Nederland wint in Antwerpen met 4-2
De zege absoluut verdiend.
Drie doelpunten in 3 minuten!
Voor den grooten strijd.
Het spelverloop.
Alhmaarsche Courant van Maandag 30 April 1934,
HOE ORANJE WON.
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
(Van onzen eigen redacteur.)
Antwerpen, Zondagavond.
Nederland heeft de reeks van
successen, geboekt in interland
wedstrijden, voortgezet met een
verdiende 4'2 overwinning op
de Belgen. Daarmee is tevens
het trotsche record: in de bloei
periode geen wedstrijd verloren
op vreemd terrein! gehand
haafd.
Bovendien was de uitslag nog
juist voldoende, om de Belgen
mee naar Italië te nemen en
hoewel geheel Nederland daar
over verheugd is, stemt het des
te vreugdevoller, nu er hard
gevochten moest worden.
De wedstrijd werd niet cadeau
gegeven; verre van dat. Alleen
zag Nederland geen kans, om
gedurende 90 minuten zich ge
heel te geven.
Inderdaad, de wedstrijd is gewonnen,
verdiend gewonnen, maar er waren
perioden, waarin België in de meerder
heid was. Dat waren vooral de begin
periode en het beruchte eerste kwartier
tje na de rust, dat echter op de minuut
af afgesloten werd met een Nederlandsch
doelpunt, dat de gelijkmaker was. Toen
vooral speelde het Belgische elftal met
een onbeteugelenden wil, om te winnen,
maar toen kon het slechts een doelpunt
scoren. Maar ondertusschen had het 51
minuten geduurd, voordat dit doelpunt
kwam.
Daaruit blijkt meteen, dat de rust met
b'anco stand inging. Geen der beide
partijen had kans gezien, om de doelver-
dedigers in de eerste helft te passeeren.
Eenerzijds kwam dat, doordat v. d.
Weyer in ongekend grootschen vorm
was .anderzijds, doordat onze verdedi
ging betrekkelijk weinig moeite had met
den Belgischen aanval. Het was, alsof
de Belgen zich bewust waren, de minde
ren te zijn: ze speelden in een vrij hoog
tempo, hun spel was forscher dan an
ders, maar bovendien leek het, of de
roode duivels te gehaast waren. Er ont
brak iets aan het samenspel. De aanval
len werden wel behoorlijk opgebouwd,
maar de afwerking was .iet zoo, dat er
dikwijls gevaar kwam. Er mankeer le
juist kat kleine beetje zuiverheid aan,
dat noodig was, om zich kansen te
scheppen.
En mocht er al eens een kans zijn, dan
was daar Keizer, de debutant, die oer-
kalm en razend vlug was, en steeds op
zekere wijze onheil voorkwam. Keizer
was in dezen wedstrijd zeer zeker de
meerdere van v. Male, al was het slechts
alleen, omdat hij meer aan het spel
deelneemt.
Of hij de gelijke was van v. d. Weyer?
Dat durven wij niet zeggen, want Keizer
is daartoe niet in de gelegenheid geste'd
geworden, v. d. Weyer kreeg zoo ont
zettend veel en zoo buitengewoon moei
lijk werk te doen, dat hij allemaal keurig
verrichtte, dat een vergelijk ten eenen-
male onmogelijk is.
Wij zeiden reeds, dat de Belgen for
scher speelden dan gewoonlijk. Inder
daad, dit was een forsche wedstrijd, dit
was weer een strijd om de puntjes en
niet alleen om de nationale eer. Nu kon
den de Nederlanders best tegen een
stootje en zij aarzelden niet, om ook op
den man te spelen, als dit noodig was,
maar een paar Belgen deden toch iets,
wat niet heelemaal in orde was. Zoo
vergat v. d. Weyer zich eens en trapte
Bakhuys na, zoo deed Voorhof wel eens
raar, maar gelukkig bleef alles nog bin
nen de perken.
Een gevolg van het op de man spelen
was, dat Pappaert reeds in het eerste
half uur met Bakhuys in een knoop
kwam. De Belg moest het veld hinkende
verlaten. Gelukkig bleek de invaller
geen slechte vervanger, want het leek
ons. dat de verdediging er juist iets ster
ker door werd.
Hoe Nederland won.
De doelpunten bleken in de eerste helft
te duur. Weliswaar ontkwam het Belgi
sche doel een paar keer op het laatste
nippertje aan een doorboring, maar v. d.
Weyer en zijn mannen konden zich hand
haven. Aan den anderen kant lukte het
al evenmin. Alleen kregen de Belgen een
serie corners te nemen, maar geen van
deze bracht serieus gevaar.
Toen begon de tweede helft. En ziet, de
Belgen trachtten de situatie meester te
worden. Ze zetten er plotseling een
enorm tempo in en naderden het Oranje-
doel. De eerste poging mislukte, een
tweede eveneens, maar
Een vlotte aanval, waarin de
geheel e Belgische voorhoede be
trokken was, bracht den bal ten
slotte bij Capelle, die van dicht
bij onhoudbaar Keizer passeer
de. 't Gebeurde heel normaal en
j. men zag als ware het doelpunt
komen.
Dat was 6 minuten na de hervatting
en onmiddellijk reageerden de Neder
landers. Een offensief werd door Vente
ingeleid, maar de duivelsche Belgen
trokken terug en met 8, soms 9 man pro
beerden ze, zich te handhaven.
Dat duurde zoo bijna 10 minuten. Toen
gelukte het Bakhuys en Vente, om door
een snelle en breede aanval de Belgische
verdediging uit elkaar te rukken. Wels
zette een voorzet voor het doel, twee,
drie Belgen stoven naar den gevaarlijken
Bakhuys, Vente was al onschadelijk ge
maakt, doch diezelfde Belgen verga
ten, dat Smit ook doelpunten kan ma
ken. En zonder al te veel moeite kwam
dus de gelijkmaker.
Maar Nederland had niet genoeg aan
dat eene doelpunt.
Er volgde een korte periode
van verbluffend snel en accuraat
samenspel, dat weer vol variatie
was en precies 3 minuten na den
gelijkmaker was de stand 3—1
voor Nederland!
Toen kwam het Belgische snoepreisje
naar Rome in gevaar en dat beseften de
Belgen ter dege. Ze zetten de t..nden op
elkaar, ons team werd ie's minder vin
niger en het eind van het liedje was dat
de stand 23 werd!
Al weer hoopte men in het Belgische
kamp op een onverwacht succes, maar
ziet, voor de tweede keer reageerde Ne
derland op een doelpunt. Het \uur laai
de weer op, het spel werd weer ver
plaatst naar de Belgische helft en geen
oogenblik kwam de zege van Nederland
toen meer in gevaar.
Bakhuys zorgde er voor, dat ook de
hartlijders geen ongelukken begingen
en solo-de op zijn gemak door de Belgi
sche verdediging, om met een enorm
hard en laag schot aan alle eventueele
onzekerheid een einde te maken.
Toen was het 2—4. Wel bleef er nog
een kwartier te spelen, doch de Belgen
waren met dezen stand tevreden en ook
Nederland geloofde het wel. Een werke
lijk serieuze kans kwam er niet meer en
het slot was: Nederland won met 42
en België gaat mee naar Italië!
Zooals wij Zaterdag schreven, was het:
Nederland veroverde Antwerpen zonder
slag of stoot. De geheele binnenstad'
bleek tjokvol Hollanders te zijn, die met
extra-treinen, autobussen en honderden
gewone auto's de grens waren overge
komen.
In groote drommen trok men naar de
Keizerlei, de café's en terrassen vulden
zich met een vroolijke menigte, oranje
lintjes, oranje hoeden, vlaggetjes, toe
ters, luidsprekers, alles had men aan, op
of bij zich en iedereen was zeker van een
Nederlandsche overwinning.
Zoo brak de Zondag aan. De nacht
was voorbij gegaan in een groote druk
te. Duizenden hadden heel netjes kamers
besteld, maar vergaten te gaan slapen.
Men kon er niet toe komen, omdat de
sfeer te gezellig was.
De Zondag bracht schitterend mooi
weer, met veel zon en weldadige warm
te. Opnieuw brachten de treinen bezoe
kers naar de Scheldestad, steeds voller
werd het overal, in alle straten en in de
Scheldewijken. Velen maakten een toch
tje over het breede water, velen ook
bezochten eventjes de Scheldetunnels,
anderen zochten elders tijdverdrijf, maar
tenslotte trok tegen den middag toch al
les naar het Antwerp-veld.
Het zal waarschijnlijk wel de laatste
keer zijn, dat het Antwerp-stadion voor
deze landenwedstrijden gebruikt wordt.
Misschien zullen er zijn, die dat betreu
ren, omdat dezulken van traditie hou
den. Maar verreweg het grootste deel der
Nederlandsche bezoekers zal zonder
spijt afscheid genomen hebben van aet
veld.
Dat is niet zoozeer om het terrein zelf,
dan wel, om verschillende andere rede
nen. Ten eerste ligt het veld ruim een
uur gaans weg uit de binnenstad. Verder
is de verbinding er heen zeer primitief.
Men kan een tram nemen, doch moet
dan nog zeker een half uur loopen. Men
kan een taxi nemen, doch deze zijn bijna
niet te krijgen. Bovendien huldigen de
taxi-chauffeurs de goeden niet te
na gesproken bij interlandwedstrijden
het afzetsysteem. Dat hebben wij aan
den lijve ondervonden.
Wij charterden na vele vergeefsche
pogingen met ons vijven een taxi en de
chauffeur vroeg maar eventjes 10
francs per persoon. Keuze hadden wij
niet en zoo kon onze vriendelijke vriend
in zijn vuistje lachen en in een half
uurtje 50 francs opstrijken! Oftewel on
geveer 3.50 Hollandsch geld
Zoo worden nu eenmaal zaken gedaan.
De inrichting zelf ziet er oppervlakkig
beschouwd aardig uit. Voor het stadion
liggen twee complexen fraaie tennis
velden, het voetbal-speelveld is keurig
onderhouden, maar de tribunes.
Om op de persplaatsen te komen, is
men gedwongen een lage, smerige gang
door te wandelen en men komt te voor
schijn met kalkstreepen en -vegen op jas
en broek.
En danmag men in schoolbanken
zitten, om een verslag te schrijven. Voor
schrijver dezes gaat dat wel, maar er
zijn collga's wier omvang het niet toe
laat, om zich in de banken te wringen.
Zij moeten zich maar behelpen met kof
fers, of ze moeten maar staan.
Tenslotte zijn de persplaatsen erg laag,
zoodat een duidelijk overzicht nooit te
verkrijgen is.
Hollander, de Avro-man, heeft ook
niet zoo'n fraai uitzicht als bij ons. Hij
zit vlak achter ons, ook laag en wij ge-
looven zeker, dat hij niet het heele veld
heeft kunnen overzien.
Overigens, voor een club is deze in
richting zeker schitterend te noemen.
Men bergt toch altijd nog een 40.000
menschen op dit terrein, waarvan het
grootste deel echter staan moet.
Hoe het zij, als Antwerpen straks een
modern stadion krijgt, zal ongetwijfeld
alles beter worden. Dan zal men ook re
kening houden met het parkeervraag-
stuk en eveneens met de toegangswegen.
Aan beide ontbreekt zoo ongeveer alles.
Wat zijn wij verwend in Amsterdam
en wat kunnen wij op zoo'n Antwerp-
schen dag deAmsterdamsche organisatie
en de Amsterdamsche verkeersmaatre
gelen waardeeren!
In Amsterdam is het gewoonte, dat de
wachtenden worden onthaald op muziek
van een rondmarcheerend muziekkorps.
Zoo'n korps is ook te Antwerpen aanwe
zig, doch dat zwijgt gedurende langen
tijd.
Neen, in Antwerpen wordt steeds een
juniorenwedstrijd gehouden tusschen
de twee sterkste junioren-ploegen van
België.
Zoo ook deze keer.
Ie hope van België speelde den serieu-
zen wedstrijd, die den neutralen toe
schouwer inderdaad kan boeien. Er
werd uitstekend gespeeld door beide
ploegen en zoowel tactisch als technisch
kunnen heel wat Nederlandsche eerste
klassers van dit spel nog wat leeren.
Het zou dus wel eens kunnen blijken,
dat in België de jeugd, dus de toekomst
bezit
Dat stemt verheugend voor onze
Zuidelijke naburen. Zij mogen dan op in
ternationaal gebied een soort depressie
doormaken, de toekomst behoeft niet
donker te worden ingezien.
Wij komen hier op een terrein, dat nog
we even besproken mag worden.
Het verschil tusschen de twee
nationale elftallen.
Nederland is thans positief sterker dan
België. Komt dat, doordat onze spelers
zoo veel sterker zijn? Och, wij gelooven
dat niet zoo direct. Veel meer meenen
wij, dat het verschil zit in de opleiding.
Karei Lotsy heeft een nationaal elftal
gevormd. Het is vroeger maar al te vaak
gebeurd, dat een uitstekend clubspeler
zich in de nationale elf niet thuis voel
de en steeds zwakker speelde dan ge
woonlijk. Dat kan thans niet meer voor
komen.
Het is vroeger wel eens gebeurd, dat
de spelers in den trein met elkaar ken
nis maakten. Dat is nu afgeloopen, totaal
fini. Nu kent men elkaar bij voer- en
achternaam, nu noemt men elkaar
bij den voornaam. Onze Nederlandsche
voetballers zijn vrienden geworden; zij
kennen elkaar door en door. Het Neder
landsche elftal bestaat niet meer uit
elf spelers, maar is een club op zich zelf
geworden.
In België werkt men tegenwoordig
met clubmootjes. Men kijkt maar eens
naar de achterhoede. Keeper, backs en
spil zijn spelers van eenzelfde club
Men doet dat in België, omdat men
oordeelt, dat die spelers op elkaar inge
speeld zijn, elkaar kennen.
Dat is volkomen juist. Maarde
overige spelers moeten zich aanpassen
gedurende den wedstrijd; misschien
heeft men een paar keer samengespeeld,
maar dat is ook alles.
En het Nederlandsche elftal. Dat is
geen clubmoot, dat is een club Het heele
elftal is ingespeeld, de elf jongens ken
nen elkaar's spel
Zie daar het geheim van het succes!
En daarom kan het ook best verklaard
worden, dat het Nederlandsche voetbal
op zich zelf iets lager staat dan het Bel
gische. Onze junioren kunnen eenvoudig
niet vergeleken worden met de Belgi
sche; onze eerste klassespelers zijn veel
te veel in de talrijke clubs verdeeld.
Wanneer wij hier een hoofdklasse had
den, zooals in België, ongetwijfeld zou
ook het Nederlandsche voetbal in 't al
gemeen stijgen.
Zoover zijn wij helaas nog lang niet.
Na den strijd.
Het spreekt vanzelf, dat de Nederland
sche kolonie na den wedstrijd dubbel en
dwars tevreden was. De spelers kregen
een langdurige ovatie, de stemming 'er
duizenden was perfect en overal hoorde
men zingen, dat er geen land was, dat
Nederland zou kunnen slaan
Iets, wat wij maar niet zullen onder
schrijven. Italië zal daar wel nader be
richt over sturen!
Hoe het echter zij, de Oranjemannen
hebben er voor gezorgd, dat Nederland
weer meer bekend wordt in de interna
tionalen voetbalwereld.
Onze jongens hebben er opnieuw voor
gezorgd, dat er over het landje aan de
Noordzee gesproken wordt, niet alleen
in België, maar in alle landen van Eu
ropa en daar buiten!
Nederland zal zich nu toch wel ge
plaatst hebben bij de acht sterkste lan
denploegen. Wie had dat 3 jaar geleden
durven droomen?
Over het spelverloop nog het volgende:
Prachtig op tijd klinkt een luid hoezee-
geroep op. De muziek zet het Wilhelmus
in, alles gaat staan en heel krachtig
klinkt uit duizenden kelen het nationale
volkslied, krachtiger, overtuigender
dan ooit.
De elf Oranjemannen staan in de hou
ding, de kiektoestellen klik-klakken en
daneven los trappen.
Even later komen de Belgen. De Bra-
bangonne galmt, ook dit lied wordt mee
gezongen, maar typisch genoeg niet zoo
krachtig, niet zoo overtuigend, 't Is of de
Belgische supporters het ergste vree
zen.
Reeds nu, terwijl er nog niet getost is,
gaan de Nederlandsche vlaggetjes om
hoog. Reeds nu juicht men, wil men
vuur in de Oranje-elf brengen.
Dan komt de Engelschman Rous met
zijn beide grensrechters v. Moorsel
(Ned.) en Franken (België) op het veld;
handjes schudden, raden en Puck van
Heel kiest zonnadeel, omdat straks de
zon lager zal staan en dus nog lastiger
zal zijn.
Het schrille fluitje van den Engelsch
man, die 24 uur vroeger de cup-final in
Londen leidde, klinkt en Cappele brengt
het leer aan het rollen.
De strijd is begonnen door do volgen
de elftallen:
B e 1 g i e.
Van de Weyer
(Union St. Gilloise)
Pappaert Smellinckx
(U. St. Gilloise) (U. St. Gilloise)
Peeraer Welkenhuyzen Claessens
(Antwerp) (U.St. Gill.) (U.St Gill.)
Voorhoof Grymonprez
(Liersche) (R.C. Gent)
Versyp Capelle R. Ledent
(F.C. Brugge) (Stand.) (Stand.)
Scheidsrechter O ROUS (Engeland)
Mijnders Smit Bakhuijs Vente Wels
(D.F.C.) (Haarl.) (Z.a.c.) (Nept.) (Unitas)
Van Heel Anderiesen Pellikaan
(Fijenoord, aanv.) (Ajax) (LONGA)
Van Run Weber
(P S.V.) (A.D.O.)
Keizer
(Ajax)
Nederland.
De Belgen willen blijkbaar zoo spoedig
mogelijk van het zonvoordeel profiteeren
en al heel gauw komt er gevaar, als de
rechtervleugel onder leiding van Voor
hoof ons doel nadert. Anderiesen brengt
echter redding, doch opnieuw komt de
snelle rechterwing terug en forceert een
corner, die heelemaal geen gevaar op
levert.
Dan probeert Nederland het, maar
v. d. Weyer geeft niet thuis en direct
daarop vangt Keizer heel kalm een ver
en hoog schot van Capelle op.
De Belgen spel en iets vinniger en
sneller en ook van Run en Weber moe
ten handelend optreden. Ze ruimen re
soluut op en dan krijgt Bakhuys den bal.
De lange Zwollenaar rent alleen langs
de verdediging, doch op het critieke mo
ment struikelt hij en v. d. Weyer kan
nog net redden.
Van Run, ver opgedrongen, stopt dan
midden in 't veld een bal met zijn han
den, doch de vrije trap wordt door
Weber heel resoluut gekeerd, waar Bak
huys al weer in actie is. Hij krijgt ech
ter geen vrij spel, de Belgische verdedi
gers zijn als de dood voor hem en Bak
huys krijgt geen kans.
Beter gaat het aan den anderen kant,
waar Capelle een hoogen voorzet van
Versyp opvangt, maar Keizer houdt nog
geen spreekuur.
Dan volgt een razend snelle en gevaar
lijke aanval der onzen. Bakhuys plaatst
naar Smit, die naar Vente, deze mist,
doch Wels ziet de kans en een lage
schuiver volgtin de handen van
v. d. Weyer.
Direct daarop dreigt Mijnders heel
gevaarlijk te worden, maar Pappaert
omarmt hem en de vrije trap brengt
geen succes!
Een langdurig en angstig gevecht komt
er dan voor ons doel. Weber redt, doch
kan het leer niet goed wegwerken. Een
tweede poging der Belgen is daar 't ge
volg van, doch nu is het schot zoek en
de kans is al weer verdwenen.
Zoo verstrijkt het eerste kwartier, in
welke periode de Belgen iets meer in
den aanval zijn geweest, doch Nederland
een paar goede kansen heeft gehad. Kei
zer heeft in deze korte, doch belangrijke
periode een paar keer de gelegenheid
gehad, om te toonen, dat hij zijn plaats
waard is en bovendien weten wij nu al,
dat België niet verpletterd zal worden.
Vooral aan het verdedigen wordt de
m"este zorg besteed.
De eerste helft is precies 25 minuten
oud. als België weer een corner te nemen
krijgt. Versijp zet scherp voor het doel,
doch van Heel knikt goeden dag tegen
het leer en meteen is het gevaar ge
weken.
Dan, bij 'n snellen aanval van ons bin
nentrio komt Pappaert in botsing met
Bakhuys. De spelers liggen als 't ware
in een knoop en het blijkt, dat Pappaert's
enkel pijnlijk geworden is. Hij wordt ver
vangen door Van Dessel en beide backs
wisselen van plaats. De verdediging is
ei- echter niet zwakker door geworden.
Na dit incident volgt een snelle Ne
derlandsche aanval en v. d. Weyer loopt
ver uit. Goed gezien, want hij kan net
het leer van Ventes schoen wegpikken.
A nerrow escape!
Even is het kalm op het veld, totdat
heel plotseling het vuur weer oplaait aan
beide kanten. Nu is er van een Belgisch
veldoverwicht geen sprake meer. Inte
gendeel, ons Oranjeteam gaat nu tot Jen
aanval over. De druk op het Belgische
doel wordt groot, wordt grooter. Eerst
schiet Vente net naast, dan kanjert Bak
huys in de handen van v. d. Weijer en
deze laatste weet in één minuut nog
drie kanonschoten van den langen Ne
derlandsch en mid-voor op fraaie wijze
onschadelijk te maken.
Een plotselinge uitval der Belgen
brengt een kans, maar Leden* schiet
precies naast het doel. En nog geen hal
ve minuut later schiet Smit buiten het
bereik van v. d. Weyer tegen de paal!
Het laatste kwartier voor de rust komt
dan. Nu blijkt, dat Nederland pas goed
het offensief inzet. Alle linies sluiten
prachtig aan, steeds weer varieerend
gaat het op v. d. Weyer af, de backs en
de halflinie der Belgen verdedigen zich
met man en macht en keeper v. d. Weyer
is in ongekend grootschen vorm. Alle
kogel9, hard en zuiver, stopt hij en
werkt hij weg.
Totdat in de 42ste minuut de eerste Ne
derlandsche corner komt. Mijnders zet
goed voor het doel, doch weer redt
v. d. Weyer.
Schoten van ons binnentrio volgen
elkaar snel op, maar v. d. Weyer is ab
soluut ongenaakbaar; vallende, stom
pende, ranselende, op allerlei wijze en
steeds indraaien stijl houdt hij zijn doel
schoon en zoo komt de rust met blanco
stand (0—0).
De tweede helft.
Zoowaar begint de tweede helft met
een Nederlandschen aanval, doch het
schot van den mid-voor verdwijnt achter
het doel. Het is dan de beurt van Voor
hoof, die keurig en snel den bal op
brengt en op het goede moment een
through-pass naar Capelle geeft. Keizer
weet het leer niet te bemachtigen, doch
tot ons geluk heeft de Belgische mid-
voor de richting niet goed gekozen. Doch
de roode duivels komen terug.
Het beruchte kwartiertje is begonnen.
Fraai combineerend wordt de aanval
opgezet en er komt opnieuw gevaar, dat
echter door Pellikaan bezworen wordt.
Enkele minuten later echter gaat het
fout. Bij een hernieuwde poging der Bel
gen aarzelt van Run even, Capelle krijgt
een niet te missen kans en
België leidt na 6 minuten!
Dat is de groote verrassing, vooral
voor de Belgische tribunisten. Luide
moedigen deze hun spelers aan en dat
is noodig, want onmiddelijk begint een
Nederlandsch offensief.
Opnieuw evenals voor de rust
gaan de linies naar voren, Bakhuys ca.
verhoogen het tempo en de Belgen kun
nen zich nauwelijks staande houden. De
geheele middenlinie trekt op doel terug,
zelfs de binnenspelers worden verdedi
gers en zoo moeten de Oranjemenschen
trachten door een muur te breken.
Het initiatief is geheel aan den kant
van Nederland, maar Bakhuys en Vente
krijgen geen kansje. En dan blijkt, hoe
onze voetballers hun hersenen gebrui
ker Plotseling gooit Bakhuys het spel
geheel open, Wels krijgt een lange pa~s,
lokt een der verdedigers naar zich toe,
zet hoog voor en de Belg'sche verdedi
ging ijlt naar Bakhuys en Vente, die bei
den den bal laten gaan. En Smit krijgt
daardoor de gelegenheid, om
na 15 min. den gelijkmaker
te scoren.
De duels op het Belgische doel blijven
voortduren. De beroemde minuten zijn
aangebroken. Alsof het kinderspel is,
zig-zaggen de Nederlanders langs de
Belgen, Bakhuys naar Vente, Vente naar
Bakhuyseen knal, precies onder de
lat! (1—2).
En net 3 minuten na den gelijkmaker
deponeert Vente een van de lat terug
springende bal van Smit in het net.
Zoodat in 3 minuten tijds een 10
achterstand is omgezet in een 3—1 voor
sprong.
Het spel wordt dan weer tammer en
nu kunnen de Belgen ook weer een paar
keer aanvallen. Toch dreigt het gevaar
weer aan den anderen kant, doch v d.
Weyer redt op wonderlijke wijze een
paar keer.
Opnieuw probeeren de roode duivels
zich het snoepreisje naar Italië te ver
overen en als er plotseling een door
braak komt, houdt Keizer 't harde schot
vai Capelle wel, doch hij kan het leer
niet in zijn bezit houden en Grimmon-
prez zorgt voor een tweede Belgisch doel
punt (23).
Er moet dan nog 18 minuten gespeeld
worden en evenals bij het eerste Belgi
sche doelpunt, komt ook nu onze aanval
weer los. 't Lukt echter niet meer, totdat
in de 39ste minuut Bakhuys er alleen
tusschen uittrekt handig passeert hij de
verdediging en in een ondeelbaar oogen
blik ziet hij kans. om van verre een hard
en laag schot te lossen, dat totaal on
houdbaar in het doel vliegt (2—4).
Nu is Nederland's overwinning zeker,
vooral, waar het offensief voertduurt.
De Belgen gaan weer verdedigen v d
Weyer blijft de held en de resteereude