Nationaal Huldebetoon aan H. M. de Koningin.
Binnenland.
In en buiten het Olympisch Stadion te Amsterdam-
Grootsche manifestatie van trouw aan het Huis van
Oranje. Rede van de Landsvrouwe.
Het „doorlichten" had spr. reeds aange
roerd, het eigenlijke vraagstuk had hij niet
behandeld, omdat hij van meening was dat
het niet op deze vergadering zou worden be
handeld. Hij achtte het beter daarover te
spreken in een kring van t. b. c.-artsen
Practische aanwijzingen, dat de vroege
vorm van t. b. c. meer zou voorkomen dan
voorheen had spr. nog niet waargenomen.
Overigens achtte hij ait een meer theoreti
sche beschouwing.
Spr. was het er mee eens, dat het werk
étr consultatiebureaux met therapie kon
worden uitgebreid. Bij het onderzoek van
miliciens enz. moet zco mogelijk ook de
„doorlichting" worden toegepast.
Groote inrichtingen achtte spr. volstrekt
niet minder dan kleine voor de bestrijding
van t. b. c.
Men mag bij de bestrijding der t. b. c. niet
alleen steunen op betaling door rijk en ge-
femeenten, noodig is dat het publiek ook zelf
ijdraagt.
Onder hilariteit der vergadering zei spr.,
dat bij het stellen van een prognose door de
medici termen worden gebruikt „twijfelach
tig" en ten aanzien van den duur der verple-
fmg „onbepaald". De prognose is grooten-
eels afhankelijk van den feitelijken toestand,
zooals die zich voordoet.
Wat zou er moeten gebeuren, als de lijders
aan open t.b.c. onder het onderwijzend per
soneel zijn opgespoord? Het antwoord op
deze vraag vormt een probleem. Veel is wel
gewonnen met de bepaling, dat een zieke on
derwijzer (es) een langdurig verlof krijgt en
behandeld wordt. Maar het beste zou zijn
dergelijk onderwijzend personeel met schade
loosstelling te ontslaan.
Met den opsporingsdienst alleen is men er
tiiet, hij stelt direct ook voor de consequen
ties.
Eisch is, dat de consultatiebureaux werke
lijk hulp kunnen verleenen. Dit is een eerste
voorwaarde voor hare populariteit.
Spr. stelde vast, dat men al lang bezig is
met vermindering van sanatoriumverpleging
De selectie daarvoor door de consultatie
bureaux is sterk vooruitgaande. Patiënten,
die thuis of in een lighal een kuur kunnen
volgen, gaan niet meer naar een sanatori
um, maar alleen zij die een klinische behan
deling moeten volgen.
Ten aanzien van het door dr. Jonkers ge
sprokene hield spr. vol, dat zijn statistische
njfers naar zijn meening juist waren.
Antwoord van den tweeden
prae-adviseur.
Dr. T ij d e n s antwoordde op de opmer
kingen op zijn prae-advies. Het verheugde
hem, dat hij geen principieele bestrijding
had gehoord van zijn betoog, dat het indivi-
dueele plicht der menschen is zich te verze
keren tegen verpleging wegens lijden aan
t. b. c.
Het komt er niet'op aan, of men het aantal
gevallen van open t. b. c. kent, maar op het
vinden van den lijder vóór hij in dat stadi
um komt. Zeer jonge kinderen komen in den
regel niet op het consultatiebureau, al zou
zulk een bezoek ook van zeer groot belang
zijn. Verder komen er alleen de nog loopende
patiënten.
De vereeniging „Herwonnen Levens
kracht" en „Draagt elkanders lasten" heb
ben reeds uitstekend werk gedaan De be
taalde verplegingskosten in sanatoria zijn
bii beide circa een gulden per lid
Spr. bleef volhouden, dat de beschikbare
ge'den voor t. b. c.-bestrijding op de meest
doelmatige manier moeten worden besteed, en
clan geloofde hij dat de uitgaven voor 'n pro-
phylactiefonds zeer zeker wèlbesteed zijn. Pas
a's een patiënt gedurende geruimen tijd is
geobserveerd en meermalen door een consul
tatiebureau is onderzocht, volgt opname in
een sanatorium.
Spr. geloofde niet, dat hij in zijn rapport
de sanatorium-verpleging te veel op den
voorgrond had geschoven.
Jammer vond spr. het, dat de gemeente
Utrecht zooveel geld uitgeeft voor t. b. c.-be
strijding. Spr. zag liever het particulier ini
tiatief daarvoor in de plaats gesteld.
De regeering heeft den plicht niet alleen
den onderwijzer te doen onderzoeken door
een consultatiebureau, maar ook den kweeke
1'ng, en dan niet één maal, maar herhaalde
lijk.
Devoorzitte r bracht beide prae-ad
viseurs en debaters dank voor hun woorden
Spr. herinnerde er aan, dat hij in Genève had
bereikt, dat aan verplichte aangifte slechts
geringe waarde meer wordt toegekend. Ver
der wees spr. erop, dat in Frankrijk het ver
plichte onderzoek voor een ieder is ingevoerd.
Den invloed van de crisis op toeneming der
1 b. c. achtte spr. door den debater dr. Jon
kers overdreven. De Volkenbond stelt een on
derzoek naar dezen invloed in en spr. ge
loofde, dat hij in het gelijk zal worden ge
steld.
Spr. was van oordeel, dat het goed zal
g'jn, de Centrale Vereeniging te verzoeken de
1 b. c-kwestie ook aan de hand van de heden
gehouden besprekingen te bezien.
De vergadering werd hierna verdaagd.
Men trok gezamenlijk naar het stadhuis
waar de
officieele ontvangst
door het gemeentebestuur plaats had In de
raadszaal waren, behalve de burgemeester
nog aanwezig, de gemeente-secretaris, wet
houder Bonsema en het raadslid Ringers,
dr. Dijkhuizen, directeur van den gemeente
lijken geneeskundigen dienst en dr. Dege
naar, voorzitter der Gezondheidscommissie
Mr. Wendelaar herinnerde aan het
Congres van 1917, dat eveneens in Alkmaar
werden gehouden en constateerde, dat sinds
dien wel veel in deze stad is veranderd en
verbeterd op het gebied van de openbare ge
zondheidsregeling. Daar zijn in de eerste
plaats de twee nieuwe groote ziekenhuizen
met 110000 verpleegdagen tegen destijds
65000, waaruit z.i. bliikt dat de behoefte aan
verpleging ten nauwsie samenhangt met de
beschikbare ruimte In 1917 waren hier ld
artsen, onder wie 4 specialisten en thans
resp. 28 en 16. Voorts is er éen groote verbe
tering gekomen ten aanzien van het tonnen
stelsel. In 1917 was nog slechts een begin
g'naakt met seotictanca en thans zijn er
van de 6000 „tonnen" van toen nog 5000.
Het sterftecijfer is teruggeloopen tot 9 per
1000, wat overeenkomt met de cijfers van het
heele land en dus voor Alkmaar zeer gunstig
is omdat men niet moet vergeten, dat hier
een zeer groot aantal bejaarden woont, die
op gevorderden leeftijd uit de buiten-gemeen
ten zich hier vestigen om er hun laatste
dagen door te brengen.
Voortgaande, wees spr. op de krachtig ge
voerde bestrijding van malaria, dien Alkmaar
heeft gemaakt tot een stad waar deze ziekte
niet méér dan elders voorkomt.
Verder zijn maatregelen genomen tegen
andere ziekten: roodvonk en diphtherie en
voorts is er gesticht de gemeentelijke gezond
heidsdienst en is veel gedaan ter verbetering
der volkshuisvesting.
Waar aldus de overheid metterdaad be
langstelling toont voor preventie van ziek
ten, is zij de bondgenoot van het Congres.
In dit verband herinnerde spr. aan de oprich
ting van het Instituut voor preventieve ge
neeskunde.
Spr. uitte zijn beste wenschen voor nuttige
werkzaamheid van het Congres, ten bate van
de menschheid, en hoopte dat de dagen waar
op hier vergaderd wordt blijk mogen geven
van medevoelen met een warme ziel met de
medemenschen. Spr. wenschte het congres
toe, dat het nuttige aan het aangename mag
worden gepaard.
Ten slotte richtte de burgemeester zich tot
den voorzitter van het congres, om hem ge
luk te wenschen met zijn onlangs gevierden
75sten geboortedag en hij sprak de hoop
uit, dat het congres nog vele jaren mag pro-
fiteeren van de groote gaven van hoofd en
hart, die dr. Josephus Jitta op zijn levens
weg heeft meegekregen (Applaus)
Antwoord van den voorzitter.
Dr. Josephus Jitta begon met een
dankbetuiging voor de hartelijke woorden
aan zijn adres en zegde dan dank voor de
gastvrije ontvangst in Alkmaar, waar de bur
gemeester als een tweede Jozua wel niet de
zon. maar het carillon een uur lang heeft stil
gezet, om het te laten weerklinken ter eere
van het bezoek der leden van het congres.
Herinnerend aan het besluit van het congres
om actie te voeren tot behoud van de mis
schien bedreigde Gezondheidscommissie,
hoopte spr., dat ook hiervan mag kunnen
worden gezegd, dat van Alkmaar de victorie
begon. (Applaus).
Hierop werden ververschingen rondge
diend en bezichtigden de dames en heeren
onder voorlichting van den burgemeester en
den gemeente-secretaris het stadhuis.
Daarna werd per autobus een bezoek ge
bracht aan het koloniehuis Russenduin te
Bergen aan Zee. In het hotel Nassau-Bergen
aldaar werd een gemeenschappelijke maaltijd
gebruikt.
Vergadering van Zaterdag.
Zaterdagochtend ruim 10 u. heropende
de voorzitter, dr. N. M. J o s p h u s Jit
ta, de zitting van het congres Hij gaf
terstond het woord aan prof dr. R de
Josselinde Jong uit Utrecht tot
het houden van een inleiding over
De krop in Nederland, hare
verbreiding, vormen, beteeke-
nis en bestrijding.
Spr. zette uiteen, dat de krop één van
dc ziekten is die haar oorzaak vinden
in het ontbreken van een bepaalde stof
in het voedsel, het drinken of de lucht,
welke ingeademd wordt.
Met teekeningen op een schoolbo'd
verduidelijkte spr. zijn voordracht. Op
een paar kaarten, die aan de wanden
waren opgehangen, was aangegeven het
gehalte aan jodium van het leidingwa
ter in verschillende streken des lands,
alsmede de verdeeling der struma in
verband met de geslachten. Het bleek,
dat in streken, waar weinig jodium
voorkomt in het water, de meeste ge
vallen van krop (een ziekte van de
schildklier) worden geconstateerd.
Verder waren vele fleschen tentoon
gesteld. waarin kropgevallen in ver
schillend stadium waren te zien
Uitvoerig stond spr. stil bij de beteeke-
nis der schildklier voor het organisme.
Krop is een vergrooting van blij-
venden aard van deze klier.
De ziekte komt het meest voor in Zwit
serland. in het Bemer Oberland is het
aantal gevallen zelfs verbijsterend groot,
men kan er spreken van een volksziekte
In sommige gevallen veroorzaakt de
ziekte geen enkelen hinder voor den
lijder behalve dan een verhoogden druk
op de luchtpijp Overigens geeft zij een
functie-storing in tweeërlei richting: óf
een tt groote óf een te geringe werking
van de schildklier.
Personen, bij wie de verhoogde wer
king valt waar te nemen, hebben het
uiterlijk alsof zij vergiftigd zijn. Een te
geringe werking veroorzaakt zwakzin
nigheid en houdt den groei van het
lichaam tegen In Zwitserland heeft men
tusschen 5 en 10 000 van die gevallen
Spr. weide uitvoerig uit over de tus-
schen-gevallen. de ziekteprocessen met
minder ernstige gevolgen, die de lijders
achterlijk doen zijn met verminderde
werklust en ijver (op de scholen treft
men dergelijke gevallen nog al eens aan)
e: hen voor veel werk ongeschikt maakt
In Nederland komt de krop in de
laatste 20 a 25 jaar veelvuldig voor In
Twente, den Achterhoek en het Hijn-
aasgebied het meest In Utrecht is ge
bleken op de scholen, dat de meisjes
leerlingen tot 85 prcento een vergroote
schildklier hebben
In Nederlandsch Indië zijn verschil
lende streken, waar de krop ontstellend
veel voorkomt.
Strunca wordt niet veroorzaakt door
infectie, althans is die een factor van
slechts ondergeschikt belang at wel
de eigenlijke oorzaak is voo'r ret optre
den is niet met juistheid aan te
gezien het groote verschil in de gesteld
heid der gebieden, waar de ziekte voor
komt. Er zullen wel verschillende oor
zaken zijn, waarvan spr als de meest
belangrijke noemde het ontbreken van
jodium in het drinkwater Gebleken is
immers, dat het meer of minder voor
komen van krop ten nauwste samen
hangt met een geconstateerd
voorkomen van jodium in het drinK-
W D^vraag is nu of door toevoeging van
jodium de krop niet is te voorkomen,
wat de beste wijze van bestrijding is
Jodium is absoluut noodig voor het
menschelijk organisme, maar zeer klei
ne hoeveelheden zijn voldoende, n 1. een
grammata (een duizendste milligram)
per dag. Prophylactisch zou het dus zijn
kleine hoeveelheden jodium aan het
water toe te voegen, maar dan onder
geneeskundige leiding en contróle en
niet anders dan in gebieden waar van
een epidemie kan worden gesproken,
terwijl bovendien herhaald onderzoek
van lijders noodig is.
De samenvatting van de stellingen,
waarteoe spreker kwam, is de vol
gende: krop is in bepaalde deelen
van het land in de laatste 25 jaar toege
nomen, maar deze endemische krop
draagt over het algemeen een gunstiger
karakter dan die in Zwitserland en an
dere bergachtige streken. Het aantal
strumae welke met thyreotoxicose ge
paard gaat is vrij aanzienlijk en be
draagt ongeveer een derde. Op de aetio-
logie van struma zijn o. a. van invloed
geslacht, leeftijd, voeding, drinkwater,
jaargetijden enz. In hoeverre ook in
fectie van beteekenis is staat niet vast.
Er is verband tusschen de hoeveelheid
jodium welke in bepaalde gebieden da
gelijks door de bewoners wordt opgeno
men en de veelvuldigheid van krop in
die streken. In de practijk is gebleken,
dat een bruikbare maatstaf voor de be
paling van de dagelijks opgenomen hoe
veelheid jodium verkregen wordt door
onderzoek van het jodiumgehalte in
drinkwater. Voor Nederland is gebleken
dat waar dit water zeer weinig jodium
bevat, in den regel krop veel voorkomt.
In kroprijké streken verdient prophv-
laxe door jodiumhoudend zout (Jozo) of
wellicht door toevoeging van Jood-kali-
um aan drinkwater, dat daaraan zeer
arm is, aanbeveling, mits aan de vol
gende voorwaarden wordt voldaan:
a. de prophvlaxe moet geschieden
onder geneeskundige leiding en con
tröle;
b. het middel moet onschadelijk zijn,
gemakkelijk op te nemen, goedkoop en
werkzaam, zooals het jodiumhoudend
keukenzout met een gehalte van 05
gram J. K. op 100 K.G. keukenzout;
c. bij reclame voor jodiumhoudend
zout worde nadrukkelijk gewezen op het
gevaar vooral voor kroplijders van ge
bruik van te jodiumrijke nreparaten;
d. er moet streng onderscheid ge
maakt worden tusschen prophylaxe met
minimale hoeveelheden jodium door
middel van jodiumhoudend keukenzout
of wellicht door jodeering van drinkwa
ter en behandeling van struma met
jodiumpreparaten van anderen aard en
in geheel andere hoeveelheden;
q. deze laatste behoort uitsluitend op
geneeskundig voorschrift en onder lei
ding van een arts te geschieden;
f. een wild jodiumgebruik door het
publiek uit vrees voor struma is beslist
af te keuren. Het brengt het groote
gevaar mee. dat de slechte gevolgen er
van het jodium in discrediet bFengen en
daardoor en verstandig geleide, onder
geneeskundige contröle staande jodium-
prophylaxe voor vele jaren belemmeren
of zelfs vernietigen.
(Het congres duurt voort.)
De vele duizenden, die in het Olympisch
Stadion heden geen plaats onbezet hadden ge
laten, de enorme menschenmassa, welke den
terugtocht van het Koninklijk Gezin van het
Stadion naar het Paleis op den Dam door
de onafgebroken haag van de duizenden deel
nemers aan het défilé verbeidde, hebben, de
eerste door hun laaiende geestdrift en de
laateten door het geduld, waarmede zij
urenlang op den Koninklijken Stoet hebben
gewacht, overduidelijk blijk gegeven van hun
trouw aan en hun warme sympathie voor het
Huis van Oranje, terwijl zeer zeker ook vele
tienduizenden in den lande, alsmede in onze
overzeesche bezittingen, in hun huiskamers
met ontroering geluisterd zullen hebben naar
de per radio uitgezonden toespraak van hun
vorstin.
Het vertrek naar het Stadion.
In een met vier h la Douaumont bereden
paarden bespannen calèche, waarin het Vorste
lijk Gezin had plaats genomen; daarachter het
groot gevolg in hofrijtuigen, geschiedde, ter
wijl de gebruikelijke eerbewijzen gebracht
werden, het vertrek van het Koninkliik
Paleis. Het was op dat oogenblik. dat het
tot in verren omtrek hoorbare gedaver van
de saluutschoten uit de kanonnen var, den in
de gepavoiseerde haven liggende oorlogs
bodem „Heemskerck" zich mengde met het
gebeier der klokken op kerken en gemeente
torens en met het geloei der sirenes van tal
rijke fabrieken en maatschappijen in de hoofd
stad. Het sirene-geloei nam na ongeveer vijf
minuten een einde, doch het gedreun van het
geschut en het stemmige klokgebeier ver-
slomde eerst toen het Koninklijk Gezin na de
rit door de vlaggende stad, toegejuicht en toe
gewuifd door de duizenden langs de wegen
geschaarde belangstellenden, van wie tal-
loozen het oranje droegen, het Stadion had
bereikt. Door de trotsche Marathonpoort
reed de prachtige calèche tot vóór de eere
tribune, waar de koningin werd ontvangen
door den voorzitter van het eere-comité.
Het Vorstelijk Gezelschap begaf zich hier
na over den uitgelegden looper. tusschen
een eere-wacht van hen, die in 1898 eveneens
te Amsterdam, als cadet en adelborst de
eerewacht van het Paleis naar de Nieuwe
Kerk hadden gevormd, naar de Koninklijke
loge. welke op schier onnavolgbare wijze
uit de daarvoor door de deelnemeis aan het
défilé bijeengebrachte gelden, in een bloe
menhof was herschapen.
Ook de koningin-moeder was, ondanks het
feit. dat zij slecht ter been is. per auto van
Soestdijk gekomen, om in de Koninklijke
loge een gedeelte van het programma bij te
wonen, hetgeen zeer op prijs werd gesteld.
Toen de koningin had plaats genomen,
brak onder de meer dan dertigduizend be
langstellenden in het Stadion een oorver-
doovend gejuich los. Daarbinnen, overal
waar men den blik liet ronddwalen, was het
één vlaggenzee. De muziek, op het midden
veld ter weerszijden van de open zijvakken
aanwezig, werd verzorgd dooi de op het
„Wilhelmus ingestelde" Koninklijke Marine
Kapel te Den Helder en door de Koninklijke
Militaire Kapel te Den Haag. Reeds vroeg
hadden zich ook de ongeveer vierhonderd
ru.teis van het Ruiter-défiié opgesteld, als
mede, bij de Marathonpoort, een duizendtal
zangers en zangeressen.
Groote officieele belangstelling.
Zeer groot was het aantal hoogwaardig
heidsbekleders, dat de huldebetooging bij
woonde. De vakken onder de Koninklijke loge
waren gevuld met de, naar titel en rang,
voornaamste personen van den lande. Er
waren, met den minister-president dr. H.
Colijn, ministers, gezanten, kerkelijke hoog-
waardigheidsbekleedeis. commissarissen der
koningin uit verschillende provincies, ver
tegenwoordigers van Eerste en Tweede
Kamer, van den Raad van State, de hoogste
militaire autoriteiten en andere voorname
persoonlijkheden. Het voor verschillende
hooge ambtsdragers gereserveerde gedeelte
was overigens ingenomen door eenige hon
derden burgemeesters uit steden en dorpen,
allen met ambtsketen. En verder was het
Stadion één deinende massa van belangstel
lenden uit stad en land Tribunes waren bij
gebouwd om duizenden tevreden te kunnen
stellen en duizenden zouden er méér geweest
zijn. als er plaatsen beschikbaar waren
geweest
Het programma begint.
Forsch en zuiver klonk, als inzet van deze
zoo bij uitstek nationale betooging, uit dui
zend geschoolde kelen van het door Theo v.
d. Bijl geleide zangkoor, over het veld het
Kroningslied van 1898: „Wees gegroet met
jubeltonen". Het waren oogenblikken die,
hoe men ook over de kwaliteit van het lied
moge oordeelen, van wijding gevuld waren.
Toespraak Ds. van Hoogenhnyze.
Nadat de laatste k'anken van het lied zich
in de ijle lucht hadden opgelost, sprak ds
A. G. H. van Hoogenhuijze, voorzitter van
de Commissie van Advies, staande op een ter
linkerzijde van de Landsvrouwe opgestelden
katheder, Hare Majesteit toe:
De Koningin spreekt-
Na deze toespraak luidsprekers maak
ten haar tot in alle hoeken van het Stadion
verstaanbaar heeft, ondzr doodsche stilte
van het duizendkoppige gehoor, Hare Ma
jesteit de Koningin als volgt het woord ge
nomen
Mijnheer de Voorzitter,
Het is mijn wensch persoonlijk Neerlands
Jongeren, die de voorbereiding van deze
grootsche en indrukwekkende betooging op
zich namen, en allen die zich opmaakten
daaraan deel te nemen, mijn hartgrondigen
dank te betuigen voor dit blijk van hun aan
hankelijkheid en trouw, nu in 35 jaren zoo
nauw aan mijn Volk verbonden ben geweest
Hierbij gedenk ik ook de talloos velen, die
deze ure uit de verte met ons medeleven, zoo
in het Vaderland als in Nederland onder de
keerkringen, en breng hen daarvoor mijn bij
zondere erkentelijkheid.
Als ik op dit tijdperk terugzie, dan is het
met een hart vol dankbaarheid voor al het
schoone en goede, dat ik van mijn Volk heb
mogen ondervinden, dan word ik steeds op
nieuw getroffen door de bewijzen van ver
knochtheid en den steun mij, niet het minst in
moeilijke en zorgvolle dagen ten deel geval-
,len en welke ik thans in deze ure, andermaal
op ondubbelzinnige wijze ondervind.
Pogen mijn plicht te vervullen tegenover
het Vaderland is mij in donkere tijden meer
dan ooit een voorrecht en bron van blijd
schap, waar ik mij gedragen weet door Uwe
trouw en medeleven.
De Nationale gedachte bindt ons hier allen
te zamen.
Wij willen ons zelf zijn en blijven.
Wij willen voortbouwen op de grondslagen
door onze Vaderen gelegd, Ons bewust van
onze roeping tegenover ons zelf en in het
groote gezin der Volkeren.
Wij willen putten uit de schatten ons door
een groot Voorgeslacht nagelaten, overtuigd
daarin ten allen tijde overvloedig te vinden
hetgeen wij behoeven om met taaie volhar
ding en zich steeds weer vernieuwende kracht
te streven naar de aanpassing bij gewijzigde
wereldomstandigheden, welke onder Gods
zegen ons weer een gelukkige toekomst bren
gen kan.
Ik bid God om wijsheid en sterkte om U in
den tijd die vóór ons ligt vastberaden daarin
voor te gaan.
Mij thans in het bijzonder richtend tot de
Jongeren wensch ik tot hen een woord van
oprechte waardeering te spreken voor den
ijver en de voortvarendheid welke zij hebben
aan den dag gelegd bij de voorbereiding van
deze voor mij onvergetelijke uren en voor hun
trouw en toewijding aan mij en mijn Huis.
Een schoone toekomst Zij voor hen weg^e-
legd indien zij langs de beproefde wegen,
zooeven door mij aangeduid, straks hunne
krachten gaan wijden aan den opbouw van
het tijdperk dat voor ons ligt. Waar zij in de
groote figuren die Nederland heeft voortge
bracht de idealen verpersoonlijkt zien weTke
ook zij nastreven, zullen zij er krachtig toe
kunnen bijdragen het schoonste uit onze his
torie in heden en toekomst te doen voortleven
in zich steeds vernieuwenden en verjongen-
den vorm.
Ten besluite richt ik mij tot U allen, oude
ren en jongeren te zamen. ja tot de bevolking
van geheel het Rijk, om als één en ondeelbaar
Volk de handen ineen te slaan teneinde een
drachtig samen te werken om dezen zorg
vol 1 en tijd te boven te komen.
Als van zelf gaat ons aller blik naar onze
fiere driekleur, symbool van ons willen en
kunnen, zinnebeeld bovenal van ons dierbaar
Vaderland. Zij waaie steeds over de Wereld
zeeën tot in de verste landen en doe daar
kond van onze eendracht en onze wilskracht.
Leve het Vaderland
Hoezee!
De ruiters vragen de aandacht.
Diep onder den indruk van de woorden,
door de Landsvrouwe gesproken, werd door
de aanwezigen het „Wilhelmus" aangeheven.
Hierna volgde het interessante schouwspel
van het ruiterdéfilé van alle vereenigingen,
aangesloten bij de Federatie van Landelijke
Ruitervereenigingen met hun vaandels, waar
mede de dragers, bij het passeeren van de
Koninklijke loge, eerbiedig groetten.
Het was vervolgens de bereden militaire
politie, onder bevel van den eersten luitenant
J. P. Ilcken, die op voortreffelijke wijze deed
uitkomen, hoe zij haar viervoeters in bedwang
had; de prachtige demonstratie van deze
kloeke bereden afdeeling werd gevolgd door
een uitnemend geslaagd défilé in draf en in
galop, hetwelk door het Koninklijk Gezin met
groote belangstelling ook het publiek leef
de, getuige zijn uitingen van enthousiasme!
op spontane wijze met dit onderdeel van het
programma mede! werd gevolgd. Vervol
gens nog een défilé van den Bond van lande
lijke ruiters van den Noord-Brabantschen
Christelijken Boerenbond.
Défilé van vijf en veertig duizend
personen.
Terwijl dit alles zich binnen het Stadion
voltrok, was er daarbuiten en wel op het
IJsclubterrein en op het Olympiaplein, resp.
van half twee en half drie 'af, hard gewerkt
aan de opstelling van het geweldig groote
aantal vereenigingen en corporaties zeer
vele in haar eigen kleederdracht waarvan
de leden, die niet behoorden tot de ingezete
nen der hoofdstad, zich per trein, auto of
autobus de spoorwegen hadden extra trei
nen ingelegd tegen speciaal tarief "n ook de
Amsterdamsche tramdirectie had bijzondere
maatregelen van vervoer genomen naar
Amsterdam begeven hadden. Men had de
uitnemende gedachte gehad en in dit ka
der past een woord van hulde aan den tech
nisch leider F. J. Thoolen en zijn staf!
die vijf en veertig duizend deelnemers aan
dit enorme défilé zooveel mogelijk provincie-
gewijs in te deelen; alleen de steden Rotter
dam, Den Haag, Amsterdam en Utrecht, als
mede enkele landelijke bonden en vereenigin
gen, waren afzonderlijk ingedeeld, terwijl te
twee uur op den Zuidelijken Wandelweg het
défilé van de op versierde fietsen rijdende
Amsterdamsche schooljeugd, die des mor
gens reeds vrijaf had gekregen, was opge
steld. Iedere groep of vereeniging had een
eigen vereenigingsleider; een bepaald aantal
vereenigingen vormden tezamen een afdèe-
ling met een afdeelings-leider aan het hoofd;
de afdeelingen weer waren volgens provin
cie en stad gegroepeerd, met aan het hoofd
een provincie-leider, die te herkennen was
aan een cocarde op den schouder in de kleur
van de provincie. Ook alle andere leiders
droegen onderscheidingsteekenen, terwijl het
opper-commando berustte bij de een oranje
lint met medaille dragende Technische Com
missie.
En zóó hebben, in rijen van acht, de vaan
del- of banierdragers voorop, de bonden, ver
eenigingen en corporaties, de duizenden en
nog eens duizenden, met hun vlaggen en
schilden en allen saamgebonden door het
ééne doel: der Koningin hun hulde en trouw
te betoonen, in prachtig tempo via de Sintel-
baan langs de Koninklijke loge geloopen, bij
het passeeren waarvan een' eerbiedige groet
waarin ook de vaandels hun rol vervulden
gebracht werd.
Het binnentrekken en weer verlaten van
het Stadion eerst defileerden de provin
cies door al die -tuizenden voortduren
de wisseling van kleuren en tinten! levert?
een pr4chtig icboiiv spe'. op dat h<_t oog
bleef bo-ien ook ai duurde het verscheidene
u'en... De vaandeldragers bleven met hun
vaandel op het veld achter; voorts werd,
nadat ongeveer twee derden van de defilee-
renden voorbij waren getrokken, het défi'é
onderbroken door een dansgroep van vier
honderd. de nationale kleuren rood. wit,
blauw en oranje dragende meisjes, die, te
zamen één groote levende vlag lijkende, een
met bloemen versierde reusachtigen zege
wagen trokken met de wapenschilden van het
Koninklijk Huis. te.wijl op den wagen, die
als symbool! vijf en dertig treden telde,
de Nedelandsche Maagd had plaats ge
nomen.
Nadat de dansgroep onder leiding van
Lili Green een dans had uitgevoeid en de
wagen op het veld was opgesteld volgde c:e
rest van het défi'é, de fietsende schooljeugd!
er. de steden, waarbij het veld, door de vaan
dels. vlaggen en banieren, die daai voortdu
rend werden opgesteld, langzamerhand in
één reusachtige vlaggenzee herschapen was
Nog was het programma niet geëindigd!
Nóg zouden de duizend zangers en zange
ressen zich weer doen hooTen met liederen
van Valerius Dan zou het „Wilhelmus" vol
gen en tenslotte de triomftocht van de Ko
ninklijke Familie door de onafgebroken haag
van defileerenden en langs de duizendkoppige
menigte naar hef Paleis. Is er mooier en
waardiger slot d' vbaar voor een Koninklijk
Bezoek, dat aan h-1 regeeringsiubileum der
Landsvrouwe zijn bijzonder karakter ont
leende?
DE HUI DIGING IN HET STADION.
Meer dan het dubbele aan het aan
tal beschikbaar plaatsen in het
Stadion aangevraagd.
De belangstelling voor de huldiging van
de koningin in het Stadion te Amsterdam is
buitengewoon groot. Naar wij van het comité
vernamen, zijn er meer dan 60.000 plaatsen
aangevraagd, dat is meer dan het dubbe'e
van het aantal beschikbare plaatsen. Het
comité heeft dan ook aan vele aanvragen niet
kunnen voldoen. Voorzoover men geen plaat
sen heeft ontvangen en toch geld gestuurd
heeft, kan men in den loop van de volgende
week terugzending van het gezonden bedrag
verwachten. Het comité heeft in het stadion
zelfs nog tribunes laten bijbouwen, doch de
aanvraag was zóó groot dat het een aanfa'
aanvragers moet teleurstellen.
KORTE BERICHTEN.
Uit een koffer, welke uit Oslo pef
schip naar Amsterdam is verzonden,
zijn verschillende goederen ter gezamen
lijke waarue van pl.m. 860 gestolen.