8
s
s
8
Stad en Omgeving.
is stzxMs jéjèrv
feuilleton
Komt de oestercultuur er weer bovenop?
HONIG'S SOEP/
8
8
8
Erdal zoo goed voor 't leer!
EVAARLIJK SPEL
Met hulp der regeering is werkgelegenheid ge
schapen. Goede resultaten met uitzaai van
Fransche oesters.
HOOP OP DE TOEKOMST.
(Van onzen reisredacteur.)
De tegenslagen, die de Zeeuwsche oester
cultuur den laatsten tijd ondervindt, zijn
onzen lezers bekend. Wij hebben er indertijd
uitvoerig over geschreven, waarbij wij
moesten constateeren, dat er weinig uitzicht
op verbetering bestond. Wat er aan Zeeuw
sche oesters op de internationale markt
kwam, was nog altijd eerste klas, maar
de productie liep door allerlei omstandighe
den onrustbarend achteruit. Men zag in
Ierseke de toekomst donker in en liet het
hoofd hangen.
Thans evenwel laat het zich aanzien, dat
verbetering van de toestanden op komst is.
De oersterbanken, die men den laatsten tijd
vrijwel had verwaarloosd, worden met be
hulp van het departement van economische
zaken schoongemaakt, hetgeen aan vele han
den welkomen arbeid geeft, en aan den an
deren kant is uit den vreemde nieuw oester-
broed betrokken, waarmede men tot nu toe
bevredigende resultaten heeft bereikt.
Wij zijn weer eens ter plaatse gaan kijken
en konden constateeren, dat het vertrouwen
in de toekomst bij velen is teruggekeerd.
Weliswaar lijkt het er nog niet op, dat de
oude welvaart is weergekomen, docb men
heeft weer goeden moed en er wordt weer
gewerkt.
Interessant bedrijf-
Om een juist inzicht in den toestand te
geven, dienen we een kleine excursie te ma
ken naar dit interessante bedrijf, dat inter
nationaal zoo'n uitnemende bekendheid ge
niet en tot voor eenigen tijd in vele plaatsen
het Zuid-Westen van ons land groote wel
vaart heeft gebracht. Voordat de oester op
tafel komt, is er veel zorg aan besteed; de
prijs van deze lekkernij wordt voornamelijk
bepaald door de groote hoeveelheid arbeids
loon, die eraan ten koste is gelegd, hetgeen
weer met zich meebrengt, dat, wanneer de
cultuur ten deele stil ligt, ook de werkloos
heid snel toeneemt.
De voortplanting van de oester is al heel
merkwaardig. Beurtelings is hetzelfde dier
mannelijk en dan weer vrouwelijk, doch
nimmer tegelijkertijd, zoodat zelfbevruch-
ting niet voorkomt. De eicellen, die om
streeks Juni in de dan vrouwelijke oesters
worden geproduceerd, worden bevrucht door
de zaadcellen, die terzelfder tijd door de dan
mannelijke oesters in het zeewater worden
losgelaten. Binnen de schelp van de moe
deroester groeien de eicellen uit tot larven,
die na eenigen tijd in het water worden uit-
gestooten. Een oester met larven is kenbaar
aan het zoogenaamde „melken": de larven
tezamen vormen een roomachtig substantie,
die eerst melkachtig van kleur is en bij rijpe
larven donkergrauw.
De uitgestooten larfjes zwemmen in het
Scheldewater rond, doch verliezen na onge
veer een week het vermogen om zich voort
te bewegen, waardoor zij in het water naar
beneden zakken. Op den bodem zetten ze
zich neer op alles wat ruw is. Dan is het
moment gekomen, dat de cultuur ingrijpt,
door aan de vallende larfjes een gescnikten
ondergrond te geven. Vroeger bestond deze
uit dakpannen, die met een speciale soort
kalkspecie werden bedekt, den laatsten tijd
werden daarvoor uitsluitend klokhanen-
schelpen gebruikt, die uit de Zuiderzee en de
Schelde werden opgehaald. De kalk op de
pannen was van dien aard, dat ze makkelijk
afbrokkelde, zoodat de oester bij verwijde
ring niet werd beschadigd; de kolhaan-
sthelp laat men aan de groeiende oester
zitten, daar ze vanzelf verteert. Wanneer de
oesters, die als larven op de pannen of
schelpen zijn neergestreken, voldoende zijn
gegroeid, vischt men ze tegen den winter op
en brengt men ze naar de al of niet over
dekte oesterputten aan de kust. Daar wer
den vroeger eerst nog de oesters van de pan
nen gehaald, wat aan vele handen werk gaf,
wijl er tientallen millioenen pannen werden
gebruikt. In het voorjaar worden de jonge
oesters uitgezet op zeven of ziften (ramen
met fijn kippengaas) en naar buiten ge
bracht om verder uit te groeien tot con
sumptie-oesters, hetgeen 4 a 5 jaar duurt.
Gedurende dien tijd wordt ieder jaar de
voorraad opgevischt, naar den wal gebracht
en schoongemaakt. De doode oesters (de na
tuurlijke sterfte bedraagt ongeveer 25
worden dan tevens verwijderd. Wanneer zij
de juiste grootte hebben bereikt, d. w. z.
wanneer ze gemiddeld 75 kilogram per dui
zend stuks wegen, worden de oesters in de
putten gebracht, waarin ze tot de verzending
worden bewaard.
Staatstoezicht.
Op enkele ambachtsbeerlijkheden na be
hoort het gebied van de Zeeuwsche stroo
men tot de staatsdomeinen. Het bestuur der
visscherijen op de Zeeuwsche stroomen heeft
er het toezicht over en verpacht deze weder
in verschillende perceelen. Drie soorten van
zulke perceelen zijn er: de natuurperceelen,
waar het oesterbroed valt; de perceelen
waar de oesters op groeien; en de vetweide-
rijperceelen, waardoor ze het laatste jaar
flink „vet" worden, d.w.z. veel reservevoed-
sel verzamelen, waardoor ze een groot volu
me krijgen.
Het toezicht van het bestuur der vissche
rijen strekt zich ook uit op hygiënisch ge
bied. In Bergen op Zoom is een laborato
rium gesticht, waarvan aan het hoofd staat
dr. A. Grijns, bacterioloog in dienst van
dit bestuur. Daar worden geregeld monsters
uit de oesterbanken onderzocht en onder
zoekt men ook het water, waarin de dieren
leven. Aangezien de oesters bijna uitsluitend
rauw worden gegeten, is het gevaar groot,
d#t ziektekiemen worden overgebracht, wan
neer ze afkomstig zijn uit het water, dat
dergelijke bacteriën (meest van typhus en
andere besmettelijke ingewandziekten) be
vat. Langs bacteriologischen weg is nu na
gegaan, welke perceelen en putten in be
trouwbaar water liggen en welke niet. Al
leen uit de eerste mogen Zeeuwsche oesters
worden verzonden; zij krijgen een interna
tionaal erkend certificaat van onbesmetheid,
dat de oesters uit onzuiver water pas kun
nen krijgen na eenigen tijd in quarantaine
te hebben doorgebracht in een zuivere omge
ving, waarin ze de schadelijke bactoriën ver
liezen. Met de grootste zorg wordt er voort
durend voor gewaakt, dat geen enkele oes
ter in den handel komt, die schadelijk voor
de consumptie zou kunnen zijn.
Opleving.
Niet alleen door de tegenslagen van den
laatsten tijd is de werkloosheid in dezen tak
van bedrijf zeer toegenomen, ook het ver
vangen van den teelt op pannen door die op
schelpen heeft aan velen werkgelegenheid
ontnomen. Daar schijnt nu echter verande
ring in te komen. Eensdeels keert men tot de
oude pannencultuur terug, omdat men daar
mee hoopt het gevaar van overwoekering
door de slipper lirapot, het venijnige slakje,
dat een concurrent is naar het voedsel van
de oester, te ontgaan. Sedert kort is men
bovendien begonnen met het schoonmaken
van de verwaarloosde perceelen in werkver
schaffing, waarbij het rijk belangrijken
steun verleent. Alles wat uit deze perceelen
wordt gehaald, wordt gebracht naar een ge
deelte van de Oosterschelde, waar het in
het zand wegzakt. Zoo hoopt men tevens de
belagers van onze oestercultuur te bestrij
den.
Sommige kweekers hebben ook Fransche
zaaioesters ingevoerd. Dit is een vrij kostba
re geschiedenis, als men bedenkt, dat een
kweeker, die 11.000 kilogram uit Frankrijk
liet komen, daarvoor in totaal 6.000 gulden
heeft moeten betalen. Maar de resultaten die
ermee zijn bereikt, zijn tot nu toe bevredi
gend. De mogelijkheid is groot, dat op deze
wijze de Zeeuwsche oestercultuur er weer
bovenop zal komen. In Frankrijk heeft men
immers hetzelfde gezien. Daar zat in 1921
ditzelfde bedrijf door allerlei omstandighe
den volledig aan den grond en heeft men
door Zeeuwsch zaaigoed de cultuur weer in
den ouden vorm hersteld. Nu bewandelt
men den omgekeerden weg, evenals men in
den landbouw ook pootgoed uitwisselt.
De vooruitzichten voor de Zeeuwsche
oestercultuur zijn niet zoo somber meer,
als zij eenige maanden geleden waren.
BIJZONDER LAGER ONDERWIJS.
GEMEENTELIJKE VERGOEDING 1932
KOSTEN VAN INSTANDHOUDING.
B. en W. schrijven in bijlage 60:
In verband met hetgeen opgemerkt is in de
raadsvergadering van 28 Maart j.1. leggen
wij hierbij over een specificatie van het be
drag van 3319.01, vermeld op blz. 2 van
bijlage nr. 47.
Naar aanleiding van de beschouwingen
omtrent de vraag, of het juist is, op het be
drag der uitgaven voor schoolgebouwen in
mindering te brengen hetgeen verband houdt
met het gebruik der lokalen door particulie
ren en andere scholen, merken wij het vol
gende op:
Naar ons voorkomt, lijdt het geen twijfel,
dat de kosten, bedoeld in art. 101, 5e lid, op
het netto-bedrag moeten worden gesteld.
Immers men kan niet zeggen, dat de ge
meente voor het lager onderwijs belast is
met de bruto-uitgaven. Alleen over hetgeen
zij feitelijk voor het lager onderwijs aan de
gebouwen ten koste legt, zal zij op grond van
art. 101 uitkeeringen aan het bijzonder lager
onderwijs hebben te doen. Dit is ook de ju
risprudentie (zie o.a. K.B. d.d. 30 October
1928, nr. 31).
Nu moge het zijn, dat de uitkeeringen ten
behoeve van het bijzonder onderwijs dien
tengevolge worden beïnvloed, doch het ligt
voor de hand, dat dit gevolg niet te vermij
den is. Immers ook omgekeerd worden de
inkomsten, die bijzondere schoolbesturen ont
vangen uit het gebruik der schoollokalen
door anderen, in mindering gebracht op de
uitgaven welke zij in rekening kunnen bren
gen, zoodat ook de aan de gebouwen der
bijzondere scholen ten koste gelegde netto-
uitgaven het maximum vormen van het be
drag, dat de gemeente heeft te vergoeden.
De toepassing van dezen regel voor de
gymnastieklokalen aan Nieuwesloot en
Schoolstraat brengt mede, dat voor die loka
len verhoudingsgewijs een vrij gering bedrag
bij de kosten van het lager onderwijs in aai-
merking moet worden genomen. Immers het
gebruik is in 1932 als volgt geweest:
Gymnastieklokaal Nieuwesloot: aantal
uren in 1932 in gebruik bij de scholen voor
g.l.o. 148, school voor u.l.o. 468, andere on
derwijsinrichtingen 676, particulieren en ver-
eenlingen 1517, totaal 2809; voor het gym
nastieklokaal Schoolstraat zijn de uren in
1932: scholen voor g.l.o. 268, school voor
u.l.o. 356, andere onderwijsinrichtingen 832,
particulieren en vereenigingen 993, totaal
2449.
Nu zou men voor het berekenen der kosten
van het lager onderwijs ook, in plaats van
de kosten dezer lokalen te verminderen met
de uitgaven voor de andere inrichtingen, par
ticulieren en vereenigingen, de uitgaven in
rekening kunnen brengen die het gebruik van
die lokalen door de lagere scholen veroor
zaakt en overigens de uitgaven voor
die lokalen geheel buiten beschouwing kun
nen laten maar in wezen kan dit geen verschil
makenook daarbij moet de invloed der an
dere bestemmingen van-dé lokalen onder cij
fers worden gebracht om te komen tot de uit
gave, waarvoor het lager onderwijs aanspra
kelijk is.
Het gebouw, waarin de vroegere gemeente
school nr. 4 (Keetkoik) was ondergebracht, is
uiteraard, sedert het tijdstip waarop dit als
schoolgebouw buiten gebruik is gesteld (eind
1932) niet meer voor de berekening der ex
ploitatievergoeding in aanmerkng genomen.
Het gebouw aan de Oudegracht (vroeger
school 2) werd in '33 buiten gebruik gesteld.
Wij geven u thans in overweging, tot vast
stelling van de u in bijlage nr. 47 in ontwerp
voorgelegde besluiten over te gaan.
EXTRA-HULP WERKLOOZEN.
In bijlage no. 63 schrijven B. en W.:
In zijn circulaire van 30 Maart j.1.,
welke wij voor Uwe Vergadering ter in
zage leggen, deelde het Nationaal Crisis-
comité ons mede, dat ten behoeve van
de verstrekking van extra-hulp aan
werkloozen per gemeente ten hoogste
over het kalenderjaar 1935 mag worden
besteed een bedrag, berekend door ver
menigvuldiging van het aantal werkloo
zen ter plaatse met 10, met dien ver
stande, dat het Nationaal Crieiscomité
79 van dit bedrag voor zijn rekening
zal nemen, indien de gemeenteraad 21
Donderdag 25 April.
HILVERSUM, 301 M. (AVRO-
uitz.) 8.Gr.pl. 10.Morgenwij
ding. 10.15 Gewijde muziek. 10.30
De Kon. Marinekapel olv. H. F.
Leistikow. 12.Ensemble Lismon-
de en gr.pl. 1.30 Pianorecital Agi
Jambor. 1.50 Het AVRO-Aeolian-
orkest. 2.30 Orgelconcert Fr. Has
selaar, mmv. R. Horna, zang. 3.30
Lucy Paerson* Sicilië. 4.—4.30
Voor zieken en thuiszittenden. 4.45
Hoorspel voor de kinderen. 5.30
Kovacs Lajos en zijn orkest. 6.30
Sportpr. H. Hollander. 7.-— Verv.
Kovacs. 7.30 Causerie J. 'Smid. 8.—
Vaz Dias. 8.05 Omroeporkest o.l.v.
A. van Raalte, mmv. Alex Borovs-
ky, piano. 9.— Tegenlicht-opname
9.15 Omroeporkest olv. A. v. Raalte
mmv. Hansi Book—Liebmann, so
praan en C. van Munster, tenor.
10.10 Intermezzo. 10.20 Uit Avro's
gastenboek (gr.pl.) 11.Vaz Dias.
11.10—12.— Uit „Pscorr", Rotter
dam: Carel Albert's Ensemble en
Piet Sypert Steyn en zijn Band.
HUIZEN, 1875 M. (8.—9.15 en
11.—2— KRO, de NCRV van
10.—11.— en 2.—11.30 uur). 8.—
9.15 en 10.Gr.pl. 10.15 Morgen-
dients olv. ds. C. J. Hoekendijk
10.45Gr.pl. 11.30—12.— Godsd.
halfuur. 12.15 Orkestconcert en
r.pl. 2.— Handwerkles. 3.-3.45
~r.pl. 4 Bijbellezing door ds. W.
G. Harrenstein, mmv. bariton en
orgel. 5.— Handenarbeid v. d.
jeugd. 5.30 Orgelconcert S. P.
Visser. 6.30 Friesche deel. 7.15
Prof. <te. A. H. de Hartog: Het mu
ziekfeest, 1935. 7.30 Journ. Week-
overzicht door C. A. Crayé. 8
Vaz Dias. 8.05 Uitz. van de Cen
trale voor Werkloozenzorg. 10.
Vaz Dias. 10.05—11.30 Gr.pl.
DROITWICH, 1500 M. 9.35
9.50 Morgenwijding. 10.25 Orgel
spel R. Dixon. 10.50 Gr.pl. 11.10
Het Rutland Square en New Vico-
tira-orkest olv. N. Austin. 12.20
Gr.pl. 1.20 Orkestconcert olv. Fr.
Stokes. 2.20 Vesper. 3.10 Gr.pl.
4.05 Orgelconcert Ph. Taylor. 4.35
Medvedeff's Balalaika-orkest mmv.
O. Alexeeva, sopraan. 5.20 Ber.
5.50 Bach-concert. 6.10 Duitsche
les. 6.40 Gr.pl. 6.50 Lezing 7.20
„Gallipoli", historisch spel o. 1. v.
Gielgud. 8.50 Ber. 9.20 Kerkdienst
9.35 BBC-orkest olv. A. Webern.
10.35—11.20 Lou Preager en zijn
Band.
RADIO PARIS, 1648 M. 6.20 en
7 20 Gr.pl. 11.35 Kamermuziek o.
I. v. Doyen. 4.05 en 8.05 Radiotoo-
neel. 9.20 Nat. orkest olv. Inghel-
brecht.
KALUNDBORG, 1261 M. 11.20
1.20 Concert uit rest. Wivex. 2.05
4.05 Omroeporkest olv. Reesen
7 30 Kamermuziek. 8.20 Gr.pl. 9.25
Grieg—Svendsen-concert. 10.20
II.50 Dansmuziek.
KEULEN, 456 M. 5.20 Gr.pl.
6.35 Weragkamerorkest olv. Hage-
stedt en bazulnkwartet. 11.20 Uit
Frankfort: Orkestconcert. 12.35 Gr.
pl. 1.35 Omroepkwintet 3 20 Om
roepkoor olv. Breuer 4.20 Omroep-
kleinorkest, kinderkoor en solist.
6 35 Omroepkwintet. 7.30 Omroep-
orkest olv. Buschkötter. 9 45 Or.pl.
10.20—11.20 Omroeporkest o. 1 v
Winter.
ROME, 421 M. 8 05 Symph.-con-
eert olv. Erede, mmv. W. Piel,
piano.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M i
11.20 Max Alexys' orkest. 12.30—
1 20 Dito, 4.20 Populair concert.
5.20 Gr.pl. 5.35 Viool- en cello,
recital. 6.15 en 6.35 Gr.pl. 7.20
Radiotooneel met muziek. 9 30
10.20 Dansmuziek. 484 M.: 11,20
Gr.pl. 11.50 Het orkest Constantin.
12.50—1.20 en 4.20 Gr.pl. 5.35
Harmonicamuziek. 5.50 en 6.35
Gr pl. 7.20 Symph.concert olv. An-
dré. 7.50 Cabaret. 8.35 Vervolg
concert. 9.30—10.20 Gr.pl.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571
M. 7.30 „Lustig ist's vor allen
Dingen", uitzending v. d. Hitier-
jeugd. 8 „Joh. Seb. Bach", hoor-
spel van K. Kluge. 9.20 en 10.05
Ber. 10.20—11.20 Concert uit
München olv. H. A. Winter.
GEMEENTELIJKE RADIO-
DISTRIBUTIE-
Lijn I: Hilversum.
Lijn 2: Huizen.
Lijn 3: Deutschl.s. 88-20,
Keulen 9.20—11.05, Parijs Radio
11.05—13.20, Lond. Reg. 13.20—
14.20, Kalundborg 14.20—16.05,
Lond. Reg. 16.05—16.20, Keulen
16.20—17.50, Brussel Fr. 17.50—
18.20, D.sender 18.20-19.20,
Keulen 19.20—21.40, Leipzig 21.40
-23.20, Weenen 23.20—24.—.
Lijn 4: Droitwich 9-3517.20,
Leipzig 17.20—17.50, Lond. Reg.
17.50—20.05, Rome 20.05—21.20,
Droitwich 21.2021.35, Lond.
Reg. 21.35—23.20, Kalundborg
23.20—24.—.
O
van dit bedrag beschikbaar «telt. Het
aantal werkloozen waarvoor het ge
middelde is genomen over de eerste 10
maanden van 1934 bedraagt voor
Alkmaar 962, in verband waarmede voor
extra-hulp in deze gemeente in 1935 be
steed mag worden 9620, waarvan de ge
meente 2020.20 betaalt en het Natio
naal Crisiscomité 7599.80.
Het besluit van Uwe Vergadering van
28 Februari j.1. tot beschikbaarstelling
van een bedrag van 2200 voor het ver-
leenen van extra-hulp aan werkloozen
(bijlage nr. 18) zal in verband daarmede
gewijzigd moeten worden.
B. er W. stellen den raad daarom voor
met intrekking van het zooeven genoem
de besluit van 28 Februari j.1. een be
drag van 2020.20 beschikbaar te stellen
voor dit doel
B en W. bieden daartoe een ontwerp
besluit ter vaststelling aan.
BEGROOTINGEN VOOR 1935 VAN
INSTELLINGEN VAN
WELDADIGHEID.
B. en W. bieden aan de begrootingen
voor 1935 van diverse instellingen van
weldadigheid.
De in deze begrootingen geraamde
subsidiën zijn in het ontwerp der ge-
meentebegrooting voor 1935 Uitgetrok
ken.
Ten aanzien van de begrootingen van
het Wit-Gele Kruis, de afdeeling Alk
maar van het Centraal genootschap voor
kinderherstellings- en vacantiekolonies,
de vereeniging voor zuigelingenbeecher-
ming, de Vereeniging voor kindervoe
ding en de Commissie tot huisverzorging
zal een voorstel worden gedaan, na
dat de gemeentebegrooting voor 1935 is
vastgesteld en die begrootingen overeen
komstig de genomen beslissing zijn her
zien.
B. en W. stellen voor te besluiten:
a. goed te keuren de begrooting voor
1935 van:
1. de Alkmaarsche Vereeniging tot be
strijding der tuberculose, in ontvang
en uitgaaf op 13.800.—;
2. het Comité Alkmaar der R. K. Ver
eeniging „Herwonnen Levenskracht"
in ontvang en uitgaaf op 1895—;
3. de Vereeniging „Kinderkleeding" in
ontvang en uitgaaf op 1375.
4. de Vereeniging voor Gezinsverple
ging in ontvang en uitgaaf op
11755.—;
SCHOENCRÊME Groote doos Hf ets. Extra groote doos 15 ets.
Uit het Engelsch
van PAUL TRENT
door ADA VAN ARKEL
14)
„Laten wij ronduit spreken. Praat u over
mijnheer Guy Hallam? Dreigt hem ge
vaar?"
„Hij zal niet met uw vriendin trouwen.
Over een paar dagen zal ze hem haten en
minachten. Hij zal met schande uit de ma
rine worden gezet".
„Onschuldig, net als mijn vader. Mis
schien zal hij zich ook doodschieten, net als
hij".
„Ik begrijp u niet".
„Weet u aan niet, waarom mijn moeder
u hielp?"
„Omdat ze Duitsche was. Dat is voldoen
de. Eens een Duitsche, altijd een Duitsche.
Daar maakt tijd of plaats geen verschil in",
zei hij triomfantelijk.
„Dafwas de reden niet Maar ik zal u
niets meer zeggen. Vertelt u me meer over
mijnheer Furber".
Hij wierp een scherpen blik op haar, dien
ze kalm weerstond.
„Laat het u genoeg zijn, dat wij trachten
u te helpen".
„Mijt:neer Furber heeft het draadlooze
rapport bemachtigd. De admiraliteit zal na
tuurlijk te weten komen, dat het geheim is
uitgelekt?"
„Naar alle waarschijnlijkheid weten ze het
al. Daar hebben wij wel voor gezorgd", zei
hij minzaam.
„Zult u maken, dat mijnheer Hallam de
schuld krijgt, dat hij zal worden veroor
deeld?"
„Wij laten het aan de admiraliteit over
om te gelooven wat ze willen".
Valda zweeg, maar haar hersenen werkten
koortsachtig.
„En als ik hem nu eens waarschuwde en
de waarheid vertelde?"
Een oogenblik was hij verbluft, maar de
glimlach bleef op zijn gelaat
Er werd op de deur geklopt en een be
diende kwam binnen.
„Juffrouw Cameron en mijnheer Hallam
zijn er, om u te komen bezoeken, juffrouw".
„Nu heeft u de kans", zei de baron pla
gend. „vraagt u hen hier te komen. Ik wil
den heer Haliam wel eens ontmoeten".
HOOFDSTUK IX.
Guy nam de banknoten en den brief uit
zijn borstzak.
„Vader, lees dat eens en vertel me wat
het beteekent", vroeg hij.
De heer Hallam doorliep vlug de weinige
regels.
„Het schrift lijkt op dat van mij, maar
ik heb het niet geschreven en zond je ook
het geld niet". Hij hield verbaasd op en
ging toen voort: „Misschien wist een van
je vrienden van je schulden en heeft er dl'
op verzonnen om je te helpen".
„Ik heb met niemand over mijn moeilijk
heden gesproken".
„Juffrouw Cameron Stella wist het",
zei de heer Hallam
Guy werd rood en zweeg eenige minuten.
„Ze weet dat je trots bent", ging de heer
Hallam voort „en daarom wilde ze doen of
het van mij kwam. Het lijkt wel wat on-
noozel, want ze zal toch wel begrepen heb
ben dat je 't zou merken, zoodra wij elkaar
zagen. En ze kon toch ook verwachten, dat
je mij zoudt schrijven om me te bedanken".
„Het geld kwam niet van Stella. Ze is te
eerlijk om me te misleiden. In ieder geval
is die brief een bedriegerij".
„Een vriendelijke bedriegerij", glimlachte
de heer Hallam verzachtend.
„Neen, we moeten in een andere richting
zoeken. Natuurlijk kan ik het geld niet ge
bruiken vóór ik weet van wien t komt. Ik
heb mevrouw Cameron verteld dat ik geen
schulden heb"
„Misschien heeft een van je collega's
„Neen, ik weet het pas een paar dagen,
wat het zeggen wil „krap" te zitten. Ik weet
niet wat ik doen moet. Ik kan -het geld niet
terug zenden ik weet geen adres. Ik ge
loof, dat ik maar het beste doe, met af te
wachten tot het geheim is opgelost".
De heer Hallam kwam naar Guy toe en
legde hartelijk de hand op zijn schouder.
„Ik was gek vanavond, mijn jongen. Ik
was wanhopig, maar het zal niet weer ge
beuren. Houat jij de revolver maar. Ik ga
naar bed, ik ben moe".
„Tob er maar niet over, oude heer, We
maken allebei een beroerden tijd door. maar
we zullen er ons wel doorheen slaan".
Toen dacht hij wat had kunnen gebeuren,
als hij een paar minuten later gekomen was.
„U heeft aan mij gedacht. Ik ben jong en
heb een heel gelukkig leven gehad, dank zij
u. Ik verwacht niet dat alles op rolletjes zal
gaan. Ik vrees dat ik een lamme kerel ben
geweest, met u te toonen hoe ellendig ik al
les vond, maar nu geef ik er niets meer om.
Stella heeft me beloofd op me te zullen
wachten en dat is het eenige wat er op aan
komt. Ga nu naar bed en slaap eens flink
uit. Ik wou graag dat u morgenochtend met
me naar het Langham Hotel ging. Ik ver-
wacht niet anders of mevrouw Cameron zal
verre van minzaam zijn, maar daar moet u
niet op letten. Goeden nacht, vader".
Guy ging naar zijn kamer en stopte op
den rand van zijn bed zittende zijn pijp
Honderd en vijftig pond was een groote
som. Waar zou die vandaan zijn gekomen?
Langen tijd dacht hij er vergeefs over na
Eindelijk ging hij naar bed en sliep vast tot
hij 's morgens geroepen werd.
Aan het ontbijt vond hij zijn vader veel
vroolijker.
„Guy, je moet alles van gisteravond ver
geten, ik voelde me zoo ellendig; ik geloof
niet. dat ik goed wist wat ik deed. Ik dank
God, dat je kwam".
„We zullen het vergeten, vader Na het
ontbijt ga ik eerst even naar de admiraliteit
Het gaat nu om onderzeedienst of vlieg-
dienst. Zal ik hier bij u terug komen?"
,.Ja, ik zal hier op je wachten".
,9uy, kw,am even over elven terug en ver
telde dat hij succes had gehad
„Ik ben benoemd tot commandant van een
onderzeeër. Ze wilden dat ik bij de draad>
looze zou blijven, maar toen ik alles had
uitgelegd, stemden ze toe".
„Dat doet me plezier".
Korten tijd daarna wandelden ze samen
naar het Langham Hotel, waar ze werden
toegelaten in mevrouw Cameron's zitkamer.
Stella was binnen en ze kwam Guy tege
moet en kuste hem. Toen keerde ze zich tot
den heer Hallam en zei terwijl ze een wei
nig bloosde: „Mag ik Guy's vader een kus
geven?"
„Je bent een lief kind. God zegen je, dat
je zoo goed voor mijn jongen bent", zei hij
met een stem, die niet heel vast was.
Stella lachte hartelijk.
„Er is geen kwestie van goedheid tusschen
Guy en mij. We hooren alleen maar bij el
kaar. Moeder zal dadelijk hier zijn Zult u
geduld met haar hebben? Daar is ze", riep
ze, toen de deur open ging.
Er was niets onvriendelijks in mevrouw
Cameron's manieren, toen ze den heer Hal
lam begroette en ze naast hem ging zitten.
„Ik vermoed, dat uw zoon u mijn opinie
over deze deze zaak heeft verteld", be
gon ze.
,,Ik meen dat u tegen de verloving is",
zei de heer Hallam nerveus
,,Kan ik anders doenr Stel uzelf eens in
mijn plaats, mijnheer Ha'lam. Stella. ik gp-
loof dat je beter doet met weg te gaan".
„Neen, moeder, ik ben van plan te blijven"
Tenslotte gaat het mij toch aan. wat u te
zeggen heeft antwoordde Stella kalm.
Wordt vervolgd