UIT HET PARLEMENTAIRE LEVEN
DE TASCH.
Ik heb al eens meer gezegd: een Fi
guur van den Dag behoeft niet altijd een
persoon te zijn.
Qetmetitecadm
castricum
^xxmnciaal 'tlieuws
hterhugowaard
HONIG'S BOUILLONBLOKJES th ans 6 voor IOcL
JmiCCetou
HET GEHEIMZINNIGE LANDHUIS
Nee.
En zoo is een politieke Figuur
■van den Dag, telkens wanneer het par
lementaire jaar weer begint de
Tasch (met een hoofdletter).
Men weet het, nietwaar? Het komt
overal in het leven maar aan op de din
gen, welke men ziet en welke men niet
ziet.
Ik zal U een parlementair voorbeeld
geven.
U ziet een minister. U hoort hem. Hij
rangschikt zijn argumenten in slagorde
en manoevreert met dit legertje tegen
zijn bestrijders. U neemt wéér, hoe hij
van groote vellen papier allerlei rede
voeringen voorleest.
Zijne Excellentie.
U ziet hem dus.
Maar wat u niet ziet is: de ambte
naar. Die voor den minister heeft ge
zorgd. Die de argumenten opzoekt en
uitzoekt. De stille steller van Memorie
van Toelichting en Memorie van Ant
woord. De motorische kracht van zoo
menig bewindsman.
Tegen den aanvang van iedere Kamer
vergadering kan men op het Binnenhof
hetzelfde tooneeltje één of meermalen
waarnemen. Daar komt een minister
aankuieren. En op een meter of tien
a:hter hem loopt een bode van zijn de
partement met een groote en dikke
Tasch. De Tasch van den minister. De
geheimen van Zijne Excellentie Da red
dende engel, waarop hij (pardon) drijft.
De kurk, die hem in angstige oogen-
blikken de hand toesteekt (pardon).
Menigeen neemt dan op het Binnenhof
den hoed af voor den Minister. Dat is
beleefd. Maar het ware beter den hoed
af te nemen voor de Tasch, want daérin
zit 's lands wijsheid, daarin zittei de
rapporten en de nota's, daarin zitten de
re Jevoeringen
Die Tasch is de tong van den minister,
liever nog: het zijn z'n hersens.
XXIX.
En zie! Eens toen de sprekers het
woord hadden gevoerd hield de
een rede, die ganschelijk niet sloeg op
het debat. De bekende tang en het be
k(D(Heden zagen elkaar stom-verbaasd
aan Verschillende zaken, welke de Mi
nister stond te bestrijden, waren zelfs
niet aangeroerd.
de arme minister kon niet anders. Hij
had nu eenmaal zijn speech
bracht. Zijn getypte speech, in ee"drarh"
tige trouw vervaardigd d*or ambtenaien
en typistetjes. En die las de minister
letterlijk voor. De handigheid om de
rede aan te passen aan het debat ont
brak hem. De minister dreef op de
Tasch*
Ik heb een minister van Oorlog, een
knap en sympathiek man, eens een ein
de looze speech hooren houden, die te-
vöiis €en eindelooze fout was. hij
aan het woord kwam, haalde liij een
stapel nota's uit de Tasch, over ieder
onderwerp dat bij rijn begrooting was
besproken een afzonderlijke nota, dooi
den betrokken ambtenaar opgemaakt,
en heel die verzameling las de minister
voor, stuk na stuk, tot keiharde verve
ling van de Kamer. De Tasch.
O
Dit geldt niet voor iederen minister.
Geenszins.
Er zijn er, die redevoeringen en argu
menten uit hun mouw schudden. Die
hun ambtenaren alleen maar admini
stratief en niet intellectueel noodig heb
ben. Die niet drijven op de Tasch
Maar voor vele ministers is de Tasch
de slagader van hun bestaan. Ik heb er
tal van hen bijgewoond, die letterlijk
iederen politieken ademtocht ontleen
den aan de nota's en redevoeringen van
de Tasch. Die in volslagen hulpeloos
heid verkeerden, als de bladzijden van
de speech uit de Tasch r.iet precies in
volgorde bleken te liggen. Het toppunt
in dit opzicht vormt een oud-minister
van Koloniën. Deze heer Excellentie,
Minister van het Koninkrijk der Ne
derlanden, placht zijn redevoeringen
van a tot z in de tasch mee te brengen,
nog voor het debat gehouden
was. Onmogelijk? Niets is onmogelijk
in dit aardsche regen- en tranendal. De
minister gelastte eenvoudig zijn amb
tenaren een schoone speech samen te
stellen op grond van den inhoud van het
Voorloopig Verslag, want zoo rede
neerde de hooggeplaatste slimmerik
natuurlijk is het openbaar débat niets
anders dan een herhaling van het
schriftelijk, en op deze manier heb ik
een pracht-speech van te voren klaar.
De Tasch maakt ook dramatische
momenten mee, en dan heb ik altijd
medelijden gevoeld.
Ik heb in den loop der jaren al heel
wat ministers zien struikelen. Ik heb er
vélen zien ten val brengen. En dan ge
beurde altijd onveranderlijk hetzelfde:
de minister pakte zijn Tasch. Wanneer
de beslissing was gevallen, wanneer een
minister was geduikeld, dan poogde hij
immer zoo goed en zoo onverschillig
mogelijk zich te houden. En het eerste
en het laatste wat hij dan deed was: z'n
papieren en z'n stukken bij elkaar pak
ken, en opbergen in de Tasch Dan sloot
hii de Tasch hf, en ging weg. De bode
nf.m de Tasch op van de Regeerings-
tafel en sjouwde er mee achter den mi
nister aan. Trouw tot in den dood was
de Tasch.
Ik kom er rond voor uit: op zulk een
oogenblik - hoe vaak ik het h3b meege
maakt heeft in mij altijd de mensche-
lijke stem gesproken Altijd voelde ik een
zekere ontroering. Zeker, er waren mi
nisters bij, die ik gaarne zag gaan. maar:
ee' minister is óók een mensch, en zoo'n
oogenblik moet toch voor hem wel een
schrijnende teleurstelling zijn. En als
hij dan opstond, en zijn Tasch inpakte,
en wegging, dan had ik steeds met hem
te doen
Maar de Tasch niet.
De Tasch vraagt niet welken minister
zij dient. De Tasch is neutraal. De Tasch
bergt van alles. De Tasch volgt ieder.
D. Tasch is een allemansvriend
Dezelfde Tasch, die voor het laatst ge-
d agen werd achter een gevallen minis
ter, volgde een paar weken later even
trouw den nieuwen.
Wanneer ge dus op het Binnenhof
loopt, en ge komt de Tasch tegen, groet
haar. Want er zijn inderdaad ministers
geweest, van wie men zeggen kon. dat
hun hersens niet zaten onder hun hoo-
gen hoed, maar in hun Tasch. Zonder
d. nota's en rapporten en redevoerngen
van de Tasch, netjes-getypt en precies
op volgorde, zou menig minster zijn als
een leeuw zonder gebit.
D HANS.
De gasprijs verlaagd en de
meterhuur afgeschaft.
Gistermiddag vergaderde de raad dezer
gemeente onder voorzitterschap van weth.
Hemmer, daar de burgemeester nog wegens
ziekte verhinderd was.
De voorzitter hield nog een nieuwjaars
rede, waarin hij o.m. van den vooruitgang
der gemeentebedrijven gewaagde. Hij ein
digde met de beste wenschen voor raads
leden en gemeentenaren en den wensch, dat
de burgemeester spoedig geheel hersteld
van zijn buitenlandsch verlof mag terug-
keeren.
De heer Aukes dankte voor de woorden
aan den raad en sloot zich bij de goede
wenschen aan.
De heeren B. Res, de Nijs. Hellinga en
Aukes vroegen enkele aanvullingen op de
notulen van 29 November, die daarna wer
den vastgesteld
Ingekomen was o m. een ministerieele be
schikking. waarbij aan den burgemeester
6 weken buitenlandsch verlof was verleend.
B. en W. stelden voor overeenkomstig het
verzoek van Ged. Staten in te trekken het
raadsbesluit tot het niet heffen van perso
neel» belasting op den vierden grondslag
(paarden). Ged Staten verzoeken dit op
grond van den minder gunstigen fmancieelen
toestand der gemeente.
De heer Aukes bevreemdde zich over deze
opmerking t.a.v. Castricum, dat toch tot de
10 kerngezonde gemeenten van Nooidhol-
land behoort. Als de financieele toestand van
Castricum te wenschen overlaat, ligt dit niet
aan B. en W. maa-- aan de groote fouten van
deze en vorige regeeringen op het gebied
van de financieele verhoudingen tusschen rijk
en gemeente. Spr. wenschte een protest-
uitspraak van den raad tegen deze uitlating
van Ged. Staten.
De heer Twisk betoogde, dat de paarden
in het bedriif noodig zijn en kan zijn stem
er niet aan geven.
Op een vraag van den heer G. Res zei de
voorzitter, dat een afwijzende houding van
den raad toch geen resultaat heeft. Er moet
voor de begrooting 1935 f '24000 gevonden
worden, om baas in eigen huis te blijven,
moeten we dat zelf vinden.
Anders neemt de regeering de leiding en
zijn er geen raadsvergaderingen meer
noodig.
De heet B Res betoogde, dat de paarden-
houders er door gedupeerd worden.
Op voorstel var den heer Borst werd een
beslissing aangehouden tot de begrooting
1935.
Van den minister van economische zaken
was bericht ingekomen, dat niet ingegaan
kan worden op het verzoek om in ruimere
mate margarine voor werkloozen beschik
baar te stellen, omdat dit ten koste gaat van
den steun aan de melkveehouders.
Op voorstel vari B. en W. werd besloten
1 recognitie te betalen jaarlijks aan Maat
schappelijk Hulpbetoon voor afgestane
grond voor verbreed ing van den Overtoom
Een verzcek van P Eikel om huurverla-
girrg van 7.50 tot 6 werd ingewilligd.
Een vezoek van Borst en Groot tot door
trekking van een straat, verd aangehouden
Diverse vergoedingen voor het bijzonder
onderwijs werden vastgesteld.
Brandweerveféoeding.
B. en W. stellen voor c.e vergoeding voor
de brandweerlieden tnans 1.25 voor het
eerste uur en verder 1 per uur te be
palen als volgt:
A Voor brandweerlieden:
1. voor nacht- en Zondagsarbeid le uur
1.25 en volgende uren f 1;
2. voor daguren le uur f 1 en volgende
uren f 0.75 Onder nachturen wordt ver
staan van 's avonds 10 tot 's morgens 6 uur,
overige uren zijn daguren
B. Voor aangesteld personeel, buiten
leden van den brandraad, door den in dienst
zijnde commandant:
1. voor nacht- en Zondagarbeid le uur
1. en volgende uren f 0.75;
2. voor de daguren le uur 0.75 en vol
gende uren 0.60.
Bij kleine brandjes wordt aan leden van
den brandraad minstens 2.50 en aan
brandweerlieden minstens f 1.50 uitbetaald.
Confoim vastgesteld.
Lagere gastarieven.
Met opheffing van de bestaande meter-
huren en verhaal van de omzetbelasting
wordt voor hen die zich daartoe aanmelden,
ingevoerd en niet verplichtend vastiecht, dat
voorgesteld wordt als volgt:
Maand- gewone munt- gas
verbruik meter meter prijs
tot 10 M3. ƒ0.50 p M3 0.60 p. M3. 7 ct.
tot 20 M3 ƒ1.—p. M3. ƒ1.10?. M3. 6 ct.
tot 30 M3. 1,50 p. M3 n,60p. M3. 5 ct
b. 30M3. 2,p M3. ƒ2,10p.M3. 4 ct
Naast het vastrecht wordt niet meer be
taald een gasprijs van 10 ct. voor de eerste
30 M3maar alleen de prijs, die bij elke
klasse is aangegeven.
De kosten zuben voor het bedrijf bedragen
3200, waartegenover een meerdere gas
opbrengst verwacht wordt van in totaal
2090
De derving zal dus zijn 1100.
Winstuitkering aan de gemeente blijft bij
deze nieuwe regeling mogelijk.
Voor de eenspersoonsgezinnen wordt
deze regeling nog gunstiger door de be
paling, dat het vastrechttarief als hierboven
aangegeven met 50 pet. wordt verminderd.
Daarnaast is een nieuwe regeling ont
worpen voor de huren boven de 10 licht
meters en'wel als volgt:
20/30 lichtmeters van 0.60 op 0,40 p. m.
50/60 lichtmeters van 0,80 op 0 50 p. m.
80 lichtmeters vanf 1op 0,7p. m.
100/150 lichtmeters van ƒ1 50 op IP- m
Een verbruiker van 10 M3. per maand be
taalt thans 1,44 en volgens de ontworpen
regeling 1,20; een verbruiker van 20 M3.
betaalt thans 2,48 en bij de nieuwe rege
1'n 2 20
11 Voor de groote verbruikers l>eteekent het
voordeel niet zooveel, waardoor bereikt
wordt hetgeen bij de jongste herziening der
taricv. is toegezegd, dat de eerstvolgende
herziening zou ten goede komen van de
kleine verbruikers.
De heer G. Res wilde zijn stem aan het
voorstel geven, omdat het vastrecht niet
verplichtend is.
De heer de Nijs juichte het toe, dat het
vooral de kleinere verbruikers ten goeae
komt en de onbillijke meterhuur wordt
afgeschaft. Spreker verwachtte moer gas
verbruik. Conform besloten.
Tot leden van de stembureau* werden
gekozen:
Hoofdsteinbureau en Centraal bureau.
Voorz. ambtshalve de burgemeester pl.v.
voorzitter en lid de heer Hemmer; leden 1
de Vries; F. Aukes, pl.v. leden de heeren
Hellinga, B. Res, P. Weenk en N. v. Lunen.
Stembureau I: Voorz. de burgemeester, Je-
den de heeren Hemmer en B. Res. Pl.v. Ie-
den de heeren Spaanser en v. Lunen.
Stembureau II: Voorzitter P. de ries,
leden Hellinga en De Nijs; pl.v. leden
Weenk en G. Lauter Jr.
Stembureau III; Voorz. F. Aukes; leden
P. Twisk en P. Borst; pl.v. leden G. F. Res
en Y. R. Driessen.
Besloten werd voort3 voor één jaar op
proef een stoker aan het gasbedrijf te be
noemen en voor de betaling van inkoop-
kosten en pensioenen 550 uit het reserve
fonds van het gasbedrijf af te schrijven.
Aan de orde was voorts een voorstel om
de rente van de door de gemeente verstrekte
hypotheek op huizen aan een belanghebben
de te verlagen van 5 tot 4 3/4 gevraagd
was verlaging tot 4 met het oog op ge
maakte conversiekosten kon aan dit ver
zoek niet voldaan worden.
Na eenige discussie conform besloten.
B. en W. stelden verder voor te bepalen,
dat men om voor steunverleening in aan
merking te komen, minstens 2 jaar in de
gemeente moet wonen. De bepaling van 1
jaar had niet tot het gewenschte resultaat
geleid.
Op een vraag van den heer Weenk zeide,
dat ook andere gemeenten deze regeling
treffen.
Voor afwijking van een betreffend be
sluit in bijzondere gevallen, voelde B en
W. niet.
Conform besloten.
B. en ,W. stelden voor om onder bepaalde
voorwaarden gunstig te beschikken op het
verzoek van de bouwondernemers, P. de
Nijs c.s. en de fa. Kortekaas en Twikstra tot
aanleg van een straat, die aansluiting geeft
op de Geelvinckstraat, de Mient en den
weg, die door de spoorwegen is aangelegd.
De heer J. de Nijs vroeg of de straat ge
lijk met de huizen getouwd mag worden.
De heer G. Res zou in dit geval willen be
palen, dat een cautie van enkele duizenden
gulden gestort werd.
De voorzitter wees op bouwverordening,
volgens welke eerst de straat moet worden
aangelegd. Daaraan wilde spreker de hand
houden, om geen precedent te scheppen.
De heer B. Res wees er op, dat er nog
bollen in den grond staan, waar de weg
komen moet; daarom wilde spreker een cau
tie onder bepaling, dat de straat binnen een
jaar gereed komt.
Weth. de Vries wilde niet afwijken van de
verordening, die in het gemeentebelang is;
daarvoor moet het particulier belang wij
ken. Zelfs de gewestelijke commissie kan de
bouwverordening niet negeeren.
Op voorstel van weth. Hemmer werd be
sloten aan de gewestelijke commissie te
vragen, of van de bouwverordening mag
worden afgeweken. Onder die voorwaarde
werd op het verzoek gunstig beschikt.
Wegens de verandering van den aard van
den steun aan tuinders en veehouders stel
den B. en W. in overeenstemming met de
tuinders-commissie voor deze commissie op
te heffen onder dankzegging voor de bewe
zen diensten en alle aanvragen te doen
behandelen door Maatschappelijk Hulpbe
toon. Conform besloten.
N.a.v. een reclame van den heer A. H.
Quant te Amsterdam tegen het weigeren
van een bouwvergunning vroeg de heer
Hellinga voor zomerhuisjes, die tijdelijk
bewoond worden, soepeler te zijn.
B. en W. hebben afwijzend beschikt, om
dat het gebouw niet aan een bestaanden' we»
komt.
Ook de heeren de Nijs en G. Res
voor verdere woningen uitzonderingen ma
ken.
Besloten werd de verordening te handha
ven. Na rondvraag sluiting.
Woensdagavond hield de tuinbouwver-
eeniging afdeeling Heerhugowaard een
vergadering in het lokaal van den heer A
Rus.
De voorzitter, de heer T. Smit, wees er od
dat de toestand nog niet verbeterd is
De vorderingen op Duitschland zijn de
laatste maand weer met 4.000.000 toege
nomen. Dit is voor de Nederlandsche ex
port een groote strop en van deze strop ziin
wij de onmiddellijke slachtoffers. Een kleine
vorstperiode geeft zooals ook nu weer op.
bleken is, toch altijd weer een kleine onle'
ving. Onze voorzitter, de heer Falstar, zeide
dat wij ons moeten aanpassen, maar dat is
moeilijk.
Daarna las de secretaris, de heer Jb
Volkers, het jaarverslag voor. Het vorig
jaar is het met kool nogal losgeloopen, al
zijn er aan het einde van het seizoen toch
nog stroppen uitgedeeld. De vroege aard
appelen prijsden tamelijk goed, maar de op
brengst was gering. Ook de slaboonen
brachiten tamelijk goede prijzen op. Maar
door het mooie weer en de zachte winter
gaat het met de kool nu heel slecht en daar
de steun zeer onvoldoende is, is er op het
oogenblik in veel tuindersgezinnen gebrek.
Het ledental van de afdeeling is eenigszins
terug gegaan.
Volgens de inventarisatie zijn in Heerhu
gowaard dit jaar 40 wagons Deenache
witte kool, 36 wagons roode kool en 72
wagons geele kool, vorig jaar waren deze
getallen respectievelijk 21, 37 en 48. Hier
uit blijkt, dat teeltbeperking nog lang niet
altijd productiebeperking is. De natuur
spreekt ook nog een woordje mee. Spreker
besluit zijn jaarverslag met den wensch,
dat een weinig vorst de toestand nog iets
zal verbeteren.
De voorzitter dankte den secretaris voor
zijn werk.
Bij de ingekomen stukken was een schrij
ven van den keuringsdienst Noordholland,
waarbij een spreker beschikbaar wordt ge
steld om het nut van aardappel keuring te
behandelen.
Besloten werd hierop in te gaan.
Daarna deelde de voorzitter mede, dat
de Broekerbrug meer naar het Zuiden zal
worden verplaatst en dat deze 2 M. hooger
wordt. Dit in verband met de kanalisatie.
Nu is de provincie van plan om het groene
dijkje in Broek op Langedijk te behouden
en aldus een rijweg te maken naar de Prins
Hendrikkade. Maar dan krijgen we daar
een bijna rechte hoek en dat van een derge
lijke hoogte, dat wordt levensgevaarlijk. Nu
bestaat echter het plan om een weg aan te
leggen in het verlengde van de nieuwe
brug, door het Geestmer Ambacht, naar de
Dorpsstraat. De provincie wil dan zorgen
voor het verhaiden en het aanleggen van
de benoodigde bruggen. De rest van de
kosten pl.m. 5000 zouden dan voor de ge
meente Broek op Langedijk komen. Daar
wil men waarschijnlijk wel de helft van dit
bedrag besteden, als de Langedijker groen
ten-centrale dan de andere helft geeft De
L. G. meent echter dat, daar deze weg
vooral van belang is voor de tuinders uit
Heerhugowaard, dat Heerhugowaard ook
een bijdrage moet geven.
De heer D. Wagenaar vond het onbillijk,
dat Broek op Langedijk de helft van de
kosten wil laten dragen door de L. G. C.
Deze weg is toch van heel veel belang voor
deze gemeente. Er gaat ook nog ander ver
keer over en het is een belangrijk werkver
schaffingobject.
Vele leden kwamen bovendien met het be
zwaar, dat als de L. G. C. 2500 bijdraagt
dit bedrag weer gevonden zal moeten wor
den uit hoogere veilingskosten.
Verder werd er op gewezen, dat niet al
leen de leden van de tuinbouwvereeniging,
maar ook de leden van de L. T. B. hier be
lang bij hebben.
uit het Engelsch van Hugh Walpole
en J. B. Prietsley, door H. A. C. S
6)
De idiote Russische-komedie-neef, ik ben
blij 't te vertellen, vertrok gisteren en nam de
Masham-auto mee. Hij speelde zijn rol van
idioot tot het einde toe. Hij mompelde wat
over de Riviera, geeuwde twee keer, en was
weg. Miss Banks, de secretaresse-gezel-
schapsdame, blijft, en heeft deze twee of
drie laatste dagen er waterachtiger dan
ooit uitgezien. Het is duidelijk, dat die
Masham haar zeer kwade dagen bezorgt,
en ik heb het vermoeden, dat zij nog slech
ter dan gewoonlijk zijn geweest, sinds zij
hier aankwamen. Achter miss Banks' me
chanische overdreven woorden, haar flauwe
bijziende oogen en een beetje klam gezicht
zit een geest, die toch nog 'niet heelemaal
getemd is door aanhoudend tyfien en tele-
foneeren en apporteeren en dcor die heele
meesmuilende slavernij van een betaalde
gezelschapsdame. Waarschijnlijk zou de
voorraad moed en vastberadenheid, die miss
Banks noodig heeft om te blijven glimlachen
en nog eens glimlachen en de andere wang
toe te keeren, voldoende zijn voor een ster
ken man, om een van de republieken van
Midden-Afrika te veroveren. Er gebeurde
iets in den salon gisteravond, juist na het
eten en voor ik bij hen kwam, een laatste
stamp van Masham's platte hak, waardoor
miss Banks verstoord en min of meer op
standig bleef. Ik geloof, dat Marjorie zelf
ook nog al geschokt was, maar zij is waar
schijnlijk sindsdien tot de conclusie geko
men, dat het alleen beteekent, dat haar Hil-
da Masham nog meer attentie noodig
heeft, nog meer behoefte aan een nog die
per en nog meer door-en-dcor verzadigd
worden van de Marjorie-atmosfeer (want
ik weet wat Marjorie wil en waar haar
kleine ijdelheid schuilen). Intusschen is
miss Banks, terwijl de verontwaardiging
flauwtjes door haar gewone mistigheid neen
schijnt, als ik goed zie. niet meer ten volle
het gewillige schepsel, dat zij vier dagen ge
leden was. En als ik ook maar de geringste
vlam bespeur, zal ik, op mijn teenen, er bij
komen en de olie van zachte valsche woor
den er op laten drupjrelen. Ik maakte van
morgen een begin door haar, zoo toevallig,
te vragen naar haar vorige betrekkingen.
Waren ze aangenaam geweest of onaange
naam? Sommigen, vertelde ze mij trotsch,
waren prettig, erg prettig, bij „werkelijke
dames".
„En dat", voegde zij er bij, met wat
zachte stem, „maakt zoo'n verschil, zoo'n
verschil".
„Ja", stemde ik haar toe,'terwijl ik haai
bedachtzaam aankeek, „dat moet een groot
verschil maken". En wij staarden elkaar
een oogenblik aan. Toen trok zij met haar
gekken mond, knikte nogal ernstig en ging,
vochtig als altijd, weg. Arme miss Banks!
Ik kan niet regelrecht ruw zijn tegen die
Mashain-vrouw in mijn eigen huis, maar
nooit was ik zóó op het punt om ruw te zijn
tegen een gast. Het ellendige is dat zij zoo
gevoelloos is. Kalme snauwen vallen, onop
gemerkt, ter aarde, evenals zoo vele sneeuw
vlokken. Ironie begrijpt zij eenvoudig niet
Marjorie is 't die begrijpt 't wel wat drom
mei! die deze pijlen op haar eigen schijf
opvangt en van tijd tot tijd een paar pijlen
terugzendt, met een onfeilbaar oog voor de
spleten in mijn wapenrusting; terwijl dat
grove gekke vrouwmensch zich kronkelend
en zweisend tusschen ons beiden beweegt,
zonder in het minst te snappen, wat er ge
beurt. En, om die Masham recht te doen:
zij is volmaakt goed gehumeurd tegen mii,
en glimlacht altijd weer onicuw. Zij heeft
die bepaalde slagwoorden en lievelings
zinnetjes, die mij, bijna vloekend, van tafel
jagen. Bijvoorbeeld, wanneer vier of vijf van
die half-garen tegenover elkaar hun non
sens uitkramen, noemt zij dat een „samen
komst", en wij hebben, schijnt het, hier een
„samenkomst" in de maak. (Toen ze dat zei,
lachte Marjorie bijna hardop, toen ze mijn
gezicht zag. Ik verbeeld mij, dat Marjorie
die door een kwaden geest geïnspireerd
wordt, haar aanmoedigt, terwijl zij met één
oog naar mij kijkt). Dan zijn sommige
dingen „helpend' en andere zijn „astraal"
en sommige menschen „hebben inzicht" en
vinden (want wij zijn allen aan het zoeken,
schijnt het) „den Weg" Dit gaat zoo door,
eiken maaltijd. Voeg hierbij opmerkingen
over een reeks schrijvers vanaf Edward
Carpenter, die schrijft alsof hij Whitman's
ongetrouwde tante was, tot een zekeren
Ralph Irine, wiens schrijverij den indruk
geeft alsof hij een troep blanc-mangcrs aan
spreekt. Voeg daar dan bij een domme zelf
ingenomenheid, egoïsme, vulgariteit, en je
kunt gissen, wat ik te lijden heb. Mijn
„Hersenschim" kan ik niet aanraken, want
ik ben te veel geprikkeld, om er mij weer toe
te zeKen. De laatste twee dagen heb ik ge
zinspeeld op vertrek, maar Marjorie werkt
er vlug tegenin door die vrouw te bewerken
dat ze zal blijven.
Dit moet indruk op je maken. Je bent
misschien gaan denken, dat ik mijn gevoel
voor proportie aan het verliezen ben, door
zoo kwaad te zijn over een dwaze bezoek
ster. Maar die Masham, dat merk je wel,
is meer dan dat: de booze goden hebben
haar hierheen gestuurd; zij is de appel van
tweedracht. Ik geloof geen oogenblik, dat
Marjorie werkelijk een cent om dat mensch
geeft. Wij praten niet veel over die kwestie,
maar wij hebben slechts een paar woorden
te wisselen, dan hoor ik een onheilspellend
gerommel en gekraak onder onze voeten. De
komst van mevrouw Masham heeft slechts
enkele fundamenteele verschilpunten die wij
t laatste jaar met opzet hebben genegeerd
aan 't licht gebracht. Ik meet Oxford verlaten'
om rustig aan „de Hersenschim" te kunnen
gaan werken, het boek, dat mij jaren lang
een soort van kwelling is geweest, en het
was duidelijk, dat het hier de plaats er voor
was. Marjorie was er even enthousiast over
als ik, maar zij wilde niet begrijpen, dat
daarvoor enkele dingen moesten worden op
gegeven. Ik geloof niet, dat de hersens van
een vrouw ooit de waarheid kunnen omvat-
ten, dat je je geld maar céns kunt uitgeven
Maar nu niet meer hierover. Laat ik van
jou r.ieuws mogen krijgen.
Je ROBERT.
Hotel „het Station"
Beste Bob, Kcswick.
Ik heb, de hemel zij gedankt, nu twee
brieven en ten deele maar je zult het alle
zal ik ze uitvoerig beantwoorden. Ik voel
mij al bijna niet meer zoo eenzaam, op het
oogenblik ten deele tengevolge van jouw
brieven ten deele maar je zult het alle
maal hooren. Na je tweeden brief, vanmor
gen ontvangen, zat ik zóó heelemaal mid
den in jouw kwestie, en jij en Marjorie le
ken mij zóó vlak-bij, dat ik het plan maakte
te gaan zitten en een lang artikel te schrij
ven heelemaal over jou! Bovendien;
ben hier nu drie dagen en had, tot vanmid
dag, niets dan bot gevangen. Er komt nog
bij, dat het bijna zonder ophouden geregend
heeft. De streek ofschoon ik er bijna niets
van gezien heb is groen vloeipapier, rt
Keswick heeft, tot op dezen zelfden glorieu-
sen middag, mij een kennel voor bastaard
honden «geieken. Ik vond een boekwinkel,
Chaplin heet de man, waar wel enkele goe
de boeken waren. En deze boekwinkel is -~
zooals je dadelijk hooren zult voor goed
in mijn hart gegrift. Ik kocht Coleridge's
Biographia Liteiaria, Clough's gedichten
Buchan's Midwinter en The woman in Whi
te, en behoorde daarna mij op een stoel gt*
plant te hebben. Maar neen, ik kon niet. I*
was onrustig en betrapte mij er op, dat ik
steeds maar in den regen er op uittrok,
door de straten plaste, naar alle kanten loe
rend als een amateur-detective, zelfs een
oogenblik een motor huurde en in een som
bere bui naar Borroendale slierde, en naaf
Gravmere modderde. Alles zonder succes.
Zij was binnen geb'even, daar twijfel ik niet
aan en het was haar weinig kwalijk te ne*
men!
(Wordt vervolgd T