SAXON Ir. Hazeloop gehuldigd. lfeuilleton Stad en Omgeving. Bij zijn aftreden als rijkstuinbouwconsulent na 38-jarige ambtsvervulling. Zijn verdiensten erkend door vete sprekers. Toen eenigen tijd geleden bekend werd, dat de heer ir. J. G. Hazeloop in verband met het bereiken van den 65-jarigen leeftijd op 1 October zou aftreden als rijkstuinbouw consulent voor deze omgeving, werd alras een comité gevormd, dat hem een huldiging wenschte te bereiden op den dag vóór zijn heengaan uit een werkkring, die item na 38- jarige werkzaamheid lief was geworden. Van verschillenden kant werd instemming be tuigd en als gevolg daarvan werd gister middag in de geheel gevulde zaal van De Unie gelegenheid gegeven van den algemeen geachfen voorlichter op tuinbouwgebied afj scheid te nemen. De zaal had door een een voudige versiering (op elke tafel een vaas bloemen) een vroolijk aanzien gekregen. Behalve persoonlijke vrienden waren er tal van vooraanstaanden uit tuinderskringen en uit het veilingwezen. Aan de groote groene tafel, waar de heer en mevr. Hazeloop en hun gezin plaats namen na binnengeleid te zijn door den heer P. Klant, secretaris van de Prov. Commissie uit de veilingen (aan mevr. Hazeloop was een groot bouquet in de Alkmaarsche kleuren aangeboden, de dochters werden geëerd met kleinere bloem- hulde), namen als leden van het huldigings comité plaats de heeren: J. Ootiers, voor zitter van den Noordermarktbond; A. Scher mer te Hoogkarspel en J. Hoogland te Sint Pancras als vertegenwoordigers van den Ned. Tuindersbond; C. Timmerman van Broek op Langendiik voor den C. B. T. B.; 'Jb. Groen te Zuidscharwoude voor den L. T. B. en P. Klant bovengenoemd. Het woord aan het huldigings- conité. De heer Oot j e r s heette namens het hul digingscomité alle aanwezigen welkom, speciaal den heer ir. Hazeloop en diens fa milie en den hr. van der Plasache inspecteur van den tuinbouw en het tuinbouwonder- wijs. Spr. betreurde de afwezigheid wegens on gesteldheid van den voorzitter der commis sie, den heer P. Slot; hij hoopte op" diens spoedig herstel. Het deed spr. genoegen, zooveel belangstellenden tegenwoordig te zien. Tot den heer Hazeloop zich richtend, zei spr., dat deze steeds ten dienste stond van ieder, die zich tot hem wendde. Hij had altijd zijn plicht ruim opgevat en daardoor den tuinbouw groote diensten bewezen. De tuinders van eertijds waren gehecht aan hun eigen methoden en niet gemakkelijk toe gankelijk voor nieuwe inzienten en toch heeft de heer Hazeloop hen gewonnen Spr. bracht hem daarvoor dank, overtuigd dat de heer Hazeloop met voldoening op zijn werk zal kunnen terugzien. Spr. consta teerde, dat alle tuinders- en veihngsvereeni- gingen spontaan hun medewerking hadden toegezegd voor de huldiging en hij hoopte, dat de scheidende tuinbouwconsulent nog vele jaren van een welverdiende rust zal mogen genieten. Als stoffelijk blijk van waardeering bood spr. hem een schrijfbureau aan als gezamen lijk huldeblijk, met album, waarin at namen van alle medewerkende corporaties en per sonen Schriftelijke hulde. Door den heer Klant weid voorgelezen een brief van den heer Slot, voorzitter van de Prov. Commissie uit de veilingen, die be treurde wegens ziekte niet mcmdeling te kunnen getuigen van zijn groote waardee ring voor den aftredenae om het vele, dat door hem voor den tuinbouw is gedaan Het schrijven memoreerde hoe moeilijk het in den beginne was om het vertrouwen te winnen van de tuinders. Door grooten een voud en hartelijke wijze van optreden en een onbegrensde bereidwilligheid om te helpen en van voorlichting te dienen, gelukte dat echter, en de overtuiging rijpte, dat de wetenschap een goede hulp is voor de bodemcultuur. Vo:ral in de laatste zes jaren had de heer H. zeer veel gedaan om het tuinbouwersleed te verzachten. De schrijver bracht hem daarvoor hartelijk dank en sprak den wensch uit, dat de heer Hazeloop ook na het neerleggen van het ambt rog krachtig zal blijven werken in dienst van den tuinbouw. Een rij van sprekers. Uit naam van den minister van landbouw sprak de heer v. d. P 1 a s s c h e 'n woord van groote waardeering. Hij getuigde van den trots van de directie van den landbouw op den heer Hazeloop, die een uitstekend ambtenaar is geweest. De heer Roosje, van Bovenkarspel, richtte een persoonlijk woord van dank tot den heer Hazeloop. Hij herinnerde er aan, dat deze eeu 35-tal jaren geleden in de Streek lezingen hield over de nieuwe inzichten in den tuinbouw. Na dien was spr. in ver schillende organisaties met ir. Hazeloop in contact geweest en steeds ondervond hij groote belangstelling voor den tuinbouw in het algemeen en dien in Noordholland in het bijzonder. Spr. huldigde hem als een wei onderlegd man, eenvoudig en welmeenend. De heer Jb. Groen sloot zich namens den L. T. B. aan bij de reeds gesproken woorden van hulde aan het adres van den heer Hazeloop. Hij constateerde, dat deze ook voor de confessioneele bonden en hun instellingen altijd een open oog en oor had. Op velerlei gebied had spr. met hem samengewerkt. Spr. herinnerde aan de commissie voor de kweekerscredieten, waarvan de heer Haze loop mee deel had uitgemaakt; voorts aan diens lidmaatschap van de commissie voor den tuinbouwsteun en aan dat van de land en tuinbouwcommissie, in alle welke organi saties de heer Hazeloop belangrijk werk ver richtte en veel heeft kunnen doen ter ver mindering van den nood der tuinders in Noordholland. Ook namens den keuringsdienst van de N. A. C. bracht spr. hem dank voor zijn waardevolle adviezen. Spr. vond het tragisch, dat de loopbaan van den heer Hazeloop wordt afgesloten in een zoo moeilijken tijd als dien van nu en hij wenschte hem toe dat hij in de komende jaren van rust zal kunnen meemaken een verbetering in den toestand van den tuin bouw. De heer C. Timmerman te Broek op Langendiik sprak nainens de plaatselijke en namens de prov. afdeeling C. B. T. B. Hij wees erop, hoe vele jaren achtereen de scheidende tuinbouw-consulent tal van les sen op het gebied van de tuinbouw heeft ge geven en steeds voor iedereen klaar stond, niet uitsluitend in eigen ambtsgebied. Met groote waardeering sprak spreker over de Sroote kennis van den heer Hazeloop en hij ankte hem voor de betoonde medewerking bij de stichting van een chr. lagere tuin bouwschool te Broek op LangendijV. De heer A. Schermer, van Hoogkar spel, voorzitter van het district Noordhol land van den Ned. Tuindersbond, zag m de uitnoodiging tot deelneming aan de hulde een bewijs van erkenning ook van deze nog jonge organisatie. Spr. getuigde, dat zeer velen hebben ge noten en geprofiteerd van de groote kennis van den heer Hazeloop. Overal en altijd had deze de belangen van den tuinbouw ge steund waar dat mogelijk was. De heer G. B a r t e n, voorzitter van de Vereeniging School- en proeftuin Kennemer- land te Alkmaar, had het voorrecht gehad 21 jaren in die organisatie met den heer Haze loop samen te werken en hij had hem daa.- leeren kennen als een man, van wien veel te leeren viel. Spr. had groote bewondering voor het aaie geduld, dat de heer H. altijd betoonde bij zijn vele proefnemingen, waar bij hii zich niet door tegenslagen uit het veld liet slaan. Spr. memoreerde den strijd over de stichting van een tuinbouwschool, met als resultaat de stichting van zoo'n instel ling te Alkmaar en te Hoorn. Het bedroe vende resultaat van de Alkmaarsche school lag niet aan den heer Hazeloop, maar aan de tuinders zelf, en door dezen tegenslag liet hij zich niet ontmoedigen. Spr. hoopte, dat de heer H. geen volkomen rust zal zoeken, maar ook voortaan nog zijn gewaardeerde adviezen, waar die zullen worden ge vraagd, zal willen blijven geven. Ook namens het personeel van den proef tuin sprak de heer Barten zeer waardeerende woorden. De heer P. La m m e rt s chaa g, spre kende namens da vereeniging van oud-leer lingen van de rijkstuinbouwschool te Hoorn, wees erop, dat het ligt aan de lauwheid van de tuinbouwers rondom Alkmaar, dat de school aldaar werd opgeheven. Spr. roemde de groote liefde, waarmee de heer Hazeloop zijn werk deed en de belangstelling, die hij betoonde voor de proefnemingen en de nauwlettende zorg voor de planten. Spr. zegde hem dank voor alles wat de oud leerlingen van heb hebben kunnen op steken. De heer E. E. vanderLaan, oud-tum- bouwleeraar te Alkmaar, vergeleek het amb telijke leven van den heer Hazeloop bij het leven van een scheepskapitein en begon met te herinneren aan het werk van den heer H. te Aalsmeer, waar hij veel succes oogstte. Daarna werd hij belast met het bevel over het schip Hollands Noorderkwartier en Gooiland, welks lading weer verdeeld werd over twee nieuwe schuiten, Alkmaar en Hoorn. Van eerstgenoemde werd de heer Hazeloop kapitein, die toen ook te zorgen kreeg voor de later toegevoegde nieuwe dek lading: tuinbouwschool en proeftuin en kippen. Spr. schetste hoe het laatste deel van dezen deklast verdween en hij ging na hoe het met de bemanning van de schuit is gegaan. Spr. was den heer H. dankbaar voor diens bewijs van waardeering bij zijn (spr.'s) af treden als leeraar en bood, meoe namens zijn „maat", den heer Wayboer, een vruchten- mand aan. De her S. d e B o e r, sprekende als voor zitter van de L. G. C. en van de tuinbouw- vereeniging De Toekomst te Zuidschar woude, betreurde het heengaan van den heer Hazeloop, dien hij bewonderde om de gemakkelijkheid, waarmee hij voor iedereen ,e bereiken was en om het vele, wat door hem bereikt is in zijn werkkring. Spr. me moreerde o.a. hoe de heer H. na de verhoo- 5ing van de toltarieven voor de winterkool oor Duitschland met raad en daad den tuinbouw ter zijde stond en hij constateerde, dat wat de heer H. deed voor de tuinders, van onschatbare waarde is. Spr. wenschte hem toe nog vele jaren van rust en goede gezondheid, vaststellende dat het den even- tueeien opvolger niet gemakkelijk zal zijn de voetsporen van den heer H. te drukken. De heer Nijssen, voorzitter van „Ken- nemerland", te Velsen, bracht den scheiden den tuinbouwconsulent hartelijk dank voor zijn werkzaamheden ter bestrijding van de ziekte onder de boonen en ter bevordering van de aardbeiencultuur. Met den opvolger hoopte spr. ook op goede, vruchtdragende samenwerking;. De heer J. Dokter, secretaris van de vereeniging Het Landbouwhuis te Alk maar, sprak speciaal over den „binnen dienst" van den heer Hazeloop en memo reerde allereerst, dat de „buitendienst" den tuinbouwconsulent meermalen rheumatiek bezorgde. Wat den binnendienst betreft, had spr. den heer H. een achttal jaren geleden leeren kennen en uit naam Van het bestuur van het Landbouwhuis zegde spr. hem dank voor zijn medewerking. De heer W. V i s s e r, voorzitter van De West te Koedijk, wenschte den heer H. ook na zijn aftreden nog vele jaren van goede gezondheid. De heer J. d e V r i e s, voorzitter van De Tuinbouw te Sint Pancras, roemde het vele werk en den eenvoud van den heer Hazeloop, daarbij hopende, dat deze ook in de toe komst adviezen zal willen geven (vooral met het oog op de moeilijkheden in Geestmer Ambacht). De heer W. B u 11 e r, te Koedijk, hul digde namens de afd. A.T.B. den scheiden den consulent voor wat hij ap economisch gebied voor den tuinbouw heeft gedaan. De heer H. Balk, sprekende namens den opleidingscursus voor vakonderwijzers van 1818 en 1819 te Amsterdam, sloot zich aan bij den lof, welke gebracht is aan den heer Hazeloop, het een voorrecht noemende hem als leermeester te hebben gehad. Spr. be trok ook mevrouw Hazeloop in zijn huldi ging en zegde een bloemenhulde toe. Ook namens de oud-leerlingen der tuin bouwschool te Amsterdam en de commis sie van toezicht op die school bracht spreker den heer Hazeloop hulde. Tenslotte sprak de heer Balk uit eigen ondervinding met groo te waardeering over den heer Hazeloop, wien het een genoegen moet ziin vader en zoon Balk te hebben mogen opleiden. De heer W. Balk, van Heiloo, sprak als vriend sinds vele jaren en bracht herinne- §o©€?Ö©® Jladiopt^jccufUiia Woensdag 2 October. HILVERSUM I, 1875 M. (NCRV- uitz.) 8.Schriftlezing en medita tie. 8.15—9.30 Gr.pl. 10.30 Mor genwijding olv. ds. J. A. Schep 11.12.én 12.15 Ensemble v. d. Horst. 1.15 Gr.pl. 1.30 Orgelspel R Parker. 2.30 Gr.pl. 3— Chr. lectuur. 3.30—3.45 Gr.pl. 4.— Zang door A. de Zeeuw—Slieren- dreent. Aan den vleugel: R. van Hessen. 5.Kinderuur. 6.Land- bouwhalfuur. 6 30 Afgestaan. 7.— Ned. Chr. Persbureau. 7.15 Repor- tage. 7.30 Gr.pl. 8Ber. en gr.pl. 815 Arnh. Orkestver. olv. J. Spaan derman mmv. het trio Helmann— van Wezel—Renesse. 9.— Causerie P L. Gerritse. 9.30 Verv. concert. 10.10 Ber. 10.15—11.30 Gr.pl. HILVERSUM II, 301 M. (VARA- uitz.) 8.— Orgelspel Joh. Jong. 8 30Gr.pl. 9.30 P. J. Kers: Onze keuken. 10.VPRO-morgenwij- ding. 10.15 Voor Arb. in de Conti- nubedr.: VARA-tooneel olv. W. v. Cappellen, N. de Klijn, viool, R. Scnoute, piano en gr.pl. 12.— De Zonnekloppers olv. C. Steyn. 12.45 Gr.pl. 1.—1.45 Orvitropia olv. J. v. d. Horst. 2.— Voor de vrouw. 2.15 Orgelspel C. Steyn. 3.— Voor de kinderen. 5.30 Or.pl. 6.E. Walis en zijn orkest. 6.30 RVU. Dr. J Presser: Rondom Abessinië. 7. E. Busch zingt. 715 Interview met Dr. Aljechin. 7.45 Sandor Sipos, cymbaal en I. Rossican, piano. 8.— Herh. SOS-ber. 8.03 Nieuwsber. en VARA-Vardia. 8.15 VARA-orkest olv. H. de Groot mmv. M. Cher- niawsky, cello. 9.— Joodsch uurtje. 10.— Gr.pl. 10.30 Nieuwe Gids- herdenking, deel. 11.— De Fliere fluiters olv. E. Walis, mmv. B. v. Dongen, zang. 11.30—12.— Gr.pl. DROITW1CH, 1500 M. 10.35 10.50 Morgenwijding. 1105 Cause rie. 11.20 Gr.pl. 11.50 Voor de scholen. 12.05 Orgelspel Q. Mac- Lean. 12.50 Ch. Manning's orkest. 1.50 Gr.pl. 2.25 Voor de scholen 3.10 Piano-recital J. Wills. 3.35 Sted. orkest Bournemouth olv. R. Austin mmv. O. Bryan, piano. 5.05 Het Western Studio-orkest olv Fr Thomas. 5.35 Het BBC-dansorkest olv. H. Hall. 6.20 Ber. 6.50 Haydn's strijkkwartetten. 7.10 en 7.25 Le zing. 7.50 „The Rocky Mountai- neers". 8.20 BBC-Symph.-orkest o. 1 v. Sir Henry Woed mmv. Myra Hess, piano. 10— Ber. 10.30 Ope rettemuziek mmv. solisten en orkest olv. Ch. Webber. 11.3512.20 Jack Jackson en zijn Band. RADIO PARIS, 1648 M. 7.20 en 8 20 Gr.pl. 12.35 Orkestconcert olv. Touche. 8.20 Duetten. 9.05 Radio, tooneel. 11.10—12.35 Concert door het Pascal-orke3t. KALUNDBORG, 1261 M. 12.20 2.20 Concert uit rest. Wivex. 3.50 _5.50 Omroeporkest olv. Reesen 605—6.35 Or.pl. 8.20 Vocale duet ten. 9.05—2 20 Dansmuziek. KEULEN, 456 M. 6.50 Concert. 11.05 Kwartetconcert. 12.20 We- ragkamer-orkest o.l.v. Hagestedt 2 35 Gr.pl. 4.35 Zang. 5.20 Concert uit Franlcfort o'v. H. Rosbaud. 7.20 Kamermuziek. 8.35 Zie Deutschl.- sender. 10.50—12.20 Omroepklein- orkest olv. Eysotdt mmv. solisten. ROME. 421 M. 9.— Radio-too- neel. 10.30 Dansmuziek. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Salon-orkest en zang. 1 -502.20 Gr.pl. 5.20 Om roeporkest olv. Douliez. 6.20 Gr.pl. 6.35 Zang en piano. 7.05 en 7.35 Gr.pl 8.20 Symph.-concert olv. De- fauw. 10.30-1120Gr.pl. 484 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Omroeporkest o. I. v. Douliez. 1.50—2.20 Gr.pl. 5 20 Orgelconcert. 5 50 Gr.pl. 6.50 Om roeporkest olv. Douliez. 8.20 Salon orkest olv. Dejoncker. 10.30—11.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.35 Stunde der jungen Nation Sprekers: Rud. Hess en Baldurvon Schirach. 9.05 Herdenking van Von Hindenburg 9.20 Militaire mar- schen olv. F. Ahlers. 10.20 Ber. 10.50 Zangrecital. 11.05Weerber II.2012.20 Populair concert uit Keulen. GEMEENTELIJKE RADIO- DISTRIBUTIE. Lijn I: Hilversum. Lijn 2: Hilversum II. Lijn 3: Keulen 8.8.40, D.sen- der 8.40-10.20, Keulen 10.20- 12.05, Droitwich 12.05—12 20, Brussel Fr. 12.20-13.20, Brussel VI. 13.20-14.20, Dsender 14.20- 15.20, Lond. Reg. 15.20—17.20, Keulen 17.20—18.50, Brussel Fr. 18 50-19.35, Keulen 19.35—20.25, Weenen 20.25-24.—. Lijn 4: Parijs Radio 8.05—8.50, Lond. Reg. 10.35—12.50, Droit- wich 12.50—14.20, Lond. Reg 14.2015.10, Droitwich 15.K>— 18.20, Brussel VI. 18.20—18.50, Droitwich 18 5019.10, Lond. Reg. 19.10—19.50, Droitwich 19.50 —22.— en Lond. Reg. 22.-24.—. ringen naar voren, memoreerende hoe 't vei lingwezen veel verbetering bracht voor den tuinder. Op dit terrein heeft de heer Haze loop zeer veel goeds gedaan. Van diens ad viezen zal, maar spreker hoopte, ook straks nog vaak gebruik kunnen worden gemaakt De heer P. Klant, secretaris van de Prov. commissie uit de veilingen, huldigde mevrouw Hazeloop voor de stille medewer king, betoond bij het werk van haar echt genoot, haar toewenschende dat zij nog vele jaren zijn trouwe medewerkster zal mogen zijn. Oolc de verdere familieleden wenschte spreker nog vele gelukkige jaren. De heer B. Hoek, directeur van den dienst der plantsoenen, sprak de hoop uit, dat de heer Hazeloop nog trouw zal blijven aan de afd. Alkmaar van de Ned. vereen, voor Plantkunde. De heer Dinckgreve te Amsterdam, herdacht dankbaar ae medewerking van den heer Hazeloop ten aanzien van den steun aan den tuinbouw. Hij zag in hem 'n dokter, die het volle vertrouwen had van de tuin ders en wenschte hem ook verder God's ze gen met vrouw en kinderen. Woord van dank van den gehuldigde. De heer Hazeloop dankte in hartelij ke woorden voor de groote belangstelling, hem bij zijn aftreden als tuinbouwconsulent geworden en voor de huldiging, thans be toond. Spreker was getroffen door de vele vrle» delijke woorden, tot hem gericht, en w» dankbaar voor de huldeblijken die hem wa ren geschonken en waarvan hij nog laiK Ïebruik hoopte te maken, alsmede voor at loemstukken, aan zijn echtgenoote en kin deren aangeboden. Spreker memoreerde hoe hij in 1897 op nauwelijks 27-jarigen leeftijd benoemd werd tot directeur der tuinbouwschool en advi seur voor de tuinders in een groot deel dezer provincie, en sprak dan over de vele zaken, waarmee hij zich had bezig te houden, in de eerste plaats tuinbouwcursussen, waar van hij de noodzakelijkheid inzag. De eerste werd opgericht te Broek op Langendijk. Spreker schetste dat aanvankelijk op tegen stand was gestuit, maar dat, toen aie een maal overwonnen was, ook de volwassenen deelnamen. Dankbaar was spreker ervoor, dat hij niet alleen in zakelijke relatie tot de tuin bouwers heeft mogen staan, maar ook doer zeer vriendschappelijke verhoudingen m.et hen verbonden was. Daardoor was zijn ambtelijk werk zeer vergemakkelijkt. Spreker herinnerde eraan, dat aan het begin van zijn optreden als tuinbouw-consu- lent een einde kwam aan de crisis in den landbouw. Een betere tijd brak aan deze verbeterde economische toestand ut* toe, dat er verbeteringen werden aange bracht in de bodem-cultuur. Nu er in dezen tijd weer een econooiacne -522? G. P. BAKKER li Wij voeren den kleinen oorlog, maar wij voeren hem op een gerechte wijze, zullen hem voeren tot het bittere einde. U moet onze macht niet onderschatten. Wij vormen een klein leger, allen vastberaden mannen, allen getroffenen. Ontrouw en verraad be staat bij ons niet. Ieder heeft een strenge proef achter den rug. Zelfs de kluizenaar, die u straks heeft gesproken, zal zijn leven voor u opofferen. En als de groote slag ge slagen wordt, sta ik met een goed regiment aan uw zijde. De wonderdokter vroeg het u eens als een groote gunst. Ik vraag het zelfde. Maar laten wij ons niet verdiepen in krijgsmuziek van de toekomst. Het mag u nu wonderlijk schijnen, maar het is de zuivere waarheid. En als eens qp uw tocht uw toestand hopeloos mag schijnen, geef dan nooit den moed op. Vrienden zullen over u waken". „Ik geloof u", antwoordde de overste. „Ik zal u mijn volledig vertrouwen schenken. Toen wij, de prinses en ik, gevlucht zijn, hebben we alle kostbaarheden begraven. De koning van Zweden heeft geld noodig en de prinses beloofde hem alles voor de goede zaak. Ik ken de plaats waar de schat is ge borgen, maar Maagdenburg is in handen van den vijand. Zou het mogelijk zijn de kostbaarheden te lichten?" „Wij zullen het probeeren. Op onze hulp kunt u rekenen. De schippers van Maag denburg zijn onze vrienden. Wij zullen nu den maaltijd van onzen kluizenaar veror beren en dan eenige uren rust nemen. Om vier uur heb ik paarden besteld om u naar de Oude Herberg van Rudolf te brengen. Een ruiter heeft van loqpen spoedig zijn be komst". „Dat stem ik van ganscher harte toe", antwoordde Saxon. „Een goed paard onder je te voelen is een weelde. Een (prachtig denkbeeld". „Overste", sprak de dokter. „Dit is voor mij zoo'n gelukkige dag, dat ik tweehon derdduizend daalders aan den koning van Zweden zal zenden op vooruitbetaling van de te vinden schatten en uit uw naam. Wie spoedig helpt, helpt dubbel. Neen, neen, geen dank. Het is een voorschot uit onze bondskas. Als we de kostbaarheden vinden, mag u het geld er weer in storten, desnoods rente op rente zooals de woekeraars zeg gen. Afgesproken?" „Afgesproken", antwoordde Saxon en gaf den meester de hand. „Ik wist wel", meende deze, „dat we spoe dig goede vrienden zouden worden". HOOFDSTUK VIII. Rustig als altijd lag de Oude Herberg van Rudolf aan de kruising der beide bree- de wegen in het woud, aan drie zijden om geven door een bloeienden tuin, afgesloten door een hooge ligusterhaag. Rudolf zelf stond in de deur, een knecht, de hand vol kruiken voor zijn leeren schoots vel, bediende de gasten, die in de schaduw der oude boomen op het grasveld aan de voorzijde beveiliging hadden gezocht tegen de heete zon, die hoog aan den blauwen ne- mel stond. Een oude zwerver met grijzen baard en snor, een groote bril voor zijn bijziende oogen, achter zich een oude, grauwe hond met hangenden staart, kwam langzaam aan slenteren, oververmoeid van een langen tocht. De herbergier keek met weinig be langstelling naar het tweetal. De hond wil de vooruitspringen. „Koest, vriend*', sprak de zwerver. „Koest. Ja. 't is Rudolf Ik zie het wel, maar hou je kalm. Je moet er aan denken dat je nu even goed een rol speelt als je baas. Juist, zoo is net goed". Ze kwamen bij de herberg De zwerver ging op een bank zitten en riep: „Waard, bier als u belieft'. De waard knikte tegen een der knechten. Bij hem zou niemand het wagen iets te be stellen als hij geen geld had. Hij was be kend in heel het Duitsche land van de Elbe tot den Oder. Hij trad op den zwerver toe. „Een heete zomer, vreemdeling. Een koele kruik bier ig nu een de'r grootste gaven van den goeden God". Onaerwijl nam hij den vreemdeling met zijn grijze oogen nauwkeurig op. „Je bent nog altijd een wijsgeer, Rudolf", spiak de zwerver met een sprankje ironie. Nauwelijks had bij dit gezegd of de ander sprong op van de plaats waar hij juist was gaan zitten. „Overste, u! Bij Jupiter, ik had u niet herkend. Maar waarom waagt u zich in het hol van den leeuw. Als u nog gekomen waart aan het hoofd van een paar duizend ruiters, maar alleen, heelemaal alleen Kom mee naar binnen. Wat zal Annette blij zijn. En hoe gaat het met de prinses? Ik dacht dat u nu kalm zoudt gaan trouwen". Hij had vlug maar bijna fluisterend gesproken. De overste keek eens rond. „Eerst kalm mijn kruik uitdrinken. Je weet nooit, wie daar buiten kan zitten. Er zijn veel 'spion nen in het Sticht. Misschien wordt hier de slag geslagen". l-tij gaf den herbergier een daalder. „Ik zal even binnen gaan wisselen", zei deze met een onmerkbaar knipoogje, maar zou luid dat alle gasten het konden hooren Rudolf kwam met het wisselgeld terug. De zwerver keek het nauwkeurig na An nette, de knappe herbergierster, kwam nu in de deur staan, keek naar haar man. De zwerver zei heel zacht, terwijl hij het geld langzaam in den zak stak: „Ik ga straks verder; als het donker is, kom ik terug met een vriend. Wacht ons aan de achterdeui". „Als u naar Burg wilt", sprak de waard, „moet u dezen weg volgen en dan rechts af. 't Is nog tamelijk ver en u heeft blijk baar reeds een heele reis achter den rug Als u wilt, zou u hier ook kunnen logerren Ik heb nog wel een goedkoop kamertje" „Neen, dank je, waard. Ik moet van avond in Burg zijn", luidde het antwoord. Hij stond op, volgde den aangewezen en verdween in de bosschen. Toen de avond gevallen was, verliet een man zorgvuldig spiedend de herberg. Over al keek hij rond of er onraad was Een koe koek riep in den stillen nacht zeven niM■- Twee mannen en een hond slopen door het hekje van de ligusterhaag de achterdeur van de heiberg binnen en gingen de trap op naar de bovenverdieping. Ze waren zeker, dat ze niemand's «W* dacht hadden getrokken. Een deur ging g* ruischloos open. Ze traden binnen. De zwerver zette zijn bril af, verwijderde zijn grijzen baard P1 snor, wischte zijn gelaat af en zei op vruo- lijken tojn: „Nu voel ik weer dat ik mijzelf ben. Al» ik in een vermomming rondzwerf, of ik mij zoo langzamerhand me' mén vereenzelvig" „Hetgeen de juiste manier is", sprak dokter. „Kent u Rudolf?" vroeg de overste. „Zeker, ofschoon hij niet tot de ot\ia> behoort, staat hij toch aan de goede tiJoe- Hij zou voor u door het vuur gaan' De overste knikte. „Onder mij 8e°'e! Ik moet u eerlijk zeggen dokter, ik zal n zalig vinden eens weet in een goed beo slapen en, ofschoon uw kok goed i«. echte spekpannekoek, door Annette fie»* ken, te kunnen eten. Ik weet nu wel wie bent, maar niet hoe u heet" (Wordt vervolgd)-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 6