Alkmaarsche Courant. Abdijsiroop afiS StSStir& WISS Verlichting bij Asthma-aanvallen! üondeni n/i en dertigste Jaargang. ZATERDAG 26 AUGUSTUS parijsche brieven EEN GEZELLIGE KERMISFILM IN HET ALKMAARSCH BIOSCOOP THEATER. VICTORIA THEATER. „A bedtime story CINEMA EN THEATER. Geneeskundige brieven AKKER's ,,Voor de Borst JJO. 201 1933 i i P r 'i s> Augustus. Met veel gelijkmatigheid van humeur heeft parijs de nieuwe mare ontvangen dat haar ijonconda weer eens valsch zou zijn. Daar is men sinds zij gestolen werd aan gewend, hoewel het op het oogenblik met die beken tenissen van den berouwvollen dief, wel een mooi romanesk tintje krijgt. Het heele ver haal van den patriottischen inbreker, die de echte glimlachende naar het Louvre terug bracht omdat hij de nationale kunstschat bij nader inzien niet onteeren wilde en er bo vendien toch net zeven even mysterieus glim lachende Joconda's naar Amerika verkocht waren, heeft iets stichtelijks. En uit een oog- munt van kunstbeoordeeling hebben alle ver- valschingshistories iets stichtelijks, want zij herinneren ons aan de betrekkelijkheid der in dollars omgezette schoonheidswaarden. Ook de kunst-historici zullen met deze nieuwe reden tot twijfel verrukt zijn, want hoewel er aan de twijfel officieel al een einde gekomen js, blijft iedereen toch met een dubbelzinnig gezicht naar de Joconda kijken, en bij de eerste de beste gelegenheid zal men elkaar met argumenten bekogelen. Ondertusschen glimlacht de Joconda die nu zeven halfzus ters heeft over den oceaan (aangenomen dat de Parijsche dan werkelijk de echte is) nog altijd even koel en mysterieus in die wanho pige schilderijengang van het Louvre, een van de somberste kunststapelplaatsen van Europa. En ondertusschen blijft de vrouwenschoon heid in Parijs een belangrijk ding, dat men hier toch misschien altijd nog een graadje meer au sérieux genomen heeft dan in de rest van de wereld, vóór althans de opkomst van de film van Holywood het onbetwiste Mekka van de sex-appeal heeft gemaakt. Maar op dat punt vraagt men niet naar echt of valsch. Al krijgt de gezichtsverzorging wel een steeds wetenschappelijker tintje, en zien de groote schoonheidsinstituten eruit als scheikundige laboratoria. Tenminste soms, want andere hebben directies die de charmes van een vervlogen tijdperk met de nuchtere zakelijkheid die nu zoo imponeerend werkt, weten te vereenigen. Daar zit men dan in een precieus Lodewijk-de-Zestiende-ameuble- ment met de nieuwste tooverklei op het ge zicht. Ondanks dit alles blijft het een feit dat de Fransche vrouw haar kracht in de eerste plaats in haar elegantie, en pas in de tweede in haar schoonheid zoekt, en men ziet bij voorbeeld in Engeland veel meer „mooie ge zichtjes" dan in Parijs. Maar denkt men dat in Parijs iedere rechtbank altijd feministisch is? Niets is minder waar. Onlangs kreeg een jaloersche echtgenoot die zijn vrouw met een mes had toegetakeld niet alleen, maar ver volgens de kerven met inkt getatoueerd, maar drie jaar gevangenisstraf, en alle vrouwen die het lazen kwamen in verzet; is een bedor ven vrouwenaantrekkelijkheid zoo weinig ver gelding waard? Niettemin zal hier geen be weging ten gunste van het toelaten van vrou welijke rechters uit ontstaan, want de Fran sche vrouwen komen niet gauw voor zulke publieke belangen in beweging; (niet het ge tatoueerde slachtoffer, maar het vrouwelijke rechterschap, met ernstiger argumenten on dersteund, zou een kwestie van publiek be lang kunnen zijn). Wij leven hier immers in een land dat nog altijd het vrouwenkiesrecht niet kent. Noch het stemrecht, noch de ver kiesbaarheid, en dat op een moment dat el ders in de wereld vrouwelijke gezanten al nauwelijks een zeldzaamheid meer zijn. Is het een bewijs van laksheid bij de Fransche vrouw? Of juist van practiscnen zin? Zij weet misschien maar al te goed dat haar in vloed toch wel meetelt in 's landsbelang al blijft zij achter de schermen en sterker nog dan dat: zij weet wel dat zij over het alge meen toch wel gedaan kan krijgen wat zij graag hebben wil, ook zonder te hulp roepen van de wet. Niet zoo de filmactrice Jeannette Mac Do nald, Wier verblijf te Parijs nog een naspel letje had dat van weinig zin voor humor bij de Amerikaansche getuigde. Een onschuldig journalist had in een krant in de rubriek van grapjes een gefingeerd interview met Jeannette geschreven en de ster had met groote ernstige oogen en zonder een oogen blik te begrijpen wat alle Fransche lezers on middellijk begrepen hadden, dat het om een spotternij ging, gelezen, dat de interviewer bij haar was binnengekomen door zich onder de deur door te laten glijden en onder de di- van te verbergen, waarna hij ontdekt was en een gevaarlijke flirtpartij met de actrice was begonnen. En Jeannette Mac Donald wilde misschien liever niet begrijpen dat er met haar de draak gestoken werd en ontstak in verontwaardiging over haar door dit verhaal aangetaste eer. „En ik ben nog wel verloofd' bet zij door middel van haar vertegenwoor diger voor de Parijsche rechtbank uitroepen, ®n vroeg een schadevergoeding van 200.000 francs. Zooiets is een kolfje naar de hand van een Parijsche rechtbank en de rechter bet zich dan ook niet verder ontroeren door het edele besluit van Jeannette om de haar Eventueel toegewezen som onder weldadige instellingen te verdeelen, maar deelde aan haar advocaat mee, dat het tribunal het op Pnjs zou stellen wanneer zij met een brief met verontschuldigingen en uitleggingen van den Journalist genoegen zou nemen. En hoewel de advocaat nog meende te moeten zeggen dat zij werkelijk ernstig geschikt was ge- eest, zal het daar wel bij blijven, want de voornaamste eisch aller filmsterren, reclame ui' een onverwachte hoek, is alweer voldaan nu al denkt dat zij het heele boekje zelf ge schreven heeft zoo suggestief werkt het om haar eigen portret op het kaftje van een ge drukt en verschenen boek in de winkelruiten te zien. Maar het bedrijf der verkiezing en uitzending van schoonheidskoninginnen, de enorme reclame waarin de persoonlijke ijdel- heidjes heelemaal over het hoofd gezien wor den, terwijl meestal toch de Miss na afloop met een voorgoed ongeneeslijk ijdelheids-. gezwel naar huis gaat en de vernietiging van alle illusies omtrent een carrière als het set- zoen eenmaal weer voorbij is, komen in dit boekje uitstekend uit. Raymonde Allain, die 16 was toen zij gekozen werd, is het nog te boven gekomenop het oogenblik speelt zij in een zomeropvoering van „In Tachtig Dagen de Wereld Rond" voor de schoone „mevrouw Aouda". Niet erg Oostersch, maar lang, ten ger en knap. Voor den heer Maurice de Wa- leffe, administrateur van al die schoonheids campagnes en in het algemeen promotor van alle mogelijke dingen die in Parijs de be lachelijkheid met de reclamezucht verbinden hij is onder anderen de kampioen van de kuitbroek voor mannen, al zou men het dezen eenigszins corpulenten ouden heer niet aan zien is het boekje van Raymonde Allain allerminst flatteus, en wat dat betreft zien wij met genoegen dat de pen van Miss France of haar goede genius zoo vaardig in het spotten was. POTOMAK. De tijd der stomme films is voorbij en het voldoet maar matig meer een muziekgezel schap in volle actie op het witte doek te zien zonder dat men van al die feestklanken ook maar een enkelen toon te hooren krijgt. Wie evenwel beweren zou, dat „Bet naar de Olympiade" een stomme film is, heeft het heelemaal mis want Bet zelf is in levende lijve op het tooneel aanwezig en zorgt er wel voor, dat althans haar aandeel in de ver tooning allesbehalve zwijgend voorbij gaat. Mevrouw Adriënne Solser, die de trouwe bezoekers van het A. B. T. zich nog van vorige jaren zullen herinneren, speelt in deze film de hoofdrol. Zij is een rasechte bakkers vrouw uit de Jordaan en Hein (Alex de Meester) heeft minder dan niets in te bren gen. Hij mag haar alleen op al haar zege tochten begeleiden en heeft dan de zeer on dankbare taak om de halve minuut een rib- bestoot in ontvangst te nemen en gekarakte riseerd te worden met namen, die in geen enkel woordenboek zijn terug te vinden. Bet doet dat alles op origineele wijze. Zij neemt geen blad yoor den mond want anders zou zij geen goede Jordaanvrouw zijn. Zij roept en praat en danst en huilt in levende lijve terwijl haar natuurgetrouw filmbeeld op het projectiedoek haar Jordaanavonturen weer geeft en zij gaat soms zoo geweldig tekeer dat de film meer dan „sprekend" is gewor den. Het A.B.T.-publiek weet Tante Bet van ganscher harte te waardeeren. Haar kwink slagen vinden een gul onthaal, haar levens blijheid vindt weerklank in de zaal en haar ernstige levensliedjes worden met een harte lijk applaus beloond. Als ras-artiste, die in den cabaretzang haar publiek beheerscht. weet Adriënne Solser te goed, dat lach en traan elkander moeten aanvullen en telkens vindt zij in deze film even gelegenheid iets ernstigs naar voren te brengen. De film toont een kind op de rails en Adriënne zingt een liedje van de onbewaakte overwegen, een ko loniaal sterft in de Jordaan en het liedje van den armen fuselier pakt de toeschouwers. Zelfs Dorus Rijkers verschijnt een oogenblik op het witte doek en zal op de hem eigene, karakteristieke wijze juist iets zeggen als de film al weer een ander beeld vertoont. Want talrijk zijn tante Bet's avonturen en niet mindertalrijk die van de Ghandi-figuur in sporttrui, die haar op het Amsterdamsche Stadhuis eenmaal liefde en trouw beloofd heeft. Er is hartelijk om Tante Bet gelachen Zij heeft haar best gedaan en zij heeft weer de svmpathie van alle bezoekers van het A B T. gewonnen. Vooraf gaat een gevoelige film over een meisje, dat niet als andere kinderen spelen en stoeien kan omdat het gebrekkig is. Fel be licht deze film hoe het lot van een dergelijk meisje geheel afhankelijk is van de omgeving waarin het verkeert. Een serie geïllustreerd wereldnieuws en een tweetal screensoncs waarvan die met de klokken bijzonder aardig is, vullen het rijke kermisprocramma aan. Het zal Tante Bet dezer dagen in het A B T. niet aan belangstelling ontbreken. „Monsieur Baby". Nóg zien we den grooten Maurice in zijn onvergete lijken vaderrol den mond s I oogen draaien guitig, de w trekken zich samen en dan zegt hij „Monsieur Baby". Een onbekende Chevalier, deze vader. Een verlegen jongenslachje speelt er om zijn mond als hij tracht zijn vonde ling te kalmeeren en het lukt m niet. Ja. we weten het, zoo hebben we Maun ce nog nooit gezien. Het verhaal begint zooals alle Cheva lier-films, oo den achtergrond een schaafd bandje, als een voorbodo de door Maurice te zingen liedjes plots richt de camer zich op een tele fooncel, de stroohoed is weer aanwezig 'aaronder het grappig-wanhopend ge- Een be van en r>„_ -----iaat van aurice. Oh, maïs non - u, !monde Allain, een van de jongste en wordt dit gesprek verbroken. Een napste schoonheidskoninginnen der laatste b.ik van onbeschrijfelijke mimie.-t £r*n, Miss France 1928, heeft zoojuist haar ^nblik van om* daTmrCS gepubliceerd. Zij zijn interessanter onde Maurice, zaehir* n men verwachten kon en laten wij dan neuërend half pratei lichtst®1 Diet verhelen- dat -n.nwehng, tching. Het doel is bereikt, hte kringen iets fluistert over de hulp, die ,lllirlin.p fr>rht van het eei zachtjes pratend, na is voor half een ,-*imgen iets tiuistert over ut uuiH, i -.ÏJEi tocht van het eene vnen- v<LZj° v'ot en puntig de pen voor haar ge- 1 n_'Jtl-'I!* dooïrenlooze ouders heb- **rd heeft daPn zaf zii hem wel haar wagen gelegd. Het garingen hebben meegedeeld. Dezelfde ben h"" k'" tje naUwelijks een jaar tongen fluisteren trouwens ook, dat zij arme vondelingetje, nau door Afrika. Maar oh in deze wreede wereld en dan al aan de menschheid prijs gegeven. Maurice, niet wetend wat te doen, belt do politie op, die onmiddellijk komt en het kind zal meenemen. Dan voor het eerst komt de onberispe lijke butler ten tooneele, een oogenge- sprek en Maurice weet hetde von deling lijkt op hem. Hetzelfde centen bakje, dezelfde omgekrulde lip. Zou hij dan de vader zijn? Hoe het ook zij, hij besluit in ieder ge val als zoodanig te fungeeren in samen werking met zijn butler En daar draait dan tenslotte de heele film om; hoe Maurice het kind horloges geeft om ze stuk te smijten, den knecht nat gooit, zelf op stoelen gaat slapen en met hem gaat rijden in het park. Er is een zonnige zachte humor door heel deze film, die voortdurend naar het uiterst kluchtige reikt en telkens door de menschelijkheid van haar figu ren van het èl te kluchtige wordt te ruggehouden. Naast dit manlijk trio, is er het tengere figuurtje van Helen Twelve- trces. Haar rol als gouvernante brengt zonder twijfel niet haar kracht naar vo ren, maar toch voelt men in deze subtiel en rijk geschakeerde rol een kern van echt-menschelijkheid, waaraan alle „sterren"glans vreemd is. Zoo hebben we dan „Bedtime story gezien, we hebben het liedje van ver-, langen gehoord en weten het: Norman1 Taurog is een knap regisseur, die tot groote dingen in staat is. Door dezen lofzang zou het voorpro gramma eenigszins in het niet verzin ken. Doch dat is geenszins onze bedoe ling. Wat Paramount en Pologoon ons uit het binnen- en buitenland lieten zien was, tesamen met het teekenfilmpje en de één-acter „Leve de Loodgieters", zeker een woord van bijzondere aan dacht waardig. DE VLIEGENIER DES DOODS. Een spannende film met gezonde sensatie in de Cinema Americain. Het gebeurt niet dikwijls, dat wij in Alk maar een Nederlandsche première krijgen op bioscoopgebied. Wel zijn onze bioscoopdirec teuren er altijd vlug bij, om de nieuwste films te krijgen, maar in den regel gaat in Amsterdam, Rotterdam of den Haag de première. Het toeval wil, dat wij eenige jaren gele den in de Cinema Americaiirde première mee maakten van een circusfilm, die als wij ons niet vergissen, „Vliegende Menschen" heette. Iets later kwam de directie met „Wings" „Vlammende Vleugels", een film, die bijna tegelijkertijd hier en in onze groote steden draaide. En nu is daar bij gekomen „De vlie genier des doods", een rolprent, die in hee! veel opzichten aan „Wings" doet denken en zeker zoo spannend genoemd mag worden. De vlieger Jim maakt een noodlanding tijdens vreeselijk onweer en moet den lucht vaartdienst verlaten, omdat de directie huive rig is om piloten in dienst te houden, die een ernstig ongeluk gehad hebben. Hij gaat dus naar huis en hoort daar, dat zijn jongere broer Jill ook vliegenier geworden is. Geheel genezen, maakt Jim op zekeren dag kennis met een aardig meisje, dat voor een circus onderneming parachutesprongen maakt. '1 Spreekt vanzelf, dat Jim ook spoedig aan de onderneming verbonden is en samen voert dit tweetal sensationeele vluchten uit, die het publiek in extase brengen. Ze trekken overal heen, maar op een avond komt er een verwij dering tusschen hen, als Jim beweert, dat een vlieger nooit moet trouwen, om het gevaar lijke beroep. Toevallig verschijnt den volgenden morgen Jill en deze maakt kennis met het meisje, wordt zelfs verliefd op haar. Jim vertrekt in een booze bui, krijgt weer eens een ongeluk met zijn kunstvliegen en wacht eenzaam op zijn genezing. Dan eindelijk keert hij terug en hoort, hoe zijn broer intusschen getrouwe is met het meisje, dat zij beiden lief hebben. Opnieuw ontstaat er een wrijving en Jim verdwijnt weer. Hij wordt vlieger in China in Zuid-Amerika, in Mexico. En intusschen wordt Jill piloot op de verkeerstoestellen Dan komt het hoogtepunt van de film. Jill krijgt in noodweer een ongeluk en moet op een der woeste meren in Mexico landen. En op hetzelfde moment komt Jim met zijn machine aan op het hoofdvliegveld der maat schappij. Hij ontmoet daar zijn vroegere ver loofde, thans zijn schoonzusje, hoort wat er gebeurd is en start in stroomende regen en onder hevig gedonder, om de ongelukkigen te redden. Een zware, moeilijke tocht volgt, een zeldzaam moeilijke redding gelukt en onder de meest ongunstige omstandigheden weet Jim allen veilig op vasten grond te zetten Jill kan zijn vrouwtje weer in de armen nemen en Jim Jim vertrekt opnieuw, om wellicht ten slotte Men ziet, het gegevene is een zeer een voudige geschiedenis, die echter aangrijpend is. Maar het spel is verre van eenvoudig: Men wordt als het ware meegesleept met het verhaal, zooals zich dat ontrolt op het witte doek. Men ziet de prachtigste staaltjes van luchtacrobatiek, men ziet, hoe men op een vliegstation werkt met de radio en andere moderne hulpmiddelen, kortom, men ziet in een kort tijdsbestek zooveel op vlieggebied dat men tijd en uur vergeet. Men leeft mee in de hoogere sferen, men leeft mee op den beganen grond. Hier is een vliegfilm gemaakt, die boeit en die in stijgende mate blijft boeien, dank zij de schitterende opnamen, dank zij het goede spel der spelers. Zoodat wij de directie der Cinema gerust durven feliciteeren met deze première voor Nederland! de kermisweek. De naam van den grooten zanger bleek opnieuw een attractie. Jan <iepura heeft schitterend gezongen. Aïda, ?igoletto, de serenade Signorina en dan het jied voor jou": Ninon. 't Was alles bijzonder goed. Na het tweede nummer in het zwembad, was er zelfs applaus in de zaal. In het zwem bad? zult U zeggen. Ja, hoe dat zoo kwam? Dat laat zich niet zoo gemakkelijk vertellen. Maar wanneer U de alleraardigste film ziet, zal niets U meer vreemd lijken. Een kleine verklaring willen wij trachten te geven. De charmante Lixie Hausner leeft met haar vader en tante. De rijke baron Kleeberg is verliefd op haar, maar zij voelt veel meer voor den jongen musicus Theo Bruckner. Deze zou gaarne derde kapeeLmeester aan de Staatsopera worden, maar zonder pro tectie gaat dat zoo moeilijk. Toevallig komt -ixie op de generale repetitie van Aïda in kennis met den beroemden tenor Riccardo Gatti. Hij moet haar helpen en Gatti doet dit maar wat graag. Zij spreekt niet over haar verloofde, maar over haar broer. En Gatti laat dien „broer" op het intieme souper komen. Minder prettige verwikkelingen. Gatti heeft er zijn radiorede om verzuimd, maar zijn secretaris heeft hem gelukkig op fraaie wijze vervangen (een eenige scène). Gatti probeert door een advertentie opnieuw in kennis te komen met het aardige en wil een liefdadigheidsconcert geven. Lixie bepaalt dit in het zwembad. En dan krijgt men alleraar digste opnamen in een mooi badhuis. Alle plaatsen zijn uitverkocht en het succes van Gatti is groot. Lixie stelt dan meteen den teleurgestelden zanger Kleeberg als haar verloofde voor. Spoedig komen echter Gatti, Charlie en Bruckner tot de oveituiging dat het huwelijk met Kleeberg niet mag plaats vinden. En de schoone serenade van Gatti op het binnenplein bij Lixie's huis brengt het meisje bij Gatti terug en weldra klinkt een jubelliea van den grooten tenor over het water als hij met Lixie op de huwelijksreis gaat. Niet alleen als zanger, maar als prettige, vlotte speler verdient Kiepura alle hulde. Noemen wij b.v. nog zijn scène om uit de gesloten hotelkamer te komen. Een groot deel van het succes der film mag ook Paul Kemp voor zich opeischen. In het komische genre een groot artist. Paul Hörbiger speel de den oberkelner perfect. Jenny Jugo ver vulde de vrouwelijke hoofdrol met al het talent waarover zij beschikt en verder mogen nog Hans Junkermann, Ida Wüst Ralph Roberts (Kluberg) en Karl Stepanek ge noemd. Het is een geheel voor de kermisweek al bijzonder geschikt. Men had moeilijk een betere keuze kunnen doen. Het bijprogramma bevatte een mooi jour naal, een zeer interesante natuuropname van dierenleven in Finland en een komische twee- acter. Vanaf hedenavond tot en met Donderdag zal onze bekende zanger Louis Noiret in zijn nieuwste repertoire optreden. Een afwisseling die zeer zeker bijzonder op prijs zal worden gesteld. EIN LIED FUR DICH. EEN BHZONDER GESLAAGDE FILM VAN DEN GROOTEN ZANGER JAN KIEPURA. Bioscoop Theater Harmonie De groote belangstelling, die er gister avond reeds bestond voor de nieuwe film van Jan Kiepura belooft het allerbeste voor Het nummer dezer week, het 500ste, is een jubileum-nummer. Behalve de wekelijksche rubrieken bevat het een „jubileumbijlage". Die bijlage bevat een groot aantal portretten van filmsterren, cabaret-artisten, tooneelspe- lers en -speelsters, allen met onderschrift. De beroemdste filmartisten behooren daar onder en van Hollandsche artisten zijn ver tegenwoordigd: Mevr. de Boer-van Rijk, An- nie van Ees, Fie Carelsen, Cor v. d. Lugt- Melsert, Dirk Verbeek, Louis Saalborn, Cor Ruys, Louis Davids, Kees Pruis, Lou Bandy. De uitvoering van Cinema en Theater is al tijd voortreffelijk, maar, zoo mogelijk over treft dit nummer in dit opzicht, alle vorige nummers. ZOMER. De wisseling der jaargetijden is wel een der meest opvallende rhythmische verschijn selen in de natuur, die niet nalaten, ieder voor zich een bijzonderen invloed op den mensch te doen gelden. Laat ons eens na gaan, welke beteekenis de zomer voor den mensch heeft. Hij is het hoogtepunt in de natuur, de opbloei der lente is tot v ollen was dom gekomen om straks in den herfst te ver dorren als overgang tot den schijndood van den winter. Ook voor den mensch is de zomer in vele opzichten hoogtij. De temperatuur is hooger. Dit is geen on verschillige zaak, wanneer wij alleen maar onze aandacht schenken aan het feit, dat de sterfte van personen op leeftijd belangrijk veel lager is dan in de koudere jaargetijden Er is een tijd geweest, dat daartegenover stond een hoogere sterfte van kinderen, voor namelijk door zomerdiarrhee. Maar als een gelukkig hygiënisch succes mag geboekt worden, dat dit euvel zoo goed als opgeheven is. Wat evenwel niet wegneemt, dat voor zichtigheid geboden blijft en fouten in het dieet, zooals het geven van ondoelmatig voedsel, te veel onrijp fruit, verkoelende dranken enz vermeden dient te woiden. Wel wordt de sterfte in den zomer weer iets hooger door gevallen van zonnesteek, hitte beroerte en bliksemslag, waartegen slechts in onvoldoende mate de noodige voorzorgs maatregelen getroffen kunnen worden. De ziekten door kouvatten komen evenmin veel voor, althans die met ongunstigen afloop. In tusschen meene men niet, dat kouvatten in den zomer uitgesloten is. Vooral wanneer men sterk bezweet is. moet plotselinge afkoe ling, hetzij door koude lucht, hetzij door koud water, niet al te lichtvaardig worden opgevat. Wie gevoelige luchtwegen heeft, kan ook in den zomer een bestaande catarrh verergeren of een nieuwe krijgen, al is ove rigens het mooie zomerweer voor hem van weldadigen invloed. I>e dagen zijn langer. Licht en lucht is leven! Licht in onze huizen is van groote waarde. Het directe zonnelicht is zonder meer reeds in staat, vele kwaadaardige bac teriën te dooden. En licht op onze huid is veelal van gunstigen invloed. Denken wij maar aan de behandeling van chirurgische tuberculose, waarvan Leysin wel het schoon- Wanneer ge het benauwd hebt, de lucht toevoer ah 't ware versperd is en Gij niet weet waar Ge 't zoeken moetneem dan Abdijsiroop. Wonderlijk zal U de ver lichting toeschijnen, welke deze U geven kan, waardoor Gij kalmer wordt Wonder lijk en toch zoo eenvoudig is de werking van Abdijsiroop Ze lost de dikke laag slijm op. die U het ademhalen belemmert, zooals de zeep het vuil, waardoor Uw borst vrij wordt om de lucht door te laten 1 Alom verkrijgbaar. Thans Fl. 1.-. FL 1.50, F1.2.75 Gebruik buitenshuis Abdilsiroop-Bonbons per doos 35 cL, per dubbele doos 60 et ABDIJSIROOP-BONBONS (Gestolde Abdijsiroop» ste voorbeeld is. Toch is in dit opziccht een waarschuwend woord alweer niet mis plaatst. Het wordt hoe langer hoe meer mode, om zich opzettelijk in de zon bruin te laten branden. Maar dit is geheel iets anders dan het zonnebad op medisch voorschrift. Dat zonnestralen een sterk werkend middel zijn, bewijzen de vele gevallen, waarbij de huid zoodanig verbrand wordt, dat een uit-; gestrekte vervelling, soms met wonden ge-: paard, het gevolg is- Dikwijls volgt dan spontaan genezing en men heeft er verder geen last van. Maar in vele andere gevallen wordt wel degelijk, en soms blijvende schade berokkend. De arts die met dit middel pa tiënten behandelt, weet dat lang niet ieder hiervoor geschikt is. Hij zou dus beginnen met enkele patiënten al dadelijk uit te schiften. En bij de overigen wordt heel voorzichtig begonnen met de duur der bestraling nauw keurig gedoseerd onder voortdurende con trole van den patiënt. Vooral personen met een bleeke huid, die dus weinig pigment hebben, behooren zeer voorzichtig te zijn. Elke medaille heeft een keerzij. Tegenover de vele voor ons onzichtbare parasieten, wel ke door de zonnestralen voor ons onschade lijk gemaakt worden, mogen wij niet ver geten, dat wespen, vliegen, muggen en an dere dieren, welke wel voor ons zichtbaar en voelbaar zijn, juist in den zomer zich welig voortplanten. Daarbij zijn er, die niet alleen door hun steken hinderlijk zijn, maar boven dien schadelijk door hun vermogen om aller lei ziekten over te brengen. De strijd tegen deze lastposten is dkwijls in staat, een groot deel van het zomergenoegen te verstoren. Hun verdelging, waarbij ten opzichte van de huishouding de motten nog genoemd mogen worden, is werkelijk een algemeen belang. Is geregeld baden een onafwijsbaar hy giënisch voorschrift, in den zomer kan het op veel ruimer schaal worden toegepast door het baden in open water, met name in zee. Helaas zijn ook hier alweer enkele opmer kingen noodig. Het zwemmen in open water is een der prachtigste middelen voor lichaamscultuur. Behalve den reinigenden invloed oefent het water een nuttigen prikkel op de huid uit en de voor het zwemmen noodige lichaamsbe wegingen vormen een stel gymnastische oefe ningen zooals haast niet beter denkbaar zijn. Wanneer men er voor zorgt, niet kort na den maaitijd of sterk bezweet te water te gaan, dan zijn er maar zeer weinig men- schen, aan wie op grond van lichamelijke af wijkingen dit genot ontzegd moet worden. Helaas zijn wij in de laatste jaren opge schrikt door het voorkomen van de ziekte van Weil, een ziekte, veroorzaakt door bac teriën, welke door ratten met hun urine in het water verspreid worden. Dit is zeker een reden te meer om dat ongedierte zooveel mogelijk, liefst geheel uit te roeien. Men weet evenwel hoe moeilijk dit bij deze zich uiterst snel voortplantende dieren uit te voeren is. Het is daardoor een moeilijk te beantwoor den vraag of het verantwoord is. anders dan in een badinrichting met volledig afgesloten bassin te gaan bader.. Want wel kan men gedurende het zwemmen den mond zooveel mogelijk gesloten houden, en niet het voor beeld volgen van hen, die gaarne van hun mond een fonteintje maken, maar het is on mogelijk om met absolute zekerheid elk drup peltje water buiten den mond te houden Wie in open water gaat zwemmen, weet dus dat hij de kans loopt, de ziekte van Weil te krijgen. De kans is evenwel niet groot, tenzij men gaat zwemmen op een plaats, waarvan bekend is, dat meer ziektegevallen reeds zijn gesignaleerd. Bepaalde getallen zijn niet be kend waardoor men zou kunnen zien of de kans grooter is dan bijv. om bij een reis per trein of auto een ongeluk te krijgen. Ieder moet dus zelf beslissen wat hij doen wil. Beter is het gesteld met zwemmen in zee, waar het gevaar met aanwezig is. Hier dreigt wel een ander gevaar, n.1. dat men door on voorzichtigheid zich te ver in zee waagt en door den stroom wordt meegesleept. De er varing van haast iederen dag bewijst, dat dit gevaar nog maar al te dikwijls onderschat wordt. Op de badplaatsen, die onder officieel beheer staan, wordt gewoonlijk voldoende toezicht gehouden en in elk geval de noodige aanwijzingen gegeven, waaraan men zich te houden heeft om veilig te zijn. Op andere plaatsen dient men steeds te bedenken dat onze kust in dit opzicht met zijn zwinnen en muien en onderstroom hoogst onbetrouw baar is en dat het verstandig is, nimmer verder in zee te gaan dan zoo ver, dat men tot het middel in het water kan staan. Voor menigeen is de zomer tevens va- cantietijd. Die tijd kan uit hygiënisch oog punt worden toegejuicht. Maar dan moet de vacantie ook nuttig gebruikt worden. En hieraan ontbreekt helaas dikwijls maar al te veel. Wanneer men in staat is, ergens in een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 9