Naamwijziging van „Perzië" in „Iran".
Buitenland.
Uiting van groeiend nationaal bewustzijn.
5mit£eioH
DE FREGATVOGEL.
ruw. Maar dat hij het hart op de rechte
plaats droeg, dat zijn ijver door den dienst
nooit verflauwde, dat de schoonste krijgs
mansdeugden als goed begrip van krijgs
tucht, gehechtheid aan zijn vaandel, liefde
voor zijn vorst, levendig bij hem ontwik
keld waren en sterker werden zoodat hij
daardoor in zijn kring den waren militairen
geest wist op te wekken en te bevorderen,
dit alles is wel duidelijk gebleken.
De bijnaam van Toontje, waaronder Po
land bij vriend en vijand bekend was, dag-
teekent van den Java-oorlog. Een colonne
onder Cochius had den vijand bij een kam
pong aan het Zuiderstrand uiteengeslagen
en Poland zette hem met zijn Madoereezen
achterna. Ditmaal strekte hij de vervolging
wel twee palen ver uit, zoodat Cochius, die
zijn troepen reeds lang weer vereenigd had
ongerust begon te worden en omringd door
zijn officieren met den kijker naar hem uit
keek. Poland had altijd een man bij zich,
die een groote Nederiandsche vlag dreg
die vaandeldrager mocht nacht noch dag
van zijn zijde gaan. Toen hij nu aan het
hoofd zijner troepen terugkeerende uit een
kampong debouceerend in zicht was, riep
Cochius uit: „Daar is Toontje! Ik herken
hem aan de vlag!" Sindsdien noemden zijn
kameraden hem niet anders dan Toontje.
Door zijn bijzondere krijgsverrichtingen
steeg Toontje steeds in rang. In Juli 1853
meldde de javasche-Courant de benoeming
van Poland tot kolonel-titulair, met bepa
ling dat hij met het commando van het 4e
bataljon zou belast blijven. Onder dankbe
tuiging vcor zijn veelvuldige en goede diens
ten, werd hem in November van hetzelfde
jaar ontslag verleend met een gratificatie
van 3000 en onder toezegging vart een
jaarlijksch pensioen van 1800.
Na zijn ontslag uit den dienst huwde
Poland de moeder zijner talrijke (wij meenen
25!) kinderen en beloonde daarmede de
trouwe diensten der Javaa .sche vrouw, die
zoo lang lief en leed met hem gedeeld, die
hem overal gevolgd en die hem meermalen
het leven gered had. Dat huwelijk leverde
haar overigens geen voordeel op, want na
Poland's overlijden waren er „geen termen",
om de weduwe Poland eenig pensioen toe te
kennen. Toen waien het de officieien van
het Nederlandsch-lndische leger, die door
particuliere inschrijvingen ren som van
15,000 ten behoeve van Poland's onver
zorgde kinderen bijeenbrachten.
Bezield met dezelfde onverflauwde geest-
kracht, zag Poland naar middelen uit, om
het lot zijner kinderen te verbeteren. Hij
stond eenigen tijd aan het hoofd eener
steenbakkerij in de nabijheid van Tjilaljap,
door een Fianschman opgericht. Door ge
brek aan kapitaal, werd de onderneming
sooedig opgeheven. In het laatste jaar zijns
levens, kwam hij op het denkbeeld om zijn
eigen levensgeschiedenis te schrijven, een
waarlijk energiek besluit voor iemand, die
zoo moeilijk de pen hanteerde. Vol ijver kweet
hij zich van die taak en stelde de voornaam
ste bijzonderheden van zijn leven to* aan het
jaar 1837 op schrift. Te midden van dien ar
beid werd hij door een hevige dysenterie aan
getast en overleed op den 19en December
1857 op bijna 63-jarigen leeftiid. Zijn eenige
wensch, geuit op het sterfbed was, „onder
de Nederiandsche vlag begraven te worden"
Omhuld met de vlag, die hii op Bali liet
wapperen, werd zijn stoffelijk overschot op
het Europeesche kerkhof te Tjilatjap ter
aarde besteld. Het garnizoen te Tjilatjap
bewees hem de laatste eer. Van de ter reede
liggende schepen waaiden de vlaggen half
stok en de kanonschoten, die gedurende de
treurige plechtigheid van het fort en de reede
vielen verkondigden ^lom, dat er een braaf
krijgsman was heengegaan, wiens naam nog
lang bij het Indische leger zal voortleven.
Zijn vereerders hebben zijn graf vele jaren
geleden gerestaureerd Als grafschrift werd
gekozen
Hier rust
TOONTJE PCLAND
gepensionneerd kolonel-titulair der
infanterie. Ridder M. W. O 3e kl.
en van den Nederiandsche Leeuw.
Geboren 20 Jan. 1795 te Alkmaar.
Overleden 19 December 1857 te
Tjilatjap. Zijn naam zij zijn graf
schrift.
De toestand van het graf is thans zoo
danig, dat hjt noodzakelijk is een en ander
opnieuw te restaureeren.
Mogen deze regelen er 'oe leiden, aldus
besluit het blad. dat de hoofden bij elkander
worden gestoken, om de noodige fondsen te
verkrijgen, ten einde de laatste rustplaats
van een Nederlandschen krijgsheld in over
eenstemming met onze waardigheid te
brengen.
De Perzische regeering heeft een ver
ordening uitgevaardigd, krachtens wel
ke de naam „Perzië" met ingang van 21
Maart a.s., den nieuwjaarsdag der Per
zen, in „Iran" zal worden veranderd.
Deze verordening is geheel in overeen
stemming met de energieke houding van
den huldigen sjah van Perzië, Resa
Khan, die hiermede opnieuw zijn stre
ven tot uitdrukking brengt, om aan het
cultuurhistorische begrip, dat de oude
klankrijke naam „Iran" vertegenwoor
digt, ook een levende politieke beteeke-
nis te geven. Deze naamswijziging kan
beschouwd worden als uit een uiting
van het groeiende nationale bewustzijn,
dat voor de politieke successen der
laatste jaren de vriendschapsverdra
gen met Turkije (1928), met de Sovjet-
Unie en Afghanistan (1927) en de ver
dragen met Duitschland, Frankrijk,
Italië en eenige andere Europeesche
staten niet weinig is toegenomen De
duizend-'arifle herdenking
van den Perzischen nationalen dichter
Firdausi, die eenige weken geleden met
grooten luister is gevierd, was reeds een
sprekend bewijs, dat het moderne Perzië
zich zijn cultureele beteekenis wel be
wust is.
„Perzië", zooals de officiëele naam van
het nieuw-Perzische rijk tot 21 Maart
nog zal luiden, is eigenlijk slechts een
deel van het groote gebied „Iran", dat
zijn trotschen naam en de daarmede ver
bonden herinneringen aan het oude
Perzische rijk thans aan den staat van
Rsa Khan zal moeten afstaan.
Het huidige Perzië, gelegen tusschen
de Perz'sche golf en de Kaspische Zee,
vormt de verbinding tusschen Voor- en
Centraai-Azië. Het is ongeveer zoo gröot
als Engeland. Frankrijk en Duitschland
tezamen en wordt in het oosten door
Afghanistan en Beloe'sjistan, in het
westen door Irak en Turkije en in het
zuiden door Arabië begrensd Het land
heeft 10 millioen inwoners, waarvan een
vierde deel nomaden zijn en het aantal
analphabeten wordt in de steden op 95
pet. en in de dorpen op 98 pet. geschat.
De naam Perzië" is afkomstig van
het in het noordwesten gelegen district
Parzoeasj, dat in de eeuwen voor Chris
tus door kleine vorsten werd geregeerd,
die aan de Assyriërs schatting moesten
betalen.
Het reusachtige gebied, dat geogra
fisch als Iran bekend staat, omvat alle
landen, die tusschen EIbroes en Indische
Oceaan, Hindoe Koesj en Tigris liggen,
dus voor een deel ook de nabuurstaten
van het huidige Perzë. Perzië was
slechts een provincie van het latere
enorme rijk, dat de Perzenkoning Cyros
na bloedigen strijd
stichtte. In het oosten tot aan den Indus,
in het westen tot Egypte begrensd en in
Europa tot Macedonië strekte zich de
heerschappij der Perzische koningen uit,
die in 559 voor Chr. werd gevestigd en
waaraan eerst Alexander de Groote
(356—323 v. Chr.) een einde maakte. Het
tweede groote Perzische rijk, het rijk der
Sassaniden, werd in 226 v. Chr. gesticht
en bestond ongeveer 400 jaar. Nadat het
door de Arabieren was veroverd, die op
hun beurt weer door de Tartaren en
Mongolen werden verdreven, bestond er
geen nationaal Perzisch rijk meer.
Verscheiden heerschersgeslachten
volgden elkaar op en geleidelijk verkre
gen vreemde mogenddheden (Engeland
Rusland) overwegenden invloed in het
bestuur van het land, waar zij hun eigen
belangensferen meenden te moeten
beschermen. Eerst na den wereldoorlog,
toen Rusland vrijwillig afstand deed van
de door Perzië aan het tsaristisch regime
gedane concessies en Engeland in het
nabije oosten sterk in beslag werd ge
nomen en zijn troepen terugtrok, werd
in Augustus 1919 de nationale zelfstan
digheid weer hersteld. De huidige sjah,
oorspronkelijk een eenvoudige kozak,
later minister van oorlog, werd na de
afzetting van sjah Ahmed in 1926 met
de erfelijke waardigheid van sjah van
Perzië bekleed.
De keuze van den na-im
„Iran" kan beschouwd worden als een
doefcewust teruggrijpen, naar den tijd
der^ude Gassaniden-Koningen, die zich
„koningen der koningen van Iran en
Aneran" noemden. Men heeft zich ter
dege rekenschap gegeven van de groote
eenheid der Fransche volkeren, de
groep, die bestaat uit een vermenging
van Indo-Germanen en de oerbevolking
van het land tusschen het Armeensche
hoogland en noord-Indië, den Indische
Oceaan en west-Turkestan.
De Litaansche cultuur is oeroud. Het
oude Perzische spijkerschrift, dat stamt
uit den tijd van 520—350 v. Chr. en het
Avesta, een deel van de religieuze li'e-
ratuur van de aanhangers van Zara-
thoestra, zijn de oudste, ons bewaard
gebleven overblijfselen van de oud-
Iraansehe talen.
Aan het Perzische hof en in de heer-
schende klassen der bevolking werd
oud-perzisch gesproken, dat evenals de
Avesta-taal een Iraansch dialect is
Sporen van de Iraansche en Indische
talen kan men ook nog in ds Germaan-
sche talen terug vinden. De nieuw-Per
zische taal i6 de jongste ontwikkelings-
trap van de oude oertaal. Van de beel
dende kunst der oude Perziërs getuigen
nog de rijks verzamelingen in talrijke
moderne musea. 1
DE ENGELSCHE AMBASSADEUR
BIJ VON NEURATH.
Gesprek over het Saarplebisciet.
De Engelsche ambassadeur Sir Eric
Phipps heeft gisteren een bezoek ge
bracht aan den Duitschen rijksminister
van buitenlandsche zaken, von Neurath,
en hem 't voorstel gedaan, dat Duitsch
land zou deelnemen aan de a.s. buiten
gewone raadszitting van den Volken
bond, waar de besluiten genomen zullen
worden over het Saargebied op grond
van de resultaten van het plebisciet.
De rijksminister heeft den ambassa
deur doen weten, dat de rijksregeering,
aangezien zij verklaard heeft uit den
Volkenbond te treden, niet in staat was
aan deze uitnoodiging gevolg te geven.
Tegelijkertijd werd de Engelsche ambas
sadeur er op gewezen, dat alhier berich
ten zijn ontvangen, volgens welke de de
finitieve beslissing over het lot van het
Saargebied eerst in een latere ra°dszit-
ting vallen zou.
De rijksregeering is van meening, dat
er ernstige bezwaren tegen bestaan de
beslissing over het lot van het Saarge
bied uit te stellen, daar het in het bij
zonder voor het Saarlandsche bedrijfs
leven ernstige schade met zich mee zou
brengen, wanneer de ongezonde tus-
schemtoestand met al zijn onzekerheids
HET SPOORWEGONGELUK
BIJ ROSTOW.
30 personen gearresteerd.
Zooals reeds gemeld, heeft bij het sta
tion Koelsjoeg bij Rostow aan de Don
een dubbele treinbotsing plaata gevon
den, waarbij, naar officieel wordt mede
gedeeld, zes personen zijn gedood en 14
gewond, van wie zes ernstig.
Op instigatie van den procureur-gene
raal zijn 30 personen gearresteerd, die
binnen drie dagen voor den rechtbank
zullen moeten verschijnen.
De procureur-generaal verklaarde, dat
dit ongeluk slechts toe te schrijven is
aa,n slechte discipline, gebrek aan ken
nis en een tekort aan verantwoordelijk
heidsbesef.
DRIESTE OVERVAL MET ROOF
TE BARCELONA.
Te Barcelona hebben nog steeds over
vallen plaats, ondanks de krachtige
maatregelen, welke de politie heeft ge
nomen.
Drie onbekend gebleven mannen zijn
met getrokken pistolen een restaurant
binnen gedrongen. Zij sloten den eige
naar en diens bediende in een kamer op
en roofden eenig geld.
Toen patroon en bediende er in ge
slaagd waren zich te bevrijden, ontplof
te een door de daders op de toonbank
achtergelaten bom, waardoor zeven per
sonen werden gewond. Men veronder
stelt, dat het hier een wraakneming
geldt.
DYSENTERIE TE YOKOHAMA.
Reeds 74 dooden.
In verband met de te Yokohama en
omstreken heerschende dysenterie-epi-
demie hebben de autoriteiten de sluiting
der scholen bevolen. Tot nu toe zijn 74
personen aan de ziekte overleden.
NIEUW OPTREDEN TEGEN
MACEDONIERS.
Op instructie van de Bulgaarsche re
geering is een groep Macedoniërs met
aan het hoofd de bekende voormalige
wojwodes Glwintsjes, Naumof, Atanas-
sof en Stoinoff gearresteerd en naar de
stad Lowetsj verbannen. Eenige leden
van den groep hadden voor eenige dagen
in een café in de hoofdstad een vecht
partij gehad met officieren. Het betreft
hier hoofdzakelijk leden van het Proto-
gerof-kamp, dat jarenlang in bloedigen
strijd was gewikkeld met de Mchailo-
wisten en daarbij ten slotte het onder
spit heeft gedolven.
De verbanning beeft groot opzien ge
baard, daar de Protogerowisten aanhan
gers zijn van de tegenwoordige regee
ring.
Gisteren zijn ook in de stad Daradare
vijf Protogerowisten gearresteerd en
verbannen, daar zij een politieagent had
den mishandeld.
door George Owen Baxter.
Naar den Amerikaanschen roman
bewerkt door J. M. P.
35)
„Neen, de kleine slang vloog Asprey aan,
toen hij ontdekt werd".
„En toen?"
„Asprey weerde hem af en schoot hem
dood".
Lachende Joe deed de oogen toe. „Ze had
den hem daarvoor een standbeeld moeten
geven op het stadsplein", zeide hij tenslot
te.
„Natuurlijk", gaf Renney toe, „maar dan
zou er niets voor ons in gezeten hebbent"
„Goed zoo", merkte de gemoedelijke Joe
Green op. „Ik heb dat zaakje nu goed in
mijn hoofd en verder, hoe kregen zij Robert
Asprey te pakken?"
„Ze hebben eerst geprobeerd een haastig
proces in elkaar te flansen, maar dat zou
waarschijnlijk niet mogelijk gebleken zijn,
maar hij werd ongerust en vluchtte".
Joe Green floot tusschen de tanden „Wel,
wel, wel", zeide hij. „En als deze Robert
Asprey bij den gouverneur komtHoe
ziet hij er uit?"
„Alsof hij uit een rots gehouwen was;
een en al man!"
„Verzuurd en gemeen?"
„Hij? Neen hoor, openhartig als een ba
by; hij had car.kier moeten zijn, zoo sym
pathiek is hij".
„Laat ons bij het begin beginnen. Hoe zit
jij in deze zaak?"
„Ik zou Robert Asprey uit den weg rui
men".
„En?"
„Ik had hem onder schot, toen een ver
vloekte jongeman als een kat tusschenbeide
kwam".
„Iemand is jou baas geweest, Renney?"
„Van achteren!"
„En is hij nog in den weg?"
„Ja".
„Bezorgd er over, m'n jongen?"
Renney dacht na, keek Joe Green ernstig
aan en kwam tot de slotsom, dat hij geen
man was om leugens aan te vertellen
„Hii en Asprey samen zijn heel wat
mans
„Waarom zoek je geen hulp?"
„Alleen een eerste klasser zou van eenig
nut zijn", gaf Renney toe.
„En je hebt er geen bij de hand?"
„Zes maanden is lang voor mij om een
vriend te hebben", zeide de boef met een
zuur gezicht. „De lui krijgen gauw genoeg
van me".
Joe Green dacht diep na. „Hoe heet die
man?"
„Hij? Geraldi, hij is een panter!"
„Hij is een man te veel merkte Joe
Green op. „Zou hij zelfs ons spoor kunnen
vinden?"
„Hij? Hij kan een spoor ruiken op dui
zend mijl afstand. Luister, hij volgde mij
factoren langer zou duren dan noodig
zou zijn.
DE GEBEURTENISSEN IN ALBANIË.
Opnieuw dementi van berich
ten in zake omwenteling.
Het Albaneesche persbureau heeft
Donderdagavond de volgende verklaring
gepubliceerd;
Een zekere buitenlandsche pers zet
thans de publicatie voort van verontrus
tende berichten in zake een revolution-
naire beweging in Albanië en beweert
zelfs, dat de koning, zoomede leden van
zijn familie, ten gevolge van deze bewe
ging schade hebben geleden.
Het Albaneesche persbureau heeft de
openbare meening in het buitenland
meermalen inlichtingen verstrekt om
trent den oorsprong en den tendencieu-
sen aard van deze volkomen uit de
lucht gegrepen berichten.
Dergelijke berichten worden in hoofd
zaak verspreid door de bladen van Athe
ne, die op deze wijze 'een ongunstige
meening hopen te wekken over Albanië,
ten einde daar voordeel van te trekken
bij de Volkenbondsbesprekingen in zake
de schoolkwestie van de Grleksche min
derheid in Albanië, welke kwestie voor
komt op de agenda van den Volken
bondsraad.
op den trein, ik sprong er af in een berg
pas, midden in den nacht. Liep terug tot de
naaste stad; hij was daar ook. Ik liet hem
opsluiten en nam een anderen trein. Hij
was er weer! Ik schiet hem van het dak van
dien trein en zie hem er afvallen. Hij moet
in een raam zijn blijven hangen, in elk ge
val, toen ik bij Asprey kwam, was hij er
ook. Dat is de heele geschiedenis. Hij kan
de gedachten van een slot lezen en hij
schoot de revo'ver uit mijrl hand!"
„Met opzet?"
„Met op-zet!" verzekerde de ander.
Lachende Joe lachte niet meer, hij keek
streng, maar toen verhe'derde een idee plot
seling zijn gelaat. „Ik heb een idee", zeide
hij. „Wat is de beste manier, om vuur te be
strijden?"
„Met vuur", zeide de boef.
„Is deze Gerrldi vuur?"
„Niet anders".
„Wel, m'n jongen kom mee! Ik heb nog
iemand van Ger?' type, hij is in de ka
mer hiernaast, de Uste jonge duivel, die
er ooit geweest is ca de vlugste en hij too-
vert een revolver zoo uit de lucht. Ga mee
en maak kennis met hem; hij zal je partner
zijn!"
En zoo gebeurde het, dat Geraldi de deur
van de kamer zag open gaan en de dikke
Joe Green binnen kwapi met achter zich de
bekende katachtige verschijning van Ren
ney. Midden in een nonchalant spelletje een
entwintig zag hij Renney en zag Renney
hem. Hij merkte op hoe de boef verstijfde
als een kat, die een hond ziet, maar toen
DE SAARTREIN.
De Nederiandsche voorzitters
van stembureaux in Saarbrü-
cken aangekomen.
De ongeveer 330 Nederlanders,
die door de Plebisciet Commissie
zijn benoemd tot voorzitters van de
stembureaux voor de op Zondag
13 Januari a.s. in het Saargebied te
houden volksstemming, zijn Donder
dagavond met ongeveer 40 minuten
vertraging te Saarbrücken aange
komen.
De reis uit Nederland naar Saarbrücken
had dank zij de voortreffelijke organisatie een
uitstekend verloop.
De extra-trein, welke aanvankelijk uit twee
deelen bestond, n.1. een deel dat Donderdag
morgen te 8.54 uur uit Zwolle en een deel
dat 9.05 uur uit Amsteidam was vertrokken,
bestond uit 10 D-rijtuigen en twee restau
ratierijtuigen. Het Zwolsche deel, dat te
Arnhem, Nijmegen en Venlo gestopt had om
de uit verschillende deeien aes lands toe-
stroomende Nedei'anders op te nemen, werd
te Roermond vereenigd met het Amsterdam-
sche deel, dat ;n Utrecht en Eindhoven rei
zigers had opgenomen.
Van Roermond ging de reis in afwijking
van het tevoren gepubliceerde reisplan over
Maastricht, Luik, Luxemburg, Theonvi'le en
hief Renney de hand op, een ledige hand,
en streek over zijn kin.
„Hei jong!" zeide Lachende Joe, „laat
mij je voorstellen aan een oud vriend van
mij, dit is Dick Renney!"
HOOFDSTUK XXVII
De ochtend was zoo warm, dat de gou
verneur tusschen twee open vensters zat;
door een er van viel een breede bundel zon
licht binnen en deed den vloer glanzen als
een amberkleurige vloeistof. Tegen dien
achtergrond was de figuur van den gouver
neur een schaduw, met uitzondering van
den zilveren schijn van zijn witte haren. Er
werd op de deur geklopt, drie korte tikken,
een pauze en daarna een luidere tik.
„Kom binnen, Joe Green", riep de gou
verneur. „Kom binnen, ik ben altijd blij je
zien. Ga zitten, ik moet je een avontuur ver
tellen".
Lachende Joe was met een ernstig gelaat
binnen gekomen, maar nu dwong hij zich
tot te'angstellend glimlachen. „Elke dag is
een avontuur in jouw positie", zeide hij.
„Een nachtelijk avontuur" glimlachte de
gouverneur. „Een man is mijn woning bin
nen gedrongen!"
„Hebben ze dan weer een revolverboef ge
huurd?" riep Joe Green uit.
„Gehuurd? Neen!"
„Binnen gedrongen!" ging Green opge
wonden voort. „Hemel, aie nachtwaker! Ik
heb nooit veel met hem opgehad!"
„Ik weet zeker, dat het niet de fout van
Metz naai Saarbrücken, waar de trein heden
avond te kwart over acht aankwam.
Behalve de reeds benoemde voorzitters
van stembureaux was in den trein een aantal
plaatsvervangers meegekomen, van wie een
deel als reserve nog geen bestemming heeft
gekregen.
De stemming in den trein was gedurende
de reis voortreffelijk, ondanks het feit, dat
de beide restauratierijtuigen geen voldoende
gelegenheid boden om het groote aantal
hongerige magen snel genoeg te voeden,
zoodat een aantal deelnemers aan de reis
eerst tusschen 2 en 3 uur de lunch kon ge
bruiken en dientengevolge de door de Flebis-
ciet Commissie aangeboden thé misliep.
Ondanks deze kleine teleurstelling verliep
de tijd snel met allerlei gesprekken, waarvan
die over de a.s. volksstemming en de dub ia,
welke zich daarbij kunnen voordoen, de
hoofdschotel vormden. In den trein werden
kennismakingen hernieuwd en nieuwe vriend
schapsbanden werden gesloten Kortom, de
lange reis verliep voor de meeste deelnemers
sneller dan men zich aanvankelijk had kunnen
voorstellen.
In den trein heeft de Nederiandsche ver
tegenwoordiger in de Plebisciet Commissie,
de heer van der Mandere, die overa' tegelijk
scheen te zijn en daarbij nog gelegenheid had
de vele tot hem gerichte vragen te beant
woorden, de legitimatiebewijzen aan de
Nederiandsche gedelegeerden uitgereikt.
Op deze legitimatiebewijzen zullen de deel
nemers in het geheele Saargebied vrij kunnen
reizen met alle openbare middelen van ver
voer.
Tevens werden logiesbewijzen uitgedeeld,
zoodat ieder vóór het bereiken van het eind
doel Saarbrücken, wist, waar hij zou lo-
geeren. Morgen, Vrijdag, te 11 uur, worden
alle deelnemers vernacht in de Wartburg te
Saarbrücken voor het afleggen van den eed.
De deelnemers die in Saarbrücken-Stadt, of
Saatbrücken-Land, waaronder Voelklingen
valt, een stembureau zullen bezetten, kregen
de mededeeling dat ook Maandag a.s. op
hen wordt gerekend voor het tellen van de
stemmen hetgeen eveneens plaats zal vinden
in den Wartburg te Saarbrücken.
Bij aankomst te Saarbrücken werden de
Nederlanders verdeeld volgens de Kreisen,
waarin zij zitting zullen hebben Op het per
ron stonden borden opgesteld, om de groe
pen te vormen, want even scheen het groote
gezelschap een onontwarbare kluwen te
vormen, maar spoedig waren de groepen ge
formeerd.
Eenige dames, die hun heeren vooruit-
gereisd waren, waren ter verwelkoming aan
wezig. Nederiandsche mariniers trokken
moeizaam met zware kisten beladen karretjes
voort, welke tij informatie stembiljetten
bleken te bevatten. Heel rustig, bijna onop
gemerkt wandelden eenige Nederiandsche
marineofficieren over het perron.
Onder leiding van Kreisinspectoren en hun
plaatsvervangers werden de Nederiandsche
gasten gebracht naar de verschillende plaat
sen waar zij den eersten nacht in het Saar
gebied zouden doorbrengen om vandaar
morgenochtend weer naar Saarbrücken terug
te reizen.
Ir Saaibrücken-Stad en ook in Völklingen
was het hedenavond rustig. De Kerst-verlich
ting brandde, doch op de straten was het
stil en Völklingen maakte zelfs een verlaten
indruk.
Vol vertrouwen op den regelmatigen afloop
en zich volkomen bewust van hun verant
woordelijke taak bevinden de Nederiandsche
vertegenwoordigers zich thans ter plaatse.
BOMAANSLAG OP DAGbLAD-
BUREAU.
Ernstige schade.
Gisteren is een bomaanslag gepleegd
op het gebouw van het dagblad Chileen-
sche Commercio te Lima, waardoor het
gebouw zelf doch ook omliggende hui
zen vrij ernstige schade opliepen. Dit is
de derde aanslag binnen een maand, die
op genoemd blad wordt gepleegd.
STAKENDE PARACHUTE
SPRINGERS.
Zeldzaam geval.
Te Miami, in Florida, is voor zoover
bekend is, een staking uitgebroken, die
tot de uiterste zeldzaamheden behoort.
Ter gelegenheid van een luchtfeest zou
n.1. een groot aantal parachute-sprin
gers na elkaar uit een groc' vliegtuig
springen. Toen de parachutespringers
echter in de lucht waren en moesten
springen, weigerden zij dit te doen voor
het overeengekomen honorarium van
10 dollar, doch zij eischten 25 dollar al
vorens te springen.
den nachtwaker is".
„Jij wilt ook nooit iemand de schuld ge
ven", zeide Green. „Je moet bedenken, dat
je niet over je eigen veiligheid beschikt; je
bent het eigendom van den staat! Als ik
eens een werkelijk flinken kerel voor je zou
zoeken?"
„Ik wil dien armen Bender niet ver
vangen", zeide de gouverneur. „En daarbij,
hij heeft geen schuld; de man, die hier bin
nen kwam, was een bijzonder resoluut man.
Heb je wel eens gehoord van Robert As
prey?"
„Dien moordenaar?" riep Joe Green met
kracht en afschuw uit. „De moordenaar
Asprey?"
„Kom, kom", mompelde de gouverneur,
„dat is een hard woord, vind je niet, Joe?"
„Aha", knikte Green, „hij hing zeker den
eerlijken man uit".
„Hing den eerlijken man uit?" herhaal
de Thomas Fuller.
„Dat kan hij ook!" antwoordde Oreen.
De gouverneur zuchtte. „Ik hoop, dat ik
geen fout gemaakt heb", zeide hij.
„Niet ten opzichte van Asprey tenr ste",
zeide Joe Green bedrukt, „dat zou ern
stige zaak zijn; er is geen gevaarlijk man
in den staat, zou ik zeggen
Gouverneur Fuller zuchtte wee; „Ik
weet, dat bij de vader is van een aardig
meisje; ik weet ook, dat hij een fatsoenlijke
familie heeft, Joe. Dat zijn zeker dingen,
die voor hem pleiten".
(Wordt ven o y