondervindt in volle zwaarte den druk der tijden en de Amerika nen en Hollanders, die andere jaren deze zalen vullen, laten door de economische om standigheden ditmaal voor het grootste deel op zien wachten. Een uitstekende band laat zich in de Kur. hausbar hooren en eenige collega's wagen zich op den spiegelgladden dansvloer en knoopen dames nieuwe vriendschapsbanden tusschen Baden en Holland aan. Het is laat in den avond als de meesten onzer aan hun bed denken en met een vijftal HOOFDSTUK XV. Toen Cynthia te Staveley Grange uit den trein stapte, vond zij Fayre op het perron wachten. De stationschef, een oud vriend uit haar jeugd, schoot te voorschijn om haar te begroeten, en zij had geen gelegenheid om met haar nieuws voor den dag te komen, voordat zij zich met Fayre alleen in de autc op weg naar Staveley bevond. „Ik heb een teleurstelling voor u, oom Fay re", begon zij. „Wij hebben de auto opge spoord, maar de rest van het nummer niet' Een oogenblik kon hij zijn teleurstelling niet verbergen. Hij had zoo op dat eene on misbare punt gerekend, sinds hij den vorigen avond haar boodschap had gekregen. „Bedoel je> dat de auto in twee garages kan zijn gestald, zonder dat een er van het nummer heeft opgenomen? Het is ongeloof lijk „Dezen keer viel er geen op te nemen. De man zei, dat de auto binnenkwam met de halve nummerplaat er af. E>ie was juist ach ter het nummer 7 doormidden gebroken, en de eigenaar zei, dat een lorrie iets buiten Carlisle op hem in was gereden. Tubby had een gesprek met een van de mannen, die de auto schoon maakten, en die ze intusschen goed hadden kunnen bekijken, en die zei, dat de nummerplaat door een lichten hamerslag breekt. Behalve het kapotte spatbord waren er geen andere teekenen van een aanrijding maar er zat verf, roode verf, op het spat bord. Hij herinnerde zich, dat hij had gepro beerd het er af te krijgen Tubby denkt, dat het heel goed mogelijk is dat de man de num merplaat zelf brak, en daarom heeft de voer man natuurlijk niet meer dan de helft er van aCZlcn' LWordt vervolgt!.? V.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 5