ALKMAARSCHE COURANT Fronkrijk ©n d© nisuw© rogegririQ. Ho. 35 ZATERDAG 10 FEBRUARI 1934 BxtQeÜi&sch Omcikhl Doumergueslaagde er In een zeer krachtig ministerie samen te stel len met Herriot en Tardieu als minis ters zonder portefeuilles. Een proclamatie van Doumergue. Doumergue heeft de volgende procla matie laten aanplakken: NIEUWE ONLUSTEN. Nasleep der Panische onlusten. 3Buitm(and DIENSTPLICHT VOOR DUITSCHE STUDENTEN. Van een hali jaar. MAX SKLAREK OVERLEDEN. GROOTE BRAND IN EEN KLOOSTERGEBOUW. EEN STAD VAN SNEEUW. Voor de winterhulp. MISDADIG STIEFVADER. 25-Jarig meisje omgebracht. STARHEMBERG EN STEIDLE BIJ DOLLFUSS. LADY ASTOR GAAT TE VER MOORDENAAR GEHANGEN. Het drama te Towton. HEVIGE SNEEUWSTORM. Boven Polen. MINISTERS KRIJGEN PENHOUFERS CADEAU. Waarmee Balkanpact is onderteekend. NIEUWE RELLETJES. Doumergue is gistermiddag gereed ge komen met zijn regeering. Het nationale kabinet ziet er als volgt uit: Premier, mmister zonder portefeuille: Gaston Doumergue. Staatsministers zonder portefeuille: Tardieu en Herriot. Justitie: Chéron. Buitenlandsche Zaken: Barthou. Binnenlandsche Zaken: Sarraut. Oorlog: Maarschalk Petain. Marine: Piétri. Luchtvaart: Generaal Denain. Financiën: Germain Martin. Nationale Opvoeding: Berthod. Handel: Lamoureux. Openbare Werken: Flandin. Handel: Lamoureux. Arbeid: Marquet. Pensioenen: Nivollet (is geen lid van het parlement, oud-strijder). Landbouw: Queille. Koloniën: Laval. Volksgezondheid: Marin. Koopvaardij: William Bertrand. Posterijen: Mallarmé. Wanneer men deze lijst bekijkt, dan moet men bekennen, dat Doumergue er in geslaagd is een zeer sterk ministerie samen te stellen. Dat blijkt vooral in de opneming van Tardieu (leider van het centrum) en Herriot (leider der linker zijde, uitgesloten de socialisten). Zij hebben geen portefeuille, waaruit men mag afleiden, dat het drietal Doumer gueTardieuHerriot tezamen leiding aan deze regeering zullen geven, haar zullen steunen en bijstand zullen verlee- nen aan dat ministerie, dat hulp noodig heeft. Bovendien bestaat dit drietal uit personen, die het vertrouwen hebben van het overgroots deel van Frankrijks bevolking en dat is thans misschien wel van het grootste bewicht. André Tardieu is bijna 58 jaar oud, hij is hoogleeraar in de moderne geschie denis en van 1902 tot '14 buitenlandsch redacteur van de Temps geweest. Van 1899 tot 1902 is hij chef de cabinet ge weest van Waldeck Rousseau. Hij heeft aan den oorlog deelgenomen en is toe gevoegd geweest aan den staf van Jof- fre, daarna van 1916 tot '18 Fransch hooge commissaris in de Ver. Staten. Hij is een der ontwerpers van het vre desverdrag en was in het kabinet Cle- tnbenceau van 1918 minister voor de be vrijde gebieden. Hij heeft als minister zitting gehad in de kabinetten Poincaré van 1926 en '28, het kabinet Briand en de kabinetten Laval en is zelf premier ge weest in November 1929, van Maart tot December 1930 en van Februari tot Juni 1932. Hij heeft o.a. de portefeuilles van oorlog en buitenlandsche zaken beheerd. Het plan voor een economische Donau- fcderatie is van hem afkomstig geweest. Edouard Herriot is bijna 62 jaar oud, ie leeraar aan het gymnasium geweest te Lyon en sinds 1905 burgemeester van die stad, als hoedanig hij de afschaffing van de plaatselijke accijnzen mogelijk heeft gemaakt en de jaarbeurs heeft ge sticht. Hij is minister van openbare wer ken geweest in het kabinet Briand van 1916'17 en vormde in Mei 1924 na Poincaré's val het kabinet der linker zijde, nadat deze eerst Millerand tot heengaan had gedwongen. Financieele kwesties brachten den löden April 1925 zijn ministerie ten val. Daarna werd hij Kamerpresident. Een nieuw premier schap in Juli 1926 duurde slechts twee dagen. In het kabinet Poincaré van 1926 tot '28 was hij minister van onderwijs, dat hij den 6en November 1928 met Sar raut, Queille en Perrier op last van het congres zijner partij verliet. Den 4en Juni 1932 werd Herriot weer premier, doch 14 December kwam hij ten val doordat de Kamer de betaling van den toen ver vallenden termijn van de oorlogsschuld dan Amerika verwierp. Burgers: Ik ben geroepen om een regeering van godsvrede, ontspanning en gerechtig heid te vormen. Deze regeering is thans gevormd. Uit haar naam doe ik een be roep op u om van uw kant uw plicht te doen en wel door af te zien van verdere woelingen. Het belang van Frankrijk en de republiek bovenal! G. Doumergue. ;.,v President van den ministerraad. De eerste dag van het nieuwe ministe rie zette in met communistische rel letjes. De heeren communisten hadden deze onlusten reeds van te voren aange kondigd, zoodat uitgebreide maatrege- lei. konden worden genomen. Op de Place du republic en de Place de hl Bastille was alles wat dienen kon als projectiel of als materiaal voor barrica den opgeruimd. De ordedienst beschikte over 14.000 politiemannen en 23 000 man van het leger, verdeeld over 18 eska drons cavalerie, tien bataljons infante rie, tien batterijen artillerie en 8 com- pagnien bereden dragonders. Om vier «nrHle£?r°nfiLZi?h al een Sroote menigte op de Place d;e la Republique en begon nen de winkeliers hun zaken te sluiten. Wie aan het bevel tot doorloopen van de politie geen gehoor gaf, werd opgepakt. Al vroeg op den avond ontstonden hmr en daar kleine botsingen, doch de politie trad hardhandig op, zoodat het meestal gauw gedaan was. Voorzoover de politie de straten niet had afgezet, bewoog er zich een groote menigte meuwsgiemrigen door de stad. In de zij straten liepen af en toe linksche groep jes te hoop, die echter uiteenstoven als de politie op hen afkwam. De bussen hadden hun lijnen verlegd buiten de straten, die tot het „oorlogstooneel" be hoorden. De métro volgde dezelfde tak- tiek als bij de relletjes van Dinsdag en reed bij de betrokken stations eenvoudig door. Al vrij spoedig namen de relletjes een ern stig karakter aan en de politie kreeg het weer zwaar te verantwoorden. Uit de vensters werd. de politie hevig met bloempotten be kogeld. Volgens schatting bedroeg het aan tal betoogers niet meer dan 10.000. In den loop van den avond drongen de demon stranten ook door in een hall van de Gare de 1 Est, waar zij begonnen te plunderen. Politie en brandweer snelden derwaarts en het kwam tot heftige botsingen, in den loop waarvan een politieagent door een revolverschot werd gedood. De in de buurt van het station ge legen St. Josefskerk werd door de betoogers in brand gestoken. De brandweer heeft een aanvang gemaakt met het blusschingswerk. Op de Place de la République, waar de prefect van politie, Bonnefoy-Sibour zijn hoofdkwartier heeft opgeslagen, hadden zich een groot aantal journalisten opgesteld. De prefect van politie bevestigde tegenover hen, dat hij en leden der mobiele garde brieven ontvangen hebben, waarin wordt gedreigd, dat men zich op hunne vrouwen zou wreken. Men heeft in het openbaar den mobiele gar disten, aldus voegde de prefect hieraan toe, onrecht aangedaan. Zij hebben hun koelbloe digheid bewaard. Hij wil zich niet rechtvaar digen, maar men moge ook eens bedenken, dat Dinsdag j.1. we afzetting op de brug bij de Place de la Concorde doorbroken is. Wat zou gebeurd zijn, wanneer de politie er niet in geslaagd was de menigte terug te dringen. Meent men, dat de menschen zouden zijn blijven staan voor de hekken van het kamer gebouw? Zeker, de tegenstand is duur te staan gekomen, maar wat zou er wel ge beurd zijn, wanneer de politie geen tegen stand had geboden? Dan had men toen geen 12, maar misschien 1200 dooden te betreuren gehad. Het parlement werd bedreigd. Een tweede kerk in brand gestoken. Omstreeks middernacht scheen wel het einde te zijn gekomen van de onlusten rond om de Place de la République en bij de Gare de 1'Est. De politie was er toen overal in ge slaagd meester te worden over de de samen scholingen en pogingen tot onrustverwekken. Slechts bij de Porte St. Martin, waar de com munisten hun hoofdkwartier haddén opge slagen, naar het scheen, was het onmogelijk een lokaliteit te ontruimen, van waar uit zij voortdurend verzorgd werden met levens middelen en wapenen. De ongeregeldheden bij de Gare de 1'Est, die reeds vermeld werden, zijn van vrij ern- stigen aard geweest. Drie maal moest de poli tie tegen de zich steeds weer opnieuw vor mende groepen oprukken. Deze groepen bestonden uit 50 tot 100 man en maakten van vuurwapenen gebruik. Aan beide kanten vielen tal van gewonden. Het bericht, dat een agent door een schot in het hoofd gedood was, wordt niet bevestigd, wel zijn twee agenten met zeer ernstige wonden in den buik naar het ziekenhuis ge bracht. Om 11 uur verplaatsten de betoogers hun actie meer naar de buitenboulevards. Het raadhuis van het elfde arrondissement werd door hen omsingeld en de vensterruiten werden ingeslagen. De toesnellende politie verjoeg echter spoedig de aanvallers. Een poging om de St. Ambroisekerk in brand te steken is mislukt. Het beginnende vuur werd spoedig gebluscht. Politiepatrouilles trokken door de stad om samenscholingen te verhinderen. Alle ver dacht uitziende personen werden aangehou den en gefouilleerd om te zien of zij wapenen droegen. De autonome ambtenarenbond' had zijn aanhangers opgeroepen deel te nemen aan de communistische betoogingen. In gesloten op tocht trokken 800 leden naar de Place de la République, doch onderweg reeds werden zij uiteengejaagd. Hierbij zijn vele deelnemers gewond. De balans van gisteravond kan nog niet worde nopgemaakt. Het aantal arrestaties schijnt zeer groot te zijn, terwijl ook het aan tal gewonden aanzienlijk moet zijn. De Parijsche rechtbank heeft 11 demon stranten veroordeeld die in den nacht op 8 Februari zijn gearresteerd wegens verzet te gen de staatsmacht en vernieling tot gevan genisstraffen varieerende van 4 dagen tot .3 maanden. Tot de veroordeelden behooren vrouwen. Keert Chiappe terug De voorzitter van den Parijschen ge meenteraad heeft stappen gedaan bij den minister van binnenlandsche zaken, waarbij hij den eisch uitsprak, dat de regeering den vroegeren prefect van politie, Chiappe, en den uit solidariteit met hem tegelijkertijd af getreden prefect van de Seine, Reynard in hun functie zal herstellen daar zij het volle vertrouwen genoten van de Parijsche bevol king en opgewassen zijn tegen hun taak. De minister van binnenlandsche zaken Sar raut wees er op, dat niet hij, maar de regee ring hierover beslissen kan. De „Matin" heeft vernomen, dat Chiappe een in die richting gaand voorstel van de regeering in het belang van kalmeering van de openbare stemming, heeft afgewezen. Volgens dit blad zou Chiappe benoemd wor den tot gezant te Brussel en zou Reynard weer in zijn oude functie terugkeeren. Opwinding in het paleis van justitie Reuter meldt uit Parijs, dat daar gisteren in het Paleis van Justitie eenige opwinding heerschte over een aanplakibljet, waarin de leden der regeering werden beschuldigd „hun kleed met Fransch bloed te hebben be zoedeld". Het biljet was aangebracht op de plaats waar enkele dagen geleden de toga van minister Frot was verbrand. De deken der orde van advocaten maande de advocaten tot kalmte aan en heeft het bil jet verwijderd. Eenige dooden en 115 gewonden De speciale ordedienst der politie is tegen middernacht ingetrokken. De communistische en socialistische betoogingen waren toen practisch van de straat verdwenen. Tot een laatste ernstige botsing, waarbij vele perso nen door schoten en sabelhouwen werden gewond, kwam het kort voor middernacht bij het metro-station, waar de communisten een barricade hadden opgericht, welke door de politie werd bestormd en ingenomen. Ook bij het Gare du Nord, waarheen eenige groepen betoogers waren gevlucht, kwam het tot een schietpatij. De politie achtervolgde een troep van 200 betoogers, die in een metro-station vluchtten, waar zij na een hevig gevecht wer den overmeesterd. Ong. 20 politie-beambten waren volgens officieele mededeeling ge wond, waarvan 4 in zorgwekkenden toestand verkeeren. Het aantal arrestanten bedraagt ongeveer 8O0. Twee politiebeambten zijn vannacht door schoten gedood. In twee zie kenhuizen werden niet minder dan 115 ge wonden opgenomen. Het „Croix de Feu" niet tevreden met deze regeering. De voorzitter der oud-strijdersorganisatie Croix de Feu, publiceert een verklaring, waarin met teleurstelling wordt geconsta teerd, dat de regeering-Doumergue slechts een hulpmiddel, zonder duurzaamheid en een samengaan der partijen zonder geheiligd ka rakter is. In deze regeering zitten zeer acht bare personen samen met politie zakenlieden en neo-socialisten, die het roode vaandel die nen. Men heeft dus slechts een noodverband voor een zwerende wonde. De verklaring be> sluit met den oproep aan de leden van het „Croix de Feu" zich gereed te houden. „Voor het beroep van het vaderland op de voormali ge frontstrijders". Volgens mededeeling van het departe ment voor den arbeidsdienst der Deut sche Studentenschaft zal de Deutsche Studentenschaft van Paschen 1934 af een dienstplicht van een half jaar invoe ren voor alle abituriënten die willen gaan studeeren. Abituriënten die niet voornemens zijn te gaan studeeren, zul len niet onder dezen dienstplicht vallen. De dienst begint op 5 Mei en omvat 4 maanden arbeidsdienst en zes weken dienst in de kampen van de S.A. WET IN LITHAUEN. Tot bescherming van volk staat. en De staatspresident heeft met onmiddellijk van kracht worden de sedert geruimen tijd ontworpen wet tot bescherming van volk en staat afgekondigd, waardoor de tot dusverre bestaande bepalingen worden aangevuld en verscherpt. In den uit 38 paragrahpen be staande wet wordt o.m. bepaald1: Wie het Lithausche volk, den staat of de Lithausche souvereiniteitsteekenen beleedigt of verachtelijk maakt, wordt met gevangenfs- straf of tuchthuisstraf tot 4 jaren bestraft. Wie de loyaliteit jegens den staat der Lithau sche onderdanen, hun eenheid of nationale bewustzijn verslappen doet of verzwakt, wordt met gevangenisstraf bestraft en wan neer een dergelijk vergrijp gepleegd wordt door ambtenaren of bedienden van den staat of van zijn autonoom gebied of door organen van het publieke recht met gebriukmaking van de ambtelijke bevoegdheden volgt be straffing der ambtenaren met een straf tot 4 jaar tuchthuis. Het onderhouden van betrek kingen door Lithausche onderdanen met bui tenlandsche instanties, waardoor de loyali teit dubieus wordt, wordt met tuchthuis be straft. Dezelfde straf geldt voor Lithausche onderdanen, die tot een buitenlandsche orga nisatie behooren, welker actie niet in over eenstemming is met het belang van den staat. Een ambtenaar of bediende van den staat of deszelfs autonoom gebied of van een openbare instantie, die de Lithausche wetten sabotteert of anderen daartoe beïnfluenceerd wordt gestraft met straffen tot 4 jaar tucht huis eveneens, wanneer hij economische oe- trekkingen benut voor handelingen, die de belanden van den Lithausc'hen staat bena- deelen Persvergrijpen wordt beboet met boetes tot 20.000 lit of een overeenKomstige gevangenistraf. Uitgevers of schrijvers van stukken, die geheel of gedeeltelijk met mave- rieele ondersteuning van het buitenland wor den uitgegeven, of welker pubucatie in strijd is met de belangen van den staat of van het Lithausche volk worden bestraft met 20.000 lit Dezelfde straf geldt voor personen, die aan het hoofd staan van een door het bui tenland materieel ondersteunde niet toege stane organisatie. Verder bevat de wet ver scherpte bepalingen over het lidmaatschap van organisaties en het bezit van vreemde insignes en ordeteekens. De officier van justitie van het hof van appel van Kowno bepaalt de strafbare han deling, het verhoor wordt afgenomen door de staatsveiligheidspolitie of door de gewone politie. Naar eerst thans bekend wordt, is Max Sklarek, de oudste der drie gebroe ders, wier naam verbonden is aan het grootste financieele schandaal van de stad Berlijn, Dinsdag j.1. in zijn woning aan de Kurfürstendamm aan een hart kwaal overleden. Hij is heden in alle stilte op het kerkhof Weissensee ter aarde besteld. In de meisjesafdeeling St. Maria van het instituut Ursberg is gisterochtend brand uitgebroken. Het middengebouw met de kapel zijn een prooi der vlam men geworden. Alle kinderen konden worden gered. De kloosterbrandweer, welke is samengesteld uit de zusters van het klooster, deed voor de eerste maal dienst. In samenwerking met manschappen van de S.A. en van den arbeidsdienst werd uit 5 motorspuiten water gegeven. Het betreft een geval van brandstich ting, waaraan schuldig is een 31-jarig ongelukkig meisje, dat heeft bekend. Te Neustadt in Saksen hebben S.A.-man- ilen dagenlang in de sneeuw gewerkt en een heele stad van sneeuw vervaardigd met stra ten met electrische verlichting, tuinen en hui zen, welke ook van binnen electrisch verlicht zijn. Deze sneeuwtentoonstelling zal ter be zichtiging worden opengesteld ten bate van het winterhulpwerk. Te Polinkhove bij Yperen (Belgisch Vlaan deren) werd een 25-jarig meisje door haar stiefvader om het leven gebracht. Op een groote hoeve woonde aldaar een landbouwer, Clayes genaamd, die in 1918 was gehuwc met een weduwe, die drie kinderen had, n.1. twee zoons en een dochter. De oudste doch ter, Madeleine, was sinds enkele tijd ver loofd en zou verleden Vrijdag in den echt treden. Haar moeder had toestemming gege ven, doch de stiefvader verzette zich tot het laatst tegen het huwelijk. De burgemeester van het dorp zou de huwelijksplechtigheid voltrekken des avonds te half zeven. Den ganschen dag gebood de stiefvader 't meisje op het veld zwaren arbeid te verrichten. Het burgerlijk huwelijk werd evenwel toch op het raadhuis voltrokken. De bruidegom vergezel de daarna het meisje tot op een honderd me ter van haar woning. Om acht uur hoorden de bewoners der hoeve van Clayes hulpge schreeuw. Moeder en kinderen stelden spoe dig vast dat hun dochter en zuster Madeleine ni een kleinen vijver met den dood lag te worstelen. Zij werd op het droge gebracht en naar de hoeve gedragen. Op dit oogenblik kwam de boer, Claeys, binnen. Hij raadde zijn huisge- nooten af een dokter te halen. Ze zal wel bijkomen, zeide hij. Na een half uur scheen zij inderdaad tot iet bewustzijn terug te keeren. Doch de toe stand verergerde en zij overleed, zonder een woord te hebben gesproken. Den volgenden dag kwam de bruidegom op de hoeve, daar Zaterdagmorgen het kerke lijk huwelijk moest volgen. Met ontzetting vernam, dat zijn verloofde, die reeds voor de wet zijn vrouw was, overleden was. Claeys'' zeide hem, dat zij waarschijnlijk „in den vij ver was versukkeld". De stiefvader werd evenwel door ieder als een moordenaar beschouwd; nog denzelfden dag werd hij aangehouden. Hij heeft na tal van ondervragingen bekend, dat hij zijn stief dochter in den vijver heeft geworpen. Bondskanselier Dollfuss heeft gister middag den bondsleider der Heim- wehren, Starhemberg', den bondscom- missaris Steidle en eenige leiders der Hiemwehren ontvangen. De conferentie van den bondskanselier met de „Lan- deshauptleuten" over de eischen der Heimwehren is uitgesteld tot Maandag. In de regeeringspers wordt verklaard, dat het eerste stadium voor de uitvoe ring van den nieuwen autoritairen koers reeds is afgesloten. Een ingrijpende nieuwe organisatie van het geheele staatkundige leven is te verwachten. De egeering zou voornemens zijn de „Lan- deshauptleute" te benoemen tot stad houders, die direct ondergeschikt zou den zijn aan den bondskanselier en zon der de parlementen der landen met een kleine adviseerende commissie de lei ding in de bondslanden op zich zullen nemen. De beslissing in deze berust bij Dollfuss. Tot een opzienbarend incident is het gisteren gekomen in het Lagerhuis bij de debatten over de hotel-en en loge- mentswet. Deze wet geeft hotels en loge menten grootere vrijheid voor 't schen- schen van alcoholische dranken. De, als felle tegenstandster bekende conserva tieve afgevaardigde Lady Astor, schud de haar vuisten naar de opposite en verklaarde, dat er afgevaardigden zijn geweest, die 2000 pond sterling van den Engelschen alcoholhandel hebben aan geboden gekregen om zijn belangen in het lagerhuis te verdedigen. Men kent de afgevaardigden, die zich hiertoe heb ben geleend. Deze woorden riepen een storm van verontwaardiging los. De afgevaardig den eischten, dat Lady Astor namen zou noemen. De speaker stond, toen zij weigerde de namen te noemen, op en verklaarde, dat zij ernstige beschuldi gingen had geuit en bewijzen moest leveren. Toen Lady Astor hierop zicht baar in verlegenheid geraakte werd ge- ëischt, dat zij verontschuldigingen zou aanbieden of wel, dat een spreekverbod tegen haar zou worden uitgevaardigd. Lady Astor trok ten slotte hare beschul digingen in, waarop de verontwaardi ging in algemeen gelach verkeerde. Ernest Brown, die in de Engelsche bladen de moordenaar in de brandende garage ge noemd werd, is in de gevangenis te Leeds (Eng.) opgehangen wegens moord op zijn patroon F. E. Morton te Towton. Brown was 35 jaar oud en stalknecht in de garage van Morton. De terechtstelling was eerst vastgesteld op 2 Februari, maar te elfder ure kwam het de partement van binnenlandsche zaken tus- schen beide met de opdracht om een onder zoek te doen instellen naar Brown's geestver mogens. Toen dit tot resultaat had, dat Brown volkomen toerekenbaar moest worden geacht, liet het departement het recht zijn loop nemen. Een beroep op het Hof van Ap pèl was vroeger reeds verworpen, terwijl een verzoekschrift, door 8000 personen ondertee kend, om het vonnis uit te stellen, zonder re sultaat was gebleven. De executie geschiedde te 9 uur 's morgens op de binnenplaats der gevangenis. Eenige honderden personen, meest vrouwen, wacht ten voor de poort het slaan van de klok af. Zij defileerden later onder toezicht van de po litie voorbij de kennisgeving, dat de terecht stelling was geschied, welke op de poort werd aangeplakt. Vannacht heeft boven geheel Polen een hevige sneeuwstorm gewoed, welke aanzienlijke schade heeft aangericht. Te Kostary is een windmolen door den he- vigen storm te hard gaan draaien en daarbij in brand geraakt. Tientallen huizen in het plaatsje zijn een prooi der vlammen geworden. De treinenloop heeft groote vertraging ondervonden. EEN MINISTÈRE DU SALUT PUBLIC GEVRAAGD Als men deze woorden leest, aldus de N, R. C., denkt men onmiddellijk, maar niet zonder huiveren, terug aan den tijd, dat Frankrijk weliswaar geen ministère maar dan toch een Comité du Salut Public bezat. Want aan dit Comité du Salut Public kleeft teveel bloed, dan dat men het met een gerust geweten als redmiddel voor het tegenwoordig Frankrijk zoude aanbevelen. Ook zijn de toestanden wel verschillend met die van toenmaals. Toen werd het revolutionnaire Frankrijk van alle zijden bedreigd. Door de buitenland sche vijanden, Oostenrijk, Engeland, wier legers aan de grenzen een geweldigen en hoogst gevaarlijken druk uitoefenden. Door binnenlandsche vijanden, royalisten, aanhangers van het ancien regime; land streken als de Vendée, gevangen in een re ligieuze geestdrift om het zondige Parijs te vernietigen. Maar één soort vijanden van den staat had Frankrijk toen ook, de trieste gokkers, de vampiers die het gemunt hadden op de levensmiddelenvoorziening, op regelmatige geldcirculatie, die hun spel dreven op de ruïnes van solide zaken, die zich vetmestten met den hongersnood in het land. Zij vervulden de beurs, de café's, handelden in graan, in leer, in munitie, in alles wat profijt kon afwerpen en schaamden zich niet hun onzedelijke weelde ten toon te spreiden. „De speculant heeft zich op Frankrijk ge worpen", schrijft Louis Madelin. „Een enorme troep van lichtschuwe lieden, die zetelen in kerken en paleizen, heeft de voordeden der Revolutie in het binnenland aan zich weten te trekken en tegelijk met den opmarsch der Fransche legers maakt zij zich thans ook klaar, om die in het buitenland te naasten. De aristocratie is neergeslagen, maar een plutocratie is opgestaan. Frankrijk was een groot slagveld en ook dit slagveld heeft zijn hyena's gehad". Natuurlijk was ook de Nationale Conven tie niet vrij van deze lieden, die van hun wetenschap gebruik maakten om zich te ver rijken. Wat men echter ook moge zeggen van het Comité du Salut Public, dat in deze benarde tijden het heft in handen neemt, nooit zal men het kunnen verwijten baatzuchtig ge weest te zijn. Robespierre, Couthon, St. Just, zij kwamen arm aan de regeering en arm zijn zij gestor ven. Er kleefde bloed aan hun handen maar geen slijk. Met kracht traden zij op tegen de specu lanten. En waar zij deze in de Conventie von den namen zij de strengste maatregelen. Vooral Robespierre, de deugdzame en on omkoopbare, was hevig op hen gebeten In felle redevoeringen stelde hij ze aan de kaak en dreef hun veroordeeling door. Tragisch is hel. te moeten bedenken, dat Robespierre ten val gebracht werd door speculanten en oplichters als Tallien en Bar ras, die onder hun bewind de ze.le'O^sheid deden zegevieren. De Grieksche regeering heeft heden ter gedachtenis aan de onderteekening van het Balkan-pact aan de ministers van Buitenlandsche Zaken der vier lan den, die het pact hebben onderteekend, de kostbare penhouders, waarmede het document werd onderteekend, ten ge schenke gegeven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 5