HONIG'S OSSESTAARTSOEP 6 borden voor 20 ets.
Jhi<2ztecubtie&
'J)amcu(kie&
ydhaakcufciek
'Jxuilleton
De heks van Winslea
Eau de Cologne
Verfrisschend
en opwekkend
Matt-Creme
Maakt de huid zacht en
mat. De beste onderlaag
voor poeder.
27. Pb8 a5
28. Pd7f Ke7
29. Pc5 beo
Wit staat nu glad gewonnen.
30. Ktl Kf6
31. Kf2 Keo
32. Kd3 Kd5
33. b3 eo
34. Ke3 h5
35. f3 b4
33. gh3 ghi
37. a3 a4
38. ba4 Kc4
39. Ke4 h3
40. gh3 Kc3
41. a5 Kb2?
Een fout. Toch zou na 41. ,,t, c4 42.
a6 zwart te laat komen.
42. Kd5. Zwart geeft op.
Onze Eerste November-Opflave.
Welke plaatsen?
De acht in onze vorige opgave bedoel
de plaatsen werden door een groot aan
tal oplossers met veel nauwkeurigheid
gevonden, 't Waren de volgende:
1. Melbourne.
2. Bordeaux.
3. Montevideo.
4. Genemuiden.
5. Lonneker.
6. Beetsterzwaag.
7. Bagdad.
8. New Orleans,
Bij 't begin van November stonden
aan 't hoofd van de lijst:
R. Smids 153 p., mej. G. Hoogland_151
p., mevr. Bruinvis en D. Schagen 145 p
Mej. A. v. Nienes 135 p., mej. M. RezeJ-
man 129 p., F. Trijbetz 119 p., G- Kaal
83 p., P. Haasbroek 76 p., mej. L. v. Os
senbruggen 65 p., C. Blankendaal 49 p.,
mej. Pastoor en D. A. Wittop Koning 46
p., mevr. Eecen— Boijenga 38 p., J. F. Ie
Waal 30 p., D. Gerritsen 20 p., W. Kars-
sen 18 p., wed. Schagen 16 p.
Onze Nieuwe Opgave. (No. 2 der No-
vember-serie).
Negen cijfers 2.
Wij laten hier volgen een vermenig
vuldiging van twee getallen van vijf cij
fers. Elk cijfer komt in deze getallen
samen maar eenmaal voor. Het cijfer 2
komt in de geheele bemerking negen
maal voor, zooals men hieronder ziet.
XXXXX
XXX 2 X
2 XXXXX
XXXXX 2
XX 2 XXX
XXXXXX
2 XX 2 XX
XXX 2 2 2 XXXX
Gevraagd wordt deze som geheel vol
ledig in te zenden.
Oplossingen (2 p.) liefst zoo vroegtij
dig mogelijk, doch uiterlijk tot Vrijdae
16 Nov. 12 uur aan den Puzzle Redac
teur van de Alkmaarsche Courant.
TE KOOP AANGEBODEN EEN
POPPENWAGEN en EEN POPPEN
WIEG, zeer goed onderhouden.
Niet op Zondag.
Te bevragen LELIESTRAAT 3-
TE KOOP: een houten KOLEN- of
FIETSENSCHUURTJE, in goeden staat,
IX bij 2X M.
Te bevragen FRIESCHEWEG 9.
TE KOOP: 4 persoons, 4 deurs 6 PK.
RENAULD, in prima staat, gesloten w a
gen, 16 meter RIETMAT en RADIO
TOESTEL met accu's en Luidspreker-
plaatstroomapparaat 25.
Rijksstraatw 425a. E. DE JONG, Heiloo.
TE KOOP een in goeden staat zijnd
RADIOTOESTEL in kast, tegen elk
aannemelijk bod. Ook Zondags te zien.
Wed. ZEVENHEK, Drebbelstraat 10.
TE KOOP EEN HULPMOTORRIJWIEL
en INDIAN SCOUT
C J. BEST. Nieuwpoortslaan 118.
TE KOOP tegen eik aann. bod z. g. a. n.
ELECTRO MOTOR 20 P K. met olieweer
stand, ben. eenig divers DRIJFWERK,
STEENKRAAN en ONDERDRIJFWERK
voor maalsteen met Konisch kammerk
en enkele DRIJFRIEMEN en BUILTJE.
Te bevragen FNIDSEN 93.
Nog eenige haarden voorhanden z. g.
a. n. voor spotprijzen. Smederij Kooi-
meerlaan, Mr. Smid (bij de Vierstaten).
Aan hetzelfde adres nog enkele Kachels.
Prima Handnaaimachine met kap
merk Naumann 15, Victoria 20, Sin-
ger 22, Ringspoel trapmachine 17.50.
Inzinkbare 45, enz. z. g. a. n.
DEKKER, Laat 182.
TE KOOP SCHUIFTAFEL, prachtige
LINNENKAST, PENANTKASTJE.
KARENHUISKAMER 21. -
Duitsche Piano, prima instrument,
z. g. a n. 165, Luidsprekers, Gramo-
phoons, Buffetten, Fornuizen, Bedden,
Ledikanten, Rijwielen, Gemakskoffers,
enz., zachte prijsjes. DEKKER, Laat 182.
WISSELSTROOM-RADIOTOESTEL
met LUIDSPREKER, billijk over te
nemen Te zien en te hooren
STATIONSWEG 7, Heiloo
TE KOOP GEVRAAGD een in prima
staat verkeerend GEHOORAPPARAAT.
Brieven letter M 150 bureau v. d. blad.
TE KOOP een zoo goed als nieuwe
WINTERMANTEL, flinke maat, tegen
elk aannem. bod. Nieuwpoortslaan 89.
TE KOOP voor oud gouden HOR
LOGES met ketting, Juweelen KNOP
PEN en VERLOVINGSRINGEN.
S. W. VET, Verdronkenoord 5.
Een zoo goed als nieuwe Singer-trao-
naaimachine, inzinkbaar. Prima Haard
merk Permanent, geb. Vulkachel en
D. en IK Rijwiel. P. SIJM, Ged. Baansl. 17.
TE KOOP AANGEBODEN een z. g.
a. n. DAMESMANTEL met pracht bont-
kraag, maat 42. Ridderstraat 18 (winkel).
BRANDKAST TE KOOP GEVRAAGD.
Opgave prijs en grootte. Brieven onder
leter U 157 bureau van dit blad.
AANGEBODEN EEN INVALIDE
WAGEN z g. a. n voor halve prijv
HOEVERKADE 8.
TE KOOP: 2 CRAPEAUDS, 4 STOE
LEN, TAFEL en BOEKENKAST (eiken).
WESTERWEG 314.
Aan de Dammers!
In onze vorige rubriek gaven wij ter
oplossing probleem 1357.
Stand.
Zw. 14 sch. op: 1, 2, 3, 8, 9, 10, 11, 13,
14, 15, 17, 19, 26, 30.
W. 14 sch. op: 27, 28, 29, 32, 33, 36/39,
42, 43, 44, 48, 50.
Oplossing.
Wit speelt 2924. Zw. 30—35, daarna
wit:
1 24—20 1. 15 24
2. 44—40 2. 35 44
3. 28—22 3. 17 28
4. 33 22 4. 44 33
5. 38 20 5. 14 25
6. 27—21 6. 26:28
7. 32: 5!
Wit: H. Rieman.
Wit speelt en wint.
1. Dg7fü Kg7 2. Le5f Kg8 3- Ph6 mat.
Eindspel 831.
Zw.: Dr. H. M. Ricnie.
Wit: P. Filipp.
Zwart speelt en wint.
1Pf2, 2. Kf2 Pe4f 3. Kgl (3. Rfl
Dd4) Dd4+ 4. Kh2 f3+ 5. g3 Lg3 6. Xhl Pf~
en mat in drie zetten.
In Augustus van dit jaar is in Syra-
cuse (Amerika) een meestertournooi ge
speeld waarvan hier een partij volgt:
Wit: Kashdan. Zwart: E. Tholfsen.
Fransche partij.
1. ei e6
2. d4 d5
3. Pc3 de4
4. Pe4 Pbd7
5. Pf3 Le7
6. Ld3 Pgf6
7. c3
meer natuurlijk is 7. 0—0
7c5
8 Pc5 Pc5
Sterker is wel 8Lc5 9. dc5 Pc5
waardoor zwart meerdere afruil af-
dwngt b.v. 10 Lb5f Ld7 11. Ld7 Dd7
12. Dd7f Pd7 enz.
9. dc5 Lc7
10. 0—0 0—0
11. Lg5 h6
12. Lh4 Le7
13. De2 Dc7
14. Tadl Tfa8.
Direct 14b6 zou fout zijn, we
gens 15. Lf6 Lf6 16. De4 en wint la8
wegens matdreiging op h7; dit kan
nu niet daar de zwarte K. kan vluch
ten. Toch was beter de L. over d7
naar c6 te brengen.
15. Pe5 b6
16. Tfel!
Dit bereidt een mooi offer voor.
Zwart wil wit laten gaan, omdat hij
een zijns inziens mooie resource
heeft, die echter ontoereikend blijkt
te zijn.
1 6Lb7
17. Pf7! Lijkt een voor de hand liggende
combinatie als zwart 17Kf7
speelt b.v. 18. De6 Kf8 19- Lf6 Lf6 (of
gf6) 20. Lc4 enz. In werkelijkheid
moest wit vee' verder rekenen ge
zien de 17e zet van zwart.
1 7Dc6
dreigt mat en dekt e6. Tot zoover
heeft zwart berekend, 't Nu volgen
de heeft hij echter geen aandacht
geschonken.
18. Le4! De4
Na 18Pe4 volgt 19. Pd8 enz.
19 De4. Le4.
De berekening van 19Tdl. 20.
Ph6f Kf8 (gh6? 21. Dg6t en 22. Tdl)
21. De6 Telt 22. Del gh6. 23. De6 doet
wit spoedig nog een pion winnen en
hij heeft dan een overwegend spel
door zijn verbonden vrij pionnen.
Betere verdediging gaf wellicht:
19Pe4 20. Pd8 Lh4 21. Pb7 Lf2f 22.
Kfl Lel. Wit staat echter dan nog
beter. 23. Tel. Tf8f 24. Kgl Pd2 25
h3! of 24Tf4 25. g3 Tg4 26.
Pd8! enz.
20. Pd8 g5
21. Te4. Pe4
Na 21Td8 22. Td8 Ld8 volgt 23.
Td4 evenals na 21gh4.
22 Pc6. Lc5.
23. Lg3 Taf8
24. Td8ü
Hiervoor slaat wit de aanval op f2
geheel af en behoudt de betere pion-
nenstelling.
24Pg3
25. Tf8f Kf8
26. hg3 a6?
Dit redt de a-pion niet. Beter was a5;
nu krijgt zwart nog een geisoleerde
pion.
Wedstrijd.
Zooals men vermoedelijk wel weet is
de Vierkamp te IJmuiden gewonnen
door R. C. Keiler, met één punt voor
sprong op den wereldkampioen Raichen-
bach. Over de laatste partij tusschen de
beide groote concurrenten lazen wij in
het Haarl. Dagblad:
De Fransche kampioen opende met
34—29, waarop Keiler theoretisch tegen
speelde; de partij kreeg direct een leven
dig aanzien. Aan het spel van den
Franschman was al dadelijk te bemer
ken dat hij in deze partij meer wilde wa
gen dan hij in voorgaande partijen tegen
Keiler gedaan had. Het pleit voor Kel-
ler's sportviteit, dat hij het spel niet ver
eenvoudigde, doch integendeel den we
reldkampioen met dezelfde wapenen
wenschte te bestrijden. Het werd een
vrij ingewikkelde opening, waarin
Raichenbach iets voordeeliger kwam te
staan. Toen Keiler de gelegenheid gebo
den werd zich wat meer bewegingsvrij
heid te verschaffen, achtte hij het raad
zaam een uitruil te nemen, waardoor
de partij meer tot het klassieke genre
terugkeerde. Een tijd lang ging de strijd
gelijk op; weer was het Raichenbach, die
verwikkelingen forceerde. Hij moest
immers winnen!
Zeer avontuurlijk ruilde Raichenbach
plotseling naar het „kerkhof" uit. Deze
zet was zeer goed berekend, want ver
schillende dreigingen ontstonden nu, die
Keiler alleen uit den weg kon gaan door
een achterwaartsche 2 om 2 uitruil.
De overblijvende stand was nu:
Toch bood de stelling nog vele remue-
mogelijkheden; het was interessant te
zien, hoe onze kampioen deze ook wist
te benutten.
Op bekwame wijze formeerde Keiler
na een reeks mooi berekende zetten ie
remise en eindigde dus ongeslagen als
overwinnaar van het IJmuider meester
tournooi!
Een geweldig ap-laus brak los; onze
kampioen kwam handen te kort om alle
felicitaties in ontvangst te nemen.
Ter oplossing voo. deze week:
Prcbleem 1358 van S. E. v. d. Meer.
Zw. 7 sch. op: 8, 9, 12, 14, 16, 19, 20.
W. 7 sch. op: 21, 23, 28, 30, 32, 47, 48.
In onze volgende rubriek geven wij de
oplossing.
Probleem 518.
Néumann.
Zw. 8 sch. op: 3, 6, 8, 13, 14, 17, 21, 26.
W. 8 sch. op: 29, 36/39, 42, 45, 48.
De wereldkampioen stond dus nu in
het voordeel.
Langzamerhand kwam Raichenbach
nu opzetten, doch in zijn enthousiasme
liet hij zich verleiden dezen opmarech
wat te ontsuimig door te voeren; weder
om kreeg Keiler gelegenheid, door een
uitruil den Franschen opmarsch te stui
ten. Van Raichenbach's voordeel was
nauwelijks meer iets te bespeuren.
Hij gaf echter den moed zoo gauw niet
op. Hij formeerde nu een klaverblad
stelling op het middenbord en nood
zaakte Keiler, met de grootste omzich
tigheid te spelen. Deze had echter het
rustige vooruitzicht, aan remise vol
doende te hebben; het was dus nu voor
hem zaak, met de minst mogelijke risi
co het grootste rendement van zijn schij
ven te krijgen. De stand was toen:
Zw. 6 sch. op: 11, 13, 18, 19, 20, 26.
W. 6 sch. op. 27, 28, 29, 32, 40, 42.
Keiler speeide 19—24 (Wit 38—33)
13—19 (Wit 40—34) 11—16 (Wit 28—22)
16—21 (Wit 22 13 19 8 (Wit 27 16) en
2631. Raichenbach had dus nu een
schijf gewonnen; o.i. had Keiler geen
betere voortzetting.
abcdefgh
Tweezet.
Eindspel 829.
Zw.: Aitkers.
abt d e t g h
Wit: W. A. Tairkurst.
Wit speelt en wint.
1. Pg6+ hg6 2. Th5f! Kg8 3. Tg6f Tg6
4 De8f Kg7 5. Dh8f Kf7 6. Th7f (Ke6 7.
De5 mat).
Eindspel 830.
Zw.: Krüger.
vaa May Wyune.
36)
Maar toen zij weer keken naar de aftee-
kening van het grijze fort van Pontefract
tegen den helderen avondhemel, was die
korte droom onmiddellijk verstoord, en mis
schien nog krachtdadiger, doordat ze een
ruiter op een doodelijk vermoeid paard,
heuvelopwaarts, hun richting zagen uitko
men.
Dit was de jonge Conray, bijna zoo uitge
put als zijn paard, zoodat, toen dit strui
kelde en voorover in het stof viel, met een
hartverlamming, de ruiter bewusteloos naast
zijn paard gleed.
Onmiddellijk ijlden de gelieven toe naar
de plek, waar de ruiter en paard lagen
Door het losmaken van zijn das en het be
sprenkelen met koud water uit de nabijzijn-
dc bron, kwam Jack Conray weer gauw bij.
Hij was een van de populairste jonge edel
lieden, die tot het garnizoen van Pontefract
behoorden.
Zoodra hij weer bij bewustzijn was, kwam
hij met het verhaal voor den dag, dat
Hugh al gedeeltelijk verwacht had.
Doctor Stapleton had gelijk: Cromwell
had besloten zijn vriend niet ongewroken
te laten. Van alle officieren, die onder zijn
bevel stonden, was Rainsborough de meest
vertrouwde. Inderdaad had de Protector
juist te voren besloten dat de vlootaangele-
genheden van de natie dézen man in han
den zouden gegeven worden wanneer de
Earl of Warwick zich terugtrok. De tijding
van zijn dood was als een donderslag geko
men en degenen, die dit hadden bewerkt,
zou het slecht vergaan!
Reeds was Lambert, aan het hoofd van
een aanzienlijke legermacht, nog maar en
kele uren van Pontefract af. Al wat de ver
dedigers nog konden doen, was de afwezi
gen uit het garnizoen, die maar eenigszins
binnen hun bereik waren, terug roepen, de
valpoort sluitep en zich in gereedheid
brengen om een tegenstand te bieden, die al
leen door den hongersnood kon verbroken
worden.
Het was Ainslie's allereerste plicht om
zich ijlings met het nieuws naar Pontefract
te begeven, waarheen Conray hem zou vol
gen, zoodra hij zijn vermoeide leden weer
gebruiken kon.
En Marjorie? Hij wilde haar niet verlaten
zonder een woord van vaarwel. Toch moest
het maar zoo kort mogelijk zijn en in de
schaduw van de boomen, die hen verbergen
zouden voor Conray's nieuwsgierige blikken.
„Liefste, je zult toch moedig zijn? De he
mel behoede je, Marjorie!"
Ze schreide niet; dit zou wreed zijn ge
weest jegens hem en Marjorie kon dapper
zijn als het noodig was!
Zoo flink mogelijk vroeg zij dan ook:
„Blijf je binnen kasteel Pontefract?"
„Ik moet, Marjorie. Het is mijn plicht".
Ze durfde de oogen niet naar hem op
slaan, maar zei met grooten nadruk;
„God behoede je, Hugh!"
„En jou, liefste! Maar jij zult veilig we
zen".
Ze trachtte te glimlachen.
„Veilig? O, ja. Voor mij hoef je niet bang
te zijn, Hugh!"
Maar dat hij zich toch ongerust over
haar maakte, begreep zij wel, toen ze voel
de, hoe dicht hij haar tegen zich aansloot.
„Je va'der moet niets ondernemen", drong
hij. „Zeg hem dat nog eens. Hij heeft zijn
plicht jegens jou".
Zij antwoordde daar niet op, besefte en
kel maar, dat hij zich in groot gevaar be
gaf en dat dit zijn laatste kus kon zijn.
Hoe wreed, hoe Verschrikkelijk is de oor
log en bovenal een burgeroorlog als deze,
waarin dikwijls zoons van één huisgezin
vijandig tegenover elkaar staan!
En het lijden van de vrouwen is ook on
beschrijflijk: die smart van het afscheid!
„De hemel zegene je, liefste, en voere mij
weer in je liefhebbende armen!".
Ze liet hem los, want ze mocht hem nu
niet langer ophouden, maar ze durfde geen
woord zeggen, uit vrees, dat een hartver
scheurend snikken hem de kracht mocht ont
nemen.
Een laatste blik en hij was weg, verdwe
nen in het bosch, waar het zonlicht de
schoonste herfsttinten te voorschijn toover-
de. Weg! En zij was alleen alleen om te
bidden, dit was haar plicht als vrouw
en uit dit laatste moest zij de kracht putten
om onversaagd het Noodlot onder de oogen
te zien.
Op een andere plaats namen op een later
uur ook twee gelieven afscheid.
Het bericht van de komst van Lambert en
de bedreiging van het beleg van het kasteel
prikkelden Dick Morrice tot een verlangen
naar strijd, dat hem het gevaar bespotten
deed en de gebeurtenis verwelkomen, die
aanleiding zou geven tot een slaags raken,
een vlug handelen en het bedrijven van
moedige daden.
Zoo dikwijls reeds had succes zijn krijgs
listen bekroond, dat hem zeker nu wel wéér
deze zoete belooning zou ten deel vallen
voor zijn dappere verdediging.
Barbara Carcroft klapte in de handen en
lachte, terwijl zij haar geliefde haar geheim
in het oor fluisterde.
Hij staarde haar in het eerst ongeloovig
aan en vergat zelfs Lambert en Cromwell
in de verbazing over haar woorden.
„Jack of Lanthorne!" riep hij „de schrik
der vennen? Neen, maar! Wat is dat nu
voor een openbaring, Babs?"
Ze wierp het donkere hoofdje achterover
en keek hem aan, met van ondeugd tintelen
de oogen.
„Heb je nooit gehoord van Moll Cutpur-
se. Aan haar heb ik mijn voorbeeld ont
leend. Maar ik heb nooit de dingen gedaan,
die op rekening van Jack of Lanthorne
worden geschoven. Toch hebben de vennen
ncoit een anderen Jack gekend dan je ver
loofde!"
Zij sprak zoo overtuigd, dat hij er wel ge
loof aan moest slaan, hoe onmogelijk net
hem ook klonk.
Maar Barbara had andere redenen om
haar geschiedenis te vertellen, dan enke
om de verbazing op te wekken van haar ge
liefde.
Jack of Lanthorne kon immers nog ovt
de vennen rijden en de zaak van den konin
beter dienen dan Barbara Carcroft hc
zeer dit ook haar hartewensch mocht zijn.
En dan was er immers nog de Friai
Passage onder den toren van Swillingto
Dick Morrice voelde onder het luister,
steeds meer bewondering voor het moedi
meisje, dat zijn hart gestolen had.
Toch drong zijn liefde hem tot het pit
dooi:
„Je moet je niet aan dit gevaar bloc
stellen, Babs. Want daar is een risico aa
verbonden, waarvoor een man zou term
deinzen".
„Ja, een man maar een vrouw ni
Mijn geest zal mijn lichaam behoed
Dickon, en Pontefract ook, als geloften r
den hemel verhoord worden!"
„Je bent het koenste, stoutmoedigste i
tegelijk het liefste meisje, dat ooit een m:
kan plagen en hem ook het hoofd op hol k; i.
brengen!" verklaarde hij. En hij kuste ha
met al de vurigheid, die zij verlangde, t- -
wijl hij de donkere krulletjes van haar ho. I
streek. „Mijn moedig, lief ding!" zei hij
fluisterenden toon, die tot in het diepst 1
haar ziel drong, „liefste, kameraad en r
mijn geliefde vrouw! Maar dan verbie"
je die stoute grappenmakerijen, Bab, al
ik dan nu ook nog: God zij met je c»
roekeloos ondernemen!"
(Wordt vervolg<