De eerste regeeringsdaaihaii minister Steexberghe. HERVORMDE LANDDAG. FOSTER's MAflCPlUEN DREIN DRENTEL EN RIET PRIKKEt Kerk en School Open'uchtsamenkomst vanwege het N?d. Ver bond van Kerkherstel, gehouden in den Muziek- tuin j.l. Zaterdagmiddag. binnenland. Verruiming van de Zondagssluiting. !cOhte^ecméét! cieel er reeds voordeel van gehad heeft- Spr is van meening, dat in dezen tijd verleden jaar de arbeiders evengoed geplaatst werden bij de bouwers. Wethouder Oeijevaar «eide, dat door de heer Zuidam uitgeschakeld wordt de tijd, welke er aan vooraf gegaan is In Mei werden er nu reeds vele geplaatst, hetwelk toch an ders bepaald niet was voorgekomen, wanneer deze regeling er niet geweest v/as. De voorzitter zeide, dat met de omstandig heden rekening is gehouden. Een bouwer, welke om een arbeider kwam. werd er steeds op gewezen, dat wanneer hij anders iemand noodig had voor korteren tijd dan niet voor deze regeling in de gelegenheid werd gesteld, maar was hij daarentegen genegen een ar beider langer te nemen, dan ging het wel. De heer Zuidam wenschte toch gaarne gegevens, wat verleden jaar is uitgekeerd tegenover nu en ziet in deze regeling een gevaar, dat een jongeman en anderen daar door op straat komen te staan De voorzitter zeide uit ervaring te weten, dat voor deze regeling er hoegenaamd geen gehuwde was verhuurd. De heer Koedijk heeft het altijd als scheef aangevoeld, dat de vader van een gezin niet werd gehuurd cn de jongeren wel. Door deze regeling wordt zulks nu weer recht gezet, dat eerst de vader aan het werk geraakt. Al is het, dat de gemeente er nu geen financieel voordeel van heeft, dan kan zulks er toch later uit geboren worden. Het land wordt beter behartigd en de opbrengst der bedrijven wordt daardoor groo'.er. waarin ligt opge sloten, dat alles er later goed door gaat. Het practisch belang der bedrijven is van onbe rekenbaar nut. De heei v d. Molen juicht de regeling toe Verleden iaar is er al reeds een tekort aan arbeidskrachten in de bedrijven werkzaam geweest. Een bouwer laat zijn land niet uit liefde verwaarloozen, maar wegens gebrek aan 'geld konden geen arbeiders geplaatst worden. Wethouder Ooijevaar was van meening, dat men zich nog niet verdiepen moet in de bezwaren welke de toekomst biedt. Getracht zal worden, die dan weer te ondervangen. Tenslotte kon men er zich mee vereenigen dat getracht zal worden verlenging te ver krijgen van de proef. Hierna sluiting. •Verschillende sprekers, muziek en zang. Deze landdag werd door een behoorlijk aantal belangstellenden bijgewoond, of schoon er tegen 3 uur, den tijd van aan vang, nog slechts weinig menschen waren. Misbruik makend van het beruchte Alkmaar- sche kwartiertje, kwamen de meesten pas toen het reeds 3 uur geslagen had. waarmee men toonde niet voldoende te beseffen, dat men door dergelijke laat-komerij eigenlijk hen, die op tijd waren, dupeert. Een ver schijnsel trouwens, dat zich helaas op haast elke bijeenkomst voordoet. Openingswoord. De bijeenkomst werd geopend met het ge zamenlijk staande zingen van Psalm 69 1, waarna dr. R. B. E v e n h u i s uit Zaan dam voorging in gebed. Hierna sprak deze een openingswoord, waarin hij ontkende de juistheid van het vaak gehoorde gezegde, als zou Noordhol land geen streek zijn voor een demonstratie als deze. Sjpr. meende, dat dit voldoende wordt duidelijk gemaakt door het bezoek aan dezen eersten landdag vanwege „Kerkher stel". Hij hoopte, dat deze bijeenkomst veel goeds tot gevolg zal hebben. Hij keurde af de bewering, dat „het niet in de kerk zit", zooals een geslacht predikanten van pl.m. 60 jaar geleden ook in deze provincie heeft gepredikt zonder te zeggen waar het dan wèl in zit. De chr. zangvereeniging Immanuel uit Alkmaar zong zeer verdienstelijk „Hoor ons, Almachtige" en vervolgens sprak ds W a r n e r s, van Alkmaar, over Kerk en Geloof. Spr. noemde het een verblijdend verschijn sel, dat, niettegenstaande in de laatste jaren de onkerkelijkheid op ontstellende wijze toe nam, toch allerwege weer over de kerk wordt gesproken. Het aantal dergenen, die het ge loof alleen tot de binnenkamer willen beper ken, neemt gelukkig af. De onkerkelijken zijn deels atheïsten geworden, anderdeels tot de kerk teruggekeerd. Spr. meende, dat de kerk met bewusten tegenstand meer gediend is dan met slappe medewerking. Den samenhang tusschen kerk en geloof noemde spr. wonderlijk teer. Aan de hand van der tekst Efeze 4 15 en 16 toonde hij dien samenhang aan. Hij noemde het woord een vermaning en een loflied voor de ge meenschap in Christus. Men kan het geloof beschouwen zooals men wil, men komt steeds weer op Christus terug. Het evangelie gaat lijnrecht in tegen een zoogenaamd indivi dueel christendom, wat geen christendom is Een antwoord gevende op de vraag: „wat is het Christusgeloof", zei spr., dat dit on veranderlijk heenwijst naar Jezus. Het „ik" is daarbij niet belangrijk, maar het belijdt, dai God den zondaar roept tot zijn gemeen schap. Jezus heeft niet enkel over God gesproken, maar God heeft Hem aan zich verbonden Het offer van Christus door het kruis ge tuigt van zijn verbondenheid met den mensch. In deze gemeenschap wordt de mensch opgenomen krachtens het tekst woord. De liefde van God dwingt tot liefde van den mensch tot den mensch. Gemeenschap met God beteekent tegelijkertijd gemeen schap der geloovigen, een barmhartigheids gemeenschap. De roepende Jezus is getrouw, het is een onomstootelijk feit, dat de geloovigen zijn verbonden in de kerk, waarin het gaat om de figuur van Jezus. Spr. weidde uit over de zichtbaarheid en onzichtbaarheid van de una sancta, waarbij hij vaststelde, dat de kerk als zichtbare ge stalte Gods strijd impliceert. Wanneer men zich de heiligheid Gods voldoende bewust is, ligt daarin de opwek king: „laten wij groeien in het geloof" en de vermaning tot groeien in de kerk, groeien naar buiten en naar binnen De liefde van Christus is de vervulling van de Wet. Het ware geloof in de una sancta zal de scherp ste critiek hebben op het zondaar-zijn. De strijdende kerk heeft organisatie noo dig en spr. bad. dat God het verlangen naar de ware kerk zal leiden, dan zal de strijdende kerk een overwinnende kunnen worden. Ds. Deelen over „Kerk en Kerken". Na zang van het koor der afd. Zaandam van de Jong Hervormden sprak ds. De e- 1 e n uit Oosterend (Fr.) over het onder werp „Kerk en Kerken." Spr. zag een nauw verband tusschen kerk en geloof en constateerde een drang naar de kerk en een willen-leven-met-elkander in de maatschappij. In deze omstandigheden wil de 6pr, met nieuwe hoop zien naar die ge meenschap, welke wij de kerk noemen en die door velen geheel was vergeten. De geloo- vige verwacht iets. van het zoeken naar de kerk onzer dagen en spr. wees hierbij op het woord van Lloyd George, dat oorlog onmo gelijk zou zijn, als de kerk als geheel zich vrede-willend had betoond. Hare verdeeld heid was echter fnuikend gebleken. Wij hebben in de wereld te maken niet me: één kerk, maar met vele en met tal van kerk genootschappen, en deze toestand is abnor maal, al kan men dien geschiedkundig wel begrijpen. Waarom, zoo vragen de jongeren, moet er een strijd zijn om den voorrang in de ker ken? Wat moet de buitenstaander wel van het evangelie denken bij de groote verdeeld heid in de kerken? Gelukkig ziet men ten aanzien van de zending nog wel in, dat het anders kan, dat men één kan zijn in den strijd voor het evan gelie. In de zending toch merkt men niets van de verdeeldheid, en dat men het contrast voelt, getuigt de groeiende belangstelling voor de zending. Spr. wees hierbij op de groote belangstelling voor het optreden van den Amerikaanschen zendeling Stanley Jones. De kerk als eenheid is in den loop der jaren niet veranderd en dient gesteld te worden tegenover de verdeeldheid onzer dagen. Christus' lichaam (d. i. de kerk) be staat uit vele deelen, maar is één eenheid Als die verschillende deelen tegen elkaar opstaan, gaan zij tegen het leven in. Wij kunnen het vraagstuk der eenheid wel ontloopen, door te wijzen op een onzichtbare en een zichtbare kerk, maar we lossen het daarmee niet op. Wij hebben alleen dezelfde roeping ontvangen, behooren bij elkaar, vor men een eenheid, zooals de Twaalf Artikelen des Geloofs zeggen. Wij moeten erkennen, dat er geschillen op kerkelijk gebied bestaan, maar daarom mo gen wij ons daarbij nog niet neerleggen, want dan zou de kerk ophouden kerk te zijn. Natuurlijk is het verkeerd de eenheid met geweld te willen bewerkstelligen. Dt uitwendige eenheid is prijs gegeven ter wille van het Woord, maar het is onbillijk de verdeeldheid der protestantsche kerk te wijten aan Luther en de andere hervormers. Er is in de kerk van Christus ruimte voor een veelvormig christendom. Dit is geen tegenstrijdigheid, het vult elkaar aan. De kerken mogen veelvormig zijn, zij mogen niet verdeeld zijn noch tegenover elkaar staan, zij zijn tot eenheid en samenwerking geroepen. Onze protestantsche kerk, de vaderland- sche kerk, is een stichting met publiekrech telijke karakter met één boodschap de eeuwigheid. En mag hier nog verdeeldheid optreden? Helaas is die er, er zijn kerken, die tegenover elkaar staan, zich opsluitend in eigm huis. Gelukkig is er na den oorlog een samen werking geboren (Stockholm en Lausanne), maar er blijft toch nog alle reden gm te spre ken over den vloek der verdeeldheid in de kerken, waar eenheid gebóden was. De tijdsomstandigheden zijn gunstig voor samenwerking, daarom mag men niet be rusten in de verdeeldheid der kerken. Tucht moet worden uitgeoefend door de kerk op hen, die het persoonlijke op den voorgrond willen stellen, iets wat altijd wel zal blijven bestaan. Erger is het nog, als in de herv kerk niet wordt uitgedragen de boodschap van Christus en daarop moet worden toe gezien, als men de eenheid wil nastreven. Wanneer we tot een bepaalde kerk behooren, dragen we mee de schuld aan de verdeeld heid, maar tevens maakt men daardoor deel uit van de groote eenheid waartoe zij be hoort. Die ééne kerk zal des te meer tot haar recht komen naarmate allen haar zoeken. Daarop drong spr. met klem aan. Nadat staande door de aanwezigen ge zongen waren de coupletten 1 en 3 van Ge zang 3, werd er een korte pauze gehouden na het einde waarvan „Immanuel" het Wij- dingsleid zong, waarop dr. E v e n h u i s sprak over Kerk en Kerkherstel. Hij stelde vast, dat de kerk is een verza meling van menschen, die allen willen vol gen de roepstem van God. Evenmin als er is koud vuur, kan er sprake zijn van een on zichtbare kerk. Zij bestaat eenvoudig niet. Spr. wilde dan spreken over ae hervormde kerk, „onze eigen kerk". Wij moeten onze houding in die kerk kun nen bepalen, en voegen daar onmiddellijk aan toe: kerkherstel. Dat is nog iets anders dan kerk-bewaring als een stuk traditie, en beteekent ook lang niet hetzelfde als kerk afbraak, was het gevolg is van het drijven van sommigen, die ieder willen uitdrijven, Indien al) voortdurend last bebf van schele hoofdpijn als gevolg van een slechte spijsvertering, gebruik dan eens een poosje Poster s Maagplllen, het betrouwbare, tacht werkende laxeermiddel. Alom oakrtjgka» f 0.69 om llocmn. die over de kerk niet dentt zooals zij. Ook met den gedachtengang van Kerkopbouw kon spr. zich niet vereenigen, omdat Kerk herstel uitgaat van het beginsel, dat er is een fundament. De stem van Christus is door de eeuwen heen steeds gehoord mis schien niet door zoovelen als men dat wel wenschte, maar het bewijs is er, dat er een fundament bestaat. Het daarop opgetrokken gebouw is door allerlei omstandigheden ge scheurd en bouwvallig geworden, en dat moet hersteld worden. Van den staat mogen wij in dezen geen heil verwachten en ook mogen wij geen hulp verlangen van andere zijde, waarvan onrecht is aangedaan. Wij zijn 'aangewezen op eigen kracht, op de kracht, aie nog aanwezig is in de kerk zelf. Als de kerk zal moeten komen tot herstel moeten wij dat zelve willen en onze plaars in de eigen gemeente weten. Ieder volk heeft de regeering die zij verdient en zoo heeft-ook onze tijd de organisatie en de zonden die hij verdient en als wij blijven slapen, zal onze kerk vernietigd worden. Maar dat mogen wij niet toestaan en daarom moet het uit zijn met alle slapheid, die ons hervormden wel eens aankleeft. Wij moeten karakter toonen, cmdat onze kerk er nog is en waard is er moeite voor te doen, er strijd voor te voeren Persoonlijk geloof in Christus moet er zijn, als het alles en allen verbindende. Zonder dat kan onze hervormde kerk niet zijn of worden wat zij wezen moet. Alle reactie moet verdwijnen, de slappen en de lauwen moeten tot activiteit woraen aangezet, dan kunnen er groote dingen gebeuren en zal de kerk komen in de positie die zij behoort in te nemen. De God van den Hemel zal het ons doen gelukken, aldus eindigde spr. Hierop sprak dr. Evenhuis een woord van dank tot allen, die aan het welslagen van den landdag hadden meegewerkt, uitnoodi- gende tot overleg met het bestuur van Kerk herstel inzake hetgeen in de eerstvolgende maanden kan worden gedaan ter bereiking van het doel van het verbond. Slotwoord. Het slotwoord werd gesproken door ds. H. O. Molenaar van St. Pancras. Hij ging na wat de kerk is en wat zij zijn moe: en stelde vast, dat God wil, dat er voor haar wordt gewerkt. Tot dien gezamenlijken strijd voor de kerk van Christus wekte spr. op: komt in de afdeelingen van Kerkherstel om Gcds werk mee te volbrengen. Spr. ging voor in dankzegging; vervol gens werd gezamenlijk gezongen Gezang 96. waarmee de landdag werd besloten. De zang werd opgeluisterd door een muziek-ensemble. De nieuwwe minister van economische zaken mr. Steenberghe heeft besloten het ont werp tot technische herziening der Winkel sluitingswet, zooals dat na aanneming van het amendement-Teulings luidde, niet in te trekken, doch daaraan een nieuwe bepaling toe te voegen, waardoor de gemeenteraden de bevoegdheid krijgen binnen twee maan den na de afkondiging der wet te beslissen of al dan niet van de verruimingen, die het amendement-Teulings biedt, gebruik zal worden gemaakt. De minister heeft deze op lossing gekozen om verdere stagnatie in de behandeling dezer materie te voorkomen. Men zal zich herinneren, dat door minis ter Verschuur twee wetsontwerpen tot wijzi ging van de Winkelsluitingswet waren inge diend, t.w. een crisisontwerp (No. 265) dat beoogde een tijdelijke verruiming van den Zondagsverkoop voor sommige categorieën van winkels te geven met 't oog op de crisis omstandigheden, en een ontwerp (no. 270) dat een aantal technische herzieningen be vatte. Minister Colijn, die bezwaar had het ontwerp 265 in de Kamer te verdedigen, wijl dit tegen zijn wil was tot stand gekomen, stemde er echter in toe het ontwerp 270 wel te behandelen. Bij die behandeling werd echter een amendement-Teulings, dat beoogde Zon dagsverkoop voor winkels, waar visch, fruit, brood, banket, suikerwerk, chocolade en con- sumtie-ijs verkocht wordt, gedurende zes achtereenvolgende uren, en voor sigaren winkels en slijterijen gedurende vier achter eenvolgende uren mogelijk te maken, inge diend, hoewel het feitelijk niet strookte met het karakter van het ontwerp. Het amende ment werd ondanks ernstig verzet van dr Colijn aangenomen, waarop de minister schorsing der beraadslaging vroeg. Minister Steenberghe is thans bereid de behandeling van dit van het amendement- Teulings voorziene wetsontwerp weer op te nemen, doch hij heeft hij nota van wijziging een aanvulling ingediend, die beoogt de werking van het amendement-1 eulings uit te schakelen, waarin op verruiming geen prijs wordt gesteld door de meerderheid der be trokkenen. Hij verbindt nl. aan toepassing van het in het amendement-Teulings bepaalde ae voorwaarde, dat de verruimhig alleen in werking treedt, indien en voor zoover de ge meenteraad heeft verklaard, van oordeel te zijn dat de tegenwoordige buitengewone om standigheden daartoe aanleiding geven. Een dergelijke verklaring moet worden at- gelegd binnen twee maanden na de afkondi ging der wet, zij moet inhouden een vermel ding van het bedrijf of de bedrijven ten aan zien waarvan de verruiming van toepassing is en kan niet worden afgejegd dan nadat de winkeliers uit het betrokken bedrijf zijn gehoord. Ten aanzien van sigarenwinkels en slijte rijen wordt dan nog bepaald, dat, indien de verruiming volgens het amendement-Teu lings van toepassing is (verkoop gedurende 4 uur) de afwijking van het verbod van Zon dagsverkoop, die krachtens de thans vigee- rende bepalingen der Winkelsluitingswet bij plaatselijke verordening op grond van bij zondere omstandigheden mag worden toege staan, niet meer dan twee uur mag bedra gen. Dit blijkbaar om te voorkomen dat door gecombineerde werking van de nieuwe en de reeds bestaande verruimingsmogelijkheid der gelijke winkels den geheelen Zondag ge opend zouden zijn. De nieuwe wijziging komt dus hierop neer, dat voor elke gemeente op grond van plaatselijke omstandigheden en na overleg met de betrokken winkeliers, beslist zal wor den of, en zoo ja, voor welke der in het amendement-Teulings genoemde categorieën van winkels de verruimingsmogelijkheid zal gelden. Het bezwaar, dat het amendement- Teulings geen rekening hield met de belangen van hen, die de verruiming niet wenschen, wordt daardoor dus ondervangen. In een schrijven aan den voorzitter der Tweede Kamer zet minister Steenberghe uit een, dat de regeling zooals die na aan neming van het amendement-Teulings worden zou verder gaat dan naar de meening der regeering noodzakelijk is, voornamelijk we gens het hierboven genoemde bezwaar. Om hieraan tegemoet te komen zou, aldus de minister, tweeërlei gedragslijn gevolgd kun nen worden óf inbehandelingneming van het crisisontwerp (no 265). hetwelk dit bezwaar niet heeft, met gelijktijdige intrekking van het ontwerp no. 270 en indiening van een nieuw wetsontwerp, waarin de tijdelijke ver ruiming met is opgenomen, óf wijziging van het ontwerp no 270 in dier voege, dat daar aan alsnog de noodige bepalingen worden toegevoegd, welke een onvoorwaardelijke toe passing van de daarin neergelegde crisis regeling kunnen voorkomen. De minister heeft gemeend, met het oog op den te betrachten spoed, aan de laatste oplossing, waarvan de voorbereiding reeds door zijn ambtsvoorganger is geschied, de voorkeur te morien geven, ofschoon deze op lossing wellicht uit wetgevend oogpunt be zien. minder fraai is. De wijzigingen zullen in werking treden TOEGAIiG VERBODEM Art 461 W.B v. Strafr. Natuurlijk gaan ze de bosschen afsluiten, prik keldraad plaatsen I Na tuurlijk komen er meer van die bordjes als de toeristen allerlei afval, schillen en doozen over al neersm'Pe" I 'is 'géln VüilnVsv^it! twee maanuen na de afkondiging der wet dus na het verstrijken van den termijn gedu rende welke de gemeenteraden de boven genoemde verklaring kunnen afleggen. Men mag verwachten dat de Tweede Kamer nu spoedig de afgebroken behandeling van het wetsontwerp zal hervatten. HET V.A.R.A.-ZOMERFEEST TE AMERSFOORT. Het VARA-Zomerfeest, dat gisteren oo Birkhoven nabij Amersfoort werd gehouden heeft zich wederom in een groote belangstel' ling mogen verheugen. Reeds des Zaterdags waren de eerste sporen in de stad merkbaar doch in de ochtenduren van den volgenden dag begon eerst de groote massale intocht De politie had overal groote voorzorgsmaat regelen getroffen, om het verkeer in goede banen te houden, zoodat alles zeer ordelijk verliep, terwijl de spoorweg-directie twee extra perrons nl. bij De Vlasakkers bij de lijn Utrecht—Amersfoort en één aan de lijn Amsterdam—Amersfoort had aangelegd om de 24 extra-treinen met feestgangers daar te laten komen. Onnoodig te zeggen, dat de aankomst van deze treinen veel bekijks had. Naarmate het middaguur naderde, hoe drukker het werd en wij' zeggen niet te veel, als wij beweren, dat bij den aanvang van het middagprogramma zeker een 90.000 bezoe- kers op het feestterrein aanwezig waren. Om het de vele tienduizenden toeschouwers mo gelijk te maken de opvoering goed te kunnen volgen, had men onder leiding van Jo Gran- netia drie groote podia gebouwd, waarvan één in het midden en twee op een hoek van het terrein, welke onderling verbonden wa ren door een brug van 200 Mete- lengte. Door een uitgebreide luidspreker-installatie was het gesproken woord alsmede de zang en muziek over het gansche terrein zeer goed verstaanbaar. Het terrein, dat door de kleurige vlaggen en doeken met leuzen een feestelijk karakter had gekregen, leende zich uitstekend voor een dergelijke massale betoo ging, terwijl het weer, hoewel het zich in de morgenuren even dreigend liet aanzien, zich uitstekend hield. Alleen de zon had mis schien wat meer fleur aan dit festijn mogen geven. De organisatie op het terrein was uit stekend geregeld. Reeds des morgens om 8 uur werd begonnen met de afwerking van het lijvig nrogramma. Zeer terecht had men den hoofdschotel van het programma, het openluchtspel, voor de middaguren bewaard. Het voorprogramma bestond uit gramofoon- muziek, gevolgd door de Arbeiders Muziek, vereeniging „P. J. Troelstra" o. 1. V. Joh. Boers, Aan dit ochtendprogramma werkten o a. nog mee, de Flierefluiters o.l.v. Jan van der Horst, mmv. Albert de Booy; 't VARA- orkest o.l.v. Hugo de Groot en de humorist Kees Pruis. Het Zomerfeesfspef. Het hoogtepunt van den dag vormde wel het Zomerfeestspel 1934: „Hallo, zóó is de VARA", samengesteld door Martin Gleis- ner (ontwerp en regie), Martien Beversluis (tekst), Piet Tiggers (muziek) mi Bob Buys (illustraties). Voordat het spel echter een aanvang nam, sprak de tweede voorzitter van de VARA, de heer Klaas de Jonge, een openingswoord, waarin hij zijn groote vol doening uitte voor de overweldigende be langstelling, welke het eerste zomerfeest in Hilversum overtreft. De huidige maatschap pij stelt niet alle arbeiders in de gelegenheid om ontspanning te krijgen. Onze gedachten, aldus spreker, zijn bij de vele duizenden welke hier niet aanwezig kunnen zijn. De redenen van deze bijeenkomst zijn van ver schillenden aard,'doch de belangrijkste is we! om onzen tegenstanders te toonen, dat de VARA nog springlevend is en er niet aan denkt om te verdwijnen. (Applaus). Wij worden op allerle' manierer door de heer- schende machten aangetast, doch wij blij ven de socialistische omroep voor de arbei ders. Wij zullen, aldus de heer de Jonge, hier onze socialistische strijdliederen laten weerklinken en zullen stelling nemen tegen het fascisme. Onze programma's staan op een hoog peil en kunnen wedijveren met de beste programma's van Europa Onze tegen standers zouden weer gaarne den tijd terug zien, dat wij maar weer acht uur zendtijd hadden, doch ons ledental i* niet kleiner dan van andere vereenigingen. Wij, in wezen de oudste omroepvereeniging, wij wenschen vrijheid voor ons beginsel en streven naar de voltooiing van het socialisme. Dezen dag willen wij naast het aangename benutten om onze tegenstanders te laten zien dat wij nog krachtig en kerngezond zijn. Spreker heette vooral de mijnwerkers wel kom, die een zwaren strijd voeren tegen hun directies omtrent een loonverschil. Hierna ving het zomerfeestspel aan Tot grondslag van dit moderne massa-spel heeft gediend het bekende VAR A-lied' „Hallo hier Hilversum, hier is de V.A R.A." Aan dit sptl, grootsch van opzet, dat ongeveer 2'A uur duurde, werkten o a. mee, de bekend: VAR A-medewerkers, de twee orkesten zang koren en kinderkoortjes, alsmede Jo Hekken van Eysden, Ernst Busch, |o Stemt.eim ea 33. Juist kwam Drein aanhollen; hij stapte in en de trein kon zonder vertraging wegrijden. Een kwartier later echter had een vreeselijke ontsporing plaats, met het gevolg, dat Drein en Piet uit de coupé geslingerd werden. 34. Op goed geluk trokken ze te voat verder door een lan dat hun heelemaal onbekend was. Eindelijk was Piet zoo moe, dat bij zich zonder meer op den grond liet vallen, juist in een paar stevige doerntakken. Met een gil sprong de arme Piet weer overeind.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 6