Rook de beste sigaret voor Uw JeuiUeton UIT HET PARLEMENTAIRE LEVEN, Financieel Overzicht. v A A I ALKMAARSCHE COURANT van ZATERDAG 26 OCTOBER 1935 p,71 1 1 D00R G, P. BAKKER Ongezonde crediefuitbreiding in de Ver. Staten. Politiek van goed koop geld bevordert de koersstij ging ter beurze. Toeneming der winsten van het Amerikaansche bedrijfsleven. Terughouding op de produetenmarkten. onregel matig koersverloop op de Amster- damsche beurs. Verdere dis conto-verlaging. De koersen op de New Yorksche beurs rijzen de pot uit". In enkele maanden tüds zijn de noteering van verschillende fondsen jn waarde verdubbeld, voor enkele bedraag' de koersstijging zelfs percentsgewijze nog bieer. Het tempo, waarin de stijging zich vol trekt, herinnert sterk aan de hausse op de New Yorksche beurs, die eindigde met de paniek van October 1929. Natuurlijk hebben de noteeringen nog lang niet het destijds geldende niveau bereikt, maar evenmin als toen staat de beurswaarde der fondsen thans in verhouding tot het rendement, dat in de naaste toekomst voor de desbetreffende aan deden te verwachten is. Ook nu weer Iaat men zich bij het aankoopen van beurswaar den leiden door de gedachte, dat de opwaart- sche conjunctuurbeweging in de Ver. Staten haar eind nog niet bereikt heeft en dat dus aile kans bestaat op een verdere toeneming der winsten van de desbetreffende onder nemingen. Bij een vergelijking van de tegenwoordige situatie met die tijdens den vorigen toestand blijkt, dat men destijds reeds verscheidene ja ren van „hoogconjunctuur" achter zich had. terwijl men zich thans eerst aan het begin van de economische verbetering bevindt Daartegenover staat, dat de factoren, die destijds voor de hausse aansprakelijk waren, veel overeenkomst vertoonen met die. welke thans den toestand beheerschen In de jaren 1924/29 immers viel er in de Ver. Staten een voortdurende crediet-exoansie te constate ren, die de ongezonde basis voor de hausse vormde. Het betrekkelijk goedkoope geld, da', op ruime schaal verkrijgbaar was, verleidde vele ondernemingen tot uitbreidingen, die economisch niet verantwoord waren, omdat zij steunden op ongemotiveerde verwachtin gen omtrent een voortdurend verdere toe neming van het verbruik. Toen het hoogtepunt overschreden bleek te zijn, was Amerika in last. De veelal met bankcredieten gefinancierde uitbreidingen rendeerden niet. fabrieken moesten worden stopgezet, arbeiders ontslagen en de crisis was er Zij nam des te ernstiger vormen aan, omdat de door de banken voorgeschoten gelden veelal niet tijdig geconsolideerd wa ren door onuetting in bij het publiek ge plaatste leeningen De banken zaten dus met de verliezen als gevolg van het feit, dat de opgenomen gelden niet konden worden terug betaald. Zij waren zoo onvoorzichtig geweest «en naar verhouding te groot deel van de bij hen gedeponeerde gelden uit te leeoen Toen de ongerust geworden deposanten hun ge'den op eeniszins groote schaal begonnen op *e vragen, konden zij aan deze aanvragen niet meer voldoen; verschillende bankinstellingen moesten hun loketten sluiten en in tal van Amerikaansche staten werd een volledig moratorium voor de banken afgekondigl De ontwrichting van het bedrijfsleven, di° hiervan het gevolg was, heeft langen tijd haar stempel op de Amerikaansche volks huishouding gedrukt, en veel particulieren zijn door het wanbeheer der banken tot den bedelstaf gebracht. Men zou mogen aannemen, dat deze ont wikkeling der Amerikanen wel het een en an der heeft geleerd. Inderdaad zijn de banken een tijd lang heel wat minder vrijgevig ge weest met de verstrekking van credieten aan het bedrijfsleven, en werd meer dan vroeger acht geslagen op de doeleinden, waarvoor de °P te nemen bedragen bestemd waren. De Amerikaansche regeeringspolitiek is er echter luist op gericht geweest, en is er trouwens nog altijd op gericht, om credietverlee. ning door de banken aan te moedigen In «lerlei opzichten werd en wordt op de ban ken Pressie uitgeoefend; door een politiek van Wed koop geld wordt het bedrijfsleven het op nemen van credieten vergemakkelijkt Ook 'nans is reeds weder hetzelfde verschijnsel ^an vóór de crisis te constateeren, n.1. dat bankcredieten worden aangewend voor finan ciering van investeerinsren op langen termijn, die volgens gezonde financieele begrippen a"een door het opnemen van leeningen met V j »v, v* - -V: K 'w UiV V >4, i. •■y'' *-"■ C;*-'' L V/ ,W -v.. behoorlijk langen looptijd gefinancierd zou den mogen worden. De Amerikaansche regeering heeft nog een bijzonedr belang bij de handhaving van lage geldkoersen, omdat zij hierdoor in staat is, de uitgaven der schatkist op goedkoope wijze te dekken. Wanneer men weet, dat de uitgaven der regeering van 1 Juli (den aan- Y*n5Yan het nieuwe begrootingsjaar) tot 14 Uctober j.1. de inkomsten reeds met meer dan een milliard hebben overtroffen, dan krijgt men een denkbeeld ervan, om welke bedragen het hierbij gaat. Hoe kunstmatig ae toestand is, blijkt wel daaruit, dat de regeering de markt voor staatsfondsen tel kens opnieuw moet steunen, hetgeen ge schiedt met behulp van de z.g. „winsten", die gemaakt zijn op de herwaardeering van het goud na de dollar-devaluatie. Naar het heet. zijn de middelen van het uit deze „winsten" gevormde valuta-egalisatiefonds voor een groot deel voor des aankoop van staatsfond sen aangewend. Op de banken wordt telkens weer een beroep gedaan voor het overnemen van staatsfondsen met langen zoowel a's met korten looptijd, met het gevolg, dat thans ca. 60 van de geheele Amerikaan sche saatsschuld, die meer dan 30 milliard dollar bedraagt, zich in de portefeuille der banken bevindt. Welke gevaren hieruit kun nen voortspruiten, behoeft nauwelijks in het licht te worden gesteld. Voor de banken zijn deze des ernstiger, omdat hun liquiditeits positie op den duur bovendien geschaad mo»t worden door de vorenbedoelde toeneming der tendenz tot verstrekking van bankcredieten voor investeeringen op langen termijn. De geldruimte in Amerika wordt in de hand gewerkt door de toestrooming van bui- tenlandscbe middelen in verband met de on zekere politieke verhoudingen aan dezen kant van den Oceaan. Amerika bezit thans onge veer de helft van den totalen wereldvoorraad aan goud; de bankdeposito's en reserve van de bij het Federal Reserve systeem aangeslo ten instellingen hebben een geweldigen om vang aangenomen. Een gevolg van deze geldruimte is ook een uitbreiding van de credietverstrekking voor het financieren va t beurstransacties. Evenals tijdens de vorige hausse-periode wordt ook nu weer een groot deel van de effectenzaken met geleend ge'u doorgevoerd; de lage rente, waartegen h*t geld verkrijgbaar is, moedigt dergelijk? transacties aan. Aldus vormen dejage geld koersen in de Ver. Staten een stimulans voor de speculatie ter beurze; zelfs zijn zij mede een oorzaak van de speculatieve hausse-be weging Zelfs als de regeering dit zou willen, zou zij deze hausse nog moeilijker kunnen remmen dan in de jaren vóór 1929 Een ver hooging der rente op gelden, bestemd voor de effectenmarkt, gaat onvermijdelijk gepaard met een stijging van den rentevoet en een bemoeilijking van de plaatsing van staats- fondsen'en dit nu kan de regeering in het geheel niet gebruiken. Liever aanvaardt zij de inflationistische gevaren, die de tegen woordige situatie oplevert, in de hoop, dai een verdere verbetering van den economi- schen toestand het land over alle moeilijk heden zal heenhelpen Ongetwijfeld geeft de economische toe stand in Amerika een aanmerkelijke verbete ring te zien, al hebben de werkverschaf fingsplannen der regeering niet ten volle aan de verwachtingen beantwoord. Het was de bedoeling, dat 3)4 millioen werkloozen wederom arbeid zouden vinden, doch tot dusverre is ei slechts arbeidsgelegenheid ge vonden voor circa 1% millioen, zoodat 2 millioen werkloos zijn gebleven. Toch heb ben verschillende industrieele ondernemin gen reeds in sterke mate van de economische opleving geprofiteerd. Uit een statistiek, om vattende de winsten van 425 industr.eele maatschappijen in het eerste half jaar van 1935 blijkt, dat in deze periode bijna twee vijfde van de verliezen van 1929/'32 kon wor den ingehaald. Het totale winstcijfer ad 468 millioen is 15 pCt. grooter dan in de eerste helft van 1934 en is hiermede het hoogste van de laatste vijf jaar. De gedetail leerde cijfers laten echter een vrij onregel- gVERSTE SAXON 33) HOOFDSTUK XXI. De trommen roffelden. Drie trommelsla gers kwamen de speelplaats opmarcheeren Midden op het veld hielden ze halt. De middelste trad vooruit, De soldeniers ver drongen zich om hem heen om het nieuws 8oed te kunnen hooren. ..Om vijf uur dezen achtermiddag zal de brug worden verdedigd. Soldeniers en meer deren van alle wapenen kunnen daaraan deelnemen. De overwinnaar zal vijf gouden rijders als prijs ontvangen. Mannen houdt u gereed". ..Wij gaan er heen", zei Olivier. „Ik wil het eens probeeren. Als we vroeg zijn krij gen we een goede plaats. Het zal er vol gorden, want het is het meest geliefde spel, zoowel bij de deelnemers als bij de toe schouwers We stappen dadelijk op" wandelden naar het open veld buiten het kamp. Over een vrij breede beek lag een stevige houten batterij, die zeker vijf vade men lang, maar nog geen vadem breed was. Reeds waren er vele toeschouwers aan- Wezig, maar steeds meer menschen kwamen opdagen. De soldeniers soms zelfs groeps gewijze. „Daar komen de onzen", riep Olivier en Saxon zag den ouden wachtmeester met zijn mannen aankomen. Ze legerden zich dicht bij de brug in het gras. Vroolijk trompetgeschal klonk door de zonnige lucht. Ze gingen aan de overzijde van de beek o>p een plankier op stoelen zit ten. Het veld was nu vol belangstellenden. Soldeniers, vrouwen en kinderen. Kleine jongens waren als soldaten gekleed, met trommels en trompetten. Een overste liet de trommen roeren. Hij wees twee wachtmeesters aan als kamp rechters. Een hopman fungeerde als heraut Zijn luide stem klonk over het heele veld. „Degene, die de brug wil verdedigen, komt aan deze zijde. Voor den eersten over winnaar worden vijf zilveren daalders uit geloofd". Olivier stond dadelijk op. Een drietal sol deniers van andere wapens volgden hem. Er werd geloot. Olivier had blijkbaar ge luk. Hij trok zijn laarzen uit en zijn jas. Alleen in zijn broek gekleed ging hij met ontbloot bovenlijf op de brug staan. Een Kroaat volgde zijn voorbeeld. Hij liep de brug op. Olivier wachtte hem af. Vlug liep de Kroaat op hem toe, greep zijn arm, een worsteling volgde. Ze omarmden elkaar. Langzaam boog de kurasier zijn tegen stander achterover. Toen liet hij hem plot seling los, gaf hem een flinken duw en de Kroaat ging ruggelings de beek in. Een groot gejuich ging op uit de menigte De Kroaat kwam weer boven, zwom lang zaam naar den oever en kroop tegen den °P i „Olivier heeft zijn vijf daalders gemak matig verloop zien. Zoo behaalden b.v. 43 maatschappijen, die automobielen en onderdeden vervaardi gen, in de eerste helft van dit jaar een winst van 130 millioen, d.i. 57 pCt. meer dan in de overeenkomstige periode van het vorige jaar. Bij 27 staal maatschappijen bedroeg de winst echter slechts 4 pCt. van diie van het eerste halfjaar van 1934. De automobiel industrie heeft 45 pCt. van de verliezen, die sinds 1929 werden geledetL ingehaald. Ge raamd wordt, dat de tien leidende automo bielproducenten (Ford niet meegerekend) in het loopende jaar een totale netto-winst zul len behalen van 160 millioen, tegen 81.20 millioen in het voorafgaande jaar. De specu latie op de New-Yorksche beurs richt zich dan ook voor een groot deel op de aandee- len van automobielondernemingen, die dien tengevolge het sterkst in koers zijn geste gen. Op de Amsterdamsche beurs is de voort zetting der koersstijging in Wallstreet niet zonder invloed gebleven Al is het animo van ons publiek voor Amerikaansche fondsen heel wat minder groot dan tijdens de vo rige hausse-periode, welker ongelukkige af loop zoovelen leergeld heeft doen betalen, toch breidt de handel in Amerikaansche sha- res zich weer zienderoogen uit, op grond van de verwachting, dat de industrieele ex pansie goede kansen op een verdere toene ming der winsten biedt. Met een uitbreiding van de belangstelling voor Amerikaansche waarden is een inkrim ping van de vraag naar cultuurfondsen ge paard gegaan, die dan ook over de geheele linie koersverliezen hebben moeten boeken, mede als gevolg van winstnemingen na de voorafgegane koersstijging. Er bestaat een toenemende onzekerheid over de prijsontwik keling op de produetenmarkten in de naaste toekomst. Eenerzijds is het nog niet moge lijk, eenigerlei inzicht te krijgen omtrent de uitwerking van de economische sancties op het prijsverloop, aan den anderen kant geeft de betere beoordeel ing van de vredeskansen aanleiding tot terughouding, omdat het wel vaststaat, dat de vraag voor oorloge, doeleinden in sterke mate heeft bijgedragen tot de prijsverbetering van tal van artike len. ntusschen ziet het er naar uit, alsof de hierdoor ontstane opleving de goederenmark ten over het doode punt heeft heengeholpen De verbetering van de statistische positie tengevolge van de vermindering der „zicht bare" voorraden, al dan niet het gevolg van oorlogsvraag, zal in elk geval een krachtige steun aan de markt kunnen verleenen, zoo dat deze vermoedelijk niet weer gemakkelijk tot het vroegere lage niveau zal inzakken. Op de Java-suikerraarkt zijn verdere prijs- verhoogingen achterwege gebleven, maar wel hebben er de laatste week nog vrij gere geld afdoeningen plaats gevonden. Op grond van de tot dusverre plaats gevonden verkoo- pen en de verwachtingen voor de volgende maanden kan worden geraamd, dat de sui- kervoorraad op Java aan het eind van dit seizoen, d.w.z. eind Maart 1936, gedaald zal zijn tot circa 825.000 ton, tegen 1.610.000 ton een jaar geleden. Hiermede zal dan een belangrijke etappe zijn afgelegd op den weg naar aanpassing aan de veranderde afzet- verhoudingen voor de Java-suikercultuur. Suikeraandeelen, die het meest van de koersstijging in de vorige week hadden ge profiteerd, hebben ook het meest van de winstnemingen in de afgeloopen week te lij den gehad Rubberaanaeelen zijn ook in koers teruggeloopen, hoewel de vooruitzich ten der rubbermarkt beter worden beoor deeld, nu de Ned.-Indische regeering het uit voerrecht op bevolkingsrubber als restrictie middel in den laatsten tijd voortdurend heeft opgevoerd. In tien dagen tijds werd het in drie étappies van telkens 1 gebracht van 22 op 25 per 100 K.G. In tabaksaandee- len is weinig omgegaan; de koersen zijn meerendeels iets afgebrokkeld. Voor industrieele waarden was de stem ming aanvankelijk eveneens flauw, maar tij delijk trad een krachtige verbetering in, on der leiding van aandeden Philips Een groo te kooporder voor deze aandeden kon slechts j teen een aanmerkelijk hoogeren prijs wor-1 den afgesloten, daar er weinig vlottend ma teriaal aan de markt was. Met het oog op de bevredigende ontwikkeling van het bedrijf zijn de houders van dit fonds blijkbaar wei nig geneigd, om hun bezit tot de tegenwoor dige noteeringen van de hand te doen. Uit de mededeelingen in de jongste algemeene vergadering is gebleken, dat de maatschap pij de debiteuren in Italië meerendeels heeft kunnen dekken. Er worden geen goederen naar Italië verzonden dan in compensatie met gelijktijdigen uitvoer uit Italië. Wanneer sancties tegen Italië zullen worden getrof fen, dan zullen de fabrieken van Philips al daar zich zoo goed mogelijk zien te helpen Aandeelen Koninklijke Petroleum konden iets in koers verbeteren, in aansluiting op de vaste stemming voor Amerikaansche olie- aandeelen. De stemming voor beleggingswaarden werd gunstig beïnvloed door de verdere ver ruiming van de geldmarkt, die de Neder landsche Bank aanleiding heeft gegeven tot een nieuwe disconto-verlaging, thans van K pCt., zoodat het disconto thans weer 434 pCt., de beleeningsrente 5 pCt. is. Ook de jongste weekstaat van de Nederlandsche Bank, die weer een toeneming van den goud voorraad aanwijst, met een gelijktijdige da ling van de disconteeringen en de beleenin gen, maakte een goeden indruk. De ontspan ning in den toestand komt wel duidelijk tot uiting in het resultaat van de jongste emis sie van schatkistpapier, die aanmerkelijk werd overteekend. De drie- en zesmaandspro- messen konden ditmaal plaatsing vinden te gen een disconto van 4 pCtterwijl bij de uitgifte in de vorige maand nog een discon to van 5 3/4 pCt. moest worden toegestaan. Het koersverloop voor Nederlandsche staats fondsen viel in zooverre niet mee, dat een ver der herstel achterwege bleef; gemeentelee- ningen konden nog fractioneel in koers ver beteren. Men maakt zich hier eenigszins be zorgd over de politieke berichten uit Frank rijk, waar de vrees, dat het ministerie Laval zich niet zal kunnen handhaven, reeds tot een flauwe stemming voor Frankhe staats fondsen heeft geleid. Nieuwe politieke strub belingen daar te lande met den invloed, die hiervan onvermijdelijk op de valuta-verhou dingen uitgaat, zouden het nauwelijks her wonnen evenwicht op de internationale valu tamarkt opnieuw in gevaar kunnen brengen. Hieronder volgt een overzicht van het koersverloop: 4 pCt. Nederland 97, 963/4; 3y2 pCt. Nederland 91 1/4, 921/4; 2*4 pCt. NW.S. 741/4, 733/4; 4 pCt. Ned.-Indië 95*4, 94 7/8, 951/4, 94 15/16; 4 pCt. Amsterdam 911/16, 92, 91 3/4; 4 pCt. 's-Gravenhage 96, 97 1/4, 961/4; 3% pCt. 's-Gravenhage 89, 90k 4 pCt. Rotterdam 8834, 89, 88 5/8; Handelsver. Amsterdam 20714, 199, 204; Javasche Cultuur 119, 110, 113 3/4; N.I.S.U. 107%, 99, 103; Vorstenlanden 22, 23, 20 1/4, 21 5/8; Amsterdam-Rubber 10814, 10414, 1067/8; Oost-Java Rubber 112%, 1061/4, 111; Serbadjadi 64, 5914 60 5/8; Deli Batavia Mij. 140, 138 1/4, 139; Deli Mij. 160, 15714, 15914; Kon. Petroleum 194, 1921/4, 1951/4; Philips 253, 256, 244%, 250, 244; Unilever 9914, 1013/4, 1001/4; Gen. Motors 29 7/16, 31 1/8, 30 15/16; U.S. Steel 267/8, 281/8; Chrysler 4714, 51 9/16. LXIII. Mr. M. MENDELS. O! Ik herinner mij nog zeer levendig den tijd, dat mr. Mendels geen lid van ons Hoogerhuis was. En: Als ik mij dat herinner, denk ik meteen aan een mij bekend gezin, waar de ooievaar met verbijsterende regelmaat steeds weer een nieuw kindje bracht. En het waren al lemaal prachtkinderen, schoon op de weeg schaal acht-en-half pond, en zoo rustig. Je had er eenvoudig geen kijken naar. Kind na kind arriveerde, en had weer dezelfde evenwichtige en kalme natuur als z'n voor ganger. Totdat ook de vrede van dezen hu welijksvijver werd verstoord door een zwa- ren steenplons. Of de ooievaar zich in het adres had vergist, dan wel de natuur ein delijk ook hier eens een variatie wilde afle veren, wie zal het zggen? Maar zeker is, dat te midden van al die lieve en rustige en volgzame kindei en plotseling de belhamel arriveerde, die met z'n armen en beenen in de wijde wereld rondsloeg en wat meer zegt nooit z'n mond dichthield. Dat werd me daar een gekakel en een sen satie en de bengel groeide op en maakte alle broertjes en zusjes aan den gang, en hij ging zóó te keer, dat vader en moeder dikwijls, of ze wilden of niet, moesten mee- lachen. Kijk: dat nu was de geboorte van Mr Mendels als lid der Eerste Kamer. O! wat een gezin van prachtige rust was toen onze Senaat. Stuk voor stuk aten de afgevaardigden uit des voorzitters hand. Het debat was altijd als een keurig-geharkt tuintje voor een fatsoenlijke burgermans woning. Er werd nu letterlijk geen onver togen woord gezegd, en alles ging precies in de maat. De paden van het tuintje lagen liniaal-recht, met helder grint bestrooid; het gras werd altijd op tijd geknipt; er waren aardig perkjes met reseda's en fuchsia's en hier en daar stond een stokroos, en in het midden was een allerliefst vijvertje met een paar goudvisschen. En de tuinman of hij Schimmelpenninck van der Oye heette dan wel van Voorst tot Voorst hield alles keurig bij en zorgde dat het tuintje-van-het- debat altijd in orde was, geen voet het gras plat liep of het nette grint verschopte. En wat heb ik er, als journalist, vele Ja ren op een bankje gezeten in de zon, met de bloemetjes om me heen, en het was er louter vrede en ik had soms moeite om niet in slaap te dommelen. Maar toen ik er weer eens zat, daar, plot seling, een snelle voetstap, het grint werd vertreden, het gras werd platgeloopen, er klonk een luide roep, de goudvisschen doken diep van schrik en de tuinman kwam aan- loopen en heel het vredetuintje stond plotse ling in een storm van oproer. Dit was de eerste interruptie van mr. M. Mendels Jr., de nieuwe baby van den electoralen ooievaar De heer Mendels, in 1919 lid der Eerste Kamer geworden, heeft er de interruptie in gevoerd, en sindsdien is er vrijwel geen debat meer verloopen, of hij nam er in dit opzicht zijn portie van. De tuinman, die in het begin boos keek, liet den bengel spoedig maar over de prachtige paadjes ravotten. Hij kon hem toch niet aan. Tenslotte kreeg hij er zelf schik in. Ja, voor deze erentfeste vergade ring was de interruptie werkelijk niets min der dan een revolutionnair product van een hyper-democratischen tiid, maar voor den heer Mendels was zij n bekend, geliefd en gemakkelijk-gehanteerd wapen in den politie- ken- en parlementairen strijd. Toen hij Senator werd, had hij zoo al het noodige achter den rug: bezoldigd propa gandist van zijn partij; lid van den gemeen teraad van Zaandam, Utrecht en Hilver sum; lid van de Provinciale Staten van kelijk verdiend", zei de oude wachtmeester. Het vierde peleton juichte en moedigde hun kameraad aan. Een tweede kampioen trad in 't strijd perk. Op een holletje rende hij de brug op, trachtte Olivier te scheppen, maar deze hield zijn beenen stijf gesloten boog zich over den rug van zijn tegenstander, greep hem om de heupen en wierp hem in het wa ter. „Bravo" riepen de kurassiers., ,Leve Oli vier". Deze keek trotsch glimlachend naar zijn kameraden, wuifde even met de hand „Als hij nu nog de derde zijn vet geeft, heeft hij rust en mag hij straks de brug weer verdedigen", legde de wachtmeester uit. ,Zeg, je moest het ook eens probeeren". Maar Saxon gaf geen antwoord. De derde aanvaller betrad voorzichtig de kampplaats. Olivier boog zich voorover, de handen vooruitgestoken Ze grepen elkaai om het middel. Dan werd de een, dan de ander een pas teruggedrongen. Ze kampten als twee stieren. Hun pezen waren tot het uiterste gespannen. Toen gleed Olivier uit en de ander stiet hem in de beek Fier richtte zijn tegenstander zich op. Moeilijk zwemmende bereikte Olivier den oever en wierp zich hijgend en doodelijk vermoeid bij zijn vriend op het gras. „Je hebt je best gehouden", troostte de oude snorrebaard. „De vijf daalders heb je verdiend". „Een stoere rakker, die vent daar", meen de de korporaal en wees op den overwin naar De heraut riep nieuwe kampvechters op en velen meldden zich aan. Na nog een overwinning werd ook deze kampioen verslagen. Een groote hellebaar dier onttroonde hem en deze viel weer door een Waal. Zoo duurde de strijd voort, maar niemand versloeg drie vijanden. „Zie je", verklaarde de korporaal. „De aanvaller is frisch en heeft dus een grooten voorsprong. Als je kans wilt hebben op den prijs doe je beter tot het laatst te wach ten". Een groote Waal stond zegevierend op de brug. De korporaal trok zijn jas en laar zen uit. „Wachtmeestertje", zei hij. „Ik geloof dat ik nu eens zal beproeven die gouden rijder- tjes in de wacht te sleepen. Die Waal ver veelt me. Als ik ze win hebben we van avond feest". „Ik zet een nieuwen blanken daalder op hem", stelde de wachtmeester voor Maar geen der kurassiers wilde tegen de kansen van hun vriend wedden. Kalm betrad de korporaal de brug, knikte den Waal vriendelijk toe en wierp hem na een korte worsteling in het water. Het vierde peleton juichte. Maar ook zijn noodlot kwam. Een lange magere musketier bracht hem ten val. De musketier keek minachtend in het rond. De heraut riep weer nieuwe kampi oenen op. Voor de tweede maal schetterde de trompet, maar niemand bood zich meer aan. „Vervloekt", bromde de oude snorrebaard „Mijn beide sterkste kerels geslagen Als ik maar twintig jaar jonger was Is er dan geen enkele ruiter meer die dien langen musketier zijn vet kan geven?" Hij keek zoekend om zich heen. De wachtmeester der musketiers stond niet ver van de kurassiers verwijderd Sma lend riep hij: „Er schijnt niet veel fut meer in je ruiters te zitten, oude". Saxon had met groote belangstelling den strijd gevolgd en hij kreeg grooten lust dien langen musketier in de beek te gooien, maar zijn verstand bleef de baas. Hij mocht zich niet te veel bloot geven. „Willem", zei de wachtmeester, „misschien zou jij Ik heb je spieren gevoeld. Maar neen het zou je niet lukken. Het regiment van Montecucouli moet zijn nederlaag dra gen". I oen dacht Saxon er aan hoe vriendelijk ze allen voor hem geweest waren. Hij stond langzaam op. „Wou je het toch beproeven?" riep de snorrebaard vol geestdrift uit. „Jij bent een kerel". Saxon trok laarzen en buis uit. De kuras siers keken vol bewondering naar zijn bree de schouders, zijn sterke armen, zijn borst spieren zwaar als de buste van een vrouw. „Hij kan het. Hij zal het doen", juichte de oude. „Wreek mij, kerel", zei de korporaal. Ten derden male schetterde de trompet. „Voor de laatste maal", klonk de stem van den heraut. „Ik wed een daalder op hem", schreeuwde de oude. „En ik", zei de korporaal. „En ik", zei Olivier. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 9