DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. fixigdiiksch OmczkfU Duitschland zoekt meer toenadering. ^Buitenland Een Duitsch-Poolsche idylle. He. 148 Dinsdag 26 Juni 1934 136e Jaargang Wat vandaag de aandacht trehi ALKMAARSCHE CQURA Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE AD VERTENTIEN: Van 1—5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33. Directeur: C. KRAK. Dit nummer bestaat uit twee bladen Duitschland voelde zich, vooral sinds zijn uittreden uit den Volkenbond, als door een ring omsloten en de regeering heeft thans het voornemen opgevat, om althans naar buiten eenige toenadering te zoeken. De eer ste stap hiertoe was een vriendschappelijk bezoek van Göbbels aan Polen en in dit op zicht is de regeering volkomen geslaagd. Maar Berlijn wil nog meer. Het heeft Goebbels naar Warschau ge stuurd; niet een van de diplomaten, overge nomen van het oude systeem, en ook niet een van de aristocraten, die zich nu, gelijk von •Ribbentrop, als toonbare onderhandelaars in dienst van hun land hebben gesteld, maar een echten nationaal-socialist, van het radi cale soort nogal. Dit is altijd een experiment. Men weet, welk een ervaring Rosenberg in het begin van de nationaal-socialistische heerschappij, te Londen heeft opgedaan. De onversaagde Balt is den schrik nooit te bo ven gekomen, en heeft blijkbaar beseft, dat menschen die in een strijd staan gelijk hij in Duitschland voert, voor nationaal artikel van uitvoer niet geschikt zijn. Göbbels is te Geneve geweest en heeft de journalisten ont vangen. Hij sprak toen zeer gematigd en voorzichtig, en slaagde erin „mee te vallen". Hij is er, ook toen daar nog aanleiding toe was, niet teruggekomen, waarschijnlijk over wegend, dat als men zoo moet optreden, de reis de moeite niet waard is, aldus de N.R. Crt. Göbbels had in ieder geval geen reden, om geschrokken te zijn van een optreden in het buitenland. Daarom is hij zeker welge moed naar Warschau getogen. Of de Polen niet het hunne hebben gedacht van het be zoek, juist van den minister van propagan da? Hoe het zij, Göbbels is te Warschau goed ontvangen. Heel voorzichtig is hij er heen gegaan, als „particulier reiziger". Hij bracht het tot een onderhoud met Pilsoedski. Zooals te Geneve bereikte hij door beschei denheid een zekere mate van succes, in ieder feval in de oogen van zijn landgenooten. al men een systeem maken van dergelijke bezoeken over en weer? Men heeft reeds ge sproken van een ontmoeting van Hitier en Pilsoedski te Dantzig. Denkbaar is her, maar wij zullen het moeten zien voor wij het gelooven. In ieder geval heeft het stelsel der keizerlijke reizen in Duitschland weer kans in eere te geraken. Als men het contact te Geneve verloren heeft, moet men op die ma nier persoonlijke betrekkingen tot bujten- landsche staatslieden trachten te vinden. Zweeft Hitier, zooals eens keizer Wilhelm II, als hoogste reisideaal voor, eens te Parijs met betoon van vriendelijkheid te worden ingehaald? Het begint er steeds meer op te lijken. Het is jammer dat de practische be zwaren zoo groot zijn. De politie in geen enkel land met een vrij politiek leven zal op een dergelijk bezoek gesteld zijn, vanwege het gevaar voor betoogingen, dat er onver mijdelijk mee verbonden is. Tusschen Warschau en Berlijn botert het goed. Beide regeeringen zijn vóór elkaar troeven van belang, in hun spel tegenover ar. deren. En de Polen varen volstrekt niet bij slecht bij de nieuwe betrekkingen. Niet dat Duitschland het gelag betaalt. Voor Duitsch land bestond er geen grooter noodzakelijk heid, dan juist ontspanning in oostelijke richting. Voor Duitschland is het echter al leen afwenden van gevaar, terwijl Polen, door de voorloopige beveiliging van zijn grenzen, rechtstreeksche voordeden uit den nieuwen toestand trekt. Belangwekkend is een overeenkomst, die nu tusschen Warschau en de regeering te Dantzig tot stand gekomen is. Dantzig is in naam altijd nog van Berlijn onafhankelijk, maar de politiek van de nationaal-socialisti sche regeering der Vrije Stad wordt natuur lijk uit Berlijn gedicteerd. Een van de ge vaarlijkste punten van geschil in het gebied van Dantzig is, zoolang de Vrije Stad be staat, de competentie geweest ten opzichte van de veiligheid in het havengebied. De hooge commissarissen en de Volkenbond hebben heel wat met deze kwestie te stellen gehad. Nooit is dit geschil gevaarlijker ge worden dan in Maart 1933, kort na het tot de macht komen van Hitler in Duitschland, toen, ter verdediging van de Poolsche be langen in de haven van Dantzig, de Polen een bezetting van de Westerplatte ernstig hebben overwogen. Het gevaar van een der gelijke daad, die een militaire occupatie van niet-Poolsche gebied zou zijn geweest, is toen een oogenblik heel erg acuut geweest. Wij hebben het hier wel eens verteld het waren niet de Duitschers alleen, die in dit plan het werk van zekere groepen te War schau hebben gezien, die niet ongaarne op dat oogenblik een conflict met Duitschland, dat zij toch voor de toekomst onafwendbaar geloofden, zouden hebben geprovoceerd. Het gevaar is afgewend, vooral ook door een ge lukkig beleid van den toenmaligen hoogen commissaris. Berlijn had echter den schrik beet. juist in Dantzig is het toen begonnen, alle punten van wrijving met de Polen op de radicale wijze, waaroip een dictatuur, die bal last uitwerpt, te werk kan gaan, op te heffen Nu is er dan een schikking gekomen tus schen Dantzig en Warschau over het politie toezicht in de haven en op de waterwegen van Dantzig. Een voorloopige afspraak is daardoor tot een verdrag gemaakt, dat be doeld is permanent te worden. Vroeger eisch- te Polen óf een internationale politie te Dantzig, of een Dantzigsche havenpolitie on der neutraal toezicht. De overeenkomst, die voor drie jaar gesloten is, draagt bevoegdhe den van de Dantzigsche overheid aan de Duitsch-Poolsche havencommissie over. De j havencommissie zal voortaan de bepalingen maken voor orde en veiligheid in de haven en op de waterwegen van Dantzig. De Dant zigsche overheid zal deze voorschriften, voor zoover zij ze niet in strijd acht het de rechten en wetten van Dantzig, door afkondiging kracht verleenen. De uitvoering van deze bepalingen zal worden toevertrouwd aan een Dantzigsch-Poolsche wacht voor haven en rivier, ter sterkte van 24 man. De manschap pen van de wacht zullen beschouwd worden als in dienst van de havencommissie te zijn, en onder bevol van den commandant van het loodswezen staan. De Dantzigsche overheid zal hen als hulppolitie beschouwen en hun politiebevoegdheid verleenen. De macht tot het opleggen van straf blijft echter berusten bij de Dantzigsche regeering. De opleiding van de 12 Polen en de 12 Duitschers /al aan den hoofdcommissaris van politie van Dant zig en aan den commandant van het loods wezen worden toevertrouwd. GORING WENDT ZICH TOT DE JEUGD. Hij schimpt op den intellectueel. Béhalve rijksminister Göbbels heeft Zon dag j.1. ook minister Göring het woord ge voerd, om te getuigen van de beteekenis van het nationaal-socialisme voor Duitschland. Hij was aanwezig op den „Frankendag" in Wassertrüdingen (Midden-Frankenland) en sprak de aanwezigen aldaar gedurende een iuur toe. Aan deze rede ontleenen wij het volgende „Nooit is <-en groot denkbeeld uit het ijs koude verstand geboren", zeide hij, „maar uit den gloed van het hart. Zoo groeit ook hij, die leiding geeft, uit „dem Blut und der Erde", en heeft geen ontwikkeling en kennis noodig, want hij heeft veel grootere kennis in zich zelf, n.1. die, welke God ons gegeven heeft". De minister keerde zich vervolgens tot de intellectueele kringen, die niet meer weten wat er in het volk omgaat. Het gaat er in de eerste plaats om, de jeugd weer tot Duitsche menschen te maken, ieder van haar dn te scherpen, dat hij in de eerste plaats Duitscher moeten zijn. Moge de jeugd voltooien, wat wij zijn be gonnen. Want wij volbrengen hier geen Duitschen plicht, maar misschien een wereld missie; eens zal blijken, dat Duitschland toch het grootste van alle cultuurvolken is ge weest. Ook von Blomberg spreekt. In de eere-hal van het Berlijnsche arsenaal werd gisteren op feestelijke wijze een gedenk steen onthuld voor de in den wereldoorlog gevallen bevelvoerenden van Pruisische troepenafdeelingen. Aanwezig waren o.a. de vice-kanselier Von Papen, rijksweerminister Von Blomberg, ver tegenwoordigers van den Pruisischen minis ter-president Göring, en van het Bureau van den rijkspresident en een groot aantal andere militairen autoriteiten, o.a. de chef van den generalen staf Von Frick en generaal-veld- maarschalk Von Mackensen. Nadat door den Evangelischen en den katholieken veldprediker de wijdingsplechtig heid was verricht, hield Von Blomberg na mens den rijkspresident een rede, waarin hij hulde bracht aan de gevallen leiders. „Er zijn in den wereldoorlog", zeide hij, „350 leiders van Pruisische troepenafdeelin gen gevallen. Deze personen hielden het lei derschap hoog. Ons Duitschland van heden, waarin de zin voor het heldendom weer is ontwaakt en waarin de soldateske houding wordt gewaardeerd, huldigt en eert in hen de Duitsche soldaten in den wereldoorlog", OPVOLGER VAN HITLER SPREEKT. Op den Fuhrer nooit critiek. De redevoering, welke Rudolf Hess heeft gehouden, is thans door de radio uitgezon den. De plaatsvervanger van den leider zeide o.m.: Wij zijn toegankelijk voor iedere soort zakelijke critiek, welke in overeenstem ming is met het wezen van het nationaal socialistische denken, voorzoover zij langs behoorlijken weg naar voren wordt ge bracht. Werkelijke nationaal socialistische leiders moeten er zorg voor dragen, dat gerecht vaardigde critiek doordringt. Ik verwacht van de leiders van het natio naal socialisme, dat zij met open oog en open oor in de hun toevertrouwde kring gaan en alles wat de critiek waard is en door critiek kan worden gewijzigd aan „noogerhand" zullen melden. De nationaal socialisten zijn een groote Duitsche familie. Met trots zien wij, één blijft steeds van alle critiek uitgesloten dat is de Fuhrer. Dat komt, omdat de Fuhrer steeds gelijk heeft en het steeds zal hebben Thans komt het evenwel niet aan op de critiek, doch op de samenwerking. Mischien acht Hitler het noodig op een goeden dag de beweging weer voort te drij ven met revolutionnaire middelen. Wij staan gereed zijn bevel te ontvangen in het ver trouwen, dat hij zijn oude revolutionnairen roept, wanneer het noodig is en dat hij weet, wanneer het nood'ig is. Adolf Hitler is revolutionnair van grooten ftijl en blijft dat ook innerlijk. Hij heeft geen krukken noodig. De nationaal socialis tische revolutie was niet om haar eigen wille noodig, doch zij was noodig om der wille van de daden, welke.uit haar werden geboren en in de toekomst zullen geboren worden. Met de Duitsche arbeiders zal de nationaal socialistische leiding deze daden volbrengen. NU WEER EEN REDE VAN GORING. Hamburg de uitverkorene. In de zalen der Hamburgsche Zoo heeft de gouw Hamburg der N.S.D.A.P. gister avond een vergadering gehouden, waarin het woord werd gevoerd door den Rijksmi: nister en Pruisisch minister-president Heri mann Göring. Göring hekelde het parle mentaire stelsel, waarbij het volk zelf nooit in het middelpunt der gebeurtenissen had gestaan en slechts het object was van een doemwaardige politiek in plaats van het subject van het staatkundige denken, voelen en handelen. De leiders moeten steeds weei; opnieuw voor het volk treden en oog in oog tot het volk spreken. Zoo blijft het contact tusschen leiding en volk behouden. De natio- naal-socialisten hebben nooit stemmen willen vangen, doch altijd een beroep gedaan op het hart van den Duitschen mensch. Het is Hitiers verdienste, dat hij het Duitsche volk heeft gesmeed tot een gesloten geheel, eii deze geslotenheid is de krachtbron, waarr door de opbouw mogelijk is. Scherp hekel de hij de vroegere verdeeldheid van het Duitsche volk. Ten aanzien van het herstel der monachie, zeide Göring, dat deze kwestie op het oogen blik geen rol mocht spelen. Het belang van een huis of een familie mocht niet boven het belang der natie gaan. „Wij laten het onzen kinderen en kleinkinderen over, zich eens den staatsvorm te kiezen, die zij juist achten. Wij levenden hebben Adolf Hitler", riep Göring uit. Verder besprak Göring den kerkstrijd en zeide, dat geen Duitscher zich zijn geloof liet voorschrijven. Slechts de Joden, dié reeds eenmaal de Duitsche cultuur wilden vernielen, trachten thans nog het buiten land tegen Ehiitschland op te zetten. Ten slotte critiseerde Göring nog de buitenland sche journalisten, die de hun door Duitsch land bewezen gastvrijheid misbruiken door het verspreiden van valsche berichten. Görings rede eindigde met een driewerf heil op Adolf Hitler. DUITSCHLAND EN DE KERK. Göring als vredestichter. De Berlijnsche correspondent van de „Times" schrijft: Het is thans geen geheim meer in Prot. kringen, dat rijksbisschop Mül- ler en zijn juridische medewerker dr. Jager waarschijnlijk binnen zeer korten tijd zullen verdwijnen uit het centrale kerkbestuur. Iets van dien aard werd onvermijdelijk geacht sinds het oogenblik, dat minister Göring in zijn rede in den Pruisischen staatsraad (waar dr. Müller aanwezig was) de woorden van Frederik den Groote aanhaalde, volgens de welke een ieder zalig moest worden op zijn eigen wijze, en daaraan toevoegde een aantal scherpe opmerkingen aangaande het kerk conflict, welke echter niet in de pers zijn gepubliceerd. Verder meldt de correspondent, dat Göring thans een matigenden invloed oefent, onder andere op een partijconferentie in Frankfurt, en in een dezer dagen uitge sproken redevoering er op aangedrongen heeft zich te matigen in godsdienstige kwes tres, nu het Duitsche rijk in onderhandeling Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. is met het episcopaat over het concordaat. Het is echter twijfelachtig, aldus gaat de correspondent voort, of de oppositie van de evang. belijdenis-beweging het aftreden van bisschop Müller en dr. Jager zal beschouwen als een daadwerkelijke concessie. Het herstel van normale omstandigheden is steeds méér dan het aftreden van personen het doel ge weest der oppositie. Veel zou afhangen van wat na het aftreden gebeuren zou. Intusschen vindt de oppositie weinig bemoediging in incidenten gelijk eenige dagen geleden te Krossen nabij Frankfurt aan de Oder, waar een predikant gearresteerd is beschuldigd van weerstand te hebben geboden aan de kerk- overheid. De predikant, ds. Gerlach, werd door een agent weggehaald, terwijl hij den dienst bij het altaar leidde. De deken van Augsburg gear resteerd. De r.k. deken van Augsburg, dr. Adam Bierner, is een dezer dagen gearresteerd en na verhoord te zijn overgebracht naar de ge vangenis van Augsburg. Naar verluidt is zijn arrestatie het gevolg van een verklaring van een plaatselijken leider der Hitler-jeugd, dat ds. Bierner hem verweten had, de gods dienstoefening der school niet bij te wonen en „zich op buitengewoon fanatieke wijze bezig te houden met de nat.-soc. propa ganda". Het onderhoud, waarin dr. Bierner den jongen man deze verwijten deed, was van particulieren aard, maar de jeugdleider heeft na zijn ouders geraadpleegd te hebben ge meend het gesprek niet als vertrouwelijk te mogen beschouwen. Verder verluidt, dat dr. Bierner eerst de beschuldiging heeft tegen gesproken, doch naderhand de waarheid daarvan in de gevangenis heeft toegegeven. CONFLICT S.A.-STAHLHELM. Verbod van den N.S.D.F.B. Het bureau der staatspolitie te Koeslin deelt mede: In den laatsten tijd is geconstateerd, dat tusschen den N.S.D.F.B. en de S.A. scherpe tegenstellingen zijn gerezen. De oorzaken liggen in de onwelwillende houding van de leden van den N.S.D.F.B. (Nat. Soc. Duit sche Frontstrijders Bond, de voormailge Stahlhelm) tegenover de S.A. Aangezien de lgiders der. eerstgenoemde organisatie heb ben .gefaald' bij het eerste noodzakelijke dis ciplinaire ingrijpen, is het tot ernstige bot singen gekomen. Om herhalingen door de niet goed te keuren houding van den N.S. D.F.B. te voorkomen, hebben de bureaux der staatspolitie te Koeslin en Stettin een verbod van den N.S.D.F.B. in hun gebied uitge vaardigd, ingaande per 25 Juni 1934. Het verbod geldt voor elke politieke actie, het op treden in vergaderingen, het houden van opmarschen en het dragen van uniformen en insignes. Nadere bijzonderheden. De „Völkische Beobachter" meldt: In ver band met den moordaanslag in Quetzin in Pom'mefen deelt dé S.A.-leiding met het oog óp de beslissende belangrijkheid daarvan o.a. het volgende mede: Nauwelijks een dag, is vergaan, die wrijvin gen, botsingen, en spanningen in woord en daad bracht, waarbij het niet meer dan de waarheid is, wanneer wordt gezegd, dat de schuldigen steeds waren te vinden in de rijen van den N. S. D. F. B. Ujt het voortdurend weerkeeren van deze gebeurtenissen bleek een planmatigheid, die geheel van zelf niet meer wees op den en keling maar een verantwoordelijke leiding. Ook- thans, met het oog op het bloed, dat in Quetzin heeft gevloeid, zou het beteekenen, de daad te miskeiinen, wanneer men de oor zaak slechts in den dader zou zoeken en niet in de mannen, die achter hem staan. VECHTPARTIJ OP HET ZONNEWENDEFEEST. Men maakte geen den dolk. gebruik van Ter gelegenheid van de viering van het Zonnewende-feest op Zaterdag j.T. heeft te Eützin bij Henkenhagen (district Kolberg, Duitschland) een hevige vechtpartij plaats gehad. Stormleider Moltzahn werd tijdens zijn redevoering door den N.S.D.F.B. (nat.-soc. Duitsche frontstrijdersbond)-man Erich Kummerow gestoord met provocaties tegen de S.A. Toen Moltzahn den N.S.D.F.B. er na de plechtigheid ter verantwoording riep, ging deze door met schelden op de S.A. Hij viel Moltzahn met een eikenhouten stok aan. Hoewel hij een dolk bij zich had, maakte de stormleider daarvan geen gebruik, doch pro beerde slechts Kummerow den eikenhouten stok te ontnemen. Kummerow nam Moltzahn den dolk uit de schede en stak den storm leider deze in het benedenlichaam. Molt zahn ligt thans ernstig gewond in het zie kenhuis. In verband met de ernstige opwinding, welke door dit incident is ontstaan, is de plaatselijke afdeeling van den N.S.D.F.B. ontbonden en den N S.D.F.B. ontzegd op welke wijze dan ook aan politiek te doen Verdere maatregelen worden verwacht. Duitschland zoekt meer toenade ring (Dag. Overzicht.) Aanslag op Gar-dhi. (Buitenland Italië gaat bezuiningen (Buiten land.) De opvolger van Hitler spreekt. (Buitenland.) De rijwielbelasting blijft 2-50. (Binnenland.) Vraag van burgemeesters uit Zuid-Nederland of de preventieve kracht van het leger wel voldoende is. (Binnenland.) Uitspraak van het Amsterdamsen Gerechtshof inzake de beleedigings- zaak te Wormerveer. (Rechtszaken.) Vliegtuig op den Balkan neerge stort, de acht inzittenden gedood. (Luchtvaart.) Reserve-officier uit Ede rijdt met zijn auto tegen een boom en is op slag dood. (Verkeersongevallen.) Nieuwe salarisregeling voor amb tenaren in Noordholland. (Provincie). De heer P. Kostelijk Pz. te Heer- hugowaard tot dijkgraaf van den polder Heerhugowaard benoemd. (Provincie). (Zie verder eventueel laatste berichten). Zij, die zich met 1 JULI a.s. voor minstens 3 maanden op dit blad abon- neeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers franco en gratis. DE DIRECTIE. HITLER IS NIET BANG! „Onze beweging zal 1000 jaar duren". De „News Chronicle" publiceert een inter. view van haar diplomatieken medewerker, Yvernon Barlett, met Hitler, waarin laatst genoemde sprak over een eventueelen buiten- ap o.-t-en bovcot van Duitsche goederen. „Het allerlaatste wat wij wenschen", al dus Hitler, „is een isoleering van Duitsch land, doch geen belemmeringen van den Duitschen export zouden in staat zijn, den Duitschen geest te breken. De Duitschers hebben tijdens den oorlog van ersatzen geleefd en als het noodig is, zouden zij dat opnieuw kunnen doen en met nog meer succes dan toen. In enkele jaren zal Duitschland in staat zijn, kunstwol te verva; .'igen en een ge schikt product ter vervanging van benzine" Hitler wees er :ct nadruk on. dat loyaliteit van zijn volge'ingen onverzwakt is gebleven. Zijn verw - htirr- i zijn ia het af geloopen jaar meer dan vervu'd. „De nafionaal-sociarstische beweging" zeide hij, zal duizend jaar duren". RELLETJES IN DE STAD. „VREDES"- Rumoerig Genève. Zondag is het te Genève nogal roerig toe gegaan, aldus meldt het „Jóurnal de Genève", dat veel ruimte geeft aan een verslag van een vergadering van de „Union Nationale" (een bond van reactionnaire jeugd) en aan de relle tjes die daarop volgden. De „Union Natio nale" had een vergadering belegd, waarop drie sprekers de doelstellingen van de partij bepleitten, n.1. de staatsgedachte op de drie voudige basis van christelijkheid, federalisme en corporatie, alles onder den slagzin „het Zwitserland van morgen". Om het gebouw, waarin de vergadering plaats had, had de politie sterke afdeelingen geconcentreerd. De bezoekers moesten eenige cordons passeeren die de uitnoodigingskaarten controleerden. Echter hielden communisten vlak bij het ge bouw een demonstratie in de open lucht en een leider hield een toespraak: „Arbeiders, sluit u aaneen". De politie trachtte de menigte te verdrijven; er werd verzet gepleegd en toen werden eenige demon stranten gearresteerd. Anderen trachtten hen te ontzetten en er ontstond een formeele kloppartij. De communisten moesten afdein zen en hieven de „Internationale" aan. Weer deed de politie eenige charges. Een commu nist belde toen den chef van het departement van politie en justitie op, Nicole, den militan ten links-radicalen sociaal-democraat, die de politie order gaf niet te scherp tegen de communistische demonstranten op te treden. Op dat oogenblik ging >ok de vergadering van de jonge patriotten uit en natuurlijk kwam het al spoedig tot vechtpartijen. Slechts met de grootste moeite slaagde de politie erin, tenslotte de rust te herstellen. De leden der „Union Nationale" werden onder politie-geleide zoo goed en zoo kwaad het ging uit het gedrang geloodsd, wat. de communisten aanleiding gaf om te roepen: „De politie van Nicole beschermt de fascis ten!" Er werden weer ettelijke arrestaties verricht.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 1