DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Qugelij&sch Oveczkht
^Buitenland
De regeering Daladier.
Adolf Hitler's redevoering voor den Rijksdag.
DE EENHEID VAN HET DUITSCHE RIJK.
No. 26 Directeur: C. KRAK.
Woensdag 31 Januari 1934
136e Jaargang
Gisteren kwam de Duitsche Rijksdag bijeen
ter gelegenheid van het één-jarig rijks
kanselierschap van Hitier
Wat vandaag de
aandacht trekt
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
«si
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote lettera naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Gisteren was het een jaar geleden, dat
Adolf Hitier tot rijkskanselier benoemd werd
en ter eere daarvan is gistermiddag de
Duitsche rijksdag bijeen geweest, om te hoo-
ren, wat de „leider'' en de regeering te zeg
gen hadden.
Er bestond voor deze gebeurtenis vanzelf
sprekend groote belangstelling. Alle tribunes
waren dicht bezet, terwijl voor de „Kroll"-
opera, waar de zitting zou plaats vinden,
een groote menigte bijeen gekomen was.
Tegen half vier des middags verscheen de
president van den rijksdag, Goering, die den
rijksdag en de tribunes met den Duitschen
groet begroette, waarop alle aanwezigen
zich voor den weder-groet van hun zetels ver
hieven. Toen kwam Hitier, weer werden de
armen hoogwaarts gestrekt en klonk het
„Heil Hitier". En de leider dankte min
zaam.
Onmiddellijk na de aankomst van Hitier
opende Goering de zitting. Na er aan herin
nerd te hebben, dat de rijksdag de eerste
maal slechts is bijeengekomen voor een con-
stitueerende zitting, verklaarde Goering, dat
thans de dag gekomen is, waarop de rijks
kanselier een verklaring wil afleggen. Het
jaar, dat voorbij gegaan is, is een jaar van
Duitsche geschiedenis, een jaar echter ook
van wereld historische beteekenis. Het Duit
sche volk heeft zijn eer en zijn vrijheid, twee
begrippen zonder welke een volk niet kan
leven, heroverd.
Thans erkent het volk, dat de leiding den
moed heeft te leiden en onverbiddelijk dat
gene te doen, wat nu eenmaal het beste is.
Het gevaar dreigt niet meer, dat het kader
van het rijk zou kunnen instorten. Met ijze
ren vuist omklemt de rijksgedachte het ge
heele Duitschland.. De strijd is niet gemak
kelijk geweest. Steeds weer heeft men gepro
beerd een bres te slaan in onze aaneengeslo
tenheid. Het is niet gelukt. Met krachtigen
vuist hebben wij, indien het moest de vijan
den van den staat teruggeslagen. Zonder
pardon zijn wij opgetreden tegen hen die hun
eigen belangen stelden boven die van de
natie. En ook in de toekomst zullen wij ge
heel volgens den wil van onzen leider optre
den tegen dengene die deze geslotenheid aan
tast. Iedereen, van links of van rechts, zullen
wij met dezelfde vastberadenheid tegemoet
treden. Het is onmogelijk, dat thans een of
andere groep gebruik zou kunen maken van
den opbloei van het Duitsche volk. Het Duit-
sch volk kent thans sléchts een ding: de be
weging welke dit volk niet heeft gevormd en
zijn leider. En slechts aan dezen leider en
zijn beweging hecht dit volk, hem vertrouwt
het voor zijn geheele toekomst.
Na de redevoering van Goering diende de
afgevaardigde dr. Frick het volgende wets
ontwerp in:
De volkstemming en de rijksdagverkiezing
van 12 November 1933 hebben bewezen, dat
het Duitsche volk, boven alle binnenlandsch
politieke grenzen en tegenstellingen uit is
versmolten tot een onscheidbare innerlijke
eenheid.
De rijksdag heeft derhalve met algemeen-
stemmen de volgende wet goedgekeurd, welke
met de ondubbelzinnige toestemming van
den rijksdag hiermede van kracht wordt ver
klaard, nadat is vastgesteld, dat de vereischte
grondwetswijzigende formaliteiten zijn ver
vuld:
Artikel I
De volksvertegenwoordigingen der landen
worden opgeheven.
Artikel II
1De souvereine rechten der landen gaan
over op het rijk.
2) De regeeringen der landen zijn onder
geschikt aan de rijksregeering.
Artikel III
De rijksstadhouders staan onder toezicht
van den rijksminister van binnenlandsche
zaken.
Artikel V.
De rijksminister van binnenlandsche zaken
vaardigt de vereischte rechtverordeningen en
bestuursvoorschriften uit voor de ten uitvoer
legging van de wet.
Artikel VI. j
Deze wet treedt in werking op den dag dat
zij wordt afgekondigd.
Na de groote rede van Hitier werd dit
voorstel in stemming gebracht en in een mi
nimum van tijd was het wetsontwerp aange
nomen, natuurlijk met algemeene stemmen
DE REDE VAN HITLER.
Zooals reeds opgemerkt, heeft Hitier na de
indiening van bovenstaand! wetsontwerp een
lange rede gehouden, waarvan wij het vol
gende résumé geven:
Na een korte inleiding schetste de rijks
kanselier de sedert tien jaren bestaande span
ningen, welke de geheele wereld vervulden
en nog vervullen. Het kon slechts een kwestie
van tijd zijn, wanneer eindelijk de zonder
pardon doordringende leer der Marxistische
gelijkheidsidee het laatste burgerlijke bol
werk der politiek voor het bedrijfsleven zou
hebben genomen. Ook zonder den wereld
oorlog zou deze ontwikkeling zich hebben
voorgedaan. Ongetwijfeld heeft hij het ver
loop der gebeurtenissen bespoedigd.
De toestand, welke ontstond, schetste de
rijkskanselier uitvoerig. De numerieke en fei
telijke zwakte van het nieuwe regiem leidde
tot het eigenaardige verband tuschen marxis
tische theoretici en kapitalistische practici
Via het Centrum verbindt zich de min of
meer nationale burgerlijke democratie met
het marxistische internationalisme en het
volgt die parlementaire regeeringen, die in
steeds korter opeenvolgende fasen het overge
spaarde economische en politieke kapitaal
der natie verkoopen en verbrassen. 14 Jaar
lang lijdt Duitschland daardoor aan een
groot verval.
De rijkskanselier herinnerde er aan, hoe
op 30 Januari een jaar geleden generaal
veldmaarschalk en rijkspresident von Hin
denburg hem heeft belast met de vorming
van en de leiding over de rijksregeering.
Met trots mag ik bekennen, aldus Hitier,
dat wij ook als regeering nimmer anders heb
ben gedacht dan in het volk, met het volk en
voor het volk. Thans in een jaar van natio
naal socialistische revolutie, hebben wij de
politieke partijen ten val gebracht. Wij heb
ben ze opgeruimd en doen verdwijnen uit ons
volk.
Vroeger heeft men nieuwe r e g e e r i n-
g e n gevormd. Sedert een jaar hebben wij
een nieuw volk geschapen. Wij hebben den
strijd opgenomen tegen de verschijnselen van
economisch verval.
De nationaal socialistische partij heeft
voorts van het begin af aan slechts de voor
waarden erkend, die zij zakelijk bezien, af
leidde uit de levenseischen van het Duitsche
volk.
Daarom kan zij thans onder geen omstan:
digheden de afgeloopen belangen van dyna-
strieën en de resultaten der politiek van deze
belangen erkennen als verplichtingen van het
Duitsche volk en zijn organisaties van het
staatskundig leven.
Neen, een volk zijn wij en in een rijk wil
len wij leven. Wij hebben daarom dit jaar be
wust de autoriteit van het rijk en de autori
teit der regeering doorgezet tegenover hen,
die als zwakke nazaten en erven der politiek
van het verleden meenden ook den nationaal
socialistischen staat zijn traditioneelen tegen
stand te kunnen aanzeggen. Bij iedere waar
deering voor de monarchie, bij ieder respect
voor de werkelijk groote keizers en koningen
va nonze Duitsche geschiedenis, staat de
vraag der definitieve organisatie van den
staatsvorm van het Duitsche volk thans bui
ten iedere discussie. Een ding moet niet wor
den vergeten: Wie Duitschlands laatste spits
belichaamt, krijgt zijn benoeming door het
Duitsche volk en is hem alleen en uitslui
tend verplicht. Hitier zelf voelt zich slechts
als gevolmachtigde van de natie bij de ten
uitvoerlegging van die hervormingen, welke
het hem eens mogelijk zullen maken de laat
ste beslissing te treffen over de definitieve
constitutie van het rijk.
Sedert 1930 kon derhalve geen ander alter
natief bestaan dancommunisme of nationaal
socialisme.
Uit den strijd kwam de onaantastbare
garde der nationaal-socialistische revolutie,
de millioenenschaar der politieke organisatie
der partij, de SA en de SS. Hun alleen dankt
het Duitsche volk zijn bevrijding uit een
waanzin, welke, indien hem de overwinning
zou zijn toegevallen, niet slechts 7 millioen
in werkloosheid zouden gebleven zijn, doch
spoedig 30 millioen aan den honger zouden
zijn prijsgegeven.
De buitenlandsche politiek.
Op het gebied1 der buitenlandsche politiek
verklaarde Hitier: Toen het Duitsche volk in
November 1918 de wapens neerlegde en toe-
stemde in het verdrag van Compiegne, leefde
'het evenals thans nog in de overtuiging dat
het onschuldig was aan het uitbreken van
den oorlog.
Het vredesverdrag van Versailles heeft vele
verwachtingen grondig en bruut vernietigd.
De waanzinnige politieke en economische las
ten van dit verdrag hebben het vertrouwen
van het Duitsche volk in iedere instantieele
gerechtigheid van deze wereld grondig ge
schokt. Bij vele millioenen andere menschen
werden evenwel daardoor gevoelens van
haat tegen een wereldordening gewekt. Zon
der meer namen de communistische revoluti-
onnairen de ongekende mogelijkheden te
baat, welke uit dit verdrag en zijn practische
uitwerking voor de revolutioneering van het
Duitsche volk voortvloeiden.
De wereld scheen evenwel niet te bemerken,
dat terwijl zij verblind stonden op de letter
lijke nakoming van al te dwaze onmogelijk
heden, zich in Duitschland een ontwikkeling
voltrok, welke als inleiding moest worden
beschouwd voor de communistische wereld
revolutie der z-g- staten-overwinnaars. Zoo
heeft de nationaal-socialistische beweging
niet alleen tegenover het Duitsche volk, doch
ook tegenover de Europeesche en buiten
Europa gelegen wereld zich een verdienste
verworven.
De nieuwe staatsleiding is een betere uit
drukking van den volkswil tegenover de over
leefde parlementairdemocratie.
Politieke, cultureele en economische taken
moeten slechts gezien worden van het stand
punt der eenheid. Dan zal deze gedachte
ook niet leiden tot klassentegenstellingen,
maar tot een principieele verbetering der
inzichten in de buitenlandsch-politieke pro
blemen.
De nationaal socialistische rassengedachte
en de hieraan ten grondslag liggende erken
ning van het ras leidt niet tot een gering
schatting of mindere appreciatie van andere
volken, doch veeleer tot de erkenning der ge
stelde taak van het eigen volk. Het leidt
daarmede tot een natuurlijk respect voor het
leven en het wezen van andere volken.
Daarmede worden de buitenlandsch-poli
tieke handelingen ontdaan van iedere po
ging vreemde menschen te onderwerpen, om
hen te kunnen regeeren of hen zelfs bij het
eigen volk in te lijven. Deze nieuwe gedachte
verplicht tot een evengroote en fanatieke toe
wijding voor het leven en daarmede de eer
en de vrijheid van het eigen volk als voor
de achting en de eed der vrijheid van anderen.
De leider over de monarchie.
De leider der regeering gaf vervolgens een
overzicht van de tot nu toe verrichte en ter
hand genomen werkzaamheden op alle gebie
den. Een derde der werkloozen zijn volgens
Hitier weer nuttig te werk gesteld. Het is
natuurlijk dat onze werkzaamheid door tal-
looze vijanden wordt aangevallen. Scherp
keerde Hitier zich in dit verband tegen de
personen die Duitschland na de revolutie
hebben verlaten.
Het leger heeft het succes van ons werk
mogelijk gemaakt. In Januari 1933 behoor
den slechts drie nationaal-socialisten tot het
kabinet, thans zijn nog alle ministers in func
tie behalve een man, die uit eigen wil ging
en die tot Hitiers groote vreugde als werkelijk
Duitsche patriot op de lijst der nationaal-
socialisten is gekozen.
Terwijl de nieuwe Duitsche regeering be
sloten was den strijd op te nemen voor de
Duitsche rechtsgelijkheid, was zij er van
overtuigd, daarmede de wereld een bijdrage
te leveren voor de gezondmaking der econo
mische betrekkingen. Principieel ging de
Duitsche regeering uit van de gedachte, dat
het voor de organisatie van onze betrekkin
gen tot andere landen van geen belang is,
van welken aard de grondwet en de regee-
ringsvorm is, welke de volken zichzelf belie
ven te geven.
Daarom is het ook een privé aangelegen
heid van het Duitsche volk den geestelijken
inhoud en den constructieven vorm van zijn
staatsorganisatie en staatsleiding te kiezen
naar eigen opvatting. Op die wijze was het
ook mogelijk, dat Duitschland zijn vriend
schappelijke betrekkingen met Rusland kon
voortzetten.
Wanneer de heer Stalin in zijn laatste
groote redevoering de vrees uitsprak, dat in
Duitschland anti Sovjet krachten werkzaam
zijn, dan moet ik te dezer plaatse deze mee
ning aldus corrigeeren, dat evenmin als in
Rusland een Duitsche nationaal socialisti
sche tendenz wordt geduld, Duitschland
een communistische tendenz of zelfs propa
ganda zal dulden. Hoe duidelijker en on
dubbelzinniger dit feit naar voren komt en
van beide zijden wordt gerespecteerd des te
natuurlijker kunnen de belangen,, welke de
beide landen gemeenschappelijk hebben,
worden nageleefd.
Wij juichen derhalve ook het streven naar
stabiliseering der toestanden in het Oosten
toe door een systeem van pacten, wanneer de
leidende gezichtspunten daarbij minder van
tatisch politieken aard zijn dan dienen tot
versterking van den vrede.
In dit verband sprak de Rijkskanselier
over de verhouding tot Polen. Duitschers en
Polen zullen hun verhouding zelf moeten
regelen.
De verhouding tot Oostenrnk.
Ten aanzien van Oostenrijk zeide Hitier:
de bewering dat het Duitsche Rijk voorne
mens is den Oostenrijkschen staat te over
weldigen, kan door niets worden bewezen.
Natuurlijk kan de geheele Duitsche natie de
idee welke haar doet leven, niet doen halt
houden bij de grenspalen van een land, een
land dat niet alleen wat het volk betreft,
Duitsch is, doch ook volgent, zijn geschiede
nis eeuwenlang een integreerend deel van 't
Duitsche Rijk is geweest, ja welks hoofdstad
50 jaar lang de eer heeft gehad de residen-
tie te zijn der Duitsche keizers en welks 1
soldaten nog in den wereldoorlog zij aan zij
marcheerden met de Duitsche regimenten en
divisies. Wanneer de huidige Oostenrijksche
regeering 't noodig acht deze beweging met
alle middelen te onderdrukken is het natuur
lijk haar zaak. Zij moet dan ook persoonlijk
de verantwoordelijkheid op zich nemen voor
de gevolgen van haar eigen politiek.
De rijksregeering heeft dan ook tegenover
het optreden der Oostenrijksche regeering
jegens de nationaal socialisten pas de con
sequenties getroffen toen Duitsche onderda
nen in Oostenrijk er door werden getroffen.
De souvereine teekens en de hakenkruisvlag-
gen zijn symbolen van het huidige Duitsche
rijk. Duitschers evenwel die thans in het bui
tenland reizen zijn afgezien van de emigran
ten, steeds nationaal-socialisten. Hitier ver
werpt de bewering dat een aanval tegen den
Oostenrijkschen staat zou worden onderno
men of beraamd wordt.
In Zwitserland heeft men niet te klagen
over een poging der rijksregeering zich te
mengen in de binnenlandsche aangelegenhe
den te mengen. Dat komt omdat de Zwitser-
sche regeering het vertrouwen van de bevol
king heeft.
Ik geloof mijn „Heimat" en haar volk
(Hitler bedoelt zijn geboorteland Oostenrijk)
ook thans nog goed genoeg te kennen om te
weten, dat de polsslag der 66 millioen Duit
schers in het Rijk ook hun harten en geesten
beweegt.
Het Duitsche Rijk is bij de volle respectee
ring van den vrijen wil der Oostenrijksche
Duitschers op ieder oogenblik bereid de hand
te reiken voor een werkelijke overeenstem
ming.
Ten aanzien van de verhouding tot Italië
sprak de Rijkskanselier er zijn vreugde over
uit dat de traditioneele vriendschap tot het
fascistische Italië in de betrekkingen der beide
staten een verdere consolideering heeft on
dervonden.
Over Frankrijk.
Ten aanzien van Frankrijk zeide Hitler, dat
de strijd om de Duitsche rechtsgelijkheid
geen beter einde zou kunnen vinden dan
door de verzoening der beide groote naties,
die in de laatste eeuwen zoo dikwijls het
bloed van hun beste zonen op de slagvelden
hebben vergoten zonder dat daardoor de fei
telijke toestand is veranderd. Frankrijk vreest
voor zijn veiligheid. Niemand in Duitschland
wil het bedreigen en wij zijn bereid alles te
doen om dat te bewijzen. Duitschland eischt
zijn rechtsgelijkheid. Niemand in de wereld
heeft het recht een groote natie dit te weige
ren en niemand zal de kracht hebben dat op
den duur te veihinderen.
Voor ons evenwel die de levende getuigen
zijn van den grooten afschuwelijken oorlog,
ligt niets verder dan de gedachte deze aan
beide zijden ontstane gevoelens en eischen in
eenig verband te brengen met den wensch de
krachten op het slagveld opnieuw te meten
Dit zou immers leiden tot een internationa'e
chaos. Mijn voorstel dat Duitschland en
Frankrijk reeds thans het Saarprobleem zou
den oplossen, spruit voort uit de volgende
overwegingen
1. Deze kwestie is de eenige welke terri
toriaal nog tusschen beide landen bestaat. De
Duitsche regeering is na de oplossing van
deze kwestie bereid en besloten de uiterlijke
formuleering van het pact van Locarno ook
innerlijk te accepteeren.
2. De Duitsche regeering vreest, dat hoe
wel de volksstemming een ontzaglijke meer
derheid voor Duitschland zal geven niettemin
een propagandistische nieuwe oprakeling van
nationale hartstochten zou plaats vinden.
3. Om het even, hoe de stemming zal af-
loopen, zou een der beide naties het gevoel
achterlaten van een nederlaag.
4. Wij zijn er van overtuigd, dat wanneer
Frankrijk en Duitschland deze kwestie te
voren in een gemeenschappelijk ontwerpver
drag zouden beslissen de geheele bevolking
van het Saargebied bij een stemming met
overweldigende meerderheid voor deze rege
ling zou zijn.
Ik geef nietemin de hoop niet op, dat zich
in beide naties niettemin de wil zal doorzetten
tot een waarachtge verzoening en definitieve
begraving van den historischen strijdbijl.
Wanneer dit gelukt zal de door Duitschland
onwrikbaar geëischte rechtgelijkheid ook in
Frankrijk niet meer worden beschouwd als
aanval op de veiligheid der Fransche natie,
doch als natuurlijk recht van een groot volk,
waarmede men niet alleen politiek in vriend
schap leeft, doch ook economisch oneindig
veel gemeenschappelijke belangenh eeft.
Iets over Engeland.
Wij juichen het dankbaar toe, dat de regee
ring van Groot Brittannie er naar streeft be
hulpzaam te zijn bij het banen van derge
lijke vriendschappelijke betrekkingen. Het
ontwerp een nieuw ontwapeningsvoorstel, dat
de Britsche ambassadeur mij gisteren heeft
overhandigd, wordt door ons met den besten
wil bestudeerd. Wanneer de Duitsche regee
ring dit jaar heeft moeten besluiten de ontwa
peningsconferentie te verlaten en uit den Vol
kenbond te treden, dan geschiedde zulks
slechts omdat de ontwikke'ing van de kwestie
welke Duitschland het diepst beweegt, het
Groote rede van. Hitler. (Dag.
Overzicht.)
De nieuwe Fransche regeering
Daladier. (Buitenland.)
Vreeselijke moord in België. (Bui
tenland.)
Nieuw record in de stratosfeer.
(Luchtvaart.)
Verzwaring Waaldijken, 400
werkloozen 8 maanden arbeid. (Bin
nenland.)
Naasting van eenige locaal-spoor-
wegen, o.a. Hoorn—Medemblik.
(Binnenland.)
De 100.000 in de staatsloterij is ge
vallen op no. 19308. (Binnenland.)
Weer 33 muiters van de Zeven
Provinciën voor den zeekrijgsraad.
(Koloniën.)
Mr. Koelma komt voor op de
voordracht voor gemeentesecretaris
van Den Haag. (Stad en omgeving.)
De minister van onderwijs wenscht
niet terug te komen op de voorgeno
men veranderde subsidieering van
de handelsschool. (Stad en om
geving.)
(Zie toot nadere bijzonderheden
eventueele laatste berichten).
herstel van onze rechtsgelijkheid in verbin
ding met een vaststelling der internationale
bewapening niet te vereenigen was met het
geen ik in Mei als onveranderlijke grondeisch
moest stellen niet alleen voor de nationale
veiligheid van het Duitsche rijk, doch ook
voor de nationale eer van ons volk. Na een
jaar van nationaal-socialistische revolutie
zijn het Duitsche rijk en het Duitsche volk
innerlijk en uiterlijk rijper geworden voor het
op zich nemen van het deel der verantwoor
delijkheid aan het gedijen en het geluk van
alle volken, welke aan een zoo groote natie
door de Voorzienigheid zijn toegewezen en
daarom niet door menschen kan worden be
streden.
Het slot der vergadering.
Nadat de rijkskanselier zijn redevoering
had geëindigd, verhieven alle aanwezigen
zich van hun zetels en brachten Hitler storm
achtige ovaties.
Vervolgens verhief president Goering zich
van zijn zetel en maakte bekend, dat het Huis
overging tot de behandeling van de wet op de
organisatie van het Rijk.
Na een slotwoord van Goering en het zin
gen van het Horst Wessellied ging de rijks
dag uiteen.
De eerste kabinetsraad.
De eerste kabinetsraad der Fransche re
geering Daladier is gistermiddag om vier uur
bijeengekomen. De zitting gold een overzicht
van den huidigen toestand, zoomede de be
spreking van kwesties van economischen en
financieel politieken aard. De regeering gaf
als haar wil te kennen volkomen klaarheid te
scheppen over de gebeurtenissen, welke met
recht de openbare meening verontrusten en
besloot onverwijld over te gaan tot de con
trole der reeds gevoerde onderzoekingen.
Voorts heeft het kabinet zich bezig gehouden
met de financieele kwestie, zoomede met de
kwestie van een belastinghervorming.
De regeering zal zich de volgende week
op Dinsdag voorstellen aan de Kamer. Maan
dag vindt een kabinetsraad plaats, Dinsdag
een ministerraad. Bovendien heeft de kabi
netsraad besloten in alle ministeries de z.g.
ambtenaren voor speciale diensten af te
schaffen.
Tardieu contra Daladier.
De kamerfractie van het Republikeinsche
Centrum (groep Tardieu) heeft gisteren een
resolutie aangenomen, waarin o.m. wordi
verklaard: De groep is van meening, dat het
kabinet Daladier noch beantwoordt aan de
voorwaarden voor een energiek optreden in
den zin der moreele reconstructie, noch aan
de politieke, financieele en internationa e
noodzakelijkheden, of met den wil van het
volk in overeenstemming is. De groep besluit
derhalve het vertrouwen aan het kabinet te
onthouden.
De neo's zullen Daladier steunen.
De neo-socialistische fractie is gistermid
dag bijeengekomen. Na afloop der beraad
slagingen werd een communiqué gepubli
ceerd, volgens hetwelk de neo-socialisten, on
danks het feit, dat zij geweigerd hebben deel
uit te maken van het kabinet-Daladier, beslo
ten hebben het noodzakelijke saneerinswerk
te steunen, daar zij van meening zijn. dat de
moraliteit van het regiem moet worden ver
zekerd en de repubiikeinsche orde moet wor-