DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Het mijrigeschi! in het Belgische Henegouwen.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN s
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
No. 128 Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur: C. KRAK.
Zaterdag I Juni 1935
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
137e Jaargang
Qaqjeliiksch
Wat een bezoek aan het zwarte Land van
Henegouwen ons leerde. - De ware beteekenis
van de revolutionnaire mijnwerkersstaking.
De toestand ernstig
De aanleiding te Tamines.
Overal navolging.
Syndicale onmacht.
De moeilijkheden blijven.
HET ITALIAANSCH—ABESSINISCH
CONFLICT.
Mobiliseert Abessinië?
Italiaansche koeriers in Abes
sinië aangehouden.
Troepen naar Oost-Afrika.
DE FRANSCHE REGEERINGSCRISIS.
Bouisson geslaagd; de voorloo-
pirfe ministerlijst.
HOOFDREDACTEUR IN SCHUTZ-
HAFT GENOMEN.
DE AARDBEVING IN
BELOETSJISTAN.
IVof vandaag de
aandacht trekt...
30.000 dooden in Beloetsjistan?
GROOTE FABRIEKSBRAND.
ROOSEVELT VOORSTANDER VAN
GRONDWETSWIJZIGING?
ALKMAARSCHE COURANT.
(Van onzen Brusselschen correspondent).
Wij hebben andermaal enkele dagen
doorgebracht in ae Henegouwsche mijn
streek. Is het niet voor een zware ramp,
dan is het wegens een groote staking of
andere moeilijkheden dat onze belang
stelling wordt gevraagd voor dit gewest,
dat soms dramatische dagen beleeft en
waarvan de toekomst steeds met ang
stige vragen is gevuld. Bij onze terug
komst te Brussel, met zijn onverschillig
heid voor alles wat buiten de Wereld
tentoonstelling staat, hebben wij ons af
gevraagd, of de zeer ernstige incidenten,
die zich hebben voorgedaan m geheel
het mijngebied van Henegouwen, wel in
hun volle draagkracht zijn begrepen.
Men heeft er veelal slechts een drijven in
gezien van de communistische propagandis
ten, die het gemunt hadden op de socialisten
en in hoofdzaak op de socialistische ministers
in de huidige driepartijdige regeering. De
communisten zouden het den ministers lastig
hebben willen maken, om munt te kunnen
slaan uit hun neteligen toestand, met 'het
oog op de verkiezingen. Daar is natuurlijk
wel iets van aan, doch met communistische
propaganda alleen is een dergelijke bewe
ging niet op touw te zetten. Deze beweging
is, voor wie ter plaatse de arbeiders en de
syndicale leiders spreekt, en voor wie ook
de personen ondervraagt die met de hand
having van de orde zijn belast, een uiting
- van diepe ontevredenheid over hun sociale
verarming bij de mijnwerkers, en een bewijs
dat de band van de syndicale tucht voor hen
eenvoudig niet meer bestaat. Hieraan is het
gevaar verbonden dat de duizenden arbeiders
van de Henegouwsche mijnen, in hun rade
loosheid, ook wel eens tot ernstiger op
treden zouden te verleiden zijn.
De aanleiding was een incident dat zich op
13 Mei heeft voorgedaan in de St. Barbara-
mijn te Tamines, in het Naamsche, waar de
mijnindustrie veel heeft zerloren en de mijn
werkers dus niet meer zoo sterk zijn. Het
mijnbestuur had een proclamatie uitgevaar
digd, dat de gezinsbijslag zou worden ver
minderd, als gevolg van door de vorige
regeering genomen maatregelen. De verla
ging van een gezinsbijslag komt practisch
voor de mijnwerkers, die in deze streek over
't algemeen slechts een viertal dagen aan 't
werk zijn, neer op een loonsverlaging en het
kan hun niet veel schelen of de maatregel
genomen is door deze of gene regeering.
Zij beoordeelen slechts het tastbare feit dat
zij minder loon ontvangen, wanneer de veer
tien dagen om zijn. De arbeiders heben dade
lijk het werk gestaakt en zij verschansten
zich in de mijn, toen hun was gebleken dat
onderhandelingen tot niets zouden leiden.
Tenslotte moesten gendarmen in den nacht
worden bijgehaald om de mijn te ont
ruimen en hierbij werd door de mijnwerkers
geworpen met allerlei voorwerpen. Machines
werden vernield. Op zeker oogenblik is door
de gendarmen geschoten. De arbeiders
heschen de roode vaan, toen zij ontdekten dat
zij tenslotte toch het onderspit moesten del
ven tegen de gewapende macht. Het waren
114 arbeiders die zich na een urenlange be
legering overgaven onder het zingen van de
Internationale. Verscheidenen waren ge
wond. j j
Uit deze wijze van handelen van de mijn
werkers kan men wel opmaken, dat commu
nisten leiding gegeven hebben aan dit verzet,
doch het zou niet zoo goed geslaagd zijn,
indien bij de arbeiders niet het besef was
doorgedrongen dat de oude syndicale orga
nisatie, die in het verleden zooveel voor
deden voor hen heeft weten te veroveren,
thans niet meer de macht is waarop zij kun
nen rekenen tot het uiterste, omdat zij te veel
reeds alles heeft ingesteld op zooals dat heet
„bijlegging" van 'het geschil door de leiders
die den revolutionnairen geest missen en op
rust en tevredenheid zijn gesteld.
Van Tamines is de verzetbeweging blik
semsnel over geheel het nabijliggende
Zwarte Land gegaan en zooals in 1932 de
staking in verband met de werkloosheid,
van de Borinage is uitgegaan, kwam de ac
tie nu uit den tegenoverstelden hoek. Let
wel dat de syndicalen niet het minste bevel
hebben gegeven, integendeel. In alle afdee-
lingen zijn de leiders verrast geworden ot
overrompeld door de spontane, of door
slechts enkele communisten opgehitste hou
ding en besluiten van de arbeiders zelf. En
overal heeft deze houding, naar het voor
beeld van Tamines, een zuiver revolution
nairen vorm gekregen, hoofdzakelijk door
bezetting van de mijnen, zoowel boven als in
den grond. In den beginne trokken de arbei
ders naar hun werk, en eenmaal op de mijn,
bleven zij er zitten en verschansten zij zich,
weigerden aan 't werk te gaan of de mijn te
verlaten, zoolang hun geen loonsverhooging
was toegestaan, in de plaats van de aange
kondigde loonsverlaging. In een veertigtal
mijnen werd aldus een bezetting gevormd
door de arbeiders, die door hun vrouwen,
welke, het is opvallend, de grootste geest
drift aan den dag leggen voor dergelijke on
dernemingen, van voedsel werden voorzien.
Toen de gendarmen er gemakkelijk in slaag
den, na versterking te hebben gekregen, de
bezette mijnen te ontruimen, waarbij vooral
door overreding resultaten werden verkre
gen slechts in één geval moesten traan-
gasbommen worden geworpen begaven de
arbeiders zich in de mijn om ze op die ma
nier te bezetten, wel wetende dat in de mijn
de gendarmen onschadelijk zijn en ook dat
niemand hen zou trachten er uit te drijven,
door hun het leven in de mijn b.v. onmogelijk
te maken. Zoo zijn o.a. te Frameries, een
dorpje- in de Borinage een veertig arbeiders,
die in de mijn gedaald waren met de avond
ploeg pas na 'n nacht en een dag gecapitu
leerd, nadat zij eerst als voorwaarde hadden
gesteld dat zij een loonsverhooging van 25
ten honderd moesten krijgen.
Zooals men ziet, gaat het voortdurend
om een loonsverhooging. De arbeiders,
waarvan er velen zijn die zich met 125 tot
150 fr. per week moeten tevreden stellen, be
grijpen niet hoe de mijnen, tengevolge van
de devaluatie en de verhoogde erploitatie-
kosten de kolenprijzen met 20 ten honderd
hebben verhoogd en dat anderzijds hun kari
ge loonen nog moeten worden verminderd.
Integendeel zij wenschen, omdat hun loonen
laag zijn, een verhooging te krijgen Hier
voor hebben de socialistische ministers in de
regeering de minister van Arbeid is
Achlle Delattre, gewezen mijnwerker en
voorzitter van de mijnwerkerscentrale dan
ook geijverd in de Nationale Mijncommis-
sie, welke de loonen regelt in de mijnindus
trie. Met de medewerking van eerste-minis-
ter van Zeeland heeft de mijncommissie een
loonsverhooging voorgesteld van 2.5 t. h.
als voorschot op de loonsverhooging, die
zou moeten volgen bij de verhooging van 't
index-cijfer, ingevolgde de collectieve ar
beidsovereenkomst, met bovendien nog aan
passing van de laagste loonen. Deze voor
stellen werden door de patroons ook aan
vaard en de arbeidersafgevaardigden waren
gelukkig met deze schijnoverwinning naar
de mijngemeente terug te kunnen keeren.
Eigenaardig is de houding van de syndi
cale leiders in dergelijke gevallen. Wij woon
den het in 1932 bij hoe Vandervelde en al
de socialistische Kamerleden van Charleroi,
toen zij op het balcon van het Paleis du
Peuple verschenen, niet aan het woord kon
den komen en werden uitgejouwd. Toen ook
was de leiding van de beweging hen ont
snapt. Nu is dit eveneens het geval geweest
en de leiders moeten achter hun troepen
loopen om ze weer in handen te krijgen.
Voor degenen, die ten gunste van de arbei
ders veel hebben gedaan, moeten dit wel bit
tere oogenblikken zijn. Om te beginnen
wordt de spontane beweging van de arbei
ders iet afgekeurd. In de bladen van de par
tij wordt slechts geschreven over de „recht
vaardige eischen" van de mijnwerkers. In
verschillende moties van de gewestelijke cen
trales hebben de leiders later nochtans ge
waarschuwd dat de methodes van actie, wel
ke nu gevolgd werden, in strijd waren met
de syndicale tradities die moeten worden ge
ëerbiedigd. Het was echter niets meer om
minder dan een bekentenis van onmacht.
De verschillende gewestelijke centrales
hebben vergaderingen gehouden, te Hornu
(Borinage), La Louvière (Centrum) en
Charleroi om de voorstellen van de Mijn-
commissie te onderzoeken, doch alleen te
Charleroi heeft men het aangedurfd de af-
deelingen afzonderlijk een individueel refe
rendum te laten houden. Slechts 56,9 pCt
van de mijnwerkers uit de streek van Charle
roi hebben zich uitgesproken voor de goed
keuring der voorstellen. In de Borinage en
in het Centrum hebben alleen de syndicale
gedelegeerden gestemd voor de werkhervat
ting.
Men mag dan ook gerust condudeeren dat
dit alles, zooals in België nu sedert jaren
met de kolenkwestie wordt gedaan, slechts
een compromis is en dat de moeilijkheden
blijven bestaan. Bij de minste oorzaak zal
in Henegouwen vooral de andere bekkens
zijn minder door de crisis getroffen en de
revolutionnaire geest is er niet zoo sterk en
is er ook niet als een traditie geworden
het verzet oplaaien. In werkgeverskringen is
men er natuurlijk op uit het voor te stellen
alsof de invoer van buitenlandsche kolen het
hun onmogelijk maakt iets te doen voor de
arbeiders. Doch- dat is de economische kant.
Sociaal is het gevaar van dezen openlijken
opstand van de arbeiders tegen hun syndi
cale organisatie als een waarschuwing van
groote beteekenis. De mijnwerkers zijn steeds
trouw geweest aan de syndicale tucht. De
syndicaten zijn steeds radicaal getint ge
weest. Wat nu is gebeurd toont aan hoe de
socialistische syndici.ten niet meer in staat
zijn den regelenden invloed uit te oefenen,
waarop zij zoolaiig trotsch zijn geweest en
waarop de socialistische organen zich voort
durend beroepen. Nu zijn het de voorstan
ders van andere groepen, die het hoofd op
steken De vertegenwoordigers van so
cialistische bladen, die het Zwarte Land be
reisden, werden niet beter ontvangen door de
mijnwerkers, dan de redacteurs van burger
lijke bladen, integenceel. Zij werden als nog
onbetrouwbaarder bescouwd en dit beteekent
wat in deze streek! In het algemeen gespro
ken kan men slechts de hoop koesteren, dat
het nooit komen ual tot een gevaarlijker uit
barsting, waartegen de gendarmen, die in
Henegouwen een beweeglijke brigade vor
men, niet zouden opgewassen zijn.
Officieel wordt te Rome medegedeeld: De
gedeeltelijke mobilisatie van Abessijnsche
troepen en de aankomst in Abessinië van
hoeveelheden oorlogsmateriaal maken het
noodig nieuwe maatregelen te nemen ter ver
zekering van de veiligheid van de Italiaan-
sche koloniën in Oost-Afrika tegen iederen
aanval. Derhalve is order gegeven tot het
mobiliseeren van de divisie „Aquila", die ver
vangen zal worden door een andere, reeds
geformeerde divisie. Voorts is bevel gegeven
tot mobiliseering van twee nieuwe divisies
zwarthemden. Verder zijn den laatsten tijd
talrijke officieren, soldaten en specialisten
der marine onder de wapenen geroepen. Het
verlof van de marinelichting 1913 is opge
schort. Alle mobilisatie-operaties verloopen
met absolute regelmaat en zonder eenig in
cident.
UitU Asmara wordt gemeld, dat koeriers,
die op vaste tijden de post vervoeren van het
consulaat van Italië te ondar op 12 Mei door
soldaten van Ras Cassa zijn aangehouden
tusschen ondar en Adoea. Nadat de Italiaan
sche consul daartegen had geprotesteerd
werden de koeriers op vrije' voeten gesteld
en de postzakken teruggegeven. Het bleek
echter, dat het briefgeheim geschonden was.
Hieraan wordt toegevoegd, dat dit niet de
eerste maal is, dat in de grensstreek aanval
len gedaan worden op koeriers in Italiaan-
schen dienst. In Maart j.1. werden nabij Mu-
die Bado tusschen Adoear en Gondar koe
riers overvallen en geplunderd door een
tiental mannen, terwijl de post voor een
groot deel vernield werd.
Tegelijkertijd met de mobiliseering van
drie nieuwe Italiaansche divisies wordt be
kend, dat nieuwe troepenverschepingen naar
Oost-Afrika plaats hebben gevonden. Het
s.s. Italia is met 1000 man, zware artillerie,
133 officieren en onderofficieren en 300 ton
oorlogsmateriaal uit Napels vertrokken. Het
schip heft bovendien aan boord een aantal
bijzonder opgeleide pionniers en stratenbou-
wers. Nog zes stoomschepen waarvan de
meesten de reis naar Oost-Afrika reeds ver
scheidene malen hebben gedaan, liggen in
Napels en andere Italiaansche havens gereed
om uit te varen.
Bouisson bij president Lebrun.
Bouisson heeft zich gisteravond naar het
Elyssee begeven, waar hij den president der
republiek, Lebrun, op de hoogte heeft ge
steld van den stand van zijn onderhande
lingen inzake de oplossing van de kabinets
crisis.
Het verluidt, dat Bouisson, na de toezeg
ging der radicaal-socialisten te zullen deel
nemen aan de regeering, den president der
republiek zijn definitieve toezegging heeft
gedaan.
Bouisson deelde den president mede, dat
hij zijn kabinet nog in den loop van den
avond zou samenstellen.
De radicaal-socialisten hebben hun besluit
genomen met twaalf stemmen tegen bij twee
onthoudingen.
De groep heeft zich accoord verklaard met
de door Bouisson geëischte volmachten.
Bouisson heeft verzekerd, dat hij deze vol
machten alleen zal aanwenden tot verdedi
ging van den franc, saneering der financiën,
en net economische herstel van de natie, ter
wijl hij op zich heeft genomen de rechten van
het parlement, met name dat buitengewone
bijeenkomsten te houden om de begrooting te
bespreken, ongemoeid zal laten.
Hoewel vannacht om half een Bouisson
nog onderhandelde over de samenstelling
van zijn ministerie, is toch reeds de volgende
voorloopige ministerlijst mede te deelen. Mo
gelijk zullen hierin nog enkele wijzigingen
komen.
Minister-president en binnenlandsche za
ken: Fernand Bouisson;
ministers van staat: senator Caillaux (ra
dicaal socialist); Herriot (rad.-soc.); Lcuis
Bouisson, die het nieuwe Fransche
kabinet gevormd heeft
Marin (republ. dem. unie) en maarschalk
Pétain;
minister van buitenlandsche zaken: Laval
(onafhankelijk); justitie: Pernot (republ.
soc.); oorlog: generaal Maurin; marine:
Piétri (links republ.); luchtvaart: Laurent
Eynac (rad. linkerzijde); handel: Marchan-
deau; financiën: Palmade (rad.-soc.); na-
zijde); financiën: Palmade (rad.-soc.); na
tionale opvoeding: senator Maric Roustand
(rad.-soc.); openbare werken: Paganon
(rad.-soc.); koloniën: Louis Rollin (rad.-lin-
kerzijde); arbeid: Frossard (socialist); pen
sioenen: Perfetty (rad.-soc.); hygiëne: Er-
nest Lafont (soc.); landbouw: Henry Roy
(senator, rad.-soc.); posterijen: Mandel (on
afhankelijk);
onderstaatssecretaris van het kabinet van
den minister-presidentCathala (radicale lin
kerzijde).
De tegenwoordige minister voor de koop
vaardij Bertrand maakt aan boord van de
Normandië de reis naar Amerika mede. Hij
zal, eventueel, pas na zijn terugkeer te Parijs
worden vervangen.
De heer Bouisson zal zijn medewerkers
vannacht niet meer voorstellen aan den pre
sident der republiek, doch zich pas Zaterdag
ochtend met hen naar het Elyssee begeven.
Hoofdredacteur Friedrich Herzog, lid van
de NSDAP is gisteren door de geheime
staatspolitie te Berlijn in arrest gesteld, aan
gezien hij in een openbare localiteit „onge
breidelde critiek" had uitgeoefend op een
door Hitier gevelde beslissing en gedreigd
had met openbare verstoring bij de uitvoe
ring van die beslissing. Dit partijlid heeft
zich aldus de desbetreffende mededeeling
daarmede schuldig gemaakt aan opstan
digheid tegen de staatsautoriteit.
De te Londen omtrent de aardbeving
in Beloetsjistan ontvangen berichten,
doen voorloopig vreezen, dat er ver
scheidene duizender dooden gevallen
zijn. Het is volgens deze berichten nog
onmogelijk ook maar bij benadering te
schatten hoe groot het totaal aantal
d ;oden zal blijken te zijn onder de in
boorlingen, doch er kan weinig twijfel
aan zijn, dat in Quetta en andere steden
het totaal schrikwekkend hoog zal zijn.
Bekend is echter reeds, dat een officier
en 3 manschappen van de Royal Air
Force zijn omgekomen. Voorts zijn ge
dood twee Britsche ambtenaren er. hun
gezinnen, terwijl practisch de geheele
politiemacht van Quetta en vele onder
geschikte civiele en spoorweg-ambtena
ren om het leven zijn gekomen. Tus
schen 20 en 30 andere piloten worden
vermist.
Tengevolge \an het yernield zijn van
de telegraaflijnen zijn nog weinig bij-
Het geschil in de Belgische kolen
mijnen. (Dag. Overzicht).
De Fransche regeeringscrisis op
gelost. Bouisson stelt een nieuw
kabinet samen. (Buitenland).
De aardbeving in Beloetsjistan;
vermoedelijk 30.000 dooden. (Buiten
land).
Het Italiaansch-Abessini6ch con
flict. Nieuwe troepenmobilisaties?
(Buitenland).
Roosevelt voorstander van grond
wetswijziging? (Buitenland).
Ir. Mussert naar Indië. (Binnenland.)
Te Breda een jongen van een toren
gevallen. (Binnenland.)
Sergeant uit Den Helder voor den
krijgsraad wegens diefstal van stafkaar
ten, gasmaskers en munitie, (Rechts
zaken.)
Haagsche politie-agent ontslagen
wegens verduistering. (Binnenland.)
Parlementaire leven. (Artikelen.)
Licht in misdadig Oss. (Binnenland.)
(Zie verder eventueel laatste
berichten.)
zonderheden bekend geworden, doch de
tot dusverre ontvangen draadloo-o be
richten melden, dat in Quetta, dat een
bevolking heeft van 34 000 inwoners, de
zjtel vormt van het bestuur en een
belangrijk militair centrum is, de huizen
der inboorlingen als kaartenhuizen bij
den 6chok ineen vielen en de bewoners
onder de puinen bedolven. Slechts het
militaire gebied aan de. Noordzijde van
de stad werd licht beschadigd en voor
zoo ver bekend is zijn geen officieren of
leden hunner gezinnen gewond. Ook de
slachtoffers onder de troepen zijn gering
in aantal en den geheelen dag zijn de
manschappen van de Britsche en Indi
sche regimenten koortsachtig aan het
werk geweest voor het brengen van hulp
en het instellen van een zekere mate
van orde onder de duizenden zenuwach
tige vluchtelingen. Zij zijn er in ge
slaagd tijdelijke accoinodatie te ver
schaffen voor vele vluchtelingen in haas-
tb; ingerichte kampementen op de ren
baan en op de terreinen van den resi
dent. Vele ambtenaren ontsnapten ter
nauwernood aan den ondergang.
Voorts wordt nog gemeld, dat de stad
Mastung, op 40 mijl ten Zuiden van Quetta,
volkomen vernield is en dat vier vijfden der
bevolking om het leven zijn gekomen, terwijl
een zelfde lot de naburige dorpen heeft ge
troffen. Afgescheiden van de steden is
Beloetsjistan schaarsch bevolkt. Over de ver
der afgelegen districten en de daar aange
richte schade zijn nog geen berichten ont
vangen.
Sir Norman Cator, agent van den gouver
neur-generaal in Beloetsjistan, heeft een
draaalooze oproep gericht tot alle provin
ciale hoofdkwartieren om zoo spoedig moge
lijk medischen bijstand te zenden, waaraan
uiteraard snel gevolg gegeven is.
Uit Quetta wordt gemeld, dat volgens offi
cieuze mededeel ingen bij de hevige aard
beving, welke beloetsjistan heeft geteisterd,
30.000 personen om het leven zouden zijn
gekomen.
Op Hemelvaartsdag is de „Drahtwaren-
fabrik Feiten und Guillaume A G." in Graz
afgebrand. De brandweren van Graz en om
geving hadden in totaal 4000 M. slang uit
gelegd.
Teer- en papiervoorraden boden echter
rijkelijk voedsel aan het vernielende element.
De omgeving liep groot gevaar door* den
geewldigen vonkenregen. De schade is be
langrijk. De oorzaak van de brand is onbe
kend.
President Roosevelt heeft gister verklaard,
dat een heiziening van de grondwet der
Vereenigde Staten noodzakelijk is, wil de
federale regeering de handen vrij hebben om
de tegenwoordige economische, Sociale en
politieke problemen te kunnen oplossen.
Roosevelt critiseeroe de beslissing van het
Opperste Gerechtshof met betrekking tot de
ongeldigverklaring /an de NRA niet openlijk
doch wel gaf hij te kennen, dat de grondwet,
zooals deze in de 18de eeuw was opgesteld
niet van toepassing kan zijn op het leven der
natie in den tegenwoordigen tijd.
De president wees er op, dat nationaal
economische problemen moeten worden ge
regeld door 48 afzonderlijke en souvereine
staten Voor de oplossing van het nationale
vraag-tuk zal een periode van 5 i 10 jaren
noodig zijn.