DF AVONTUREN VAN WO-WANG EN SIMMY Werkloozenzorg. OUDKARSPEL. NACHTELIJKE VISCHSTROOPERS OP HÈT OORLOGSPAD. onsamenhangend en deelde mede, dat adres sant zich ook nog gewend heeft tot de heeren Vahl en de Jager. De heer Vahl zei, dat adressant nog aan drong op nadere onderhandelingen, we k verzoek spr. zou willen ondersteunen, hoewel hij er geen heil in zag. De heer K o s t e 1 ij k steunde dat advies. De voorzitter vereemgde zich hier mee, maar meende, dat het adres deson danks wel voor kennisgeving kon worden aaneen omen. Een voorstel daartoe namens het college van B. en W. werd goedgekeurd. De vereeniging Volkshuisvesting over 1932. De kennisneming van deze rekening en verantwoording heeft B. en W. geen ^in leiding gegeven tot het maken van opmerkin gen, weshalve zij voorstelden te besluiten die rekening goed te keuren. Alzoo werd besloten. CAA Van het nadeelig saldo ad pl m t sw wordt een vierde deel door de gemeente be taald <fe rest vergoedt het rijk. Stichting volgens de Landarbei- derswet. De kennisgeving van deze winst- en ver liesrekening en balans heeft het college van B en W. geen aanleiding gegeven tot hei maken van eenige opmerking. Zij stelden daarom voor tot goedkeuring te besluiten Alzoo werd besloten. Uitbreidingsplan. Vastgesteld werd een wijziging in het uit breidingsplan voor zoover betreft den weg over het land van mevr. van der Feen de Lille (naast ter Coulster). Het plan was door alle daarbij betrokken instanties goed gekeurd. Een bezwaar ertegen, dat te laat was ingediend, kon niet in behandeling wor den genomen Verkoop bouwterrein. Door de volgende personen is verzocht te mogen koopen: J. C. de Goederen, zonder beroep, te Rotterdam, een perceel bouwter rein, ten westen van het dubbele woonhuis gebouwd door K. de Bakker ten noorden van de Nieuwe Laan, groot ongeveer 400 M2 voor 4.50 per M2.; C. Aberkrom, aannemer te Wormerveer een perceel bouwterrein aan de oostzijde van den westelijken weg naar het bosch, naast het dubbele woonhuis van den heer J. F de Vroom, breed ongeveer 8 H M. voor 3.50 per M2. R. Brouwer, aannemer te Heiloo, een per ceel bouwterrein aan de westzijde van de middenste straat naar het bosch, ten zuiden van het perceel gekocht door den heer G. Blomberg, breed 9 M., voor 3.50 per M2. De verzoeken werden zonder eenige be spreking ingewilligd. Overeenkomst met het P.E.N. Goedgekeurd werd een contract met het P.E.N. inzake beschikbaarstelling van transformatorgebouwtjes. Benoeming commissie van bijstand. Na voorlezing van de namen van hen, die thans deel uitmaken van deze commissie, stelde de voorzitter voor deze heeren opnieuw te benoemen. De heer G r e e u w stelde er prijs op, dat ook een soc.-dera. zitting zou hebben en vroeg stemming over de benoeming van leden der commissies. Alzoo werd besloten. Voor de wegencommissie werden herko zen de heeren Vahl en De Jager (deze laat ste na twee stemmingen en een herstemming met den heer Kostelijk). Commissie G.E.B., aftredend de heeren Kostelijk en Schuyt. Beiden werden herko zen. Commissie voor beplantingen, aftredend de heeren Vahl en De Jager. Eerstgenoemde werd herkozen met op één na algemeene stemmen. De heer De Jager werd herkozen na twee stemmingen. De heer K o s t e 1 ij k stelde voor de be noeming van leden der commissie voor werk verschaffing en steun verleen ing uit te stellen tot na afhandeling van het voorstel inzake tewerkstelling van werkloozen c.q. steun regeling voor die arbeiders. Werd goedgevonden. B. en W. hadden ingediend een uitvoerig foorstel betreffende regeling voor tewerk stelling c.q. steunregeling van werklooze arbeiders. Het had er allen schijn van, dat de com missie voor werkverschaffing noch andere instanties daarover waren geraadpleegd, want terstond na het aan de orde stellen van dit punt, stelde de voorzitter voor om de vergadering te schorsen, opdat de leden het voorstel nader konden bekijken. De heer G r e e u w verzette zich tegen het voorstel om dit punt eerst in comité te be handelen. De heer K o s t e 1 ij k ondersteunde het voorstel, dat hij in het belang van de ge meente achtte. Alle leden gingen hiermede accoord, zoo dat de vergadering geschorst werd. Na heropening (de schorsing duurde vijf kwartier) deelde de voorzitter mede, dat B. en W. het ingediende voorstel terug namen, omdat in de comité-vergadering be sloten was, dat de gemeente zich tot de regeering zal wenden met het verzoek om steun voor de werkverschaffing. Zoolang daarop nog geen bericht is ontvangen (het kon volgens spr wel een paar weken duren) zal de oude regeling van 't vorige jaar gelden met dien verstande, dat voortaan van a.s Zaterdag af het loon in werkverschaffing 35 cent per uur zal bedragen en dat de even tueel te verleenen steun zal worden uitge keerd door den gemeente-ontvanger en niet door het burgerlijk armbestuur. De heer G r e e u w vertrouwde, dat met de diverse opvattingen in den raad straks rekening zal worden gehouden. Spr. wensch- te het loon althans gedurende den tijd dat de oude regeling nog zal gelden, te stel len op 40 cent, in afwachting van wat de regeering zal doen. De heer Schuyt maakte duidelijk, dat de toestand in de tuinderij en de veehouderij slechter is dan verleden jaar. De omzet aan de veiling is nog met een derae teruggeloo- pen bij verleden jaar, toen het ook al een slecht jaar was. Spr. was B. en W. dankbaar voor hun tegemoetkomende houding ten aanzien vau de verzoeken van den L.T.B. en hij hoopte, dat de tuinders die werkverschaffing noodig hebben, ook te werk zullen worden gesteld. Er zijn echter menschen, die niet in de werk verschaffing kunnen worden opgenomen, omdat hun bedrijf (verzorging van vee enz dit niet toelaat en er zijn ook bedrijven aan welker hoofd een vrouw staat. Hij vroeg in zulke gevallen een uitzonderingsbepaling ten aanzien van steunverleening toe te passen. Spr. betuigde zijn instemming ermee, dat rekening zal worden gehouden met de grootte van het gezin van de steunbehoeven- den. In het adres van den L.T.B. was ook ge vraagd om voor de kleine werkgevers een toeslag op uit te keeren loon te geven, waar door werkgevers en werknemers gebaat zou den zijn en de werkverschaffing zou worden ontlast. Spr. vroeg gunstige overweging van dat verzoek. Gevraagd was voorts en spr. drong op inwilliging ervan aan om de goedkoope regeeringsboter en het vleesch in blik beschik baar te stellen. De heer K o s t e 1 i; k was verheugd over het aannemen van zijn advies tot terugne ming van het voorstel. Spr. waarschuwde tegen te veel vragen, zooals z.i. de heer Schuyt deed, omdat men dan wel eens niets kon krijgen. Wat bet loon betreft, zei spr., dat enkele jaren geleden het toenmalige soc.- dem. raadslid, de heer van de Vall, verklaar de, dat 40 cent een heel goed loon was (er waren toen nog geen toeslagen bij). De heer Keesman meende, dat de wen- schen van den heer Schuyt na de lange comitévergadering niet anders dan illusies genoemd kunnen worden Indien de tuinders steun zullen krijgen, zal die worden ver leend via het Armbestuur, de commissie voor steunverleening zal daarop slechts heel wei nig invloed kunnen uitoefenen, omdat anders het volgende jaar de belasting aanmerkelijk zal moeten worden verhoogd. Er moet in werkverschaffing worden gewerkt door allen. De heer Schuyt merkte op, dat er toch uitzonderingsgevallen zijn en die bedoelde hij voor zijn idee van steunverleening. De heer Keesman had er altijd naar gestreefd om het B. A. zooveel mogelijk bui ten de uitkeeringen te houden, ook ten aan zien van de loonen der werkloozen. De heer Vahl was van oordeel, dat men de tuinders over eenzelfde kam zal moeten scheren als de arbeiders, die eenzelfde inko men hebben. Spr. zou den norm niet hooger willen stellen dan 800. De heer Keesman meende, dat de heer Schuyt zijn ideeën in de comité-vergadering sterker naar voren had moeten brengen. Thans staat wel vast, dat de steun eventueel zal worden verleend door het B. A. De heer Schuyt merkte op, dat hij geen gelegenheid had gehad zijn idee nader uiteen te zetten; men was hem terstond in de rede gevallen. De heer Barnhoorn meende dat de besprekingen thans overbodig waren, omdat overeengekomen was, dat de commissie voor steun der tuinders zou bijeenkomen en dan voorstellen bij den raad zou indienen. Na nog een paar opmerkingen van eenige leden werd het nieuwe voorstel (steun voor werkverschaffing vragen van de regeering) aangenomen met aanteekening dat de soc.- dem. geacht willen worden te hebben tegen gestemd. Als leden van de commissie voor werkver schaffing werden hierop weder aangewezen de heeren Franken, Greeuw en als plaats vervanger de heer Kostelijk. De commissie voor de verleening van steun aan tuinders zal weder bestaan uit de heeren Keesman, Dekker en Kostelijk. Vragen van den heer Kostelijk. De heer K o s t e 1 ij k had schriftelijk de vraag gesteld wat door B. en W. gedaan is inzake het prikkeldraad op Nijenburg en in het bosch van Natuurmonumenten, nadat de raad den wensch tot verwijdering ervan had uitgesproken. De voorzitter antwoordde dat aan beide vereenigingen een schrijven is ver zonden waarin mededeeling was gedaan van dien wensch. Beide vereenigingen hadden geantwoord dat een der bestuursleden gaarne met B. en W. de terreinen wilde rondgaan, opdat men zich kan overtuigen of verwijdering van het prikkeldraad al dan niet noodzakelijk mocht worden geacht. Tot zoolang zouden zij het gaarne willen laten blijven. Spr. vroeg nu de heeren Kostelijk en Barnhoorn om een lid van het college op dien rondgang te verge zeilen. De heer Ko s t e 1 ij k noemde de heele ge schiedenis een „zaak van niks". Hij had ver wacht, dat het prikkeldraad reeds verwij derd zou zijn, nadat de gemeenteraad daar toe met me.rderheid van stemmen de wen- schelijkheid had uitgesproken. De te groote „zachtmoedigheid" van B. en W. is oor zaak, dat de kwestie nog steeds sleepende is Beide heeren verklaarden zich bereid aan het verzoek van den voorzitter te voldoen. Hierna sluiting van de openbare vergade ring. B. en W. hebben den Raad het volgende schrijven gezonden: Bij dezen hebben wij de eer U te berichten, dat ons college gefted is gekomen met de sa menstelling van de gemeente-begrooting voor den dienst 1934. Niettegenstaande de alom heerschende cri sis, waardoor de tuinbouwende bevolking in deze gemeente meer in het bijzonder worden getroffen en de financieele maatregelen, welke tengevolge daarvan getroffen moeten worden, is de algemeene financieele toestand der gemeente, welke vóór eenige jaren terug schitterend genoemd mocht worden, sinds het jaar 1932, maar vooral in den loop van het jaar 1933 met rassche schreden achteruit ge gaan. Zooals uw vergadering zich zal herinne ren is bij het opmaken der gemeentebegroo- ting voor 1933, om belasting-verhooging te ontgaan, reeds beschikt over het vermoedelijk batig saldo van den dienst 1932, tot een be drag van 7000, terwijl in den loop van 1933 nogmaals is beschikt over 5000, ter versterking van het dienstjaar 1933. De gemeenterekening over 1932 6luit met een batig saldo van 18240.92, maar uit het vorenstaande blijkt, dat ten behoeve van den vaö bet s i Panflavit\-pastilles de verkoudheid Daarom Xe/n gnep^lontsteking «^bevolen- Qjanrlavm F PASTILLES dienst 1933 reeds is beschikt over een bedrag van 12.000. De gemeentebegrooting voor 1934 vangt dus aan met een bedrag van 18240.92 12.000 is 6240.92. In 1933 is alzoo ingeboet een bedrag van 12.000. Bij de opmaking der gemeentebe grooting voor 1934 moet rekening worden gehouden met de mogelijkheid van de tot standkoming van het bij de 2e Kamer der Staten-Generaal ingediende ontwerp van Wet tot vermindering der uitkeering bedoeld in art. 3, sub b der Wet van 15 Juli 1929 (sts.- bl. 388) en tot wijziging der wet van 18 Maart 1932 (stsbl. 104). Volgens gemaakte berekening zal de korting voor onze gemeen te bedragen 2 pCt. Komt bovenvermelde wet tot stand, dan zal de korting ingaan 1 Mei 1934. Volgens de wet van 18 Maart 1932 (stsbl. 104) bedroeg de korting 346, terwijl bij een korting van 2 pCt. de korting zal bedragen 295.21. Uit deze berekening blijkt dat de wijziging der Kortingswet onze gemeente een voordeel geeft van 346 295.21 is 50.89. De mededeeling, dat de begrooting voor 1934 sluitend gemaakt is kunnen wor den en voor de post onvoorziene uitgaven een bedrag overschoot van 1502.46, zal uwe vergadering ongetwijfeld met ingeno menheid vernemen, maar laat ons hieraan dadelijk toevoegen, dat ons college het niet verantwoord acht ook voor 1934 niet met belastingverhooging te komen, al zal het dan zijn met een geringe verhooging en al zal het dan zijn aanboring van een enkele bron. Hoewel op de posten „werkverschaffing, steun aan crisiswerkloozen, verzekering on gevallen en ziekte werkloozen en subsidie werkloozenkassen" voor een gemeente met 1793 zielen en een beperkt aantal werkloo zen belangrijke bedragen zijn geraamd, resp. 6000, 200, 850 en 1000, moet toch re kening worden gehouden met het aanhouden van de zeer bijzondere tijdsomstandigheden, ook in 1934, waardoor onze gemeente finan cieel zeer zwaar wordt getroffen, daar het tuinbouwende- en landbouwende deel onzer bevolking geen inkomen heeft. Daarom zal het noodig zijn de inkomsten voor 1934 te versterken. In verband hiermede stellen wij voor over te gaan tot het heffen van 40 op centen op de hoofdsom der gemeentefonds belasting, ingaande 1 Mei 1934. Als grond slag voor de berekening dezer heffing is ge nomen het belastingjaar 19321933, omdat het belastingjaar 19321933 was aange- geheel bij ons bekend is. 40 Opcenten in aat belastingjaar zouden hebben opgebracht 4169, welke opbrengst, wegens daling der inkomens volgens mededeeling van de regee ring, met 30 pCt. dient te worden vermin derd, zoodat de opbrengst nu zou zijn ge weest 2918.30. Met een verdere daling be hoeft, volgens mededeeling van de regeering, geen rekening worden gehouden, terwijl het tuinbouwende gedeelte der bevolking niet in het belastingjaar 1932—1933 waren aange slagen. Vrijwel kan dus aangehouden wor den op een opbrengst, ook voor 1934 van 2918.30, waarvan 2/3 komt op rekening 1934, omdat de heffing 1 Mei 1934 ingaat, dus 2/3 x 2918.30 is rond 1945. De post „onvoorziene uitgaven" zal alzoo bedragen 1502.46 plus 1945 is 3447.46; de be grooting voor 1933 vermeldt 3221.53. Hoewel het aantal opcenten, hetwelk wordt gehevfltfi op de personeele belasting in tegen stelling met gemeenten van gelijke grootte als de onze, zeer laag genoemd kan worden, immers maar 25, hebben wij toch gemeend niet te moeten komen met verhooging dezer opcenten, omdat wij het niet wenschelijk achten een bepaald deel der ingezetenen, dat reeds eenige jaren geen inkomen heeft, nog zwaarder te treffen, als dit getroffen wordt en omdat wij van meening zijn, dat zij, die in de gelukkige omstandigheden verkeeren wel een reregeld inkomen te hebben, al zullen daar ook wel bij zijn, aan den lagen kant, een klein financieel offer kunnen bijdragen. Met deze heffing van 40 opcenten gelooven wij, dat de gemeente zal kunnen volstaan. Het concept-begrooting, gelijk wij u die ter behandeling en vaststelling aanbieden is zoo wel wat de inkomsten als de uitgaven be treft, samengesteld aan de hand van de ge gevens uit de rekening 1932 en naar het ver loop van den dienst 1933 tot op heden, er zit wat men noemt, dan ook geen muziek in en wij uitten den hartgrondigen wensch, dat zij voor 1934 toereikend zal blijken te zijn. Wij spreken de hoop uit, dat de coneept- begrooting de goedkeuring van uwe verga- dering zal kunnen wegdragen en za. worden vastgesteld op de bedragen, zooals wij u deze voorstellen, t.w. in ontvangsten en in uitgaven op een bedrag van 79405.06, met een post „subsidie aan het Burgerlijk Arm bestuur" van 7200. ARRONDISSEMENTSRECHTBANK Zitting "an Dinsdag 24 October. GEEN PRIJS OP TEGENWOORDIGHEID VAN PUBLIEK. De 45-jarige schoenmaker Jan K- te Helder, thans uit de samenleving gesepareerd, had zich meermalen schu.dig gemaakt aan het zedendelict, strafbaar gesteld bij artikel 247 Wetb. van Strafr. Tegen verdachte, die uiter aard in gesloten zitting terecht stond en werd verdedigd door mr. Arnold Veltman te Hel der, werd gevorderd 1 jaar gevangenisstraf, doch voorwaardelijk met 3 proefjaren en op te leggen bijzondere voorwaarden. SLUITING DER DEUREN. Een ingezetene van Enkhuizen, momenteel antichambreerende in het huis van bewaring te Alkmaar, aan wien was telaste gelegd zedenmisdrijf oekend bij art. 247 strafr. had zich achter gesloten deuren te dierzake te verantwoorden. Gerequiieerd werd 'n ge combineerde straf en wel 4 maanden defini tieve en 6 maanden gevangenisstraf, voor waardelijk met 3 proefjaren. Na een uitvoerig pleidooi concludeerde de verdediger mr. C. A. de Groot tot het op leggen van een geheel voorwaardelijke straf en invrijheidstelling. ZWIJNENVANGST TE BERGEN AAN ZEE. De 20-jarige werkman Rimmer ten D. scharrelde gedurende het vacantieseizoen ge regeld te Bergen aan Zee, niet met het doel, zich met frissche zeebaden te verkwikken, doch om zich zoo mogelijk meester te kun nen maken van een onbeheerde fiets. Op 5 Juli gelukte dit opzet en promoveerde hij zich als onrechtmatige eigenaar van een aan zekeren heer J- Keizer toebehoorend rijwiel. Op 13 Augustus verkocht hij met goed ge volg ditzvlfde kunstje en bemachtigde een rijwiel, toebehoorende aan den metselaar N. J. Schaar. Deze heer had zich aan het strand opgehouden en zijn karretje als een soort provocatie buiten toezicht achtergelaten. Toen hij na genoten strandgenoegens wenschte te vertrekken, kwam hij tot de min der prettige ontdekking, dat zijn fiets hem reeds was voorgegaan, dank zij de be moeiingen van mijnheer ten D. De zwijntjes jager werd echter gepakt, ingesloten en stond heden terecht. Hij maakte niet voor het eerst kennis met den strafrechter, doch was reeds vroeger voorwaardelijk veroordeeld, welke straf wegens het niet nakomen der bijzondëre voorwaarden was geëxecuteerd. Gevorderd werd 1 jaar gevangenisstraf. Mr. de Lange vervangende mr. v. Loockeren Campagne, re fereerde zich aan het oordeel der strafkamer Reeds geruimen tijd werd door den heer J. Vlug, binnenvisscher te Broek op Lange- dijk, steen en been geklaagd over de treurige opbrengst zijner door zijn factotum R. van Lienen uitgezette palingfuiken. De verschijn selen wezen er echter heel sterk op, dat on- gewenschte belangstellenden in actie waren geweest en zich den evertueelen inhoud van bedoelde fuiken wederrechtelijk hadden toe geëigend. Ten einde nu dit werk der duisternis zoo mogelijk te achterhalen, hadden zich in den nacht van 24 op 25 Augustus twee in alle opzichten „wakkere" rijksveldwachters, de hreren Simon Rood van Oudkarspel en Harm Visscher uit Heerhugowaard achter een rietschoot in hinderlaag gelegd en zulks met uitnemend gevolg! Reeds heel spoedig hoorden de speurders voetstappen op den oever en het gerucht van een bootje, vermoe delijk me: de bedoeling paling te stroopen, door middel van aaldobbers, doch zij bleven, zonder in te grijpen, rustig de wacht houden in de juist gebleken veronderstelling, dat de nachtelijke piraten wel zouden wederkeeren met het doe! hun vangst en vermoedelijk, ook de fuiken van Vlug te controleeren. Dit vermoeden was dan ook juist, want om streeks 4 uur m den morgen, hoorden de loerende veldwachters een bootje naderen en zagen, dat <üt door 2 personen bemande voertuig regelrecht op een uitstaande tuft, afvoer. Deze fuik werd door een hen welbe. kend persoon, de transportarbeider Aar* Hendr. O. uit het water gelicht en nagezien waarna hij uitriep: Dat is niks! De rijS veldwachters achtten toen de tijd gekomen voor den dag te treden en de beman! ning van dit bootje, gezegden Aart Hendrik O alsmede de bestuurder, zekere los-werk- man Rdndert St„ 'n nieuweling in de fuikenZ inspectie werden aangehouden. Door de veldw wachters werd voorts ook nog in het water gevonden een vischnet, waarin zich bevonden een 15-tal palingen en eenige voorns en baarzen. De heer Hendrik Aart O., 'n intieme bekende der justitie, met een respectabel strafblad, werd zorgvuldig in voorarrest ge. nomen, terwijl de heer St., die nog geen re. latie met de Alkmaarsche justitie had aange. knoopt, zich weldra weer in zijn gulden vrijheid mocht verheugen Deze beide heeren stonden thans als ver- dachten voor de groene tafel Aan den heer O. was te laste gelegd diefstal van visch. at- thans poging daartoe en aan den heer St. was de meer passieve rol van medeplichtige toe. bedeeld. Beide verdachten waren elk behoorlijk van een ïaadsman en verdediger voorzien Het rijk is niet bevreesd voor deze verkwik ting, aangezien in de meeste gevallen de ad- vocaten verplicht zijn, dei gelijke met schaar, sche middelen bedeelde cliënten pro deo bij te staan. Mr. Herman Scholten was dan de juri dische paladijn ter vervanging van mr, Prins, die ir. Palestina vertoeft en aan in- genieur mr. N. van Leeuwen was de taak toe gewezen zich voor den medeplichtigen heer Reindei St. te interesreeren. Wat verdachte betreft, deze ontkende hetgeen hem was ten laste gelegd. Hendrik Aart O. gaf toe, dat hij zich onledig had gehouden met het stroopen van paling, door middH van dobbers, doch hij sprak ten stelligste tegen den hem door den officier aangewreven diefstal. Hij er kende de fuik uit het wa+er te hebben ge. haald, dorh dit was naar aanleiding van het feit, dat tegen deze fuik was aangevaren en hij deze palingval weer wilde recht zetten. Voorts loochende hij elke bekendheid met het gevonden Dalingnetje en dezelfs ihhoud. Dt heer St. refereerde zich concientieus aan de ontkenning van zijn nachtelijken compagnon. Door den heer J. Vlugt werd onder meer verklaard, dat hij zeer veel last had onder vonden van fuikenlichteis. Echter ni de ar restatie van Hendr. Aart O. en Co. had hij geen klachten meer over gelichte fuiken ont vangen. Door den heer R. van Lienen, de assistent van den heer Vlug, werd medegedee'd, dat dien nacht alle 6 door hem uitgezette fuiken de sporen droegen door onbevoegden ge licht te zijn. De officier achtte dan ook op grond van de getuigeverklaringen in verband met de omstandigheden van ieder geval de strafbare poging en medeplichtigheid wettig en over tuigend bewezen en er werd gevorderd tegen Hendr. Aart O., mede op grond van diens ongunstige antecedenten 1 jaar gevangenis straf en tegen Reindert St., wiens strafblad nog blanco was, 6 maanden gevangenisstraf. Mr. Scholten betoogde dat er een leemte bestond in den keten van bewijzen. Het was allerminst uitgesloten, dat de fuiken door anderen waren gelicht, aangezien het nazien door van Lienen eerst den tweeden nacht had plaats gevonden. De aanwezigheid van ver dachte ter plaatse toonde niet aan dat hij visch stal, doch alleen, dat hij fel was op paling stroopen met aaidobbers, wat door hem dan ook werd toegegeven. Bovendien betwijfelde pleiter de juistheid der waarne ming der verbalisanten met het oog op de heerschende duisternis. Voorts stond volgens pleiters meening de poging en allerminst de strafbare poging vast, zooals pleiter door tal van voorbeelden uit de rechtspractijk en uit spraken van in hoogere instanties trachtte aan te toonen. Pleiter eindigde zijn rijk ge documenteerd betoog met vrijspraak te con- cludeeren. Mr. v. Leeuwen opponeerende voor den medeplichtige, refereerde zich in hoofdzaak aan het omvangrijke betoog van zijn con frère, die zoo ongveer alles had behandeld, wat in deze materie te zeggen viel. Pleiter vermeende evenwel, dat een straf van 6 maanden voor zijn cliënt, die nog nim mer met de justitie in aanraking was ge weest exorbitant hoog was en een lichte boete in casu voldoende was. Er was volstrekt niet aangetoond, dat het opzet van verdachte waj gericht op het lich ten der fuiken, doch meer was bedoeld op 't nazien der aaldobbers wat nu de omstandig heid, dat na aanhouding der verdachten, het fuikenlichten niet meer voorkwam. Mr. van Leeuwen opperde de veronderstelling, dat dit feit ook afschrikwekkend had kunnen werken op eveiitueele andere fuikenlichters. Na de gebruikelijke repliek van den offi cier en de beantwoording door pleiters, werd de behandeling gesloten en de uitspraak be paald op Dinsdag 31 October. 219. Professor Augoestoes schudde hem met echt Tiroolsche hartelijkheid de hand en ook Simmy kreeg een handdruk. „Maar hoe kwamen joellie in doet aanhangwagentjoe van mijn toestel? „Omdat we slaap hadden en erge honger. Eten von- en we in een van die hutten en een lekker bed in Uw aan- ang.entwagentje zei Simmy doodleuk. „En nu zijn we hier en gaan verder met U naar Tiroll eerst mli'i01 gai"S goed ze' Professor Augoestoes, „maar zijn. Wii^ h'ehkmi)n rekenoengen makoen, waar oef wij o o* Kilometer n* gen"ddoeld zeshoenderd-drie-en-negentoetf zeven-en-veerf °V gevlogoen' d"s dat maakt in vier oer over zijn sd^ n!i ™lnoelen vanaf Sjansjiwoeko hij aa'd* zend aan P gelgladde b°l en keek Sim en Wo-Wang p*»»*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1933 | | pagina 6