dagblad voor alkmaar en omstreken. Europa en het conflict Italië-Abessinië. Algemeerie beraadslaging bezuinigings- ontwerp afgeloopen. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.-, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar nlaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. No. 232 Dit nummei bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Woensdag 2 October 1935 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 137e Jaargang Tweede Kamer Zullen de armenraden verdwijnen? Het capitulantenstelsel bestreden. Motie tegen salarisverlaging verworpen. f Qagetiiksch Overzicht In Londen heerschte gisteren groote bedrijvigheid in de buurt der regee- ringsgebouwen. - De Britsche weder vraag aan Frankrijk. ABESS1N1SCH NIEUWS. 1Vat vandaag de aandacht trekt,,. ALKMAARSCHE COURANT t Den Haag, 1 October. De algemeene beraadslagingen over het bezuinigingsontwerp zijn geëindigd, nadat de Kamer met 56 tegen 25 stemmen de motie- Van den Tempel (s.d.) had verworpen, waar in zij zich tegen de, door de regeering voor genomen, salarisverlaging voor Rijksperso neel en onderwijzers zou hebben uitgespro ken. Behalve de S.D.A.P. en de communisten heb ben slechts de eenlingen Arts (r.k.v.p.) en Van Houten (c.d.) voor deze motie gestemd. Blijkens een verklaring van prof. Aalberse (r.k.) stemden de katholieken tegen, omdat h.i. door goedkeuring van zulk een motie de Kamer op den stoel der regeering zou gaan zitten. Eerst moet de regeering de salarissen regelen en daarna kan de Kamer er haar oordeel over zeggen. Maar dat de katholieken nadat het Koninklijk besluit is verschenen, Zich tegen de salarisverlaging zouden ver klaren, lijkt weinig waarschijnlijk De heeren Wendelaar (lib.), Snoeck Hen- kemans (c.h.), IJsselmuiden (r.k.) en Drees (s.d.) alsmede mevrouw Bakker—Nort (v.d.) waren niet gunstig te spreken over het voor stel om opheffing van armenraden ter wille der bezuiniging mogelijk te maken. Voor zoo ver zij er niet bepaaldelijk tegen waren, maanden zij tot groote voorzichtigheid. Zij betoogden, dat opheffing van een armenraad financieel meer schade dan voordeel kan brengen, en mr. Wendelaar noemde Utrecht als gemeente, waar dit zeker het geval zou zijn. Minister De Wilde beloofde, dat de re geering ernstig zal onderzoeken, waar zulk een opheffing inderdaad voordeelig is. De heeren Wendelaar en Vervoorn (platte land) opperden bezwaren tegen de voorgestel de bepalingen, welke het mogelijk zullen ma ken, dat in kleine gemeenten de burgemeester meer dan tot dusver tevens gemeentesecreta ris is. De Kroon zal gemeenten van ten hoogste vijf duizend zielen kunnen aanwijzen, waar dit het geval moet zijn. Mr. Wendelaar vond de onafhankelijke positie, welke de burge meester tegenover den raad moet innemen, strijdig met de positie van den secretaris, die een dienaar van den raad is. En mr. Ver voorn vroeg, wat er moet gebeuren, als de zelfde persoon als burgemeester naar een brand moet, maar als secretaris ten raad- huize de secretarie moet blijven leiden! Mi nister De Wilde vertelde, dat meermalen burgemeesters van kleine gemeenten hem hun nood klaagden, omdat zij geen volledige dag taak hebben, en wees erop, dat er ook nu al gemeenten zijn, waar de burgemeester tevens secretaris en zelfs daarnaast nog ontvanger is. Toch vroeg mr. Vervoorn stemming over de paragraaf, welke de Kamer met 72 tegen slechts 3 stemmen goedkeurde. Minister De Wilde zal overwegen een, <loor den heer Kooiman (v.d.) aanbevolen, instelling eener commissie van deskundigen tot vereenvoudiging van de gemeente-admi nistratie. Deze afgevaardigde heeft als gede puteerde van Noordholland heel wat gevallen leeren kennen, waarin zulk een vereenvoudi ging mogelijk en wenschelijk schijnt. Met 51 tegen 20 stemmen nam de Kamer de paragraaf aan, waarin de Kroon bevoegd wordt, een maximum vast te stellen voor wat de gemeenten aan krankzinnigengestichten voor de verpleging van arme lijders zullen niogen uitbetalen. Mevrouw De Vries-Bruins (s.d.) duchtte van deze bepaling gevaren, al verzekerde minister De Wilde, dat het nie, de bedoeling was om het verplegingspeil om laag te drukken. Sa genoemden bewindsman kwam minister Oud aan de beurt. De heer Drees keurde af, da de minister van Financiën een alge meene machtiging krijgt om bij conversie- leeningen vrijstelling toe te staan van de couponbelasting en van eventueel nieuwe be lastingen. t, Z.Exc. stelde hiertegenover, dat het slechts een bevoegdheid betreft en de minister ze al leen zal gebruiken, als het voor het welslagen der conversieleening wenschelijk is. Jhr. De Geer (c.h.) waarschuwde, dat de conversie leening maar bij uitzondering een langeren looptijd zal mogen hebben dan de leening tegen hoogere rente, in de plaats waarvan de conversieleening komt, omdat er anders een V'rschuiving van lasten naar de toekomst Plaats vindt. Minister Oud was dit met Jhr Ge Geer heelemaal eens. De heeren Teulings (r.k.) en van den 1 em- pel (s.d) hebben langdurig met minister Oud gedebatteerd over diens voorstel om het ge garandeerde rentepercentage van 4 en 4.4 leeningpn van de Rijksfondsen aan het «k te laten vervallen. Zij zagen hierin een ougeoorloofde benadeeling van de invalidi- teits- en oude rdomstondsen ten koste van de verzekerden. Z.Exc. zag niet de door deze le den gemaakte tegenstelling tusschen Rijk en Rijksfondsen en betoogde, dat Rijk en fond sen één zijn, aangezien het Rijk de uitkeerin- gen aan de verzekerden garandeert. De be doeling, zeide hij, was niet om de fondsen te dwingen, tegen abnormaal lage rente aan het Rijk te leenen, maar te voorkomen, dat het Rijk tegen een abnormaal hooge rente zou moeten leenen, als de rentedaling van het laatste voorjaar weder inzet en de rente b.v. 3% percent gaat bedragen. Minister Oud verdween en dr. Colijn ver scheen, ditmaal als minister van defensie ad interim. De heeren IJsselmuiden en K. ter Laan (s.d.) toonden het tegendeel van de bewondering voor de voorgestelde invoering van het capitulantenstelsel. De eerste vooral, omdat de gemeenten, die tot dusver zeiven haar ambtenaren en beambten benoemden, voortaan de aangewezen capitulanten in dienst zullen moeten nemen. De heer K. ter Laan citeerde ongunstige beoordeelingen van minister Lambooy's capitulantenvoorstel van 1928 door de heeren Duymaer van Twist, Oud en Deckers, de beide laatsten in hun vroeger kwaliteit van Kamerlid, Beide afge vaardigden voorzagen als gevolg van het capitulantenstelsel een daling van het peil van het gemeentepersoneel, dat tot dusver een speciale opleiding voor zijn taak krijgt. En de heer K. ter Laan achtte het strijdig met het legerbelang, wanneer onder-officie ren hun voornaamste vergoeding ziullen vin den jp -het vooruitzicht van een burgerbetrek king, maar m hun militaire functie slechts een lage bezoldiging zullen krijgen. In de avondvergadering is het regeerings- voorstel verdedigd door de heeren Tilanus (c.h.), Schilthuis (v.d.), Duymaer van Twist (a.r.), Schaepman (r.k.) en Wendelaar (lib.) en bestreden door den heer de Visser (c.p.) Ir. Albarda (s.d.) heeft nog een woordje ge zegd over het verbod voor militaire function- narissen om lid der S.D.A.P. te zijn. Minister Colijn heeft het capitulantenstel sel aanbevolen, niet alleen als middel tot bezuiniging, maar ook en bovenal, omdat men door dit stelsel een eind kan maken aan den toestand, dat bijna alle onderofficieren 'n veel te hoogen leeftijd hebben. Wilde men zonder het capitulantenstelsel de noodige doorstrooming in het onderofficierenkorps bewerkstelligen, dan zouden de kosten daar van zelfs in normalen tijd niet te dragen zijn Een verjonging van het korps noemde Z.Exc. met name voor de infanterie onver mijdelijk noodzakelijk, ook met het oog op de eischen, welke de moderne oorlog aan het physiek van 't kader stelt. Daarbij zullen de capitulanten in tijd van oorlog een reserve vormen, die meer geoefend is dan het tegen woordige reservekader, waarvan Z.Exc. in- tusschen niets kwaads wilde zeggen. Men zal wel niet over alle capitulanten in tijd van oorlog de beschikking kunnen krij gen, maar stellig wel over eenige honderden. Den heer K. ter Laan, volgens wien het capitulantenstelsel het legerbelang schade zou berokkenen, vroeg Z.Exc., hoe deze dlan verklaart, dat de legerleiding altijd naar in voering van dit stelsel heeft gestreefd. De heer Schaepman had beoogd, dat er voldoende maatregelen moeten worden ge nomen om bij de in dienst treding van capi tulanten rekening te kunnen houden met hun bijzondere neigingen en voorkeur. De bewindsman zette uiteen, dat dit inderdaad zal geschieden. De candidaat-capitulanten zullen een vragenlijst moeten invullen, welke het mogelijk zal maken, hen zooveel doenlijk in die militaire functies te plaatsen, waarin zij de beste voorbereiding krijgen voor de burgerlijke betrekking, die zij begeeren. Het was de heer Schilthuis, die de wenschelijk- heid hiervan in het licht had gesteld. In verband met het bezwaar der heeren IJsselmuiden en K. ter Laan betreffende aan tasting der gemeentelijke autonomie merkte minister Colijn op, dat het hier geen autono mie, maar zelfbestuur betreft,. Veel meer dan door het capitulantenstelsel is het zelfbestuur der gemeenten, aldus Zijne Excellentie, reeds beperkt door de getroffen bezuinigingsmaatregelen op hetxgebied van onderwijs en salarieering. De gemeenten zei ven zullen de betrekkingen aanwijzen, waar in capitulanten kunnen worden benoemd En den candidaat-capitulanten zullen met betrekking tot het onderwijs, dat zij moeten hebben gevolgd, zoodanige eischen worden gesteld, dat het ontwikkelingspeil van het ge meentepersoneel niet lager wordt, als zij 1 gemeentedienst komen. Wat betreft de uitsluiting van sociaal-de mocraten van militaire functies, erkende Z. Exc., dat het capitulantenstelsel moeilijkhe den brengt, maar zij kunnen volgens de re geering worden overwonnen. De desbetref fende regeling is echter nog niet klaar. Er moet een synthese worden gevormd tusschen het legerbelang en de noodzakelijkheid van het wegnemen van „het zedelijk onrecht", dat er volgens Z.Exc. zelf in zou zijn gele gen, als leden der S.D.A.P. ook van bepaal de burgerbetrekkingen zouden worden uit gesloten. De heer Duymaer van Twist verdedigde een amendement om vast te stellen, d'at ca pitulanten het recht hebben om te bedanken voor een burgerbetrekking, waarin zij op Zondag zouden moeten werken. Mr. Goseling (r.k.) bestreed dit amende ment, opmerkende, dat capitulanten in het leger toch ook op Zondag moeten werken en dat men, als men voor een burgerbetrekking wil bedanken, gemakkelijk godsdienstige be zwaren kan voorwenden. Mr. Wendelaar (lib.) verklaarde, het amen dement mede te hebben onderteekend uit respect voor de befcwaren van anderen. Minister Colijn vond het amendement on- noodig, omdat de candidaat-capitulant op de vragenlijst moet invullen, of hij bezwaar te gen Zondagsarbeid heeft. Er moeten dlan twee lijsten worden aangelegd, van wie wel en van wie geen bezwaar hebben. Bezwaar had de bewindsman echter tegen het amendement niet. Hierover en over het capitulantenstelsel zelf wordt morgen ge stemd. De heer K. ter Laan voerde bezwaren aan tegen de verlenging van den eersten oefen tijd van de onbereden, onder-officiers-aspi ranten van de landmacht en voor de dienst plichtigen der zeemacht, welke verlenging de regeering noodig acht door de verminde ring van het beroepspersoneel. Ook wilde deze afgevaardigde niet weten van een voor gestelde aanvulling van de sterkte der lich ting ter voorziening in de tekorten, ontstaan door de vrijstel ing van opkomst bij mobili satie. Genoemde voorstellen zijn vervat in een wijziging van de dienstplichtwet, welke is opgenomen in de bezuinigingswet, een ge brek aan elegantie, waarover de heer Schaep man klaagde, al was deze overigens niet te gen de voorstellen zelf. De heer Tilanus hielp minister Colijn bij de verdediging er van. Ook over de dienstplichtwetswijziging wordt morgen gestemd. Het liep tegen mid dernacht en er waren nog maar weinig leden in de Kamer. Toen mochten wij naar huis. Er heerschte gisteren in de Engelsche regeeringswijk, speciaal in Downing- street, een groote bedrijvigheid. Aller eerst is minister Eden per vliegtuig in Londen aangekomen en heeft besprekin gen gehad met Baldwin en Samuel Hoare, waarna hij heden in den kabi netsraad rapport zal uitbrengen over den toestand, waarna hij naar Parijs zal terugkeeren. Verder bezocht de Fransche ambassa deur Corbin het Foreign Office, waar heen zich later ook sir Austin Chamber- lain en Lord Lloyd begaven. Minister Runcinian had verder een bespreking met Baldwin. Men ziet, dat er gisteren in Downing- street veel te doen -s geweest. In officieele Engelsche kringen toont men zich zeer terughoudend over het bezoek van Grandi aan het Foreign Office, Maandag en over de Engelsche vrsag san Frankrijk. Men bepaalt zich er toe te verklaren, dat het be- zoek van Grandi niets aan den toestand wijzigde en in geen verbandi stond met het communiqué, dat Zaterdag j-L te Rome is gepubliceerd. Ten aanzien van de Britsche vraag weigert men de berichten in de pers dienaangaande te bevestigen of te ont kennen. Reuter meldt nog, dat de aan de Fransche regeering gevraagde inlichting dient om te weten of Frankrijk er mede overeenstemt, dat tijdens de periode, voorafgegaan aan een beslissing van den olkenbond voor een collectieve actie, de mogendheden eensge zind blijven, ingeval één hunner geïsoleerd zou raken en tot een afzonderlijken aanval zou worden gedwongen. Reuters diplomatieke medewerker deelt hieromtrent mede: Deze informatie is geen handelszaak Deze kwestie houdt verband met het feit dat in artikel 16 van het Vol kenbondsstatuut een leemte is geconstateerd. Sub 3 van genoemd artikel verplicht alle leden in geval van een geïsoleerden aanval aaneengesloten te staan, zoodra de V olken bond besloten heeft tot een gemeenschappe lijk optreden. Daarbij wordt evenwel geen enkele aan wijzing gegeven voor den tusschentijd, n 1. den tijd vóór de beslissmg zal zijn geno mMen veronderstelt, dat de Fransche re geering accoord gaat met de Britsche inter pretatie volgens welke Volkenbond?leden in geval van een dergelijken aanval elkander bijstand moeten verleenen. Te Londen hecht men groote beteekenis aan het feit, dat de Britsche regeering in haar laatste nota aan Frankrijk zoo ver is gegaan als een Britsche regeering slechts kon gaan. aangezien de openbare meening in Groot- Britannië waarschijnlijk niet zou hebben goedgevonden dat de regeering eenige ge detailleerde verplichtingen voor een hypo thetisch geval zou hebben aangegaan. Men hoopt oprecht, dat Frankrijk voldaan zal zijn. Indien bij Engeland zou worden aange drongen op nauwkeuriger omschreven ga ranties. zou het geneigd zijn te vragen, waarom Frankrijk geneigd is in een duide lijk geval bereid is minder te doen dan het van Engeland voor een verondersteld geval eischt. Men neemt evenwel niet aan, dat de Farnsche houding Engeland in de positie zal brengen deze vragen te stellen. De medewerker van Reuter keert zich ver volgens tegen de pogingen der Italiaansche propaganda Groot Britannië egoïstische in teressen in Abessinië aan te wrijven. De En gelsche houding in de Abessinische kwestie is sedert langen tijd bekend geweest. Italië heeft zich daarom geen illusies kunnen maken. In Engeland beschouwt men den toestand nog steeds zeer ernstig. De correspondent verklaart, dat de toe stand te Genève zoodanig is, dat men niet kan verwachten, dat een wonder zal ge beuren. Men kan niet meer hopen, dat het uit breken van een oorlog zal worden verhin derd, doch men kan er zeker van zijn, dat de Britsche regeering alles zal doen, wat in haar vermogen is om met de hulp van de Volkenbondsmachinerie den oorlog zoo spoedig mogelijk te doen eindigen. Groot-Britannië is evenwel niet van zins eenige aparte actie te ondernemen buiten den Volkenbond. De algemeene opvatting is, dat Engeland zijn deel heeft bijgedragen om den Volken bond door de tegenwoordige crisis heen te helpen. Het hangt thans van de andere regeerin gen af of een snelle oplossing zal kunnen worden tot stand gebracht. Onvermijdelijk zou een falen van den Volkenbond er toe leiden, dat de Britsche openbare meening haar belangstelling voor hem zou ver liezen. Daarom is het van beslissende betee kenis, dat alle regeeringen een actief aandeel nemen, wanneer de machinerie voor "de vreedzame oplossing van internationale ge schillen in tact wil blijven. De aard eer sanctiemaatregelen Indien de Volkenbond tot sanctiemaat regelen besluit zouden deze op twee prin cipes berusten: 1. Iedier land zal er aan moeten deel nemen 2. De sanctiemaatregelen mogen niet worden teniet gedaan door de handelwijze van staten-niet-leden van den Volkenbond, zooals bijv. de Vereenigde Staten en Duitsch- land. Dit laatste zou in het bizonder van be lang zijn, zoodra tot economische repres- saillemaatregelen zou worden besloten. In het onderhavige geval is de Volkenbond in staat het geschil actief te behandelen. Er zou geen enkel excuus zijn voor een ont wijken. Ten aanzien van het Fransche antwoord op de Britsche informatie verkeert men te Londen geenszins in twijfel Er zal evenwel eenig uitstel mede gemoeid zijn, daar Lava' zijn collega's uit het kabinet wil raadplegen. Europa en het conflict ItaliëAbes sinië. (Dag. Overzicht). Stakingsonlusten van Amerikaansche havensteden. (Buitenland). In Griekenland heeft een botsing plaats gehad tusschen politie en wijn bouwers. (Buitenland). Het mijnongeluk in Zuid-Slavië heeft reeds 19 dooden geëischt. (Buitenland), De prinses spreekt voor de radio. (Binnenland). Toestand gestrande „Rotterdam"* uiterst gevaarlijk. (Binnenland). Varkensvleesch uit Nederland naar Duitschland. (Binnenland). Nederland levert geen schoenen aan Italië. (Binnenland). Kinderlijkje in het kanaal gevonden. (Stad). (Zie verder eventueel laatste berichten.) Bespreking in de Fransche kabinetszitting van Vrijdag. Het antwoord der Fransche regeering op de Britsche vragen naar de houding van Frankrijk bij een conflict in de Middelland- sche Zee zal, naar van welingelichte zijde verluidt, waarschijnlijk worden vastgesteld in den ministerraad die Vrijdag a.s. zal wor den gehouden. Bovendien zal Laval in deze zitting rapport uitbrengen van de besprekin gen te Genève over het Abessinische con flict. De Engelsche vragen maken op het oogen blik nog het onderwerp var bestudeering uit door Laval en de Quai d'Orsay. In goed ingelichte kringen verklaart men, dat de Britsche. vragen een des te nauwkeuriger onderzoek eischen, waar zij in de toekomst en bij andere gelegenheden gecompliceerde problemen kunnen doen ontstaan. De Londensche correspondent van de „Matin" meent te weten, dat Laval, aange zien het onmogelijk was van Engeland een garantie te krijgen in geval van een bijzon deren aanval in Europa, van de Britsche regeering toepassing van alle verplichtingen zal eischen, die uit het Verdrag van Locarno voortvloeien, en wel op de basis van directe hulpverleening in geval van een aanval. Volgens hetzelfde blad gelooft men in En gelsche kringen te Parijs niet, dat men in de omgeving van het ministerie van oorlog te Parijs geneigd zou zijn, de Fransche vloot in geval van BritschFransche samenwer king slechts een passieve rol te laten spelen. Het is een groote mogendheid niet waardig, zijn vlootbases ter beschikking te stellen van vreemde eskaders, wanneer zij zelve de noodzakelijkheid n'et ziet, haar eigen oor logsschepen aan eventueele operaties te laten deelnemen. Italiaansche persstemmen. De Giornale d'Italia schrijft aangaande de Engelsch—Fransche samenwerking bij een vlootblokkade in de M'ddellandscthe Zee, dat uit de tot Frankrijk gerichte vraag slechts blijkt, dat de concentratie der Engel sche vlootstrijdkrachten in ie Middelland- sche Zee verband houden met blokkade-plan nen. De blokkade -ou evenwel een maatregel van den Volkenbond moeten zijn, die evenwel een dergelijk besluit nog in het geheel niet heeft genomen. Engeland, aldus besluit het blad, heeft dus op eigen initiatief maatrege len jegens Italië genomen, aleer een ge meenschappelijk besluit tegenover Italië was genomen. 16 Italiaansche duikbooten in de Roode Zee? Reuter meldt uit Addis Abeba dat 16 Italiaansche duikbooten in de Roode Zee kruisen. Het schijnt, dat deze oorlogsschepen opdracht hebben munitie en ander oorlogs materiaal, dat voor Abessinië bestemd is op te vangen. Het is juist, dat in Abessinië oorlogs materiaal wordt verwacht. Het is afkomstig uit Japan of Amerika en zou via Britsen Somaliland naar Abessinië worden getrans porteerd. Somalistammen ':ebben opdracht deze wa pens aan te houden in geval ze van Britsch gebied uit naar Abessinië /ouden worden overgebracht. De Italiaansche troepen- en materiaalvcrscheoingen. De Italiaansche troepen- en materiaal verschepingen zijn ;n i e laatste dagen in nóg sneller tempo voortgezet. Te Napels zijn van Zaterdag ,ot Maandag 18.000 man in gescheept met bestemming Oost-Afrika. Dinsdag zijn het vliegkampschip Miraglia en het passagiersschip Celio met troepen en materiaal uit Napels vertrokken. Ook uit Triest is gist' een transport troe pen en materiaal naar Oost-Afrika gediri geerd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 1