DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Hitier houdt een rede voor de
Saar-menschen.
No. 201 Dit nummer bestaat uit twee bladen Directeur: G KRAK. Maandag 27 Augustus 1934 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
136e Jaargang
De Saar-kwestie de eenige moeilijkheid, die een
verzoening met Frankrijk in den weg staat.
Wat vandaag de,
aandacht treh t.
f
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 'f 2<—,
franco door bet geheele Rijk 2.50.
Losse nnmmers 5 cents.
m
PRIJS DER GEWONE AD VERTEN! I£N:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk»
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. TeleL 3, redactie 33.
Bxujeliiksch Omczicht
Onder enorm groote belangstel
ling is gisteren de Saar-betooging
gehouden en ongetwijfeld vormde
de rede, die Adolf Hitier aldaar
uitsprak, het hoogtepunt.
Deze rede werd naar schatting
door ongeveer 400.000 personen
bijgewoond.
Hitier werd bij aankomst te Ehrenbreit-
stein met luid gejubel begroet. Nadat
Staatsraad Dr. Simon en de Rijks-Saarcom
missaris Buerckel een kort woord van wel
kom hadden gesproken beklom Hitier het
spreekgestoelte.
Hitier gaf een uitvoerig overzicht van de
voorgeschiedenis van de Saarkwestie en be
toogde met nadruk, hoe de Saarbevolking
tot één geheel vergroeid was met het Duit-
sche volk, waarvan de betooging van thans
een der uiterlijke kenteekenen was. Ook nu
weer blijkt de groote eenheid van het Duit-
sche volk, en blijkt, hoe het als één geheel
achter zijn leiding staat. De nat.-socialisti-
sche beweging strijd voor de Duitsche boe
ren, de Duitsche arbeiders, den Duitschen
middenstand, voor het geheele Duitsche volk
in al zijn geledingen. Ondanks alle moei
lijkheden zijn de successen van deze politiek
reusachtig. Niemand, die niet vooringeno
men is, kan ontkennen, dat sedert 30 Jan.
in Duitschland ontzaglijKc veranderingen
tot stand zijn gekomen. Zij, die in het bui
tenland Duitschland thans beklagen om het
huidige regime, zijn dezelfden, die veertien
jaar lang de positie van het Duitsche volk
hebben uitgebuit. Thans merken zij, dat
Duitschland zijn eigen weg gaat en dat het
Duitsche volk hun medelijden niet noodig
heeft.
Met sarcasme bespreekt Hitier vervolgens
de meening van de buitenlandsche pers over
de jongste volksstemming. Natuurlijk zijn er
groote moeilijkheden, maar naarmate de
nood stijgt, des te grooier zal de vastbera
denheid zijn waarmee de strijd tot de over
winning wordt voortgezet. Zij, die hopen
Duitschland door economische teneur-maat-
regelen murw te kunnen maken, kennen de
Duitschers slecht, indien men dergelijke po
gingen blijft voortzetten zal Duitschland
zoozeer leeren op zichzelf aangewezen te
blijven, dat men spoedig de nutteloosheid
van dergelijke pogingen zal inzien.
Evenals men zich op economisch gebied
heeft geholpen, is thans duidelijk geworden
wat men in anderhalf jaar op cultuur-poli
tiek heeft bereikt. Ook op dit gebied treft het
nationaal-socialisme verwijten, dat het zich
van het Christendom verwijdert. Hitier ant
woord hierop: „Neen, niet wij, doch onze
voorgangers hebben zich ervan verwijderd.
Wij hebben slechts een duidelijke afscheiding
gemaakt tusschen de politiek, die zich met
aardsche dingen heeft bezig te houden, en
de religie, die zich met de kerk moet be
moeien. De vrijheid van godsdienst is niet
aangetast en zal ook niet aangetast worden
Er zal een tijd komen, dat ook kerkelijk inge
stelde personen zullen inzien, wat Duitsch
land op dit gebied voor de geheele wereld
gedaan heeft".
Hitier verklaart verder, dat de weg naar
de 38 millioen aanhangers moeilijker was
dan de weg naar de 42 millioen, die nog
afgelegd moet worden. Alles wat gedaan
wordt geschied voor het Duitc-che volk en
het Duitsche rijk.
De wereld zal dat erkennen wan
neer op 13 Jan. de Saarbevolking
haar stem voor Duitschland uit
brengt. Zij zal haar stem voor
Duitschland uitbrengen. Nog altijd
is het Saarprobleem het grootste
probleem voor Duitschland. Wij
zijn bereid, zegt Hitier, met de we
reld tot een oprechten vrede te
komen. Deze Saar-kwestie is de
eenige territoriale kwestie, die ons
Duitschers nog van Frankrijk
scheidt. Na haar oplossing zal er
geen enkel redelijk motief meer be
staan waarom deze twee groote na
ties zich in de toekomst niet met
elkaar zouden verzoenen.
Misschien zal ook bij onze vroegere tegen
standers eens het inzicht groeien, dat de
taak, die wij te verrichten hebben, zóó groot
is, dat wij haar gemeenschappelijk moeten
vervullen in plaats van elkaar te beoorlogen.
De toekomst-problemen zijn te groot om ze
Hitier.
alleen op te lossen. Daarom moeten wij ze
gemeenschappelijk oplossen.
Al trachtten internationale ophitsers
steeds weer vijandigheid tusschen de beide
groote volken te kweeken, Hitier had ver
trouwen in het gezond verstand, dat ten
slotte moest zegevieren, zoodat hij hoopte
dat 13 Januari een oplossing zou brengen,
die ook ten aanzien van het Saargebied tot
volledige verzoening zou leiden.
In zijn beschouwing over de binnenland-
sche politiek verklaarde Hitier verder, dat
men er in anderhalf jaar tijd in geslaagd
was, 4'A millioen werkloozen van de straat
te halen. Het aantal zelfmoorden was ver
minderd, de misdaad afgenomen. Een der
belangrijkste successen, die de Duitsche bui
tenlandsche politiek heeft behaald, was de
vaststelling van den datum voor de volks
stemming in het Saargebied. Tot het volk
in dit gebied zegt Hitier: „Duitschland be
schouwt u als een integraal deel van ons
vaderland. Wij hebben deelgenomen aan uw
strijd. Gij zijt eensgezind gebleven in uw wil
om tot het vaderland terug te keeren, met
uitzondering van enkele verraders. Uw hou
ding was dikwijls een voorbeeld voor zestig
millioen Duitschers.
Uitvoerig besprak Hitier voorts de taak
uit het Rijk na de terugkeer van het Saar
gebied tot Duitschland. Politiek zal de ver
zoening tusschen de partijen bewerkstelligd
moeten worden. Economisch zal de crisis
overwonnen moeten worden.
Op 13 Januari 1935 moet 99 procent van
de Saarbevolking voor Duitschland stem
men, welk percentage over tien jaar tot 100
moet zijn gegroeid.
Hitier besloot zijn rede riet de woorden:
„Het is onze wensch, dat de Klokken, die op
14 Januari 1935 zullen luiden om te verkon
digen, dat het Saargebied vereenigd is met
Duitschland, tegelijkertijd ook den vrede
zullen inluiden".
De rede van de leider en Rijkskanselier
werd langdurig en luid toegejuichd en ge
volgd door het zingen van het Duitschland-
en het Horst Wissellied.
O^mtenlattd
REDEVOERINGEN VAN
GOBBELS.
De S.A. van Berlijn toegesproken.
Sinds langen tijd heeft Göbbels thans
voor het eerst weer een redevoering uitge
sproken voor de Berlijnsche S.A., waarbij
hij allereerst sprekende over de gebeurtenis
sen van 30 Juni uiteenzette, dat hij zich met
klem moest verzetten tegen de pogingen die
door zekere lieden werden gedaan "om' de
S.A. met het verraderlijke optreden van en
kele mannen te identificeeren. „ik weet, ka
meraad, welke bittere en moeilijke tijden gij
hebt doorgemaakt. Dat de radicale kuur zoo
snel kon worden uitgevoerd dankt men slechts
aan uw trouw en uw volgzaamheidsbewust-
zijn, dat gij steeds jegens den leider hebt
gehad. De geruchtenmakerij in het land en
de combinatiezucht van een zekere buiten
landsche pers heeft zich meester gemaakt
van deze gebeurtenissen en gemeend daaruit
te moeten concludeeren, dat thans de politie
ke taak van de S.A. voor goed ten einde wast-
Men kan zich hier over slechts verbazen. Gij
S.A. mannen zijt de meest actieve politieke
garde van den leider en het is slechts tot
herstel van den ouden naam en roem van on
ze S.A.-garde geweest, dat wij die elementen
uit de S.A. uitgeroeid hebben, die met de
gedachte en met zin en doel van de S.A. in
het geheel niets hebben uit te staan.
Zooals de S.A. geworden is, moet zij ook
blijven. Gij zijt begonnen met de vestiging
van een nieuwe volksgedachte. Gij hebt be
werkstelligd, dat men thans in Duitschland
de gedachte van den klasenstrijd en van het
socialistische Marxisme bijna nog slechts
van hooren-zeggen kent, gij zijt het geweest,
die de gedachte hebt uitgebreid. Gij hebt
dit niet en daarom alleen gekund omdat gij
slechts soldaten zijt, maar omdat gij ook
politieke soldaten zijt. Laat niemand mij
zeggen dat de S.A. overbodig is geworden,
omdat zij geen taak meer heeft. Bijna 10
van het volk is nog niet voor ons gewonnen.
Göbbels.
Het zou onze eerzucht weinig vleien, wan
neer wij deze 10 als definitief zouden be
schouwen. Neen, slechts een klein gedeelte
van deze 10 moet gezien worden als
a-sociaal en onbruikbaar voor de volksge
meenschap. De anderen echter moeten ge
wonnen worden. Ik weet dat wij in de 18
maanden van ons bewind er nog niet in ge
slaagd zijn alle problemen op te lossen. Nie
mand kan ons echter verwijten, dat wij niet
gedaan hebben wat gedaan moest worden.
Kan echter iemand onder u opstaan en
zeggen, dat dat, wat wij ons indertijd in de
oppositie ten deel stelden, niet bereikt is?
Getuigt deze geheele stad niet van den on
weerhoudbare zegetocht der beweging? In
den stijd zijn wij groot geworden en strijden
zullen wij moeten tot onzen laatsten adem
tocht. En misschien zullen een reeks taken,
die ons gesteld zijn in het geheel niet meer
door deze generatie kunnen worden opgelost
Het komt er echter slechts op aan, dat wij
het groote doel niet uit het oog verliezen en
alles doen wat ons nader tot de oplossing
kan brengen, Gij hebt vaak bewezen, dat
gij dat kunt. De S.A.-man staat thans
weer voor die taak. Wat hem vaak aan be
grijpen ontbreekt moet hij aanvullen door
des te grootere geloofskracht en een des te
milder vertrouwen in de beweging en den
leider. Welaan dan, laat ons werken en
marcheeren in den ouden geest, in den geest
van vertrouwen en strijdvaardigheid. Toont
uw bruine hemd weer tactisch en opgericht
in de hoofdstad van het rijk.
Uw eer en roem zijn onaangetast. Wat de.
leider doet is goed. De leider heeft het rijk.
Dat is beter. De leider heeft het volk, dat is
het beste. In dit volk staan wij, voor dit volk
werken wij en denken wij, aan dit volk wij
den wij ons zoolang wij nog een ademtocht
hebben.
Nog een redevoering van Goebbels.
Voor de leiders van de B. O. heeft Göb
bels gisteren een redevoering uitgesproken
op het Tempelhefer Feld. Spr. zette uiteen,
dat men indertijd was uitgegaan van de
overweging, dat 't volk steeds zoo denkt als
zijn beste minderheid denkt en dat, wanneer
men de beste minderheid van een volk weet
te winnen men ook het volk verovert. Men
achtte het hoogmoed, wanneer wij beweerden
aldus Göbbels, dat wij het volk hadden.
Toch is dat juist gebleken.
Wij hebben de idee de vastheid van een or
ganisatie gegeven en in langen strijd een
minderheid opgevoed van bewust willende
nationaal socialisten. Wij hebben geen dic
tatuur willen oprichten, die op geweren en
kanonnen steunt, wij willen het Duitsche
volk.
De taken, die ons ter oplossing gesteld
waren, waren moeilijk en groot en slechts
de fantasten en overmatige optimisten heb
ben geloofd, dat het nat.-socialisme slechts
aan den macht behoefde te komen om in een
hand-omdraaien alles in Duitschland in or
de te brengen. Ik weet, dat veel van wat wij
ons voorgenomen' hadden nog niet vervuld
is, want de problemen, die op ons af kwa
men, waren zoo ontmoedigend groot, en om
vangrijk dat wij slechts eenige eruit konden
grijpen om ze tot een oplossing te brengen.
Veel moest blijven liggen daar wij ten slot
te ook maar menschen zijn, en daar wij maar
één leven kunnen geven Maar wij hebben
gedaan, wat moest worden gedaan. Nog
steeds gelooven wij, dat er niets is, dat men
schen niet tot oplossing kunnen brengen,
wanneer zij het tot oplossing willen brengen.
Alleen de lafaards wenscben een leven dat
uit genot bestaat. Vol goeden moed willen
wij den komenden herfst en winter inmar
cheeren. In Neurenberg willen wij de laat
ste kracht halen en dan gaan wij aan het
werk der moeilijke maanden. Zweert uwen
leider opnieuw trouw. Het rijk zal bestaan
als wij bestaan, het rijk zal alle oorlogen en
gevaren overwinnen, wanneer wij moedig
onzen weg voortzetten, waneer wij achter
ozen leider staan, zooals hij achter ons staat
DE BEKEERING DER „NEEN"-
STEMMERS.
Drie personen als „plaatsver
vangers"?
Er heerscht in Duitschland eenige ver
bazing, dat er nog niets bekend is over
de methode, welke de Rijksleider denkt
te volgen, om de neen-stemmers van
Zondag te beekeren. Tot dusverre is er
nog geen enkele aanwijzing, in welke
richting de campagne daartoe gaan zal,
ofschoon Hitier verklaard heeft, dat de
maatregelen reeds waren vastgesteld.
In eenige nat.-soc. organen wordt een
vijandige toon aangeslagen tegen de
neen-stemmers; zoo constateert o.a. de
„Angriff", dat deze lieden zich buiten de
gemeenschap hebben gesteld.
Gematigde personen hopen nochtans
zoo meldt de Berlijnsche correspondent
van de „Times", dat de aangekondigde
vrijlating van een nieuwe serie gevan
genen uit de concentratiekampen een
aanwijzing zal blijken, dat deze cam
pagne in verzoenenden geest zal worden
geleid.
Verder wekt het uitstel der aanwijzing
van een plaatsvervanger van den Rijks-
leider verwondering. In de wet tot sa
menvoeging van het ambt van rijkspre
sident en rijkskanselier in den persoon
van Hitier wordt gezegd, dat hij,- de
„Führer", zijn plaatsvervanger aanwijst
De naam van den rijksweerminister,
die genoemd is, is die van den meest
waarschijnlijken candidaat, teneinde
door benoeming van generaal v. Biom-
bere de rijksweer nog meer aan Hitier
te binden. De wenschen van de nat.-soc.
partijleiders moeten echter ook in over
weging worden genomen, en zoo heet het
thans, dat men een verdeeling van de
plaatsvervangersfunctie over een trium
viraat overweegt. Hess zou dan Hitiers
plaatsvervanger in het leiderschap van
de nat.-soc. partij blijven; generaal
Göring zou de plaatsvervanger worden
in het kanselierschap en generaal v.
Blomberg zou plaatsvervangend opper
bevelhebber worden
Omtrent de a.s. bevrijding van een
aantal gevangenen uit de concentratie
kampen meldt de „Times"-correspondent
nog, dat de Pruisische premier, generaal
Göring, een lijst van 15.900 arrestanten,
die binnenkort in vrijheid gesteld zouden
worden, heeft goedgekeurd.
Besliste beloften tot invrijheidstelling
zijn gedaan, als gevolg van particuliere
buitenlandsche interventie, wat betreft
twee bekende politieke gevangenen, al
dus verzekert de correspondent ten
slotte. Dit zijn dr. Theodore Neubauer en
Ernst Reuter. Neubauer was communis
tisch afgevaardigde in den Rijksdag en
getuige in het proces inzake den brand
in het rijksdaggebouw. Hij heeft ruim
een jaar in een concentratiekamp geze
ten, waardoor zijn gezondheid ernstig
geleden heeft.
Reuter is de socialistische oud-burge
meester van Maagdenburg; hij vertoefde
verleden jaar in een concentratiekamp
en werd in Juli 1.1. weer gearresteerd.
Het geval van Neubauer is bepleit door
een deputatie van professoren uit Ox
ford en Cambridge en van andere per
sonen, die zich voor hem interesseerden;
dat van Reuter door de Britsche So
ciety of Eriends.
Men heeft de voorspraak ingeroepen
van dr. Hanfstangl, leider van de afdee-
ling der buitenlandsche pers van de nat-
soc. partij en een intiem vriend van Hit-
Ier. Met het resultaat, volgens den cor
respondent, dat de belofte van vrijlating
werd gegeven.
DE KERKELIJKE STRIJD IN
DUITSCHLAND,
Naar van goed ingelichte zijde ver
luidt, is de strijd in de Evangelische
kerk door de volksstemming van Zon
dag j.1. slechts tijdelijk gestaakt. Door
het besluit van den rijksminister van
binnenlandsche zaken, die de tot dusver
geldende beperkende bepalingen in zoo
verre heeft opgeheven, dat in de toe
komst slechts alle niet zakelijke open
lijke besprekingen verboden blijven, "'s
het voor beide partijen weer mogelijk
Hitier sprak tot de Saar-bewo-
ners een lange rede uit, waarin hij
o.a. de internationale politiek aan
roerde. (Dag. Overzicht).
Göbbels houdt een redevoering
voor de S.A. mannen te Berlijn.
(Buitenland).
De Nederlandsche rondvlucht.
(Luchtvaart).
Smokkelauto verongelukt; een
doode en een gewonde. (Binnenland)
Veertigjarig bestaan s.da.p. (Bin
nenland).
i
Jongeman uit Bergen te Bergen
aan Zee verdronken. (Stad en om
geving).
Vernielingen op het raadhuis te
Wervershoof. (Stad en omgeving).
Doodelijk motor-ongeluk te Blok
ker. (Stad en omgeving).
(Zie verder eventueel laatste
berichten).
geworden, te trachten, aanhangers te
werven. De „Deutsche Christen und die
oppositionale Synoden" treffen voorbe
reidingen voor een actie in de eerstvol
gende weken.
Het schijnt vast te staan, dat de op
positie gedurende den laatsten tijd zeer
is versterkt, vooral in het westen van
Duitschland en in Berlijn, waardoor zij
ook financieel onafhankelijker tegen
over den rijksbisschop Müller is komen
te staan. De Duitsche christenen berei
den dit jaar de rijksbijeenkomst, die van
21 tot 23 Sept. te Berlijn wordt gehou
den, op bizondere wijze voor. Op deze
bijeenkomst zal rijksbisschop Müller het
woord voeren.
LAGE LOONEN DER JAPANSCHE
ARBEIDERS,
In de laatste jaren nog verder
gedaald.
Uit juist gepubliceerde officieele sta
tistieken blijkt, dat de loonen der Ja-
pansche arbeiders, de altijd opmerkelijk
laag zijn geweest, gedurende de laatste
jaren nog verder zijn verminderd.
In 1926 verdiende een arbeider in de
Japansche katoen-fabrieken per dag
1.56 jen (de huidige koers van de jen is
ongeveer 4 cent) en thans slechts 1.40 jen.
Een arbeider in de weeffabrieken ver
diende in 1926 1.70 jen tegen 1.48 jen in
dit jaar.
De productie der fabrieken is niette
min met 60 tot 100 procent gestegen.
Ofschoon de loonen in Japan aanzien
lijk lager zijn dan in Westersche landen,
wordt er de nadruk op gelegi. dat bij ver
gelijking rekening moet worden gehou
den met het verschil in levensomstan
digheden en sociale lasten tusschen
Westersche en Japansche arbeiders.
De Japansche arbeiders zijn gewend
aan een zeer eenvoudig leven. Zij wor
den meerendeels gerecruteerd uit den
boerenstand die een zeer sober bestaan
lijdt. De kosten van de ingevoerde
grondstoffen zijn zeer hoog, zoodat de
fabrikanten om concurreerend te kun
nen produceeren, wel gedwongen zijn de
loonen zoo laag mogelijk te houden.
Er is nagenoeg geen uitvoer van Ja
pansche levensmiddelen, zoodat deze op
de binnenlandsche markt zeer goedkoop
zijn.
De arbeiders in de katoenindustrie be
staan voor 80 uit vrouwelijke arbei
ders van 15 tot 24 jaar en gewoonlijk
blijven zij niet langer dan 3 a 4 jaar op
de fabrieken. De arbeidsters wonen in
groote tehuizen, die door de werkgevers
ter beschikking zijn gesteld, en waar
tegen zeer lagen prijs maaltijden worden
verstrekt.
De werkgevers moeten aanzielijke be
dragen uitgeven tot bevordering van
het welzijn der arbeiders, welke bedra
gen ongeveer 25 van den loonenpost
uitmaken.
Slechts als gevolg van bovengenoem
de omstandigheden kunnen de Japan
sche fabrieken zoo goedkoop producee
ren en aan de arbeiders toch een goed
bestaan verschaffen.
ERNSTIG MIJNONGELUK.
Drie mijnwerkers bedolven.
iu de Selvay-mijn in het Dombrowo-bekken
zijn bij een ontploffing groote massa's steen
kool naar beneden gestort, waarbij 3 mijn
werkers werden bedolven. Het is tot dus
verre nog niet gelukt de ongelukkigen te
bergen. Men vreest, dat zij omgekomen zijn.