DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
fixigdiiksch OmczkfU
Duitschland zoekt meer toenadering.
^Buitenland
Een Duitsch-Poolsche idylle.
He. 148
Dinsdag 26 Juni 1934
136e Jaargang
Wat vandaag de
aandacht trehi
ALKMAARSCHE CQURA
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE AD VERTENTIEN:
Van 1—5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3, redactie 33.
Directeur: C. KRAK.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Duitschland voelde zich, vooral sinds zijn
uittreden uit den Volkenbond, als door een
ring omsloten en de regeering heeft thans
het voornemen opgevat, om althans naar
buiten eenige toenadering te zoeken. De eer
ste stap hiertoe was een vriendschappelijk
bezoek van Göbbels aan Polen en in dit op
zicht is de regeering volkomen geslaagd.
Maar Berlijn wil nog meer.
Het heeft Goebbels naar Warschau ge
stuurd; niet een van de diplomaten, overge
nomen van het oude systeem, en ook niet een
van de aristocraten, die zich nu, gelijk von
•Ribbentrop, als toonbare onderhandelaars in
dienst van hun land hebben gesteld, maar
een echten nationaal-socialist, van het radi
cale soort nogal. Dit is altijd een experiment.
Men weet, welk een ervaring Rosenberg in
het begin van de nationaal-socialistische
heerschappij, te Londen heeft opgedaan. De
onversaagde Balt is den schrik nooit te bo
ven gekomen, en heeft blijkbaar beseft, dat
menschen die in een strijd staan gelijk hij in
Duitschland voert, voor nationaal artikel
van uitvoer niet geschikt zijn. Göbbels is te
Geneve geweest en heeft de journalisten ont
vangen. Hij sprak toen zeer gematigd en
voorzichtig, en slaagde erin „mee te vallen".
Hij is er, ook toen daar nog aanleiding toe
was, niet teruggekomen, waarschijnlijk over
wegend, dat als men zoo moet optreden, de
reis de moeite niet waard is, aldus de N.R.
Crt.
Göbbels had in ieder geval geen reden,
om geschrokken te zijn van een optreden in
het buitenland. Daarom is hij zeker welge
moed naar Warschau getogen. Of de Polen
niet het hunne hebben gedacht van het be
zoek, juist van den minister van propagan
da? Hoe het zij, Göbbels is te Warschau
goed ontvangen. Heel voorzichtig is hij er
heen gegaan, als „particulier reiziger". Hij
bracht het tot een onderhoud met Pilsoedski.
Zooals te Geneve bereikte hij door beschei
denheid een zekere mate van succes, in ieder
feval in de oogen van zijn landgenooten.
al men een systeem maken van dergelijke
bezoeken over en weer? Men heeft reeds ge
sproken van een ontmoeting van Hitier en
Pilsoedski te Dantzig. Denkbaar is her,
maar wij zullen het moeten zien voor wij het
gelooven. In ieder geval heeft het stelsel der
keizerlijke reizen in Duitschland weer kans
in eere te geraken. Als men het contact te
Geneve verloren heeft, moet men op die ma
nier persoonlijke betrekkingen tot bujten-
landsche staatslieden trachten te vinden.
Zweeft Hitier, zooals eens keizer Wilhelm II,
als hoogste reisideaal voor, eens te Parijs
met betoon van vriendelijkheid te worden
ingehaald? Het begint er steeds meer op te
lijken. Het is jammer dat de practische be
zwaren zoo groot zijn. De politie in geen
enkel land met een vrij politiek leven zal op
een dergelijk bezoek gesteld zijn, vanwege
het gevaar voor betoogingen, dat er onver
mijdelijk mee verbonden is.
Tusschen Warschau en Berlijn botert het
goed. Beide regeeringen zijn vóór elkaar
troeven van belang, in hun spel tegenover ar.
deren. En de Polen varen volstrekt niet bij
slecht bij de nieuwe betrekkingen. Niet dat
Duitschland het gelag betaalt. Voor Duitsch
land bestond er geen grooter noodzakelijk
heid, dan juist ontspanning in oostelijke
richting. Voor Duitschland is het echter al
leen afwenden van gevaar, terwijl Polen,
door de voorloopige beveiliging van zijn
grenzen, rechtstreeksche voordeden uit den
nieuwen toestand trekt.
Belangwekkend is een overeenkomst, die
nu tusschen Warschau en de regeering te
Dantzig tot stand gekomen is. Dantzig is in
naam altijd nog van Berlijn onafhankelijk,
maar de politiek van de nationaal-socialisti
sche regeering der Vrije Stad wordt natuur
lijk uit Berlijn gedicteerd. Een van de ge
vaarlijkste punten van geschil in het gebied
van Dantzig is, zoolang de Vrije Stad be
staat, de competentie geweest ten opzichte
van de veiligheid in het havengebied. De
hooge commissarissen en de Volkenbond
hebben heel wat met deze kwestie te stellen
gehad. Nooit is dit geschil gevaarlijker ge
worden dan in Maart 1933, kort na het tot
de macht komen van Hitler in Duitschland,
toen, ter verdediging van de Poolsche be
langen in de haven van Dantzig, de Polen
een bezetting van de Westerplatte ernstig
hebben overwogen. Het gevaar van een der
gelijke daad, die een militaire occupatie van
niet-Poolsche gebied zou zijn geweest, is
toen een oogenblik heel erg acuut geweest.
Wij hebben het hier wel eens verteld het
waren niet de Duitschers alleen, die in dit
plan het werk van zekere groepen te War
schau hebben gezien, die niet ongaarne op
dat oogenblik een conflict met Duitschland,
dat zij toch voor de toekomst onafwendbaar
geloofden, zouden hebben geprovoceerd. Het
gevaar is afgewend, vooral ook door een ge
lukkig beleid van den toenmaligen hoogen
commissaris. Berlijn had echter den schrik
beet. juist in Dantzig is het toen begonnen,
alle punten van wrijving met de Polen op de
radicale wijze, waaroip een dictatuur, die bal
last uitwerpt, te werk kan gaan, op te heffen
Nu is er dan een schikking gekomen tus
schen Dantzig en Warschau over het politie
toezicht in de haven en op de waterwegen
van Dantzig. Een voorloopige afspraak is
daardoor tot een verdrag gemaakt, dat be
doeld is permanent te worden. Vroeger eisch-
te Polen óf een internationale politie te
Dantzig, of een Dantzigsche havenpolitie on
der neutraal toezicht. De overeenkomst, die
voor drie jaar gesloten is, draagt bevoegdhe
den van de Dantzigsche overheid aan de
Duitsch-Poolsche havencommissie over. De
j havencommissie zal voortaan de bepalingen
maken voor orde en veiligheid in de haven
en op de waterwegen van Dantzig. De Dant
zigsche overheid zal deze voorschriften, voor
zoover zij ze niet in strijd acht het de rechten
en wetten van Dantzig, door afkondiging
kracht verleenen. De uitvoering van deze
bepalingen zal worden toevertrouwd aan een
Dantzigsch-Poolsche wacht voor haven en
rivier, ter sterkte van 24 man. De manschap
pen van de wacht zullen beschouwd worden
als in dienst van de havencommissie te zijn,
en onder bevol van den commandant van het
loodswezen staan. De Dantzigsche overheid
zal hen als hulppolitie beschouwen en hun
politiebevoegdheid verleenen. De macht tot
het opleggen van straf blijft echter berusten
bij de Dantzigsche regeering. De opleiding
van de 12 Polen en de 12 Duitschers /al aan
den hoofdcommissaris van politie van Dant
zig en aan den commandant van het loods
wezen worden toevertrouwd.
GORING WENDT ZICH TOT DE
JEUGD.
Hij schimpt op den intellectueel.
Béhalve rijksminister Göbbels heeft Zon
dag j.1. ook minister Göring het woord ge
voerd, om te getuigen van de beteekenis van
het nationaal-socialisme voor Duitschland.
Hij was aanwezig op den „Frankendag" in
Wassertrüdingen (Midden-Frankenland) en
sprak de aanwezigen aldaar gedurende een
iuur toe. Aan deze rede ontleenen wij het
volgende
„Nooit is <-en groot denkbeeld uit het ijs
koude verstand geboren", zeide hij, „maar
uit den gloed van het hart. Zoo groeit ook
hij, die leiding geeft, uit „dem Blut und der
Erde", en heeft geen ontwikkeling en kennis
noodig, want hij heeft veel grootere kennis
in zich zelf, n.1. die, welke God ons gegeven
heeft".
De minister keerde zich vervolgens tot de
intellectueele kringen, die niet meer weten
wat er in het volk omgaat. Het gaat er in
de eerste plaats om, de jeugd weer tot
Duitsche menschen te maken, ieder van haar
dn te scherpen, dat hij in de eerste plaats
Duitscher moeten zijn.
Moge de jeugd voltooien, wat wij zijn be
gonnen. Want wij volbrengen hier geen
Duitschen plicht, maar misschien een wereld
missie; eens zal blijken, dat Duitschland toch
het grootste van alle cultuurvolken is ge
weest.
Ook von Blomberg spreekt.
In de eere-hal van het Berlijnsche arsenaal
werd gisteren op feestelijke wijze een gedenk
steen onthuld voor de in den wereldoorlog
gevallen bevelvoerenden van Pruisische
troepenafdeelingen.
Aanwezig waren o.a. de vice-kanselier Von
Papen, rijksweerminister Von Blomberg, ver
tegenwoordigers van den Pruisischen minis
ter-president Göring, en van het Bureau van
den rijkspresident en een groot aantal andere
militairen autoriteiten, o.a. de chef van den
generalen staf Von Frick en generaal-veld-
maarschalk Von Mackensen.
Nadat door den Evangelischen en den
katholieken veldprediker de wijdingsplechtig
heid was verricht, hield Von Blomberg na
mens den rijkspresident een rede, waarin hij
hulde bracht aan de gevallen leiders.
„Er zijn in den wereldoorlog", zeide hij,
„350 leiders van Pruisische troepenafdeelin
gen gevallen. Deze personen hielden het lei
derschap hoog. Ons Duitschland van heden,
waarin de zin voor het heldendom weer is
ontwaakt en waarin de soldateske houding
wordt gewaardeerd, huldigt en eert in hen
de Duitsche soldaten in den wereldoorlog",
OPVOLGER VAN HITLER SPREEKT.
Op den Fuhrer nooit critiek.
De redevoering, welke Rudolf Hess heeft
gehouden, is thans door de radio uitgezon
den. De plaatsvervanger van den leider
zeide o.m.: Wij zijn toegankelijk voor iedere
soort zakelijke critiek, welke in overeenstem
ming is met het wezen van het nationaal
socialistische denken, voorzoover zij langs
behoorlijken weg naar voren wordt ge
bracht.
Werkelijke nationaal socialistische leiders
moeten er zorg voor dragen, dat gerecht
vaardigde critiek doordringt.
Ik verwacht van de leiders van het natio
naal socialisme, dat zij met open oog en open
oor in de hun toevertrouwde kring gaan en
alles wat de critiek waard is en door critiek
kan worden gewijzigd aan „noogerhand"
zullen melden.
De nationaal socialisten zijn een groote
Duitsche familie. Met trots zien wij, één
blijft steeds van alle critiek uitgesloten
dat is de Fuhrer. Dat komt, omdat de Fuhrer
steeds gelijk heeft en het steeds zal hebben
Thans komt het evenwel niet aan op de
critiek, doch op de samenwerking.
Mischien acht Hitler het noodig op een
goeden dag de beweging weer voort te drij
ven met revolutionnaire middelen. Wij staan
gereed zijn bevel te ontvangen in het ver
trouwen, dat hij zijn oude revolutionnairen
roept, wanneer het noodig is en dat hij weet,
wanneer het nood'ig is.
Adolf Hitler is revolutionnair van grooten
ftijl en blijft dat ook innerlijk. Hij heeft
geen krukken noodig. De nationaal socialis
tische revolutie was niet om haar eigen
wille noodig, doch zij was noodig om der
wille van de daden, welke.uit haar werden
geboren en in de toekomst zullen geboren
worden. Met de Duitsche arbeiders zal de
nationaal socialistische leiding deze daden
volbrengen.
NU WEER EEN REDE VAN GORING.
Hamburg de uitverkorene.
In de zalen der Hamburgsche Zoo heeft
de gouw Hamburg der N.S.D.A.P. gister
avond een vergadering gehouden, waarin
het woord werd gevoerd door den Rijksmi:
nister en Pruisisch minister-president Heri
mann Göring. Göring hekelde het parle
mentaire stelsel, waarbij het volk zelf nooit
in het middelpunt der gebeurtenissen had
gestaan en slechts het object was van een
doemwaardige politiek in plaats van het
subject van het staatkundige denken, voelen
en handelen. De leiders moeten steeds weei;
opnieuw voor het volk treden en oog in oog
tot het volk spreken. Zoo blijft het contact
tusschen leiding en volk behouden. De natio-
naal-socialisten hebben nooit stemmen willen
vangen, doch altijd een beroep gedaan op
het hart van den Duitschen mensch. Het is
Hitiers verdienste, dat hij het Duitsche volk
heeft gesmeed tot een gesloten geheel, eii
deze geslotenheid is de krachtbron, waarr
door de opbouw mogelijk is. Scherp hekel
de hij de vroegere verdeeldheid van het
Duitsche volk.
Ten aanzien van het herstel der monachie,
zeide Göring, dat deze kwestie op het oogen
blik geen rol mocht spelen. Het belang van
een huis of een familie mocht niet boven het
belang der natie gaan. „Wij laten het onzen
kinderen en kleinkinderen over, zich eens den
staatsvorm te kiezen, die zij juist achten. Wij
levenden hebben Adolf Hitler", riep Göring
uit. Verder besprak Göring den kerkstrijd en
zeide, dat geen Duitscher zich zijn geloof
liet voorschrijven. Slechts de Joden, dié
reeds eenmaal de Duitsche cultuur wilden
vernielen, trachten thans nog het buiten
land tegen Ehiitschland op te zetten. Ten
slotte critiseerde Göring nog de buitenland
sche journalisten, die de hun door Duitsch
land bewezen gastvrijheid misbruiken door
het verspreiden van valsche berichten.
Görings rede eindigde met een driewerf heil
op Adolf Hitler.
DUITSCHLAND EN DE KERK.
Göring als vredestichter.
De Berlijnsche correspondent van de
„Times" schrijft: Het is thans geen geheim
meer in Prot. kringen, dat rijksbisschop Mül-
ler en zijn juridische medewerker dr. Jager
waarschijnlijk binnen zeer korten tijd zullen
verdwijnen uit het centrale kerkbestuur. Iets
van dien aard werd onvermijdelijk geacht
sinds het oogenblik, dat minister Göring in
zijn rede in den Pruisischen staatsraad (waar
dr. Müller aanwezig was) de woorden van
Frederik den Groote aanhaalde, volgens de
welke een ieder zalig moest worden op zijn
eigen wijze, en daaraan toevoegde een aantal
scherpe opmerkingen aangaande het kerk
conflict, welke echter niet in de pers zijn
gepubliceerd. Verder meldt de correspondent,
dat Göring thans een matigenden invloed
oefent, onder andere op een partijconferentie
in Frankfurt, en in een dezer dagen uitge
sproken redevoering er op aangedrongen
heeft zich te matigen in godsdienstige kwes
tres, nu het Duitsche rijk in onderhandeling
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
is met het episcopaat over het concordaat.
Het is echter twijfelachtig, aldus gaat de
correspondent voort, of de oppositie van de
evang. belijdenis-beweging het aftreden van
bisschop Müller en dr. Jager zal beschouwen
als een daadwerkelijke concessie. Het herstel
van normale omstandigheden is steeds méér
dan het aftreden van personen het doel ge
weest der oppositie. Veel zou afhangen van
wat na het aftreden gebeuren zou. Intusschen
vindt de oppositie weinig bemoediging in
incidenten gelijk eenige dagen geleden te
Krossen nabij Frankfurt aan de Oder, waar
een predikant gearresteerd is beschuldigd van
weerstand te hebben geboden aan de kerk-
overheid. De predikant, ds. Gerlach, werd
door een agent weggehaald, terwijl hij den
dienst bij het altaar leidde.
De deken van Augsburg gear
resteerd.
De r.k. deken van Augsburg, dr. Adam
Bierner, is een dezer dagen gearresteerd en
na verhoord te zijn overgebracht naar de ge
vangenis van Augsburg. Naar verluidt is
zijn arrestatie het gevolg van een verklaring
van een plaatselijken leider der Hitler-jeugd,
dat ds. Bierner hem verweten had, de gods
dienstoefening der school niet bij te wonen
en „zich op buitengewoon fanatieke wijze
bezig te houden met de nat.-soc. propa
ganda". Het onderhoud, waarin dr. Bierner
den jongen man deze verwijten deed, was van
particulieren aard, maar de jeugdleider heeft
na zijn ouders geraadpleegd te hebben ge
meend het gesprek niet als vertrouwelijk te
mogen beschouwen. Verder verluidt, dat dr.
Bierner eerst de beschuldiging heeft tegen
gesproken, doch naderhand de waarheid
daarvan in de gevangenis heeft toegegeven.
CONFLICT S.A.-STAHLHELM.
Verbod van den N.S.D.F.B.
Het bureau der staatspolitie te Koeslin
deelt mede:
In den laatsten tijd is geconstateerd, dat
tusschen den N.S.D.F.B. en de S.A. scherpe
tegenstellingen zijn gerezen. De oorzaken
liggen in de onwelwillende houding van de
leden van den N.S.D.F.B. (Nat. Soc. Duit
sche Frontstrijders Bond, de voormailge
Stahlhelm) tegenover de S.A. Aangezien de
lgiders der. eerstgenoemde organisatie heb
ben .gefaald' bij het eerste noodzakelijke dis
ciplinaire ingrijpen, is het tot ernstige bot
singen gekomen. Om herhalingen door de
niet goed te keuren houding van den N.S.
D.F.B. te voorkomen, hebben de bureaux der
staatspolitie te Koeslin en Stettin een verbod
van den N.S.D.F.B. in hun gebied uitge
vaardigd, ingaande per 25 Juni 1934. Het
verbod geldt voor elke politieke actie, het op
treden in vergaderingen, het houden van
opmarschen en het dragen van uniformen
en insignes.
Nadere bijzonderheden.
De „Völkische Beobachter" meldt: In ver
band met den moordaanslag in Quetzin in
Pom'mefen deelt dé S.A.-leiding met het oog
óp de beslissende belangrijkheid daarvan o.a.
het volgende mede:
Nauwelijks een dag, is vergaan, die wrijvin
gen, botsingen, en spanningen in woord en
daad bracht, waarbij het niet meer dan de
waarheid is, wanneer wordt gezegd, dat de
schuldigen steeds waren te vinden in de rijen
van den N. S. D. F. B.
Ujt het voortdurend weerkeeren van deze
gebeurtenissen bleek een planmatigheid, die
geheel van zelf niet meer wees op den en
keling maar een verantwoordelijke leiding.
Ook- thans, met het oog op het bloed, dat in
Quetzin heeft gevloeid, zou het beteekenen,
de daad te miskeiinen, wanneer men de oor
zaak slechts in den dader zou zoeken en niet
in de mannen, die achter hem staan.
VECHTPARTIJ OP HET
ZONNEWENDEFEEST.
Men maakte geen
den dolk.
gebruik van
Ter gelegenheid van de viering van het
Zonnewende-feest op Zaterdag j.T. heeft te
Eützin bij Henkenhagen (district Kolberg,
Duitschland) een hevige vechtpartij plaats
gehad.
Stormleider Moltzahn werd tijdens zijn
redevoering door den N.S.D.F.B. (nat.-soc.
Duitsche frontstrijdersbond)-man Erich
Kummerow gestoord met provocaties tegen
de S.A. Toen Moltzahn den N.S.D.F.B. er
na de plechtigheid ter verantwoording riep,
ging deze door met schelden op de S.A. Hij
viel Moltzahn met een eikenhouten stok aan.
Hoewel hij een dolk bij zich had, maakte de
stormleider daarvan geen gebruik, doch pro
beerde slechts Kummerow den eikenhouten
stok te ontnemen. Kummerow nam Moltzahn
den dolk uit de schede en stak den storm
leider deze in het benedenlichaam. Molt
zahn ligt thans ernstig gewond in het zie
kenhuis.
In verband met de ernstige opwinding,
welke door dit incident is ontstaan, is de
plaatselijke afdeeling van den N.S.D.F.B.
ontbonden en den N S.D.F.B. ontzegd op
welke wijze dan ook aan politiek te doen
Verdere maatregelen worden verwacht.
Duitschland zoekt meer toenade
ring (Dag. Overzicht.)
Aanslag op Gar-dhi. (Buitenland
Italië gaat bezuiningen (Buiten
land.)
De opvolger van Hitler spreekt.
(Buitenland.)
De rijwielbelasting blijft 2-50.
(Binnenland.)
Vraag van burgemeesters uit
Zuid-Nederland of de preventieve
kracht van het leger wel voldoende
is. (Binnenland.)
Uitspraak van het Amsterdamsen
Gerechtshof inzake de beleedigings-
zaak te Wormerveer. (Rechtszaken.)
Vliegtuig op den Balkan neerge
stort, de acht inzittenden gedood.
(Luchtvaart.)
Reserve-officier uit Ede rijdt met
zijn auto tegen een boom en is op
slag dood. (Verkeersongevallen.)
Nieuwe salarisregeling voor amb
tenaren in Noordholland. (Provincie).
De heer P. Kostelijk Pz. te Heer-
hugowaard tot dijkgraaf van den
polder Heerhugowaard benoemd.
(Provincie).
(Zie verder eventueel laatste
berichten).
Zij, die zich met 1 JULI a.s. voor
minstens 3 maanden op dit blad abon-
neeren, ontvangen de tot dien datum
verschijnende nummers franco en
gratis.
DE DIRECTIE.
HITLER IS NIET BANG!
„Onze beweging zal 1000 jaar duren".
De „News Chronicle" publiceert een inter.
view van haar diplomatieken medewerker,
Yvernon Barlett, met Hitler, waarin laatst
genoemde sprak over een eventueelen buiten-
ap o.-t-en bovcot van Duitsche goederen.
„Het allerlaatste wat wij wenschen", al
dus Hitler, „is een isoleering van Duitsch
land, doch geen belemmeringen van den
Duitschen export zouden in staat zijn, den
Duitschen geest te breken.
De Duitschers hebben tijdens den oorlog
van ersatzen geleefd en als het noodig is,
zouden zij dat opnieuw kunnen doen en met
nog meer succes dan toen.
In enkele jaren zal Duitschland in staat
zijn, kunstwol te verva; .'igen en een ge
schikt product ter vervanging van benzine"
Hitler wees er :ct nadruk on. dat
loyaliteit van zijn volge'ingen onverzwakt is
gebleven. Zijn verw - htirr- i zijn ia het af
geloopen jaar meer dan vervu'd.
„De nafionaal-sociarstische beweging"
zeide hij, zal duizend jaar duren".
RELLETJES IN DE
STAD.
„VREDES"-
Rumoerig Genève.
Zondag is het te Genève nogal roerig toe
gegaan, aldus meldt het „Jóurnal de Genève",
dat veel ruimte geeft aan een verslag van een
vergadering van de „Union Nationale" (een
bond van reactionnaire jeugd) en aan de relle
tjes die daarop volgden. De „Union Natio
nale" had een vergadering belegd, waarop
drie sprekers de doelstellingen van de partij
bepleitten, n.1. de staatsgedachte op de drie
voudige basis van christelijkheid, federalisme
en corporatie, alles onder den slagzin „het
Zwitserland van morgen". Om het gebouw,
waarin de vergadering plaats had, had de
politie sterke afdeelingen geconcentreerd. De
bezoekers moesten eenige cordons passeeren
die de uitnoodigingskaarten controleerden.
Echter hielden communisten vlak bij het ge
bouw een demonstratie in de open lucht en
een leider hield een toespraak: „Arbeiders,
sluit u aaneen". De politie trachtte
de menigte te verdrijven; er werd verzet
gepleegd en toen werden eenige demon
stranten gearresteerd. Anderen trachtten
hen te ontzetten en er ontstond een formeele
kloppartij. De communisten moesten afdein
zen en hieven de „Internationale" aan. Weer
deed de politie eenige charges. Een commu
nist belde toen den chef van het departement
van politie en justitie op, Nicole, den militan
ten links-radicalen sociaal-democraat, die
de politie order gaf niet te scherp tegen de
communistische demonstranten op te treden.
Op dat oogenblik ging >ok de vergadering
van de jonge patriotten uit en natuurlijk
kwam het al spoedig tot vechtpartijen.
Slechts met de grootste moeite slaagde de
politie erin, tenslotte de rust te herstellen.
De leden der „Union Nationale" werden
onder politie-geleide zoo goed en zoo kwaad
het ging uit het gedrang geloodsd, wat. de
communisten aanleiding gaf om te roepen:
„De politie van Nicole beschermt de fascis
ten!" Er werden weer ettelijke arrestaties
verricht.