dagblad voor alkmaar en omstreken.
Begrooting Economische zaken.
.58uUettiand
De strijd in Griekenland.
Het Engelsche Witboek.
De gebeurtenissen in Europa.
Qegetijhsch O veezicht
No. 55 Dit nummei bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK.
Woensdag 6 Maart 1935
137e Jaargang
Minister Steenberghe aan 't woord.
Het Erigelsche Witboek en het aangekondigde
bezoek aan Duitschland.
De opstand in Griekenland; de regeering meester
op het vaste'and, de opstandelingen machtig op
de eilanden.
DE ZIEKTE VAN HITLER.
Hoe andere landen er op reageeren.
Wat vandaag de
aandacht trekt.,.
ALKMAARSCHE COURANT,
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIES
Van 15 regels 1.25, elke rerfel meer o
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMS. COSTER ZOON. Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Zitting Eersle Kamer.
DEN HAAO, 5 Maart 1935.
Minister Steenberghe, die de vorige week
in de Tweede Kamer de aanneming van zijn
wetsontwerp betreffende verbindend of on
verbindend verklaren van ondernemersover
eenkomsten erdoor heeft gekregen, moest
heden alweer in de Eerste Kamer zijn voor
de behandeling van zijn begrooting.
Bij den aanvang der vergadering kregen
wij de min of meer benauwende mededeeling,
dat er een dozijn sprekers was ingeschreven.
Maar dit beteekende niet, dat er veel nieuws
in het midden werd gebracht.
De heer Danz (s.d.) heeft den minister
verweten, lang niet genoeg te doen- aan
steun voor industrie en scheepsbouw, vooral
niet in vergelijking met den landbouwsteun.
Hij drong er op aan, dat het werkfonds zou
worden gebruikt om de verouderde handels
vloot te vernieuwen, zoodat zij weer zou
kunnen concurreeren. En hij bepleitte in
stelling van een centrale industriebank in
het belang der industrialisatie.
Mr. Drooglever Fortuyn (lib.) uitte den
wensch, dat geleidelijk met landbouwsteun
zou worden opgehouden. Hij merkte op, dat
Rotterdam van welke stad hij burgemees
ter is een maal van groote beteekenis als
graan- en fruitmarkt, als zoodanig vernie
tigd dreigt te worden door het achteruitgaan
van graan- en fruithandel ten gevolge van
de steunpolitiek.
De heer Ter Haar (c.h.) vond het uitne
mend, dat de minister, om den invoer te be
perken, niét zijn toevlucht neemt tot ver
hoogde invoerrechten, maar liever tot het
soepeler middel der contingenteering. Maar
hij bewondert niet de manier, waarop Z Exc
de contingenteering toepast, omdat z.i de
importhandel er veel te. veel door wordt' ge
schaad. Daarvan weet Amsterdam mee te
spreken, waarvan de heer Ter Haar oud
wethouder is. Ook hij vond voorts den steun
aan de scheepvaart veel te beperkt. Voor het
laatste verdrag met Duitschland betreffende
het betalingsverkeer voelt hij geen bewonde
ring. En tenslotte drong hii er op aan, dat
de evenredige vrachtverdeeling met spoeJ
ook op de Rijnvaart zou worden toegepast.
De heer Blomjous (r.k.) brak weer een
lans voor beschermende rechten. Hij wees
erop, dat de werkloosheid in ons land het
meest was toegenomen, nadat in September
1931 Engeland den gouden standaard had
verlaten en hooge beschermende rechten was
gaan invoeren. Z.i. had de regeering hierna
geen week moeten wachfen met de indiening
van een wetsontwerp inzake heffing van
hooge invoerrechten in het belang der in
dustrie. Contingenteering vindt hij op dit
stuk lang niet voldoende.
De heer Gelderman (lib.) zong daarna
mede in het koor dergenen, die geleidelijk
vereenvoudiging van de landbouwcrisiswet
geving en vermindering van den landbouw
steun wenschen.
Hij werd gevolgd door den heer de Jong
(r.k.), die een verbod van machines in de
sigarenindustrie wenscht; een beperking van
den graaninvoer uit Landen, die onze pro
ducten niet voldoende afnemen; en een
betere regeling van de evenredige vrachtver
deeling voor de binnenvaart.
Daarna pochten wij naar huis. De Eerste
Kamer vervult volgens velen een nuttige
rol in ons staatsbestel, maar o, wat is zulk
een begrootingsdebat een herkauwen!
Er zijn twee gebeurtenissen, die
vandaag de aandacht trekken: de
commentaren op het Engelsche wit
boek en de gebeurtenissen in Grie
kenland. En hoewel het laatste nog
vrijwel beperkt blijft binnen de
Grieksche grenzen (al volgen de om
ringende landen met groote belang
stelling de ontwikkeling van de re
volutie) is de publicatie van het En-
gelsche witboek misschien voor ons
van nog meer beteekenis, omdat hier
de politiek van meer dan een land in
1 aangeroerd wordt.
De inhoud van het Engelsche witboek mag
bekend worden verondersteld en het spreekt
haar vanzelf, dat vooral in Duitschland uit
voerige commentaren daarop geleverd zijn,
commentaren, welke men hier naast vermeld
vindt. Echter, hoe interessant die perscom
mentaren ook zijn, nog meer trekt een Reuter-
bericht uit Londen de aandacht.
Immers, dat Reuter-bericht maakt melding
van de mededeeling, dat de Duitsche regee
ring verzocht heeft, om uitstel van het En-
jjelsche bezoek aan Berlijn, zulks naar aan-
eiding van de lichte ongesteldheid van
Hitier.
De Engelsche bladen publiceeren het be
richt in groote opmaak en met dikgedrukte
koppen.
De liberale „Star'' meldt, dat de mededee
ling uit Berlijn groote verrassing gewekt
heeft in Londen.
De „Press Association" meldt, dat de
Duitsche regeering naar het schijnt niet heeft
aangegeven hoe Tang de Duitsch-Engelsche
besprekingen moeten worden uitgesteld, 't Is
waarschijnlijk dat de ziekte van Hiller niet
het eenige motief is voor het uitstellen der
besprekingen.
Dergelijke vermoedens worden in diploma
tieke kringen niet gedeeld. Eenige critische
waarnemers zijn geneigd te veronderstellen,
dat het uitstellen der onderhandelingen in
verband staan met de publicatie van 't wit
boek. In regeéringskringen is men echter van
meening, dat de verwijzing in het witboek
naar de Duitsche herbewapening geen nieuw
tje is voor de Duitsche regeering, aangezien
Baldwin reeds eenigen tijd geleden in het La
gerhuis op dergelijke wijze over hetzelfde
thema heeft gesproken.
Het is nog niet bekend, aldus gaat de
„Press Assoc'ation" voort, we'ke uitwerk'ng
het uitstellen van het bezoek van Simon aan
Berlijn zal hebben op de voorgenomen reis
naar Moskou en Warschau.
De toestand zal vandaag op de kabinets
zitting ter bespreking worden gebracht.
De Britsche ambassadeur te Berlijn heeft
aan minister von Neurath een boodschap van
zijn regeering overhandigd, waarin deze haar
leedwezen over de ongesteldheid van den
kanselier en haar wenschen voor een spoedig
herstel uitspreekt.
De toestand in Griekenland.
De revolutionnaire beweging in Grieken
land duurt nog steeds voort en noch de op
standelingen, noch de regeering hebben gis
teren tastbare vorderingen gemaakt. Natuur
lijk is het met geen mogelijkheid te zeggen,
hoe deze actie zich verder zal ontwikkelen,
maar het ziet er naar uit, dat de regeering
zich zal kunnen handhaven.
De Grieksche regeering heeft het vanzelf
sprekend niet gemakkelijk, want als de rebel
len zich niet zonder tegenstand overgeven,
zal deze revolutie een bloedig, waarschijnlijk
een zeer bloedig verloop hebben. En een oor
log tusschen twee landen mogen al verschrik
kelijk genoeg zijn, een bloedige opstand in
eigen land is nog menschonteerender, omdat
hier dan steeds twee groepen tegenover el
kaar staan, die behooren tot één land, één
natie, één vo'k.
Venizelos.
De Grieksche minister van oorlog heeft gis
teren een laatste waarschuwing tot de rebel
len gericht en geëischt, de wapenen over te
geven en zichzelf over te geven aan de recht
matig regeering, aangezien anders de ver
schrikkingen van een oorlog in Oost Mace
donië door bombardementsvliegtuigen, caval-
lerie, artillerie en infanterie nog vergroot
zouden worden. De minister hoopte, dat een
einde zal komen aan het vergieten van broe
derbloed, dat zou vloeien door den schuld
van Venizelos.
Intusschen is de strijd tusschen de regee-
ringstroepen en de opstandelingen aangevan
gen. De regeringstroepen hebben de door
de opstandelingen vernielde bruggen her
steld, een groot aantal vliegtuigen heeft op
standige rebellen met bommen bestookt, kort
om, er is overal actie. En het behoeft geen
betoog, dat de algemeene toestand nog steeds
zeer verward en gevaarlijk is.
Intusschen heeft de Grieksche regeering
weer vijf lichtingen opgeroepen, die waar
schijnlijk naar de Grieksche eilanden zullen
worden gedirigeerd, omdat zij daar het meest
noodig zijn. Want als de berichten waar zijn,
moet het op het vasteland tamelijk rustig
zijn, maar zouden de opstandelingen op de
eilanden de macht vrijwel in handen heb
ben. Vrijwel vast schijnt te staan, dat de
vloot voor het overgroote deel in handen der
opstandelingen is, waardoor het voor de re
geering zeer moeilijk zal worden, om op de
eilanden krachtdadig op te treden. Zulks in
tegenstelling met de situatie op het vaste
land. Want in Saloniki bijvoorbeeld zouden
de ojostandelingen na een hevig en bloedig
gevecht teruggeslagen zijn. Daarentegen zou
den de opstandelingen op de vloot zeer kras
se maatregelen hebben genomen. Zij zouden
25 manschappen, die niet aan de revolutie
wenschten deel te nemen, hebben gefusileerd;
verder zou de prefect van Kreta en de voor
malige prefect van dit eiland zijn gefusileerd,
terwijl tenslotte wordt gemeld, dat Venizelos
het voornemen zou koesteren om over te gaan
tot een aanval op Athene.
In het kort kunnen wij dus aldus zeggen:
de regeering schijnt meester te zijn op het
vasteland, de opstandelingen schijnen de
macht op de eilanden te bezitten. En de kwes
tie is nu maar: wie zal de machtigste zijn?
En een tweede vraag, die thans moet wor
den gesteld, is: hoe zullen de andere Balkan-
landen op dezen opstand reageeren?
Het spreekt welhaast vanzelf, dat de op
stand in Griekenland door de naburige
regeeringen met groote aandacht gevolgd
wordt en dat in de bladen uitvoerig over de
ontwikkeling van den Griekschen burger
oorlog geschreven wordt. Verschillende re
geeringen hebben haar maatregelen geno
men om eventueele grensversterking.
President Zainis van Griekenland.
Bulgaarsche veiligheidsmaatregelen.
De Bulgaarsche minister van buitenland-
sche zaken, Batoloff, heeft gistermiddag de
vertegenwoordigers van de buitenlandsche
pers bij zich ontvangen en hun verklaard,
dat de gebeurtenissen in Griekenland, waar
van het strijdperk klaarblijkelijk steeds meer
verschuift naar de aan Bulgarije grenzende
deelen van Macedonië en Thracie, de Bul
gaarsche regeering in zoo verre interessee
ren als zij den vrede op den Balkan in ge
vaar zouden kunnen brengen. Bulgarije
houdt onwrikbaar vast aan den vrede en
aan de goede betrekkingen met zijn naburen
en heeft niet het voornemen hun moeilijkhe
den uit te buiten of zelfs ook maar te ver-
grooten.
Dit feit maakt Bulgarije echter niet vrij
van de verplichting zijn waakzaamheid aan
de grenzen te vergrooten en zijn grensbe
scherming door uit het binnenland der
waarts gezonden troepenafdeelingen te ver
sterken.
Deze maatregelen zijn uitsluitend van
voorbehoedenden aard en ter bescherming
van het land genomen. Zij zijn volkomen in
overeenstemming met het volkenrecht. De
Bulgaarsche gezant heeft instructie gekre
gen de Grieksche regeering een verklaring
in dien zin te overhandigen.
De vraag van een journalist of het juist
was, dat Turkije de laatste dagen zijn troe
pen in Oost-Thracie buitengewoon versterkt
heeft en aan de Bulgaarsche grens veel
oorlogsmateriaal ophoopt, beantwoordde de
minister van buitenlandsche zaken bevesti
gend.
In dit verband verklaarde hij nog, dat
Bulgarije, gelijk ook premier Lateff in zijn
programredevoering heeft gezegd, zich
streng houdt aan het tusschen Bulgarije en
Turkije bestaande vriendschapsverdrag. Bul
garije wil ook verder met Turkije, evenals
met zijn overige naburen in vrede en vriend
schap blijven leven. Onverklaarbaar is het
dan ook, waarom de Turksche regeering de
ze maatregelen in Oost-Thracie en aan de
Bulgaarsche grens neemt.
Spr. hoopt, dat deze maatregelen niet ge
richt zijn tegen Bulgarije, aangezien de Bul
gaarsche regeering daartoe noch aanlei
ding heeft gegeven, noch geven zal.
De minister van buitenlandsche zaken
keerde zich vervolgens tegen de perscam
pagne, die een deel der Turksche bladen
sinds eenigen tijd tegen Bulgarije voert en
die een voor de betrekkingen tusschen de
beide landen ongunstige atmosfeer kan
scheppen.
Bezorgdheid in de Zuid-
Slavische pers.
De Zuid-Slavische pers beziet de ontwik
keling van den toestand in Griekenland niet
zonder zorg. Een uitvoerig commentaar pu
bliceeren echter slechts de „Novisti" uit
Agram die o.m. verklaren, dat de voor
naamste rol bij den Griekschen opstand zon
der twijfel gespeeld wordt door de buiten
landsche politiek.
Venizelos had immers voor ongeveer een
jaar er op gewezen, dat hij niet van zins was
de overeenkomst inzake het Balkanpact te
erkennen. Het was hem gelukt voor zijn
politiek een groote mogendheid te vinden aan
de Middel landsche zee, wie de bewegingen
op den Balkan niet in haar berekeningen
Easte. Ook voor het geval, dat Venizelos aan
et bewind zou komen zou hij het Balkan
pact niet zonder meer op zijde kunnen schui
ven want de stemming in Griekenland tegen
de genoemde groote mogendheid is niet bij
zonder vriendelijk. Het blad herinnert dan
aan de demonstraties in Athene en in den
Piraeus tegen Italië en aan de botsingen op
de Dodekanesos, waarna het als volgt
voortgaat: Griekenland zou zonder het
Balkanpact niets beteekenen, doch geraken
in den toestand van Albanië of een anderen
kleinen staat, die speelballen zijn in de
handen der groote mogendheden.
De „Prawea" meldt uit Parijs, dat men
ook daar de golf van den Griekschen op
stand ziet uitfoopen in een wijziging van de
buitenlandsche politiek. Alles zou afgestemd
zijn op een vijandige houding tegenover
Frankrijk.
Fransche oorlogsschepen naar
Griekenland.
Met het oog op de gebeurtenissen in Grie
kenland heeft de Fransche minister van
Marine den in het Oostelijk deel van de
Middellandsche Zee gestationneerde torpe-
doager Verdun bevel gegeven direct Piraeus
aan te doen, om zoo noodig te zorgen voor
de bescherming van Fransche onderdanen.
Bovendien worden twee kruisers van het
Middellandsche Zee-eskader in gereedheid
gebracht om naar Griekenland te kunnen
vertrekken.
De beslissing binnen twee dagen?
De Grieksche minister van oorlog is naar
het front vertrokken. Volgens een officieele
mededeeling wordt de beslissing binnen
twee dagen verwacht. De golf van Saloniki-
is door mijnen versperd.
Duitsche commentaren.
In ons Dag.-Overzicht hebben wij reeds
iets van het Engelsche Witboek aangestipt,
maar volledigheidshalve moeten wij hier
nog even melding maken van enkele Duit
sche perscommentaren.
De Deutsche diplomatische Korrespon-
denz schrijft er o.a. het volgende over:
„Interessanter en kenteekenender dan het
feit der Engelsche bewapenings-uitbreiding,
die toch reeds een sedert lang vastgestelde
zaak was, zijn de argumenten, waarmede
de nationale regeering tegenover het bin
nen- en buitenland het afzien van de tot
dusver gevoerde ontwapenings-politiek tracht
te rechtvaardigen. De onbevooroordeelde
waarnemer moet constateeren, dat licht en
schaduw hier toch zeer ongelijkmatig zijn ver
deeld. Het kan een regeering niet verboden
worden den toestand zoo voor te stellen, als
zij het voor juist houdt; men mag echter
verwachten, dat daarbij tegenover de afzon
derlijke staten dezelfde maatstaven worden
aangelegd. De geheele voorstelling van het
Engelsche memorandum is er op afgestemd
de voornaamste schuld voor den moeilijken
toestand der wereld en de nieuwe bewape
ningsproblemen, waarvoor Engeland zich
gesteld ziet op Duitschland af te wentelen.
Slechts terloops wordt vastgesteld dat ook
andere mogendheden hun strijdkrachten
hebben vermeerderd; zelfs aan de Russi
sche bewapeningen wordt niet de aandacht
gewijd, die zij zelfs volgens den wil van
De gebeurtenissen in Europa; het
Engelsche Witboek en de ziekte van
Hitier; de toestand in Griekenland.
(Dag. Overzicht).
De opstand in Griekenland. (Bui
tenland).
Perscommentaren op het Engel
sche Witboek. (Buitenland).
Het proces-Ri"telen. (Buitenland.)
De Lutinetoren in goeden 6taat.
(Binnenland).
Zware brand te Oss. (Binnenland).
Man te Dordrecht door trein ge
grepen en gedood. (Binnenland).
Vechtpartij te Venlo. (Binnen
land.)
Inbrekers gevat te Amsterdam.
(Binnenland).
H. de Boer te Hoogwoud 40 jaar
notaris. (Stad.)
P. de Bie houdt 15 jaar. (Rechts
zaken.)
Nachtelijke inbraak in het kan
toor van de fa. Geels, alhier.
(Rechtszaken.)
(Zie verder eventaeel li«Me
berichten).
leidende Russische politici voor zich moeten
opeischen.
In hun bewering betreffende de oorzaak
van het mislukken der ontwapeningsconfe
rentie nemen de schrijvers van het Engelsche
memorandum alles over, wat niet op docu
menten gegrondvest is en tot dusverre
slechts in onzakelijke perspolemiek van ande
re landen naar voren is gebracht De gehee-
len tijd van het Duitsche lidmaatschap van
den Volkenbond was slechts één enkel wach
ten op de vervulling van de ontwapenings
belofte. Slechts toen het in den loop der ja
ren steeds duidelijker werd, dat toonaange
vende mogendheden niet dachten aan het
nakomen van de belofte, maar hoogstens
aan een verdere verscherping van de Duit
sche ontwapening onder gelijktijdige ge
bruikmaking van alle nieuwere ervaringen
en ontdekkingen der techniek voor de bewa
pening der eigen legers, moest Duitschland
inzien, dat zijn verdere medewerking in Ge-
neve vruchteloos zou blijven.
Het heeft echter gelijk uit algemeen toe
gankelijke documenten blijkt, ook na 14 Od.
1933 steeds vastgehouden aan de gedachte
der internationale samenwerking, der ver
zoening en der overeenstemming. Het heeft
zijn aanspraken inzake veiligheid beperkt tot
het minimum van een zuiver defensieve reor
ganisatie en slechts de voorbereidingen ter
hand genomen, die onvermijdelijk waren,
wanneer het tegenover de algemeene en
koortsachtige bewapeningsuitbreiding rond
om in de wereld niet met volledige onbe
kwaamheid wilde staan. De onderhandelin
gen over het ontwapeningsvraagstuk in
April van het vorig jaar, zijn, gelijk bekend
is, niet gestrand op Duitschland, maar op
anderen. Ook daarvan vermeldt het Engel
sche witboek helaas niet.
De Britsche regeering motiveert in haar
witboek ook de noodzakelijkheid van haar
bewapeningsversterkingen daarmede, dat zij
niet in staat zou zijn haar uit het verdrag
Locarno voortvloeiende verplichtingen na te
komen. Het verdrag van Locarno garandeert
ook de veiligheid van Duitschland. Het kan
derhalve van Engeland in een gegeven
geval een ondersteuningsactie eischen en be
groet het derhalve, wanneer Engeland het
als zijn taak noemt allen recht te doen we
dervaren. Die beteekenis mag in het Engel
sche witboek niet over het hoofd worden ge
zien.
In de geheele wereld is het verlangen naar
ontspanning naar wederopbouw en vrede
nooit zoo sterk aan den dag getreden als
thans en een buitenlandsch staatsman heeft
dezer daoen niet ten onrechte geconstateerd,
dat wii na de oolossing van het Saarpro-
bleem te doen hebben met een nieuwe ont-
spannincsgolf in de wereld. De resignatie
waarmede Engeland tendenties in zijn wit
boek over het hoofd ziet, en het gebrek aan
geliikmoedigheid kunnen echter niet als een
gelukkigen vooruitgang beschouwd worden.
Andere commentaren.
De Berlijnsche ochtendb1aden bespreken
in hun hoofdartikelen uitvoerig het Engel
sche Witboek. Veel nieuws brengen deze com
mentaren niet, als men bovenstaande gele
zen heeft. Wij volstaan dan ook met de me
dedeeling, dat de bladen alle mei nadruk
wijzen op het „eenzijdige karakter van deze
officiëele Enge'sche uitlating, waarin
Duitschland niet met dezelfde maat wordt
gemeten als de andere mogendheden".
De Fransche „Temps" schrijft tenslotte
nog, dat het Witboek in zooverre een docu
ment is van te -Her grootste beteekenis, om
dat het de houding van Engeland ondubbel