DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Qaqelüksch Oveczicht ^Buitenland De jn Duitschland wonende Nederlanders. HET CONFLICT ITALIË—ABESSIN IE. No 189 Dlt nummer bestaat uit twee bladen Directeur: C. KRAK. Dinsdag 13 Augustus 1935 Hoofdredacteur: Ti. N. ADEMA. Hoe de thans nog bestaande „Xedertandsche Bond" mede door de Duiische omwenteling versnipperd is. n.s.b. en n.s.n.a. p. OPZIENBARENDE ONTHULLING TE ROME. EEN GEHEIME ENGELSCH- ITALIAANSCHE OVEREENKOMST. IVat vandaag de aandacht trekt,,. (Zie verder eventueel laatste berichten.) HET AANTAL GEWONDEN TE TOULON. ONTSNAPTE GEVANGENE GEPAKT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.-, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIENi Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/b. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. 137e Jaaraana (Van onzen Berlijnschen correspondent). Berlijn, 10 Augustus. In mijn vorige%brief schreef ik u reeds over eenige ervaringen, die ik tijdens een kort vacantieverblijl in Nederland opgedaan heb betreffen- de de stemming der Nederlanders ten opzichte van Duitschland. Dat herinnert mij nu aan mijn plicht, weer eens iets van de betrekkingen op meer algemeen gebied tusschen beide nationaliteiten te vertellen. I iet is wel tang geleden, dat we op cieze plaats daarover het noodrge hebben gezegd. Nederlanders in Duitschland. Ik wil nu niet naoer op de ontstemmingen ingaan, die in breede Nederlandsche kringen in het vaderland nog altijd jegens het Duitschland van heden heerschen, maar lie ver eens het zoeklicht richten op het leven en de positie van onze landgenooten. die in Duitscnland wonen en hier hun brood ver dienen moeten. En dan moge er aan herinnerd worden, dat tot nog weinige jaren geleden e landgenooten in Duitschland thans •ngeveer 80,000 zielen! in eenige groote groepen te verdeelen waren En wel naar aanleiding van de vraag, of ze als leden van eenige vereeniging of organisatie „georgani seerd" waren, dan wel „vrij rood hepen''. Men kon in 1932 nog constateeren, dat on geveer 5 pet. lid was van zg. ..neutrale' vereenigingen, voor het meerendeel vereemgd in den „Nederlandschen Bond m Duitsch landdie sinds zijn oprichting in 1921 sterk aan ledental teruggeloopen is. terwijl een on geveer gelijk aantal tot de leden der z g. „St. Josefsvereenigingen" behoorden, die hunnerzijds weer een „Federatie" als vak organisatie hadden en gelijk gebruikelijk on der toezicht van praesides strafkerkeliji ge organiseerd zijn. In deze twee groepen is na de omwenteling in Duitschland van 30 Ja nuari 1933 geen al te groote verandering ge komen. De „Nederlandsche Bond in Duitsch land moest echter de droevige ervaring op doen, dat de crisis in Nederland onze regee- ring noodzaakte, het jarenlang verstrekte subsidie van 5000 dat reeds in den loop der tijden verminderd was, geheel te schrap pen zoodat het prachtige nationale en sociale werk van dezen 80 a 90 vereenigingen tellen den Bond ten zeerste moest worden inge krompen en de Bond zonder steun van parti culieren, van zijn Vaderlandsch Steuncomité onder de voortreffelijke leiding van generaal h u bittert, adjudant i b d- van n- M. de Koningin, en het hoofdbestuur van net Algemeen Nederlandsch Verbond wel nauwelijks meer in het leven had kunnen blijven. Meer weerstand kon natuurlijk de uit Nij megen bestuurde, op kerkelijke subsidies bo gende „Federatie van Nederlandsche St. Josefsvereenigingen'' bieden, die ook in de moeilijkste jaren haar werk niet behoefde in te krimpen en aan ledental blijkbaar zoo goed als constant gebleven is. Een nuttige en aangename samenwerking tusschen den (overigens voor 75 pet uit ka tholieken bestaanden) Nederlandschen Bond 01 deze zuiver-katholieke federatie is helaas, ondanks tallooze pogingen van bonJszijde, nooit tot stand gekomen en bestaat nu nog met. He* onwrikbare standpunt van de Nederlandsche katholieke geestelijkheid, dat katholieke Nederlanders ook in het buiten- land, met „neutrale" Nederlanders geen ver enigingsleven mogen leiden, is daar natuur lijk de oorzaak van gebleven Reeds op het „Duitschland van Weimar' heeft zulk een scheidingslijn steeds een uiterst pijnlijken in druk gemaakt, ook al was men tactvol ge noeg, om dat nooit in breeder kring tot uiting te brengen. Hoe het „Derde Rijk", dat met verbittering voor een opheffing van de schei ding tusschen katholiek en niet-katholiek op treedt, over deze vijandschap tusschen Neder landschen Bond en St. Josefsfedtratie i n Duitschland denkt, wagen we waarlijk met na te speuren Zware verliezen. De nationaal-socialistische omwenteling in Duitschland is op het Nederlandsch vereeni- gingsleven aldaar niet zonder invloed geble ven. In hoofdzaak waren het twee Neder landsche nationaal socialistische groepen, die °P het denkbeeld kwamen, onder de tien duizenden Nederlanders in het Duitsche Rijk zieltjes te winnen, oischoon het natuurlijk bekend genoeg is, dat deze landgenooten noch actief noch passief kiesrecht genieten en dus practisch in den strijd nauwelijks ingrij pen kunnen. Men bleek echter overtuigd, dat een zoo groot mogelijke aanhang van beta lende en wellicht later naar Nederland repa- trieerende landgenooten in den vreemde toch niet zonder beteekenis was. Sindsdien heb ben zoowel de N.S.B. als de N.S.N.A.P. (richting Kruyt) onder deze Nederlanders in Duitschland een onvermoeide propaganda gemaakt, tal van plaatselijke groepen opge richt, districtsbestuurders aangesteld en, gelijk niet andeis te verwachten was, aan de bestaande organisaties, vooral aan den Nederlandschen Bond, die daarvoor be proefde leiders verliezen moest, hier en daar merklare verliezen toegebracht. De Nederlandsche Bond is op zijn neu traal standpunt moedig blijven staan, doet ook thans niet aan politiek en kent geen ver schillen van ras, partij of religieuse over tuiging. Een deel van de Nederlanders m Duitschland, al dan niet lid van de oude na tionale (of gelijk in het Münsterland: marxis tische) en zuiver-katholieke vereenigingen, heeft zich echter aan de verleiding om mee- aan-politiek-te-doen niet kunnen onttrekken. En nu moet een opgewekt leven van deze twee Nederlandsche Nazi-bewegingen ook in Duitschland geconstateerd worden Waarbij op te merken valt. dat over geheel Duitsch land vooral de N S B. van zich doet spreken, terwijl de (hier te lande zeer onsympathiek optredende) N.S.N.A P. blijkbaar in hoofd zaak onder de Nederlandsche arbeiders, die in Duitschland vlak bij de Hollandsche grens wonen, proselieten heeft weten te maken. De botsingen, die onlangs in Nijmegen plaats hadden, toen een duizendtal van deze N.S.N.AP.-leden een uitstapje naar den landdag dezer partij in Öerg-en-Dal wilde maken, bewijst, dat toch ook Nederlanders in den Vreemde voor deze anti-semietische, in tegenstelling met de N.S.B., zuiver en letter lijk van de Hitlerbeweging afgekeken partij, die dan ook volkomen Duitsch geuniformd is (slechts het hakenkruis i bij deze menschen blauw in plaats van zwart), tot deze in hooge mate on-Nederlandsche „partij" toegetreden zijn. Het mag wel eens gezegd worden, dat een zeer scherpe scheidingslijn te trekken is tusschen de in Duitschland woonachtige N S B 'ers, die slechts Nederlandsche natio nale belangen op het oog hebben en mede willen helpen, die idealen op hun wijze in de daad om te zetten, en deze misleide N S.N. A P.-menschen, van wie nauwelijks aan te nemen is, dat ze iets anders op het, oog heb ben dan met een Nederlandsche pas op zak in Duitschland alle voordeelen te benaderen, die hun Duitschen beroepscollega's door het lidmaatschap van de Hitlei beweging in oogsten. Zelden is vuig persoonlijk egoïsme zoo duidelijk naar voren gekomen als in dit droevige geval. De contributies. Men ziet uit een en ander, dat het over- groote deel van de Nederlandsche kolonies in Duitschland naar schatting 60 a 70 pet. tot het vereenigingsleven nooit aangetrokken is. Dat is ten deeie te wijten aan financieele omstandigheden (de zeer bescheiden contri buties waren weritelijk voor vele arme ge zinnen nog een te zware belasting), voor een ander deel aan de mentaliteit van duizenden goed-gesitueerden voor wie de vereenigingen „te gemêleerd" en dus „niet fijn genoeg" waren, voor een zeer belangrijk deel echter aan het feit, dat Nederlanders in het buiten land geen waarde aan hun Nederlanderschap hechten en het „sjieker" vinden, in de society- massa op te gaan en zich door landgenooten „niet te laten compromitteeren". Die ervaring althans heeft men in Duitschland vaak ge noeg opgedaan. Desondanks zijn vele (ook „deftige"!) Ne derlanders hun vereenigingen ook nu trouw gebleven, gaat de Nederlandsche Bond met zijr. 'keurig vaderlandslievend werk onge stoord verder, en zijn er gelukkig vele land- temonnaie kennen als hei er om gaat, zich in temonnaie kenen als het er om gaat, zich in den vreemde tot land en taal te bekennen en daarvoor offers over te hebben. Het mag ook niet onvermeld blijven, diat waar de zuiver katholieke vereenigingen tot nu toe in haar isolatie volharden, de even zuiver-protestantsche, die in het Rijnland te vinden zijn, de nationale eenheid en solida riteit steeds voorop gesteld hebben en steeds trouwe leden van den algemeenen „Neder landschen Bond in Duitschland" gebleven zijn. Naast de eigenzinnige houding van de sterk-marxistisch getinte houding van een aantal Nederlandsche Vereenigingen in het Münsterland, die van deze nationale aaneen sluiting spoedig niets meer weten willen, is nog een solidair te noemen, die in Berlijn ge vestigd is. En wel de „Nederlandsche Burger- vereeniging Hollandia", mede-oprichter van den Nederlandschen Bond, maar sinds eenige jaren eigen wegen gaande, die op een zeer duidelijke propaganda voor Groot-Neder- landsche idealen schijnen uit te loopen, inte ressant genoeg onder groote belangstelling van Duitschers, die deze bekende utopiën in oorlogstijd reeds najoegen. Van eenheid onder onze landgenooten in Duitschland kan dus waarlijk niet gesproken worden Rede van Keizer Hail Selassi in den Kroonraad. Keizer Hail Selassi heeft gisteren in den Abessinischen Kroonraad een groote rede ge houden. In het eerste gedeelte sprak hij over den inwendigen opbouw van den staat en verklaar de hij, dat het huidige Abessinië uit eigen kracht en arbeid was ontstaan. Het had het zelfde bestaansrecht als elk ander volk. Vervolgens gaf de Negus een chronolo gisch overzicht van den strijd tegen Italië, waarbij hij erop wees, dat de moeilijkheden bij een scheidsrechterlijke procedure en bij de behandeling door den Volkenbond in het bij zonder van het incident van Oeal-Oeal aan zienlijk grooter waren geworden. Niettemin mocht men ook thans de hoop nog niet op geven, dat op 4 September een vreedzame regeling tot stand zou komen. Voorts mocli* men verwachten, dat ook de onderhandelin gen te Parijs succes zouden hebben. De keizer verklaarde o.a.: „Wij stellen vertrouwen in de staten die lid zijn van den .volkenbond, of zij |root of klein zijn. Het is hun taak, In de miidige stonde bij te dra gen tot gerechtigheid en waarheid. N'a den wereldoorlog begon de opbouw van den vrede. Thans dreigt een oorlog, welks ge volgen wellicht merkbaar zullen zijn voor de geheele wereld. Daarom bidden wij God, dat de naties de middelen zullen vinden om den oorlog te verhinderen. Abessinië heeft den vasten wil getoond, evenals andere landen het land geleidelijk op te bouwen en te civilisee- ren. Daarom is Abessinië vastbesloten, den vrede te bewaren. Een ieder kan dat slechts bereiken met de middelen, die hem ter be schikking staan. Wij zijn overtuigd van de noodzakelijkheid van samenwerking met alle naties, zonder onderscheid van ras of religie, die loyaal tegenover ons staan. Abessinië handhaaft den vrede en de orde in het bin nenland en zal nooit zijn onafhankelijkheid en souvereiniteit prijsgeven. Van den Volken bond verwacht het gerechtigheid en gelijkbe rechtigdheid, evenals alle andere staten, die tot den vrede bijdragen. Zouden de onderhan delingen van 16 Augustus en 4 September, waarbij Abessinië al zijn hoop op Engeland en Frankrijk vestigt, zonder resultaat blijven, en zou het ongeluk van een oorlog over Abes sinië losbarsten, dan zal Abessinië, zijn kei zer, zijn volk, tot den laatsten druppel bloed vechten, gesteund door de natuurlijke hulp middelen, de natuurlijke versterkingen, de bergen en woestijnen, die God het geschon ken heeft. De Italiaansche troepentranspor ten naar Oost-Afrika; maatregelen op scheepvaartgebied. De buitengewone vraag naar troepen transportschepen voor de troepentransporten ■naar Oost-Afrika, heeft de Italiaansche scheepvaartmaatschappijen ertoe genoopt, steeds meer passagiersschepen uit de regel matige diensten te nemen, teneinde deze schepen uitsluitend ter beschikking te stellen van het leger voor troepentransport naar de Italiaansche koloniën in Oost-Afrika. In het begin van September zullen de on langs tot transportschepen verbouwde mail booten „Liguaria" en „Lombardia" voor de eerste maal naar Oost-Afrika vertrekken Te Napels zijn juist de beide transportschepen „Argentina" en „Duca degli Abruzzi" uit Oost-Afrika teruggekeerd met 3000 zakken veldpost uit Oost-Afrika aan boord. In de Golf van Napels liggen vier schepen voor hri vertrek gereed, o.a. de „Merano", die morgen met 420 soldaten en materiaal naar Oost- Afrika afvaart, en de „Gange", die eveneens dezer dagen vertrekt met 2665 soldaten en 58 officieren aan boord. De Italiaansche vlootbasis Budu Kapim aan de Golf van Aden is thans door een grooten verkeersweg voor vrachtauto s met de hoofdstad Mogadiscio verbonden. Men hoopt hierdoor de verzorging en voorziening van Italiaansch Somaliland te hebben veilig gesteld ook in de perioden, dat tengevolge van de moeson de haven van Mogadiscio moeilijk kan worden aangeloopen. Fransche persstemmen over de rede van den Negus. De rede, die keizer Hail Selassi in den Abessinischen Kroonraad heeft gehouden, wordt in de Fransche avondbladen vrij koel ontvangen. De „Temps" herinnert aan de toespeling van den Negus op de bereidheid van Abes sinië om voor een leening en een uitgang naar zee als tegenprestatie een deel van het gebied van Ogaden af te staan. Het blad roept echter in het geheugen terug de ont vangst, die een soortgelijk voorstel van Enge land bij Mussolini heeft gevonden. Men mag nauwelijks gelooven, dat een oplossing van het probleem door een dergelijk compromis gevonden kan worden. Italië, Engeland en Frankrijk blijven binnen het raam van het verdrag van 1906 volkomen vrij bij de keuze van hun methode. De eenige taak der drie mogendheden is, de groote algemeene en bij zondere belangen te behartigen, die hun zijn toevertrouwd en die met het oog op hun in vloed op den politieken toestand in Europa veel verder reiken don Noord-Afrika. Ook de „Information" wijst op de moei lijkheden, die de practische uitvoering van de voorstellen van aen Negus zou ondervinden. Toen Eden overeenkomstig een voorstel van den Negus ïn een' onderhoud met den „Times -correspondent op 18 Juli het af staan van de haven van Zeila voorstelde, ontstond in Engeland een zoodanig verzet, dat Eden de kwestie nauwelijks nog eens zal durven aanroeren. Ook zou bovendien het Fransche Dzjiboeti eronder lijden, wanneer de Abessinische handel over Zeila zou gaan. Frankrijk kan daar niet onverschillig onder blijven. Bovendien blijft het een open vraag, wie de leening zou moeten verstrekken en of Italië met een deel of zelfs met geheel Oga den genoegen zou nemen Met het oog op al deze kwesties bieden de voorstellen van den Negus geen voldoende basis voor onderhan delingen op de komet.de conferentie. Troepenverplaatsing in Oost- Alrika. De „Times" meldt uit Alessandrië, dat nog steeds Italiaansche troepen transporten door het Suezkanaal naar Eritrea gaan. De naar huis terugkeerende hospitaalschepen hebben naar schatting 5000 man aan boord gehad, die lijdende waren aan malaria, dy- sentery en in sommige gevallen aan typhus. Men meldt nog nader, dat inheemsche troepen uit Sqmaliland en Eritrea naar Tri polis en troepen uit Tripolis naar Eritrea zijn gedirigeerd. De Parijsche editie van de „New-York He rald" meldt uit Rome: Wanneer Italië Donderdag met Groot Brittanie en Frankrijk zijn plaats in neemt in de conferentie der drie-mogend- heden te Parijs, zal baron Aloyisi, de Italiaansche gedelegeerde, een onzicht- baren, doch belangrijken bondgenoot hebben. Deze bondgenoot is de geest van de geheime Engelsch-Italiaansche over eenkomst van December 1925, waarbij beide mogendheden Abessinië verdeel den. De Britsche en Italiaansche gedele geerden zullen zich tot Pierre Laval, den Franschen minister van buitenlandsche zaken en minister-president wenden, voor diens beslissenden steun. Deze overeenkomst, welke tien jaar geleden aanleiding dreigde te worden tot een crisis in den Volkenbond, zal volgens de Italianen de Britsche argumenten en Britsche motieven betwisten. De Britsche oppositie tegen Italië te Parijs deze week zal juridisch gebaseerd zijn op twee bepalingen van de Engelsch-Italiaansch -Fransche overeenkomst van 1906. Na Abes sinië te hebben verdeeld in invloedszones, voorziet dit verdrag in: le. de politieke integriteit van Ethiopië; 2e. een gemeenschappelijke actie van de drie-mogendheden tegen iedere wijziging in de status quo van Ethiopië. Kan Groot Brittannië deze beide punten handhaven tegenover zijn eigen geheime overeenkomst met Italië van Dec. 1925, aldus vraagt het blad zich af. De quintessence waardoor Brittanië en Italië in vijandige kampen tegenover elkaar zouden komen, waardoor de Volkenbond en het front van Stresa teniet zouden worden gedaan. De Engelsch-Italiaansche overeenkomst van 1925 werd gesloten door een conserva tieve Britsche regeering, welke bijna dezelfde samenstelling had als de tegenwoordige Britsche regeering. De Britsche Labour-re- geering van 1924 is met Abessinië in onder handeling getreden over het Tsana-meer, doch bereikte daarbij geen resultaat. De conservatieve regeering onderhandelde niet met Abessinië, doch achter den rug van Abes sinië om met Italië. Italië stemde er bij de overeenkomst in toe Brittanië te steunen bij het verkrijgen van een stuwdam aan het Tsana-meer en een autoweg van het Tsoedan-m«er. Daartegenover steunde Groot Brittanië het Italiaansche plan een spoorweg aan te leggen door geheel Abessinië, welke Eri- threa en Italiaansch Somaliland met Addis Abeba zou verbinden. Voorts was overeen gekomen, dat indien Groot-Brittanië het Tsana-meer zou verkrijgen, en Italië op zich De in Duitschland wonend© Neder landers. (Dag. Overzicht). Rome onthult een geheime Itali- aansch-Engelsche overeenkomst: beide landen zouden Abessinië 10 jaar geleden reeds verdeeld hebben! (Buitenland). Het conflict tusschen Italië en Abessinië. (Buitenland). Slachtoffer van de aardbevings ramp in Britsch-Indië bevrijdt zich na een in-luiting van 47 dagen. (Buitenland). Dq, moord op den Japanschen generaal. (Buitenland). Minister Golijn te Oberstdorf in Bayern. (Binnenland). Lnt. Wijtema, onder-commandant van de K 18 vertelt van de wereld reis. (Binnenland). Belangrijk werk aan de Moerdijk. (Binnenland). Rangeerder te Roosendaal doodge drukt. (Binnenland). Mijnlift neergestort; 2 personen op slag gedood. (Binnenland). Ir. Mussert nogmaals op audiëntie bij den G. G. van Ned. Indië. (Kolo niën). nam niet de stroom van de Nijl af te leiden, de Britsche regeering de „exclusieve Italiaan sche economische invloed in West-Abessinië en het heele gebied waar de spoorweg door liep zou erkennen. Voorts zou het steun be loven bij alle verzoeken, welke Italië tot de Abessinische regeering zou richten voor eco nomische concessies in genoemde zone". Deze overeenkomst, welke in strijd waa met het Verdrag van 1906, werd niet in praktijk gebracht, vanwege de Fransche op positie en het gevaar van inmenging van den Volkenbond. Abessinië protesteerde eerst bij Groot Brittanië en Engeland en vervolgens bij den Volkenbond. De Italianen beantwoordden de Britsche argumenten over de belangrijkheid van den Volkenbond door te beweren, dat het Hand vest niet heeft voorkomen, dat het Britsche rijk millioenen vierkante mijlen vroegere Duitsche koloniën heeft overgenomen terwijl Italië niets kreeg. Het Handvest heeft niet voorkomen, aldus voegen de fascisten hier aan toe, dat Engeland een dergelijke niet in overeenstemming met den Volkenbond zijnde overeenkomst sloot in 1925. John Whitaker, de schrijver van het Artikel besluit: De Ita lianen beweren: waarom zou Groot Brittanië na de aangelegenheden van Mandsjoekwo en de Chaco plotseling probeeren een beroep te doen op het reglement van den Volkenbond. Italië wil, evenals voor den oorlog de andere landen gelukkig zijn zonder strijd te krijgen, hetgeen zij wenscht, doch het heeft vergeefs getracht ae vriendschap van den Negus te verwerven. De „Temps" publiceert cijfers van het al leen reeds bij de onlusten te Toulon gewonde aantal politie-beambten en gendarmes, dat in totaal 63 moet bedragen Maandag werden 20 politiemannen gewond, terwijl Dinsdag wederom 20 in het ziekenhuis moesten wor den opgenomen. Bovendien werden nog twee gendarmen, drie officieren en acht politie beambten gewond. Uit Toulon wordt gemeld, dat de bijzet ting der beide aan hun verwondingen bezwe ken arbeiders gisteren een rustig verloop heeft gehad. De naar Toulon gezonden troe pen zijn naar hun garnizoenen teruggekeerd. De 41 tijdens de onlusten gearresteerde per sonen zullen ter oeschikking van de justitie worden gesteld. Een aantal deskundige taxateurs heeft op dracht gekregen de schade aan huizen en eigendommen te schatten. Zoowel te Touhi. als te Brest hebben ver tegenwoordigers der linksche Kamerfracties zelfstandig een onderzoek naar oorzaak en verloop der onlusten ingesteld. Een gedetineerde van een der gevangenis sen in Noord-Londien. die Zondag was ont snapt, werd reeds een minuut of tien later door bewakers gepakt. Een man, die tegenover de gevangenis woont, zag dat de gedetineerde die was op gesloten, in een op de 2de verdieping gelegen cel, oezig was uit te breken. Hoewel hij eerst dacht, dat de gevangene werkzaam heden aan den gevel verrichtte, stelde hij toch de politie van een en ander op de hoogte. Na verschillende hindernissen te hebben genomen was de man tenslotte bui ten de gevangenismuren gekomen. De politie zat hem op de hielen en had hem spoedig te pakken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 1