Het gouden feest van het Rijksmuseum
te Amsterdam.
tBüuteuland
DE LAATSTE LES VAN LANGELOT
De
meesterlijk-samengestelde
kyriazi finas
is UW sigaret!
7tnveried€n jaar v°°r
Kleine maar uitgelezen expositie van werken
van den grooten meesier Rembrandt
Stukken uit het buitenland.
ERNSTIGE TRAMBOT
SING IN ZUID-LIMBURG.
Zes gewonden.
ERNSTIG AUTO-
ONGEVAL IN LIMBURG.
Nadere bijzonderheden.
DE MARECHAUSSEE EN
HET WERKEN IN OSS.
RELLETJE TE OORCUM.
Doodelijke val.
BRANDSTICHTING TE GRONINGEN?
MOTORFIETS TEGEN TRAM.
Berijder zwaar gewond.
ONTPLOFFING TE NIJMEGEN.
Geen slachtoffers te betreuren.
3.70. Voor drielingen werd aanvankelijk
f 2 50 tot 4 betaald, later 2 tot 3.80.
Voor kriel was maar weinig belangstellinir,
gevolg van de lagere prijzen der groote aard
appelen. Ze werd geveild voor 1 tot 1.70,
een enkel partijtje tot 2. In totaal werden
aan beide veilingen 240 spoorwagens aan
geveerd.
De aanvoer van tomaten was deze week
kleiner dan de vorige, ofschoon de prijzen
jets minder slecht waren. Werd aanvanke
lijk voor A-sorteering ruim 5 betaald, la
ter steeg die prijs tot het dubbele n.l. 10.90
lot 11.80. Eveneens liep B-kwaliteit van
5.80 tot gemiddeld 10.50 op en C van
4.10 tot 9 30. CC, die aanvankelijk met
moeite den minimumprijs van 2 kon halen,
steeg tot ruim 3. Aangevoerd werden 45000
KG.
Met de wortelen liep het aanvankelijk iets
j^ter dan de vorige week en kon voor de
boswortelen 3 tot 3.20 worden bedongen.
Losse wortelen brachten 3.20 tot 3.90 op.
Tech liepen deze lage prijzen nog omlaag tot
resp 2 tot 2.50 en 3.
Vrij groot was de belangstelling voor
bloemkool. Ondanks het warme weer wer-
fcn de aanvoeren kleiner. De prijs liep flink
0p Voor de mooie, groote bloemkool eerste
soort werd van ƒ11 tot ruim 16 betaald,
kleinere of iets afwijkende in kwaliteit wer
den voor 8 tot 12 verkocht. Op het laatst
der week zakten de prijzen iets in.
kool Brirhf V eP de roode
noa 6 on °Pi f cind vorige week
4 terwni ^LZl ^e, ze,te i" met gemiddeld
dan' 2 werf ??ts* c'er week niet meer
dan vêrlwtn I prii8 '8 n°g 'a£cr
over tKf,lfn al met re Jen
Voo7 A** "d^msten werd geklaagd,
cele knol a kwam deze week vroege
SS sSt nl ,veiling- Ook hiermee ging
KG ook n?Cm0PHren?st was f 3 P°r 100
va^e^LhttZf'^? kan worden opgemerkt
markt X k°°1' dJe voor het eerst ter
tot r i v i 71 ver1cocht werd voor 3.40
•lanffPvoJ 5 €den laar w«rd voor de eerst
aangevoerde partij 7 betaald
der v«|n^ian waaraan ^j^on-
iete 4rnLa imc^ worden besteed, werd
schoen £Cr Vur cht dan de vor>ge week, of-
ducXrt ?pdrc"Kst nog beneden den pro-
voor Tetaald WCrd "U f 5,50 tot f 6
Tuinboonen werden verkocht voor 2, een
meer Sw ^°°T df fers,e druiv€n werd
wL- L» da? verleden jaar, n.l. 65.
Spoedig echter daalde de prijs tot 45^
a)aY°°r het eerst verschenen deze week de
aan^lde veilingen. Ze brachten
dan in 18 °ngeVeer 50 ,a<F
aan in 1934. Summa summarum is er dus
nog maar weinig, dat tot tevredenheid stemt
(Van onzen reisredacteur.)
Potgieter klaagde in zijn onvergete
lijke scliets Het Rijksmuseum te Am-
sn rdam over de slechte huisvesting van
de rijkskunstverzamelingen in de hoofd-
s «d. Deze vonden in dien tijd een maar
zeer onvoldoende onder lak in het Trip
penhuis. thans de zetel van de Kon. Aca-
demi- van wetenschappen. Sommige
schilderijen, in gangen of op trappen
te toongeste'd, waren nauwelijks te zien
en in het algemeen getuigde de opstel
ling van een kleingeestige bekron^pen-
heid, die ook buitenlandsche kunstken
ners voortdurend ergernis gaf.
Wat ls er sinds Potgieter zijn „Er
was een tijdschreef op dit ge
bied veel veranderd! Sedert vijftig
jaar nu ueeft Amsterdam een rijks
museum, schepping van den Roer-
mondschen architect dr. P. J. H.
Cuypers, dat met vele musea in het
buitenland ln schoonheid en doel
matigheid kan wedijveren Op 13
Juni 1885 werd het nieuwe gebouw
geopend; thans, na een halve eeuw
van groei onder voortreffelijke lei
ding, kan men zeggen, dat het erf
deel onzer vaderen een waardig
onderdak heeft gevonden in 'a l&ndg
hoofdstad.
De geschiedenis der stichting is er een
van veel moeilijkheden, van jarenlang
geharrewar en onuitputtelijk geduld,
eie decennia werd van particuliere
zijde op een betere huisvesting aange
drongen; in 1862 kwam de zaak in de
tweede Kamer ter sprake, waar min is-
er Thorbecke aankondigde, dat het rijk
otgroote opofferingen voor dit doel be-
IS79 *?oest ziJ'n; het moest evenwel tot
.ren en het zou misschien nog
ter zijn geworden zonder de stuw-
racnt van den refendaris jhr. Victor de
saters voor dat definitief tot Jen
uj Y,an €en nieuw museum besloten
era. Een tot dit doel ingestelde com-
issie koos het ontwerp van den archi-
Guypers, aan wien de bouw werd
Pgedragen. Tijdens den bouw en ook
a net gereed komen in 1885 was er
critiek. Men vond vorm en indeeling
geschikt, doch het moge waar zijn, dat
en eersten tijd de inrichting niet volle-
8 aan haar doel beantwoordde, onder
leiding der elkaar opvolgende hoofd-
®cteuren Obreen, jhr. van Riemsdijk
dl'. Schmidt Degener is op dit gebied
verbeterd. In ieder geval lieeft de
d er een karakteristiek gebouw
tn gekregen, wat voor den tijd der
«tandkoming heel wat wil zeggen.
Het gouden feest van het Rijksmu-
euin is de aanleiding geweest tot het
ouden van een tentoonstelling van wer-
jpo van Rembrandt, den grootmeester
er Nederlandscho schilderkunst, welke
^toonstelling Zaterdagmiddag, juist
Wig jaar na de openstelling van het
museum, door den minister van onder-
W kunsten en wetenschappen a.i.,
pr°f dr. j. R. Slotemaker de Bruine, is
sOopend. Deze heeft daarbij een schets
«efieven van de moeilijkheden der tot-
'andkoming en ten slotte medegedeeld,
at het de Koningin behaagd had den
®8Wwoordigen hoofddirecteur dr. F.
chmidt Degener te bevorderen tot com-
mattdeur in de orde van Oranje Nassau
•b den hoofdconservator jhr. mr. D. C.
H°éll te benoemen tot officier in die
®rde. Des avonds ie in het schitterend
üchte gebouw een receptie gehou-
waar de minister als vertegenwoor
diger van den Staat der Nederlanden de
°a ukwenschen van vele vooraanstaande
t*t"sonen uit binnen- en buitenland in
'tvangst heeft genomen.
uat het vijftigjarig bestaan gevierd
°rüt met een Rembrandt-tentoonstel-
mg mag als een lofwaardig streven wor-
s,tv) beschouwd, vooral nu deze tentoon-
s 'jttg zoo is opgevat, dat de aandacht
cb C'aa' gevestigd wordt op werken van
U*'1. grooten meester in buitenlandsch
W. Beschamend voor den kunstzin en
het doorzicht van vroegere generaties is
het, dat men in het buitenland meer en
vaak betere van Nederlandsche mees
ters aantreft dan hier te lande. Overal
op de wereld zijn ze verspreidt: in Rus
land, in Amerika, in Engeland, in Frank
rijk Kan het Rijksmuseum bogen op de
mooiste en meest volledige verzameling
etsen en teekeningen van Rembrandt.
de Ermitage te Petersburg, waaruit in
middels weer enkele exemplaren naar
Amerika zijn verkocht, bezat de mooiste
verzameling schilderijen. Men heeft
van deze tentoonstelling, die 32 schilde
rijen, 61 teekeningen en 35 etsen omvat,
medewerking verkregen uit Amerika,
Engeland, Frankrijk en Duitschland; een
verzoek aan Rusland, dat door den Am-
stcrdamschen burgemeester tijdens zijn
verblijf te Moskou nog krachtig is onder
steund, bleef oningewilligd.
De tentoonstelling zelf is klein en
daardoor zeer overzichtelijk. Zij beslaat
twee zalen in het aan expositieruimten
zoo rijke gebouw. Men heeft dan ook
niet gezocht naar een veelheid van wer
ken van den zoo uiterst vruchtbaren
kunstenaar, doch er is gestreefd naar
het bijeen brengen van een exquise ver
zameling kunstwerken, die meerendee's
in ons land (sommige zelfs in Europa)
volkomen onbekend zijn en die tot het
beste van Rembrandt's oeuvre behooren.
Di een zeer lezenswaardig artikel in den
fraaien geil lustreerden catalogus heeft
dr Schmidt Degener een analyse gege
ven van de persoonlijkheid en het werk
van den kunstenaar, onder den titel:
Rembrandt's tegenstrijdigheden. Daarin
w ijst hij op de vele stroomingen die zijn
werk beheerschen, op de veelzijdigheid
van zijn talent, alles voortspruitend uit
zijn menscheiijkheid.
Men ziet er werk uit Rembrandt's
Leidschen tijd, vertegenwoordigd onder
meer door een luchtig schilderstuk,
voorstellende den ezelvanBileam en den
bekenden Paulus in gevangenschap,
welks belichting reeds teekenend is voor
ho' rijpende talent van den jongen kun-
te ïaar. In 1631 gaat hij naar Amster
dam, waar hij in 1634 huwt met Saskia
van Uylenburgh. Van dien tijd noemen
v* het op dezo tentoonstelling aanwezige
Lrndschap in onweersstemming, een
fraai stemmingsbeeld, vol ingehouden
dreiging met de schrille tegenstelling
der felle zonnevlekken. Dan het portret
van Johannes Uytenbogaert, den stich
ter der Reinonstrantsche broederschap,
en den indrukwekkenden Rabbijn in zijn
studeervertrek.
Als de kunstenaar omstreeks 1640 zijn
pe.soonlijke schildersneigingen gaat
- olgen, neemt zijn reputatie., die snel een
groote vlucht had genomen, allengs af.
Uit dien tijd dateeren echter vele wer
ken die thans tot de schoonsten worden
gerekend. Tevoren volgde hij den trant
der barok, waarmee hij een gevierd
schilder werd van Europeeschen i.aam.
Ni 1642 ongeveer vernieuwde zich zijn
ontwikkeling en ging hij meer en meer
een aan de barok tegenstelde richting
uit. Het was hem toen minder om de
uiterlijke verschijning dan om het inner-
I:jk wezen te doen en door het publiek
v erd hij niet begrepen. De wijziging in
zij'i werk valt ongeveer samen met den
dood van Saskia in 1642, een jaar na de
geboorte van hun zoon Titus. Hendrickje
Stoffels, die ln 1645 bij den schilder in
dienst kwam. werd zijn trouwe levensge-
zoi.in en hielp hem door de steeds stij
gende moeilijkheden heen.
Vele portretten (van den schilder zelf,
van zijn zoon Titus, van 1'ramjois Copal,
van Nicolaes Thomasz, Bruyningh, van
Hendrickje Stoffels) zijn uit dezen tijd
op de tentoonstelling aanwezig, als om
d' ommekeer in 's meesters kunst te
d^monstreeren. Al kennen wij de perso
nen zelf niet, deze portretten spreken tot
ons meer, dan menschen kunnen doen.
D< schilder is tot in het diepste wezen
van zijn sujetten doorgedrongen en toont
ze ons hier, zooals hij ze zag. Ook in de
talrijke bijbelsche figuren en voorstel
lingen, vaak verbeelding van eigen le
venservaring en -strijd, zien we hoogte
punten van dit begenadigde talent. De
Verloochening van Petrus, met op den
achtergrond den Wik van den Christus,
ln Oval, Round en Grande 20 St*
dio zijn voorspelling bevestigd weet, is
van een schrijnende felheid.
De hier geëxposeerde teekenineen en
etsen, waaronder ook weer enkele por
tretten, illustreeren Rembrandt's levens
gang op even treffende wijze. Daarbij
zijn ook vele landschappen, die van een
serene rust spreken. Talrijk zijn hier
eveneens de bijbelsche voorstel ingen,
die voor den schilder zulk een geliefd
onderwerp vormden. De ets van de Em
maüsgangers van 1654 overtreft nog de
uitdrukkng van het reeda zoo volmaak
te schilderij, dat in 1648 was tot stand
gekomen. Beide vormen hoogtepunten
op deze zoo uiterst belangwekkende
tentoonstelling.
De Rembrandt-tentoonstelllng duurt
van 13 Juli tot 13 October. Zij vormt een
der belangrijkste artistieke momenten
uit het leven der hoofdstad. Mogen velen
zich geroepen voelen daarheen een bede
vaart te maken!
Zondagochtend tegen acht uur
heeft bij het dorp N'yswiller in Zuid-
Limburg (gem. Wittem) een ern
stige trambotsing plaats gehad. De
tram, die te 6.48 uur uit Maas
tricht was vertrokken, kwam in bot
sing met een anderen trein van de
Limburgsche Tramweg Mij., die te
7.18 uur Vaals had verlaten. Hoe
wel de beide trams geen al te groo
te snelheid hadden ongeveer 25
K.M. per uur was de botsing
zeer hevig. Beide locomotieven wer
den grootendeels vernield; van den
trein uit Vaals werd het personen
rijtuig ernstig beschadigd, terwijl
het personenrijtuig van den trein
uit Maastricht alleen een ingedrukt
voorbalcon kreeg.
In totaal werden zes personen gewond,
van wie drie vrij ernstig. Het ergst was er
aan toe mevr. Laven-Rol«, die in de tram uit
Vaals zat en die met ernstige hoofdwonden
nar het ziekenhuis te Heerlen moest worden
overgebracht. De machinist W. Willems van
den trein uit Vaals werd eveneens ernstig
gewond, doch kon naar zijn woning worden
vervoerd. Ook de conducteur van dien trein,
Senden, liep ernstige kwetsuren op.
Lichte verwondingen kregen de conducteur
van den anderen trein H. Wassenberg, mevr
Rademacher en de heer Bruggeler.
Dokter J. A. M. D. J. Janssen uit Gulpen
was spoedig na het ongeval ter plaatse en
verleende dé eerste hulp. In den loop van
den ochtend werden de overblijfselen van de
beide trams opgeruimd en werd de lijn, die
tengevolge van het ongeval versperd werd,
weer vrij gemaakt. De oorzaak van het onge
val is waarschijnlijk, dat de tram uit Maas
tricht bij Nyswiller op de wisselplaats niet
lang genoeg heeft gewacht.
Een doode, vier gewonden.
Zondagmorgen is op den Rijks
straatweg tusschen Roermond en
Maastricht nabij eerstgenoemde ge
meente een auto verongelukt. De
wagen werd bestuurd door den
heer B. Engels uit Amsterdam.
Door het springen van een band
reed de auto in snelle vaart tegen
een boom. Het voertuig werd totaal
vernield. De heer Engels was op
slag dood.
In de auto zaten voorts de heer
P. Minne en zijn echtgenoote, mej.
E. Birke, allen uit Amsterdam.
Alle drie werden ernstig gewend
en zijn naar het r. k. ziekenhuis
Lorentius te Roermond overge
bracht.
Omtrent dit ernstige auto-ongeluk kan
nog het volgende worden gemeld:
De auto, die niet door den heer Engels,
maar door den heer Minne bestuurd werd,
had een vaart van omstreeks 100 K.M., toen
plotseling de linkerachterband sprong, met
net gevolg, dat ongeveer 100 M. verder de
wagen tegen een boom aan de linkerzijde
van den weg sloeg. Alle vier inzittenden
werden uit de auto geslingerd. De heer
Minne kwam eenige meters van den wagen
af op den weg neer met een zware hoofd
wonde en inwendige kneuzingen. De drie
inzittenden vlogen in een boog ongeveer 20
M. ver weg. Mevrouw Minne bekwam won
der boven wonder slechts lichte kwetsuren,
terwijl de heer Bruno Engels een gecompli
ceerde linkerbeenfractuur opliep en een enkel-
voudigen rechterbeenbreuic, benevens een
zware hoofdwonde. De vierde inzittende,
mej. Qertrudis Birke brak beide beenen en
werd eveneens zwaar aan het hoofd ge
wond.
De doctoren Steyn uit Echt en Meeuwissen
uit Qdilienberg waren spoedig ter plaatse,
alsmede de priester uit Linne, Nadat voor-
loopig de eerste hulp geboden was, werden
de slachtoffers naar het r. k. ziekenhuis St.
Laurentius, waar bij aankomst bleek, dat de
heer Minne reeds was overleden.
De toestand van den heer Bruno Engel
en van mej. Birke was gistermiddag zorg
wekkend.
Van geachte zijde wordt ons on
derstaande beschrijving toegezon
den, die ongeveer 60 jaar geleden
geschreven is en waarvan ieder in
verband met de onlangs verkregen
successen van de brigade Qss, wel
met belangstelling zal kennis ne
men.
De burgemeester mag zich de wetenschap
niet laten ontvallen, dat hij, als hoofd van
de politie, in de uitoefening dier functie
wordt bijgestaan door den politie-commissa-
ris, door de politie-agenten, de marechaus
sees, de veldwachters en waar het noodig is
de schutterij.
Wij blijven opzettelijk stilstaan bij de ma
rechaussee, dit uitgelezen korps, dat op zich
zelf alleen, in staat is om de rust, de veilig
heid van ganschen gewesten te verzekeren.
Inderdaad, de officieren van justitie, de rech-
ters-commissarissen, de kantonrechters en de
Eolitie-coramissarissen zijn niet overal: zij
ewonen enkele bevoorrechte gemeenten.
De marechaussees zijn overal tehuis; zij
zijn flinke militairen, geoefend en gemon
teerd; zij dragen de wapenen en weten zich
ervan te bedienen.
Wanneer zij opdagen, dan beven de kwa
den, de schuldigen vluchten, de goede schep
pen moed, de schuchteren houden vast; de
stommen spreken, de dooven hooren, de blin
den zien, ae kinderen huilen of looi>en weg;
de gewonden, de gekneusden en zij die besto
len, beleedigd of bedreigd zijn, beklagen
zich en geven de daders aan.
De instelling der marechaussee gelijkt
naar een wandelend tribunaal, dat opspoort
en bericht, zoekt en ondervraagt, vergelijkt
en arresteert. Zij is als een levende wet; zij
is de spraak, de smaak, het gezicht, het ge
hoor en het gevoel van de justitie.
Wat de burgemeester nimmer zou te we
ten krijgen, dat zal men den marechaussee
openbaren, men vertelt hem, wat men zich
zeiven zou verzwijgen. Er was geen stroo-
per, geen deserteur, geen deugniet hoe ook
gewapend, die ooit de hand durfde slaan
aan de marechaussee. Maar ook, zij zijn niet
beducht of men soms hun korenmijten zoude
aansteken, of men onkruid in hun akker zou
strooien, cf men hen zeiven of soms hun
beurs zou bespringen. Zij hebben het ge
zag, de macht en de wil op hun gelaat, de
koorden en het proces-verbaal in hun zak. en
het zwaard met den achterlader aan hun
lenden.
Een haas, door een strooper aangescho
ten, zal zich achter een marechaussee ver
bergen.
Ziedaar, de eenvoudigste beschrijving van
dit beschermend korps. Indien de dag ooit
kon aanbreken, dat het Wapen der Mare
chaussee werd opgeheven, het zou een lot-
dag zijn. Er zou van dien dag' geen zeker
heid bestaan, noch voor personen, noch voor
goederen de landman zou zich in zijn huis
verschansen: hij zou zichzelven en zijn ge
zin, zijn hebben en zijn bezittingen, tegen
het ruwe geweld moeten verdedigen.
Bedelaars, stroopers, galeiboeven, heidens,
schooiers, struikroovers, passanten, zielen-
verkoopers, geldmunters, zakkenrollers,
brandstichters, reizenden zonder pas, orgel
draaiers, deserteurs, spionnen, kwakzalvers,
hazardspelers, straatschenders, lieden die
geldeloos en zonder bepaald bedrijf langs
's heeren straten wandelen; niets ontsnapt
den wakkeren marechaussee.
Hij besnuffelt de bosschen en spelonken,
de holle boomen en wegen, de diepten en af
gronden, de schuilhoeken van allerlei aard.
Onbruikbaar gemaakte wegen en voetpa
den; vertrapte oogst- en weilanden; koeien,
varkens, schapen in delict; slapende koe- en
schaapherders; vrachtdieren zonder gelei
der; karren zonder plaat: hooimijten in
broeiing; korenmijten aan den weg of bij de
huizen; ticheloverns zonder vergunning, slui
zen opgehaald; hagen palen en afschuttin
gen uitgeworpen; deuren bezoedeld; vensters
ingeslagen; sloten vernageld; fruit geplukt;
banken het onderst boven geworpen; strop
pen, vallen, slagnetten, hengels en aalkor-
ven en wild en visch te vangen; valsche ma
ten en gewichten; logementsregistersmo
len- en herbergreglementen; dieren mishan
deld; hanen die vechten, honden die bijten;
jongens die loopen gaan als de marechaus
see aankomen; allemaal zaken die hun bij
zondere aandacht hebben.
Is het, dat men de marechaussee ten halve
iets zegt, zij vermoeden de andere helft; van
vinger tot duim gaan zij tot het bewijs.
Voor hen is geen geheim; de bedplanken, de
schoorsteenmantel, de duistere hoeken in den
keider, op zolder, in schuren en stallen, alles
wordt door hen besnuffeld en ondervraagd.
Beter dan wie ook anders weten de ma
rechaussees den schuldige te onderscheiden
in beweging zijner ledematenin kleur zijner
oogen; in den samenhang zijner gezegden;
in de pogingen om zich los te maken en te
vluchten.
Een burgemeester die den bijstand der ma
rechaussee te gelegener tijd inroept, die hem
met raad en daad weet te helpen, die hem
het voorloopig verhoor weet te vergemakke
lijken, en hen in de opsporing van het ge
pleegde, de plaats en de getuigen, weet ter
zijde te staan, die kan, zonder moeite, in
zijn gemeente, de rust, de veiligheid en de
góede orde handhaven.
Zaterdagmiddag te 1 uur ontstond op de
Schippersbeurs te Gorcum een relletje over
de bevrachting. Een aantal schippers dron
gen op naar ae aanbesteders en aangewezen
schippers. Een der opdringenden, G. Verheij
te Gorcum, kwam hierbij te vallen. Toen ge
neeskundige hulp ter plaatse verscheen, was
de dood reeds ingetreden.
De politie stelt een onderzoek in.
Zaterdagnacht zijn op het land van de ijs
baan „het Noordente Groningen vier op
pers hooi verbrand.
Aangezien de oppers op 40 meter afstand
van elkaar staan, wordt aan brandstichting
gedacht. De daders zijn nog niet ontdekt. De
brandweer wist 6 oppers te behouden. Het
hooi, dat was verzekerd, behoorde aan den
heer E. Bierling te Groningen.
Door onoplettendheid botste de 35-jarige
motorfietsrijder K. N. te Goningen, kellner
van beroep, gistermorgen op den Rijksstraat
weg naar Assen vlak bij de stad Groningen
tegen een uit de tegenovergestelde richting
komende electrische tram. De man die van
het motorrijwiel geslingerd werd, werd zeer
zwaar gewond opgenomen. Een der beenen
was verbrijzeld, de rechterarm gebroken, ter
wijl hij hevig bloedde uit verschillende hoofd
wonden.
Hij werd vervoerd naar het R.K. zieken
huis, waar het been is geamputeerd. De toe
stand was hedenavond zeer zorgwekkend.
Zaterdagavond had in de Kunstzijdefa
briek de „Nijma" te Nijmegen een ontploffing
plaats in het afvoerkanaal van de spinnerij
waarlang het water naar de rivier geloosd
wordt. Vermoedelijk heeft een koolstofgas
ontploffing plaats gehad, waardoor de dek
sels van de afvoerbuizen sprongen en tal
van ruiten in het nieuwe gedeelte van dit ge
bouw, waarin nog geen machines staan, ver
nield. Hierdoor bleek de schade van tamelijk
geringen omvang. De juiste oorzaak is niet
bekend en er wordt een onderzoek ingesteld.
De brandweer behoefde geen dienst te doen.
Het bedrijf kon weer normaal worden voort
gezet.
67. De emmers in de wereld trokken intusschen allemaal
naar de plaats van den brand. Troepen van duizenden waren
nu bijeen gekomen en vormden dichte legers, net als soldaten.
Door alle landen klonken nu de dreunende stapjes van de
emmar-legers,
68. Duimelot, die nog niet wist, welk grapje broerlief intus
schen had uitgehaald, snelde ook naar de plaats des onheils om
te helpen. De warmte van het vuur kwam haar al op verre
afstand tegemoet.