Alkmaarsche Courant Stad en Omgeving. JxuiHletoM EEN EERESCHULD. £OH(U eaJ-uiH^ouw Jladiopcoqcamma @0OOOO®> De gemeente en het electriciteitsbedrijf. Honderd Zes en Dertfgsle berging. DINSDAG 4 SEPTEMBER Een adres aan H. M. de Koningin. No. 208 1934 Over de bekende electriciteitskwestie heeft het gemeentebestuur van Alkmaar onder staand adres aan H. M. de koningin gezon den: Mevrouw, Van de gemeentebesturen van Naarden, Limmen en Castricum ontvingen wij een ver zoek om adhaesie te betuigen aan de door die besturen tot Uwe Majesteit gerichte adressen, houdende verzoek, goedkeuring te onthouden aan een door de Staten der pro vincie Noordholland bij besluit van 25 Juli 1934 vastgestelde suppletoire begrooting voor het Provinciaal Electriciteitsbedrijf, voorzoover betreft een op die begrooting voorkomenden stelpost van 1.000.000, be stemd voor den aanleg van laagspannings netten met toebehooren in bij die begrooting nader aangegeven gemeenten. Naar ons be kend is, hadden die gemeentebesturen zich reeds tevoren tot de Provinciale Staten van Noordholland gewend met bezwaren tegen het desbetreffend voorstel van Gedeputeerde Staten. Deze bezwaren evenals de adressen aan Uwe Majesteit, hebben onze volle instem ming, zoodat wij dan ook met kracht het ver zoek van genoemde gemeentebesturen aan Uwe Majesteit wenschen te ondersteunen, aangezien wij beducht zijn voor de gevolgen, die uit dat besluit voor verschillende ge meenten te eeniger tijd, wellicht ook deze ge- meente, kunnen voortvloeien, zooals trouwens ook in de laatste Statenzitting door het be trokken lid van Gedeputeerde Staten is aan gekondigd. Het is bekend dat de provincie Noordhol land er naar streeft, in alle gemeenten, waarin electrische energie wordt betrokken van haar bedrijf, de energie rechtstreeks aan de gebruikers te leveren. Tot dusver was in vele gemeenten met de provincie een contract afgesloten voor de levering en gros aan de gemeenten, terwijl de gemeenten zich belast ten met het distribueeren van den electri- schen stroom. De gemeenten exploiteerden of exploiteeren derhalve een distributiebedrijf, dat vooral voor de grootere centra als Alk maar een bedrijf van groote beteekenis is geworden. Belangrijke baten vloeien uit dit bedrijf in de gemeentekas, terwijl de tarie ven niettemin den toets der vergelijking met die van andere soortgelijke gemeenten zeer wel kunnen doorstaan. In tegenstelling met het vroeger ingeno men standpunt, dat de gemeenten de stroom- levering aan huis als haar natuurlijke taak moesten beschouwen (welk standpunt o.a. blijkt uit het schrijven aan het gemeentebe stuur van Limmen dd. 14 November 1919, waarvan een afschrift hierbij gaat), wenscht het provinciaal bedrijf thans zelf ook deze distributie ter hand te nemen; de met de gemeenten gesloten leveringscontrac ten, die tot een bepaalden voor elke gemeente afzonderlijk vastgestelden datum gelden, zullen dan niet worden geconstinueerd. Daarbij zal de provincie trachten de gemeen ten ertoe te brengen haar hoog of laag spanningsnetten aan de provincie af te staan. De provincie zou, zoo het uitsluitend ging om een nieuwen contractueelen band te leg gen, langs den weg van onderhandelingen met de gemeenten tot overeenstemming moe ten trachten te komen om te bereiken, dat zij rechtstreeks aan de ingezetenen zou kunnen leveren. De Provincie kan echter krachtens de Be- lemmeringenwet privaatrecht deze onderhandelingen ontgaan en zelf in en op gemeentegrond een distributienet aanleggen, zoodat zij aan haar voornemen om de leve ring aan 'gebruikers aan de gemeenten te ontnemen, aan de hand van die wet uitvoe ring kan geven. De gemeenten staan daartegenover mach teloos, aangezien de in artikel 2 dier wet aangegeven procedure uitsluitend op de be schikking over den grond betrekking heeft en financiëele belangen der gemeenten, niet met die beschikking op zichzelf in verband staande, daarbij wel geen invloed zullen uitoefenen. Naar het Ejjgelsch van Dorothea Gerard. 34. Madame Zielinska antwoordde vol onge- duld: „Wat ben je nu traag van begrip, Jadwi- ga. Het is alles zoo klaar als de dag! Van het oogenblik af, dat ik dien Franschen brief vond, heb ik wel verwacht, dat de mon nik, die viel door Kazimir's hand, de schrijver was, en nu ben ik daar zeker van". „Maar de man, die dien brief schreef, was al lang dood hij heeft dien op zijn sterfbed gedicteerd?" „Hij dacht, dat het zijn sterfbed was, maar die zuster Marie Cécile, van wie hij prak, scheen er toch in geslaagd te zijn z'n chaam zoowel als z'n' geest te redden, en set eerste gebruik, dat hij toen maakte van ijn herstelde gezondheid, was, dat hij de ereld afzwoer en dat hij de kloostergelofte flegde. Lees den brief nog eens en zeg an, of dit niet juist is, hetgeen verwacht on worden van den schrijver wanneer ij althans herstelde". Ze keek naar mij, als vroeg ze stilzwij gend mijn instemming, en die gaf ik dan jok met een hoofdknik. „Of Kazimir later nog briefwisseling Tot dusver hadden de gemeenten gelegen heid, in elk concreet geval te bevoegder plaatse, in de eerste plaats bij de Staten, die over de credieten hebben te beslissen, be zwaren in te brengen wanneer het provin ciaal maatregelen zou nemen, die met het gemeentebelang in strijd waren. Wordt het thans genomen Statenbesluit goedgekeurd, dan is daarmede tevens vast gesteld, dat er geen gelegenheid meer zal bestaan concrete gevallen anders dan als voldongen feiten voor het forum der provin ciale vertegenwoordiging te brengen en vóórdat van provinciewege maatregelen zijn getroffen openbare behandeling van grieven te verkrijgen in een vergadering der Pro vinciale Staten. Dit alles zou van geringe beteekenis zijn, wanneer het niet ging, vooral in de grootere gemeenten, om een feitelijken dwang tot op heffing van bloeiende gemeentebedrijven. Alleen zij kunnen tegenover het vraagstuk van opheffing dier bedrijven onverschillig staan of zelfs met het oog op de ge maakte bedrijfswinsten die opheffing toejuichen, die volkomen miskennen de func tie, welke de gemeentebedrijven in de laatste kwarteeuw in steeds stijgende mate vervul len in de gemeentehuishouding. In gemeen ten van eenigen omvang is de huishouding niet meer te besturen zonder den belangrij ken steun, welken de gemeentekas uit de be drijven ontvangt. Het vraagstuk der nood lijdende gemeenten zou een nog veel scher per karakter verkrijgen dan het thans al heeft, wanneer niet tal van gemeenten door middel van haar bedrijven bronnen wisten aan te boren, die een welkome bate brengen en haar in staat stellen, de begrooting te doen sluiten. Het is de grief der gemeenten in Noord- holland, dat de provincie, zonder dat daar toe dringende redenen aanwezig zijn, ook die gemeenten, die op het exploiteeren van bedrijven zijn ingesteld, dwingt, het electri citeitsbedrijf op te heffen, ook dan wanneer in redelijkheid tegen de gemeentelijke distri butie geen bezwaar kan worden aange voerd. Te meer valt dit op, nu de provincie halt houdt voor de beide grootste gemeenten Am sterdam en Haarlem, die tezamen 63 pCt van de stroomlevering in het gebied der provincie Noordholland verzorgen. Dat de provincie ter wille van haar bedrijf rechtstreeksche exploitaties wenscht van een zoo groot mogelijk gebieü, ligt voor de hand; zij kan de slechte risico's van niet- rendabele gebieden dan beter dan thans af wentelen op de groote centra. Zij heeft dan bereikt, dat de grootere centra den tol be talen voor haar zorg voor de electriciteits- voorziening ten platten lande. Het is echter, zoodra de provincie deze gedragslijn volgt, niet redelijk, dat zij daar in niet de grootste centra eveneens betrekt. Dat daartegen practische moeilijkheden be staan, dat zal niemand ontkennen. Maar daarmede is dan ook het stelsel veroordeeld, dat immers ten gevolge heeft, dat Overheids voorzieningen (het brengen van electricifeit ook in de kleinste gemeenten, waar dit eco nomisch niet verantwoord is), niet door de geheele provincie worden bekostigd, maar uitsluitend door de gemeenten, die niet over een opwekkingsbedrijf beschikken. Zoowel dus om het overwegende bezwaar tegen de opheffing der gemeentelijke distri butiebedrijven als om de gevolgen, die de ge dragslijn der provincie ook overigens in het bijzonder voor de grootere centra heeft, zien wij ons genoopt, ook onzerzijds steun aan het adres der in den aanhef genoemde ge meentebesturen te verleenen. Wat die bestu ren heden treft, treft andere in de toekomst. Het Statenbesluit heeft in dit opzicht sympto matische beteekenis Het beteekent opheffing van den plicht tot onderhandelen op voet van gelijkheid met de gemeenten; het beteekent voorts miskenning van de groote belangen, die voor de gemeente aan het exploiteeren van distributiebedrijven verbonden kunnen zijn om voor die belangen op te komen ter plaatse om voor die belangen o pte komen ter plaatse waar dit tot dusver mogelijk was, n 1. in de Statenvergadering, met gelegenheid tot be klag, indien noodig, bij Uwe Majesteit. Het is om die redenen, dat wij Uwe Majes teit eerbiedig verzoeken ernstige aandacht1 aan bovengenoemde adressen te willen schenken. Burgemeester en Wethouders van Alkmaar, get. F. H. VAN KINSCHOT. Burgem. A- KOELMA Secretaris. .Alkmaar, 23 Augustus 1934. Als bijlage ter kenschetsing van het stand punt van het Prov. bedrijf in 1919 is aan het adres onderstaande brief van dat bedrijf aan de gemeente Limmen toegevoegd. Aan de Edelachtbare Heeren Bur gemeester en Wethouders der ge meente Limmen. Wij veroorloven ons door dezen terug te komen op de kwestie van de overneming van het laatselijk net in Uwe gemeente, een zaak die ons zeer ter harte gaat. omdat bet ons. bij voortschrijdende electrificatie der stroom levering in het groot, hoe langer hoe moei lijker valt daarnaast nog plaatselijke netten te exploiteeren. Het zij ons vergund nog even Uw college den loop van zaken sedert onze aanbieoung van 29 November 1918 in de ge dachten terug te roepen. 11 Januari 1919 verzochten wij Uw col lege om nader bericht, in verband met de om standigheid dat wij bij onze aanbieding reeds op een beslissing vóór 1 Januari 1919 hadden aangedrongen. 15 Januari berichtte de voorzitter van Uw college ons cat van overneming vóór 1 Juli 1919 wel geen sprake zou zijn en dat overi gens de door ons gestelde termijn te kort was geweest. Het schrijven eindigde met de verwachting, dat de beslissing van den raad ons spoedig bericht zou kunnen worden. Bijkans een jaar is thans sedert onze offerte verstreken en nog immer zijn wij naar antwoord uitziende; ook onze brief van 9 Mei 1919, No. 9, had geen resultaat. Ons be drijf blijft op deze wijze een tweeslachtig karakter dragen, het blijft, naast de stroom levering in het groot, ook belast met de stroomlevering aan huis, een taak die, naar den opzet, niet de eigenlijke taak van het gewest is. Voor die stroomlevering aan huis moeten wij oen kader aan personeel in dienst houden dat feitelijk niet in onze organisatie behoort. Aan dezen toestand moet ten slotte een einde komen; de gemeente moet eindelijk haar natuurlijke taak ten opzichte van de stroomlevering van het gewest overnemen. Wij moeten daarom aandringen op eene be slissing vóór 1 Januari 1920 en kunnen na dien tijd onze bereidverklaring, om het net op de U bekende voorwaarden over te dra gen, niet handhaven. Hoogachtend, Provinciaal Electriciteitsbedrijf van Noordholland, (get.) F. A. SMIT KLEINE. HOLLANDSCHE MAATSCHAPPIJ VAN LANDBOUW. Vergadering van de afd. Alkmaar, in de bovenzaal van het café Central. Toen de heer D. J. G o v e r s gisteravond als voorzitter der afdeeling de vergadering opende, waren er nog slechts een twaalftal heeren aanwezig. Deze vergadering had voornamelijk plaats met het oog op de bin nenkort te houden algemeene vergadering der H. M. v. L. Devoorzitter betreurde de geringe opkomst en vooral het voortduren van den slechten economiscben toestand. Hij keurde het af, dat de nog bevoorrechten (landbou wers en tuinders), die het nog redelijk goed hebben, ook klagen, terwijl het toch de vee houders vooral zijn die het loodje moeten leggen. Spr. vertrouwde op de werkkracht van het hoofdbestuur, dat alles doet om ver betering te krijgen voor de veehouders. Hij hoopte, dat de crisis spoedig haar hoogte punt zal hebben bereikt, omdat de toestand zeer ernstig wordt. Het vee is niet duurder dan in de tijden dat al het voer veel goed- kooper was en over den toestand in de scha penhouderij behoeft men eigenlijk niet te spreken. met hem heeft gevoerd, weet ik niet", ging zij voort. „Zoo ja, dan heeft hij zorg gedra gen dat die brieven vernietigd werden. De Vicomte lijkt in zijn brief de zaak als afge daan te beschouwen en toen hij zich een maal in het klooster teruggetrokken had, zal hij alle wereldsche zorgen van zich af geschud hebben". „Maar mama, zelfs al is uw vermoeden juist, al heeft vaderzoo'n grooten mis slag begaan, dan verklaart dit toch nog nietzijn einde. Als hij zijn zwakheid immers zooveel jaren geleden al had goed gemaakt, wat kan er dan verder voor reden van verdeeldheid tusschen hem en den Franschman hebben bestaan?" „Maar hij had het niet goed gemaakt!" riep madame Zielinska met schrille stem, en terwijl zij de beide armen van haar stoel stevig vastgreep, boog zij zich zoover voor over, dat ik vreesde, hoe zij vallen zou, en keek haar dochter onafgewend in de van ontzetting wijd opengesperde oogen. „Be grijp je 't nu nog niet? Heeft hij niet in al zijn brieven gezegd, dat hij voor die vergoe ding zichzelven tot den bedelstaf zou moeten brengen; dat hij Ludniki zou moeten ver- koopen? En heeft hij dat gedaan? Bedenk ook wel, dat wij gedurende al die jaren geen enkele erfenis hebben gehad; het geld is ons dus niet uit een andere bron toegevloeid. Wat beduidt dit? Wel, eenvoudig, dat de verontschuldigingen, die voor enkele weken of maanden hadden moeten dienen, tot jaren zijn geworden. En toen twintig jaar later de Vicomte, nu als monnik, aan zijn deur kwam of bij toeval, of met een geheime bedoeling, wie zal 't zeggen? en zag, dat hij zijn belofte niet gehouden had, dat hij nog in het bezit was van zijn onrechtma tig verkregen winsten, ontstak d' Urvain in woede, dreigde hem mogelijk met openbaar making en wat was het gevolgJij kunt toch niet aannemen, dat je vader krank zinnig was toen hij zijn pistool richtte op den eenige, die de waarheid kende, en toen op zichzelven?" Hier hield madame Zielinska op en liet zich achterover vallen in haar stoel, terwijl zij gejaagd adem haalde. Ik keek naar haar, ten eenenmale verbaasd over zooveel snelheid en juistheid van in zicht bij iemand, die ik voor allesbehalve scherpzinnig had gehouden. Ja, de gevolg trekkingen waren ongetwijfeld juist; alles kon zeer goed op deze manier in zijn werk zijn gegaan. Het is waar, dat zij elf jaren had gehad, om na te peinzen over een on derwerp, dat ons nieuw was, dus is het geen wonder, dat zij makkelijk haar weg wist te vinden in den doolhof. Zij had haar thtorie als 't ware gereed liggen, met aie enkele aanwijzingen, die er aan ontbraken. Jadwiga vlocg op en brat af wanhopig ae handen n iar het hoefd „Maar dan is Ludniki niet van ons!" riep zij op een toon van groote zielesmart „Het kan niet van ons wezen, als dit alles waar is. Van wien is het dan, mama?" „Daar moeten wij nog achter komen", Woensdag 5 September. HILVERSUM, 1875 M. (VARA- uitz.) 8Gr.pl. 9.30 „Onze keu ken" door P. J. Kers. IC.— VPRO- morgenwijding. 1015 Voor Arb. in de Continubedr.: Klein VARA- ensemble olv. F. Bakels, VARA- tooneel, olv. W. van Cappellen, J. Lemaire, voordr. 12.— KI. VARA- ensemble olv. F. Bakels. 1.De Flierefluiters olv. J. v. d. Horst. 1 45 Zenderverzorging. 2.Voor de vrouw. 2.15 De Notenkrakers o- 1- v. D. Wins. 3.Voor de kinde ren. 5.30 Orgelspei Joh. Jong. 6.Muzikaal allerlei, hawaiïan, guitaar, zang, accordeon, saxofoon en piano. 6.40 Causerie J. Peters. 6.50 Gr.pl. 7.05 Uitz. vanwege de N.A.S.B. 7.20 Orgelspel C. Steyn 7 40 Dr. W. J. Smit- Hoe helpen wij de werklooze jeugd. 8.03 Uit Haarlem: Openluchtconcert m.m.v. de Haarl. Orkestvereen., 't VARA- orkest en koren olv. F. Schuurman. 9 30 Vaz Dias en VARA-varia. 9 45 „Het einde van de „Union", spel van Johannsen. Vert.: M. Be versluis, mmv. het VARA-tooneel olv. W. v. Cappellen. 10.45—12. HUIZEN, 301 M. (NCRV-uitz) 8.Schriftlezing en meditatie. 8 15 9.30 Gr.pl. 10.30 Morgendienst olv. ds. H. J. Westerink. 11.12. Ensemble v. d. Horst. 12.15 Grj>l. en ensemble v. d. horst. 1.15 Or gelconcert L. Blaauw. 2.Gr.pl. 3 Chr. Lectuur. 3.30—3.45 Gr. pl. 4.Vioolrecital Jan Keesen, mmv. A. Adema, piano en gr pl. 5.Kinderuur. 6.Gr.pl. 6.30 Afgestaan. 7.Politieber., Ned. Chr. Persbureau. 7.15 Gr.pl. 8. Orgelspel R. Parker. 8.15 Gr.pl. 8 25 Verv. orgelspel. 9.— Lezing Prof. dr. A. v. Veldhuizen. 9.30 Kamerensemble olv. H. Hermann, mmv. S. C. Jansen, orgel Om 10.— Vaz Dias. 11.—12— Gr.pl. DAVENTRY, 1500 M. 10.35 Mor genwijding. 11.20 Gr.pl. 12.20 Or gelspel Q. MacLean. 1.05 Western Studio-orkest olv. F. Thomas, mmv. F. Powell bariton. 2.20 Orkestcon cert olv. J. Muscant. 3.20 Piano recital C. Dixon. 3.35 Sted. Orkest Bournemouth olv. Sir Dan Godfrey en H. Bedford, mmv. E. Kersey, viool. 5.05 Gr.pl. 5.35 Kinderuur. 6.20 Ber. 6.50 Orgelspel R. Dixon. 7.20 Radio-Militair-orkest olv. Ch. Leggett, mmv. H. Alson, liedjes aan den vleugel. 8.20 „The Likes of Her", spel van Ch. Mc. Evoy. 9.35 Harold Ramsay en zijn Rhythm Symphony. 10.Ber. 10.20 Cause rie. 10.40 Zang door H. Liukkenen, sopraan. 11.10 Voordracht. 11.15 12.20 Casani-Cluborkest olv. Ch. Kunz. PARIJS (RADIO-PARIS), 1648 M. 7 20 en 8 20 Gr.pl. 10.35—11.50 Orkestconcert. 12.352.20 Goldy- orkest. 7.20 Gr.pl. 9.05 Symphonie- concert o. L v. Désormière. 10.50 Dansmuziek. KALUNDBORG, 1261 M. 12.20 2.20 Strijkorkest olv. Bendix. 3.20 Gr.pl. 3.50—5.50 L. Preii's Instrumentaal Ensemble. 8 20 Con cert. 9.05 Omroeporkest olv. Grön- dahl. 9.55 Zang H. Bruusgaard. 10.30 Verv. orkestconcert 11.20 12 50 Dansmuziek. KEULEN, 456 M. 5.50 Gr.pl. 6.45 Orkestconcert. 1220 Gr.pl. I.20 Omroepkl.-orkest olv. Eysoldt. 4.20 Keulsch Symphonie-orkest olv. Gillessen. 5 30 Viool- en pianocon cert. 7.20 Zang Lore Schröter, so praan. 9.20 Omroeporkest o. 1. v. Kühn. 10 50 Gr.pl. 11.20 Chopin- concert. 11.50 Concert olv. J. Kand- ner. ROME, 421 M. 3.30 Gr.pl- 9.05 „Madonna Oretta" operette van Riccitelli. Orkestleiding de Fabritis. Koorleiding Casolar. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M 12.20 Gr.pl. 1.302.20 Omroep orkest mmv. zangsolste. 5.20 Piano recital. 5.50 Gr.pl. 6.35 Radio-Sym- phonieorkest. 7.35 Gr.pl. 8 20 Om roeporkest. 10.30—11.20 Gr.platen. 484 M.: 12.20 Omroeporkest. 1 30 2.20 Gr.pl. en zangvoordracht 5.20 Gr.pl. 5.50 Zangvoordr. 6 35 Gr.pl. 8.20 Kamermuziek. 9.20 Gr.pl. 9 30 Radio-Symphonieorkest. 10.30—11.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.30 Uit Frankfort: „Unsere Saar". 8.50 .Militair concert o.l.v. Wolff. 9 55 „Stunde der jungen Nation". 10.20 Ber. 1C.50 Lezing. II.05 Weerber. 11.20—12.20 Uit Frankfort: Dansmuziek. GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Huizen. Lijn 3: Lond. Reg. 10.3510.50, Daventry 10.50—12.20, Lond. Reg. 12.20—15.20, Daventry 15.20— 17.35, Lond. Nat. 17.35—19 20, Daventry 19.20—24. Lijn 4: Keulen 10.301920, Kalundborg 19.20—24. Bestuursverkiezing. De beide aftredende bestuursleden, de heeren Jb. Halff en D. A. Luiting werden herkozen, de heer Blom kreeg vier stemmen. De heer Halff nam de benoeming weder aan, gefeliciteerd door den voorzitter. Den heer Luiting zal kennis gegeven worden van zijn herkiezing. Afgevaardigde algemeene verga dering. Alvorens tot stemming werd overgegaan, deelde de heer E. Dz. G o v e r s mede, dat de alg. vergadering, die bepaald was op 13 Sept. te Rotterdam, zeer waarschijnlijk zal worden verdaagd tot begin October, in ver band met de moeilijkheid om een spreker te vinden, die bereid is een uiteenzetting te geven over de graanpolitiek der regeering. Aan den minister is nu verzocht een regee- ringscommissaris machtiging te verleenen die uiteenzetting te geven. Tot afgevaardigde werd gekozen de heer J. Blom en als plaatsvervanger de heer L. Bruin. Behandeling beschrijvingsbrief. De agenda voor de algemeene vergade ring werd door den voorzitter gelezen en waar noodig toegelicht. Bij het punt bestuursverkiezing deelde de heer E. Dz. G o v e r s mee, dat voor Noordholland zeven veehouaers en drie landbouwers zitting hebben, voor Zuidhol land in de verhouding andersom. De meening werd uitgesproken, dat men thans een akkerbouwer zou moeten kiezen Naar aanleiding van een nesbetreffende opmerking van aen heer J. Swaag zei de heer E. Dz. G o v e r s, dat de veehouderij meest is aangewezen op export en dat juist zei madame Zielinska kalm. „Ludniki hoort aan den man, die dien nacht in Parijs bedro gen werd. Zijn naam komt geen enkelen keer in de brieven voor. Maar ik zal hem weten uit te vinden, weest daar maar niet bang voor! Allereerst moet geschreven worden naar den Parijschen zaakwaarnemer en moet er een onderzoek worden ingesteld naar den Vicomte d' Urvain. Het is immers mogelijk dat hij ook nog andere papieren heeft nagelaten, die weer enkele aanwij zingen geven betreffende den man, dien wij zoeken. Bovedien moeten er nog velen be staan, die zich dien Parijschen tijd herin neren, Lewicki was in Parijs tusschen 1850 en 1860; mogelijk kan hij mij namen noe men, maar daar zal ik dan toch mee moeten wachten, tot hij uit Karlsbad terug is. O, ik zal hem vinden. Ik zal hem vinden!" „En als u hem heeft gevonden?" opperde ik. „Dan zal hij iederen stuiver terug hebben. Hoezeer dank ik God, dat de som vermeld staat in dezen eersten brief! Dat maakt de zaak veel gemakkelijker. Honderd twintig duizend francs ja, natuurlijk, Ludniki moet verkocht worden. We zullen arm zijn, maar verlost van die verschrikkelijke scha duw, die mij nu al elf jaren heeft gekweld, De smet zal uitgewischt worden, want de vergoeding zal volledig zijn". Ze keek naar haar dochter, als verwacht te ze van haar een echo op haar woorden, maar Jadwiga, die zeer bleek zag, zat, ver diept in gedachten, recht voor zich uit te deze op allerlei wijze wordt bemoeilijkt. Al wat de regeering deed, stuitte af op de han delspolitiek van het buitenland. Op het oogenblik zal het de regeering totaal onmo gelijk zijn maatregelen te treffen, die doel treffend zullen zijn voor de veehouders Flinke verbetering van de positie van dezen zal niet mogelijk zijn zonder die van de graanboeren aan te tasten. Devoorzitter wees erop, dat het streven moet zijn om beslist eerlijke men- schen op de bestuursplaatsen te krijgen, alleen dan zal de zaak behoorlijk kunnen marcheeren. Besloten werd na nog eenige discussie de candidatuur-de Vries te steunen. Over de andere verkiezingen, die op de alg. verg. aan de orde zullen komen, werd niet gesproken, omdat zij betrekking hebben op groepen in Zuidholland, waarin door de leden uit die provincie zal moeten worden voorzien. In verband met de plaatsen voor de voor- iaars- en najaarsvergaderingen werd er aan herinnerd, dat de alg. verg. het volgende jaar te Alkmaar zal worden gehouden. Vee-arbitrage. Inzake vee-arbitrage wekte de v o o r z i t- t e r op, bij eventueele geschillen zich te wenden tot dr. C. J. Rab, dierenarts te Oos terbeek. De heer E. Dz. G o v e r s voegde hier aan toe, dat de vereeniging voor vee-arbi trage in het noorden van Noordholland een commissie heeft gevormd ter voorkoming van hooge onkosten door rechtszaken enz Er zijn nu al een duizendtal personen lid van die commissie en op Texel is een com missie gevormd, die nu al 300 leden telt. staren. „Het zal een volledige vergoeding zijn", herhaalde zij, maar zonder het vreemde ent housiasme van haar moeder. „Maar de smet die blijft; niets ter wereld kan die uitwisschen!" Toen dokter Konski kwam, werd hij, zoo als Marva had voorzien, niet toegelaten. „Zeg hem maar, dat het enkel een dwaze vergissing was van Marya; bied hem thee aan en zend hem dan weg", zei madame Zie linska beslist tot Jadwiga. „Miss Middleton wil misschien hier blijven, terwijl ik haar de brief dicteer voor den Franschen zaakwaar nemer Als de dokter dien dan meeneemt naar Zloczek. kan hij nog de bestelling ha len". Binnen het volgend half uur was de brief af en bestond hoofdzakelijk uit een aanvra ge om alle mogelijke inlichtingen betreffen de wijlen Vicomte d' Urvain en voorname lijk betreffende diens overlijden; ook of er soms bloedverwanten van hem in leven wa ren, met wie men zich in verbinding zou kunnen stellen. De brief, ofschoon wat vervelend, was zeer duidelijk. Uit ieder woord, dat zij mij dic teerde sprak de verlichting, die het haar schonk, om, na die elf jaren, dat zij, ondanks de nu juist gebleken vermoedens, toch niet tot handelen had kunnen overgaan, nu in staat te zijn aanstalten te maken om den misslag van haar echtgenoot zooveel moge lijk te herstellen. (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1934 | | pagina 5