HET ZEEMONSTER VAN NAGASAKL
£xichtuaact
'JlcoviitcUurf 'flieuws
ALKMAARSCHE COURANT van VRIJDAG 14 DECEMBER 1934
De „Snip" naar West-lndië.
Een pionierst cht.
Een praatje met Siem.
De Snip-marconist vertelt.
De marconist S, v. d. Molen.
HOE DE „SNIP" VLIEGT.
DE POSTVLUCHTEN OP INDIE.
WILEY POST VESTIGDE GEEN
HOOGTERECORD.
Meting onjuist gebleken.
TERAARDEBESTELLING
F. A. SMIT KLEINE.
Vannacht even na 12 uur zullen op Schip
hol de drie zware Wasp-motoren 'worden
aangeslagen, een kort maar hartelijk af
scheid zal daarop volgen, even zal een hoog
toerental een oorverdoovend lawaai maken
en dan zal het klinken: Voor vrij?
contact!
Dan zal de Snip in beweging komen, zij
zal in het schijnsel van de felle zoeklichten
nog even te zien zijn, de start zal gevolgd
kunnen worden, maar als dan het toestel
„los" zal komen, is de vlucht begonnen en
zijn vier Nederlandsche kerels gestart voor
een pioniersvlucht naar West-lndië.
Zij zullen nagestaard worden door hun
naaste familieleden, hun vrouwen zullen stil
een traan wegpinken, hun collega's zullen
onder elkaar het viertal nogmaals een
„goede reis en behouden terugkeer" toewen
schen en dan, als het geluid der motoren
verstomd is, zullen de Schiphol-menschen
het terrein verlaten en naar huis gaan
Behalve een paar K.L.M.-ers, want zoodra
de „Snip" verdwenen is, zal marconist v. d.
Molen zijn antenne uitwerpen, zijn sleutei
hanteeren eiï weldra zal het klinken: Hier
p.H-A.I.S.; passeeren om 12 uur Rot
terdam! En op Schiphol zal de radio
dienst antwoorden, dat men de „Snip" ge
hoord heeft en zullen gevraagde gegevens
eventueel worden verstrekt aan de „Snip"-
bemanning.
Zoo zullen dus vier Hollandsche jongens,
waaronder één Alkmaarder, ook in de lucht
nog contact hebben met Schiphol en een on
zichtbare band zal hen nog langen tijd in
verbinding houden met het moederland, hun
vaderland.
o
Wel zijn de tijden veranderd!
O, wij willen hier geen uitvoerige verge
lijking maken met de pionierstochten van
onze voorvaderen, die in de 16de, 17de en
18de eeuw hun groote tochten ondernamen
met hun schepen, die jaren wegbleven en
soms nooit terugkwamen Het verschil met
thans zou te groot zijn!
Maar wel willen wij op dit oogenblik her
inneren aan een andere pioniersvlucht, ook
van Hollandsche jongens, n.1. den eersten
vliegtocht naar Oost-Indië.
Nauwelijks tien jaar geleden vertrok een
één-motorige Fokker, bemand met drie men-
schen, naar Batavia. Thans vertrekt een
drie-motorige Fokker, bemand met vier man
nen, naar West-lndië.
Men ziet het verschil, het groote verschil
reeds: teen een één-motorig toestel, nu een
drie-motorige Fokker.
En men ziet het verschil in de bemanning:
toen drie mannen aan boord, nu vier per
sonen. Toen twee vliegers en een mecanicien,
nu twee vliegers, een mecanicien en een mar
conist.
Toen de één-motorige Fokker naar de Oost
vertrok, wuifde men de bemanning op Schip
hol vaarwel en iedereen ging weg, deed zijn
eigen werk dien dag en wachtte op een tele
gram, dat de bemanning zou verzenden, als
ze ergens geland was. in den tusschentijd
was elke verbinding verbroken.
Nu de drie-motorige Fokker naar de West
vertrekt, blijft men voortdurend in contact
met het toestel en krijgt men op Schiphol op
een gegeven moment te hoeren, dat de „P.H -
A.l.S. zoo dadelijk op het vliegveld te
zal landen".
Uit dit alles blijkt wel heel duidelijk, welk
een groot verschil er is tusschen de eerste
vlucht naar de Oost en deze eerste vlucht
naar de West en wij behoeven daarbij nau
welijks nog te wijzen- op de verbetering der
toestellen en der motoren
o
De vlucht van de „Snip" is een pioniers
vlucht, zeiden wij reeds. En de K.L.M. zou
de K.L.M. niet zijn, wanneer niet ook deze
vlucht grondig was voorbereid. Met de
meest zorg heeft men het tijdstip van de
vlucht gekozen, daarbij gebruik makende
van de gegevens over de heerschende winden
en andere atmosferische toestanden van
meer dan 20 jaar. Daarna heeft men een be
manning gekozen uit de K.L.M.ers en hierbij
is niemand, die een Pelikaan-vlucht, een
Uiver-tocht heeft meegemaakt, hierbij is nie
mand, die de eerste groote moeilijkheden op
de Indië-route heeft moeten overwinnen, nóch
een Geyssendorffer, nóch een Evert van
Dijk, die over den Atlantischen Oceaan
vloog. Neen, het zijn K.L.M.ers en het is al
weer, zooals Parmentier zeide na zijn tocht
met de Uiver: ieder van ons kan het doen!
Is er mooier bewijs denkbaar voor de kwa
liteit der K.L.M.-mannen?
En toen heeft men de „Snip" gepikt. Al
weer: geen speciaal toestel, maar een Fokker
zooals er dagelijks verschillende op de Indië-
lijn en boven Europa rondvliegen, een Fok
ker, waarmee een regelmaat van zoo'n 98
w rd bereikt. En ze hadden net zoo goed een
Leeuwerik, een Uil, een Kwartel of welke
„vogel" dan ook kunnen nemen. Omdat er
geen verschil is tusschen die vliegende Hol
landers!
Is er mooier bewijs denkbaar voor de kwa
liteit der k.l.m.-vliegtuigen, de Fokkers?
Natuurlijk heeft men de „Snip grondig
nagezien en haar van zwaardere motoren
voorzien. Dat beteekent, dat de drie Waspen
nimmer op haar maximum-toerental behoe
ven te vliegen; dat beteekent, dat er steeds
een groot aantal P.K.'s als reserve aanwezig
zijn- j
Verder heeft men de „luxe" laten verdwij
nen, omdat de actie-radius grooter moest
zijn. Want de sprong over het water was
grooter dan die, welke een normale Snip kan
maken. Er moest dus meer 'benzine meegeno
men kunnen worden. Welnu, men heeft extra
tanks gebouw in de cabine, waar vroeger de
passagiers zaten of lagen té luieren en daar
door is de actie-radius zoo groot geworden,
dat er nog ettelijke honderden K.M. reserve
zijn, zoodat mocht men verdwalen of in
een storm terecht komen, of mocht men een
omweg moeten maken, de benzinevoorraad
groot genoeg is, om een zijsprongetje te
mdken j
En bovendien ligt de K XVIII, onze onder
zeeër, die een wereldreis maakt, ergens op de
route gereed en dobbert de Nederlandsche
stoomboot Stuyvesant op den Oceaan en bei
de Nederlandsche vaartuigen zullen contact
zoeken en krijgen met de „Snip", met onzen
Alkmaarder v. d. Molen.
Men ziet, aan voorbereiding heeft het niet
ontbroken en als deze tocht zal slagen en
waarom zou hij dat niet? - dan is dat te
danken niet aan één onderdeel, maar aan
alles, wat de K.L.M. en haar menschen heb
ben gedaan.
o
Over enkele uren zal de „Snip" vertrekken
voor haar pionierstocht. Hier in Holland zal
men de vlucht met groote belangstelling vol
gen, maar met niet minder groote spanning
zal men in de West luisteren naar marconist
v. d. Molen. En als dan de „Snip" behouden
aankomt, als dan de eerste vlucht gelukt >s
dan zal het 'begin van een luchtverbinding
met onze West tot stand zijn gekomen.
En al is er van een regelmatige luchtver
binding met onze West nog geen sprake, deze
pionierstocht zal ongetwijfeld zijn nut af
werpen.
En zal weer een daad zijn van onze
K.L.M., een daad, die ook buiten onze gren-
zen de aandacht zal trekken!
Weinige uren na het verschijnen van dit
nummer zal het historische moment aanbre
ken, waarop voor het eerst een Nederlandsch
vliegtuig den Oceaan zal overvliegen.
Vele weken lang heeft men in ons blad uit
voerige berichten over den tocht en het vlieg
tuig kunnen lezen.
Over de bemanning zelve zijn echter niet
zoo heel veel bijzonderheden gepubliceerd.
Te dien einde zijn wij één dezer dagen
naar de hoofdstad getogen, om te trachten
alsnog een kort onderhoud met onzen oud
stadgenoot, den heer S. van der Molen (Siem
zooals hij nog hier ter stede bij zeer velen
bekend staat) te verkrijgen.
Met een forschen ruk werd de deur van de
vriendelijke flatwoning in Amsterdam-West
voor ons geopend. Of wij maar verder wilden
komen.
In de gezellige huiskamer, waarvan de mu
ren voor een belangrijk deel waren bedekt
met groote route- en radiostationskaarten op
de trajecten AmsterdamBatavia en Amster
damCasablancaCuracao, werden wij
door mevrouw van der Molen en Siem ont
vangen.
„Een interview zeg je, neen hoor, ik ben
vastbesloten mij niet te laten „uithooren".
Smirnoff zegt trouwens ook: „wij ken vlieg,
we ken niet spreek", maar enfin, voor de Alk-
maarsche Courant wil ik dan één uitzonde
ring maken.
Je weet, dat ik na het verlaten van de Alk-
maarsche H.B.S. naar de Zeevaartschool ben
gegaan, daarna als stuurmansleerling heb
gevaren en het tenslotte tot 2e stuurman heb
gebracht. Ik heb zoowat op de geheele vloot
van de „Nederland" gezworven, de „Olden-
barneveldt" en de „Huygens" waren mijn
laatste schepen.
Bijzondere gebeurtenissen heb ik niet zoo
zeer beleefd, wel heb ik zware stormen mee
gemaakt, zoodat we dachten, dat we er aan
zouden gaan en tegen elkaar zeiden„ziezoo,
over een kwartier zijn we d'r geweest". Maar
alles valt mee hoor!
Sinds wanneer ik bij de K.L.M. ben? Nou
sedert 15 Januari 1934. Je moet weten, dat
ik daarvóór een jaar over den geheelen aard
bol had gezworven en toen ik eindelijk weer
thuis kwam, had ik tusschen twee dingen te
kiezende zee ofmijn vrouw. Ik koos
het laatste! Maar wat moet nou een zeeman
aan land doen? Twee broers van m'n vrouw
zijn vliegers, één in Indië en één bij de
K.L.M. en zoo ging ik eens met de Directie
praten, of ik wellicht een baan als marconist
kon krijgen. Nu, ik kon als getrouwd nyn
volontair worden, beloven wilde men mij
niets en tot overmaat van ramp bleek mijn
radiocertificaat niet voldoende voor vliegen
den marconist. Overdag werd ik dus volon
tair en 's avonds ging ik naar school. Ik
kreeg de keus als no. 1 te slagen of te ver
dwijnen.
In April van dit jaar slaagde ik dan ook
als nummer één en werd toen als marconist
aangesteld.
Ik wam op de Batavialijn, waar ik als mar
conist op de „Ijsvogel" werd gep'aatst, die
voor het eerst met een radio-duplex-installa-
tie was uitgerust, d.w.z. een installatie,
waarmede je zoowel op de lange als op de
korte golf kunt seinen. Ik had er succes me
de, bracht er zelf een paar verbeteringen
aan en hoewel één en ander nog niet vol
maakt is, hopen wij vanaf Curacao recht
streeks Holland te kunnen bereiken.
De directeur van de Radioschool heeft hier
in de kamer 'n ultra kortegolf ontvangtoestel
gep'aatst en als wij in den nacht van 19 op
20 December a.s. den sprong over den
Oceaan zullen wagen, kan mijn vrouw hier
thuis geregeld onzen tocht volgen. Trouwens
iedere bezitter van zoo'n toestel, die de Mor-
seteekens kent, kan de „Snip" 's nachts hoo-
ren.
Hier heb je een sextant, waarmede ik bij
duisternis de sterren „schiet", om de positie
van het toestel te kunnen bepalen. Van Am
sterdam naar Casablanca (2350 K.M.) vlie
gen wij grootendeels over land, en wij den
ken daar op 15 December nam. plm. 2 uur
te arriveeren.
Gedachtig aan ons devies „Safety first"
blijven we daar een dag om de motoren na te
zien, want dit is juist het groote verschil
met „Pelikaan" en „Uiver", dat wij alles
kalm aan doen en geen haast hebben. Den
17den vertrekken we dus weer en komen in
den loop van den dag op Porto Praia aan,
waar wij ook den 18den blijven om de weers
omstandigheden te bestudeeren en een laatste
inspectie over de motoren te houden.
In den avond van dc-n 19den starten wij
voor den Oceaantocht. Onze snelheid is dan
zoowat een 170 K.M., terwijl wij de N O
passaat met een snelheid van 30 tot 40 K.M.
in den rug hebben, zoodat wij na 18 tot 20
uur aan den „overkant" hopen te zijn en vei
lig op de savannah, een zandveld buiten Pa
ramaribo, denken te landen.
Den 22sten vertrekken wij van Paramaribo
naar Curacao (1700 K.M.), waar wij 's mid
dags landen en door den gouverneur-gene
raal zullen worden ontvangen. Onze reser-
ve-onderdeelen laten wij in Porto Praia ach
ter om zooveel mogelijk benzine te kunnen
meenemen, maar in Paramaribo ligt weer
een nieuwe voorraad opgeslagen.
Ja, wij blijven dan zoowat een half jaar in
de West om luchtlijnen te openen naar Vene
zuela, Trinidad, enz., doch Hondong komt
waarschijnlijk reeds eerder terug. Maar zeg
ze in Alkmaar, dat ze een steentje in het wel
slagen kunnen bijdragen door ons brieven
mee te geven met speciale postzegels, die
door den Directeur van het Postwezen op
Cura?ao weer zullen worden teruggezonden.
Om op onze vlucht terug te komen, de
K XVIII en de „Stuyvesant" zullen wij zeker
hooren, maar of we ze zullen zien is zeer de
vraag, zoo geen uitzondering. Die kerels van
de K XVIII zijn anders ware helden. Ik vlieg
liever 10 maal over den Oceaan, dan één reis
met die boot te maken.
Natuurlijk ben ik verheugd, dat de heer
Plesman mij uitkoos, al ben ik nog geen jaar
in dienst der K.L.M. Ik ben echter de eenige
gewezen stuurman op de groote vaart, waar
door ik op zee, zoowel bij nacht als bij dag
de positie van het vliegtuig kan bepalen.
Weet je wat bij de K.L.M. zoo heerlijk is?
De groote onderlinge vriendschap van de di
verse bemanningen.
Zoo'n vlucht als de onze heeft anders heel
wat voeten in den aard. Ik ben al weken be
zig met voorbereidingen en nog eens voorbe
reidingen, leer „Spaansch in 4 dagen zonder
leermeester", heb besprekingen gevoerd met
den commandant van de K XVIII vóór het
vertrek uit Nieuwediep, met den kapitein en
marconist van de „Stuyvesant" en ben nu
pas terug uit Berlijn, waar ik met de Luft
hansa heb geconfereerd. De Hansa, die een
lijndienst op Zuid-Amerika heeft, bezit na
melijk in Afrika diverse radio-stations en ik
wilde alles van te voren goed regelen en niets
op het toeval laten aankomen.
Van de reis van den heer D. J. de Vries,
eveneens een Alkmaarder, hebben wij ook
veel profijt getrokken.
„En u mevrouw, is u niet een beetje onge
rust?" aldus vroegen wij mevrouw van der
Molen.
„Ach ja, als je een man en twee broers in
de lucht heb, leer je vanzelf wel kalm te zijn.
Natuurlijk zal ik ontzaglijk blij zijn als mijn
man en zijn kameraden behouden zullen zijn
aangekomen, maar nog meer als hij van den
zomer terugkomt".
„Maar dan eischen wij in Alkmaar hem
ook minstens één dag op!"
„Die eisch wordt dan hierbij ingewilligd",
besloot mevrouw van der Molen lachend dit
interessante onderhoud.
In de eerste plaats wenschen ook wij de
bemanning een goede reis en een behouden
tot weersziens.
Dat weerzien zal nog wel op z'n minst een
half jaar duren, maar wij hopen, dat alsdan
ook Alkmaar haar eersten Oceaanvlieger en
luchtvaartpionier op waardige wijze zal
eeren.
HET VERTREK VAN DE „SNIP".
Extra bus- en bootdiensten.
In verband met de vele vragen om inlich
tingen, door het publiek gericht tot Schiphol,
in het bijzonder over het vertrek van de
„Snip", deelt de havendienst van Schiphol
ons het volgende mede:
De Snip vertrekt in den nacht van Vrijdag
op Zaterdag te 20 minuten na middernacht.
Het vliegtuig zal worden opgesteld op her
betonnen platform voor het stationsgebouw.
Dit platform en ook het stationsgebouw zul
len toegankelijk zijn tegen den normalen
entreeprijs van Schiphol.
Ten gerieve der bezoekers zullen extra
autobussen vertrekken te 9, 10 en 11 uur
van de Schinkelkade bij de Vaartstraat De
geheele verlichting der luchthaven zal vanaf
11 uur branden.
De K-R.O., V.A.R.A. en de „Snip".
Ten behoeve van de verzorging van een
ooggetuigeverslag van het vertrek van de
Snip op 15 December te ongeveer 0.20 uur,
zullen de vandaag aan het woord zijnde om-
roepvereenigingen, nl. de K.R.O. en de
V.A.R.A., haar uitzendingen na midder
nacht voortzetten.
De K.R.O. zal bovendien haar verslag uit
zenden naar West- en Oost-Indië door mid
del van de Rijkszenders P.D.K. en P.D.M.
te Kootwijk, resp. met een golflengte van
28.8 en 38.3 meter.
Aan de verspreiding van het ooggetuige-
verslag wordt voorts medegewerkt door de
Phohi, door de reportage op gramofoonpla-
ten op te nemen en deze opname door mid
del van haar zenders P.H.I. en P.C.J. naar
Oost- en West-lndië in haar normale pro
gramma's uit te zenden.
Het reisschema van de „Snip" is als
volgt samengesteld:
Vertrek Amsterdam 15 Dec. 00.00 uur
G. M. T.; aankomst Casa Blanca 15 De
cember in de namiddag.
Vertrek Casablanca 17 December in
den vroegen ochtend; aankomst Porto
Praja (Kaapverdische eilanden) 17 De
cember in den namiddag.
Vertrek Porto Praja ongeveer 19 uur
G. M. T. 19 December; aankomst Para
maribo 20 December ongeveer 14 uur
G. M. T.
Aangezien de te volgen route voor de
K. L. M. geheel nieuw is, is het dus niet
uitgesloten, dat onderweg eenigszins
van dit schema zal worden afgeweken.
De Ijsvogel is op uitreis te Bandoeng en
de Kwartel is op thuisreis te Calcutta ge
land.
De Havik (heenreis) arriveerde 13 Decem
ber van Schiphol te Rome.
De Leeuwerik (op weg naar Caïro) arri
veerde 13 December van Schiphol te Rome.
De Pelikaan (terugreis) arriveerde 13 De
cember van Marseille te Schiphol.
men niet heeft kunnen meten, welke
hoogte Post wel bereikt heeft. Het ge
noemde bureau deelt daarover althans
niets mede.
DE GESCHENKEN VOOR ALBURY.
Uitreiking aan den burgemeester
en andere autoriteiten uit dank
voor hun hulp bij de landing van
de Uiver.
Reuter meldt ons uit Sydney, dat de Ne
derlandsche delegatie naar Melbourne uit
Nederl -Indië gisteren een bezoek heeft ge
bracht aan Albury. Men heeft te AJbury aan
den burgemeester en andere autoriteiten ge
schenken overhandigd uit dank voor de ver
leende hulp bij de landing van de Uiver op
24 October j.1.
Een groote menigte heeft de ontvangst
van de delegatie bijgewoond, die een zeer
hartelijk karakter droeg.
NIEUWE PLANNEN VAN DE
K. L. M.
Tweemaal per week naar Indië?
Zooals de „Tel." heeft gemeld, ligt het in
de bedoeling van de K.L.M. op den duur op
de lijn AmsterdamBatavia zoo goed als
uitsluitend Douglas-machines van het Uiver-
type in te voeren. Daar deze vliegtuigen
anderhalf maal sneller zijn dan de thans ge
bruikte machines, ligt het voor de hand, dat
daardoor ook de dienst uitgebreid kan
worden.
Het volgend jaar is dan ook in
voering van een halfwekelijkschen
dienst op Indië te verwachten. Wor
den de bestelde veertien Douglas-
machines in een snel tempo afge
leverd, dan bestaat er groote kans,
dat reeds in Mei met dezen dienst
kan worden begonnen. Loopt de
levering tegen dan zal in ieder geval
toch aan het eind van 1935 hiertoe
kunnen worden overgegaan.
Heeft men thans nog negen dagen noodig
voor de "eis AmsterdamBatavia, met de
Douglasmachines zal deze gemakkelijk in zes
dagen kunnen worden afgelegd, waarna men
op den duur den dienst op vier dagen kan
terugbrengen.
Geruchten dat het in het voornemen zou
liggen de thans met zooveel succes ge
volgde methode om met dezelfde machine aan
één stuk door te vliegen, zou gaan verwisse
len voor een stelsel van overstappen onder
weg in gereed staande machines op bepaalde
daarvoor aangewezen punten, zijn naar ons
van bevoegde zijde werd verzekerd, van allen
grond ontbloot. Destijds is een dergelijk
plan bekeken toen het voornemen bestond
om alleen post te vervoeren, maar thans heeft
men al deze plannen laten varen.
Dezer dagen werd medegedeeld, dat
de bekende Amerikaansche vlieger Wi-
ley Post een nieuw wereld-hoogte
record had gevestigd, door een hoogte
van ongeveer 15.000 meter te bereiken.
Het.blijkt thans, dat dit bericht niet
juist is geweest.
Het „Bartlesville Bureau of Stan-
dards" te Washington heeft de meetap
paraten Van Post gecontroleerd en
daarbij is gebleken, dat de Amerikaan
de hoogte van 14.632, die hij noodig had
om een nieuw record te vestigen, niet
heeft bereikt. Daardoor blijft het we
reldrecord van den Italiaan Donati, die
op 11 April van dit jaar een hoogte van
14.433 bereikte, geldig, Het schijnt, dat
Gistermiddag heeft op de Algemeene Be
graafplaats te Bloemendaal de teraardebe
stelling plaats gehad van het stoffelijk over
schot van wijlen den heer F. A. Smit Kleine,
oud-luitenant ter zee, gewezen directeur van
het Prov. Electriciteitsbedrijf van Noord-
Holland en gewestelijk commissaris van Z.H.
der N.S.B.
Onder de zeer vele aanwezigen merkten
wij op de heeren J. v. Oldenborgh, directeur
van het P.E.N., dr. v d. Waerden, gedelin-
geerde van het P. E. N., mr. W. Snellen, secr,
der directie van het P.E.N. en ir. Mussert,
terwijl als hoofd van de politie op de be
graafplaats aanwezig was jhr. mr. C. J. A.:
den Tex, burgemeester der gemeente Bloe
mendaal.
In de aula werd het woord gevoerd door
den heer N. V. Koning, oud-directeur van de
Stoomvaart-Mij. Nederland, als vriend van
den overledene en namens de andere vrien
den. Het spreekt van zelf, aldus spr., dat
deze veelzijdige man als staatsburger zijn
rechten kende en er op stond die te krijgen;
hij heeft zich dan ook, ofschoon hij van huize
uit liberaal was, nimmer bij eenige politieke
partij aangesloten, maar toen er. later een
partij kwam die de begrippen voor volk en
vaderland „in" haar vaan voerde, lag het
voor de hand, dat hij er zich wèl bij aansloot
en zich voor 100 pCt. in den strijd voor haar
idealen gaf. Hij kreeg al heel spoedig een
belangrijke rol in deze beweging te vervul
len en dat deed hij op een wijze waaruit
bleek, dat hij al den levenslust die hem be
zielde toen hij zijn Prov. Electrisch Bedrijf
nog leidde, had teruggevonden. De beweging
werd echter tenslotte te machtig voor de phy-
sieke krachten die hem nog overgebleven
waren. Hij heeft echter den troost gehad in
zijn laatste levensjaren een voldoening te
hebben gevonden zóó goed, dat hij zich geen
beter wenschen kon. Spr. richtte vervolgens
enkele troostwoorden tot de weduwe en na
bestaanden.
Het woord werd daarna gevoerd door ir.
Mussert, als leider van de N.S.B. Ir. Mus
sert constateerde, dat de overledene van den
aanvang af lid is geweest van de beweging
en behoorde tot haar alleroudste leden. Spr.
heeft den thans overledene destijds gevraagd
de leiding van de N.S.B. op zich te willen
nemen en hij had nooit een beter leider aan
kunnen stellen. Nog geen jaar later werd
hem een der zwaarste taken opgedragen: de
zorg voor alle kringen in Zuid-Holland en
een gedeelte van Noord-Holland. Wat hij
voor de N.S.B. beteekend heeft is moeilijk te
omschrijven. Zijn ideaal leefde in hem reeds
als kleine jongen en zij die hem kennen, be
seffen eerst wat de strijd hiervoor voor hem
is geweest. Hij had een nobel karakter, was
eenvoudig, goed en rechtvaardig. Als zooda
nig zullen de N.S.B.-ers hem dan ook steeds
gedenken. Aan 60 kringhuizen van de N.S.B.
hangt de vlag halfstok vandaag. Zijn werk
zal leven tot in lengte van dagen.
Hierna werden de aanwezigen in de gele
genheid gesteld afscheid te nemen bij het
graf.
SPOORWEG HOORN—MEDEMBLIK.
Een provinciale subisidie.
De voordracht om over 1935 een bijdrage
groot 5000 uit de 'rovinciale geldmidde
len te verkenen ten b^ioeve van de voortzet
ting, althans nog gedurende dat jaar, der ex
ploitatie van den spoorweg HoornMedem-
blik heeft de commissie uit de Prov. Staten
van Noordholland aanleiding gegeven tot de
opmerking, dat de voordracht zoo weinig
gegevens bevat omtrent de levensvatbaarheid
dezer spoorlijn.
Alhoewel de bijdrage slechts voor één jaar
aangevraagd wordt en Ged. Staten duidelijk
hebben doen uitkomen, dat hieraan geen
consequenties van welken aard ook voor de
toekomst verbonden zijn, meende men toch,
17. Ze stonden daar net zoolang tot ze een deftigen
Griekschen heer ontmoetten, die hen van het hoofd
tot de voeten aankeek. „Wie zijn jullie", vroeg de
meneer. „Wij zijn een paar Hollandsche kunste
naars", antwoordde Drein Drentel trots. „O, dat treft
goed", zei de meneer, „ik ben een schouwburgdirec
teur, jullie kunnen vanavond bij mij in den schouw
burg meespelen".
18. Zoo kwam het dat Drein Drentel en Piet Prikkel
dien avond achter het tooneel stonden te wachten tot
het hun beurt was om op te komen. Piet speelde voor
koning en Drein voor beul. Ze waren natuurlijk wel
een beetje zenuwachtig, want ze hadden niet veel tijd
gehad om hun rol te leeren