dagblad voor alkmaar en omstreken.
Het kabinet-Colijn vraagt ontslag
Ondergrondsche ontevredenheid
in Duitschland.
Prof. AALBERSE kabinets-formateur.
Het kabinet-Colijn.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behelee Zon-
stdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.-,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE AD VERTE NTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij r/h. HERMS. COSTER ZOON, Voor dam C 9,
postgiro 37060. TeleL 3320, redactie 3330.
No. 174 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C KRAK
Vrijdag 26 Juli 1935
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
137e Jaargang
Religieuze kwesties voor andere
dingen misbruikt.
KEPLL's benoeming.
onweer in de lucht.
niet zonder gevaar.
déplorabele deviezenpositie
de religieuze kwestie
Het kabinet-Colijn heeft gister aan H. M. de Koningin ontslag
aangeboden.
H. M. de Koningin heeft de ontslag-aanvrage in overweging
genomen en de ministers uitgenoodigd, zich inmiddels niet
alléén te willen blijven belasten met de behandeling en af
doening zoo mogelijk van de loopende zaken, maar ook al
datgene te verrichten, wat 's Lands belang in de moeilijke
tijdsomstandigheden vereischt.
Hoewel het Kabinet dus demissionnair is, wordt nadrukkelijk
medegedeeld, dat het Ministerie met het oog op de zich eiken
dag voordoende moeilijkheden ten volle gebruik zal maken
van de bevoegdheden, die de regeering bezit, met name ter
bescherming van onze munt.
H. M. de Koningin heeft na gisteren in den loop van den
dag besprekingen gehouden te hebben met de voorzitters van
de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal en den
vice-president van den Raad van State hedenmorgen prof. Mr.
P. J. M AALBERSE, minister van Staat, ontvangen en hem
opdracht verleend tot vorming van een parlementair kabinet
op zoo breed mogelijke basis.
Prof. AALBERSE heeft verzocht deze opdracht in beraad te
mogen houden, waarop H. M. den wensch heeft uitgesproken
de beslissing binnen enkele dagen te mogen vernemen.
ER BEHOEFT GEEN VERTRAGING
IN HET BEZUINIGINGSWERK
TE KOMEN.
DE KABINETS-FORMATIE.
Waf vandaag de
aandacht trekt,,,
(Zie verder eventueel laatste
berichten.)
DISCONTOVERHOOGING
NEDERLANDSCHE BANK.
WONING UITGEBRAND.
ALKMAARSCHE COURANT
Qxigeliiksch OueczicPit
Bij de beoordeeling van politieke
toestanden is het geraden, om voor
zichtig te zijn en daarom kan men
op het oogenblik slechts zeggen,
dat het er naar uitziet, of het Derde
Rijk een crisis doormaakt, zonder
positief te durven beweren, dat dit
het geval is.
Immers in Duitschland ontbreekt een pers,
die als barometer registreert, of de atmosfe
rische gesteldheid gunstig, dan wel ongun
stig is. De gemuilkorfde Duitsche persbaro
meter staat onveranderd op „bestendig mooi
weer". Maar daarom is het niet steeds zon
neschijn, zoo meldt de Berlijnsche corres
pondent van het Rott. Nbld.
Er zijn echter ook andere graadmeters
En die staan niet alle even gunstig. Daartoe
behooren een reeks van gebeurtenissen,
waaruit men kan afleiden, dat het Hitier-
régime in Duitschland zich op het oogenblik
in een zeer bewogen stadium bevindt.
Slechts blinde vijanden van het nieuwe
Duitschland kunnen nog altijd beweren, dat
het nieuwe régime heelemaal geen succes
heeft gehad. Er zijn inderdaad dingen be
reikt, die men drie jaar geleden nog glad on
mogelijk zou hebben geacht; daarbij hoeft
men nog niet eens te denken aan politieke
feiten als de nieuwe vriendschap met Polen
en de vlootovereenkomst met Engeland.
Maar in weerwil van dit alles heeft men
in den laatsten in groeiende mate het gevoel
van
Het gaat de firma M. M. in Duitschland
goed, de firma der „Miesmacher Mecke-
rer", zwartkijkers en mopperaars.
Er heerscht ontevredenheid in Duitsch
land. Adolf Hitier heeft in zijn laatste rijks
dagrede van 21 Mei gezegd, dat de verwe
zenlijking van de ideëele doeleinden van het
nat.-soc. misschien een eeuw in beslag zal
nemen. Dat klonk niet erg optimistisch, maar
de gebeurtenissen staven die woorden. Men
is zéér ver verwijderd nog van de werkelijke
volksgemeenschap En juist daardoor bele
ven we op het oogenblik in Duitschland tij
den, die weliswaar zeer belangwekkend zijn,
maar voor het Derde Rijk
Er heerscht groote ontevredenheid uit
egonsme op zichzelf en uit oud antagonisme
3» W Hitlerrégime. En die ontevreden
h!!f- zich u't kleine stroompjes en
Beekjes langzamerhand door samenvloeiing
c vormen tot machtige rivieren. De arbeiders
z>]n ontevreden. Er hebben er wel véél meer
werk dan twee jaar geleden, maar dat is ge
gaan ten deele ten koste van hooge loonen,
jverdienste door overwerk en zelfs verkor-
ng van den werktijd en dus van de ver-
'ensten van den enkeling.
00 sociaal denken de arbeiders echter
ook nu nog niet, dat zij het persoonlijk wat
minder goed willen hebben, opdat de ande
ren ook aan het werk kunnen komen. Daar
bij wordt het leven in Duitschland voortdu
rend duurder door stijging van levensmid-
delenprijzen en door de vele bijdragen voor
alle mogelijke instellingen, die ook de arbei
der moet betalen.
Ontevredenheid heerscht ook bij vele on
dernemers. De bijzondere heffing voor de
bevordering van den export is al in héél
slechte aarde gevallen bij die ondernemers,
die voor de binnenmarkt leveren en niet kun
nen of willen inzien, dat Duitschland moet
uitvoeren, om allengs zijn
te verbeteren. Naar hardnekkig verluidt heeft
men direct met een sabotage van deze hef
fing te doen.
Ontevreden zijn tenslotte de overblijfse
len van de vroegere politieke partijen en spe
ciaal de „ewig Gestrigen'', de vroegere
Duitschnationalen, die, gelijk Hugenberg
eens heeft gezegd, van geen enkel soort van
socialisme iets willen weten en dus ook niet
van nationaal-socialisme, die mokken tegen
het nieuwe bewind en in stilte nog steeds
hopen op een restauratie, zij het dan mis
schien ook niet van de Hohenzollerns, dan
toch van hun eigen beheersching van het
gansche leven in Duitschland. Voor al deze
elementen is nu de kerkstrijd een kolfje naar
hun hand. Nooit zou die strijd zulk een om
vang hebben aangenomen, als niet alle
„Meckerer en Miesmacher" hier een kans
hadden gezien, om zich te verschuilen achter
religieuse beginselen van anderen om den
mest ondergrondschen strijd tegen het socia
lisme van het Hitlerbestuur te kunnen voe
ren.
Die ondergrondsche strijd heeft in de laat
ste maanden een steeds grooter omvang aan
genomen, waarbij de werkelijke godsdienst
strijd een steeds geringer beteekenis kreeg.
Hierbij staan overigens de beide christelijke
belijdenissen volkomen gelijk; alle twee heb
ben inderdaad een principieel religieus ge
schil met het heerschende regime, maar alle
twee zijn steeds sterker het toevluchtsoord
geworden voor ontevreden elementen, voor
wie
absoluut bijzaak is.
Als men de zaak zoo beschouwt, begrijpt
men de laatste beschikking van Goering en
de benoeming van zijn intiemen vriend Kerrl
tot minister speciaal voor kerkelijke aangele
genheden. Het Derde Rijk heeft niet zijn suc
cessen geboekt op materiaal gebied, om zich
op ideëel terrein weer het volk te laten ont
nemen. Het wenscht dit volk met huid en
haar, voor nu en voor de toekomst.
Daarom beteekent de religieuze strijd in
Duitschland op het oogenblik vooral de
strijd op leven en dood van het Derde Rijk
tegen de Miesmacher en Meckerer, tegen
„de firma M. M."
izittend kabinet-Ruys de Beeernbrouck
muit V00rJaar van 1933, toen iets eerder de
bitt °P Zeven Provinicën" het zoo
van nood'ge gezagsherstel en den terugkeer
een gezond regeerbeleid ingeluid had.
van d ^ans 'n het k°rt het °Ptreden
rjn-p tweede ministerie-Colijn in herinne-
bii do rengen, dienen wij even stil te staan
Fehr, P0'itieken toestand in de woelige
i"an-dagen Van het jaar 1933.
kwam ?-ttend kabinet-Rusy de Beerenbrouck
£ïnrru i de doorvoering van zijn bezuini-
Karnid in f€lle botsing met. de Tweede
diner. gr ontstof crisis, welke onge-
nkseS3nienv'e' m€t de schokkende gebeurte-
j.ïv^n in Indië. De toenmalige minister van
FeS mr- Donner, deelde n.1. op 9
RaKUari in het parlement mede, dat van het
een lne' niet was te verwachten, dat het in
r. g^rck aan medewerking bij de versobe-
gen aangaande de rechterlijke macht zou
retrüf n' Pe Kamer kwam weldra met de
v ift,r'ng in conflict, toen zij een motie aan-
ovZr a tot schorsing der beraadslagingen
er de opheffing van vier rechtbanken en
^>root aantal kantongerechten,
ten P01'^ strubbeling had echter niet
0n(i^€j?'ge een portefeuille-kwestie, doch de
ntomding der Tweede Kamer, een gebeurte-
"*s. welke sedert 1894 niet meer voorgeko-
men was.
li dezen tijd yan ongeëvenaard groote
moeilijkheden van economischen en anderen
aard, aldus richtte toen jhr. Rusy de Beeren
brouck zich in een verklaring tot H. M. de
Koningin, acht het kabinet zich niet verant
woord zijn portefeuilles ter beschikking te
stellen. Als eenige uitweg werd gekozen de
ontbinding der Tweede Kamer, waardoor het
terrein, naar gemeend werd, geëffend kon
worden voor een vervroegde vorming van een
parlementair kabinet.
Op 8 Mei 1933 wedr de Tweede Kamer
ontbonden en 9 Mei kwamen de Eerste en
de nieuw gekozen Tweede Kamer bijeen. Op
25 April hadden de zittende ministers hun
ontslag aangeboden en op 2 Mei had H. M.
de Koningin dr. H. Colijn opdracht gegeven
tot vorming van een parlementair kabinet.
Ruim veertien dagen was de kabinetsforma
teur bezig met pogingen om zijn opdracht te
vervullen. De heer Colijn volbracht deze
taak echter niet. Op 16 Mei deelde hij H. M.
de Koningin mede, dat hij niet geslaagd was
om een parlementair kabinet te vormen.
Stroef waren de onderhandelingen met ver
schillende partij-leiders yerloopen Noch een
nationaal, noch een coalitie-kabinet scheen in
hun oogen genade te kunnen vinden. Men
herinnert zich uit de indertijd gepubliceerde
nogal opzienbarende briefwisseling tusschen
dr. Colijn en prof. Aalberse, dat de forma
teur geen kans zag de breedst mogelijke
samenwerking der partijen te verkrijgen o
in ons land, in den hevigen financieelen en
economischen nood, het hoofd boven water-
kunnen houden. Tegenover dr Cohjns krach
tige argumenten vielen de tactische over
wegingen der R.K.-fractie in het niet.
Na zijn bescheid aan de Koningin over het
mislukken der pogingen, pleegde H M. nog
overleg met jhr. mr. D. J. de Geer en prof
mr. P. J. M. Aalberse, doch ten slotte kreeg
dr. Colijn op 16 Mei 1933 de opdracht over
te gaan tot vorming van een crisis-kabinet.
Crisis-kabinet.
Dit kabinet kwam er ten slotte. Het stond
toen het optrad op 26 Mei 1933 voor
een tekort van liefst 260 millioen op de Rijks-
begrooting. De heer Colijn werd voorzitter
van den ministerraad en nam voor zich tfe
portefeuille van Koloniën.
Innerlijk, dit zij allereerst herinnerd, zijn
dit ministerie moeilijkheden en verliezen niet
gespaard gebleken. Mr. Verschuur trad af,
naar officieele mededeeling om gezondheids
redenen. Hij werd vervangen door den Bra-
bantschen R.K. groot-industrieel, mr. M. P.
J. Steenberghe, die nog niet zoo lang geleden
aftrad, omdat hij zich verzette tegen een ver
dere aanpassing door verlaging der vaste
lasten en tegelijkertijd zich voorstander toon
de van devaluatie. Zijn opvolger was prof. ir.
H. C. J. H. Gelissen.
Vóór mr. Steenberghe's aftreden ging mr
Marchant uit het kabinet, wegens zijn over
gang naar den R.K. godsdienst. Door den
dcod ontviel aan het ministerie de kranige
minister van waterstaat, ir. Kalff, die opge
volgd werd door jhr. ir. O. C. A. van Lidth
de Jeude.
In weerwil van allen tegenspoed slaagde
het ministerie-Colijn er in op de bres te kun
nen blijven voor onze munteenheid en deed
het verder alle pogingen het financieel even
wicht te herstellen, o.a. door drastische in
perking van vele publieke uitgaven, terwijl
dr. Colijn ook steeds bleef vooropstellen de
krachtige handhaving van het gezag.
Onder de doortastende leiding en aanvoe
ring va ndr. Colijn zijn de reeds door het
vorige kabinet ter hand genomen steunmaat
regelen op het gebied van akkerbouw, tuin
bouw, veehouderij, veenderij en visscherij,
systematisch uitgebouwd en tot verdere ont
wikkeling gebracht. Op het gebied der nijver
heid worden maatregelen genomen om het be
staande voor een ineenstorting te behoeden,
terwiil verder oorringen ondernomen werden
om de industrieele bedrijvigheid te bevorde
ren welke pogingen krachtige voortzetting
beloofden onder de speciale leiding van prof.
Gelissen.
Wij noemen verder, als maatregel in het
belang van land en volk, de zeer moeilijke
handelspolitieke regelingen, als wapen ït^den
strijd tegen deg evolgen der economische
crisis en de verschillende regelingen ap het
gebied van het internationale betalingsver-
keer voorts de instelling van het Werkfonds,
de bemoeiingen ten aanzien van de scheep
vaart- en havenbelangen. De regeering-
Colijn ontkende pertinent, dat zij alleen maar
oog had voor de Staatshuishouding en dat
zij de z.g.n. volkshuishouding zou hebben
verwaarloosd. Echter aan een politiek van
„potverteren" wenschte zij niet mede te doen.
Te midden van de hevigste stormen heeft
dr. Colijn het schip van staat in den koers
weten te houden en tot het laatste oogenblik
stond onze minister-president op de bres voor
den gaven gulden.
Alle zeilen wilde dr. Colijn bijzetten om
onze staatsfinanciën en levensbelangen te
redden. Daarvoor diende o.m. het groote be-
zuinigingsontwerp.
Wij vernemen van de zijde van den Pers
dienst van de Roomsch-Katholieke Staats-
partij:
De suggestie, gelegen in het bericht om
trent de vertraging van het bezuinigings-
werk, 'als zou een vertraging het noodwendig
gevolg zijn van de Dinsdag ontstane regee-
ringscrisis, is onjuist.
De voorstellen van het bezuinigingswets
ontwerp zouden alle voor het dienstjaar 1936
tot hun recht kunnen komen, hetzij dat zij
naar gelang van hun aard in de aanstaande
begrootingsontwerpen worden verwerkt,
dan wel als afzonderlijke wetsontwerpen
worden ingediend en tegelijk met deze be
handeld. Dit is cok in vorige jaren steeds
aldus geschied.
Bovendien heeft alleen de toekomstige re
geering, welke de begrooting indient, over
den inhoud daarvan te beslissen.
De tendenz, dat een staatsrechtelijke in
stantie (welke?) thans de voorgenomen be
zuinigingen uit de ontworpen begrootingen
zou hebben geschrapt, is staatsrechtelijk on
bestaanbaar.
De Maasbode (R.K.) schreef gisteren:
De huidige kabinetscrisis geeft uiteraard
aanleiding tot de zonderlingste geruchten
en, daar zij veel langer dan gewoonlijk
duurt, tot elkaar kruisende en soms schijn
baar tegenstrijdige berichten.
Gisteren en vandaag kwam ons achtereen
volgens ter oore:
le. Colijn wilde niet aftreden, maar aan
blijven en zich omringen met „sterke" man
nen;
2e. Colijn zou het Kabinet reconstrueeren
3e. Colijn zou probeeren alsnog de breuk
met de katholieke fractie bij te leggen;
4e. De katholieke ministers zouden afzon
derlijk hebben vergaderd.
Het is duidelijk, dat dit allemaal losse ge
ruchten zijn zonder eenigen grond. Er kan
maar één mogelijkheid zijn, waarom het
Kabinet zoolang delibereert en het is deze,
dat de ministers aarzelen over de vraag of zij
de Kroon zullen adviseeren de Kamer te ont
binden of dat zij zullen aftreden zonder
meer.
Intusschen schijnt het gewenscht, dat da
deliberaties spoedig worden beëindigd. Voor
eerst omdat gedurende dezen tijd de Kroon
niet eigener beweging andere adviseurs kan
roepen normaal is, dat een Kabinet, in
conflict geraakt met de Kamer, daarna on
middellijk zijn houding bepaalt en de Kroon
rapporteert, waarna bij aftreden achtereen
volgens de president van de Eerste Kamer,
de president van de Tweede Kamer, de vice-
Ondergrondsche ontevredenheid
in Duitschland. (Dag. Overzicht.)
Prov. Staten van Noord-Holland
bijeen. (Binnenland.)
Verdere verhooging van het dis
conto der Nederiandsche bank.
(Binnenland.)
H M. de Koningin heeft Prof,
Aalberse opdracht gegeven een par
lementair kabinet te vormen. (Bin
nenland.)
Verkiezing leden Eerste Kamer.
(Binnenland.)
Begrafenis slachtoffers van de
,,Gaai"-ramp. (Binnenland.)
Huldiging Jac. P. Thijsse. (Bin
nenland.)
De heer Dijkman 60 jaar kaas
drager. (Stad.)
president van den Raad van State en de lei
ders der zes groote Tweede Kamerfracties
worden geroepen om advies, waarna dan op
dracht tot formatie volgt waardoor de
voorlichting eenzijdig is en tijd verloren
wordt. Vervolgens ook omdat in de huidige
omstandigheden aan onze munt moet worden
gedacht. Het is natuurlijk prijzenswaardig
van het Kabinet, dat het verklaard heeft den
gulden te willen verdedigen, maar intusschen
gaat de afgifte van goud en Fransche francs
onbeperkt door, moet doorgaan in de huidige
omstandigheden. Gisteren alleen reeds werd
50 millioen aan goud aan ons land onttrok
ken. Het is duidelijk, dat juist dit punt tot
snel handelen dringt, daar een goudvoorraad
zeer snel slinken kan, hetgeen niet alleen van
belang is voor deze muntpolitiek, maar van
beteekenis kan zijn voor elke muntpolitiek.
Daarom is het te Köpen, dat de beslissing van
het Kobinet-Colijn spoedig zal vallen en,
mede met het oog op de monetaire kwestie,
elk talmen in verder verschiet worde voor
komen.
JjimenloHd
Na de jongste verhooging van het
disconto door de Nederiandsche
Bank met vol 2 tot 5 heeft de
centrale credietinstelling het thans
noodig geoordeeld het disconto nog
maals te verhoogen en thans te
brengen op 6
Deze maatregel is natuurlijk bedoeld a
een krachtige verdediging van het ruilmidoei
en wijst er op, dat in samenwerking met de
regeering de gulden tot het uiterste be
schermd zal worden.
De laatste dagen zijn groote bedragen
goud door de Nederiandsche Bank afgege
ven. Ten einde de beschermingsmaatregelen
te accentueeren is klaarblijkelijk besloten om
een verdere verhooging te bewerkstelligen.
De credietuitzetting zal door dezen laat
sten maatregel natuurlijk worden beperkt,
hetgeen uiteraard een bescherming beteekent
van den beschikbaren metaalvoorraad.
Algemeen in den lande zal de indruk wor
den gewekt, dat niets onbeproefd wordt ge
laten om ons betalingsmiddel tegen iederen
aanval zoo goed mogelijk te beschermen.
Deze maatregel dient niet alleen te worden
beschouwd in het licht van het directe effect,
dat hij zal sorteeren, doch tevens dient te
worden overwogen, dat hij een gunstig psy
chologisch effect zal hebben.
Met ingang van heden bedraagt het
Wisseldisconto 6
Promessendisconto 6 Yt
De Rente voor beleening van effecten
De Rente voor beleening van Goederen
6
De Rente voor voorschotten in Rekening-
Courant 6 Yt
Gisteravond omstreeks half acht is door
onbekende oorzaak brand uitgebroken in een
als sigarenfabriekje ingerichte woning van
den heer C. van der Heyden, gelegen aan de
Nieuwstraat te Eindhoven. Het pand brandde
geheel uit en een partij sigaren werd een
prooi der vlammen, terwijl de opgeslagen
tabak waterschade kreeg. De brand is ont
staan op een droogkamer. De schade wordt
door verzekering gedekt. Het pand, waarin
werd géfabriceerd, behoorde toe aan Bakx
Bouwbedrijf te Eindhoyeu-