Kruschen Salts
ALKHAARSCHE COMEANt
»©q®©«*® ftadfopccgcamma
Stad. en Omgeving.
WAARSCHUWING.
Financieel Overzicht.
No. 152
1M/kil i ZATERDAG 30 JUNI 1934
deutschlandsender, 1571
luxemburg 14.20—17.20, Brussel
huizen, 301 m. (NCRV-uitz.)
8.— Schriftlezing en meditatie.
8.159.30 Gr.pl. 10.30 Morgen
dienst olv. dr. W. Lodder. 11.—
Chr. Lectuur. 11.30 Gr.pl. 12.30
Orgelconcert J. Zwart. 2.— Zang
door mevr. R. Dijs—Ochel, alt. Aan
den vleugel: W. L.Doortmont. 2.45
Wenken voor de keuken. 3.15—3.45
Gr.pl. 4.Bijbellezing door ds. J.
G. Feenstra, mmv. zang en orgel.
5.Gr.pl. 5.30 Pianorecital door
M. Flipse. 6.30—7— Vragenhalf-
uur. 7.Ned. Chr. Persbureau.
7.15 Gr.pl. 7.30 Vragenhalfuur.
daventry. 1500 m. 10.35 Mor
genwijding. 12.20 Orgelspel T.
Jenkins. 1.05 Gr.pl. 1.35 Western
Studio-orkest olv. F. Thomas, mmv.
M. Linwood, alt. 2.50 Gr.pl. 3.20
Schotsch Studio-orkest olv. Daines.
4.05 Sted. Orkest Buxton o.l.v. H.
Fellowes. 5.05 Concert. F. Hooton,
cello en D. Manley, piano. 5-35
Kinderuurtje. 6.20 Ber. 6.50 Con
cert door solisten, koor en orkest
olv. R. Redman. 7.50 De Radio
zangers olv. E. Benbow. 8.20 Cal-
lender's Band olv. T. Morgan, m.
m. v. C. Baumer, piano. 9.20 Ber.
en lezing. 10.10 Variétè-progr
10.55 Pianorecital C Dixon. 1120
„Parliament and the People", fol
kloristisch spel, mmv. solisten, koor
en orkest. 11.3512.20 S. Kyte en
zijn band.
parijs, (radio-paris) 1648 m
kalundborg, 1261 m. 12.20
keulen, 456 m. 6.20 Gr.pl.
7.20 Kurorkest olv. Folkerts. 12.20
Gevar. concert. 1.20 Weragkamer
orkest olv. Kühn. 4.20 Orkestcon
cert olv. Klosz. 5.50 Gr.pl. 7.50
Kwintetconcert. 8.30 „Der Feiera-
bend", manuscript van P. Schaaf.
Leiding: C. Baumgarten. 10.40^-
12.20 Omroepkleinorkest ondtr lei
ding van Eysoldt.
rome, 421 m. 9.05 Gr.pl- 10.20
Gevarieerd programma.
brussel, 322 en 484 m.322m-:
gemeentelijke radio
distributie.
Zondag 1 Juli.
HILVERSUM, 1875 M. (9—12
en 5.-6— VARA, de VPRO van
6—8 en de AVRO van 12.—
5.— en 8.—12.— uur). 9.— Post-
durvennieuws. 9.03 Tuinbouwpr. S.
nfni'n£a" van het
VARA-Zomerfeest te Amersfoort
(gevarieerd programma). 12.—
Kinderkoor „Onder Ons", o.l.v. J.
Hamel, a. d. vleugel: Jacq. Hamel.
12.15 Or.pl. 1.Verv. kinderkoor.
11.15 Kovacs Lajos en zijn orkest.
2.Boekbespreking H. Robbers.
230 Gr.pl. 3.Residentie-orkest
olv. Ignaz Neumarkt, mmv. Adeline
Elink Schuurman, piano. 4.30 Na
beschouwing over AjaxVelocitas,
door H. Hollander, hierna gr.pl.
(Om 4.45 Vaz Dias). 5.Orgel
spel Joh. Jong. 5.30 Gr.pl. 5.40
Voetbalpr. 6.Boekbespreking
Tony de Ridder. 6.30 N. van Gel
der: De novietenkampen der V. C.
J. C. 6.45 Wijdingsuur. Spr Dr.
H. Faber, mmv. Eef Kolf,, fluit.
8.Vaz Dias. 8.15 Omroeporkest
olv. N. Treep, mmv E. Rethberg,
sopraan. 9.Radio-journaal en
gr.pl. 9.30 Res.-orkest olv. C. Schu-
richt, mmv. Marion Anderson,
neger-altzangeres. 9.40 Omroep
orkest olv. N. Treep. 10.10 Voordr.
Mr. A. W. Kamp. 10.30 Kovacs
Lajos en zijn orkest, mmv. Topy
Glerum, zang. 11.10—12.— Gr.pl.
HUIZEN, 301 M. (8.30—9.30 en
5.-7.45 NCRV, de KRO van 9.30
5.en 7.4511.uur). 8.30
Morgenwijding olv. ds. A. G. F.
Smit, mmv. A. Geest, sopraan en
B. van Doorn, orgel. 9.30 Gr.pl.
9.45 Hoogmis. 11.45 Gr.pl. 12.15
Orkestconcert en lezingen. 2.30
Trioconcert. 3.— Gr.pjl. 3.30 Trio
concert. 4.Ziekenlof. 5.Kerk
dienst uit de Geref. kerk te Laren
(N.H.) olv. ds. JJ. Verkuyl, mmv.
A. C. Vos, orgel. 6.30 Gr.pl. 6 45
Mevr. A. Reclaire, alt. L. Bogt-
man, bariton en F, Kloek, orgel.
7.45 Sportnieuws. 7.50 Lezing.
8.15 Schlagermuziek. 9.Vaz
Dias, 9.05 Pianorecital. 9.20 Gr.pl.
9.30 Orkestconcert. 10.15 Vaz Dias
10.20 Verv. concert. 10.40—11.—
Epiloog.
DAVENTRY, 1500 M. 10.50
Kerkdienst uit de Westminster Ab-
bey. 11.35—11.50 Weerber. 12.50
Midi. Studio orkest olv. F. Cantell
mmv. het Radiokoor olv. Morgan.
I.50 Cellorecital C. Sharpe. 2.20
Het Olof Sextet mmv. D. Stanton,
sopraan. 3.20 Gr.pl. 4.05 Concert
door de „Duet Players" en M. Doré
viool. 4.50 Voor de kinderen. 5.1o
Orgelconcert C. H. Trevor. 5.50
Lezing. 6.05 Kamermuziek door het
„International" Strijkkwartet m. m.
v. S. Schönning, sopraan. 7.20
Voordracht. 7.50 Pianorecital L.
England. 8.15 Kerkdienst. 9.05
Liefdadigheidsoproep. 9.10 Berich
ten. 9.25 Het Bridgewater Kwintet.
10.05 „Dominion Day 1934", re-
lais-progr. uit Canada. 10.50 Epi
loog.
PARIJS, (RADIO-PARIS) 1648 M
7 20 en 8.20 Gr.pl. 10.35 Orkest
concert. 11.50 Orgelconcert A.
Marchal. 12.40 en 1.05 Gr.pl. 1.20
Pascal-orkest. 6.20 Andolfi orkest.
8.20 Zang olv. Dutal. 9.50 Deel.
10.20 Vocaalkwartet. 10.50 Dans
muziek.
KALUNDBORG, 1261 M. 12.20
1.20 Omroeporkest olv. Mahle..
2 20 Rep. 4-20 Harmonieconcert.
8~20 Omroeporkest olv. Reesen.
9.10 Europeesche volksliederen,
zang en piano. 10Vioolduetten.
10 30 Omroeporkest o.l.v. Reesen.
11 20—12.50 Dansmuziek.
KEULEN, 456 M.6.35 Haven
concert. 9.05 Kwintetconcert. 10 50
Mannenzangver. en Sted Orkest te
Bonn olv. ds. H. Wedig. 1150
Bach-cantate. 12.20 Omroepklein-
orkest olv. Eysoldt. 2.20 Gr.pl. 4.20
Omroeporkest o.l.v. Sontag. 6.20
Gr pl. 8.35 „Der deutsche Gedanke
in 'der Welt", I' oorspel fet muzidc.
9.35 Orkestconcert. 10.40 l.zu
Weragkamerorkest.
ROME, 421 M. 8.35 Gr.pl. 9-05
„II conté Ory", opera van Rossini.
LeidingCapuana.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M-:
10.20 Gr.pl. 1120 Satonorkest
12.20 Orkestconcert. 1-30
Paul Godwin's orkest. 2.50 Nat.
Zangfeest. 5.20 Orkestconcert. 6.20
G .pl. 8.20 Orkestconcert. 10.30 l
Godwin's orkest. 11 50—12.20 Gr.
Pl 484 M.: 10.20 Salonorkest.
1120 Gr.pl. 12.20 P. Godwins
orkest. 1.302.20 Orkestconcert en
p-rnl 5 20 P Godwin s oikest. 6.35
Omroeporkest 8.20 Salonorkest en
gr.pl. 10.30 P. Godwin's orkest.
11.50—12.20 Gr.pl.
M. 8.35 Zie Keulen. 9.35 Dans
muziek. 10.20 en 11.05 Ber 11.20
12.20 Concert uit Fraiiidurt m-
m. v. solisten, koor en orkest.
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Huizen.
Lijn 3: Brussel 1020—14.20,
1 j.zU24.
Lijn 4: Keulen 9.05—16.20,
Deuptschl.sender 16.20—23 20
Frankfort 23 20—24.—
Maandag 2 Juli.
HILVERSUM, 1875 M. (Alg.
Progr. AVRO). 8— Gr.pl. 10.-
Morgenwijding. 10.15 Gr.pl. 10 30
Voordracht door mr. Ph. C. la Cha-
pelle. 11.Orgelconcert P. van
tgmond Jr. mmv. Grethe Weyn-
schenkHogenbirk, sopraan. 12.
Kovacs Lajos en zijn orkest en gr.
pl. 2.15 Gr.pl. 2.30 Pianorecital E.
Veen. 3.— en 4.15 Gr.pl. 4.30 Max
Tak; Giuseppi Verdi. 5.30 Uit „At
lantic", Seheveningen: John von
Briick en zijn orkest. 6.30 Orgel
concert Pierre Palla, mmv. de Man-
dohne-Ver. „Crescendo". 7.15 Gr.
pl. 7.40 Kapt F. Raland: De
Nationale Luchtvaartdag. 8.— Vaz
Dias. 8.05 Gr.pl. 9.Omroep
orkest olv. A. van Raalte, mmv. Th.
%,d;vPas' P'ano- 10-Voordr. door
Cl Witsen Elias. 10.20 Omroep
orkest olv. A. van Raalte 11.
Vaz Dias. 11.10 Gr.pi. 11.15—
12 Kovacs Lajos en zijn orkest.
8.Concert. H. v. d. Horst en K.
F. Borgers, celli en F. Kloek, orgel.
9.Causerie door mevr. M. Vige-
lius. 9.30 A'damsch Salonorkest o.
1. v. D. Kiekens. Om 10.— Vaz
Dias. 11.—11.30 Gr.pl.
7.20 en 8.20 Gr.pl. 10.35 Orkest
concert. 12.20 Krettly-orkest. 8.20
„Boccaccio", operette van Suppé,
mmv. koor en orkest olv. Labis en
solisten. 10.50 Dansmuziek.
2.20 Concert uit rest. Wivex. 3.10
Gr.pl. 3.50 L. Preii's orkest. 8.20
Operettemuziek olv. Reesen. 9.15
Voordracht. 9.55 Finsche pianomu
ziek door Kosti Vehanen. 10.35
Radio-Symphonie-orkest o.l.v. Ree
sen. 11.20—12.50 Dansmuziek.
12.20 Max Alexys' orkest. 1.30 Gr.
pl. 5.20 Max Alexys' orkest. 6.50
en 8.20 Omroeporkest. 9-20 Salon
orkest. 10.30—11.20 Gr.pl. 484
M.: 12.20 Gr.pl. 1.30—2.20 Max
Alexys' orkest. 5.20 Salonorkest.
6.35 en 7.20 Gr pl. 8.20 Salon
orkest. 9.20 Omroeporkest. 10.30—
11.20 Gr.pl.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571
M 8 35 „Houston Stewart Cham-
berlain", literair-muzikaal progr.
9 20 Omroeporkest olv. Lindner, m.
m v zangsoliste. 10.20 Ber. 10.50
Sportpraatje. 11-05 Weerber. 11.20
12.50 Dansmuziek o. 1. v. Leo
Eysoldt.
Lijn 1Hilversum.
Li!» 3: Da'ventry 10.3511.05,
Lond. Reg. 12.20-15.20, Scot.
Reg 15.20—16.05, North. Reg.
16 0517.35, Lond. Nat. 1J-35—
19.20, Kalundborg 19-20—24.—
Lijn 4: Keulen 10.35-16.20,
München 16.20—17 20, Keulen
17 20—19.20, Lond. Reg. 19.20—
24.—.
B. EN W. GEVEN DEN VOORZITTER
VAN GED. STATEN ADVIES INZAKE
HET ADRES VAN DEN HEER JANSEN.
B. en W. hebben op 28 Juni aan den voor
zitter van Ged. Staten het volgende schrijven
gezonden:
Naar aanleiding van het bij Uw bovenver
melde kantbeschikking in onze handen om
bericht en raad gestelde adres van H.
[ansen, alhier, met bijlagen betreffende de in
"925 en 1926 door Jansen geleverde meubi
leering voor het gebouw van den keurings
dienst voor waren, deelen wij U Hoogedel
gestrenge het volgende mede.
Het kost ons eenige moeite, op dit adres
te reageeren, niet om den zakelijken inhoud,
maar wel om de wijze waarop adressant
zich, door te verwijzen naar het aan het
adres toegevoegde advies van J. H. Elfring,
uitlaat over hen, die over zijn zaak hadden
te beslissen. De lasterlijke aanstijgingen, de
grove beschuldigingen, die in het stuk zijn
neergeschreven, en die verspreid zijn door
een plaatselijk blad, aan welks redactie blijk
baar een afschrift van het adres ter plaat
sing is aangeboden, zouden ons aanleiding
hebben gegeven, aan het stuk geen aandacht
te schenken, ware het niet, dat Uw College
omtrent het daarin aangevoerde inlichtingen
en ons advies vraagt. Wij twijfelen niet of
ook Uw College zal de waarde van het adres
weten te beoordeelen naar de grofheden die
iet bevat.
Op de in het adres vermelde aangelegen-
leid hadden mede betrekking het Raadsbe
sluit van 6 Mei 1926, nr. 2. waarbij beslo
ten werd zich in rechte te verweren tegen
de door de door H. Jansen tegen de gemeente
ingestelde rechtsvordering, welke Raadsbe
sluit door Ged. Staten werd goedgekeurd bij
hun besluit van 26 Mei 1926, nr. 70, zoo
mede het Raadsbesluit van 14 Juni 1928,
nr. 2, waarbij de Raad besloot nadat
Jansen, voornoemd, zich zijn vordering door
de rechtbank in hoofdzaak zag ontzegd en
hij van dit vonnis hooger beroep had inge
steld zich tegen de ingestelde rechtsvorde
ring in hooger beroep te verwerven, aan
welke Raadsbesluit Ged. Staten hunne goed
keuring hechtten bij besluit van 4 Juli 1928,
nr. 132.
De heer Jansen eïschte van de gemeente
een bedrag van ongeveer 9000.wegens
het verrichten van bijwerk ter zake van de
levering van eerdergenoemde levering van
de meubileering voor het gebouw van den
keuringsdienst voor waren. Zooals reeds op
gemerkt, stelde de arrondissements-recht-
bank alhier den eischer in het ongelijk en
wel bij vonnis van 8 Maart 1928, waarvan
de heer Jansen in beroep ging. Bij zijn ar
rest van 7 Januari bevestigde het gerechts
hof te Amsterdam het zooeven genoemde
vonnis.
Nu beweert de heer Jansen, dat hij van
cassatie heeft afgezien op advies van een
toenmaligen wethouder, maar wij achten het
uitgesloten, dat deze wethouder eenige toe
zegging van schadevergoeding heeft gedaan,
nadat rechtbank en gerechtshof de vordering
hadden afgewezen. In elk geval heeft, gelijk
blijken zal, Jansen zich er niet over te be
klagen, dat aan zijn verzoek niet de noodige
aandacht, ook na de rechterlijke uitspraken
werd geschonken.
In het jaar 1930 heeft de heer Jansen, na
dat hij ook door het gerechtshof te Amster
dam in het ongelijk was gesteld, zich met een
adres tot B. en W. gewend met het verzoek
om tot een regeling te komen, welke voor
hem de gevolgen van de rechterlijke vonnis
sen althans ten deele zoude opheffen. Dit
verzoek werd door het toenmalige College
van B. en W. afgewezen op grond van de
omstandigheid, dat nu de rechter eenmaal
een uitspraak heeft gedaan, beide partijen
zich daarnaar zullen moeten gedragen, ge
heel afgescheiden van de vraag, welke partij
daarvan nadeel ondervindt. Omdat daarna
de heer Jansen bleef beweren, dat hij onbil
lijk was behandeld door de gemeente, heeft
de meerderheid van ons college dat op 13
November was opgetreden op 2 Januari
1931, teneinde den schijn te vermijden, alsof
de gemeente zich in strijd met de billijkheid
ten koste van den aannemer wilde verrijken,
aan den Raad het voorstel gedaan om een
bindend advies in te winnen over de vraag,
of de meubileering van het gebouw van den
keuringsdienst voor waren, zooals door Jan
sen is opgeleverd, gedekt werd door het be
stek en de teekeningen, waarbij de prijsop
gaven zijn verzocht, en zoo neen, welk ge>
deelte van het uitgevoerde werk in de over'
eenkomst van aanneming niet was begrepen
en voor welke som dit gedeelte had kunnen
worden uitgevoerd, een en ander behoudens
goedkeuring van de financieële gevolgen
door Gedeputeerde Staten en den Minister
van Arbeid, Handel en Nijverheid.
De Raad wenschte dit verzoek zelf in te
stellen en belastte op 8 Januari 1931 een
Raadscommissie ad hoe met de taak, den
heer Jansen en andere bij het geschil betrok
ken personen te hooren en na te gaan, of
Jansen door de gemeente rechtvaardig was
behandeld. Nu de rechtmatigheid door den
rechter was beoordeeld, zou zij in het bijzon
der op de billijkheid hebben te letten.
De Raadscommissie, die een veel ruimere
opdracht had, dan die, waarmede de hier
voor bedoelde commissie van deskundigen
zou zijn belast, kwam, nadat zij den heer
Jansen in de gelegenheid had gesteld zijn
grieven naar voren te brengen en eveneens
had gehoord den directeur der gemeentewee
ken, zoomede de door beiden opgegeven des
kundigen-getuigen, de heeren Cammeraat en
Meffert, eenstemmig tot de overtuiging, dat
bestek en teekeningen voor de levering, als
mede het door den heer Jansen geteekende
contract, volkomen het opgedragen werk
dekken, zoodat zij de aanspraken van Jansen
op de 'bij dagvaarding geëischte som van on
geveer 9000.voorkomende op de bi
werkrekening, absoluut ongegrond oordeeldi
voor toekenning van eenige schadeloosstel
ling, wegens bijwerk of wegens onbillijke oi:
onrechtvaardige behandeling geen termen
aanwezig achtte, in verband waarmede zij
geen aanleiding vond voor het inwinnen van
een bindend advies.
De Raad besloot overeekomstig het advies
der Commissie, van wier rapport wij hierbij
Het is gebleken, dat hier en daar in het buitenland door opkoopers
met Kruschen Salts geknoeid is. De fabrikanten waarschuwen daarom
het publiek, Kruschen Salts in geen geval te koopen onder buitenlandsch
etiquet, doch uitsluitend in den alom bekenden poedervorm in onge
schonden Hollandsche verpakking, terwijl de naam N.V. Rowntree
Handels Maatschappij zoowel op de verpakking als op het etiquet
gedrukt moet zijn. Alleen bij dit echte Kruschen Salts zult U baat vinden.
E. GRIFFITHS HUGHES Ltd., MANCHESTER, Opgericht 1756]
een overdruk v gen, in zijne vergadering
van 9 Juli 193t.
In het bij het adres gevoegde rapport-El-
fring wordt weliswaar beweerd, dat de Com
missie zich niet verwaardigde Jansen een
afd'ajk van het rapport aan den heer Jan
sen. jegezonden door den Secretaris der
Raadscommissie.
De heer Jansen, niet tevreden met de uit
spraak van den Raad, wendde zich op 23
Juli 1931 opnieuw tot dit college met het ver
zoek deze zaak te herzien, waarop de Raad
op 30 Juli d.a.v. afwijzend beschikte.
In 1933 is deze aangelegenheid opnieuw
naar voren gebracht in de plaatselijke pers,
in het bijzonder in het destijds hier ver
schijnend weekblaadje „Alkmaar aan Zee",
uitgever en redacteur de heer Elfring, zoo
mede in brieven aan den toenmaligen burge
meester mr. W. C. Wendelaar en den secre
taris der gemeente, terwijl de heer Jansen,
toen hij hiermede geen resultaat bereikte,
zich tenslotte weer tot den raad wendde met
overlegging van het rapport van den heer
Elfring. De raad besloot in zijne vergadering
van 19 April 1934 op het adres afwijzend te
beschikken, zulks op grond van de omstan
digheid, dat aan deze aangelegenheid reeds
voldoende aandacht is geschonken. Het ver
slag van het verhandelde in den raad leggen
wij hierbij over.
Dit nu is in het kort de historie van de
levering van de meubileering voor het ge
bouw van den keuringsdienst voor waren en
derzelver gevolgen.
Het recht op arbitrage van den heer Jan
sen is niet erkend, zooals de heer Elfring be
weert, noch door den raad, noch door B. en
W. Slechts heeft de meerderheid van ons col
lege destijds, om den schijn te vermijden als
of de gemeente zich in strijd met de billijkheid
ten koste van den aannemer had willen ver
rijken, op arbitrage aangestuurd over de ge
preciseerde vraag, of het uitgevoerde werk
door het bestek en de teekeningen gedekt
werd en zoo neen, welk gedeelte van het
werk daarin niet was begrepen en voor welke
som dit gedeelte had kunnen worden uitge
voerd, welk voorstel naderhand door ons
college weer is ingetrokken in de raadsver
gadering van 8 Januari 1931, toen de raad
meer bleek te voelen voor een raadscommis
sie met een nog ruimere opdracht. Ook in de
raadsvergadering van 19 April 1934 heeft
geen der raadsleden het recht op arbitrage
erkend, alleen hebben enkele raadsleden op de
wenschelijkheid van arbitrage gewezen.
Naar aanleiding van de bewering, dat ge
meenteblad nr 758 toepasselijk zou zijn ge
weest, merken wij nog het volgende op.
Het contract door Jansen met de gemeente
gesloten over de levering van de meubilee-
ring dateert van 22 April 1925, terwijl de
raad op 28 Mei 1925 vaststelde de wijziging
der verordening in acht te nemen bij het
uitvoeren van werken ten behoeve der ge
meente Alkmaar (gemeenteblad nr. 758), bij
welke wijziging den aannemer het recht
werd gegeven, te vorderen het inwinnen van
een bindend advies van een commissie van
deskundigen bij geschillen tusschen aan
nemer en directie. Deze wijziging opgenomen
in gemeenteblad nr. 974 en afgekondigd op
9 Juni 1925, kan dus buiten beschouwing
blijven ten aanzien van het contract tusschen
Jansen en de gemeente, daar zij ten tijde
van het sluiten van het contract nog niet
bestond. Blijft over te beantwoorden de
vraag, of de arbitrage naar de lezing van
art. 93 der A. V. van 1 Februari 1915, zooals
gemeenteblad nr. 758 in artikel 2 voorschrijft
op deze aangelegenheid van toepassing was.
Ook deze vraag moeten wij ontkennend be
antwoorden, daar in het met den heer
Jansen gesloten contract deze bepaling niet
voorkomt en evenmin in het bestek en de tee
keningen, waarbij prijsopgaven zijn ge
vraagd. B. en W. toch kunnen besluiten van
de bepalingen van gemeenteblad nr. 758 af
te wijken (zie art. 1), van welke bevoegdheid
zij gebruik hébben gemaakt bij hun opdracht
aan den directeur der gemeentewerken om
prijsopgaven te vragen voor de meubilee
ring van het gebouw van den keuringsdienst.
Waar dus kennelijk zoowel in het bestek als
in het daarna gesloten contract tusschen Jan
sen en de gemeente arbitrage was uitge
sloten, kon de aannemer van de arbitragebe
palingen van gemeenteblad nr. 758 geen ge
bruik maken toen er geschillen rezen. Over
deze kwestie is reeds in 1926 door de ge
meente met haar wederpartij gecorrespon
deerd. Wanneer inderdaad een recht op ar
bitrage bestond, zou de heer Jansen daarvan
in 1926 reeds gebruik gema-.kt hebben. Maar
ook de rechtskundige raadsman van den heer
Jansen, mr. J. Zeylemaker, thans hoogleeraar
aan de rechtshoogeschool te Batavia, was
blijkbaar van meening, dat een recht op ar
bitrage van zijn cliënt niet bestond. Wel
heeft hij aan ons college arbitrage verzocht
(bij brief van 15 Januari 1926), maar bij brief
van 20 Januari 1926 hebben B. en W. dit
verzoek afgewezen op grond van de omstan
digheid, dat het hier niet zoo zeer een tech
nische zaak betrof, als wel de principieele
vraag, of Jansen gebonden was aan het
bestek en de teekeningen. Wanneer dus inder
daad, zooals de heer Elfring beweert, het
recht van Jansen op arbitrage overeenkom
stig art. 2 van gemeenteblad nr. 758 (m.a.w.
toepassing van art. 93 der A. V. naar de
lezing van 1 Februari 1915) had vastge
staan, dan had mr. Zeylemaker zich niet bij
de afwijzing van zijn verzoek door B. en W.
neergelegd, maar zou hij benoeming van een
commissie als bedoeld in 496 der- A. V.,
zooals dit tot 1 Februari 1915 luidde, voor
den rechter hebben kunnen eischen. Mr Zeyle
maker zag blijkbaar wel in, dat het recht
op arbitrage, als hiervoor bedoeld met be
stond en heeft daarom g*en vordering daar
toe ingesteld, waardoor hij zich aansloot bij
de opvatting van B. en W. op dit punt.
Met overlegging van gemeenteblad nr.
758, zooals dat sedert is gewijzigd, meenen
wij U Hoogedelgestrenge in overweging te
moeten geven te bevorderen, dat aan den
heer Jansen bericht wordt, dat zijn zaak en
door den rechter èn door het gemeentebestuur
voldoende is onderzocht, dat hij is behan-
deld overeenkomstig de wet en wettige ver
ordeningen, en dat daarom voor tusschen-
komst van Ged. Staten in deze geen aan
leiding is.
(Naar aanleiding van de opmerkingen, dat
het lasterlijke stuk van den heer Jansen ook
verspreid is door een plaatselijk blad, aan
welks redactie blijkbaar een afschrift ter
plaatsing is aangeboden, stellen wij er prijs
op, mede te deelen, dat wij alle adressen,
welke stadgenooten bij officieele lichamen in
dienen, steeds publiceeren voor zoover adres
santen ons daartoe in de gelegenheid stellen.
Deze publicatie bewijst geenszins, dat wij
met den inhoud al dan niet instemmen en wij
beoordeelen evenmin of een dergelijk adres
B. en W. al dan niet welgevallig zal zijn.
Ons treft in bovenstaand schrijven aan den
voorzitter van Ged. Staten een te ver afdalen
in dergelijke bijkomstigheden en een te veel
nadruk leggen op den toon van het adres.
Het is te begrijpen, dat Ged. Staten dit zelf
ook wel kunnen beoordeelen en dat hun ver
zoek om informaties niet den toon maar uit
sluitend den inhoud van het adres heeft ge
golden.
Red. Alkm. Crt.)
Het goud als instrument voor
handhaving van de stabiliteit van
het ruilmiddel. Nieuwe toe
vloeiing van goud naar ons
land. Streven naar rentever
laging voor Belgische staatslenin
gen. Gouddekking der Marken
tot een minimum gedaald. On
gunstige ontwikkeling der transfer
besprekingen. Gerechtelijke be
slissing inzake de goudclausule
opnieuw uitgesteld. Ongeani
meerde stemming op de aandeelen-
markt.
De opheffing van den gouden standaard
in zoovele landen, die naar men meende
trouw aan het goud hadden gezworen, heeft
tot gevolg gehad, dat het publiek in andere
landen een bijna ziekelijke belangstelling
aan den dag is gaan leggen voor de goudbe
wegingen van de circulatiebank. Zoodra er
maar eenige millioenen goud aan de circu
latiebank worden onttrokken, ontstaat er on
gerustheid met betrekking tot de waardevast
heid van het ruilmiddel, zich uitend in goud-
aankoopen van vaste rente dragende fond-
sen enz. Men geeft er zich daarbij geen
rekenschap van, dat een dergelijke vlucht
uit de eigen valuta den druk op den wissel
koers nog versterkt en de circulatiebank
dwingt tot verdere goudafgiften, die anders
achterwege hadden kunnen blijven, die ech
ter onder de gegeven omstandigheden nieuwe
ongerustheid verwekken. Een dergelijke be
weging hebben wij hier te lande omstreeks
een jaar geleden meegemaakt, toen de goud
voorraad van De Nederlandsche Bank in
enkele maanden tijds met meer dan twee
honderd millioen gulden verminderde en
toen elke week weer de publicatie van den
Weekstaat met angstige spanning tegemoet
werd gezien, juist door het groote publiek,
dat zich anders om wijzigingen in de positie
van de circulatiebank al heel weinig bekom
mert. Men gaf er zich hierbij geen reken
schap van, dat de leiding der Bank, door
een deel van haar goudvoorraad op te offe
ren, juist een manifestatie gaf van haar wil
ot handhaving van den gouden standaard.
Terecht noemt Mr. Trip in zijn jongste
jaarverslag het een van de betreurenswaar
dige gevolgen van de internationale ont
wrichting, dat het bezigen van het gele
metaal voor het doel, waartoe het wordt ge
houden, veelal wordt aangemerkt als een
nadeel en een gevaar voor de stabiliteit van
het nationale ruilmiddel, terwijl de invloed,
welke voor de handhaving van die stabiliteit
door de goudafvloeiïng geoefend wordt, bui
ten aanmerking wordt gelaten.
Evenmin als de afvloeiing goud schade
berokkent aan de waardevastheid van het
ruilmiddel (mits het binnen de door de wet
gestelde perken blijft), evenmin is ook de
toevloeiing van goud onder meer als voor
deel te beschouwen. Welk nut b.v. heeft de
goudstroom, die zich in de laatste maanden
naar ons land beweegt, nu er niet de minste
behoefte bestaat aan een uitbreiding van de
credietbasis en er integendeel een overschot
aan vlottende middelen bestaat? Behalve in
den lagen stand der geldkoersen op de open
markt komt deze geldruimte ook tot uitin<*
in het groote bedrag der rentelooze saldi
van particulieren bij de Nederlandsche
Bank, die tot 135% millioen zijn gestegen
tegen nog geen 73 millioen in April j.l!
Voor een deel heeft men hierbij ongetwijfeld
te doen met de gevolgen van den verkoop
van goud, dat door particulieren, groote on
dernemingen en banken in de periode van
ongerustheid over den gulden was geham
sterd, en dat weer geleidelijk te gelde wordt
gemaakt, nu de onrust is geweken. Deze ver-
koopen zouden nog wel een grooten omvang
aannemen, wanneer er meer behoefte aan
vlottende gelden en meer loonende beleg-