VOORDEEL
30
Autobandieten op den Huiderstraatweg.
m
Uw Huishoudboekje
kan er slechts
van hebben
Om eert foto van Prinses Juliana.
!huideton
ALKMAARSCHE COURANT van VRIJDAG 30 NOVEMBER 1934
Rechtszaken
Hooge straffen gerequireerd.
zegt het
BLUE BAND-meisje
Want van hoeveel belang Blue Band ook in de keuken is, hoeveel
het ook bijdraagt tot het welslagen van een maaltijd, op het huishoud
boekje is Blue Band slechts een bescheiden post.
Blue Band combineert kwaliteit met voordeel - tallooze Nederlandsche
huisvrouwen hebben de waarheid hiervan reeds ondervonden.
'A pondspakje
Persfotografen staan terecht.
VERSCH GEKARND
Oi FREGATVOGEL.
(Wordt vervolgd.).
In den afgeloopen zomer werden op den
Rijksstraatweg AmsterdamAmersfoort een
groot aantal pakjesdiefstaMen gepleegd, ten
nadeele van expediteurs, die met hun vracht'
auto's volbeladen met pakken en pakjes hun
weg van Amsterdam langs den Rijksstraat
weg namen.
Een zestal nog jeugdige personen tusschen
de 20 en 30 jaar, was met elkaar in contaej
gekomen. Zij waren werkloos en zwierven
veelal in de late avonduren en in het nachte
lijk duister langs de straten. Langzamerhand
rijpte het plan om ware plundertochten langs
de groote wegen te maken en als terrein van
hun diefstallen werden de expeditie-auto's
gekozen. Een van het zestal beschikte over
een auto, en deze wagen zou op de nachtelij
ke strooptochten goede diensten bewijzen, te
meer daar ook een stoutmoedige acrobaat
zich onder het gezelschap bevond 's Nachts
achtervolgde men met de roofauto de expedi
tie-auto's. De bumper van de auto werd te
gen de achterzijde van de vrachtauto aange
reden en een van de roovers sprong dan
vanaf de bumpers op de achterzijde van de
expeditie-auto. Soms werd de achterdeur
opengevonden, soms werd de afsluiting ver
broken. De man klom dan naar binnen en
Wierp pakjes en pakken naar buiten, welke
dan werden opgevangen door zijn kameraad
die op de motorkap van de auto zat Deze
acrobatische toeren werden verricht, terwij!
de auto's een vaart hadden van 60 tot 65
K.M.
Het werd een ware roof- en plundertocht,
en allerlei soort goederen, van bontmantels
tot pakken sigaretten werden buitgemaakt,
van welke diefstallen de expediteurs de dupe
werden. Vele malen maakte de roover zijn
vermetele sprongen, vele malen wierp hij zijn
buit naar zijn kameraad. Pakken bestelgoed
zouden nooit hun bestemming bereiken. On
der al deze vermetele diefstallen was ook een
suikerdiefstal. In den nacht van 31 Augustus
op 1 September lieten de dieven ditmaal
waren het er slechts vier de auto stoppen
voor een vrachtschip gelegen aan den Sin
gel. Tien balen suiker werden weggehaald.
Het gelukte de beide rechercheurs Lobman
en de Weillé dezen suikerdiefstal op te los
sen, de goederen werden in de woning van
een heler opgespoord. Men had reeds ver
moeden tegen de anderen en het spoor werd
gevolgd. Huiszoekingen en verhooren volg
den.
In samenwerking met de Muidenscbe poli
tie werd de kluwen verder afgewikkeld. De
heler viel tenslotte door de mand na een ver
hoor van vele uren.
Aanvankelijk bestond het vermoeden, dat
de auto's werden beroofd, wanneer ze eenige
oogenblikken stilstonden voor een cafétje aan
den Muiderstraatweg, waar de chauffeurs
dan een kop koffie drenken.
Na de arrestatie volgde spoedig de beken
tenis van de pakjesdieven, een belangrijk deel
der gestolen goederen werd door het werk
van de beide rechercheurs teruggevonden.
Ook bleek, dat er nog meer helers bij dit om
vangrijk dievencomplot betrokken waren.
Gisteren stonden zes personen terecht,
verdacht van diefstal en twee wegens heling
De dieven legden een volledige bekentenis
af. Hun verklaringen klopten niet precies
wanneer de vraag gesteld werd, van wien 't
plan eigenlijk was uitgegaan, de voornaam
ste schuld werd op een Duitseher geladen;
zij waren ervan overtuigd dat het werk niet
gemakkelijk was geweest, maar met een zeke
re beroepstrots had een hunner geconsta
teerd: „Het gaat mooi hé, het lijkt wel Ame
rika".
Nadat de pakjesdieven afzonderlijk had
den terechtgestaan en door politiemannen,
expediteurs en chauffeurs formeele verklarin
gen waren afgelegd, stonden vier van de zes
verdachten samen terecht wegens de suiker
diefstallen De volledige bekentenissen ver-
spoedigden het onderzoek ter zitting, zoodat
het O M. van verschillende getuigen afstand
kon doen.
Reauisitoir.
De officier van justitie, mr. van Du Hemen,
bracht in zijn requisitoir een woord van
hulde aan de rechercheurs Lohman en de
Weillé die met zooveel energie en scherpzin
nigheid het onderzoek tot een goed einde heb
ben gebracht.
Het aantal pakjesdieven had een ongeken-
zeer a^an 7i Cn°men' ScM* is
ffvonr hnnJ J Hgeweest °p sommige dagen
is voor honderden guldens aan goederen
wl cTlft dieven zelf ziin d°or de he-
géval k 7?" Vzooals dit meestal het
i'„ÏS„het
rv - Strafmaat.
in Trf 5'jn bewezen> de moeilijkheid is
in dit geval de strafmaat. Verdachte S v D
Kn £UI}stig bekend, hij is onverschil
lig en eigenwijs. Wegens diefstal in vereeni-
fm,aa' gepleegd, requireerde het
OM. anderhalf jaar gevangenisstraf. Verd
L. heeft doorloopend zijn auto ter beschik
ing gesteld en hij heeft zelf gechauffeerd.
Hij was „de groote Piet!" Spr. requireerde
twee jaar gevangenisstraf tegen hem.
Over verdachte H. D. O. is een goed rap-
port uitgebracht, maar de politie denkt an
ders over hem. Eisch: anderhalf jaar gevan
genisstraf.
Tegen J. O. R., die minder dikwijls heeft
meegedaan en die nog een blanco strafregis-
tei had, requireerde het O.M. één jaar, waar-
van zes maanden voox-waardelijk, met een
proeftijd van drie jaar.
Tegen D V. eischte de officier zes maan
den. Verdachte heeft slechts éénmaal mee
gedaan. „Men vond mij te bang" heeft hij
verKiaara.
Tegen K., die pas voor diefstal van een
motorfiets is veroordeeld en die nog het een
en ander te goed heeft, requireerde het O.M.
zes maanden gevangenisstraf. Tegen de vier
verdachten L., O., K. en v. O. eischte spr. bo
vendien vier maanden wegens de suikerdief
stallen.
De verdedigers pleitten clementie.
Vervolgens stond de werkman P. W. v. d
L. terecht, verdacht van heling, twee maal
gepleegd.
De gestolen pakjes werden verborgen in
het tuinhuisje van verdachte, achter zijn wo
ning.
De torpedojagers Hr. Ms. „Piet Hein" en Hr. Ms. „Evertsen" zijn Donderdag
vanuit den Helder vertrokken naar Ned. O.-Indië.
Verdachte ontkende; geen oogenblik had
hij vermoed, dat de goederen van diefstal af
komstig waren. Ook de balen suiker zijn in
het tuinhuis, dat hij aan een der verdachten
had verhuurd, gevonden.
Verdachte beweerde de goederen niet te
hebben gekocht en geen geld voor het bewa
ren te hebben gekregen.
Het woord is dan aan den officier, mr. v
Du Hemen.
Requisitoir.
Bij verdachten zijn op verschillende nach
ten goederen bezorgd van allerlei aard. De
gestolen waar werd verborgen in het tuin
huisje van verdachte. In het holst van den
cents
J V'
per
nacht kwamen de dieven met hun buit aan,
er is dus geen sprake van, dat verdachte kon
denken, dat de zaak in orde was. Voorts is er
uit winstbejag gehandeld want hij heeft di
verse kleine bedragen ontvangen en voorts
o.a. een blauw costuum
Wegens heling, tweemaal gepleegd, requi
reerde spr. een gevangenisstraf van een jaar.
Verdachte staat goed bekend en is door
anderen op het slechte pad gebracht. Dit en
verdachte's blanco strafregister nam spr. bij
den strafmaat in aanmerking.
De verdediger, mr. van Zeggelen, pleitte
vrijspraak, subs. clementie.
E>e vonnissen in deze zaken zullen wor
den gewezen op 13 December a.s.
PBB MC.
Toen de Prinses Dinsdagavond 20 Novem
ber tegen zeven uur op het voor het publiek
afgesloten terrein van de N.V. Wm. Müller
en Co. aan de Jobshaven te Rotterdam werd
verwacht, was er in den omtrek veel politie
op de been om de afzetting te handhaven,
maar vermoedelijk ook wel cm te verhinde
ren, dat persfotografen hun werk deden.
Een tweetal fotografen heeft niettemin ge
tracht op onvoorziene wijze een foto van het
vertrék te maken, waartoe zij een motorboot
hadden gehuurd, die na het vertrek van de
Batavier II tusschen de kade en het schip
werd gestuurd. Plotseling flitste het blik
semlicht op, de camera's klikten en ijlings
vertrok de motorboot. Een in de buurt lig
gende boot van de rivierpolitie zette de foto
grafen-boot echter na en bracht haar naar
het bureau van de rivierpolitie, waar de fo
tografen voor de keus werdén gesteld den
nacht in het politiebureau door te brengen of
de plaat in te leveren. Zij besloten daarop
eieren voor hun geld te kiezen en leverden
de fotografische plaat in.
De fotografen hebben zich echter niet bij
dezen politie-maatregel neergelegd. In kort
geding dagvaarde de N.V. Vereenigde Foto-
bureaux gevestigd te Amsterdam, de gemeen
te Rotterdam voor den president van de Rot-
terdamsche rechtbank, mr. H. W. B. Tho
mas.
Woensdagmiddag werd deze zaak behan-
handeld; voor de Fotobureaux trad op mr.
R. H. Dijkstra uit Amsterdam, terwijl de ge
meente zich had doen vertegenwoordigen
door mr. J. Coert Sr.
Mr. Dijkstra ving aan met de opmerking,
dat de fotografen niet cp de hoogte waren
van den wensh, door H.M. de koningin of
een ander .lid van het vorstelijk huis geuit,
dat er bij het vertrek van de prinses geen
foto's zouden worden gemaakt, 's Morgens
voor het vertrek heeft men de firma Müller
opgebeld om toestemming te vragen foto's te
mogen nemen. Deze toestemming is gewei
gerd, zonder opgave van redenen en daarbij
hebben de fotografen zich neergelegd, 's Mid
dags zijn de fotografen van eischeres dan
ook niet naar het terrein gegaan, zooals an
dere fotografen, maar hebben eenvoudig een
bootje gehuurd en zijn daarmee door open
baar vaarwater naar de plaats van vertrek
gevaren, om daar te trachten foto's te ma
ken. Men heeft niet den wensch gekend van
de koningin, dat er geen foto's genomen zou
den worden ware het anders geweest, dan
waren de foto's wellicht niet gemaakt en had
men zich gehouden aan den wensch maar
eenvoudg aan tegenwerking van d;e zijde van
de firma Müller gedacht, toen er geen toe
stemming werd verleend om op het terrein
te fotografen Het is niet altijd even gemakke
lijk voor journalisten en persfotografen om
hun taak naar behooren te vervullen en wan
neer men dit in oogenschouw neemt, is er dus
alleen sprake van een conflict tusschen de
gemeentepolitie en het personeel van
eischeres.
Pleiter meent dat de gemeentepolitie van
Rotterdam zich heeft schuldig gemaakt aan
een reeks van onrechtmatige daden. In de
eerste plaats de arrestatie van de fotografen.
Het plegen van een strafbaar feit heeft de
politie-ambtenaar niet voor den geest ge
zweefd, zelfs is er daarna geen beroep op
gedaan, maar zij heeft eenvoudig gehandeld
als politie, als gezag. De tweede onrechtma
tige daad die tegelijkertijd is een strafbaar
feit, van de zij-de van de politie, is 't dreige
ment van de arrestatie.
President: U bent buiten de orde. Bepaalt
u zich tot de dagvaarding. Dit dreigement
beteekende door het vasthouden van de boot
een civiele schade van een kleine honderd
gulden. De laatste onrechtmatige daad is de
weigering tot teruggave van de platen.
Sprekende over het spoedeischende karak
ter van de zaak zeide pleiter, dat fotografi
sche opname worden gemaakt van actueele
gebeurtenissen door eischeres, die er haar
bedrijf van maakt, die foto's te verhandelen
en het publicatierecht te exp'oite-eren.
De actualiteit.
Op foto's op gebeurtenissen in het leven
van leden van het vorstelijk huis wordt hoo
ge prijs gesteld. De kwestie is niet, dat de ac
tualiteit van de foto ontnomen is, doordat zij
niet dadelijk is gepubliceerd maar er kunnen
zich ieder oogenblik omstandigheden tot
droefenis en verheugenis voordoen die iedere
foto groote actueele beteekenis geven, zoodat
eischeres daarmee een foto-pagina kan vul
len. Voorts heeft de foto beteekenis voor ver
zamelaars van fotografieën van leden van
door George Owen Baxter.
Naar den Amerikaanschen roman
bewerkt door J. M. P.
„Verduiveld, als mij dat niet doet terug
verlangen naar den ouden tijd zeide hij,
„omdat ik hier en daar wel wat
heb. In mijn tijd heb ik ook met de gokkers
meegedaan dat wil ik wel bekennen, maar
ik heb mijzelf toen gevestigd. Kogels en de
strop bedierven te veel goede hersenen, dat
zag ik wel in; ik streek hier neer eri vestigde
mij. En nu, Slanke Jim, wil ik dat geld
hebben".
„Werkelijk", zeide Geraldi, terwijl hij op
stond om de zaak beter te kunnen bepleiten
en zijn bewegingen waren wonderlijK
gracieus en langzaam ,.ik zou u dubbel
kunnen betalen zoodra de vloed van de heu
vels neerstrijkt".
Chalmers ging wijdbeens staan en stak
de handen in de zakken, waardoor een groe
zelig vest' zichtbaar werd, waarop een zwa
re gouden ketting prijkte.
'„Niks niet", zeide hij. „Denk maar niet,
dat ik een idioot ben of tot jouw wild be
hoor, geen sprake van".
Geraldi zuchtte. vroe„
Dringt u er op aan? Werkelijk, vroeg
h%k zal aan dat gezeur een einde maken",
verklaarde Chalmers. „Kom maar mee naar
het raam en kijk eens naar beneden, voor
het hotel".
Zijn gast gehoorzaamde; hij leunde uit
het raam en keek over de daken der stad,
want zij bevonden zich op de derde verdie
ping van het hotel.
„Ziet die er gemakkelijk uit?" vroeg de
waard, die ook naar het raam*was gekomen.
Hij wees naar een breeden, zwaren man, die
op den rand van de watertrog zat en op dal
oogenblik een stuk van een rol pruimtabak-
afbeet. „Dat is Dick Wing, hij bewaart de
orde in deze verdomde stad. Denk je, dat
hij jou zou aankunnen?".
„Hij ziet er wel erg ruw uit", zeide de
zachtmoedige Geraldi.
„Dat is nog niets, vergeleken bij wat hij
is", verklaarde Chalmers. „Als bijbaantje
int hij mijn rekeningen bij oplichters,
fregatvogels en zoo".
Hij lachte om zijn eigen aardigheid.
De fregatvogel zuchtte weer.
„Hoeveel ben ik u schuldig?"
^,Dat weet je verduiveld goed!"
„'Neen, werkelijk niet".
„Drie weken tegen zestien piek per week
is achtenveertig en zevenentwintig voor
extra's
„Zevenentwintig voor extra's", mompelde
Slanke Jim, terwijl hij de oogen wat wijder
opende.
„Wat bliksme", riep de waard uit. „Kun
je extra biefstuk hebben en gebraden kip
van een dollar vijftig per stuk en eendvogel
en driemaal per dag room in je koffie en
dan nog aanmerking maken over een luttele
zevenentwintig dollars extra?" n
„Neen, misschien niet, misschien niet!"
mompelde Geraldi. „Wel, ik wil heelemaal
geen bezwaar maken. Ik houd niet van ru
zie; hier is het geld" en hij nam een aantal
biljetten uit zijn zak.
De waard zette groote oogen op; vier bil
jetten van twintig dollars werden in zijn
vette hand uitgeteld.
„Wel verduiveld nog toe", zeide hij, „nu
ben ik je nog vijf piek schuldig", voegde hij
er bij, terwijl hij aanstalten maakte om geld
uit zijn zak te halen.
„Dat is in orde, meneer Chalmers", ant
woordde de fregatvogel. „Behoudt dat voor
de goede bediening, de schoone vloeren en
ramen en de respectabele atmosfeer van uw
hotel. Het is mij een genoegen".
Chalmers voelde de ironie, maar hij
grinnikte slechts.
„Zeg eens, jongmensch", zeide hij, „ver
tel me eens, waarom je het zoo lang uitstel
de? Dacht je, dat je het tenslotte van mij
zoudt winnen? Dacht je, dat je met dat ge
praat vijfentwintig dollars kon verdie
nen?"
„De kwestie is", zeide de fregatvogel
„dat ik er niet van houd om mijn werkkapi
taal beneden een zeker minimum te laten
slinken".
„Natuurlijk" grinnikte de waard. „Een
vogel moet veeren hebben, hé?"
Daarop ging hij de deur pit, terwijl Slanke
Jim naar het venster ging en er een versle
ten lederen beurs uit scheerde. Daarna
sloop hij vlug naar de deur en deed die op
slot.
HOOFDSTUK II.
Nauwelijks had hij dit gedaan of er werd
hard op de deur gebonsd en werd de kruk
heftig heen en weer gedraaid.
„Hei daar! Hei, jij schurk!" schreeuwde
de waard. „Hei, Geraldi!"
„Ja, ja", antwoordde Geraldi vroolijk.
„Bent u dat, meneer Chalmers?"
Deze beleefde vraag scheen den dikkerd
gek te maken.
„Of ik het ben?" brulde hij. „Jij verdom
de oplichter jij gauwdief! Open de deur,
dan zul je zien of ik het ben!"
Hij wierp zijn gansche gewicht tegen de
deur. Geraldi, die reeds met een wonderlijke
vlugheid een revolver uit zijn kleeding had
getooverd, stopte deze weer weg, toen hij
zag, dat de deur de aanvallen van den
waard zou kunnen doorstaan.
„Ben je van plan de deur open te maken?
Als je het niet doet, dat zal ik je als een
straathond op de binnenplaats ophangen,
zoo waar als ik leef!"
„Kom, kom", zeide de jongeling gemoede
lijk, „worden straathonden in deze stad op
gehangen, meneer Chalmers?"
Opnieuw klonk achter de deur gebulder,
in antwoord op deze opmerking en toen
donderde Chalmers de trap af. Zijn stem
brulde door het huis. „Hei! Mike en Peter!
Let op die deur, tot ik hulp kan gaan halen,
ik zal dien verdomden dief eenvoudig den
nek omdraaien!"
De fregatvogel keek vlug zijn kleeren en
andere bezittingen na en kwam blijkbaar tot
de slotsom, dat niets de moeite waard was
om mee te nemen, want hij ging naar het
raam en -op het kozijn zitten. Daar rolde hij
een sigaret en keek naar beneden, waar hij
den waard uit de voordeur zag komen en
den zwaren kerel, die op den rand van den
drinkbak zat, aanklampen waarop zij bei
den weer het huis binnen gingen.
Geraldi wachtte, tot hij de mannen op
de bovengang hoorde, toen schoot hij zijn
sigaret weg en ging op het vensterkozijn
staan. Aan een der hoeken van het raam
stak het houtwerk eenigszins buiten den ge
vel uit, zoodat hij zich daar met de linker
hand aan het raam kon vasthouden. Met 'n
sprong schoot hij plotseling omhoog en
greep met de rechterhand een der uitsteken
de dakbalken; daar bleef hij hangen, terwijl
een angstig geschreeuw weerklonk van de
menschen beneden op straat.
Hij schoof, aan zijn handen hangend,
verder naar buiten op tot aan het einde van
den balk, toen zwaaide hij zijn lichaam zij
delings heen en weer, tot hij een been over
de goot kon slaan. Nadat hij de sterkte van
de goot door eenige rukken had geprobeerd,
zwaaide hij over den rand heen en kwam
languit in de goot te liggen, terwijl een wild
geschreeuw van de toeschouwers tot hem
doordrong. Op hetzelfde oogenblik versche
nen de hoofden van den man der wet en van
den waard aan het open venster.
„Waar is hij?" brulde Chalmers.
Als antwoord ging er een golf van lawaai
uit de toeschouwers op, waarvan verscheide
ne naar het dak wezen. Chalmers gromde
van voldoening.
„Ik zal dien verdkerel zoo van het
dak schieten", riep hij tot den politieman.
Hij kan nu nergens meer naar toe vluch
ten".