DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Hoog bezoek bij Mussolini.
Ho. 62
Directeur: C. KRAK.
Woensdan 14 Maart 1934
136e Jaargang
Sxigelii&sch Oveczicht
Houdt Mussolini zich binnen de economische
perken, dan kan hij ongetwijfeld thans rekenen
op den steun van Parijs.
De conferentie van drie.
tBuitwtand
Waf vandaag de
aandacht trekt,,,,
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
en eestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote lette» naar plaatsruimte.
B'ieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Hoofdredacteur: Ti. N, ADEMA.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
De minister-presidenten van Hongarije en
Oostenrijk zijn te Rome aangekomen; van
daag beginnen de besprekingen met den
Duce, om te pogen een definitieven vorm te
geven aan de plannen, welke reeds sinds ge-
ruimen tijd door de Drie zijn voorbereid op
den grondslag van het Italiaansche Donau-
memorandium van 30 September '33. Daarbij
werd uitgegaan van de wenschelijkheid om
het economisch gebied, hetwelk in de dubbel
monarchie was belichaamd, doch door de ont
binding daarvan uiteengescheurd werd, weer
zoo goed mogelijk te herstellen, als beste
middel om de economische malaise in het
Donaubekken te bestrijden, landen als Oos-,
tenrijk en Hongarije een onafhankelijk be
staan te verschaffen en opslorping door
grootere eenheden te voorkomen.
De bezoeken, welke sinds September Itali
aansche, Hongaarsche en Oostenrijksche
staatslieden elkaar gebracht hebben, bereid
den het terrein voor Mussolini's Donau-poli-
tiek voor. In de eerstvolgende dagen zal
moeten blijken of en in hoeverre dit streven
tot een reëele overeenkomst kan leiden, waar
bij weliswaar het economische element de
hoofdrol speelt en sterk naar voren wordt
geschoven, doch waarvan de politiek toch den
achtergrond vormt.
Het initiatief van den Duce verdient zeer
zeker de volle aandacht, in de eerste plaats
als speciale poging om tot een oplossing te
geraken van het Donauprobleem, doch daar
nevens als uiting van het pogen om tot toe
nadering in het algemeen te komen tusschen
verschillende landen door middel van bilate-
ra'° pacten.
Dat dit pogen niettegenstaande de mis
lukking met Ouchy en Oslo nog immer wordt
nagestreefd, wordt toevallig geïllustreerd
door het feit, dat in ons ochtendblad op
drieërlei plaats sprake is van dergelijke regio
nale verdragen, aldus de overzichtschijver
van het Hbla.
De minister van buitenlandsche zaken van
Joego-Slavië n.1., die in het parlement de bui
tenlandsche politiek uitvoerig besproken
heeft, noemde het onlangs gesloten Balkan
pact van Vier de basis van de politiek der
regeering.
Onze Romeinsche correspondent maakt
melding van de bedoeling, welke de Italiaan
sche regeering met het te sluiten pact van
Drie heeft, terwijl onze Turksche correspon
dent gewaagt van plannen tot vorming van
een Midden-Oostenrijk pact tusschen Ango
ra, Kaïro, Teheran en Bagdad, als een nieuw
product van de onvermoeide pogingen van
den „Turkschen Briand", Tewfik Roesdi Bey,
den minister van buitenlandsche zaken, om
regionale landenovereenkomsten tot stand te
brengen, zooals het hem met het Balkanpact
(Griekenland, Turkije, Roemenië en Joego-
Slavië) onlangs gelukt is.
Kenmerk van deze pacten is de vrije samen
werking van nationale gemeenschappen. Zoo
wel het onlangs te Athene tot stand gekomen
Balkanpact als het ontworpen Romeinsche
pact van Drie heeft geen exclusief karakter
en men mag aannemen, gezien de tot dusver
gevolgde politieke gedragslijn van Turkije,
dat ook het voorgenomen Midden-Oostelijk
pact voor andere landen open zal staan. Het
„pact van Athene" streeft naar opneming
ook van Bulgarije en Albanië, terwijl de
creatie van Mussolini, zooals reeds herhaal
delijk met klem van Italiaansches zijde is be
toogd, allerminst is bedoeld als blokvorming
tegen de Kleine Entente, doch veeleer als een
begin-kern, waar om heen zich andere landen
kunnen groepeeren. Er is de vorige week
reeds op gewezen, dat Parijs dientengevolge
een soepeler houding wil aannemen en dien
overeenkomstig zijn invloed op de landen
van de Kleine Entente deed gelden. Dat er
dan ook in de richting van grootere samen
werking, in aansluiting op de Romeinsche
plannen, wordt gewerkt, mag o.a. worden
afgeleid uit het bericht, dat een speciale ge
volmachtigde van Oostenrijk naar Praag te
vertrokken, met de opdracht, naast het sluiten
van een handelsverdrag tusschen Praag en
Weenen (men zal zich herinneren, hoe Doll-
fuss en Benesj daaromtrent reeds herhaalde
lijk van gedachten hebben gewisseld), te
spreken over deelneming door Praag, Boecha-
rest en Belgrado aan de ontworpen economi
sche overeenkomsten tusschen Oostenrijk,
Hongarije en Italië.
Een en ander wijst erop, dat inderdaad be
stekken worden uitgezet om na verloop van
tijd te komen tot de schepping van een eco
nomische groepeering, welke dit keer echter
niet van bovenaf in elkaar wordt gezet,
zooals op de conferentie te Londen van '32,
met het bekende negatieve resultaat, de be
doeling was; doch langs organischen weg,
van onderaf, van een kleine kern uitgaande,
zou worden opgebouwd.
Na mislukking van den breeden opzet, gaat
men het nu beproeven met kleine groepjes,
waarvan de vorming gemakkelijker is, daar
uit den aard der zaak een minder groot aan
tal tegenstellingen met elkaar verzoend be
hoeven te worden. Dergelijke kleine eenheden
van nationale gemeenschappen kunnen zich
dan geleidelijk door onderlinge verbinding
als een olievlek uitbreiden en ineensmelten tot
steeds grooter regionale verdragen, waarbij
het beginsel van vrijwillige samenwerking op
den vo:rgrond moet blijven staan, daar een
geforceerd samengaan, naar de ervaring
leert, niet tot blijvende resultaten kan leiden.
Het politieke belang, hetwelk verschillende
groote mogendheden hebben bij een wel
slagen van de pogingen om de nieuwe eco-
nomisch-politieke figuur in het lever te roe
pen, waarvan Mussolini de handhaving van
de Oostenrijksche zelfstandigheid verwacht
(en tevens de vestiging van de Italiaansche
suprematie in Midden-Europa), vormt een
belangrijke factor in het door den Du ze be
gonnen diplomatieke spel. Daarbij zal het
echter zaak zijn om het terrein strikt te be
preken tot het economische aspect van het
probleem, en den politieken kant (het revi
sionisme) voorloopig op een zijspoor te
plaatsen. Aan dien kant toch liggen ge
vaarlijke voetangels en klemmen, welke hvt
voorloopig beter is te vermijden, teneinde
niet van te voren al elke kans op verbete
ring van de verstandhouding tusschen de
verschillende Donaulanden te niet te doen.
De conferentie van Drie kan daarom van
groote beteekenis worden voor de oplossing
van het speciale Midden-Europeesche pro
bleem eenerzijds. en tevens voor de ontwik
keling en versterking in het algemeen van
de economisch-politieke methode der reg'o-
nale verdragen als middel om geleidelijk te
komen tot den opbouw van een nieuw
Europa naar veler meening tenslotte de
éénige weg, welke tot dat doel kan leiden.
In dubbel opzicht verdient derhalve het
geen thans te Rome wordt beproefd, de aan
dacht.
HET FRANSCHE KABINET
HANDHAAFT ZICH.
De ministerraad in actie.
In den Franschen ministerraad van giste
ren werd besloten een ministerieele commissie
te benoemen, welke alle contingenteerings-
maatregelen zal behandelen.
Leden van deze commissie zijn de ministers
van financiën, van handel, van landbouw,
van koloniën en van openbare werken.
De avondpers komt niet met bizondere be
richten over den ministerraad. Algemeen
wordt gemeld, dat een beraadslaging vai
den Oppersten Raad voor de landsverdedi
ging voor het opstellen van de Fransche nota
van antwoord aan Engeland in de kwestie
der ontwapening niet meer noodig is.
Het advies der commissie van den Opper
sten Raad voor de Landsverdediging, welke
onlangs is bijeengekomen onder voorzitter
schap van minister-president Doumergue en
waaraan hebben deelgenomen de ministers
van marine, oorlog, luchtvaart en buiten
landsche gaken, zou voldoende zijn voor de
uitwerking der antwoordnota, welke geen
technische nota zal zijn.
Naast de kwestie der berekening der effec
tieven en van het materiaal bestaan n.1. vol
gens Paris Soir ernstiger en belangrijker
vraagstukken. Van het Fransche standpunt
bezien, beheerschen de waarborgen voor de
uitvoering der beoogde ontwapeningsover
eenkomst alle andere kwesties.
De Liberté vat drie punten der Fransche
buitenlandsche politiek als essentieel samen:
1) Iedere ontwapening is voor Frankrijk
onmogelijk, zoolang de herbewapening van
Duitschland voortduurt. Dus geen ontwape
ning van Frankrijk, doch controle van oen
huiaigen stand der wapening van Duitsch
land.
2) Definitief overleg over de noodzakelijk
heid der handhaving van de onafhankelijk
heid van Oostenrijk.
3) Overleg over de verdediging van den
gouden standaard.
Over deze drie punten zijn, volgens het
blad, de regeering te Parijs en Rome het
eens.
DE STAVISKY-AFFAIRE.
De Parijsche advocaat en vroegere attaché
bij het ministerie van Financiën Giboud
Ribault werd gisteren door de parlementaire
enquêtecommissie in de zaak Stavisky ge
hoord. Hij verklaarde o.m., dat de naam van
den huidigen minister van landbouw Querilie
dikwijls is genoemd in de omgeving van Sta
visky en dat deze ook heeft gesproken van
den vroegeren minister van luchtvaart, Cot.
Cót heeft in directe relatie gestaan met Sta
visky. Het betrof het koopen van vliegtuigen
en voor zoover de advocaat wist, zijn ook de
koopen gesloten.
Op de vraag of Stavisky de gebroeders
Barmat heeft gekend, antwoordde de getuige;
Neen. Maar ik heb hen gekend. Ik heb in
1929 kennis gemaakt met Julius Barmat en
ben zijn adviseur geweest in bankzaken.
De moordzaak Prince.
In tegenwoordigheid van zeven deskundi
gen is gisteren wederom een lijkschouwing
gehouden op het stoffelijk overschot van
Prince. Als resultaat daarvan heeft men
thans kunnen vaststellen, dat de dood van
den vermoorde is ingetreden tengevolge van
verplettering door den trein. Het histologi-
sche onderzoee der longen heeft echter tevens
aan het licht gebracht, dat Prince voordien
gedwongen moet zijn geweest een zeer irri
tante vluchtige substantie in te ademen,
welke een diepe tijdelijke verdooving veroor
zaakt moet hebben.
Een nieuwe schandaal-affaire?
Een aannemer te Montpellier, die voor
rekening der spoorwegmaatschappij van Zuid
Frankrijk werkte, is wegens malversaties en
bedrog gearresteerd. De bedriegerijen zouden
millioenen franken bedragen. In het nieuwe
schandaal zouden eenige vooraanstaande
personen zijn betrokken.
Directeur der fustitieele politie
van functie ontheven.
Guichard, die jarenlang directeur der Pa
rijsche justitieele politie is geweest, is door
den ministerraad van zijn functie ontheven.
Guichard die op 1 April den leeftijdsgrens
zou bereiken, wordt het verwijt gemaakt, dat
hij de dagvaardingen van den rechter van
instructie van Bayonne van de vroegere mi
nisters Dalimier en Durand met vertraging
heeft uitgereikt.
DOUMERGUE STRENG BEWAAKT.
Een hotel het veiligst.
Voor de eerste maal in de geschiedenis der
Fransche republiek woont de eerste minister
in ambtsperiode in een hotel, zooals thans
de heer Gaston Doumergue doet, waar men
hem beter beschermd acht dan in een der
ministeries.
Frankrijk wil geen risico loopen met den
belangrijksten man des lands, want vanaf
het oogenblik dat Doumergue terugkeerde in
de politiek, na jaren van rust, stapte hij in
een maalstroom van intrige en gevaren en
wist hij, dat achter het StaviskyHschandaal
menschen stonden die er niet tegen op zouden
zien een eind te maken aan het leven van den
man, die hun misdaden aan de kaak wilde
stellen, en de Fransche politiek zuiveren
Het hotel van Doumergue wordt dag en
nacht door 28 politieagenten, in uniform en
in burger, bewaakt. Op een sofa in de gang
voor de kamers van den heer Doumergue zit
een man den geheelen dag in een boek te
lezen en wekt den schijnt alsof hij half
slaapt. Des nachts wordt zijn plaats door een
anderen niet in het oog loopenden waarnemer
ingenomen.
Als de premier naar het ministerie rijdt,
wordt hij altijd in een anderen auto door
vier in burger gekleede politie-beambten ge
volgd.
Achttien agenten in uniform bewegen zich
onafgebroken in en rondom het hotel en twee
andere rijden per fiets voortdurend rondom
het blok huizen, waar het hotel staat.
Maar de getrouwste bewaker van den pre
mier is wellicht mevrouw Doumergue zelf,
die alleen aan persoonlijke vrienden toestaat
de hotelkamers te betreden. Zelfs ministers
mogen niet binnenkomen, tenzij zij besteld
zijn.
MOORD IN PARIJSCH HOTEL.
Vrouwenlijk in bad gevonden.
In een badkamer van een hotel te Parijs
heeft men het lijk gevonden van een onge
veer 35-jarige vrouw. Het hoofd had kneu
zingen en vertoonde sporen van een verstik
kingsdood. De vrouw had des middags met
een persoon van ongeveer 30 jaar een kamer
in het hotel gehuurd. De man was even later
vertrokken en had de boodschap achtergela
ten, dat hij dadelijk weer terug zou zijn.
Uit onderzoekingen is gebleken, dat de
vrouw de echtgenoote was van den Parijschen
fabrikant Hérel.
Het lijk der ongelukkige werd in
het bad gevonden. Eerst meende men, dat de
vrouw verdronken was, maar al spoedig
bleek, dat zij dood geweest moest zijn eer zij
in het water kwam.
Vermoedelijk is zij gewurgd.
Gebleken moet zijn, dat het slachtoffer voor
een waarde van ongeveer 2500 gulden juwee-
len bij zich had gehad en dat de moordenaar
zelfs de brutaliteit heeft gehad om een bont
mantel aan de woning van de vermoorde te
gaan halen.
Het dienstmeisje verklaarde, dat haar me
vrouw Vrijdagmiddag vas uitgegaan en ge
zegd had over een uur of twee terug te zullen
zijn.
Mevrouw Hérel kwam niet terug, maar wel
werd er door een man opgebeld; mevrouw
had 'n ongelukje gehad met haar mantel, en
zou haar bontmantel even laten halen. Toen
het meisje bezwaar maakte, den bontmantel
af te geven, werd overeengekomen, dat me
vrouw twee sleutels als bewijs zou meegeven.
Toen dan ook spoedig daarna een man kwam
om den mantel te halen en de sleutels liet
zien, gaf men den mantel in goed vertrouwen
af.
De echtgenoot van het slachtoffer kan geen
inlichtingen, die tot de ontdekking van den
moordenaar zouden kunnen leiden, geven.
Hem was niets bekend van eenige verhouding
tusschen zijn vrouw en een derde. Het meisje
verklaarde, dat mevrouw eiken dag uitging,
'i zij s'middags, 't zij 's avonds. Het signale
ment, dat zij van den haler van den mantel
gaf, komt overeen met dat van den man, die
de hotelkamer gehuurd had.
ONEENIGHEID IN BULGARIJE.
Kabinetscrisis te verwachten.
Gisteren is het in den ministerraad van
Bulgarije bij de beraadslagingen over het
autonome beheer van de groote staatssteen-
koolmijnen Pernik tot een heftige botsing ge
komen tusschen den minister van financiën
Stefanos (demociaat) en den minister van in
dustrie en handel Gitsoef (boerenpartij).
Stefanos verliet opgewonden de zitting,
waarop deze gesloten moest worden. De
tusschen eenige democratische en bóeren-
ministers reeds sedert verscheidene weken
heerschende spanning schijnt daarmede
openlijk tot uitbarsting te zijn gekomen.
Naar in politieke kringen algemeen wordt
aangenomen is thans ook het gevaar van een
kabinetscrisis naderbij gekomen, aangezien
er weinig kansen zijn, de scherpe tusschen de
leden van het kabinet bestaande meenings-
verschillen te overbruggen. De boerenpartij,
die zich de ruggegraat voelt van de regee-
ringscoalitie en reeds lang haar machtsposi
tie in het kabinet wil versterken heeft haar
wenschen met het oog op de parlementsver
kiezingen van het volgende jaar vooral ge
richt op het ministerie van binnenlandsche
zaken, dat zij bij een reorganisatie van het
huidige kabinet hoopt te behouden.
BLOEDIGE BOTSINGEN IN SPANJE.
Tusschen syndicalisten en politie.
In een voorstad van Madrid hebben sterke
groepen syndicalisten geprobeerd de arbei
ders uit de bedijven, waar nog niet wordt ge
staakt, te dwingen den arbeid neer te leggen.
Tegelijkertijd verspreidden zij vlugschriften,
waarin wordt opgewekt tot sociale revolutie.
De spoedig ontboden politieafdeelingen wer
den met pistoolschoten ontvangen. De politie
beantwoordde het vuur, waarbij een syndica
list ernstig en verscheidenen licht werden ge
wond.
In het centrum der stad werd een vracht
auto, waarmede kranten werden vervoerd,
door stakers met steenen bekogeld en geplun
derd. De kranten, het was een gedeelte der
editie van het katholieke dagblad Ely Lebate,
werden op straat verbrand. Pogingen om in
verschillende drukkerijen brand te stichten,
konden tijdig door de politie worden verijdeld.
MEVROUW TORGLER LIJDT
ARMOEDE.
Haar man mocht zijn familie
bezoeken.
De radio van Moskou deelde dezer dagen
mede dat mevrouw Torgler nooddruftig was,
dat zij zelfs honger leed en dat er niet werd
toegestaan dat er uit het buitenland geld
aan haar gezonden werd.
Dit gerucht is, naar de Berlijnsche corres
pondent van „Berlingske Tidende" vernam,
gedeeltelijk juist, daar mevr. Torgler geener
lei ondersteuning ontvangt maar bij haar
schoonvader inwoont, een gepensionneerd
ambtenaar van de gasfabriek. Zij kreeg wel
ondersteuning toen zij in Karlshorst bij Ber
lijn woonde, maar nadat zij haar meubelen
had beleend, verhuisde zij. Het was haar ech
ter feitelijk onmogelijk ergens een kamer te
vinden want zoodra de menschen den naam
Torgler hoorden, smeten zij de deur voor
haar neus dicht; niemand durfde haar in
huis nemen. Tenslotte moest zij daarom haar
intrek nemen bij haar schoonvader. Deze
heeft een pensioen van ongeveer 80 Mark per
maand en volgens de Duitsche wet kan
slechts één lid van ieder gezin ondersteuning
krijgen, zoodat de familie, met inbegrip van
mevrouw Torgler, van deze 80 Mark moet
leven.
De schoonvader is ongeneeslijk ziek en
heeft niet lang meer te leven. Naar aanlei
ding hiervan heeft, volgens den correspon
dent van het Deensche blad, Torgler onlangs
toestemming gekregen om geheel vrij en zon
der geleide de familie te bezoeken. Hij kwam
onverwacht, zoodat hij zijn vrouw niet thuis-
trof. en bleef een uur waarna hij vertrok.
De communisten in Duitschland ondersteu-
Hoog bezoek bij Mussolini. (Dag.
Overzicht).
Bloedige botsingen in Spanje.
(Buitenland).
Mevr. Torgler lijdt armoe. (Buiten
land).
Ford verhoogt de loonen. (Bui
tenland.)
Bij Tegelen (L.) een dame doodge
reden. De auto reed door. (Binnen
land.)
Het conflict in het maatkleeding-
bedrijf geëindigd. (Binnenland.)
Treinontsporing op de lijn Zwolle
Stadskanaal. (Binnenland.)
(Zie verder eventueel laatste
berichten).
nen mevrouw Torgler niet, vermoedelijk om
dat zij er niet toe in staat zijn.
Torgler's dochter heeft het daarentegen
goedzij bevindt zich te Praag bij een advo-
catenfamilie. De zoon van Torgler is in Pa
rijs en gaat over eenige weken naar Moskou
waar hij zal worden aangesteld als instruc
teur van de communistische jeugdvereeniging
Komsomol.
De familie had gehoopt dat Torgler vrijge
laten zou worden op den verjaardag van den
Rijksdagbrand, op denzelfden dag dat de
Bulgaren werden losgelaten en dat dit niet
gesphiedde "'as een groote teleurstelling in
haar moeilijke omstandigheden.
FORD VERHOOGT DE LOONEN.
Minimum-basis van vijf dollar
per dag.
De United Press deelt het volgende mede:
De Ford-maatschappij deelt mede, dat zij
de loonen in al haar fabrieken in geheel
Amerika tot de minimum-basis van vijf dol
lar per dag heeft verhoogd; deze loonsver-
hooging wordt reeds heden van kracht. Dit
is de eerste algemeene loonsverhooging bij
Ford sinds Febr. 1929; in Febr. van dit jaar
werden wel de loonen van 17.000 man iets
verhoogd.
PRINSES TOESOEPOV KRIJGT
5000 DOLLAR.
Filmmaatschappij moet 20.000
dollar deponeeren.
Op verzoek van de Metro-Goldwyn-Mayer
Pictures heeft het hof van beroep gisteren
een opschorting van de uitvoering toegestaan
tot aan de behandeling in hooger beroep van
de veroordeeling der filmmaatschappij tot
het betalen van een schadevergoeding van
25.000 dollar aan prinses Irina Alexandrovna
Joessoepov wegens „smaadschrift" in ver
band met de film „Raspoetin".
Het Hof gelastte evenwel dat de maat
schappij binnen zeven dagen 20.000 dollar
bij het Hof moest deponeeren en eveneens
binnen zeven dagen 5000 dollar moest beta
len aan de prinses, welke bedragen moeten
worden teruggegeven als het beroep ontvan
kelijk wordt verklaard. Het Hof weigerde
evenwel het verbod tot het vertoonen van de
film op te schorten.
Sir William Jowitt, die voor de filmmaat
schappij optrad, zeide dat de prinses zich te
Parijs bevond en naar het heette geen geld
had.
Sir Patrick Hastings, voor de prinses op
tredend, zeide vernomen te hebben, dat de
film naar Londen terug werd gebracht. Vol
gens gedaagden zou er thans een versie van
de film zijn gemaakt die niet onder het ver
bod viel.
Een der leden van het Hof zeide dat dit
thans niet kon beslissen of de nieuwe versie
al of niet beleedïgend was voor de prinses.
Waarop sir William Jowitt meedeelde dat
alles uit de film gecoupeerd was waartegen
men met reden bezwaar kon hebben. De film
had een heelen boel geld gekost en de maat
schappij wilde haar nu in een onschuldigen
vorm vertoonen.
Een andere rechter deed opmerken dat de
maatschappij ook vroeger dacht, dat de vorm
onschuldig was.
Sir William Jowitt zeide nog dat het on
mogelijk was prinses Natasja weg te laten,
daar zij voortdurend in de film voorkwam,
maar dat alle passages, waaruit kon worden
afgeleid dat zij ongeoorloofde betrekkingen
met Raspoetin onderhield, weggelaten waren
Elezelfde rechter zeide nog, dat het Hof
niet kon zeggen of er iets waar bezwaar te
gen was in de film voorkwam zonder haar
gezien te hebben. Hij had niet begrepen dat
de jury bij de behandeling in eersten aanleg
zonder den rechter naar de film was gaan
kijken. Waarop Jowitt weer verklaarde dat
hij den rechter had gevraagd de film te gaan
zien daar deze anders de jury niet de noodige
aanwijzingen kon geven, aangezien hij een
actie wegens smaadschrift behandelde zon
der het smaadschrift „gelezen" te hebben.
Zooals gezegd vond het Hof geen aanlei
ding het verbod op te schorten.