ALKMAARSCHE COURANT
De bom op „de Zeven Provinciën".
"Rechtszaken
No. 188 ZATERDAG 11 AUGUSTUS 1934
De officier wierp haar niet als waarschuwingsbom,
doch als voltreffer.
Het ongeval is ontstaan, doordat de
De 30.000sie Alkmaarder.
AUTO TEGEN EEN BOOM
GEREDEN.
Een inzittende gedood.
JUISTE GANG VAN ZAKEN.
De minister van defensie, de heer Deckers,
heeft geantwoord ten vervolge op de beant
woording van vragen van het Tweede
Kamerlid den heer Albarda in verband met
de aan de officieren van het escadrille vlieg
tuigen, hetwelk tegen „De Zeven Provinciën"
optrad, gegeven opdracht inzake het werpen
van bommen op dat schip. Het antwoord
luidt:
De commandant van het escadrille vlieg
tuigen, dat tegen „De Zeven Provinciën" op
trad, ontving zijn instructies van den com
mandant van net tijdelijk vliegkamp de
Oosthaven.
Hadden berichten, waarover de heer Al
barda vragen stelt, dezen laatsten comman
dant op het oog, dan zou de vraag, of de
voorstelling, in die berichten gegeven, waar
is, ontkennend moeten worden beantwoord.
De commandant van het vliegkamp heeft
wel degelijk de order gegeven om, na de
sommatie, eerst een waarschuwingsbom voor
den boeg te werpen.
Dit antwoord zou echter aan onvolledig
heid lijden.
Derhalve laat de minister hier den juisten
gang van zaken volgen.
Zoodra in de Indische pers mededeelingen
verschenen, die aanleiding gaven tot twijfel
aan de eerstgegeven voorstelling, heeft de
minister nadere inlichtingen in Indië inge
wonnen.
Zulks geschiedde door een telegram van
den chef van den marinestaf in Nederland
aan den chef van den marinestaf te Batavia,
verzonden 31 Mei 1934, en telegrafisch
beantwoord op 5 Juni d.a.v.
Daar dit antwoord de zaak niet voldoend?
ophelderde, vroeg de minister 7 Juni 1934
persoonlijk telegrafisch inlichtingen aan den
commandant der zeemacht in Nederlandsch-
Indië, met verzoek een nauwkeurig onder
zoek te doen instellen door navragen aan
betrokkenen.
Hieraan is voldaan en uit de resultaten
van het onderzoek is het volgende gebleken
De gehouden bespreking.
Door niet volledig bekende oorzaak is de
officier, die de bom heeft geworpen, volgens
eigen verklaring niet tegenwoordig geweest
bij de op 9 Febr. 1933 onder leiding van den
commandant van het tijdelijk vliegkamp te
Oosthaven gehouden bespreking naar aan
leiding van de aan de vliegtuigen gegeven
opdracht, welke opdracht het werpen van
een waarschuwingsbom inhield. Hij verbleef
echter met alle bij de onderneming betrokken
officieren, waaronder de groepscommandant
en de groepswaarnemer, in het zelfde hotel
Toen omstreeks zes uur namiddag op 9
Febr. 1933 deze officieren in het hotel wa
ren aangekomen, heef. de even bedoelde offi
cier van een collega, met wien hij de kamer
deelde, een en ander omtrent de gehouden
besprekingen vernomen. Op last van den
groepscommandant, zoo verklaarde hij, heeft
de groepswaarnemer met hem besproken,
wat er zou gebeuren indien het leidend
vliegtuig zou uitvallen. In dat geval zou de
groepswaarnemer de leiding overnemen. Hij
nerinnert zich uit dit gesprek, dat eerst een
sommatietelegram zou uitgaan en acht het
waarschijunlii!:, dat toen ook is medegedeeld
dat de eerste bom een waarschuwingsbom
zou zijn vóór het schip. Van zijn kamerge
noot had hij reeds omtrent een waarschu
wingsbom gehoord, want aldus getuigt
hij op zijn geheugen afgaande in den
loop van het gesprek had deze officier ge
zegd: „Eén bom vóór den boeg, één op den
bak en één in de pijp".
Na hetgeen hem door den groepswaarne
mer was medegedeeld, verklaart de officier
voorts, was zijn taak voor den volgenden
dag hem voldoende duidelijk. Den volgen
den morgen is intusschen de geheele beman
ning der vliegtuigen op den steiger aange
treden en heeft de commandant van het tij
delijk vliegkamp te Oosthaven bekend ge
maakt, dat na zeven uur de toestand intrad,
waarbij het muitende schip als vijand be
schouwd moest worden.
De officier, die ten slotte de bom heeft ge
worpen, was in anciënniteit de jongste in de
groep van drie vliegtuigen, waartoe hij be
hoorde. Bovendien zou een ouder officier
nog met een vierde vliegtuig vóór vliegen
De kans dat eerstgenoemde de uitvoerder
van de opdracht zou worden, was dus zeer
gering.
Eén vliegtuig bleef slechts over
Het groepsvliegtuig van de drie even be
doelde vliegtuigen viel uit, daar de motoren
vóór den start afsloegen. Aan het tweede
vliegtuig werd met de armen geseind: „Op
dracht overnemen". Dit sein werd ook door
het derde vliegtuig opgevangen. Toen voorts
bleek, dat ook het tweede vliegtuig niet kon
starten, heeft het derde de opdracht, om het
vóór vlieger.d vliegtuig rendez-vous te geven
bij Vlakke Hoek overgenomen. Vervolgens
moest dit vóórvliegend vliegtuig een noodlan
ding maken, en de officier van het eenige nog
tot optreden in staat zijnde vliegtuig van de
aangewezen groep heeft toen terecht de uit
voering der actie op zich genomen.
De met de leiding van dit vliegtuig belaste
officier deelde bij het bovenbedoelde onder
zoek mede dat hij de door hem geworpen bom,
welke het muitende schip heeft getroffen, niet
als waarschuwingsbom heeft bedoeld, doch
dat hij haar wierp met het doel om te treffen.
Nadat hij toch de leiding op zich had geno
men, aldus verklaarde hij, begon hij zich af
te vragen, of er geen tegenspraak bestond
tusschen de inlichtingen, die hij in het hotel
had ontvangen, en de latere order, dat „De
Zeven Provinciën" als vijand beschouwd
moest worden. Immers, zoo redeneerde hij,
bij een aanval op een vijand, werpt men geen
waarschuwingsbommen. Tijd tot rustig over
wegen was er niet. Hij moest zijn hulprun
maken, de radio-communicatie onderhouden
met den commandant van het eskader, met
het vliegtuig, dat een noodlanding had ge
maakt, en met de T.-vliegtuigen; hij moest
uit zijn hoofd het sommatielelegram opstel
len waarin hij volkomen is geslaagd en
door overgang in andere golflengte verbin
ding zoeken met het muitende schip. Hij
kwam ten slotte tot de conclusie, dat hij aan
de laatstverkregen ojxiracht tot het beschou
wen van „De Zeven Provinciën" als vijan
delijk schip den voorrang moest geven en dus
het werpen van een waarschuwingsbom ach
terwege moest laten.
Toen door het muitende schip aan de som
matie geen gevolg werd gegeven, heeft hij,
iagersgewijs richtend, een bom geworpen.
Hij koos zijn richtpunt 10 meter voor den
boeg, met de bedoeling om het schip ter
hoogte van de brug te treffen.
Gelijk reeds 16 Mei 1934 in antwoord op
de vragen van den heer Albarda werd ge
zegd, bêhelsde het rapport van den comman
dant van het bommenwerpend vliegtuig de
volgende mededeeling:
„Ten 9.18 wordt een bom van 50 kg. ge
worpen, richtpunt ongeveer 10 meter vóór
den boeg Zpn".
Onjuiste gevolgtrekking
Daaruit is door den commandant der zee
macht in Nederlandsch Indië afgeleid dat de
geworpen bom als waarschuwingsbom was
bedoeld. Op grond van de van dezen autori
teit ontvangen inlichtingen heeft ook de mi
nister in de stellige overtuiging geleefd. Cat
zulks het geval is geweest.
2. Deze vraag kan in verband met het
bovenstaande onbeantwoord blijven.
3. Op den morgen van 10 Febr. 1933 heeft,
zooals reeds in het antwoord op de eerste
vraag vermeld, de commandant van het tijde
lijk vliegkamp in Oosthaven, op de wijze,
als bepaald in het K. B. van 21 April 1922,
staasblad nr. 207, aan alle deelnemers aan
de actie bekend gemaakt, dat zij door het mi
litair gezag tot deelneming aan bedoelde ac
tie waren aangewezen en dat „de personen,
tegenover wie het geweld der wapenen wordt
of kan worden aangewend, worden gelijkge
steld met den vijand".
De minister kan rich zeer goed verplaat
sen in den gedachtengang van den officier,
die zich door een geheel onvoorzienen loop
van omstandigheden plotseling gesteld zag
voor de taak, het muitende schip tot overga
ve te brengen, en van oordeel was, dat de
order om het schip als vijand te beschouwen,
het werpen van een waarschuwingsbom uit
sloot.
ONTSPORING BIJ HET STATION TE
HILVERSUM.
Geen persoonlijke ongelukken.
Het spoorwegverkeer tusschen
Amsterdam en Amersfoort ge
stremd.
Om even na zeven uur ie gisteravond
op den spoorwegovergang aan den Hooge
Laarderweg te Hilversum een rangee-
rende personentrein uit de rails geloo-
pen. Er hadden geen persoonlijke onge
lukken plaats, doch de trein ligt scheef
over het emplacement, zoodat het ver
keer in de richting naar Bussum en
Amsterdam gestremd is.
De trein uit Amersfoort, die om zeven
minuten over zeven te Hilversum aan
kwam, is om twee minuten voor half
acht met zijn passagiers over Utrecht
naar Amsterdam vertrokken. Ook de D-
trein uit Berlijn had veel vertraging.
De treinen, die van Amsterdam naar
Amersfoort en verder gaan, zijn bij Bus
sum teruggekeerd naar de hoofdstad.
Men is bezig om het verkeer tusschen
Bussum en Amsterdam te regelen Met
man en macht is men begonnen de lijnen
weer vrij te maken.
Een verkeerde wisselstand.
Omtrent de treinontsporing bij Hilver
sum, waarbij twee wagons uit de rails
zijn geloopen, vernemen wij nog het
volgende:
wisselwachter, zekere B die reeds meer
dan 20 dienstjaren heeft, per ongeluk een
verkeerde handel overhaalde. De trein
reed met een snelheid van ongeveer
5 K M aan welk feit het te danken is,
dat slechts twee wagons uit de rails lie
pen over een afstand van 20 meter.
Er bevonden zich geen passagiers in
den trein. Van de twee ontspoorde wa
gons werden eenige gegoten ijzeren
stukken afgerukt en de treeplanken be
schadigd.
Het opruimingswerk werd onmiddel
lijk door een groote ploeg arbeiders on
der leiding van een hoofdingenieur en
eenige ingenieurs begonnen. Om 8 uur
15 stond weer een wagen zoo goed als
op de rails.
Men verwachtte niet voor midder
nacht de lijn vrij te hebben.
Groote stagnatie in den
treinenloop.
Als gevolg van de ontsporing van
twee spoorwegrijtuigen omstreeks 7 uur
bij het station Hilversum, waardoor de
hoofdlijnen naar Hilversum werden ver
sperd, heeft het treinverkeer van Am
sterdam naar het Gooi belangrijke stag
natie ondervonden.
Treinen, die onderweg waren, bestemd
voor een verdere plaats dan Bussum,
keerden naar Amsterdam terug. Van
Amsterdam uit konden reizigers be
stemd tot Bussum hun bestemming
langs den gewonen weg bereiken. Zij die
verder dan Hilversum moesten zijn,
werden met treinen gedirigeerd via
Utrecht naar Amersfoort.
Het spreekt van zelf, dat heel wat
reizigers hierdoor waren gedupeerd en
veel later hun bestemming bereikt°n,
dan ze gedacht hadden.
DE JAARVERGADERING VAN DEN
A.N.W.B.
De eerste dag.
Gister is te Zwolle de jaarlijksche alge-
raeene vergadering aangevangen van den
A.N.W.B. Toeristenbond voor Nederland,
welke bijeenkomst geleid werd doqr den
voorzitter, den heer Edo J. Bergsma te
Arnhem.
Na een kort openingswoord van den voor
zitter werd in behandeling genomen het
51ste jaarverslag van den ANWB. uitge
bracht door het dagelijksch bestuur. In net
jaarverslag wordt de jubileumviering slechts
kort vermeld, welke herdenking dank zij een
degelijke voorbereiding, dank zij gunsrg
weer, en dank zij het medeleven en meedoen
van heel het volk, bizonder geslaagd is
Na het memoreeren van de jubileumdagen
en het feit. dat mede in verband met het 50-
jarige jubileum, ook nog de honderd dui
zend leden kon worden gepasseerd, worden
in de tweede plaats waardeerende regels ge
schreven over den heer G. A. Pos, die dit
jaar door den dood uit het A.N.W.B.-werk
werd weggerukt. Uitvoerig worden nogmaals
de talrijke verdiensten van Pos gememo
reerd.
In het jaarverslag worden verder het
bondsmuseum en de propaganda uitvoerig
belicht. Statistiekjes toonen duidelijk aan de
groei van den A.N.W.B. in ledental in den
loop der jaren en het feit, dat in 1933 de
honderdduizend overschreden is. Ook het
stichten van bijkantoren, eerst te Arnhem, en
in het afgeloopen jaar te Maastricht geven
een beeld van den bloei van den Bond.
Het internationaal verkeer der A.N.W.B.-
leden bleef zich ondanks beperkingen en be
lemmeringen in stijgende lijn ontwikkelen.
Ook over deze aangelegenheden worden dui
delijke statistieken in net jaarverslag gepu
bliceerd, waarbij ook geld de bizonder sterke
stijging wat betreft de buitenlandsche eis-
inlichtingen, zoowel wat betrett het auto
toerisme, het motor-, het rijwiel, het wandel
en watertoerisme. Natuurlijk worden deze
verschillende onderdeelen in het jaarverslag
niet vergeten en van het wandeltoerisme, het
watertoerisme, het ijstoerisme, het ruitertoe-
risme, het luchtoerisme worden aparte hoofd-
stukj'es gewijd.
Uitvoerig wordt in het jaarverslag het
vruchtbaar en opbouwend werk gememoreerd
der wegencommissie A.N.W.B.-K.N.A.C. en
zeker is het voor een belangrijk deel aan deze
commissie te danken, dat betere weg- en ver-
keerstoestanden ook dit jaar konden worden
verkregen. Aan het verkeer in het algemeen
worden talrijke pagina's gewijd, speciaal
ook wat betreft de uitbreiding en verbetering
van het wegwijzer-systeem.
In zeer waardeerende woorden wordt her
innerd aan het afscheid van jhr. Jan Fe;th
als hoofd-redacteur van „De Kampiom".
Veel cijfermateriaal staat in het jaarver
slag vermeld betreffende de bondsinstellin-
gen in binnen- én buitenland, waarbij
blijkt, dat b.v. het aantal bondshotels in het
buitenland zeer sterk is gestegen.
In het jaarverslag staan tenslotte nog
uitvoerige mededeelingen omtrent de inwen
dige organisatie, wat betreft het dagelijksch
en het algemeen bestuur e.d.
Aan het slot worden de leden opgewekt de
taak, die door onverstandig bezuinigings
beleid in vele opzichten, bedreigd wordt, ook
in de volgende jaren te volbrengen.
BOOT VASTGELOOPEN DOCH LATER
WEER VLOT GEKOMEN.
Gisteravond te half twaalf tijdens een
zwaren storm uit het Zuidwesten werden
te Hollum seinen vanuit de Wadden
waargenomen, afkomstig van een blijk
baar in nood verkeerend vaartuig. De
reddingboot van Hollum ging uit. Toen
de boot tot op pl.m. 1 K M. van het ge
strande vaartuig was genaderd, kwam
hei. met eigen kracht weer vrij. Het bleek
een der passagiersbooten te zijn, die den
dienst Zwarte HaanBallum onder
houden Door den zwaren storm was
de boot uit den koers geraakt en op de
Krombalg vastgeloopen.
Te half vier keerde de reddingboot te
Hollum terug.
DRIEHONDERD-VIJFTIG MAN
ONTSLAGEN.
In de mijn „Oranje Nassau IV".
Met ingang van 1 September is aan ruim
350 man op de Oranje-Nassaumijn IV te
Heerlen ontslag aangezegd. Onder de ont
slagenen zijn verschillende Nederlanders.
Met 1 September zullen niet meer dan pl.m
350 man op de Oranje-Nassaumijn IV blij
ven werken. Het schijnt in de bedoeling te
liggen, mettertijd deze mijn als bedrijfs-
schacht stop te zetten en de exploitatie van
de Oranje-Nassaumijn III uit te doen ge-
geschieden.
SCHIPPERSKNECHT VERDRONKEN.
Gisternamiddag kwam de schippter W.
Seelen bij het politiebureau in de Paul Kru
gerstraat te Rotterdrm aangifte doen, dat
zijn zesjarig zoontje verdwenen was. Hij ver
moedde, dat het over boord was gevallen en
verdronken. De politie ging dreggen, doch
zonder resultaat. Omstreeks half vijf zag een
andere schipper bij de meelfabriek in de
Maashaven een kinderlijkje drijven. Hij heeft
het opgehaald en naar het politiebureau doen
vervoeren. Het bleek het kind van schipper
Seelen te zijn.
EEN FASCISTISCHE LEIDER
FAILLIET.
Redacteur van de „Bezem".
De heer J. A. Baars, stichter van den Alg
Ned. Fascisten Bond een van de fascis
tische partijen, die door onderlingen oneenig-
heid verscheurd werden is door de arron
dissementsrechtbank te 's-Gravenhage in
staat van faillissement verklaard.
Een heel gewichtig wicht is het, die Grada
Teunissen! Want het gebeurt niet alle dagen,
dat je in de krant komt en zeker gebeurt dat
niet, als je pas ruim een dag oud bent. Daar
moet wel een bizondere reden voor zijn.
Die reden is er! Want de kleine Grada
ziet ze er niet best uit en lijkt ze niet veel op
haar moeder? is de 30.000ste Alkmaarder!
Door haar komst in deze wereld heeft Grada
aan velen een prettigen dag bezorgd. Natuurlijk
in de allereerste plaats aan haar ouders, die vol
genegenheid het jonge wicht zullen opvoeden.
Maar daarnaast zal onze burgemeester zich
gelukkig gevoelen. Voortaan zal hij tegen zijn
collega's kunnen zeggen (en met een dood
gewoon gezicht): „O, mijn gemeente telt 30.000
inwoners Is dat wat? t Klinkt toch heel an
ders, dan wanneer burgemeester van Kinschot
zeide: mijn gemeente heeft meer dan 20.000
inwoners.
Trouwens, geheel Alkmaar is trotsch op de
30.000ste. Wij hebben al te lang op haar ge
wacht, zijn al te lang een gemeente geweest,
die aan dat getal niet kon toekomen.
Het jonge burgeresje heeft al heel wat ca
deautjes ontvangen, zooals men weet. En zeker
zullen er nog meer verrassingen komen. En dat
allemaal, om te bewijzen, hoe trotsch Alkmaar
op haar is!
Moge de 30.000ste flink groeien en moge het
een lief, echt Alkmaarsch kind worden!
De heer Baars was verleden jaar eerste
candidaat van den A.N.F.B. bij de verkie
zing voor de Tweede Kamer en is redacteur
van het weekblad „De Bezem", benevens lei
der van een groepje, dat zich van den
A.N.F.B. heeft afgescheiden.
LANDELIJKE BOND VAN BLOEMISTEN
SNIJBLOEMENKWEEKERS, HOVENIERS
EN STRAATHANDELAREN.
In Krasnapolsky te Amsterdam waren Don
derdag een groot aantal bestuien in bovenge
noemde branches uit verschillende provin
ciën bijeen om te bespreken de saneering in
het bedrijf.
De leiding berustte bij den heer R. Rcos
te Amsterdam, die een uiteenzetting gaf van
de gevoerde landelijke actie om te komen
tot een wettelijke regeling. Breedvoerig ging
spr. na, dat de actie in den lande weerklank
vond en hij vroeg goedkeuring om de be
staande commissie de noodige stappen te
laten onderriemen om een adres aan de re
geering te richten.
De heer Mensing, voorzitter van den bond
van snijbloemenhandelaren te Aalsmeer,
verklaarde zich tegenstander dat de actie
hoe goed ook voorbereid en uitgevoerd
alleen uitging van Amsterdam. Spr. was
voorstander van een adres aan de regeering,
uitgaande van de landelijke vereenigingen.
Verschillende sprekers sloten zich hierbij
aan.
De voorzitter was het in principe hier
mede eens en schorste de vergadering om zich
te beraden.
Na heropening werd de kwestie uitvoerig
besproken Men kwam tot overeenstemming
om een werkcomité te benoemen, dat ge
hoord de leden zich kon uiten zooals de
heer Mensing voorstelde.
De heer C. Neeten, voorzitter van den
bond van straathandelaren, ging hiermede
accoord, doch hij wensciite naast de actie
om saneering te vragen aan de regeering een
permanente commissie, die alle vraagstukken
in studie zou nemen en aan de organisaties
een leiddraad kon geven voor de vakbelan
gen in alle branches.
De heer Mensing meende dat dit van latere
zorg was.
Voor de aan de regeering gevraagde sa
neering zal het zonder twijfel komer, tot het
verkrijgen van een legimitatiekaart. Wie niet
aangesloten is bij de landelijke organisatie,
is uitgesloten voor het Indrijf. Natuurlijk
moet men aangesloten zijn bij een plaatselijke
vereeniging.
Deze logica werd door allen aanvaard.
Daarna werd een comité benoemd bestaande
uit 10 personen. Als voorzitter werd aange
wezen de hee R. Roos en als Secretaris de
heer C. Tim, beiden te Amsterdam.
In principe werd besloten om het voorst J
Neeter over te nemen. Evenwel werd bepaald
dat de thans benoemde commissie haar taak
als geëindigd beschouwt als de regeering de
saneenng heeft ingevoerd of afgewezen.
MOEILIJKHEDEN BIJ
WERKVERSCHAFFING TE HENGELO
120 Arbeiders, die werxen bij de gemeen
telijke werkverschaffing aan den Boekelosche-
weg te Hengelo bij de petroleumhaven, zijn
in staking gegaan De oorzaak is, dat de ar
beiders de uitbetaalde looonen te laag
achten.
rige mej. de Graaf werd bij de botsing op
slag gedood Haar stoffelijk overschot is naar
het lijkenhuisje te Ede vervoerd; de overigen
werden niet gewond en kwamen met den
schrik vrij. De auto werd gedeeltelijk be
schadigd.
DOODELIJK VERKEERSONGELUK
TE UTRECHT.
Op den hoek van de Frederik Hendrik
straat en de Jan Willem Frisostraat te
Utrecht heeft gisteravond een aanrijding
plaats gehad tusschen een vrachtauto en een
wielrijder. De wielrijder, de P., is onder de
auto geraakt. Door den geneeskundigen
dienst is het slachtoffer naar het St. Anto-
nius-ziekenhuis vervoerd, waar hij kort daar
na is overleden.
NA AANRIJDING OVERLEDEN.
De schilder P. de Bresser uit Helvoirt, die
Donderdagmiddag door een aanrijding met
een auto ernstig werd gewond is aan zijn
verwondingen overleden.
Gistermiddag omstreeks irie uur is een
auto tusschen De Ginkel en Ede tegen een
boom gereden Behalve den bestuurder waren
in de auto vier personen gezeten. De 30-ja
VOOR DEN ALKMAARSCHEN
KANTONRECHTER.
Strafzitting van Vrijdag IC Augustus.
DEMONSTRANTEN IN SPREEKKOOR-
VORM.
De verlaagde steunuitkeering had ook te Uit
geest de gemoederen beroerd en een 14-tal In
gezetenen met geavanceerde begrippen naar
den opperboven Middelweg gedreven om in
den vorm van een spreekkoor, waarin in dicht
maat niet veel vleiënds werd verteld van de
regeering Colijn en de toelage van de Koningin,
uiting te geven van hun ontevredenheid. Een
dergelijke manier van protesteeren is echter te
Uitgeest bij gemeenteverordening niet toege
staan en werd dus tegen de individueele leden
van dit protest-spreekkoor proces-verbaal op
gemaakt met gevolg dat het geheele spreek
koor, met uitzondering van twee spijbelaars,
vol: den waarnemenden Kantonrechter mr. C.
A. de Groot verscheen. De dames waren ten
getale van 7 aanwezig en mej. B. J. K., huis
vrouw van W. S., die de taak vervulde van
woordvoerder, verklaarde geen persoonlijke be-
leediging te hebben bedoeld. Daarvoor stonden
zij trouwens ook niet terecht.
Gevorderd werd tegen ieder der verdachten
12 boete of 12 dagen en aangezien de Kan
tonrechter niet toeliet dat de politiek in hun
repliek werd gebracht, waren de demonstran
ten spoedig uitgepraat. Twee dames ontkenden
in het spreekkoor te hebben meegewerkt, zij
hadden alleen door hun tegenwoordigheid ge
protesteerd.
Met uitzondering van deze twee dames, die
vrijgesproken werden, legde mr. de Groot ieder
hunner 8 boete of 8 dagen op.
Bij monde van den heer Jan B., al reeds te
voren voor 'n dergelijk feit veroordeeld, werd
echter medegedeeld, dat het gezelschap una
niem in hooger beroep zal gaan, waaruit volgt
dat ook mr. Tack niet achterwege zal blijven
en we dus dit spreekkoor wel weer vo:r de
meervoudige strafkamer zullen terugzien.
DE ONTEVREDEN DIERENARTS.
Hoofdagent Rademaker van het Alkmaarsche
Politiecorps had goedgevonden op 10 Juni den
dierenarts dr. M. D. B. uit Krommenie te ver
baliseeren, omdat hij bij een bezoek aan zijn op
den Geesterweg te Alkmaar wonende moeder,
zijn auto had geparkeerd in den Bergerhout op
'n plaats die niet voor dit doel was aangewezen.
De dierenarts was het met deze calage niet
eens en stond heden persoonlijk terecht om te
betoogen, dat hij, omdat destijds in de nabijheid
een paal was geplaatst met een P, hij volkomen
het recht had bedoelde plaats als een parkeer
gelegenheid te beschouwen. Zoowel verbalisant
als ambtenaar en kantonrechter verschilden
echter met verdachte van opinie, hij trok dus
aan het kortste eindje, doch werd in verband
met verzachtende omstandigheden wel 'n ver
oordeeling uitgesproken, doch geen straf op
gelegd.
GEBREK AAN OBSERVATIEVERMOGEN.
De jongeheer Nic. S. uit Alkmaar had in het
voor deze sport niet beschikbaar gestelde Hei-
looër bosch gefietst. Hij had het desbetreffende
verbodsbordje niet opgemerkt. De correctie
was niet bepaald 'n opruimingsprijs: 3 moete
of 2 dagen.