tote?om Bsv-
S
DE LAATSTE LES VAN LANGELOT
|)r j__J -
EGMOND AAN ZEE
w zich door de biceps van de B.S V.-ere
z'eulfwüde niet te diep op de
zafk ïifStef?pSi/edatV2 VV.V!
W1rk ian^anen door den heer Voüte.
JUI£kir Voüte: Niet ten onrechte.
Zeiler: Ik constateer, dat de
«rartie principieel uit elkander valt.
[5 He me i r ij k: Het verkiezings-strooi-
biKn (hSra°Z e i 1 e r: Wij hebben verschil
«meening en ik aarzel niet, te verklaren,
5 het voor honderd procent eens ben
21 de rede van den heer den Das. Mijn
®rn£unt is, dat een kermis in Bergen onge-
wMischt is. 7e is trouwens in het geheele
S uit den tijd en in vele plaatsen is dan
11 He kermis afgeschaft.
Ir Berden is de kermis afgeschaft vóór dat
in den raad zat, maar als ik er toen in
geiten had, zou ik vóór afschaffing hebben
g<rvheer Den Das: De tweede maal was
er ook tegen.
De heer Zeiler: Ik ben ook van mee-
«intr dat de kermis schade kan doen aan de
ESUde zaken in Bergen. Ik heb de kermis
j!i bezocht, maar toen ik in die dagen m
Sltfen-Binnen was, kon ik wel merken, dat
,r kermis was, want binnen een kwartier
lrd ik aangeklampt door een troep bede
laars en jongens met marmotjes, een zoodje,
dit we in Bergen niet moeten hebben.
Als de meerderheid een kermis zou willen
invoeren, laat men dat dan officieel doen van
de gemeente, in het najaar voor de inwoners,
maar niet in het seizoen. In een plaats als
Bergen die moet leven van het vreemdelin
genverkeer, is een kermis hardgrondig on-
«wenscht omdat het een rommel brengt,
waarvoor iedere seizoenplaats bang is. Men
verjaagt daardoor de menschen, die men
moet hebben, het gegoede publiek, waaraan
de gemeente wat heeft.
Men moet Bergen goed houden of laten on
dergaan en voor den laatsten keer dat ik hier
zit zou ik willen waarschuwen: Laat men
toch trachten Bergen al; seizoenplaats hoog
te houden. Als men aan de leveranciers
vraagt waar hun belangen liggen: bij de
pensions en de gemeubileerde huizen of bij
de kermis, dan zal men het juiste antwoord
wel vernemen. Ook voor de gemeentekas is
het van belang, dat men de goede gasten niet
uit Bergen jaagt. Het mag waar zijn, dit
een zeker deel van jongens en meisjes zoo'n
kermis wel aardig vinden, maar dat zijn nu
niet juist de beoaalde menschen die men h:er
moet trekken. Princip eel sta ik dus tegen
over den heer Voüte. Ock ik draag overigens
B.S.V. een goed hart toe, de heele zaak is te
overhaast gegaan De raad wist er niets van
en toen de V.V.V. het ter oore kwam, hebben
wij bet ons tot plicht gerekend onze ziens
wijze aan B. en w. kenbaar te maken. Ook
mijn aandacht werd op het roae blaadje ge
vestigd. Ik vond het te onbelangrijk. Ook de
Schager Crt. dringt niet tot Bergen aan Zee
door. Wat die correspondent daarin schrijft
over het baas in eigen huis blijven, doet mij
de vraag stellen: waar haalt de man den on
zin vandaan? Waar en wanneer heeft de
V.V.V. gezegd, dat zij alleen het recht heeft
feesten te organiseeren? Ik heb nooit grooter
duimzuigerij gelezen. Hoe meer goede din
gen er georganiseerd worden, hoe aangena
mer het de V.V.V. is. Maar het moeten goede
dingen zijn. Voorts merkte spr. nog op, dat
zonder dat er overleg gepleegd was ook de
heer den Das zijn bezwaren naar voren
kwam brengen en dat hem gebleken is, dat
ook andere inwoners er precies zoo over den-
ju-U- Ook de winkeliers werden overvallen
Wij hebben getracht te redden wat er te red
den was en als er nog een categorie Bergena
ren voordeel van gehad heeft, dan ts dat
uank zij onzen invloed, want in 't blad van
ue kermisvakgenooten stond de verpachting
gepubliceerd zonder voorkeur aan Bergena-
a* bet z.g. ironische stukje in het ad-
ertentieblaadje betreft, dat was zoo ge-
zwollen en slecht gesteld, dat spr. voor het
aaaje hoopt dat het nog eens in een zooda-
Jw® toestand komt te verkeeren dat het voor
een beteren correspondent krijgt,
ut beer D i n g e r d i s merkte op, dat men
h f,sPreekt van een zomerfeest, maar B.S.V.
mals kermis geadverteerd in het
van jVan de Kermisvakgenooten. Spr. is
■"«tel, dat zij niet recht door zee zijn
IK Met den heer Den Das had ook hij
jF«*cht dat B. en W. voor deze kermis naast
ti«k!?e^raa'P'aats geen toestemming zouden
«ebben verleend.
De voorzitter: Dat is ook in B en W
met H i' ■raaar toen werd °°k de ijsbaau
Qen luidspreker naar voren gebracht.
ruTlber.Den Das had met genoegen van
dek*» - ^°bte vernomen, dat B.S.V. niet
te h /8jaan bet stukje in de A.P. Spr. hoop-
in'vltoH kzadigde elementen in B.S.V. hun
na t i zu"en gebruiken dergelijke stukjes
jjatje ,en- biet verwonderde hem dat het
vei-fS S 0 maar Iwintig gulden is. Andere
Dm?511l>'ngen als het mannenkoor, het har-
ten !.C0/p,s en de R.K. jeugdbeweging, boek-
600 ij ^ancy-fairs resultaten van 300 tot
den m zonder een kermis. Twintig gul-
resuhaateen kermis dus wel een zeer pover
sam! beer D i n g e r d i s zeide nog, dat de
jnwerking van de leden van B.S.V. ge-
is.
Bcybeer Den Das was van meening, dat
a alleen dan waard is gesteund te wor-
djt Wanneer het bestuur en de leden toonen
lCn An'd te zijn en dat is z.i. nu niet geble-
steiin door zelfarbeid verdienen zij de
djjvan bet gemeentebestuur. Spr. hoopte,
resultaat van zijn vragen in de toe-
zal zijn, dat er buiten den raad om
kermis mag worden gehouden.
z°o."eer Voüte zeide, dat de B.S.V. niet
beer iv, 'n €'kander zit als de door den
njfuJ b>as genoemde vereenigingen. Het
ftn 6 bestuur tracht nu de eenheid te krij-
HeH,.'1 a.l bestuur durfde gezien de weinige
fancv ferking van de leden het risico aan een
zijn n, k ve,rbonden, niet aan. De jongens
bachtp i n c met een gevoel dat zij moeten
booDtp'1, j - op Pooten Ie krijgen en spr.
Das u„ medewerking van den heer Den
men en W. met voorstellen ko-
Wpth rx?aadwerkeliiken steun,
kermis k« a c d o n al d vroeg waar een
mis begint en waar die ophoudt.
weth. Macdmiald' Jaar
vraagt. Het is de,n bekenden weg
Daarover geeft elke u dl^e kwestie.
Het is een practiscS! uX1C?n het antwooiu.
«loot dat er en d* aad be-
den gehouden rv f mis in Bergen mag wor-
maa? bi B €n W X t' blj de" raad
miscourant bewees advertentie in de ker-
met een SSt^" al€t te doen had
van den hïSe SPF'
In de"critTekBadbHte ,n'et "^tvaardig vond"
zelfTsprakeVfn h<*r V°Üte blijkt' dat er
heer P h Van,een slecht financieel be
neer ifiF dit J Wel rerklaren dat hij, wan-
ritre zittincr n •♦V°ren ihad «CW€t«L de vo
rige zitting niet zoo clement zou zijn geweest
ir£pukkig er van de zijde van den raad
601 raad»l'd te verzoeken
Hp Lnï 1 !P te maken- SPr- kon slechts
de hoop uitspreken, dat de nieuwe toestand
bevredigend wordt, wat tot nu toe gebeurd
S j'Ï den haak. Voorts was spr. van
oordeel dat de houding van B. en W. een
zwakke houding is geweest. Aan B.S.V. gaf
i due" raa tockomst niet meer te
li achten een nadeelig saldo op zoo onge-
wenschte manier te doen verdwijnen, want
het is nu wel gebleken, dat dit bij de raad
niet in goede aarde is gevallen. Spr. hoopte,
dat in de toekomst B. en W. in dergelijke
gevallen den raad zullen raadplegen.
Op een vraag van den heer Macdonald zei
spr. nog dat 'n enkele draaimolen op het
volksfeest te Oostdorp dit feest nog niet tot
een kermis bestempelt.
Over de kranten wilde spr. niet discussiee
ren, omdat zij hier geen stem hebben. Spr.
vond het niet erg wanneer journalisten den
raad eens in het zonnetje zetten. Wanneer
een kr^nt onjuist is geweest, dan moet die
krant een aanwijzing krijgen cm de onjuist
heid te herstellen. Wat dc feestelijkheden bij
liet café Boon betreft daarover zullen nooit
aanmerkingen kernen.
De heer Zeiler drong er nog tenslotte op
aan om a's men een kermis wil houden, die
na het seizoen voor de inwoners te organi
seeren.
Hierna werd de interpellatie gesloten.
Het fietspad langs den Bergerweg.
Van de heeren L. den Das en dr. Hemelrijk
waren vragen ingekomen over net rijwielpad
langs den Bergerweg. Zij waren van oor
deel, dat het ongewenscht was om dit rij
wielpad bij het café ..Rustwat" om te leggen
en den hoofdweg niet te laten volgen.
B. en W. deeWen mede, dat dit was ge
schied op grond van een mondelinge overeen
komst met den caféhouder, bij den verkoop
van grond voor het strekken van den weg en
zij beschouwden de kleine ombuiging met als
een bezwaar.
Dr. H e m e l r ij k wist niets van de mon
delinge afspraak, maar het is een onge-
wenschte toestand, omdat allen een groote
bocht moeten maken, terwijl ze veel haast
hebben. De gevolgen zullen zijn, dat alle
fietsers de bocht zullen afsnijden en den weg
nemen Spr wil daarom ook een fietspad
naast den wég daar maken.
Devoorzitter: Ben W. hebben reke
ning gehouden met de belangen van den
heer v. d Berg, die zag, dat zijn zaak anders
in slechte conditie kwam. Hier is het een com
promis, die tot stand kwam.
Wethouder Macdonald wijst er nog
op, dat uit een verkeersoogpunt het onwen-
schelijk is om daar nog een rijwielpad naast
den weg te maken.
De heer den Das wees er op, dat men
hier practisch overdreven heeft en spr. gat
aan. dat men voor het bezoek aan het café
toch den rijweg moet passeeren.
De heer S w a a g noemde de bespreking
muggenzifterij. Men heeft het op de teekening
gezien en de man heeft schade, als de weg
gestrekt wordt.
Een gratificatie aan ambtenaren.
De raad had besloten om aan de ambte
naren op wien voor pensioenbijdrage 8H
was gestort, nu die aftrek 10 moest zijn.
1 Yt gratificatie toe te kennen.
Ged. Staten oordeelden dit in strijd met de
wet, waarom B. en W. voorstellen, om aan
de bezwaren van Ged. Staten tegemoet te
komen en van de gemeente-ambtenaren de
voor 1934 genoten gratificatiën terug te
vordei en
De heer D i n g e r d i s had gedacht, dat
de opzet was, dat alleen de hooger gesala-
rieerden getroffen worden en hij vroeg of het
niet mogelijk was, de zaak aan te houden,
opdat de raad daarover alsnog zijn gedach
ten laat gaan.
De v o o r z i 11 e r heeft, omdat hij vertrekt,
geen bezwaar tegen aanhouding, doch zou
dit wel hebben als hij bleef. Z.i. is er niets
aan te doen.
In September wordt georganiseerd overleg
gepleegd, maar dit is een voldonogen feit
De heer D i n g e r d i s B. en W hebben
verschillende organisaties aangeschreven om
het te hooren. Laten wij dit afwachten.
De heer S w a a g was tegen aanhouding
en oordeelde daarover stemming niet moge
lijk.
De heer den Das was voor aanhouding.
Dr. H e m e 1 r ij k herinnerde er aan, dat
er bij de laatste begrooting discussie over
ontstaan is.
•Wethouder Macdonald: Wij staan
voor een beslissing van Ged. Staten
Dr. H e m e 1 r ij k Voor 1935 is het niet
op de begrooting gebracht, omdat het een
ontduiking was en spr.'s verwachting, dat
het niet zou worden goedgekeurd, is juist
gebleken. Zelfs voor 1934 oordeelen Ged
Staten de uitgaven op formeele gronden on
gewenscht. Wij kunnen siechts verzoeken toe
te staan, dat ae terugvordering niet behoeft
te geschieden. Spr. betwijfelde echter of bij
aanhouding de raadsleden daarvoor behoor
lijke argumenten kunnen aanvoeren.
De heer den Das oordeelde Ged. Staten
grof onbillijk tegenover de lagere ambte
naren, terwijl zij de hoofdambtenaren in een
hoogere klasse plaatsen.
Met algemeene stemmen werd hierop tot
aanhouding besloten om alsnog te bereiken
bij Ged. Staten, dat de terugstorting niet
behoeft plaats te hebben.
Besloten werd een bedrag van 167,42,
door de St. Adelbertusschool als waarborg
som krachtens de L.. O.-wet in de gemeente
kas gestort, te beleggen bij de N.V. Bank
voor Nederlandsche gemeenten. Voorts werd
besloten van de erven Marijtje Stadegaart
317 M2. grond langs den Heeren weg over te
nemen, onder voorwaarde, dat de gemeente
de afscheiding verplaatst en waar noodig,
vervieuwt.
Ingevolge een verzoekschrift van den heer
A. M. de Moor, werd op voorstel van B. en
W. besloten, adressant ie ontslaan van een
huurovereenkomst a 533,50 per jaar voor
de woning no 15 aan de Karei de Groote
laan en B. en W. te machtigen deze woning
voor 9 per week te verhuren.
Op voorstel van B. en W. werd na een
warm verdedigend woord van den heer
Swaag hierna besloten om in den Sluispolder
in verband met de sceptic tank te Oostdorp
een tweede motor te plaatsen voor rekening
van de gemeente, kosten twintig gulden plus
eenig afgeschreven materiaal van de ge
meente.
Hierna deelde de voorz. naar aanlei
ding van een opmerking van den heer den
Das in een der vorige vergaderingen mede
dat de administrateur met medewerking van
den heer Min een keurige kaart heeft gemaakt
van de electriciteitskabels in de gemeente.
Spr. had -den administrateur voor dit mooie
werk dank gezegd.
De heer den Das bracht dank voor deze
mededeeling.
Afscheid van den raad.
De voorzitter sprak hierna een waar-
deerend woord tot de heeren Zeiler en Blank,
die na een 'waalfjarige periode niet meer in
den raad terugkeeren en tot mevr. Dekker,
die na een vierjarige periode verdwijnt. Spr.
betuigde hen zijn oprechten dank voor het
vele dat zij voor de gemeente hebben ge
daan en hij uitte den wensch dat zij in hun
verder leven nog vele jaren op het door hen
verrichte werk zullen terugzien.
Afscheid wethouder Apeldoorn.
Herop verschenen alle gemeente-ambtena
ren en de politiebeambten in den raad. De
heer Apeldoorn richtte tot hen allen een
woord van dank voor de door hen aan de ge
meente bewezen diensten. Een speciaal woord
richtte hij tot zijn collega-wethouder Mac-
Donald met wien hij de laatste vier jaren
zeer prettig had samengewerkt. Weinig kwes
ties waren er tusschen hen geweest en bij het
scheiden bracht spr. hem dank voor die pret
tige samenwerking, waarop hij hem de sleu
tels als loco-burgemeester overhandigde, den
wensch uitsprekende, dat de gezondheidstoe
stand van den burgemeester met zich zal
brengen, dat de heer MacDonald die sleutels
niet lang behoeft te bewaren, al weet hij, dat
ze bij hem in goede handen zijn. Dank bracht
hij hierop aan den gemeente-secretaris, die
hem in moeilijke vraagstukken steeds terzijde
heeft gestaan en dit vooral de laatste maan
den als loco-burgemeester. Hierop richtte hij
zieh tot#de R.K. raadsfractie, die hij even
eens dankte voor de prettige samenwerking,
waarna hij waardeerende woorden sprak toi
de pers, die steeds op een soepele manier onze
blunders, zoo zeide spr„ heeft behandeld.
Het woord richtte hij nu tot den heer Rogge
veen, van wien spr. gedurende twaalf jaar
als wethouder van publieke werken ontzet
tend veel plezier heeft gehad. Ook tot den
heer Fijn, ambtenaar ter secretarie, zeide
spr. woorden van dank, waarbij hij memo
reerde, dat deze de laatste 14 dagen als waar
nemend secretaris uitstekend werk heeft ver
richt. Voor den ambtenaar, de heer Rensink,
die zijn functie wel niet lang meer zal waar
nemen, had spr. evenals voor den heer Baltus
alle waardeering. Hierop richtte hij zich tot
het hoofd van het G.E.B., den heer Nenstiehl,
die volgens spr. alles tot in de puntjes ver
zorgde en hij herinnerde eraan, dat onder
zijn beheer het aantal aansluitingen steeg
van 556 tot 1800. Tenslotte verklaarde spr.,
dat het hem een behoefte was openlijk een
woord van dank te richten tot de poiitie, die
gedurende de acht maanden van spr. burgc
meesterschap ontzaglijk veel werk had ver
richt.
Het woord was hierop aan den heer Mac
Donald, die het volgende zeide:
Zoo is dan heden de dag aangebroken,
waarop u voor goed deze vergaderzaal zult
verlaten. Het is mij eene behoefte op dit
oogenblik u de verzekering te geven, dat ik
aan onze 4-jarige samenwerking steeds de
meest aangename herinnering zal bewaren
Uwe sympathieke persoonlijkheid deed u de
algemeene achting van Bergens burgerij
verwerven, waartoe zeer zeker ook gerekend
moeten worden onze burgemeester en secre
taris en de 10 hier aanwezige raadsleden.
Ik beschouw het als een bizonder voor
recht degene te mogen zijn, die u een aan
denken zal overhandigen, uit naam van de
juist genoemde personen. Dit als blijk van
groote waardeering voer het vele, dat u als
raadslid, wethouder en loco-burgemeester iu
het gemeentebelang presteerde.
Van harte hoop ik, dat U nog vele jaren
met voldoening op de thans afgesloten
periode uwer werkzaamheid voor deze ge
meente moogt kunnen terug zien.
Heer Apeldoorn, wij zullen u noode missen.
Het ga u wel.
Een cadeau voor den heer
Apeldoorn.
Spr. overhandigde onder applaus van den
Raad en de aanwezigen den heer Apel
doorn een fraaie zilveren sigarendoos met
inscriptie.
Op het deksel stonden de handteekenin-
gen van den ouden Raad en van den bur
gemeester, terwijl binnenin gegraveerd
stond: „Aan J. Apeldoorn, aangeboden door
den gemeenteraad en den burgemeester als
blijk van waardeering voor zijn verdiensten
als raadslid, wethouder en als loco-burge
meester en voor de wijze waarop hij negen
tien jaar de belangen van de gemeente
heeft gediend".
Een woord van den gemeente
secretaris.
De heer G. Taapken sprak hierop na
mens het gemeentepersoneel, waarmede de
heer Apeldoorn dagelijks op het raadhuis
in aanraking kwam.
Allereerst bracht spr. dank voor de
vriendelijke woorden door den heer Apel
doorn tot hem en de ambtenaren gericht.
Spr. verzekerde dat de ambtenaren graag
in het openbaar getuigenis afleggen van
hun sympathie voor den persoon van den
heer Apeldoorn en de waardeering voor
diens werk als wethouder en als waarne
mend burgemeester. Zonder aanzien des
persoons en toch waar mogelijk rekening
houdend met de belangen van den betrok
ken persoon nam wethouder Apeldoorn
zijn decisies. De bezadigdheid, de eerlijk
heid en de oprechtheid en de kalme wijze
waarop hij zijn oordeel gaf en zijn beslis
sing nam, dwongen ieders respect af. Een
gevoel van weemoed, zoo vervolgde spr.,
komt over ons wanneer wij bedenken dat
dit de laatste datf is waarop wij met U heb
ben mogen samenwerken. Toch hopen wij
dat Mr. van Reenen spoedig geheel hersteld
zal zijn en weer op het Raadhuis kan terug
keeren. Hij uitte voorts den wensch dat de
heer Apeldoorn een welverdiende rust zal
genieten en overhandigde hem als blijk van
belangstelling een vulpenhouder. (Applaus).
De heer Zeiler spreekt.
De heer Zeiler was de tolk van den Raad
als hij verzekerde dat de Raad steeds de
grootste achting heeft gehad voer wethou
der Apeldoorn, afgezien van de politieke of
loshangende partijen. Ook in het dorp
wórdt in verschillende kringen die achting
gedeeld en overal vernam spr: Wat is het
jammer dat Apeldoorn heengaat.
Ook wij als raadsleden denken er precies
zoo over. Altijd voelden wij sympathie
voor uw rechtsvaardigheidsgevoel en voor
de wijze waarop U uw meening naar voren
wist te brengen en waar noodig te handha
ven. Vooral de laatste maanden plaatsten
U voor buitengewone moeilijkheden. Bijna
9 mnd. hebt gij onzen Burgemeester moeten
vervangen en voorzoover wij kunnen oor
deelen hebt gij dit gedaan op een wijze die
zoo mogelijk ons respect voor U heeft ver
hoogd. Namens den Raad bracht spr. dank
voor de prettige wijze waarop de heer
Apeldoorn zijn taak heeft vervuld Spr.
hoopte dat de toekomst hem veel geluk en
een goede gezondheid zal brengen, opdat
de heer Apeldoorn nog vele jaren voor de
gemeente Bergen behouden blijft. (Ap
plaus).
De heer D i n g e r d i s dankte namens de
R.K. raadsfractie. In onze fractie, zoo zeide
hii, ging het ook wel eens stormachtig toe,
maar juist door het kalm optreden van den
heer Apeldoorn bleef men één en hield men
als eerste doel het belang van de gemeente
voo. oogen. Dank bracht spr. voor hetgeen
de heer Apeldoorn de fractie als eerste
plicht had geleerd. Hij eindigde met den
wensch dat de goede God de heer Apel
doorn nog vele jaren een goede gezondheid
mag geven, opdat hij van een welverdiende
rust kan genieten.
De heer den Das verklaarde, dat de
heer Zeiler ook namens zijn fractie had ge
sproken. In de twaalf jaren waarin spr. met
den heer Apeldoorn had samengewerkt,
had spr. ondanks verschil van' meening de
grootst mogelijke achtig voor hem benou
den. Ook spr. uitte de beste wenschen voor
den heer Apeldoorn.
Hierop verschenen tal van inwoners,
waaronder de oud-burgemeester, de heer
Jb. van Reenen en Ds. van den Kieboom,
om afscheid van den heer Apeldoorn als
loco-burgemeester te nemen. Onder gezel-
ligen kout bleef men nog een poos bijeen.
Afscheidszitting van den
Gemeenteraad.
Alle raa^leden treden af.
Maandagavond kwam de gemeenteraad in
afscheidszitting bijeen. Voorzitter was bur
gemeester C. J. Eijma.
Ingekomen stukken.
Een schrijven van Gedeputeerde Staten,
dat de Koningin aan het raadsbesluit van
9 November 1934 tot heffing van 100 op
centen op dc personeele belasting haar
goedkeuring onthouden had.
De heer G. Snoeks informeerde of de ge
meente niet in beroep kon gaan.
De voorzitter deelde mede, dat hiervan
geen sprake was, aangezien de goedkeuring
bij kon. besluit geweigerd was.
De heer J. C. Roodhart informeerde of er
geen middenweg was, of dat nu juist 200
opcenten geheven moesten worden.
De voorzitter wees er op, dat alle nood
lijdende gemeenten 200 opcenten moeten
heffen.
De heer P. van der Pol wenschte genotu
leerd te zien, dat hij zich niet met 200 op
centen kon vereenigen.
Grondverkoop. B. en W. stelden voor aan
den heer KI. Gravemaker voor zijn perceel
in de Zuiderstraat een strokje grond te ver
koop van 11 vierk. M. voor lp. vierk. M.
De heer P. van der Pol wenschte, evenals
den vorigen keer was geschied, den prijs op
0.50 bepaald te zien.
Overeenkomstig het voorstel van B. en
W. werd besloten, nadat wethouder KI. de
Graaff erop gewezen had, dat de vorige
keer de prijs gesteld was op 0.50, omdat
belanghebbende jaren lang een hooge erf
pacht betaald had.
Rondvraag. De heer J. C. Roodhart
vroeg of de straat bij het postkantoor ver
beterd zou worden, opdat daar geen water
meer blijft staan.
De voorzitter deelde mee, dat ook ver
betering ,van dit punt op het programma
stond, maar tegen een waterval als dezer
dagen was niets bestand.
De heer G. Snoeks informeerde of aan
nemer te Siepe nog zand weghaalde en of
hij betaald had.
De voorzitter deelde mee, dat hij betaald
had en dat hij aangeschreven zou worden,
wanneer hij de rest van het zand weghaalt.
De heer P. van der Pol vroeg of de ge
meente nog het recht had precariorechten
te heffen, nu de Voorstraat over was ge
daan aan het Hoogheemraadschap.
Volgens den voorzitter had de gemeente
dit recht behouden.
Tot slot sprak de voorzitter den schei
denden raad, die in zijn geheel aftreedt, toe.
Het is nu het einde van Uw leven als raads
lid, aldus de voorzitter. Het is een tragi
sche zitting! Ik zeg U hartelijk dank voor
hetgeen gij voor de gemeente hebt gedaan
en voor de wijze, waarop gij dat hebt ge
daan. Ik hoop, dat gij er een prettige herin
nering aan zult bewaren. Ook de wethou
ders wil ik hier, hoewel ik zulks reeds in de
vergadering van B. en W. deed, in 't open
baar bedanken voor hun hulp. Ik dank U
allen voor het werk, dat gij verricht hebt in
het belang der gemeente.
Hierna werd de vergadering gesloten en
bleef de raad in besloten zitting nog eeni-
gen tijd gezellig bijeen. Over hetgeen in
deze zitting werd verhandeld, kunnen
slechts ingewijden een oordeel uitspreken.
Naar men zegt, was het gezelliger en duur
de het zonder twijfel langer dan de ooen-
bare zitting, die precies 1 kwartier had ge
duurd!
WtERINGERWAAUD
Vrijdagavond vergaderde de raad onder
leiding van burgemeester Haringbuizen.
In verband met de begrooting merkte wet
houder Sleutel op, dat ondanks eenige ver
lagingen, toch iemand een verhooging is toe-
gekend. Spr. vond, dat men in dezen tijd eer
der moest verlagen dan verhoogen.
Op verzoek van den voorzitter werd door
den heer Koster toegelicht, dat dit betreft den
keurmeester Keetman. Deze bekleedt een bij
zondere positie en heeft groote verantwoor
delijkheid.
De stukken werden na eenige discussie
voor kennisgeving aangenomen.
Op voorstel van B. en W. werd een veror
dening vastgesteld op de heffing van besmet
telijke ziektegelden.
Het volgende punt was een voorstel van B.
en W. tot plaatsing der gemeente in de 7e
klasse der personeele belasting.
Door den voorzitter werd daarbij een toe
lichting gegeven.
Door plaatsing der gemeente in de 7e
klasse wordt de belastingdruk over het alge
meen eenigszins verlaagd en zullen boven
dien een aantal arbeiders wegens het onbe
lastbaar worden hunner woningen geen per
soneele belasting meer behpeven te betalen.
De levensstandaard en omstandigheden in
deze gemeente zijn vrijwel gelijk aan die in
Anna Paulowna, Wieringen en het landelijk
gedeelte van den Helder en Anna Paulowna
zijn in de 7e klasse gerangschikt, zoodat een
plaatsing van Wieringerwaard in de 7e
klasse daarmede in overeenstemming zal zijn.
Alle leden vonden het volkomen gerecht
vaardigd, zoodat het met algemeene stemmen
werd goedgekeurd. Verder werd opnieuw een
verordening vastgesteld tot heffing van 75
ojxenten op de gemeentefondsbelasting.
De rekening Burgerlijk Armbestuur over
1934 werd goedgekeurd. Ontvangsten
10126.09, uitgaven 9945.24, saldo
180.85. Éveneens werd goedgekeurd de
153. De moiiec plukte de bloem en nam deze mee
i.aar huis. Thuis gekomen zei hij tegen zijn dochter
tje: „breng deze bloem vlug naar Langelot. Wanneer
hij die in een potje kookt, kan hij zijn grootmoeder
genezen."
154. 't Meisje, dat juist naar een vriendinnetje zou
gaan, had niet veel zin om de bloem naar Langelot te
brengen, maar toen vader boos werd, deed ze het
toch gauw.