Alkmaarsche Courant.
DE ROODE VULPENHOUDER
Tien dagen in Baden en Rijnland.
Honflerfl fl/t en dertigste Jaargang.
WOENSDAG 12 JULI
JladiouieuuLS
9xuilleUm
I
Frissche
bessen,
van de mooiste
trossen gerist,
zijn de zuivere
echt-natuurlijke in
houd van een pot
Bessen-jam
Tïeh
emait
e, Dros
llan
No. 162 1933
Btg—
Dondtrdag 13 Juli.
Hilversum, 1875 M. (Uitsluitend AVRO).
8.Gramofoonpl. 10.Morgenwijding.
10.15 Gramofoonplaten. 10.30 Concert. J.
van Heusden, piano. A. BrooshoofdVer
hulst, zang en E. Veen, piano. 11.— Knip
cursus. 11.30 Vervolg concert. 12.Gramo
foonplaten. 12.30—215 Omroeporkest o.l.v.
N. Treep en gramofoonplaten. 2.30 Vervolg
concert. 3.Voordracht door Annie de
HoogNooy. 3.30 Gramofoonplaten. 4.
Voor zieken en ouden van dagen. 4.30 Gra
mofoonplaten. 5.Radiotooneel voor de
kinderen. 5.40 Kovacs Lajos en zijn orkest,
m. m. v. B. Scholte, zang. 6.30 Sportpraatje
H. Hollander. 7.— Vervolg Kovacs Lajos.
7.30 A. A. van Eysden Jr.: Siam. 8.— Vaz
Dias. 8.05 Uit het Gebouw voor K. en W. te
Den Haag: Concertgebouworkest o.l.v. Os
car Strauss m. m. v. Edith Schollwer, so-
Eraan en Karl Jöken, tenor. In de pauze
>r. L. H. Grondijs: Het hedendaagsche
China II. 10.30 Gramofoonplaten. 11.Vaz
Dias. 11.1012.Dansmuziek uit het „Pa
lais de danse" te Scheveningen.
Huizen, 296 M. (8.9.15 en 11.2.
KRO, de NCRV van 10.11.en 2.—
11.30 uur). 8.9.15 en 10.Gramofoonpl.
10.15 Morgendienst o.l.v. P. van Vliet. 10.45
Gramofoonplaten. 11.30 Godsd. halfuur.
12.15 Orkestconcert en gramofoonplaten.
2.Handwerkcursus. 3.—3.30 Voor de
vrouw. 4.Bijbellezing door Ds. D. Jenstra
m. m. v. zang n orgel. 5.Cursus handen
arbeid v. d. jeugd. 5.30 John's Accordeon
Players o.l.v. J. Boelee en gramofoonplaten
6.30 Causerie door J. Schipper. 6 45 Knip
cursus. 7.15 Ned. Chr. Persbureau. 7.30
Journ. Weekoverzicht. 8.Concert in de
Groote kerk te Arnhem door de Arnhemsche
Orkestvereeniging o.l.v. J. Spaanderman m.
m. v. Meta Reidel, zang en C. de Wolf,
orgel. 9.30 Causerie door R. A. den Ouden
10.Vaz Dias. 10.1011.30 Gramofoonpl.
Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding.
10.50 Tijdsein en berichten. 11.0511.20
Lezing. 12.20 Het Rutland Square en New
Victoria-orkest. 1.35 Gramofoonplaten. 2.35
'Schotsch Studio-orkest o.l.v. G. Daines. 3.20
Vesper. 4.05 Sted. orkest van Buxton o.l.v
Fellowes. 5.05 Northern Studio-orkest o.l.v
'J. Bridge. 5.35 Kinderuur. 6.20 Berichten
6.50 Midland Studio-orkest o.l.v. Cantell.
7.35 De Yorkshire Mummers in hun reper
toire. 9.20 Radio-Militair-orkest o.l.v. B.
Walton O'Donnell, m. m. v. L. White, bari
ton. 9.20 Berichten en lezing. 9.55 Concert.
(J. v. d. Gucht, tenor en Lamond, piano
10.50 Korte Dienst. 11.0512.20 BBC-
Dansorkest o.l.v. H. Hall.
Parijs „Radio-Paris"1724 M. 8-05 en
12.50 Gramofoonplaten. 5.05 Concert uit het
'Amerik. Conservatorium: Pianorecital door
!M. Lacroix. 7.30 Gramofoonplaten. 8.20
Concert o.l.v. Valmy—Baysse.
Kalundborg, 1153 M. 12.20—2.20 Con
cert uit hotel Angleterre. 3.505.50 Blaas
concert o.l.v. Th. Dyring. m. m. v. H. Lund
Christiaansen, piano. 9.20 Deensche Volks
muziek o.l.v. Launy Gröndahl. 9 40 Zang
voordracht. 10 3511.35 Radio-Symphonie-
orkest m. m. v. solisten o.l.v L. Gröndahl.
Langenberg, 473 Af. 6.25 en 7 23 Gramo
foonplaten. 12.20 Concert o.lv. Wolf. 1.20
Gramofoonplaten. 150 Concert. 4.50 Con
cert o.l.v. Kühn, m. m. v. pianosoliste. 7.20
Rijkszending uit Leipzig: „Dervgoldene
Topf". 8.30 „Stahlwerk Meiderich", actueele
uitzending. 9.30 Uit Heilsberg: Concert
o.l.v. Tutein. 10.5012.20 Concert o.l.v
Breuer m. m. v. sopraan.
Rome, 441 M. 9.05 Concert m. m. v. orkest
en A. Serato, viool. 9.50 Radiotooneel. 10 20
Vervolg concert. 10 50 Gramofoonplaten.
Brussel, 338 en 508 M. 338 M.: 12.20
Gramofoonplaten. 1.30 Omroepkleinorkest
o.l.v. Leemans. 5.20 Omroeporkest o.l.v
André. 6.05 Kinderuurtje. 6.50 Voor de
jeugd. 8.20 Omroeporkest o.l.v. André m. m
v. bariton en pianist. 9.20 Radio-Symphonie
orkest o.l.v. Meulemans m. m v. bariton
10.30 Gramofoonplaten. 508 M.: 12.20 Om
roepkleinorkest o.l.v. Leemans. 1.30 Gramo
foonplaten. 5.20 Radio-Symphonieorkest
o.l.v. Meulemans. 6.35 Gramofoonpl. 6.50
Omroepkleinorkest o.lv. Leemans. 8.20
Radio-Symphonieorkest o.l.v. Meulemans.
9 20 Concert uit de Kurzaal te Ostende.
11Dansmuziek uit Ostende.
Zeesen, 1635 M. 8 20 Populair concert
door de kapel Reddemann. 9.20 Stefan-
George-programma. 10.35 en 11.05 Berich
ten. 11.20^-12.20 Concert door de S. A.-
Kapel o.l.v. Joh. Fuhsel.
Geautoriseerde vertaling
naar 't Engelsch van Molly Thynne,
door A. W. v. E.v. R.
40)
Fayre voelde zich vrij dom en zeer stijf
hoofdig. Hij had zich heel gewillig laten uit
kleeden en over het geheel moest hij toe
geven, dat het niet onverdiend was geweest,
maar het lag in het geheel niet in zijn be-
coeling zich door Kean of door iemand an
ders van zijn plannen te laten afbrengen. En
hij bleef Gregg verdenken.
De rest van den dag werd zoo onschuldig
doorgebracht, als zelfs Kean maar kon wen
schen. Fayre zat eenigen tijd bij Sybil, die op
en gekleed was, en zooveel beter, dat de dok
ter toestemming had gegeven den volgenden
morgen op haar gemak naar Londen te
aan. De verschillende menschen, die in het
„uis verblijf hielden, liepen bijna voortdu
rend in en uit, zoodat §r tot Fayre's verlich
ting geen gelegenheid was het onderwerp
van den moord aan te roeren.
Toen hij zich voor het diner kleedde, kreeg
hij bezoek van Bill Staveley. Die was nog in
zijn rijcostuum en juist terug van zijn bezoek
aan de Hammonds.
„Ik heb de tijding voor je", begon hij, „en
ik ben te weten gekomen, in wat voor auto
Gregg zat. Ik heb het heel slim aangelegd,
dat kan ik je zeggen! Ik begin te gelooven,
dat ik een natuurlijke gave voor die dingen
heb. Als je soms denkt, dat ik maar een
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Donderdag 13 JuH.
Lijn 1: Hilversum.
Liin 2: Huizen.
Liin 3: Daventry 10.35—24.—
Lijn 4: Langenberg 10.30—17.35, Zeesen
17.55—19.20, Leipzig 19.20—20.20, Zeesen
20.20-24.—.
(Van onzen eigen verslaggever.)
II.
G&tige Natur, die lhres F&llhorns Gaben
So reich in diesem Garten ausgestreat!
Dich fibertraf die Knnst, die ihre Lieblichkeit
Ringsum ergosz, nm uns daran zu laben.
Befriedigt nennt der Fremde ganz gewisz
Schwetzingens Garten: Badens Paradiee!
Het is vroeg dag, als de niet uitgeslapen
journalisten zich is groepjes van drie en vier
op het parkeerterrein van Hotel Europe ko
men melden. Onze Führer zijn er natuurlijk
al en Herr Gabler zahlt die Haüpter seiner
Lieben en komt tot de ontdekking, dat hem
noch manches teueres journalisten-haupt
fehlt.
Maar eindelijk zijn wij dan allen present
en komen ook Herr Moraller met zijn jonge
vrouw zich bij ons voegen. Wij klimmen in
dei. Postauto en de geuniformde chauffeur
laat vroolijk zijn automatischen horen schal
len. Er is maar een omstandigheid, welke de
vreugde van den komenden dag verstoort,
dat is de regen. De lucht is grijs en dik en
het ziet er niet naar uit of de zon er door
heen zal boren.
Maar de auto is ruim en dicht en onder
twee-en-twintig Hollandsche journalisten
zijn er altijd wel een paar, die met een schert
send woord, een kwinkslag en zoo nu en dan
een vroolijk liedje de stemming op peil weten
te houden.
We rijden naar Mannheim terug, opnieuw
langs de Ausstellung en het vliegveld en dan
stopt in deze industriestad ons voertuig voor
het hoofdkantoor der Lanz-werken, de groote
fabriek waar motoren, tractors en allerlei
soorten landbouwwerktuigen gebouwd wor
den. De directeur staat reeds met een paar
ingenieurs gereed ons door dit machtige ge
bouwencomplex te leiden en hij schrikt alleen
bij de mededeeling, dat wij daarvoor precies
een half uur tijd zullen hrf>ben In een half
uur kan men ternauwernood door de machi
nehallen heen loopen en wij beginnen onzen
tocht dan ook na een kort welkomstspeechje
ia het gematigd tempo van een snelwande
laar, die zooveel voorsprong heeft, dat hij
zich niet meer behoeft te haasten.
Hier in deze hallen is het ijzer in men-
schenhandel kneedbaar materiaal geworden.
Het gloeit, het sist en het spat een regen van
vonken uit en groote kerels heffen hun ha
mers en smeden het in alle noodzakelijke
vormen. Er zijn hydraulische hamers, die
met de kracht van tienduizenden kilogram
men een klomp ijzer tot een vlakke plaat
slaan, er zijn automatische machines, die
vormen afronden en gaten boren. Machines
en menschen volgen elkaar in onoverzienbare
rijen op en al voortloopend zien wij de
schepping van een Bullaog-tractor, waarvan
er ten slotte breede rijen voor aflevering ge
reed staan. Dorschmachines, stroobinders,
stroopersen, schovenbinders, grasmaaiers
en tal van andere groote landbouwmachines
staan hier bijeen om de laatste proef van
deugdelijkheid en betrouwbaarheid af te leg
gen. Er is nog veel en veel meer te zien,
maar onze auto staat al weer voor de fa-
briekspoort en wij nemen met onze leiders
haastig afscheid om naar een tweede paleis-
geboüw, een Handelskamer te rijden.
De directeur every inch a gentleman
heet ons hartelijk welkom, hij memoreert
in het kort de tijdsomstandigheden en zin
speelt op de verwantschap tusschen Hol
land en Duitschland. Er ontglipt hem even
een onvriendelijk woord aan de tegenwoor
dige bezitters van Elzas en Lotharingen en
daarna worden wij in een bioscoopzaal ge
laten, waar een Herr Doctor ons een lang?
reeks projecties toont, waardoor wij een goed
beeld krijgen van de beteekenis van Mann
heim als handel en industriestad.
Er worden sandwiches en glazen Rhein-
wein gepresenteerd en wij verdenken er meer
dere collega's van dat zij die op dat oogen-
soort Watson ben, beste Holmes, heb je het
heelemaal mis!"
„Als je werkelijk waardeering en bemoedi
ging wilt hebben, kan ik je aanraden naar
Edward te gaan en hem alles te vertellen"'
raadde Fayre droog. „Als je intusschen klaar
bent met dat opsnijden, kun je de bewijzen
van je genie overleggen!"
Lord Staveley grinnikte.
„Is het er zoo mee gesteld? Heeft hij erg
uitgevaren tegen onze geringe pogingen?
Hij heeft altijd een vervloekt eind boven ons
gestaan!"
„Ik heb er jou buiten gelaten, wat meer is,
dan je verdient. Wat heb je ontdekt bij de
Hammonds?"
„Een gloednieuwe baby, onder andere, die
door Gregg precies om kwart over acht in
de werela werd geholpen, dien avond van
den 23en. Zij belden hem tusschen half vijf
en vijf uur op, en hij moet bijna dadelijk op
weg zijn gegaan en liep naar Whitbury voor
de auto. En ik twijfel er niet aan, of hij heeft
nTg wat kernachtige woorden gezegd, in
aanmerking genomen, wat een vreeselijke
avond het was. Nu wordt de zaak belang
wekkender. Je zei, dat hij om half zes bij
Stockley vandaan was gegaan. Welnu, hij
kwam niet vóór bij zevenen bij de Han>
monds. Dat wist Hamond heel zeker. Hijza.
er erg mee in, dat Gregg zoo laat kwam.
Fayre, die met zijn das bezig was, draaide
zich met een uitroep om.
Staveley knikte.
„Het is een feit!" zei hij kalm. „Ander
half uur voor een rit van dertig minuten.
Natuurlijk kan hij onderweg nog iemand an
ders bezocht hebben, maar in aanmerking
genomen, dat Hamond's boodschap dringend
was, lijkt dat niet waarschijnlijk.''
blik interessanter vinden dan de fabrieks
complexen, die zij op het witte doek hebben
bekeken. Een kort woord van afscheid en wij
zetten onzen tocht voort naar Karlsruhe, de
hoofdstad van het oude groothertogdom
Baden.
Maar eerst zullen wij als bijzondere gunst
een Arbeitslager mogen zien. Er is een
krijgshaftige figuur in donkergroene uni
form in ons gezelschap gekomen. Hij draagt
het hakenkruis om den arm en het ijzeren
kruis ais eereteeken op zijn uniformjas Men
behandelt hem met bijzonderen eerbied en
wij komen tot de overtuiging, dat hij in
Mannheim het militaire element van de
nieuwe regeering vertegenwoordigt. Door
regenstralen als pijpesteelen rijdt onze auto
door zandwegen, waar het water in de kuilen
hoog opspat en natte boomtakken hun blade
ren aan onze ruiten afvegen. Nog een paar
landweggetjes en dan staan wij voor een ge
bouwencomplex, dat een kazerne zou kunnen
zijn, als de binnenplaats door talrijke bloem
perkjes niet meer voor tuinieren dan voor
excerceeren geschikt was. Er staan, evenals
wij dat bij het bezichtigen van talrijke an
dere gebouwen gezien hebben, enkele jonge
mannen in Nazi-uniform op post, die onze
leiders met opgeheven arm den S.A.-groet
brengen. Zij begeleiden ons op onzen tocht
door slaapzalen, eetgebouwen, keukens en
waschplaatsen, waar ook de daar werkzame
meisjes bij de binnenkomst van onzen gelei
der met opgeheven arm den Heilgroet bren
gen. In deze gebouwen wonen en slapen eeni-
ge honderden jonge mannen, werkloozen uit
Mannheim, die zich vrijwillig voor deze
werkverschaffing hebben opgegeven. Zij
ontginnen uitgebreide vlakten, die bebouwd
zullen worden en waar zij later gezamenlijk
Met recht: een vruchtenjam!
Prima jam 55 ets. p. pot.
Huishoudjam 35 ets, p. pot.
„Wat voor excuus maakte hij tegenover
Hammond?"
,Geen enkel, geloof ik, maar naar ik meen
hadden ze hem dringend noodig, toen hij
kwam. Hij zei alleen maar, dat het hem
speet, dat hij zoo laat was, en zij waren al
len in zoo'n zenuwachtigen toestand, dat er
niets meer van werd gezegd. Het is hun
eerste baby, en de man schijnt gedacht te
hebben, dat de wereld op zijn eind liep
Gregg ging er omstreeks negen uur van
daan, waardoor hij juist bijtijds thuis kwam
voor den oproep van de politie.
Heb je uitgevonden in wat voor auto hij
daar kwam?''
In die van Stockley. Hammond kent die
goed, omdat zij 's morgens logeergasten heb
ben en dan Stockley's auto's gebruiken. Ik
kon hem niet ongemerkt naar het nummer
vragen, maar hij schijnt niets ongewoons
vermoed te hebben'
Ik zou wel eens willen weten of de voer
man zich vergist kan hebben''.
„Denkelijk niet. Hij kent waarschijnlijk
Stockley's auto's. Iedereen hier in de buurt
kent ze' en zoo goed als zeker kent hij Gregg,
zelfs is het donker. Je moet je aan de ga-
rage-auto houden, vermoed ik. Tenminste,
als Gregg er werkelijk bij betrokken is."
Fayre zuchtte.
„We schijnen toch eindelijk ergens te ko
men", zei hij. „Maar de Hemel mag weten,
waartoe het zal leiden".
„Zullen wij het goede nieuws aan Edward
vertellen of niet?" vroeg Staveley ondeugenc
„Ik mag hangen als ik hetdoe", ant
woordde Fayre driftig. „Het is nu tenslotte
Grey's werk. Ik zal hem vanavond schrij-
ven.
Hij hield woord en zond den procureur
de huizen zullen zetten, waarin zij als toe
komstige landbouwers een nieuw bestaan
zullen vinden. Het is alles hoogst eenvou
dig. maar keurig en zindelijk ingericht en het
eenige wat wij in deze omgeving missen is
de arbeiders zelf. Zij zijn niet binnen en zij
zijn in den stroomenden regen blijkbaar ook
niet buiten. Waar zij waren, zullen wij
nooit te weten komen.
Wij danken onzen geleider, die weldra af
scheid van ons neemt en rijden naar Schwet-
zingen, waar wij de wereldberoemden slot
tuin zullen bezichtigen. Het regent dat het
giet en de burgemeester van Schwetzingen
staat met den voorzitter van de plaatselijke
vereeniging voor vreemdelingenverkeer on
der twee druipende parapluies op ons te
wachten.
De Hollandsche journalisten geven vrij
onomwonden te kennen, dat zij met dit hon
denweer liever in een dichte autobus dan in
een open slottuin zitten, maar er is niets
aan te doen. Het programma moet afge
werkt worden. Herr Bürgermeister heeft niet
voor niets een half uur de regenvlagen ge
trotseerd en dus klimmen wij weer naar bui
ten en dalen als kippen uit het nachthok
achter elkaar het trapje af, dat ons van den
hoogen auto op den beganen grond voert.
Maar ziet, de natuur heeft blijkbaar mede
lijden met ons gekregen, want nauwelijks
staan wij in den slottuin of de zon breekt
door en de parapluies van onze geleiders
kunnen buiten dienst gesteld worden. Wij
hebben geen spijt meer dat wij hier aan land
gezet zijn, want deze slottuin is een tot werkt-
iikheid geworden sprookje Keurvorst Carl
Theodoor heeft in de achttiende eeuw schat
ten gelds voor den aanleg van dit park uit
gegeven en de grootste tuinarchitecten ter
wereld hebben er hun krachten aan gewijd
Hier vindt men een tweede Versailles, een
park uit den tijd der barokstijl, dat in 1929
nog door meer dan 190000 buitenlanders
bezocht is geworden. Het slot is in 1928 ge
restaureerd en thans eigendom van den
staat. Het 73 H.A. groote park is het groot
ste en mooiste dat men op dit gebied in
Duitschland kan vinden. Het heeft reus
achtige gazons, wondermooie bosschages en
overal een schat van beeldhouwwerken, waar
onder zeer vele van onzen landgenoot Ver-
schaffelt. Waterpartijen en fonteinen, water-
spuwende herten, elk op zich zelf een won
derwerk van beeldhouwkunst, een badkapel.
een volière, een volledige moskee een
kostbare gril van een der voormalige bezit
ters en een Apollotempel. Hier worden
elk jaar prachtige Rokoko-dansspelen gehou
den en terwijl wij vol bewondering voor den
tempel staan, komen zes kleine meisje in
Rokoko-costuumpjes in een dubbele rij van
de breede trappen dalen, smetteloos in hun
roze japonnetjes met de breede klokrokken,
de gezichtjes gepoederd, de watergolfkopjes
door stijlvolle grijze pruiken bedekt. Uit ge
vlochten korfjes bieden zij ons rozeknopjes
aan, die door een lint in de Duitsche kleuren
worden samengehouden en alle beschikbare
fototoestellen richten zich op dit bekoorlijke
groepje, dat bij het weer vallen van de eerste
regendruppels haastig haar kostbare
costuumpjes in den Apollotempel in veilig
heid brengt.
Helaas, het regent weer, maar in den auto
is het droog en de voorzitter van het vreem
delingenverkeer geeft ons een aantal
brochures mee om later op ons gemak bij
tekst en illustraties nog eens van dezen tuin
te kunnen genieten. Wij hebben ook in Hei-
delberg en in Mannheim groote pakken
reclamelectuur in ontvangst genomen en
hebben er eenige kilo's van op schoot als wij
naar Karlsruhe rijden. Wat moeten wij met
al die gidsen en reclameboeken beginnen?
Het zou onbeleefd zijn er in deze gastvrije
streek ook maar iets van achter te laten,
maar wij herinneren ons uit een der eerste
natuurkundelessen, dat alle stof ruimte be
slaat. Wij weten ook, dat onze koffers na
alles wat voor een tiendaagsche reis noodig
is, maar een beperkte ruimte over hebben en
wij hopen in stilte, dat de goede gaven in
papiervorm niet al te rijkelijk zullen stroo
men, een hoop, die reeds den volgenden dag
volkomen ijdel zal blijken.
Wij rijden door Karlsruhe, de hoofdstad
van Baaen, een stad van 160.000 inwoners,
een centrum van industrie, scheepvaart en
vreemdelingenverkeer en voor het hotel
Germania stappen wij uit en gaan naar de
groote eetzaal waar een nieuwe stoet hoog
waardigheidsbekleeders ons opwacht. Tus
schen hen staat onopvallend een jonge man
in Nazi-uniform, die ons allen hartelijk de
ïand drukt. Wij zien in hem een nieuw be
noemden Bürgermeister, maar onze schat
ting is lang niet hoog genoeg, want wij zijn
de gasten van niemand minder dan den mi
nister-president van Baden, de heer Kohier,
n zijn gezelschap bevindt zich de Oberbür-
germeister en verscheidene andere heeren,
wier titel vrijwel algemeen op „rat" eindigt
Wij zitten aan den feestdiscb naast Herr
Oberpostrat, die de verdere reis met ons zal
meemaken en een onderhoudend prater blijkt
te zijn. Het is overal geweest, kent landen ea
volken en valt van den eenen goeden Witz in
den anderen. Maar plotseling verstommen
alle gesprekken, want de minister-president
is opgestaan en heet den Hollandschen jour
nalisten hartelijk welkom. Hij kent Holland,
want hij is in den oorlogstijd in een onzer
gevangenkampen geweest.
Hij heeft het moment der dreigende revo
lutie meegemaakt en gezien hoe in de ure des
aars onze koningin en haar dochtertje in
i Haag temidden van een enthousiaste be
volking reden, een bevolking, die luide haar
trouw en aanhankelijkheid betuigde. Gij,
Hollanders, zegt hij, hebt Uwe vorstin lief
en de trouw van een volk aan zijn vorst ia
het beste wat men kan verlangen. Op Konin
gin Wilhelmina en de stamverwantschap tus
schen Hollanders en Duitschers ledigt hij
zijn glas en de meest bezadigde onzer col
lega's antwoordt in een lange toespraak,
waarin hij onzen dank voor de betoonde
gastvrijheid en onze ingenomenheid met deze
studiereis betuigt.
Het uitgebreide menue houdt ons langer
vast dan het programma ons veroorlooft en
de Karlsruher Weltfirmen Wolff und Sohn
hebben bij elk couvert in likeur en zeep een
dadelijk na het eten een duidelijk en zakelijk
verslag van alles, wat er gebeurd was.
Het was hem niet kwalijk te nemen, dat er
den volgenden morgen leedvermaak in zijn
oogen lag, toen hij met de overige huisge
nooten op de stoep het vertrek van Kean
stond af te wachten. Sis Edward had het te
druk met de taak, het zijn vrouw zoo gemak
kelijk mogelijk te maken op de reis, om iets
ongewoons in de manieren van zijn vriend
op te merken, maar Sybill Kean bezorgde
hem een onaangenaam oogenblik, toen zij
goeden dag zeiae.
„Ik geloof, dat jij en Bill iets in het schild
voeren," zei ze spottend. „Ik zou je raden een
oogje op hen te houden, Eva! Zij staken van
morgen na het ontbijt de hoofden bij elkaar
en kijk ze nu eens!"
Fayre slaagde er in een heel onschuldig
gezicht te zetten, maar Bill Staveley grijns
de openlijk.
„Ik dacht maar zoo," ging zij kalm voort
,Je kunt Fayre niet vertrouwen, Eva, als hij
er uitziet, of hij geen tien kan tellen."
Tot Fary's verlichting kwam Kean nu met
zijn armen vol kussens naar haar toe en sa
men gingen zij de stoep af naar de auto.
Nauwelijks waren zij om de bocht aan het
eind van de laan verdwenen, of Fayre werd
door Cynthia opgebeld.
„Tubby heeft het gedaan gekregen, oom
Fayre! Zei ik het u niet?'
ayre
Zij
lij was buiten adem van opwinding. „Ik
kom vanmiddag met den trein van twee uur
dertig terug. Wilt u Eva vragen of ze mij af
komt halen? Ik zal er u alles van vertellen
als ik u zie, maar wij hebben de auto met
het gebroken spatbord en alles opgespoord
klein proefje van hun fabrikaten neergelegd.
gedrukt kaartje vermeldt,
dat zij' „sich géstatten, den verehrten Hol-
landischen Gasten mit herzlichem WilU
kommgrusz eine kleine Proben ihrer Er'
zeugnisse zu Uberreichen".
De verloren tijd moet ingehaald worden
en wij rijden vliegensvlug naar Baden Ba-
den. Het Schwarzwald toont hier reeds zijn
veelbelovende pracht. Het gaat bergop- en
bergafwaarts, duizende naaldboomen steken
hun rechte stammen omhoog en op de smalle
bergwegen stuiten wij telkens op ossenkar-
ren, die de houthakkers met twintig meter
lasge masten hebben beladen. In Baden
Baden rijden wij rechtstreeks naar het golf'
clubterrein, waar de Kurdirector Herr
Hoehne ons met enkele dames in het club
huis ontvangt, waar ons een thee wordt aan'
geboden. Gezellig knettert een houtvuur on
der den grooten schoorsteen en na den regen-
achtigen, verkillenden middag doet de
warmte weldadig aan. Een kort welkomst
woord, een dankwoord en dan rijden wij weer
bergafwaarts en krijgen gelegenheid ons in
een der schitterende hotels te verkleeden.
Wij dineeren met vijf Hollandsche jour*
nalisten, den hoteldirecteur en Herr Ober
postrat in de schitterende eetzaal van Hotel
Europaischer Hof en Herr Oberpostrat ver
telt een vermakelijke geschiedenis van zijn
muts, die op een boottocht in Zwitserland
door den wind afgerukt in het water terecht
kwam. Het is al laat als wij van tafel op
staan, maar nog niet te laat om gebruik te
maken van de ons vriendelijk verstrekte uit-
noodiging voor een voorstelling in het Kleine
Theater, waar een aufführing van „Husaren-
fieoer" wordt gegeven. De Hollandsche jour
nalisten zitten in loges bij elkaar en na af
loop maken wij dankbaar gebruik van de uit-
noodiging der Kurdirectie voor een gezellig
samenzijn in de Kurhausbar, waar tevens
onze Badensche collega's ditmaal niet in
uniform zijn genoodigd.
Onder geleide der directie bezichtigen wij
het schitterende Kurhaus, een marmeren
paleis, met schouwburg en danszalen, een
paleis, met schouwburg- en danszalen, een
ordijnen, met parketvloeren, vergulde meu-
els en vorstelijke lichtkronen. Het is er niet
druk, want Baden Baden ondervindt in volle
zwaarte den druk der tijden en de Amerika
nen en Hollanders, die andere jaren deze
zalen vullen, laten door de economische om
standigheden ditmaal voor het grootste deel
op zien wachten.
Een uitstekende band laat zich in de Kur.
hausbar hooren en eenige collega's wagen
zich op den spiegelgladden dansvloer en
knoopen dames nieuwe vriendschapsbanden
tusschen Baden en Holland aan.
Het is laat in den avond als de meesten
onzer aan hun bed denken en met een vijftal
HOOFDSTUK XV.
Toen Cynthia te Staveley Grange uit den
trein stapte, vond zij Fayre op het perron
wachten. De stationschef, een oud vriend uit
haar jeugd, schoot te voorschijn om haar te
begroeten, en zij had geen gelegenheid om
met haar nieuws voor den dag te komen,
voordat zij zich met Fayre alleen in de autc
op weg naar Staveley bevond.
„Ik heb een teleurstelling voor u, oom Fay
re", begon zij. „Wij hebben de auto opge
spoord, maar de rest van het nummer niet'
Een oogenblik kon hij zijn teleurstelling
niet verbergen. Hij had zoo op dat eene on
misbare punt gerekend, sinds hij den vorigen
avond haar boodschap had gekregen.
„Bedoel je> dat de auto in twee garages
kan zijn gestald, zonder dat een er van het
nummer heeft opgenomen? Het is ongeloof
lijk
„Dezen keer viel er geen op te nemen. De
man zei, dat de auto binnenkwam met de
halve nummerplaat er af. E>ie was juist ach
ter het nummer 7 doormidden gebroken, en
de eigenaar zei, dat een lorrie iets buiten
Carlisle op hem in was gereden. Tubby had
een gesprek met een van de mannen, die de
auto schoon maakten, en die ze intusschen
goed hadden kunnen bekijken, en die zei, dat
de nummerplaat door een lichten hamerslag
breekt. Behalve het kapotte spatbord waren
er geen andere teekenen van een aanrijding
maar er zat verf, roode verf, op het spat
bord. Hij herinnerde zich, dat hij had gepro
beerd het er af te krijgen Tubby denkt, dat
het heel goed mogelijk is dat de man de num
merplaat zelf brak, en daarom heeft de voer
man natuurlijk niet meer dan de helft er van
aCZlcn' LWordt vervolgt!.? V.