De eerste regeeringsdaaihaii minister Steexberghe.
HERVORMDE LANDDAG.
FOSTER's MAflCPlUEN
DREIN DRENTEL EN RIET PRIKKEt
Kerk en School
Open'uchtsamenkomst vanwege het N?d. Ver
bond van Kerkherstel, gehouden in den Muziek-
tuin j.l. Zaterdagmiddag.
binnenland.
Verruiming van de Zondagssluiting.
!cOhte^ecméét!
cieel er reeds voordeel van gehad heeft- Spr
is van meening, dat in dezen tijd verleden
jaar de arbeiders evengoed geplaatst werden
bij de bouwers.
Wethouder Oeijevaar «eide, dat door de
heer Zuidam uitgeschakeld wordt de tijd,
welke er aan vooraf gegaan is In Mei werden
er nu reeds vele geplaatst, hetwelk toch an
ders bepaald niet was voorgekomen, wanneer
deze regeling er niet geweest v/as.
De voorzitter zeide, dat met de omstandig
heden rekening is gehouden. Een bouwer,
welke om een arbeider kwam. werd er steeds
op gewezen, dat wanneer hij anders iemand
noodig had voor korteren tijd dan niet voor
deze regeling in de gelegenheid werd gesteld,
maar was hij daarentegen genegen een ar
beider langer te nemen, dan ging het wel.
De heer Zuidam wenschte toch gaarne
gegevens, wat verleden jaar is uitgekeerd
tegenover nu en ziet in deze regeling een
gevaar, dat een jongeman en anderen daar
door op straat komen te staan
De voorzitter zeide uit ervaring te weten,
dat voor deze regeling er hoegenaamd geen
gehuwde was verhuurd.
De heer Koedijk heeft het altijd als scheef
aangevoeld, dat de vader van een gezin niet
werd gehuurd cn de jongeren wel. Door deze
regeling wordt zulks nu weer recht gezet,
dat eerst de vader aan het werk geraakt. Al
is het, dat de gemeente er nu geen financieel
voordeel van heeft, dan kan zulks er toch
later uit geboren worden. Het land wordt
beter behartigd en de opbrengst der bedrijven
wordt daardoor groo'.er. waarin ligt opge
sloten, dat alles er later goed door gaat. Het
practisch belang der bedrijven is van onbe
rekenbaar nut.
De heei v d. Molen juicht de regeling toe
Verleden iaar is er al reeds een tekort aan
arbeidskrachten in de bedrijven werkzaam
geweest. Een bouwer laat zijn land niet uit
liefde verwaarloozen, maar wegens gebrek
aan 'geld konden geen arbeiders geplaatst
worden.
Wethouder Ooijevaar was van meening,
dat men zich nog niet verdiepen moet in de
bezwaren welke de toekomst biedt. Getracht
zal worden, die dan weer te ondervangen.
Tenslotte kon men er zich mee vereenigen
dat getracht zal worden verlenging te ver
krijgen van de proef.
Hierna sluiting.
•Verschillende sprekers, muziek
en zang.
Deze landdag werd door een behoorlijk
aantal belangstellenden bijgewoond, of
schoon er tegen 3 uur, den tijd van aan
vang, nog slechts weinig menschen waren.
Misbruik makend van het beruchte Alkmaar-
sche kwartiertje, kwamen de meesten pas
toen het reeds 3 uur geslagen had. waarmee
men toonde niet voldoende te beseffen, dat
men door dergelijke laat-komerij eigenlijk
hen, die op tijd waren, dupeert. Een ver
schijnsel trouwens, dat zich helaas op haast
elke bijeenkomst voordoet.
Openingswoord.
De bijeenkomst werd geopend met het ge
zamenlijk staande zingen van Psalm 69 1,
waarna dr. R. B. E v e n h u i s uit Zaan
dam voorging in gebed.
Hierna sprak deze een openingswoord,
waarin hij ontkende de juistheid van het
vaak gehoorde gezegde, als zou Noordhol
land geen streek zijn voor een demonstratie
als deze. Sjpr. meende, dat dit voldoende
wordt duidelijk gemaakt door het bezoek aan
dezen eersten landdag vanwege „Kerkher
stel". Hij hoopte, dat deze bijeenkomst veel
goeds tot gevolg zal hebben. Hij keurde af
de bewering, dat „het niet in de kerk zit",
zooals een geslacht predikanten van pl.m.
60 jaar geleden ook in deze provincie heeft
gepredikt zonder te zeggen waar het dan
wèl in zit.
De chr. zangvereeniging Immanuel uit
Alkmaar zong zeer verdienstelijk „Hoor
ons, Almachtige" en vervolgens sprak ds
W a r n e r s, van Alkmaar, over
Kerk en Geloof.
Spr. noemde het een verblijdend verschijn
sel, dat, niettegenstaande in de laatste jaren
de onkerkelijkheid op ontstellende wijze toe
nam, toch allerwege weer over de kerk wordt
gesproken. Het aantal dergenen, die het ge
loof alleen tot de binnenkamer willen beper
ken, neemt gelukkig af. De onkerkelijken zijn
deels atheïsten geworden, anderdeels tot de
kerk teruggekeerd. Spr. meende, dat de kerk
met bewusten tegenstand meer gediend is
dan met slappe medewerking.
Den samenhang tusschen kerk en geloof
noemde spr. wonderlijk teer. Aan de hand
van der tekst Efeze 4 15 en 16 toonde hij
dien samenhang aan. Hij noemde het woord
een vermaning en een loflied voor de ge
meenschap in Christus. Men kan het geloof
beschouwen zooals men wil, men komt steeds
weer op Christus terug. Het evangelie gaat
lijnrecht in tegen een zoogenaamd indivi
dueel christendom, wat geen christendom is
Een antwoord gevende op de vraag: „wat
is het Christusgeloof", zei spr., dat dit on
veranderlijk heenwijst naar Jezus. Het „ik" is
daarbij niet belangrijk, maar het belijdt, dai
God den zondaar roept tot zijn gemeen
schap.
Jezus heeft niet enkel over God gesproken,
maar God heeft Hem aan zich verbonden
Het offer van Christus door het kruis ge
tuigt van zijn verbondenheid met den
mensch. In deze gemeenschap wordt de
mensch opgenomen krachtens het tekst
woord.
De liefde van God dwingt tot liefde van
den mensch tot den mensch. Gemeenschap
met God beteekent tegelijkertijd gemeen
schap der geloovigen, een barmhartigheids
gemeenschap.
De roepende Jezus is getrouw, het is een
onomstootelijk feit, dat de geloovigen zijn
verbonden in de kerk, waarin het gaat om
de figuur van Jezus.
Spr. weidde uit over de zichtbaarheid en
onzichtbaarheid van de una sancta, waarbij
hij vaststelde, dat de kerk als zichtbare ge
stalte Gods strijd impliceert.
Wanneer men zich de heiligheid Gods
voldoende bewust is, ligt daarin de opwek
king: „laten wij groeien in het geloof" en de
vermaning tot groeien in de kerk, groeien
naar buiten en naar binnen De liefde van
Christus is de vervulling van de Wet. Het
ware geloof in de una sancta zal de scherp
ste critiek hebben op het zondaar-zijn.
De strijdende kerk heeft organisatie noo
dig en spr. bad. dat God het verlangen naar
de ware kerk zal leiden, dan zal de strijdende
kerk een overwinnende kunnen worden.
Ds. Deelen over „Kerk en Kerken".
Na zang van het koor der afd. Zaandam
van de Jong Hervormden sprak ds. De e-
1 e n uit Oosterend (Fr.) over het onder
werp „Kerk en Kerken."
Spr. zag een nauw verband tusschen kerk
en geloof en constateerde een drang naar de
kerk en een willen-leven-met-elkander in de
maatschappij. In deze omstandigheden wil
de 6pr, met nieuwe hoop zien naar die ge
meenschap, welke wij de kerk noemen en die
door velen geheel was vergeten. De geloo-
vige verwacht iets. van het zoeken naar de
kerk onzer dagen en spr. wees hierbij op het
woord van Lloyd George, dat oorlog onmo
gelijk zou zijn, als de kerk als geheel zich
vrede-willend had betoond. Hare verdeeld
heid was echter fnuikend gebleken.
Wij hebben in de wereld te maken niet me:
één kerk, maar met vele en met tal van kerk
genootschappen, en deze toestand is abnor
maal, al kan men dien geschiedkundig wel
begrijpen.
Waarom, zoo vragen de jongeren, moet
er een strijd zijn om den voorrang in de ker
ken? Wat moet de buitenstaander wel van
het evangelie denken bij de groote verdeeld
heid in de kerken?
Gelukkig ziet men ten aanzien van de
zending nog wel in, dat het anders kan, dat
men één kan zijn in den strijd voor het evan
gelie. In de zending toch merkt men niets
van de verdeeldheid, en dat men het contrast
voelt, getuigt de groeiende belangstelling
voor de zending. Spr. wees hierbij op de
groote belangstelling voor het optreden van
den Amerikaanschen zendeling Stanley
Jones.
De kerk als eenheid is in den loop der
jaren niet veranderd en dient gesteld te
worden tegenover de verdeeldheid onzer
dagen. Christus' lichaam (d. i. de kerk) be
staat uit vele deelen, maar is één eenheid
Als die verschillende deelen tegen elkaar
opstaan, gaan zij tegen het leven in.
Wij kunnen het vraagstuk der eenheid wel
ontloopen, door te wijzen op een onzichtbare
en een zichtbare kerk, maar we lossen het
daarmee niet op. Wij hebben alleen dezelfde
roeping ontvangen, behooren bij elkaar, vor
men een eenheid, zooals de Twaalf Artikelen
des Geloofs zeggen.
Wij moeten erkennen, dat er geschillen op
kerkelijk gebied bestaan, maar daarom mo
gen wij ons daarbij nog niet neerleggen,
want dan zou de kerk ophouden kerk te
zijn. Natuurlijk is het verkeerd de eenheid
met geweld te willen bewerkstelligen. Dt
uitwendige eenheid is prijs gegeven ter
wille van het Woord, maar het is onbillijk
de verdeeldheid der protestantsche kerk te
wijten aan Luther en de andere hervormers.
Er is in de kerk van Christus ruimte voor
een veelvormig christendom. Dit is geen
tegenstrijdigheid, het vult elkaar aan.
De kerken mogen veelvormig zijn, zij mogen
niet verdeeld zijn noch tegenover elkaar
staan, zij zijn tot eenheid en samenwerking
geroepen.
Onze protestantsche kerk, de vaderland-
sche kerk, is een stichting met publiekrech
telijke karakter met één boodschap de
eeuwigheid. En mag hier nog verdeeldheid
optreden? Helaas is die er, er zijn kerken,
die tegenover elkaar staan, zich opsluitend
in eigm huis.
Gelukkig is er na den oorlog een samen
werking geboren (Stockholm en Lausanne),
maar er blijft toch nog alle reden gm te spre
ken over den vloek der verdeeldheid in de
kerken, waar eenheid gebóden was.
De tijdsomstandigheden zijn gunstig voor
samenwerking, daarom mag men niet be
rusten in de verdeeldheid der kerken. Tucht
moet worden uitgeoefend door de kerk op
hen, die het persoonlijke op den voorgrond
willen stellen, iets wat altijd wel zal blijven
bestaan. Erger is het nog, als in de herv
kerk niet wordt uitgedragen de boodschap
van Christus en daarop moet worden toe
gezien, als men de eenheid wil nastreven.
Wanneer we tot een bepaalde kerk behooren,
dragen we mee de schuld aan de verdeeld
heid, maar tevens maakt men daardoor deel
uit van de groote eenheid waartoe zij be
hoort. Die ééne kerk zal des te meer tot haar
recht komen naarmate allen haar zoeken.
Daarop drong spr. met klem aan.
Nadat staande door de aanwezigen ge
zongen waren de coupletten 1 en 3 van Ge
zang 3, werd er een korte pauze gehouden
na het einde waarvan „Immanuel" het Wij-
dingsleid zong, waarop dr. E v e n h u i s
sprak over
Kerk en Kerkherstel.
Hij stelde vast, dat de kerk is een verza
meling van menschen, die allen willen vol
gen de roepstem van God. Evenmin als er is
koud vuur, kan er sprake zijn van een on
zichtbare kerk. Zij bestaat eenvoudig niet.
Spr. wilde dan spreken over ae hervormde
kerk, „onze eigen kerk".
Wij moeten onze houding in die kerk kun
nen bepalen, en voegen daar onmiddellijk
aan toe: kerkherstel. Dat is nog iets anders
dan kerk-bewaring als een stuk traditie, en
beteekent ook lang niet hetzelfde als kerk
afbraak, was het gevolg is van het drijven
van sommigen, die ieder willen uitdrijven,
Indien al) voortdurend last bebf van
schele hoofdpijn als gevolg van een
slechte spijsvertering, gebruik dan
eens een poosje Poster s Maagplllen,
het betrouwbare, tacht werkende
laxeermiddel.
Alom oakrtjgka» f 0.69 om llocmn.
die over de kerk niet dentt zooals zij. Ook
met den gedachtengang van Kerkopbouw
kon spr. zich niet vereenigen, omdat Kerk
herstel uitgaat van het beginsel, dat er is
een fundament. De stem van Christus is
door de eeuwen heen steeds gehoord mis
schien niet door zoovelen als men dat wel
wenschte, maar het bewijs is er, dat er een
fundament bestaat. Het daarop opgetrokken
gebouw is door allerlei omstandigheden ge
scheurd en bouwvallig geworden, en dat
moet hersteld worden. Van den staat mogen
wij in dezen geen heil verwachten en ook
mogen wij geen hulp verlangen van andere
zijde, waarvan onrecht is aangedaan. Wij
zijn 'aangewezen op eigen kracht, op de
kracht, aie nog aanwezig is in de kerk zelf.
Als de kerk zal moeten komen tot herstel
moeten wij dat zelve willen en onze plaars
in de eigen gemeente weten. Ieder volk heeft
de regeering die zij verdient en zoo heeft-ook
onze tijd de organisatie en de zonden die hij
verdient en als wij blijven slapen, zal onze
kerk vernietigd worden. Maar dat mogen
wij niet toestaan en daarom moet het uit zijn
met alle slapheid, die ons hervormden wel
eens aankleeft. Wij moeten karakter toonen,
cmdat onze kerk er nog is en waard is er
moeite voor te doen, er strijd voor te voeren
Persoonlijk geloof in Christus moet er zijn,
als het alles en allen verbindende. Zonder
dat kan onze hervormde kerk niet zijn of
worden wat zij wezen moet. Alle reactie moet
verdwijnen, de slappen en de lauwen moeten
tot activiteit woraen aangezet, dan kunnen
er groote dingen gebeuren en zal de kerk
komen in de positie die zij behoort in te
nemen. De God van den Hemel zal het ons
doen gelukken, aldus eindigde spr.
Hierop sprak dr. Evenhuis een woord van
dank tot allen, die aan het welslagen van
den landdag hadden meegewerkt, uitnoodi-
gende tot overleg met het bestuur van Kerk
herstel inzake hetgeen in de eerstvolgende
maanden kan worden gedaan ter bereiking
van het doel van het verbond.
Slotwoord.
Het slotwoord werd gesproken door ds.
H. O. Molenaar van St. Pancras. Hij
ging na wat de kerk is en wat zij zijn moe:
en stelde vast, dat God wil, dat er voor haar
wordt gewerkt. Tot dien gezamenlijken strijd
voor de kerk van Christus wekte spr. op:
komt in de afdeelingen van Kerkherstel om
Gcds werk mee te volbrengen.
Spr. ging voor in dankzegging; vervol
gens werd gezamenlijk gezongen Gezang
96. waarmee de landdag werd besloten.
De zang werd opgeluisterd door een
muziek-ensemble.
De nieuwwe minister van economische
zaken mr. Steenberghe heeft besloten het ont
werp tot technische herziening der Winkel
sluitingswet, zooals dat na aanneming van
het amendement-Teulings luidde, niet in te
trekken, doch daaraan een nieuwe bepaling
toe te voegen, waardoor de gemeenteraden
de bevoegdheid krijgen binnen twee maan
den na de afkondiging der wet te beslissen
of al dan niet van de verruimingen, die het
amendement-Teulings biedt, gebruik zal
worden gemaakt. De minister heeft deze op
lossing gekozen om verdere stagnatie in de
behandeling dezer materie te voorkomen.
Men zal zich herinneren, dat door minis
ter Verschuur twee wetsontwerpen tot wijzi
ging van de Winkelsluitingswet waren inge
diend, t.w. een crisisontwerp (No. 265) dat
beoogde een tijdelijke verruiming van den
Zondagsverkoop voor sommige categorieën
van winkels te geven met 't oog op de crisis
omstandigheden, en een ontwerp (no. 270)
dat een aantal technische herzieningen be
vatte. Minister Colijn, die bezwaar had het
ontwerp 265 in de Kamer te verdedigen, wijl
dit tegen zijn wil was tot stand gekomen,
stemde er echter in toe het ontwerp 270 wel
te behandelen.
Bij die behandeling werd echter een
amendement-Teulings, dat beoogde Zon
dagsverkoop voor winkels, waar visch, fruit,
brood, banket, suikerwerk, chocolade en con-
sumtie-ijs verkocht wordt, gedurende zes
achtereenvolgende uren, en voor sigaren
winkels en slijterijen gedurende vier achter
eenvolgende uren mogelijk te maken, inge
diend, hoewel het feitelijk niet strookte met
het karakter van het ontwerp. Het amende
ment werd ondanks ernstig verzet van dr
Colijn aangenomen, waarop de minister
schorsing der beraadslaging vroeg.
Minister Steenberghe is thans bereid de
behandeling van dit van het amendement-
Teulings voorziene wetsontwerp weer op te
nemen, doch hij heeft hij nota van wijziging
een aanvulling ingediend, die beoogt de
werking van het amendement-1 eulings uit te
schakelen, waarin op verruiming geen prijs
wordt gesteld door de meerderheid der be
trokkenen.
Hij verbindt nl. aan toepassing van het
in het amendement-Teulings bepaalde ae
voorwaarde, dat de verruimhig alleen in
werking treedt, indien en voor zoover de ge
meenteraad heeft verklaard, van oordeel te
zijn dat de tegenwoordige buitengewone om
standigheden daartoe aanleiding geven.
Een dergelijke verklaring moet worden at-
gelegd binnen twee maanden na de afkondi
ging der wet, zij moet inhouden een vermel
ding van het bedrijf of de bedrijven ten aan
zien waarvan de verruiming van toepassing
is en kan niet worden afgejegd dan nadat
de winkeliers uit het betrokken bedrijf zijn
gehoord.
Ten aanzien van sigarenwinkels en slijte
rijen wordt dan nog bepaald, dat, indien de
verruiming volgens het amendement-Teu
lings van toepassing is (verkoop gedurende
4 uur) de afwijking van het verbod van Zon
dagsverkoop, die krachtens de thans vigee-
rende bepalingen der Winkelsluitingswet bij
plaatselijke verordening op grond van bij
zondere omstandigheden mag worden toege
staan, niet meer dan twee uur mag bedra
gen.
Dit blijkbaar om te voorkomen dat door
gecombineerde werking van de nieuwe en de
reeds bestaande verruimingsmogelijkheid der
gelijke winkels den geheelen Zondag ge
opend zouden zijn.
De nieuwe wijziging komt dus hierop
neer, dat voor elke gemeente op grond van
plaatselijke omstandigheden en na overleg
met de betrokken winkeliers, beslist zal wor
den of, en zoo ja, voor welke der in het
amendement-Teulings genoemde categorieën
van winkels de verruimingsmogelijkheid zal
gelden. Het bezwaar, dat het amendement-
Teulings geen rekening hield met de belangen
van hen, die de verruiming niet wenschen,
wordt daardoor dus ondervangen.
In een schrijven aan den voorzitter der
Tweede Kamer zet minister Steenberghe uit
een, dat de regeling zooals die na aan
neming van het amendement-Teulings worden
zou verder gaat dan naar de meening der
regeering noodzakelijk is, voornamelijk we
gens het hierboven genoemde bezwaar. Om
hieraan tegemoet te komen zou, aldus de
minister, tweeërlei gedragslijn gevolgd kun
nen worden óf inbehandelingneming van het
crisisontwerp (no 265). hetwelk dit bezwaar
niet heeft, met gelijktijdige intrekking van
het ontwerp no. 270 en indiening van een
nieuw wetsontwerp, waarin de tijdelijke ver
ruiming met is opgenomen, óf wijziging van
het ontwerp no 270 in dier voege, dat daar
aan alsnog de noodige bepalingen worden
toegevoegd, welke een onvoorwaardelijke toe
passing van de daarin neergelegde crisis
regeling kunnen voorkomen.
De minister heeft gemeend, met het oog
op den te betrachten spoed, aan de laatste
oplossing, waarvan de voorbereiding reeds
door zijn ambtsvoorganger is geschied, de
voorkeur te morien geven, ofschoon deze op
lossing wellicht uit wetgevend oogpunt be
zien. minder fraai is.
De wijzigingen zullen in werking treden
TOEGAIiG
VERBODEM
Art 461 W.B v. Strafr.
Natuurlijk gaan ze de
bosschen afsluiten, prik
keldraad plaatsen I Na
tuurlijk komen er meer
van die bordjes als de
toeristen allerlei afval,
schillen en doozen over
al neersm'Pe" I
'is 'géln VüilnVsv^it!
twee maanuen na de afkondiging der wet
dus na het verstrijken van den termijn gedu
rende welke de gemeenteraden de boven
genoemde verklaring kunnen afleggen.
Men mag verwachten dat de Tweede Kamer
nu spoedig de afgebroken behandeling van
het wetsontwerp zal hervatten.
HET V.A.R.A.-ZOMERFEEST TE
AMERSFOORT.
Het VARA-Zomerfeest, dat gisteren oo
Birkhoven nabij Amersfoort werd gehouden
heeft zich wederom in een groote belangstel'
ling mogen verheugen. Reeds des Zaterdags
waren de eerste sporen in de stad merkbaar
doch in de ochtenduren van den volgenden
dag begon eerst de groote massale intocht
De politie had overal groote voorzorgsmaat
regelen getroffen, om het verkeer in goede
banen te houden, zoodat alles zeer ordelijk
verliep, terwijl de spoorweg-directie twee
extra perrons nl. bij De Vlasakkers bij de
lijn Utrecht—Amersfoort en één aan de lijn
Amsterdam—Amersfoort had aangelegd om
de 24 extra-treinen met feestgangers daar
te laten komen. Onnoodig te zeggen, dat de
aankomst van deze treinen veel bekijks had.
Naarmate het middaguur naderde, hoe
drukker het werd en wij' zeggen niet te veel,
als wij beweren, dat bij den aanvang van het
middagprogramma zeker een 90.000 bezoe-
kers op het feestterrein aanwezig waren. Om
het de vele tienduizenden toeschouwers mo
gelijk te maken de opvoering goed te kunnen
volgen, had men onder leiding van Jo Gran-
netia drie groote podia gebouwd, waarvan
één in het midden en twee op een hoek van
het terrein, welke onderling verbonden wa
ren door een brug van 200 Mete- lengte.
Door een uitgebreide luidspreker-installatie
was het gesproken woord alsmede de zang
en muziek over het gansche terrein zeer
goed verstaanbaar. Het terrein, dat door de
kleurige vlaggen en doeken met leuzen een
feestelijk karakter had gekregen, leende zich
uitstekend voor een dergelijke massale betoo
ging, terwijl het weer, hoewel het zich in de
morgenuren even dreigend liet aanzien, zich
uitstekend hield. Alleen de zon had mis
schien wat meer fleur aan dit festijn mogen
geven. De organisatie op het terrein was uit
stekend geregeld. Reeds des morgens om 8
uur werd begonnen met de afwerking van
het lijvig nrogramma. Zeer terecht had men
den hoofdschotel van het programma, het
openluchtspel, voor de middaguren bewaard.
Het voorprogramma bestond uit gramofoon-
muziek, gevolgd door de Arbeiders Muziek,
vereeniging „P. J. Troelstra" o. 1. V. Joh.
Boers, Aan dit ochtendprogramma werkten
o a. nog mee, de Flierefluiters o.l.v. Jan van
der Horst, mmv. Albert de Booy; 't VARA-
orkest o.l.v. Hugo de Groot en de humorist
Kees Pruis.
Het Zomerfeesfspef.
Het hoogtepunt van den dag vormde wel
het Zomerfeestspel 1934: „Hallo, zóó is de
VARA", samengesteld door Martin Gleis-
ner (ontwerp en regie), Martien Beversluis
(tekst), Piet Tiggers (muziek) mi Bob Buys
(illustraties). Voordat het spel echter een
aanvang nam, sprak de tweede voorzitter
van de VARA, de heer Klaas de Jonge, een
openingswoord, waarin hij zijn groote vol
doening uitte voor de overweldigende be
langstelling, welke het eerste zomerfeest in
Hilversum overtreft. De huidige maatschap
pij stelt niet alle arbeiders in de gelegenheid
om ontspanning te krijgen. Onze gedachten,
aldus spreker, zijn bij de vele duizenden
welke hier niet aanwezig kunnen zijn. De
redenen van deze bijeenkomst zijn van ver
schillenden aard,'doch de belangrijkste is
we! om onzen tegenstanders te toonen, dat de
VARA nog springlevend is en er niet aan
denkt om te verdwijnen. (Applaus). Wij
worden op allerle' manierer door de heer-
schende machten aangetast, doch wij blij
ven de socialistische omroep voor de arbei
ders. Wij zullen, aldus de heer de Jonge,
hier onze socialistische strijdliederen laten
weerklinken en zullen stelling nemen tegen
het fascisme. Onze programma's staan op
een hoog peil en kunnen wedijveren met de
beste programma's van Europa Onze tegen
standers zouden weer gaarne den tijd terug
zien, dat wij maar weer acht uur zendtijd
hadden, doch ons ledental i* niet kleiner dan
van andere vereenigingen. Wij, in wezen de
oudste omroepvereeniging, wij wenschen
vrijheid voor ons beginsel en streven naar
de voltooiing van het socialisme. Dezen dag
willen wij naast het aangename benutten
om onze tegenstanders te laten zien dat wij
nog krachtig en kerngezond zijn.
Spreker heette vooral de mijnwerkers wel
kom, die een zwaren strijd voeren tegen hun
directies omtrent een loonverschil.
Hierna ving het zomerfeestspel aan Tot
grondslag van dit moderne massa-spel heeft
gediend het bekende VAR A-lied' „Hallo
hier Hilversum, hier is de V.A R.A." Aan dit
sptl, grootsch van opzet, dat ongeveer 2'A
uur duurde, werkten o a. mee, de bekend:
VAR A-medewerkers, de twee orkesten zang
koren en kinderkoortjes, alsmede Jo Hekken
van Eysden, Ernst Busch, |o Stemt.eim ea
33. Juist kwam Drein aanhollen; hij stapte in en de trein kon
zonder vertraging wegrijden. Een kwartier later echter had een
vreeselijke ontsporing plaats, met het gevolg, dat Drein en Piet
uit de coupé geslingerd werden.
34. Op goed geluk trokken ze te voat verder door een lan
dat hun heelemaal onbekend was. Eindelijk was Piet zoo moe,
dat bij zich zonder meer op den grond liet vallen, juist in een
paar stevige doerntakken. Met een gil sprong de arme Piet
weer overeind.