DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De ondernemers-overeenkomsten. Baldwin spreekt voor het Lagerhuis. tz„ 1PSÉ9SP SxujetifAsch No. 121 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Donderdag 23 Mei 1935 137e Jaargang Verschillende meeningen van onze senatoren. De Engelsche waarnemende premier houdt een lange rede, waarin de redevoering van hitier op belang rijke punten wordt aangestipt. Engeland gaat bewapenen. Wat vandaag de aandacht trekt en hij Zij aan zij Op de hei... /Acrar hij er niet bijl COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Eerste Kamer Den Haag, 22 Mei. Het wetsontwerp inzake het verbindend en onverbindendverklaren van ondernemers overeenkomsten heeft een tamelijk lange rede van dr. Wibaut (s.d.) gebracht. Dit valt niet te verwonderen. Het ontwerp houdt ten nauwste verand met het trust- en kartelwe zen. Van de bestudeering hiervan, wat ons land betreft, heeft dr. Wibaut zijn levens werk gemaakt. De Amsterdamsche universi teit heeft hem er een eeredoctoraat voor ge schonken en prof. van Embden (v.d.), hoog leeraar aan deze universiteit, die heden ook het woord voerde, noemde dr. Wibaut een pionier op dit gebied. Op de gereserveerde tribune luisterde de echtgenoote van den grijzen doctor naar diens rede. Gemakkelijk moet haar dit overigens niet zijn gevallen, want met het klimmen van dr. Wibaut's ja ren is zijn stem verzwakt. Minister Steenberghe toonde groote belang stelling voor de speech van dezen specialist. Maar bijzonder gunstig was dr. Wibaut's oordeel over de memorie van antwoord van dezen bewindsman niet. En van het wets ontwerp maakt hij zich geen illusies. De sociaal-democraat gelooft niet aan de ethi sche taak, welke Z.Exc. den ondernemer on der de tegenwoordige bedeeling toekent, en getuigde van zijn socialistisch geloof in een gemeenschap, welke de collectivistische be- hoeftenbevrediging georganiseerd zal ter hand nemen. Overigens gaf hij historische beschouwingen van de kartelwetgeving, be ginnende bij 1838. De debatten zijn van tijd tot tijd wel zeer principieel. Kritiseerde dr. Wibaut de katho lieke wereldbeschouwing, welke den nadruk legt op een zedelijken plicht voor den on dernemer in de tegenwoordige maatschappij, prof. van Embden viel het socialisme aan, waarvan hij de zwakke plek acht de distri butie op den grondslag van de planhuishou ding. Over het wetsontwerp dacht hij vrien delijker dan dr. Wibaut (al stemt ook deze niet tegen), maar wel drukte prof. van Emb den der regeering op het hart, niet te gauw prijsafspraken tusschen ondernemers goed te vinden. De liberalen Knottenbelt en Van den Bergh en de christelijk-historicus Pollema heben het wetsontwerp bestreden. Mr. Knot tenbelt deed het op principieele gronden, het liberale standpunt uiteenzettende van de ver houding tusschen individu en maatschappij en betoogende, dat de persoonlijke vrijheid niet meer mag worden beperkt, dan het al gemeen belang vordert. De minister kan volgens het wetsontwerp onder voorwaarden, telkens bij algemeenen maatregel van bestuur te stellen, onderne mersovereenkomsten verbindend of onverbin dend verklaren, als het algemeen belang dit eischt. Mr. Knottenbelt had er groot be zwaar tegen, dat aan de regeering zulk een groote macht gegeven zal worden. Insgelijks de heer Pollema, volgens wien de staatkun dige traditie eischt, dat telkenmale bij de wet (on)verbindendverklaring zou worden uitgesproken. Laatstgenoemde senator be streed het wetsontwerp krachtig, al legde hij er nadruk op, dat christelijk-historischen er verschillend over kunnen denken, zonder met hun beginsel in botsing te komen. In de Tweede Kamer heeft n.1. van zijn partijge- nooten alleen de heer Weitkamp tegenge stemd. Maar men kreeg den indruk, dat de heer Pollema het wetsontwerp afkeurde uit naam van zijn fractie. Hij achtte de regeling ook in strijd met de economische structuur van het particuliere productiewezen, waarin een sterke overheidsinmenging zal worden mogelijk gemaakt. Hij verweet den minister, dat deze begint aan een zaak, waarvan hij zelf het einde niet voorziet, en citeerde uit de memorie van antwoord, dat de wet een stap is op een weg, waarvan men niet weet, waarheen deze leidt. „Deze" is de weg, niet de wet", interrumpeerde Z.Exc., waarop de heer Pollema onvervaard antwoordde: „Ik aanvaard deze verbetering gaarne, omdat mij de beteekenis ervan ontgaat" Zoo had hij meer aardige oogenblikken, b.v. toen hij den katholiek De Bruyn, die veel goeds van de wet verwacht, beklaagde, omdat het volgens de regeering zelve nog wel een jaar duurt, voordat zij voor het eerst kan worden toege past! Ook uit juridisch oogpunt was de heer Pollema tegen het wetsontwerp en wel, om dat dit strijdt met het contractenrecht, zoo als wij dit tot nu toe kennen. Volgens dit recht is de onderlinge wilsovereenstemming tusschen partijen wet, maar voortaan zal de wet de overeenkomst kunnen breken (on- verbindendverklaring) en zal zij ze ander zijds kunnen uitstrekken over anderen, dan die er aanvankelijk bij betrokken waren (ver bindendverklaring). Na zijn rede had de heer Pollema nog al wat complimenten in ontvangst te nemen. De heer Van den Bergh zette uiteen, dat er in normalen tijd geen misbruiken bestaan, welke zulk een wet noodig maken, en dat de tegenwoordige crisis ze evenmin noodzake lijk maakt. Hij scheen nog al wat vertrouwen te stellen in een vrijwillige samenwerking van industrieelen, maar Z.Exc. interrum peerde, dat zij niet eens komen, als zij voor een bespreking hierover worden uitgenoo- digd. De heer van den Bergh veroordeelde de regeling als een aantasting van de con- tracts- en bedrijfsvrijheid, vertelde, dat an dere landen van de economische ordening nog niets dan narigheid hebben gehad, en wees naar Engeland, vanwaar hij juist gis teren was teruggevlogen en waar ieder hem had verteld, van dingen als ordening niets te moeten hebben, omdat het bedrijfs leven wel op eigen kracht de vroegere wel vaart zal herstellen. De heer de Bruyn stel de er aanstonds tegenover, dat in dat vrije Engeland het bedrijfsleven dan toch maar door een stevige bescherming wordt ge steund. Van dezen katholiek moeten wij nog mee- deelen, dat hij zich te weer stelde tegen de liberalen, die in het voorloopig verslag een beeld hadden geschetst van den zelfstandi gen ondernemer, handelende volgens de wet van vraag en aanbod. De heer de Bruyn, die het wetsontwerp warm verdedigde, be wonderde 't type van dezen ondernemer niet en vond hem „geen Uebermensch, maar veel eer een bewoner van de sociaal-economische onderwereld!' Laat ons aannemen, dat hij dit laatste woord niet in de crimineele betee kenis heeft gebezigd. De kieswetswijziging, waar, behalve de waarborgsom, door de partijen bij de Tweede Kamer-verkiezingen te storten, wei nig belangrijks meer in zit, heeft de senaat zonder debat en zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Baldwin, de plaatsvervangende premier der Engelsche regeering, heeft gistermiddag in het Lagerhuis een verklaring afgelegd over de Engelsche verdedigingspolitiek en het verband daarvan met den inter nationalen toestand. Op de afge vaardigden maakte het een grooten indruk, dat de rede, waarin Hitler's bekende redevoering op den voor grond kwam, gekenmerkt werd door een verzoeningsgezinden en groot» moedigen geest. Toen Baldwin zijn rede aanving, kon men in de zaal een speld hooren vallen. Onmid dellijk in het begin van zijn uiteenzettingen ging Baldwin in op eenige der door' Hitier genoemde 13 pun ten. Hij zeide daar bij o.m. het vol gende 1. De verklaring r van Hitier, dat Duitschland in de lucht gelijkheid eischt, met de ande re afzonderlijke sta ten, is een bevesti ging van de basis waarop het Engel sche plan gegrond- vest is. Baldwin 2. Het Duitsche standpunt, dat Duitsch land niet alleen bereid is tot een verhooging, maar ook tot een verlaging van zijn bewa peningsniveau, is een zeer belangrijke ge- dachtengang. 3. De Duitsche uitlatingen over een luchtpact op de basis van het verdrag van Locarno zijn des te waardevoller, daar Hitier zeide, dat een zoodanig luchtpact begeleid moet gaan door een limiteering der lucht- bewapeningen. 4. Passages in de rede van Hitier too- nen, dat hij de Engelsche meening over de bescherming van de civiele bevolking tegen aanvallen uit de lucht deelt. 5. Engeland begroet de bijdrage van Hitier als hulp voor een algemeene regeling in den zin van de protocollen van Londen. 6. Baldwin verklaart, dat hij niet zou re- fereeren aan de uitlatingen van Hitier over de Oost-Europeesche pactplannen, daar dit niet in direct verband stond tot de debatten over de defensie van heden. 7. De Engelsche regeering overweegt het plan van een coördineering der Engelsche defensieministeries. 8. Wat de Engelsche plannen inzake uit breiding der bewapening betreft, deed Bald win onder luiden bijval van het huis een be roep op het Lagerhuis en het volk iedere pa niekstemming te vermijden. „Wij willen de fouten van het verleden niet herhalen. Te veel kostbaar bloed is vergoten". 9. De sluier, die ligt over de handelingen van de drie autoritaire staten in Europa is in Duitschland voor een deel opgelicht. Laat ons hopen, aldus spr., dat hij geheel zal worden verwijderd, opdat wij opgeruimd zullen kunnen zijn. 10. Engelands maatregelen tot bewapening in de lucht worden gebaseerd op de verkla ring van Hitier, dat zijn doel de pariteit in de lucht met Frankrijk is. 11. Engeland is derhalve voornemens zijn luchtvloot uit te breiden binnen den tijd van 2 jaar tot 1500 frontvliegtuigen. 12. Het luchtpact en de limiteering van de luchtbewapeningen zijn veel gemakkelijker te bereiken, wanneer de drie landen, Duitsch land, Frankrijk en Engeland, uitgaan van hetzelfde uitgangspunt, d wz. wanneer de pariteit in dè lucht in alle drie staten voor handen is. 13. Met de Engelsche industrie zijn on derhandelingen gaande om de expansie der industrie voor militaire productiedoeleinden te verkrijgen. Op dit punt wil Engeland bij geen enkel ander land achterstaan. De rede van Hitier besproken, In zijn verdere rede zette Baldwin o.m. uiteen, dat het Lagerhuis zich zal herinne ren, dat de verklaringen, die de premier en de minister van buitenlandsche zaken bij de debatten op 2 Mei hebben afgelegd, een be roep op EÏuitschland behelsden om in een concreten vorm een bijdrage te leveren ter oplossing van de moeilijkheden en gevaren voor de veiligheid en het vertrouwen, die de wereld overstroomden en die slechts door collectieve overeenkomsten uit den weg kon den worden geruimd. Het is klaarblijkelijk, dat de rede van den rijkskanselier onder an deren een antwoord vormt op dit beroep. Wij erkennen dit als zoodanig. Hitier heeft het Duitsche standpunt in verscheidene richtin gen van het grootste belang krachtiger ge preciseerd en heeft in een reeks problemen aangeduid, wat Duitschland bereid is te doen. Wij beschouwen die verklaringen als zeer belangrijk. Zij verdienen het door ons al len zoo ernstig en zoo snel mogelijk bestu deerd te worden De Britsche regeering zal daaraan onmiddelijk haar grootste aandacht wijden in een geest van sympathie en op rechtheid. Hitier heeft verklaard de Duitsche lucht strijdkrachten te beperken tot den stand der andere West-Europeesche mogendheden. Dit is een bevestiging van de basis, waarvan de Britsche luchtplannen uitgingen. Ik moet verder, aldus Baldwin, de bij zondere aandacht der afgevaardigden rich ten op de verwijzing van Hitier naar het voorgestelde luchtpact tusschen de Locarno- mogendheden. Wat Hitier thans gezegd heeft is des te waardevoller, aangezien hij zijn hoop liet doorschemeren, dat het afsluiten van een zoodanig pact verwerkelijkt zou kunnen worden tezamen met een overeen komst inzake beperking. Het antwoord, dat wij op het beroep van den minister-president van 2 Mei hebben ge kregen, toont ons, dat de hoop thans eeniger- mate gemotiveerd is, dat door de gemeen- schappelijke pogingen van de betrokken lan- den een resultaat zal kunnen worden be- Bovendien is er nog een verder punt, waaraan de Britsche regeering het grootste belang hecht. Het schijnt ons, dat het afslui ten van een luchtpact zou kunnen worden verbonden met een streven naar bescher ming van de burgerlijke bevolking tegen de gevaren van een aanval uit de lucht. En in de rede van Hitier bevinden zich passages, die schijnen aan te duiden, dat Hitier deze meening deelt. Dat zijn zeer belangrijke overwegingen, die bij luchtvaartdebatten niet kunnen wor den weggelaten. Wij begroeten Hitler's bij drage in deze aangelegenheid als een hulp voor een algemeene regeling, die het doel was van de Londensche protocollen. Wan neer ik thans geen andere passages van zijn redevoering bespreek, waarin hij bijv. de bij drage definieert, die Duitschland bereid is te leveren, dan geschiedt dat slechts omdat deze niet onmiddellijk in verband staan met de onderwerpen, die dezen middag op het programma staan. Het Britsche defensie-probleem. Voortgaande behandelde Baldwin het eigenlijke Britsche defensieprobleem. Hij gaf daarbij een overzicht over de internatio nale gebeurtenissen sedert 1933 en consta teerde, dat de uitbreiding der wapensoorten geen gelijken tred had gehouden met de ont wikkeling van de buitenlandsche politiek Een der ernstigste oorzaken van onrust en vrees is de onzekerheid over datgene, wat verborgen ligt achter de plannen der autori taire staten, waarvan er in Europa drie zijn- Het autoritaire systeem kan een sluier leg gen over alle gebeurtenissen in het land. In Duitschland is de sluier gedeeltelijk opge licht en spr. hoopte dat hij spoedig volledig opgelicht zal zijn. Zoo lang dit niet ge schiedt zal er geen echt, geen waar vertrou wen zijn. Wat in November 1934 door spr. gezegd is over de Duitsche vliegtuigen was toen volstrekt juist. Volkomen onjuist waren echter zijn beramingen voor de toekomst. Noch spr., noch zijn raadgevers hadden eenig idee van het niveau der vliegtuigpro ductie in Duitschland gedurende de laatste zes maanden gehad. In den loop der bespre kingen met Hitier is duidelijk gemaakt, dat Hitler's doel pariteit was met Frankrijk. Op deze opgave steunden de toenmalige Engel sche voorstellen. Voor de pariteit der drie volken is 't getal 1500 frontlinie-vliegtuigen ten grondslag gelegd. Engeland streeft naar een getal van 1500 vliegtuigen, waarbij de Engelsche luchtstrijdkrachten in het Verre Oosten niet zijn inbegrepen. Baldwin kondigde daarop een aanvullen de begrooting aan en verdedigde het ministe rie van luchtvaart tegen de bewering, dat het verantwoordelijk gesteld moet worden voor een program, dat niet in overeenstem ming is met de behoeften. Spr. eindigde zijn redevoering met de op merking, dat er thans geen land in Europa zonder binnenlandsche problemen is. Een kalmeering zal niet intreden zoolang deze geestestoestand aanhoudt. Slechts door een geleidelijk herstel van handel en wandel zal de vrede in Europa weer zijn intrede doen. Spr. geloofde in de rede van Hitier een lichtpunt te bespeuren. Wij moeten allen trachten dit licht werkzaam te maken. De rede van Baldwin, die 55 minuten duurde, oogstte luiden bijval van alle ban ken van het Huis. De debatten. Nadat Baldwin zijn rede beëindigd had deelde de plaatsvervangende voorzitter van de Labour-oppositie, majoor Attlee mede, dat zijn partij niet tevreden was over de regee- ringsvoorstellen. Zij zou derhalve stemmen tegen de aanvullende begrooting. Wat de rede van Hitier betreft, de oppo sitie heeft nooit de Duitsche herbewapening ondersteund. Zij heeft steeds het gevaar van verdragbreuk ingezien, doch de rede van Hitier behelst zekere verklaringen en voor stellen die de hoop laten op een weer ter hand nemen van het geheele ontwapenings probleem. De Labour-oppqpitie wenscht een spoedig bijeenkomen van de ontwapenings conferentie, teneinde de voorstellen van Hit- Ier te overwegen, want daarin ziet men een mogelijkheid om de bewapeningswedloop tot staan te brengen. De rede van Hitier is echter niet volledig bevredigend. Zij bevat zeer groote gevaren. Spr. moet derhalve re serves maken. Zoo wees spr. op de uitlatin gen van Hitier betreffende Sovjet-Rusland en verklaarde dat Duitschland en Rusland in dezelfde wereld moeten leven. De door Hitier vermelde afgrond tusschen de beide landen moet derhalve worden overbrugd. In het verder verloop van zijn rede zeide Attlee, dat ook Groot-Brittannië bereid moest zijn volledig bij te dragen tot de col lectieve veiligheid. Deze veiligheid moet be reikt worden door ontwapening en niet door bewapening. De vrede zal verloren zijn wan neer de kracht der vredelievende staten niet zoo toeneemt, dat deze de kracht van een enkelen staat overtreft. In dit verband her haalde Attlee de oude voorstellen inzake een internationale strijdmacht onder den volken bond en de internationaliseering der ver- keersluchtvaart. Namens de liberale oppositie voerde, Sir Archibald Sinclair het woord. Hij wenschte Baldwin geluk met zijn verstandige en in drukwekkende redevoering. Verder oefende hij scherpe critiek uit op Duitschland. De toestand is buitengewoon ernstig. Deze is ontstaan doordat Duitschland onder het voorwendsel zijn nationale eer te herstellen zijn verdragsverplichtingen geloochend heeft. Fel becritiseerde spreker de koortsachtige physieke en moreele herbewapening van Duitschland. Zoowel in de politiek als in de economie moet de vrede hersteld worden. Duitschland heeft o.a. ook te lijden gehad onder de En gelsche douanepolitiek. Duitschland heeft aanspraak op rechtvaardigheid en rechtsge lijkheid. Churchill, de volgende spreker, prees Minister Baldwin spreekt in het Eng. Lagerhuis. (Dag. Overzicht). Het antwoord van de gezamenlijke mijnwerkersbonden aan den rijks bemiddelaar. (Binnenland). Nog geen overeenstemming in het conflict in de veenindustrie. (Bin nenland).* Diefstal uit het koninklijk archief; een arrestatie te Den Haag. (Bin nenland). Nieuwe organisatie van den Vrij- willigen Landstorm. (Binnenland). Deze week verschijnt nog een brochure van Mr. Marchant, getiteld „Tot Verweer". (Binnenland). Mislukte poging tot oplichting te Tilburg. (Binnenland). Overal ééndaagsche retourkaar- ten; nieuwe regeling bij de Ned. Spoorwegen. (Binnenland.) De moord te Hoofddorp; nieuw onderzoek geëischt in hooger be roep. (Rechtszaken.) Barmatt in 't ongelijk gesteld. (Rechtszaken.) (Zie verder eventueel laatste berichten.) Baldwin, omdat deze heeft geweigerd zijn meening uit te spreken over de redevoering van Hitier. Het zou, aldus Churchill, zeer te betreuren zijn, indien de meening zou post vatten, dat deze redvoering een nieuwe en bizonder hoopvolle situatie zou hebben ge schapen. Churchill noemde de houding van Hitier nopens de kwestie der veiligheid al les behalve bemoedigend, terwijl hij ook zijn houding nopens de kwestie der niet-inmen- ging in de politiek der Donau-landen teleur stellend noemt. Spr. herinnerde er aan, dat Duitschland een groot aantal bommenwer pers met groote actieradius heeft. Indien de Duitschers 35 pCt. der Britsche tonnage op stapel zetten, is het duidelijk, dat ook Enge land in alle scheepsklassen nieuwe bodems moet bouwen. Namens de regeering sloot de onder staatssecretaris van luchtvaart, Sir Philipp Sassoon, de rij van sprekers. Hij verklaarde o.m., dat Engeland behal ve de te verdrievoudigen luchtvloot voor het moederland steeds een deel der in Engeland aanwezige reserves ter beschikking zal heb ben te stellen van de overzeesche luchtstrijd krachten. Het zou niet in het openbaar be lang zijn nauwkeurige bizonderheden te ver strékken over de overige vliegtuigen, welke de Britsche regeering zal bestellen. Buiten landsche regeeringen zouden hierover even min mededeelingen doen. Sassoon besloot met als zijn overtuiging uit te spreken, dat een sterke Engelsche luchtvloot de beste garantie is voor den Europeeschen vrede. Motie van de Labonrpartij verworpen. Het Lagerhuis verwierp ten slotte met 340 tegen 52 stemmen het door de Labourpartij ingediende voorstel de suppletoire begroo ting te verlagen en bekrachtigde daarmede de regeeringsvoorstellen. De Lagerhuisdebatten waren hiermede ge ëindigd. KORTE BERICHTEN. Door een aantal hoogleeraren in de Geologie, Geografie en Biologie, is een request gezonden aan den minister van wa terstaat waarin zij mededeelen dat zij de op heffing van den Rijks Geologischen Dienst en de daaruit voortvloeiende stopzetting van de Geologische Kaarteering van Nederland ten zeerste zouden betreuren. Het request is onderteekend door tal van bekende hoogleeraren. De 28ste jaarlijksche vergadering van de Ned. Ver. van reinigings-directeuren wordt dit jaar gehouden te Delft. De vereeniging is gistermorgen ten stad- huize officieel door het gemeentebestuur ont vangen en daarbij toegesproken door den burgemeester, mr. G. van Baren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 1