ff Kantongerecht te Alkmaar. ,W. S. Prins, Snaarmanslaan 86. Koopman Glimlachje VEEL WERK OM NIETS. Een inbraak voor 38 cent. VERLICHTING VAN OVERWEGEN. Electrische lantaarns met zoek licht op aisluitboomen. GRIEP ONDER MILITAIREN. Tc Amersfoort. DE WILDE AUTO-BUSDIENSTEN. Controle langs den weg naar Amsterdam. I Het rijkstoezicht liet dit verkeer voorloo DE VORSTINNEN IN ZWITSERLAND. Het verblijf in Unterwasser. J. W. J. BARON DE VOS VAN STEENWIJK. Gaat heen als lid van de Eerste Kamer. MEISJE ONTTROKKEN AAN OUDERLIJK GEZAG. SCHILDERWERK VOOR ONZE SCHILDERS. moest vertoeven en thans nog heel moeilijk met behulp van een stok kan loopen. Gemelde Willem K. moest heden voor dit gevaarlijke stukje terecht staan, doch was niet verschenen. Uit het getuigenverhoor kwam echter vol doende vast te staan de schuld van den af wezigen verdachte en tegen hem werd ge vorderd, gelet op de ernstige gevolgen, twee maanden hechtenis. Uit deze zaak blijkt alweer ten duidelijkste hoe gewenscht het is voor wielrijders derge lijke verkeersteekenen niet te verzuimen. Hulde aan de Alkm. commissaris van po litie, die aanvulde wat de wet te kort schoot HET STANDPUNT VAN DEN OFFICIER ONDERGING GEEN WIJZIGING. Door den kantonrechter te Alkmaar was veroordeeld zekere heer Cornelis Cr. te Schagen, die op 27 October zonder het ver- eischte vervoerbiljet 5 zakken aardappelen vervoerde en te Noordscharwoude werd aan gehouden. Het vonnis luidde 5 boete oi 5 dagen met verbeurdverklaring van de 5 zak piepei's. De veroordeelde had tegen deze uit spraak hooger beroep aangeteekend, doch was heden niet verschenen, zoodat deze pie pers gauw geschild waren. Aangezien het vervoerbiljet was gesteld op 27 October en het vervoer plaats had op 29 October, achtte de officier het vonnis juist gewezen en weid bevestiging gerequireerd. DE HANDKAR MOEST HET AFLEGGEN. De 23-jarige buschauffeur Jacob B. uit Wervershoof was veroordeeld door den kan tonrechter te Hoorn, omdat hij op 4 Nov. on der Berkhout op den Hulkerweg, met de door hem bestuurde bus een handkar, gereden door den boerenknecht Jan Turkstra, had aangereden, met zooveel kracht, dat de kar in de sloot terecht kwam. Volgens den bus chauffeur had op de handkar geen reflector gezeten en was dit de oorzaak van de aan rijding. In ieder geval kwam hij in hooger beroep, heden door de rechtbank behandeld, en had niet minder dan drie getuigen a de- fharge meegenomen. In het proces-verbaal van den rijksveldwachter was de aanwezig heid van de reflector geconstateerd. De verklaring der drie getuigen a décharge hadden niet veel om het lijf en de getuige Edam schitterde door afwezigheid, wat hem geld kan kosten Bevestiging van het vonnis 10 boete ot 5 dagen werd gevorderd. DE ADVOCAAT ZAL WEL NADER VAN ZICH DOEN HOOREN. Op 2 Nov. j.1. verscheen voor den Alk- maarschen kantonrechter de Amsterdamsche advocaat mr. R. H. Dijkstra op grond van het strafbare feit, het gewaagd te hebben in kwaliteit van pensiongast te Schoorl, alleen omhuld, voor zoover dit mogelijk was, door 'n zwembroekje, te gaan baden in het territo riale zeewater en in dit primitieve costuum op het strand te yertoeven. Door den burge meester van Schoorl was van deze overtre ding der Schoorlsche politieverordening pro- ces-verbaal opgemaakt. De behandeling voor den kantonrechter van deze zaak was helaas meer amusant dan tragisch. De ambtenaar hield een requisitoir, meer ambtelijk dan sym- pathetisch, requireerde 2 boete subs. 2 da gen, tot welke straf mr. Boerrigter den roeke- loozen zwemmer dan ook een week later ver oordeelde. Mr. Dijkstra, ex-officier, beet krachtig van zich af, bracht in herinnering zijn ouden va der, een strengen rechter, die echter in 'n der gelijke wijze van zwemmen geen aanstoot nam en liet zelfs Mussolini, aldus gecostu- meerd, de revue passeeren en was, wat wel te denken was, in hooger beroep tegen het veroordeelend vonnis gekomen. Maar al wie er kwam, niet de opposant, zoodat een afdoende verhindering moest wor den aangenomen. Een advocaat, die is ver oordeeld en een principieele beslissing in hoogste instantie verlangt, zal niet achter de schennen blijven bij de behandeling van het door hem zelf gevraagde appèl. Het staat dus wel vast, dat na het requi sitoir van den officier, die bevestiging eisch- te en na het in hooger beroep bij verstek ge wezen vonnis, wel een verzet zal volgen. HET BIJNA NOOIT ONTBREKENDE SLOTNUMMER. De 47-jarige vischventer Jan N. te Alk maar, thans gedetineerd, welk heerschap zich op strafbare wijze had geoccupeerd met min derjarige meisjes, stond in de middagzitting te dier zake met gesloten deuren terecht. De zaak was vermoedelijk nog niet voor afhandeling rijp en werd aangehouden. Uitspraken van de Strafzitting van Vrijdag 22 Februari 1935. Overtredingen van de Motor- enRijwielwet: E. H. te Egmond aan Zee 2 boete of 2 dagen hechtenis. D. ten H. te Alkmaar, W. K. te Delfzijl L. A. J. H. te Diemen, ieder 3 boete of 3 dagen hechtenis. H. de B. te Beemster, M. B. V. te Bovenkarspel, C. de M. te Zijpe, C. B. te Bergen, N. V. te Bergen, G. de V. te Nieuwe Niedorp, J. P. te Alk maar, P. B. te Wervershoof, G. N. M. te Bergen, G. de W. te Petten, ieder 4 boete of 4 dagen hechtenis. G. J. te Barsingerhorn, A. B. te Hens broek, A. N.,v. d. W. te Alkmaar, ieder 5 boete of 5 dagen hechtenis. M. H. te Etten, A. M. B. te Lisse, S. de H. te Franeker, D. V. te Edam, ieder 8 boete of 8 dagen hechtenis. L. L. te Wijk aan Zee en Duin, 12 boete of 12 dagen hechtenis. Overtredingen van de politie verordeningen: C. E. de J. te Leeuwarden, J. K. te Alk maar, Th. S. te Rotterdam, A. v. W. te Am sterdam, H. v. A. te Huizen, J. F. E. O. te Utrecht, ieder 2 boete of 2 dagen hechte nis. H. P. te Alkmaar, L. v. W. te Amster dam ieder 3 boete of 3 dagen hechtenis. Overtredingenvanart. 46lvan het Wetboek van Strafrecht (loo pen over verboden grond): C. B. Gz. te Castricum, J. B. Gz. te Castri- cum, A. W. Hzn. te Castricum, ieder 5 boete of 5 dagen hechtenis. Overtreding van art. 435 van S t r a i r e c li t (valsclien najun opgeven)! J. T. te Amsterdam, 10 boete of 10 dag«n hechtenis. Overtreding van art. 453 van Strafrecht (dronkenschap) G. L. V. te Alkmaar, 10 boete of dagen hechtenis. 10 Stad en QmeoUtg. RAPPORT BETREFFENDE HET GRONDBEDRIJF. In bijlage nr. 26 schrijven B. en W.: - 1—van Directeur lil uijiage ui. av *->• Ter uitvoering van Uw besluit van 13 April 1934 hebben wij aan den ----r van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financieele Adviezen der Vereeniging van Nederlandsche gemeenten verzocht, een rap port uit te brengen met betrekking tot de administratie van het grondbedrijf en de ge dragslijn, die de gemeente ten opzichte van dat bedrijf heeft te volgen. Het rapport d.d. 19 Juli 1934 mét bijlagen leggen wij voor U ter inzage. De briefwisseling, welke wij met betrekking tot dat rapport met de commissie van bij stand voor het grondbedrijf hebben gevoerd, heebben wij eveneens voor U ter inzage ge legd. De directeur van bovengenoemd bureau heeft in zijn rapport de volgende vragen behandeld: 1. Is het grondbedrijf der gemeente Alk maar uit een commercieel oogpunt be schouwd, wellicht ten onrechte belast met de exploitatie van sommige eigendommen en met de deswege geleden en te lijden ver liezen? 2. Welke gedragslijn behoort te worden ge volgd met betrekking tot de rentebijschijving en de daarmede samenhangende onderwer pen? 3. a. Zijn de onderdeden der grondexploi tatie administratief wel voldoende geschei den voor het verkrijgen van een juist inzicht in de oorzaken der verliezen en winsten? b. Welke veranderingen moeten in ver band daarmede eventueel in de boekhouding worden aangebracht? 4. Dienen in de verordening op het grond bedrijf wijzigingen te worden aangebracht? Wij zullen de antwoorden, die de rappor teur op de bovengestelde vragen heeft gege ven, op den voet volgen Ad. 1. De rapporteur is van oordeel, dat een reeks van terreinen, op bijlage A van het rapport aangegeven, ten onrechte in het grondbedrijf zijn gebracht of gehouden. Bij lage A vermeldt de terreinen, bestemd voor schoolwerktuin voor het buitengewoon 1. o., speeltuinen, noodwoningen, volstuintjes, op slagplaatsen voor baggerspecie, of voor an dere doeleinden, terreinen van den Hout, het Sportpark, gronden in gebruik bij den reini gingsdienst. Van bijzondere beteekenis zijn de kweekerij der plantsoenen (boekwaarde 16.616,18), het sportpark (boekwaarde 75.800,60) en de perceelen der gemeentereiniging (boek waarde 105 470,14). De rapporteur wijst hier op een bekend feit. Sedert jaren en zelfs ten deele van den aanvang af behooren tot het grondbedrijf perceelen, die althass in afzienbaren tijd geen andere bestemming zullen krijgen dan die zij thans hebben. Ongetwijfeld zal hierin geleidelijk verandering moeten worden ge bracht. Maar naar ons voorkomt zou een wijziging van den nu reeds jaren bestaanden toestand financieele consequenties medebren gen, die zeker nu niet zouden kunnen worden aanvaard. Wel moet voortaan vaststaan, dat geen nieuwe gronden met niet-commercieele bestemming aan het grondbedrijf worden toegevoegd en dat geen gronden, die inge bracht zijn, een andere dan commercieele be stemming verkrijgen zonder dat het grondbe drijf wordt schadeloos gesteld, c. q. de gron den uit het grondbedrijf worden genomen Verder wil de rapporteur buiten het grond bedrijf brengen de gronden, die z. i. eigen lijk niets met de bestemming van het grond bedrijf hebben te maken, zooals de weilanden in den Huiswaarderpolder, in den Overdie- polder en aan den Kanaaldijk. Men kan hierover veerschillend oordeelen. Immers ging men verschil maken tusschen de eene categorie gronden en de andere, dan zou men eigenlijk telkens de ontwikkeling op den voet moeten volgen en telkens opnieuw moeten vaststellen, welke gronden wel en welke niet den invloed van hun ligging in de nabijheid van de stad ondergaan. Deze grens zou telkens vrij willekeurig moeten worden getrokken. Wie zal zeggen, welken invloed b.v. het projecteeren van een weg op de waarde van de aanliggende lan- n? Dat die invloed bestaat, zal nie mand ontkennen. Het zou o. i. met het oog daarop onjuist zijn, het om de stad gelegen grondbezit voorzoover het thans weiland is, buiten de werking van het grondbedrijf té brengen. Ad 2. De rapporteur stelt zich op het ook door de toenmalige meerderheid van ons col lege ingenomen standpunt, d. w. z., dat ren tebijschrijving ook voortaan geoorloofd blijft, opdat na afloop van het vijfjarig tijdvak kan worden geconstateerd, of en in hoever de bij schrijving gewettigd was. De rapporteur brengt intusschen in herinnering, dat beide standpunten bij deskundigen verdediging vinden. Wij behoeven op deze aangelegenheid niet in te gaan, nu het voor en tegen reeds uitvoe rig in bijlage nr. 61 van 1934 is weergege ven. De leden van ons college, die toen het aan dat van den rapporteur tegenoverge stelde standpunt verdedigden, blijven dat nog als juist beschouwen. Het is naar hun meening inconsequent om, gelijk de rappor teur doet, wel te verdedigen de bijschrijving op de boekwaarde, doch van rentevordering uit te zonderen de gronden, die of voorzoo ver zij schuldvrij in het grondbedrijf zijn in gebracht. Ten aanzien van deze z.g. onge realiseerde reserve betrachtrde rapporteur de grootste voorzichtigheid. „Eerst bij verkoop der gronden zal blijken, in hoeverre deze reserve realiseerbaar is". Zonder twijfel maar geldt dat, vragen deze leden, dan niet voor de gronden waarop de rapporteur de bijschrijving wèl wil toestaan? Intusschen, de vraag omtrent de renteberekening voor de z.g. ongerealiseerde reserve heeft geen betee kenis meer, nu reeds besloten is van deze schuld geen rente te vorderen, in verband waarmede de daarvoor vroeger veroorzaakte bijschrijving thans achterwege kan blijven. Van groot belang is de vraag, of de ren - bijschrijving op alle perceelen moet PJa hebben en op de aan te wijzen perceelen dezelfde mate. Tot dusver werden alle per ceelen in de bijschrijving op gelijke wijze Dt trokken. Wij stemmen toe, dat theoretisch ge sproken, tegen deze gedragslijn bezwaren zijn aan te voeren. Doch het voordeel is, dat het geheele grondbezit eventueele vjrV" opvangt. Zou men dit veranderen en de boeK- waarde van bepaalde perceelen of complexen met het volle verlies belasten en andere vrij stellen, dan stijgt de boekwaarde van de per ceelen, waartoe de bijschrijving zou moeten worden beperkt, op zoodanige wijze, dat d verkoopbaarheid daardoor in gevaar word gebracht, terwijl men anderzijds buiten be schouwing laat de waardestijging, die de niet-aangewezen gronden hebben ondergaan of zullen ondergaan. Natuurlijk kan men de administratie altijd zoodanig inrichten, dat van elk complex blijkt, hoe de gemeente met dat complex uitkomt, maar de rentebijschnj- ving, d. i. de verdeeling van den druk van het nadeelig saldo van gewone baten en las ten van het geheele bedrijf, zal naar wij meenen op dezelfde wijze moeten blijven plaats vinden als waarop dit tot dusver ge schiedt Wij stemmen ermede in, dat de admi nistratie duidelijk het verloop van elk com plex moet aangeven. Dit is evenwel een punt van interne administratie, welke met de hier aan de orde zijnde vraag niet behoeft samen te hangen. Ad 3a. Wij komen daarmede tot vraag 3a De rapporteur beantwoordt de hier gestelde vraag ontkennend. Wij kunnen niet toegeven, dat „een juist inzicht in de verliezen of win- „sten die met bepaalde onderdeden werden „behaald, niet kon worden verkregen". Ge regeld werd, als een complex geheel was ver kocht, een overzicht verstrekt van de uit komsten van dat complex. Worden hier be doeld de uitkomsten van bepaalde onderdee- len zoolang zij nog niet verkocht waren, dan kan het standpunt van den rapporteur ver band houden met zijn hiervóór aangegeven meening omtrent het systeem van rentebij schrijving, dat niet het onze is. De rentebe rekening voor een bepaald complex is intus schen zonder bezwaar bij de administratie van elk complex aan te geven. In elk geval zal, wat in dit opzicht aan de administratie ontbreekt, worden aangevuld. Ad. 3b. Hier geeft de rapporteur aan, hoe hij zich de administratie denkt. In overeen stemming met het door hem verdedigde stel sel wenscht hij evenzooveel grondenrekenin- en in te richten als er gronacomplexen zijn iertegen kan, wij merkten het reeds op, op zichzelf geen bezwaar zijn. Wel daarentegen bestaat er naar ons voorkomt bezwaar, als consequentie daarvan te aanvaarden dat rentebijboeking op de grondenrekeningen nimmer tot een grooter bedrag dan het na deelig saldo der rekening van baten en las ten van het desbetreffend grondcomplex mag plaats vinden. Hierdoor zou men feitelijk een aantal grondbedrijven krijgen in plaats van één, elk met zijn eigen geschiedenis. Zoo gaat de eenheid van het bedrijf ver loren. Als één complex b.v. geen saldo heeft in een bepaald jaar, zou daarop rentebijboe king niet zijn toegelaten. Daarentegen wor den andere met de volle zwaarte van hun tekort belast. De tot dusver gevolgde ge dragslijn heeft een egaliseerende strekking, die naar wij meenen in het belang is van het bedrijf en van de stabiliteit, die een van de elementen der gemeentelijke grondpolitiek moet zijn. Alleen dan trouwens kan de ge meente de economische prijsvorming op den voet volgen, wanneer zij niet belemmerd wordt doordat de verkoopprijs in haar eigen berekeningen toppen vertoonen moet, die ver oorzaken, dat het eene complex, dikwijls door toevallige omstandigheden voor veel lager priis kan worden verkocht dan het andere. Daarbij komt, dat het begrip „complex gronden" in de eene gemeente een geheel an dere beteekenis heeft dan in de andere. Hier hebben de „complexen" een vrij geringe op pervlakte. In een groote stad kan men zon der bezwaar voor ver uit elkander gelegen terreinen een verschillende prijspolitiek vol gen. In een gemeente als Alkmaar zal dit niet ongestraft kunnen geschieden. Ad 4. Wij hebben geen bezwaar van het in bijl. 61 van 1934 voorgestelde tweede lid van artikel 35 de woorden „welke verstrek king op een afzonderlijke rekening wordt ge administreerd" te doen vervallen. Eveneens hebben wij geen bezwaar, in plaats van de bij het taxatierapport gevoegde berekeningen, welke tot grondslag hebben gediend voor de in bijlage 61 opgenomen mededeelingen, te stellen die van den samen steller van het thans aan de orde zijnde rap port. tertgevolge waarvan het taxatie-verlies wordt bepaald op 168.849.95. Ter dekking hiervan wordt, overeenkomstig de verorde ning, in de eerste plaats aangewezen het reservefonds, groot per 31 December 1933 16457,82. waarna het restant, ad 152.392,12 moet worden afgeboekt op de ongerealiseerde reserve, die derhalve van 499.143 02 wordt verminderd tot 346.750,89. Op grond van het vorenstaande geven wij B. en W. in overweging opnieuw tot behan deling van het voorstel, opgenomen in bij lage nr. 61 van 1934, gewijzigd als hier is aangegeven, over te gaan. INSCHRIJVINGEN HANDELS- REGISTER 19—26 Februari 1935. Nieuwe zaken: Den Helder: L. Droog, Sluisdijkstraat 101manufacturenhandel. P. Vlas, Ooievaarstraat 105, slagerij. Ursem: G. van Duin, Rustenburg B 88, slager. Wijzigingen: Alkmaar: J. Koelman, Spoorstraat 37, winkel in tabak, sigaren enz. Overgegaan aan: wed. G. HagenaarHouten. N.V. Ambrosine- en Honingzoetfabriek v.h. P. J. Boom, Luttik Oudorp 56. Statuten wijziging. N.V. American Petroleum Company; NV Mij. tot détailverkoop v. petroleum „De Automaat; N.V. Mij. „Petrolifère; benoe ming beheerder districtskantoor Alkmaar. N.V. Dameshoedenmagazijn v.h. H. Lind Mient 35. Bestuurswijziging. Wanhopige passagier, op de treeplank„Zeg niet, dat op de huwelijksreis bent I Ik ben net aan zulk een paartje ontsnapt ln de coupé hiernaast I" (Humorist). in ongeregelde goederen. Bedrijf verplaatst naar Amsterdam. Bergen: Garage Centraal N.V., Breelaan 3. Bestuurswijziging. Castricum: N.V. Bouw- en Exploitatie Mij „De Horn", Dorpsstraat 15. Bestuurswijzi- ging. Koedijk: Coöp. Aan- en verkoopvereeni- ging „Koedijk'', Kanaaldijk 119a. Bestuurs wijziging. Opheffingen: Alkmaar: Café „De Kaasdrager" (eig. Jb Klinkhamer), Houttil 34. Jjitwwland In den nacht van Dinsdag op Woensdag hebben tot heden onbekend gebleven perso nen zich toegang verschaft tot de confectie fabriek van de firma Gebr. M. aan de Zuid oosterstraat te Tilburg. De dieven hebben er heel wat voor moeten doen eer ze binnen wa ren. Na in de Goudenregenstraat over een muurtje te zijn geklommen, kwamen zij door middel van een ladder op het platdak boven de garage. Daar sneden zij een glasruit uit, waardoor zij in de garage konden komen. Toen waren ze er echter nog niet Eerst na een schuifdeur uit haar rail te hebben gelicht kwamen zij in de fabriek en de aangrenzen de kantoren. Hun zware arbeid werd ten slotte slechts schraal beloond. Uit een op het kantoor staand kastje, dat zij forceerden, stalen zij een bedrag aan geld van zegge en schrijve acht-en-dertig harde Nederlandsche centenVoorts ontfermden zij zich nog over een vijftigtal sigaren en drie stukjes cho colade. De brandkast lieten zij vrijwel on aangeroerd. Men neemt thans bij de spoorwegen proe ven teneinde tegemoet te komen aan den wensch naar een betere verlichting van over- wegboomen, en om het veelvuldig stukrijden te voorkomen, met electrische verlichting op den afsluitboom zelf. Op iederen boom wordt n.1. een electrische lantaarn (model autolantaarn) met zoeklicht bevestigd, die, zoodra de boom in beweging komt, automatisch gaat werken, en den af sluitboom scherp verlicht. Juist gedurende de beweging is de verlichte boom tegen den duisteren achtergrond, reeds op grooten af stand een uitstekende waarschuwing voor den naderenden autobestuurder. Het spreekt vanzelf, dat deze overweg- boomverlichting het meest tot haar recht kom, waar weinig of geen andere verlichting is. Gebruiken de autobestuurders dus hun volle verlichting, dan zal de boomverlichting minder goed zichtbaar zijn. De proeven wor den thans genomen op een tiental plaatsen in het land. Het ligt in de bedoeling daar mee door te gaan en de verlichting geleide lijk aan te brengen op plaatsen waar dit wenschelijk en nuttig wordt geacht en waar dit mogelijk is, want er moet natuurlijk over electrisch licht kunnen worden beschikt. Onder de militairen van het garnizoen te Amersfoort heerscht griep. Het hospitaal is geheel vol met patiënten. Velddienstoefeningen zijn voorloopig af gelast; de inarschen worden gehouden zon der bepakking. Aangezien gebleken is, dat een controle cordon rondom de Residentie nog niet geheel afdoende is om het verkeer der niet geconces- sioneerde busdiensen te belemmeren, heeft de dienst van het rijkstoezicht op de Spoor wegen thans een anderen maatregel geno men. Niet alleen worden de in- en uitgangen van Den Haag nog steeds bewaakt, doch boven dien rijden thans eenige ambtenaren van dien dienst per auto langs de route naar Am sterdam. Dit geschiedt om te beletten, dat de passagiers per taxi naar een bepaald punt vervoerd worden om daar in de gereedstaan de bussen over te stappen. Hierdoor is men er bijvoorbeeld gistermorgen in geslaagd, nabij de Haagsche Schouw een bus met pas sagiers van de Residentie Expresse aan te houden. De passagiers werden genoodzaakt uit te stappen en de bus werd eenigen tijd vastgehouden, totdat de passagiers ver ge noeg weg waren. Daarna werd de bus weer vrij gelaten. Verschillende autobusondernemingen had den hun toevlucht tot andere maatregelen genomen. Zij staakten het busverkeer, doch vervoerden de passagiers, die zich aanmeld den, in groepen van 5 of 6 per taxi. pig ongemoeid. Men is n.1. van meening, dat de ondernemers met deze wijze van transport tegen de vigeerende tarieven, toch niet tot een rendabel bedrijf kunnen komen, zoodat zij er na verloop van tijd zelf wel mee zullen ophouden. H. M. de Koningin heeft gistermorgen met H. K. H. prinses Juliana een lange wandeling in de omgeving gemaakt, wnarna de beide koninklijke gasten zich aan de rodelsport wijdden, waarvoor juist een bijzondere gelegenheid bestohd in verband met het feit, dat versche droge sneeuw was gevallen tot een dikte van 40 c.M. Des middags heeft H. M. de Koningin tezamen met H. K H. Prinses Juliana op het balcon van het hotel in ligstoelen zonnebaden genomen, terwijl de ver schillende leden van het koninklijke ge volg een skitoer in de omgeving maak ten. In Unterwasser zijn thans in totaal mgeveer 240 gasten aanwezig. In de zitting van de Eerste Kamer vai. gisteren is medegedeeld, dat thans is. ingekomen een brief van den heer J. W .J. baron de Vos van Steenwijk. dat hij ontslag neemt als lid der Kamer. Hiervan zal kennis worden gegeven aan H. M. de Koningin. Voor de rechtbank te Amsterdam heeft terecht gestaan een 23-jarige man, ver dacht van onttrekken van een minder jarige aan het ouderlijk gezag. Het 17-jarige meisje, waarmee de jon gen omgang had, was in September van huis veggeloopen De jongeman had een kamer voor haar gehuurd en hiar op dAe wijze verborgen gehouden tot medio December. Door een advertentie kreeg de kamer verhuurder argwaan; hij sprak er over met den jongen, die onmiddellijk het meisje liet verhuizen. Voor de rechtbank verklaarde de va der, dat hij bezwaar had tegen den om gang tusschen verdachte en zijn dochter e.. dat reeds maatregelen waren getrof fen om het meisje in een inrichting te doen plaatsen. Verdachte heeft, aldus de officier mr. Versteegh, het minderjarige meisje aan het ouderlijk gezag onttrokken en baar gedurende geruimen tijd verborgen ge houden. Spr. achtte het feit zeer ernstig en een strenge straf is hie rop haar plaats; de officier eischte een gevangenisstraf van drie maanden tegen verdachte. Vonnis 1* i- jM4fezondm Stukken Omdat bij Alkmaarsche ingezetenen op bit oogenblik schilderwerk wordt uitgevoerd door buitenlandsche schilders wenschen wij in dit verband de Alkmaarsche ingezetenen er opmerkzaam op te maken, dat thans in den Ned. schildersgezellen Bond met zijn 7.000 leden bijna 70 pet. diei leden zonder werk is en dat de Hollandsche arbeiders in Duitsch- land al reeds sinds een aantal jaren geweerd worden. Ook willen wij onder de aandacht brengen, dat de leuze „koopt Nederlandsch fabrikaat" voortdurend tegenover het publiek wordt aangeheven met de bedoeling, in deze ernstige tijden onze industrie tegen buiten landsche concurrentie te beschermen. Waar deze leuze geldt voor de bescher ming vin doode producten, mag zij toch ook zeker gelden voor de levende arbeidskracht. Het is daarom dat wij een beroep op U doen indien U schilderwerk in uitvoering hebt te geven dit door Nederlandsche schilders te laten doen. In normale tijden zouden wij zeker niet een dergelijk beroep doen omdat wij prin- cipieel van oordeel zijn, dat de wereld voor ieder moet openstaan Maar in dezen moei lijken tijd, waar de werkloosheid in eigen land zoo'n schrikbarenden omvang heeft aangenomen en waar het buitenland alles doet om de moeilijkheden te vergrooten, door Hollandsche arbeidskrachten te weren, lijkt het ons plicht van Nederlanders aan Nederlandsche arbeidskrachten de voorkeur te geven. Met dank voor de plaatsing. Het bestuur der afd. Alkmaar vafl den Ned. Schildersgezellenbood.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 8