Het gouden feest van het Rijksmuseum te Amsterdam. tBüuteuland DE LAATSTE LES VAN LANGELOT De meesterlijk-samengestelde kyriazi finas is UW sigaret! 7tnveried€n jaar v°°r Kleine maar uitgelezen expositie van werken van den grooten meesier Rembrandt Stukken uit het buitenland. ERNSTIGE TRAMBOT SING IN ZUID-LIMBURG. Zes gewonden. ERNSTIG AUTO- ONGEVAL IN LIMBURG. Nadere bijzonderheden. DE MARECHAUSSEE EN HET WERKEN IN OSS. RELLETJE TE OORCUM. Doodelijke val. BRANDSTICHTING TE GRONINGEN? MOTORFIETS TEGEN TRAM. Berijder zwaar gewond. ONTPLOFFING TE NIJMEGEN. Geen slachtoffers te betreuren. 3.70. Voor drielingen werd aanvankelijk f 2 50 tot 4 betaald, later 2 tot 3.80. Voor kriel was maar weinig belangstellinir, gevolg van de lagere prijzen der groote aard appelen. Ze werd geveild voor 1 tot 1.70, een enkel partijtje tot 2. In totaal werden aan beide veilingen 240 spoorwagens aan geveerd. De aanvoer van tomaten was deze week kleiner dan de vorige, ofschoon de prijzen jets minder slecht waren. Werd aanvanke lijk voor A-sorteering ruim 5 betaald, la ter steeg die prijs tot het dubbele n.l. 10.90 lot 11.80. Eveneens liep B-kwaliteit van 5.80 tot gemiddeld 10.50 op en C van 4.10 tot 9 30. CC, die aanvankelijk met moeite den minimumprijs van 2 kon halen, steeg tot ruim 3. Aangevoerd werden 45000 KG. Met de wortelen liep het aanvankelijk iets j^ter dan de vorige week en kon voor de boswortelen 3 tot 3.20 worden bedongen. Losse wortelen brachten 3.20 tot 3.90 op. Tech liepen deze lage prijzen nog omlaag tot resp 2 tot 2.50 en 3. Vrij groot was de belangstelling voor bloemkool. Ondanks het warme weer wer- fcn de aanvoeren kleiner. De prijs liep flink 0p Voor de mooie, groote bloemkool eerste soort werd van ƒ11 tot ruim 16 betaald, kleinere of iets afwijkende in kwaliteit wer den voor 8 tot 12 verkocht. Op het laatst der week zakten de prijzen iets in. kool Brirhf V eP de roode noa 6 on °Pi f cind vorige week 4 terwni ^LZl ^e, ze,te i" met gemiddeld dan' 2 werf ??ts* c'er week niet meer dan vêrlwtn I prii8 '8 n°g 'a£cr over tKf,lfn al met re Jen Voo7 A** "d^msten werd geklaagd, cele knol a kwam deze week vroege SS sSt nl ,veiling- Ook hiermee ging KG ook n?Cm0PHren?st was f 3 P°r 100 va^e^LhttZf'^? kan worden opgemerkt markt X k°°1' dJe voor het eerst ter tot r i v i 71 ver1cocht werd voor 3.40 •lanffPvoJ 5 €den laar w«rd voor de eerst aangevoerde partij 7 betaald der v«|n^ian waaraan ^j^on- iete 4rnLa imc^ worden besteed, werd schoen £Cr Vur cht dan de vor>ge week, of- ducXrt ?pdrc"Kst nog beneden den pro- voor Tetaald WCrd "U f 5,50 tot f 6 Tuinboonen werden verkocht voor 2, een meer Sw ^°°T df fers,e druiv€n werd wL- L» da? verleden jaar, n.l. 65. Spoedig echter daalde de prijs tot 45^ a)aY°°r het eerst verschenen deze week de aan^lde veilingen. Ze brachten dan in 18 °ngeVeer 50 ,a<F aan in 1934. Summa summarum is er dus nog maar weinig, dat tot tevredenheid stemt (Van onzen reisredacteur.) Potgieter klaagde in zijn onvergete lijke scliets Het Rijksmuseum te Am- sn rdam over de slechte huisvesting van de rijkskunstverzamelingen in de hoofd- s «d. Deze vonden in dien tijd een maar zeer onvoldoende onder lak in het Trip penhuis. thans de zetel van de Kon. Aca- demi- van wetenschappen. Sommige schilderijen, in gangen of op trappen te toongeste'd, waren nauwelijks te zien en in het algemeen getuigde de opstel ling van een kleingeestige bekron^pen- heid, die ook buitenlandsche kunstken ners voortdurend ergernis gaf. Wat ls er sinds Potgieter zijn „Er was een tijdschreef op dit ge bied veel veranderd! Sedert vijftig jaar nu ueeft Amsterdam een rijks museum, schepping van den Roer- mondschen architect dr. P. J. H. Cuypers, dat met vele musea in het buitenland ln schoonheid en doel matigheid kan wedijveren Op 13 Juni 1885 werd het nieuwe gebouw geopend; thans, na een halve eeuw van groei onder voortreffelijke lei ding, kan men zeggen, dat het erf deel onzer vaderen een waardig onderdak heeft gevonden in 'a l&ndg hoofdstad. De geschiedenis der stichting is er een van veel moeilijkheden, van jarenlang geharrewar en onuitputtelijk geduld, eie decennia werd van particuliere zijde op een betere huisvesting aange drongen; in 1862 kwam de zaak in de tweede Kamer ter sprake, waar min is- er Thorbecke aankondigde, dat het rijk otgroote opofferingen voor dit doel be- IS79 *?oest ziJ'n; het moest evenwel tot .ren en het zou misschien nog ter zijn geworden zonder de stuw- racnt van den refendaris jhr. Victor de saters voor dat definitief tot Jen uj Y,an €en nieuw museum besloten era. Een tot dit doel ingestelde com- issie koos het ontwerp van den archi- Guypers, aan wien de bouw werd Pgedragen. Tijdens den bouw en ook a net gereed komen in 1885 was er critiek. Men vond vorm en indeeling geschikt, doch het moge waar zijn, dat en eersten tijd de inrichting niet volle- 8 aan haar doel beantwoordde, onder leiding der elkaar opvolgende hoofd- ®cteuren Obreen, jhr. van Riemsdijk dl'. Schmidt Degener is op dit gebied verbeterd. In ieder geval lieeft de d er een karakteristiek gebouw tn gekregen, wat voor den tijd der «tandkoming heel wat wil zeggen. Het gouden feest van het Rijksmu- euin is de aanleiding geweest tot het ouden van een tentoonstelling van wer- jpo van Rembrandt, den grootmeester er Nederlandscho schilderkunst, welke ^toonstelling Zaterdagmiddag, juist Wig jaar na de openstelling van het museum, door den minister van onder- W kunsten en wetenschappen a.i., pr°f dr. j. R. Slotemaker de Bruine, is sOopend. Deze heeft daarbij een schets «efieven van de moeilijkheden der tot- 'andkoming en ten slotte medegedeeld, at het de Koningin behaagd had den ®8Wwoordigen hoofddirecteur dr. F. chmidt Degener te bevorderen tot com- mattdeur in de orde van Oranje Nassau •b den hoofdconservator jhr. mr. D. C. H°éll te benoemen tot officier in die ®rde. Des avonds ie in het schitterend üchte gebouw een receptie gehou- waar de minister als vertegenwoor diger van den Staat der Nederlanden de °a ukwenschen van vele vooraanstaande t*t"sonen uit binnen- en buitenland in 'tvangst heeft genomen. uat het vijftigjarig bestaan gevierd °rüt met een Rembrandt-tentoonstel- mg mag als een lofwaardig streven wor- s,tv) beschouwd, vooral nu deze tentoon- s 'jttg zoo is opgevat, dat de aandacht cb C'aa' gevestigd wordt op werken van U*'1. grooten meester in buitenlandsch W. Beschamend voor den kunstzin en het doorzicht van vroegere generaties is het, dat men in het buitenland meer en vaak betere van Nederlandsche mees ters aantreft dan hier te lande. Overal op de wereld zijn ze verspreidt: in Rus land, in Amerika, in Engeland, in Frank rijk Kan het Rijksmuseum bogen op de mooiste en meest volledige verzameling etsen en teekeningen van Rembrandt. de Ermitage te Petersburg, waaruit in middels weer enkele exemplaren naar Amerika zijn verkocht, bezat de mooiste verzameling schilderijen. Men heeft van deze tentoonstelling, die 32 schilde rijen, 61 teekeningen en 35 etsen omvat, medewerking verkregen uit Amerika, Engeland, Frankrijk en Duitschland; een verzoek aan Rusland, dat door den Am- stcrdamschen burgemeester tijdens zijn verblijf te Moskou nog krachtig is onder steund, bleef oningewilligd. De tentoonstelling zelf is klein en daardoor zeer overzichtelijk. Zij beslaat twee zalen in het aan expositieruimten zoo rijke gebouw. Men heeft dan ook niet gezocht naar een veelheid van wer ken van den zoo uiterst vruchtbaren kunstenaar, doch er is gestreefd naar het bijeen brengen van een exquise ver zameling kunstwerken, die meerendee's in ons land (sommige zelfs in Europa) volkomen onbekend zijn en die tot het beste van Rembrandt's oeuvre behooren. Di een zeer lezenswaardig artikel in den fraaien geil lustreerden catalogus heeft dr Schmidt Degener een analyse gege ven van de persoonlijkheid en het werk van den kunstenaar, onder den titel: Rembrandt's tegenstrijdigheden. Daarin w ijst hij op de vele stroomingen die zijn werk beheerschen, op de veelzijdigheid van zijn talent, alles voortspruitend uit zijn menscheiijkheid. Men ziet er werk uit Rembrandt's Leidschen tijd, vertegenwoordigd onder meer door een luchtig schilderstuk, voorstellende den ezelvanBileam en den bekenden Paulus in gevangenschap, welks belichting reeds teekenend is voor ho' rijpende talent van den jongen kun- te ïaar. In 1631 gaat hij naar Amster dam, waar hij in 1634 huwt met Saskia van Uylenburgh. Van dien tijd noemen v* het op dezo tentoonstelling aanwezige Lrndschap in onweersstemming, een fraai stemmingsbeeld, vol ingehouden dreiging met de schrille tegenstelling der felle zonnevlekken. Dan het portret van Johannes Uytenbogaert, den stich ter der Reinonstrantsche broederschap, en den indrukwekkenden Rabbijn in zijn studeervertrek. Als de kunstenaar omstreeks 1640 zijn pe.soonlijke schildersneigingen gaat - olgen, neemt zijn reputatie., die snel een groote vlucht had genomen, allengs af. Uit dien tijd dateeren echter vele wer ken die thans tot de schoonsten worden gerekend. Tevoren volgde hij den trant der barok, waarmee hij een gevierd schilder werd van Europeeschen i.aam. Ni 1642 ongeveer vernieuwde zich zijn ontwikkeling en ging hij meer en meer een aan de barok tegenstelde richting uit. Het was hem toen minder om de uiterlijke verschijning dan om het inner- I:jk wezen te doen en door het publiek v erd hij niet begrepen. De wijziging in zij'i werk valt ongeveer samen met den dood van Saskia in 1642, een jaar na de geboorte van hun zoon Titus. Hendrickje Stoffels, die ln 1645 bij den schilder in dienst kwam. werd zijn trouwe levensge- zoi.in en hielp hem door de steeds stij gende moeilijkheden heen. Vele portretten (van den schilder zelf, van zijn zoon Titus, van 1'ramjois Copal, van Nicolaes Thomasz, Bruyningh, van Hendrickje Stoffels) zijn uit dezen tijd op de tentoonstelling aanwezig, als om d' ommekeer in 's meesters kunst te d^monstreeren. Al kennen wij de perso nen zelf niet, deze portretten spreken tot ons meer, dan menschen kunnen doen. D< schilder is tot in het diepste wezen van zijn sujetten doorgedrongen en toont ze ons hier, zooals hij ze zag. Ook in de talrijke bijbelsche figuren en voorstel lingen, vaak verbeelding van eigen le venservaring en -strijd, zien we hoogte punten van dit begenadigde talent. De Verloochening van Petrus, met op den achtergrond den Wik van den Christus, ln Oval, Round en Grande 20 St* dio zijn voorspelling bevestigd weet, is van een schrijnende felheid. De hier geëxposeerde teekenineen en etsen, waaronder ook weer enkele por tretten, illustreeren Rembrandt's levens gang op even treffende wijze. Daarbij zijn ook vele landschappen, die van een serene rust spreken. Talrijk zijn hier eveneens de bijbelsche voorstel ingen, die voor den schilder zulk een geliefd onderwerp vormden. De ets van de Em maüsgangers van 1654 overtreft nog de uitdrukkng van het reeda zoo volmaak te schilderij, dat in 1648 was tot stand gekomen. Beide vormen hoogtepunten op deze zoo uiterst belangwekkende tentoonstelling. De Rembrandt-tentoonstelllng duurt van 13 Juli tot 13 October. Zij vormt een der belangrijkste artistieke momenten uit het leven der hoofdstad. Mogen velen zich geroepen voelen daarheen een bede vaart te maken! Zondagochtend tegen acht uur heeft bij het dorp N'yswiller in Zuid- Limburg (gem. Wittem) een ern stige trambotsing plaats gehad. De tram, die te 6.48 uur uit Maas tricht was vertrokken, kwam in bot sing met een anderen trein van de Limburgsche Tramweg Mij., die te 7.18 uur Vaals had verlaten. Hoe wel de beide trams geen al te groo te snelheid hadden ongeveer 25 K.M. per uur was de botsing zeer hevig. Beide locomotieven wer den grootendeels vernield; van den trein uit Vaals werd het personen rijtuig ernstig beschadigd, terwijl het personenrijtuig van den trein uit Maastricht alleen een ingedrukt voorbalcon kreeg. In totaal werden zes personen gewond, van wie drie vrij ernstig. Het ergst was er aan toe mevr. Laven-Rol«, die in de tram uit Vaals zat en die met ernstige hoofdwonden nar het ziekenhuis te Heerlen moest worden overgebracht. De machinist W. Willems van den trein uit Vaals werd eveneens ernstig gewond, doch kon naar zijn woning worden vervoerd. Ook de conducteur van dien trein, Senden, liep ernstige kwetsuren op. Lichte verwondingen kregen de conducteur van den anderen trein H. Wassenberg, mevr Rademacher en de heer Bruggeler. Dokter J. A. M. D. J. Janssen uit Gulpen was spoedig na het ongeval ter plaatse en verleende dé eerste hulp. In den loop van den ochtend werden de overblijfselen van de beide trams opgeruimd en werd de lijn, die tengevolge van het ongeval versperd werd, weer vrij gemaakt. De oorzaak van het onge val is waarschijnlijk, dat de tram uit Maas tricht bij Nyswiller op de wisselplaats niet lang genoeg heeft gewacht. Een doode, vier gewonden. Zondagmorgen is op den Rijks straatweg tusschen Roermond en Maastricht nabij eerstgenoemde ge meente een auto verongelukt. De wagen werd bestuurd door den heer B. Engels uit Amsterdam. Door het springen van een band reed de auto in snelle vaart tegen een boom. Het voertuig werd totaal vernield. De heer Engels was op slag dood. In de auto zaten voorts de heer P. Minne en zijn echtgenoote, mej. E. Birke, allen uit Amsterdam. Alle drie werden ernstig gewend en zijn naar het r. k. ziekenhuis Lorentius te Roermond overge bracht. Omtrent dit ernstige auto-ongeluk kan nog het volgende worden gemeld: De auto, die niet door den heer Engels, maar door den heer Minne bestuurd werd, had een vaart van omstreeks 100 K.M., toen plotseling de linkerachterband sprong, met net gevolg, dat ongeveer 100 M. verder de wagen tegen een boom aan de linkerzijde van den weg sloeg. Alle vier inzittenden werden uit de auto geslingerd. De heer Minne kwam eenige meters van den wagen af op den weg neer met een zware hoofd wonde en inwendige kneuzingen. De drie inzittenden vlogen in een boog ongeveer 20 M. ver weg. Mevrouw Minne bekwam won der boven wonder slechts lichte kwetsuren, terwijl de heer Bruno Engels een gecompli ceerde linkerbeenfractuur opliep en een enkel- voudigen rechterbeenbreuic, benevens een zware hoofdwonde. De vierde inzittende, mej. Qertrudis Birke brak beide beenen en werd eveneens zwaar aan het hoofd ge wond. De doctoren Steyn uit Echt en Meeuwissen uit Qdilienberg waren spoedig ter plaatse, alsmede de priester uit Linne, Nadat voor- loopig de eerste hulp geboden was, werden de slachtoffers naar het r. k. ziekenhuis St. Laurentius, waar bij aankomst bleek, dat de heer Minne reeds was overleden. De toestand van den heer Bruno Engel en van mej. Birke was gistermiddag zorg wekkend. Van geachte zijde wordt ons on derstaande beschrijving toegezon den, die ongeveer 60 jaar geleden geschreven is en waarvan ieder in verband met de onlangs verkregen successen van de brigade Qss, wel met belangstelling zal kennis ne men. De burgemeester mag zich de wetenschap niet laten ontvallen, dat hij, als hoofd van de politie, in de uitoefening dier functie wordt bijgestaan door den politie-commissa- ris, door de politie-agenten, de marechaus sees, de veldwachters en waar het noodig is de schutterij. Wij blijven opzettelijk stilstaan bij de ma rechaussee, dit uitgelezen korps, dat op zich zelf alleen, in staat is om de rust, de veilig heid van ganschen gewesten te verzekeren. Inderdaad, de officieren van justitie, de rech- ters-commissarissen, de kantonrechters en de Eolitie-coramissarissen zijn niet overal: zij ewonen enkele bevoorrechte gemeenten. De marechaussees zijn overal tehuis; zij zijn flinke militairen, geoefend en gemon teerd; zij dragen de wapenen en weten zich ervan te bedienen. Wanneer zij opdagen, dan beven de kwa den, de schuldigen vluchten, de goede schep pen moed, de schuchteren houden vast; de stommen spreken, de dooven hooren, de blin den zien, ae kinderen huilen of looi>en weg; de gewonden, de gekneusden en zij die besto len, beleedigd of bedreigd zijn, beklagen zich en geven de daders aan. De instelling der marechaussee gelijkt naar een wandelend tribunaal, dat opspoort en bericht, zoekt en ondervraagt, vergelijkt en arresteert. Zij is als een levende wet; zij is de spraak, de smaak, het gezicht, het ge hoor en het gevoel van de justitie. Wat de burgemeester nimmer zou te we ten krijgen, dat zal men den marechaussee openbaren, men vertelt hem, wat men zich zeiven zou verzwijgen. Er was geen stroo- per, geen deserteur, geen deugniet hoe ook gewapend, die ooit de hand durfde slaan aan de marechaussee. Maar ook, zij zijn niet beducht of men soms hun korenmijten zoude aansteken, of men onkruid in hun akker zou strooien, cf men hen zeiven of soms hun beurs zou bespringen. Zij hebben het ge zag, de macht en de wil op hun gelaat, de koorden en het proces-verbaal in hun zak. en het zwaard met den achterlader aan hun lenden. Een haas, door een strooper aangescho ten, zal zich achter een marechaussee ver bergen. Ziedaar, de eenvoudigste beschrijving van dit beschermend korps. Indien de dag ooit kon aanbreken, dat het Wapen der Mare chaussee werd opgeheven, het zou een lot- dag zijn. Er zou van dien dag' geen zeker heid bestaan, noch voor personen, noch voor goederen de landman zou zich in zijn huis verschansen: hij zou zichzelven en zijn ge zin, zijn hebben en zijn bezittingen, tegen het ruwe geweld moeten verdedigen. Bedelaars, stroopers, galeiboeven, heidens, schooiers, struikroovers, passanten, zielen- verkoopers, geldmunters, zakkenrollers, brandstichters, reizenden zonder pas, orgel draaiers, deserteurs, spionnen, kwakzalvers, hazardspelers, straatschenders, lieden die geldeloos en zonder bepaald bedrijf langs 's heeren straten wandelen; niets ontsnapt den wakkeren marechaussee. Hij besnuffelt de bosschen en spelonken, de holle boomen en wegen, de diepten en af gronden, de schuilhoeken van allerlei aard. Onbruikbaar gemaakte wegen en voetpa den; vertrapte oogst- en weilanden; koeien, varkens, schapen in delict; slapende koe- en schaapherders; vrachtdieren zonder gelei der; karren zonder plaat: hooimijten in broeiing; korenmijten aan den weg of bij de huizen; ticheloverns zonder vergunning, slui zen opgehaald; hagen palen en afschuttin gen uitgeworpen; deuren bezoedeld; vensters ingeslagen; sloten vernageld; fruit geplukt; banken het onderst boven geworpen; strop pen, vallen, slagnetten, hengels en aalkor- ven en wild en visch te vangen; valsche ma ten en gewichten; logementsregistersmo len- en herbergreglementen; dieren mishan deld; hanen die vechten, honden die bijten; jongens die loopen gaan als de marechaus see aankomen; allemaal zaken die hun bij zondere aandacht hebben. Is het, dat men de marechaussee ten halve iets zegt, zij vermoeden de andere helft; van vinger tot duim gaan zij tot het bewijs. Voor hen is geen geheim; de bedplanken, de schoorsteenmantel, de duistere hoeken in den keider, op zolder, in schuren en stallen, alles wordt door hen besnuffeld en ondervraagd. Beter dan wie ook anders weten de ma rechaussees den schuldige te onderscheiden in beweging zijner ledematenin kleur zijner oogen; in den samenhang zijner gezegden; in de pogingen om zich los te maken en te vluchten. Een burgemeester die den bijstand der ma rechaussee te gelegener tijd inroept, die hem met raad en daad weet te helpen, die hem het voorloopig verhoor weet te vergemakke lijken, en hen in de opsporing van het ge pleegde, de plaats en de getuigen, weet ter zijde te staan, die kan, zonder moeite, in zijn gemeente, de rust, de veiligheid en de góede orde handhaven. Zaterdagmiddag te 1 uur ontstond op de Schippersbeurs te Gorcum een relletje over de bevrachting. Een aantal schippers dron gen op naar ae aanbesteders en aangewezen schippers. Een der opdringenden, G. Verheij te Gorcum, kwam hierbij te vallen. Toen ge neeskundige hulp ter plaatse verscheen, was de dood reeds ingetreden. De politie stelt een onderzoek in. Zaterdagnacht zijn op het land van de ijs baan „het Noordente Groningen vier op pers hooi verbrand. Aangezien de oppers op 40 meter afstand van elkaar staan, wordt aan brandstichting gedacht. De daders zijn nog niet ontdekt. De brandweer wist 6 oppers te behouden. Het hooi, dat was verzekerd, behoorde aan den heer E. Bierling te Groningen. Door onoplettendheid botste de 35-jarige motorfietsrijder K. N. te Goningen, kellner van beroep, gistermorgen op den Rijksstraat weg naar Assen vlak bij de stad Groningen tegen een uit de tegenovergestelde richting komende electrische tram. De man die van het motorrijwiel geslingerd werd, werd zeer zwaar gewond opgenomen. Een der beenen was verbrijzeld, de rechterarm gebroken, ter wijl hij hevig bloedde uit verschillende hoofd wonden. Hij werd vervoerd naar het R.K. zieken huis, waar het been is geamputeerd. De toe stand was hedenavond zeer zorgwekkend. Zaterdagavond had in de Kunstzijdefa briek de „Nijma" te Nijmegen een ontploffing plaats in het afvoerkanaal van de spinnerij waarlang het water naar de rivier geloosd wordt. Vermoedelijk heeft een koolstofgas ontploffing plaats gehad, waardoor de dek sels van de afvoerbuizen sprongen en tal van ruiten in het nieuwe gedeelte van dit ge bouw, waarin nog geen machines staan, ver nield. Hierdoor bleek de schade van tamelijk geringen omvang. De juiste oorzaak is niet bekend en er wordt een onderzoek ingesteld. De brandweer behoefde geen dienst te doen. Het bedrijf kon weer normaal worden voort gezet. 67. De emmers in de wereld trokken intusschen allemaal naar de plaats van den brand. Troepen van duizenden waren nu bijeen gekomen en vormden dichte legers, net als soldaten. Door alle landen klonken nu de dreunende stapjes van de emmar-legers, 68. Duimelot, die nog niet wist, welk grapje broerlief intus schen had uitgehaald, snelde ook naar de plaats des onheils om te helpen. De warmte van het vuur kwam haar al op verre afstand tegemoet.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 7