DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Uit den Alkmaarschen Raad.
No. 59
Zaterdag 10 Maart 1934
Waf vandaag de
aandacht trekt
Jongeren!
BEZOEKT dan de OPENBARE VERGADERING
van den VRIJZ. DEMOCRATISCHEN BOND
op MAANDAG 12 MAART,
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
eest agen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.-,
tranco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
Directeur: C. KRAK.
PRIJS DER GEWONE A! RTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letter* naar plaatsruimte.
B'ieven Iran co aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060 Telei. 3, redactie 33.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
136e Jaargang
Dit nummer bestaat uit drie bladen.
Vrouwelijke eigenschappen worden door regenten van het Centraal
Ziekenhuis alleen in de verpleegsters gewaardeerd.
Naar den naam van zijn partij te oordeelen kan alleen van den heer
Hoytink met zekerheid getuigd worden, dat hij
niet revolutionnair is.
Een ambtenaar, die bij vergissing zijn vlag onderste boven hangt heeft
alle kans naar Maatschappelijk hulpbetoon te worden verwezen.
Wij leven in den tijd der sterke mannen,
die de teugels van het bewind strak aanhalen.
Vroeger sprong er dan wel eens een paard
je baloorig uit het gareel, maar de koetsier,
die de teugels houdt laat niet met zich spot
ten en de brave viervoeters hebben wel ge
leerd, dat zij uit protest hoogstens nog wat
kunnen steigeren.
Dictator Colijn zal ons vaderland in veilig
heid brengen, maar daarvoor heeft hij dan
ook groote bevoegdheden geëisccht en wie
nagaat hoe vrijgevochten ons volk nog kort
geleden was en hce gebonden het thans door
allerlei beperkende overheidsmaatregelen is
geworden, kan niet anders dan constateeren,
dat Holland in vele opzichten niet meer het
zoo hoog geroemde land van de persoonlijke
vrijheid is.
Wij zullen op dit oogenblik niet dieper in
gaan op de vraag of deze maatregelen nood
zakelijk zijn. Wij zullen alleen maar consta
teeren dat ze genomen worden en dat aller
eerst de amtbenaren, in het algemeen de wer
kers in overheidsdienst, op straffe van ont
slag, precies hebben te doen en te laten wat
hun vanuit onze residentie wordt voorge
schreven.
Er is vroeger wel eens beweerd, dat een
ambtenaar over het algemeen niet veel te
doen heeft.
Vast staat evenwel, dat hij tegenwoordig
heel wat heeft te latei en via Oed. Staten
had de minister van binnenlandsche zaken
dan ook de gemeente Alkmaar een lange
reeks van voorschriften gestuurd met het ver
zoek ze in te lasschen in het ambtenaren
reglement en ze dus jok voor deze gemeente
van toepassing te verklaren.
Het kwam in het algemeen hierop neer, dat
personen in overheidsdienst in dit geval in
Alkmaarschen gemeentedienst voortaan
geen verdachte uniformen of insignes mogen
dragen. Doen zij dit wel dan zal ontslag uit
den dienst kunnen volgen. Tevens is het den
ambtenaren verboden om andere dan natio
nale vlaggen uit te steken. Zij mogen niet re
volutionnair gezind zijn en geen lid zijn van
door de regeering op de zwarte lijst geplaat
ste vereenigingen.
Tot zoover de maatregelen, die blijkbaar
beoogen de minder vertrouwde elementen uit
het ambtenarencorps te weren, maar nu de
regeering toch eenmaal aan het reglementee
ren was, werd tegelijk.rtijd nog even op de
omstandigheid gewezen, dat getrouwde vrou
wen eigenlijk n;et in overheidsdienst thuis
hooren en de Raad had dus vast te stellen,
dat huwende ambtenaressen, tenzij zij boven
den viif-en-veertig-iarigen leeftijd zijn, ontsla
gen dienen te worden.
Dat alles zou de Alkmaarsche Raad in zijn
verordeningen moeten vaststellen en wie het
bonte gezelschap kent, dat de zaal der edel
achtbaarheid pleegt te vullen, kan zich wel
voorstellen, dat deze opdracht met zeer ge
mengde gevoelens is ontvangen
De scheidingslijn, die rood en zwart van de
oppositiegroepen scheidt, kreeg onmiddellijk
een geheel andere en veel meer natuurlijke
richting Scherp stonden in den Raad als
vanouds de in het algemeen kerkelijke groe
pen tegenover de politieke vogels, die gewend
zijn zich wat vrijer door het luchtruim te
bcwcfjcn
De Staat, zoo betoogde de heer Venneker is
als een keten waarin zijn dienaren de scha
kels zijn De kracht van die keten is afhanke
lijk van de zwakste schakel en daarom kan er
niet genoeg voor gezorgd worden, dat al die
schakels zoo sterk mogelijk zijn. Geen ambte
naar in overheidsdienst heeft het recht ook
maar iets te ondernemen, dat het gezag kan
omfermijnen. En met tem eni znn Iraclwe
nooten betoogden de heeren Vogelaar (C H_)
en Hoijtink (A.R.) dat geen ambtenaar n
dezen ernstigen tijd het recht had «r een mm
of meer revolutionnaire meening op na
houden.
Maar wie van ons is er dan eigenlijk revo
lutionnair? riepen de sociaal-democra
baloorig uit. Wat de een als een revolution
naire daad ziet gaat den ander nog lang niet
ver genoeg en de geschiedenis bewijst wei
dat de vraag of iets revolutionnair is in ver
schillende tijdperken heel verschillend be
antwoord is geworden.
Bovendien, wie zal ten slotte moeten oor
deelen want ook van het standpunt van den
rechter hangt het af of men een ambtenaar/
die niet precies in het voorgeschreven paadje
heeft geloopen al dan niet als een gevaarlij
ken opruier zal beschouwen.
Revolutionnaire gezindheid, zoo werd van
de zijde van den Vrijheidsbond verkondigd,
zal door wisselende stadsregeeringen met ver
schillende opvattingen beoordeeld moeten
worden en dat geeft geen zekerheid, dat er in
alle omstandigheden billijk en rechtvaardig
gehandeld zal worden.
Het waren argumenten, die ons niet bijzon
der sterk leken.
Revolutionnaire gezindheid is niet alleen
nu maar in alle tijden door tijdelijke regeer
ders met zeer verschillende opvattingen be
oordeeld en men zou op dit oogenblik hoog
stens kunnen aanvoeren, dat de rechters er
nog al strenge principes op nahouden en het
gevaar dus dreigt, dat de persoonlijke vrijheid
ernstig in het gedrang komt. Maar men be
denke dan ook, dat bijzondere tijden bijzon
dere maatregelen eischen en dat het een man
als Colijn niet kwalijk te nemen is, dat hij in
deze onevenwichtige tijden de grootst moge
lijke zekerheid verlangt, dat althans de die
naren van staat en stad zoo betrouwbaar mo
gelijk zullen zijn. Wie thans niet sterk staat
dreigt ten onder te gaan. Er is behoefte aan
mannen, die bereid zijn hun beste krachten
voor de eenheid en zelfstandigheid van onze
natie te geven en in die samenleving passen
geen ambtelijke elementen, wier streven door
revolutionnaire daden op ondermijning van
het gezag gericht is.
Daartegenover staat het gevaar dat men in
zijn dwingende voorschriften allicht te ver
gaat.
Alkmaar zou een even rustig provincie
stadje zijn als er geen bepaling bestond, dat
een ambtenaar geen gekleurd hemd of insigne
mag dragen en wij hebben tot dusver nog uit
geen enkele dienstwoning een andere dan de
nationale of de stadsvlag zien wapperen.
Zeer nauwkeurig heeft de heer Sieisma ge
ïnformeerd welke vlaggen een ambtenaar bij
feestelijke gelegenheden uit zijn dakvenster
zal mogen steken. Is, zoo vroeg hij, de oude
prinsenvlag niet irriteerend voor de katho
lieken en werkt omgekeerd de pauselijke wim
pel niet als de rooide lap voor den stier op
allen, die van een ander geloof zijn? Hoe
staat het met de stadsvlag en hoe b.v. met de
Friesche vlag, die men. sinds de afsluitdijk
tot stand is gekomen, uit talrijke woningen
kan zien wapperen?
Het antwoord van den burgemeester was
zeer geruststellend. Al die vlaggen moger.
wapperen als er tenminste wind is en
een Friesche ambtenaar kan dus de vlag met
de pompebladeren rustig naar buiten steken,
zonder gevaar te loopen tij de werkverschaf
fing te worden ingedeeld.
Ambtenaren, zoo werd voorgeschreven,
mogen geen lid van door den Staat verboden
vereenigingen zijn en met 11 tegen 8 stem
men heeft de Raad daaraan zijn goedkeuring
gehecht. Waarom, zoo zou men kunnen vra
gen, is het ook noodig, dat iemand in staats
dienst lid is van een organisatie, welke de
staat als gevaarlijk voor het gezag heeft ge
kenmerkt en de eenige bedenking welke men
kan maken, en die dan natuurlijk ook ge
maakt werd is, dat dictator Colijn niet op
te losse gronden of onder den invloed van te
conservatieve raadgevers moet beslissen, wel-
ke vereenigingen nu eigenlijk staatsgevaarlijk
zijn gebleken.
Mr. Langeveld heeft namens den Vrijheids
bond een getuigenis afgelegd, die zelfs een
applausje van de sociaal-democraten heeft
gekregen. Wij liberalen, heeft hij gezegd,
vinden deze voorschriften niet van een
grootsch allure en wenschen de ambtenaren
niet in knellende banden te leggen.
Hoe vaak hebben de sociaal-democraten in
onzen Raad niet van den versteenden, con
servatieven Vrijheidsbond gesproken, die
nog slechts een zwak aftreksel van de partij
uit den tijd van den grooten Thorbecke zou
zijn. Ziehier weer een bewijs hoe een partij
op verschillende tijdstippen en in veranderde
omstandigheden verschillend beoordeeld kan
worden, want de heer Westerhof sprak thans
prijzend van de partij waar het bloed spreekt
der oude liberalen, van menschen van de
Vrijheid, die in Vrijheid groot kunnen blijven
maar op dat moment van zijn rede heeft
deze voorzichtige politicus er een aarzelend
„misschien" achter laten volgen.
Na eindeloos debat heeft de Raad ten
slotte, zuiver links tegen rechts, besloten
geen ontslag bij revolutionnaire gezindheid
te geven omdat deze gezindheid nu eenmaal
niet te bewijzen zou zijn en evenmin zuiver be
oordeeld kon worden en zelfs het bezadigde
woord van den burgemeester, die er op wees,
dat .deze bepalingen nu eenmaal niet expres
voor Alkmaar gemaakt zijn, maar dat men
over het geheele land gelijkluidendheid nood
zakelijk oordeelde en zeker niet zonder zeer
deugdelijke bewijzen zou ontslaan, heeft aan
dat alles niets kunnen veranderen.
Tot zoover het meer politieke gedeelte
van deze voorschriften. Het meer principieele
kwam tot uiting in het voorstel de huwende
ambtenares te ontslaan en eveneens haar col
lega, die niet openlijk huwt maar den echte
lijken staat bedriegelijk nabootst door in con
cubinaat te gaan leven.
Pro en contra is natuurlijk over den arbeid
van de gehuwde vrouw in gemeentedienst
gesproken. Pro door hen, die elke vrouw het
vrije recht op arbeid willen geven en de
ambtenares niet willen uitschakelen als de
gehuwde vrouw in fabrieken wel getolereerd
wordt, contra door ae rechtsche groepen,
die de gehuwde vrouw achter de waschtobbe
of in allen gevalle in haar eigen huis wen
schen en zelfs uit onze eigen gemeente fra-
pante voorbeelden aanhaalden om te be
wijzen. dat een gezin door het werk van man
en vrouw een dubbel inkomen heeft, terwijl
er daarnaast nog tientallen gehuwde en be
voegde arbeidskrachten werkeloos rond-
loopen.
De Raad van Alkmaar was in een revolu
tionnaire stemming wat voor raadsleden op
het oogenblik nog niet gevaarlijk is. Men
wenschte in Alkmaar zijn eigen politieke
boontjes te doppen en dus werd met 10 tegen
8 stemmen besloten, dat de getrouwde amb
tenares niet achter de waschtobbe behoeft te
staan zoolang er op haar werk geen aanmer
kingen zijn te maken.
Aan degenen, die in concubinaat leven
het zal in Alkmaar niet zoo heel veel voor
komen werden eveneens langdurige debat
ten gewijd. Mr. Langeveld was zoo verstan
dig de zaak uitsluitend uit juridisch oogpunt
te bekijken en te verklaren, dat zooiets moei
lijk bewijsbaar was of er zou toevallig eens
een kind in het wiegje moeten komen en dan
was het althans voor hen, die nog aan de
ooievaar gelooven eigenlijk nog niet be
wijsbaar. De sociaal-democraten gingen
een stapje verder en wethouder Bonsema
verklaarde, dat het hier uitsluitend een kwes
tie van opvatting betrof en dat hij meer eer
bied voor ambtenaren kan hebben, die in con
cubinaat leven dan voor anderen, die dat
niet doen maar de normale huwelijkswetten
op vele wijzen overtreden. Rechts maakte
aaneengesloten halt en front tegenover der
gelijke theorieën, maar de toevallige stem
verhouding wees natuurlijk uit, dat de Raad
onzer gemeente in Den Haag zal laten weten,
dat men hier van dergelijke dwingende voor
schriften geenszins gediend is.
Wij zijn er van overtuigd, dat de verwer
ping van deze voorstellen uitsluitend waarde
als demonstratie heeft en dat het zeker niet
lang zal duren of de Raad krijgt bericht dat
het nu met alle politieke bokktsprongen uit
moet zijn en men eenvoudig te besluiten heeft
wat de regeering in deze bewogen tijden
noodzakelijk heeft geoordeeld.
Mejuffrouw Carels, die, blijkens de uit
roepen van aller instemming overtuigd kon
zijn toen zij bij het debat over het werk van
de gehuwde vrouw verkondigde, dat een ge
trouwde kraamverpleegster nu eenmaa.1 niet
door een werkloozen timmerman of metse
laar kan worden vervangen, stond vrijwel
eenzaam op de bres toen zij een lans voor
de benoeming van een vrouw in het college
van regenter. van het Centraal Ziekenhuis
heeft gebroken.
Zij weerde zich als wijlen Kenau Simons
Hasselaar maar zij had geen hulptroepen en
was alleen onmachtig tegenover het groote
aantal mannelijke edelachtbaren, dat haar
principes niet scneen te kunnen deelen.
Er was haar vroeger al eens beloofd, dat
men bij een eventueeie vacature eens een
vrouw op de voordracht zou zetten en wij
zijn het volkomen met haar eens, dat juist in
een ziekenhuisbestuur het practische inzicht
van de vrouw op den duur niet gemist kan
worden.
Maar regentenbaantjes zijn nu eenmaal erg
gewild, zelfs bij hen, die er wel eens smalend
over spreken en als er eens een vacature
komt zijn er zooveel mannelijke liefhebbers,
dat de zwakke vrouw nooit kans krijgt zich in
de voorste rijen te dringen.
Ditmaal was er een katholieke vacature en
de burgemeester had, als voorzitter van re
genten, voorzichtig eens in B en W gepolst
wie er voor in aanmerking zou kunnen ko
men. De wethouders Klaver en Van Slinger
land hadden het raadslid Keijsper aanbevolen,
maar de heer Keijsper schijnt bij regenten
geen persona grata te zijn waarom deze met
een geheel andere aanbeveling waren ge
komen.
Het gevolg was, dat verschillende raadsle
den zich ernstig gepasseerd voelden wat uit
de stemmingen dan ook terdege is gebleken.
Er waren verschillende blanco's waarvan er
één wel afkomstig zal geweest zijn van het
vrouwelijk raadslid, die aan geen mannelijk
schepsel in dit college haar stem meer zal ge
ven en er waren buiten de aanbeveling ook
vele stemmen op den heer Keijsper, die deze
hoofdzakelijk wel van de katholieke raads
leden zal hebben bekregen. Niet minder dan
drie stemmingen waren er noodig om een re
sultaat te bereiken en de raadsleden die de
stemmen noteerden constateerden een nek
aan nek-race waarin nu eens de heer
Keijsper en dan weer zijn tegenstander een
kleine voorsprong behaalde totdat ten slotte
de heer Peet, als candidaat van het regenten
college, als eerste de eindstreep passeerde.
De burgeeester heeft er, ter verdediging
van de voordracht van regenten, op gewezen
dat deze niet gaarne raadsleden in hun mid
den zien omdat daardoor het ziekenhuis het
cachet van een gemeentelijke inrichting
krijgt wat moeilijkheden kan geven met de
subsidieerende buitengemeenten. Wij gevoe
len iets voor deze redeneering en nog meer
voor die van den heer Sietsma, die betoogde
dat in dezen tijd raadsleden geen bestuurs
leden behooren te zijn van door de gemeente
gesubsidieerde instellingen.
0
De heer Westerhof heeft menigmaal voor
speld, dat wij het laagste punt van het
crisisdal gepasseerd zijn en de dageraad van
een schoonere toekomst tegemoet gaan. Hoe
vooruitziend de sociaal democraten evenwel
ook zijn, ten opzichte van de asphalteering
van onze straten zijn zij hier ter stede bijzon
der achterlijk gebleven
Toen men in allerlei provinciesteden reeds
asphaltstraten maakte moesten Koorstraat
en Ritsevoort die een nieuw wegdek noodig
hadden weer beklinkerd worden met het gevolg
dat beide straten al spoedig vol bergen en
dalen zaten en de gemeente binnen weinige
jaren opnieuw voor de noodzakelijkheid van
een nieuw wegdek staat. Gelukkig bleek het
college thans iets voor asphalteering te voe
len zelfs met asphaltblocs als die niet te
duur zijn maar zelfs het aanbod van
de bewoners van den Geesterweg, die even
eens geplaveid moet worden, om een belang
rijke bijdrage te geven mits men tot asphal
teering overging, deed het college nog niet
direct besluiten dit voorstel te accepteeren.
De heer Westerhof wenschte het wegdek der
toekomst nog niet op buiten de singelgrach
ten gelegen wegen zoolang de binnenstad
nog klinkerwegen heeft en er zullen niet ve
len geweest zijn, die de logica van een derge
lijk standpunt kunnen waardeeren. Wethou
der Klaver heeft althans nog aangevoerd,
dat een telkens varieerend wegdek de stra
ten het aanzien van damborden zou geven
maar ook deze overgang kan o.i. geen enkel
bezwaar geven mits men bij elke wegverbete-
ring een vakje van dat dambord wegwerkt
door klinkers voor asphalt te verruilen.
De regeering zet de klok terug, heeft de
heer Westerhof bij de bepalingen van het
ambtenaren-reglement uitgeroepen. Laten
wij, wat onze straatverbetering aangaat,
tenminste een ander standpunt gaan in
nemen.
Zoo nu en dan acht de Raad het eens noo
dig het college van B. en W. op de vingers
te tikken, met de mededeel ing, dat het niet
al te dictatoriale neigingen moet krijgen. Er
is indertijd een commissie van onderwijs in-
ingesteld en de raadsleden, die er in be
noemd zijn vinden 't nu eenmaal niet prettig
als edelachtbare lucht te worden beschouwd
Zij verwachten bij een voorstel tot
overplaatsing van schoolhoofden om advies
gevraagd te worden, maar B. en W. nemen
aan, dat een overplaatsing eigenlijk het zeil
de als een benoeming is en dat zij dus alleen
maar met het Rijkschooltoezicht hebben te
maken.
Moet er gereorganiseerd worden dan mag
de commissie er ook wel eens een opmerking
over maken, maar de commissie was niet
van plan zich zoo maar in een hoekje te la
ten drukken en een voorstel van den heer
Woldendorp om voortaan ook bij overplaat
singen steeds de onderwijscommissies te hoo
ren werd door alle raadsleden aangenomen
zoodat de tegenstemmende wethouders zich
tot hun groote verbazing door al hun politie
ke geestverwanten verlaten zagen.
Het was een ongewoon schouwspel het
anders zoo oppermachtige college daar zoo
zielig alleen te zien staan, maar er zijn bij
de besprekingen over het ambtenarenregle
ment nog heel wat ernstiger politieke echt
scheidingen op den voorgrond gekomen.
De Alkmaarsche vroedschap heeft in 1605
een gebrandschilderd raam aan de kerk van
Edam geschonken en omdat een goede daad
altijd beloond wordt, is er nu een verzoek in
gekomen om voor de restauratie van dat
raam een bedrag van 400 te willen betalen
Het ontwapeningsvraagstuk. (Dag.
Overzicht).
Klaarheid in de Stavisky-affaire.
(Buitenland).
Prins Sigvard verliest erfrecht.
(Buitenland).
Weenen weer opstandig. (Buiten
land).
Verscherping van het conflict te
Verviers. (Buitenland).
Te Dongen (N.B.) is een auto op
drie spelende kinderen uit één gezin
ingereden. Een der kleinen werd ter
stond gedood, beide anderen werden
zwaar gewond. (Binnenland).
Minister Marchant neemt maat
regelen inzake den financieelen toe
stand van het Concertgebouw te
Amsterdam. (Binnenland).
De nieuwe spelling op 1 Sept. as.
ingevoerd? (Kerk en school).
(Zie verder eventueel laatste
berichten).
Wilt gij samenwerking van alle groepen
der bevolking inplaats van haat en wan
trouwen
Wilt gij vrijheid en verdraagzaamheid en
verwerpt gij dictatuur en gewetensdwang
Wilt gij dat de frissche wind der vrije
critiek en openbaarheid oude misstanden
opruimt
Zijt gij echte Nederlandsche jongeren, die het
Nederlandsche volkseigen wilt behouden
8.15 uur, in de HARMONIE te Alkmaar,
waar Mr. B. W. STOMPS" en Mr. L. G.
VAN UAM zullen spreken.
De heer Keijsper vond het verzoek op zijn
zachtst uitgedrukt een beetje zonderling en
zou er zeker niet aan denken in verloop van
tijd al zijn vrienden en familieleden aan te
schrijven voor de reparatie van alles wat hij
op zijn koperen bruiloft heeft gekregen.
Er zit inderdaad wel een eigenaardigen
kant aan de zaak en het kan een waarschu
wing voor de gemeente zijn voortaan niets
anders dan een schriftelifken gelukwensch of
een bloemstuk te presenteeren. Maar de
commissie van de kerk schijnt nu eenmaal op
nog zwarter zaad te zitten dan de gemeente
Alkmaar en omdat B. en W. van meening
waren, dat de eer der stad met deze restau
ratie gemoeid is, werd het voorstel ten slotte
met algemeene stemmen aangenomen.
De gemeente heeft thans met Castricum
weer een overeenkomst tot hulpverleening bij
brand gesloten en hoewel wij er natuurlijk
trotsch op zijn, dat de Alkmaarsche brand
weer tot in verren omtrek gewaardeerd wordt,
zouden wij met den heer Keijsper toch wel een
kleine waarschuwing willen laten hooren het
rayon van hulpverleening niet te groot te
nemen.
Er is weliswaar vastgesteld dat bij gelijk
tijdig uitbrekende branden eerst Alkmaar en
dan een andere gemeente aan de beurt komt
maar alle menschen zijn nu eenmaal geen
engelen. Er zijn in ons land heel wat branden
uitgebroken, die niet altijd aan een ongeluk
waren te wijten en het moet niet mogelijk zijn,
dat hier ernstig gevaar voor belendende per-
ceelen bestaat terwijl het grootste gedeelte
onzer wakkere brandweermannen den strijd
tegen de vlammen in Castricum hebben aan
gebonden.
Evenwel, de burgemeester heeft nadrukke
lijk verklaard, dat de brandweer over het
voorstel gehoord is en wij mogen dus aanne
men, dat zij, wat materiaal en manschappen
betreft, in staat is meer dan een gemeente
tegelijk te bedienen.
Burgemeester van Kinschot, die de raads
leden bij hun debatten de grootst mogelijke
vrijheid geeft, heeft het standpunt van B. en
W. telkens in korte bewoordingen zoo zuiver
naar voren gebracht, dat duidelijk beek, dat
hij zich in alle aan de orde komende vraag-
sukken reeds volkomen heeft ingewerkt.
Zijn stem is wat zwak en aan de perstafels
niet altijd duidelijk verstaanbaar, maar
raadsvergaderingen als deze zullen hem on
getwijfeld de overtuiging geven, dat er niet
alleen een vaste hand maar ook een goede
commando-stem noodig is om ons stads-
scheepje langs alle politieke rotsen en klip
pen naar veilige wateren te kunnen sturen.