Twee Alkmaarsche kunslenaars exposeeren.
lady-killer.
City-Theater.
HELDEN VAN ONZEN TIJD.
Victoria-theater
Een eigenaardige film, deze „Helden van
onzen Tijd", waarin de groote acteur Wal-
lace Beery de hoofdrol vertolkt. Om te be
ginnen is de titel eenigszins misleidend,
want ondanks de vaak fabelachtige staaltjes
vliegkunst, welke in deze rolprent verwerkt
zijn, is er niets, dat de spelers tot helden
maakt. Integendeel, de op de spits gedreven
eigenwaan van de vliegers, die in deze film
voorkomen, leidt maar al te vaak tot gren-
zelooze roekeloosheid en wij kunnen dat on
mogelijk heldhaftig noemen.
Interessant in scène gezet is het eerste
gedeelte van de film, waar we teruggevoerd
worden naar het jaar 1910, toen de gehee
le vliegerij nog in haar kinderschoenen
stond.
Toen reeds was de bekwame sergeant
instructeur Stone (Wallace Beery) een ge
ziene persoonlijkheid op het vliegveld en een
ieder wil zich graag aan zijn instructies
onderwerpen, zijn hartewensch is echter,
dat zijn zoon een beroemd vlieger zal wor
den en gezien de groote animo welke de
jonge Mike Stone reeds op jeugdigen leef
tijd aan den dag legt, belooft de toekomst
veel.
En inderdaad, wanneer we dan een twin
tigtal jaren verder zijn, behoort de inmid
dels door een rugby-wedstrijd alom popu-
lair geworden Mike tot de beste vliegers
van de Ver. Staten.
Nu moet opgemerkt worden, dat het ge
luk hem wel zeer gunstig gezind is. want
waar links en rechts vrienden van hem
doodehjk verongelukken of voor hun leven
lang verminkt word, daar blijft hij van
al deze vlieg-ellende gevrijwaard en op de
meest wonderbaarlijke wijze weet hij steeds
aan de vreeselijkste ongelukken te ontko
men. Deze film zou niet volledig zijn, in
dien niet vele charmante vrouwen den le
venswandel van Mike Stone zouden kruiseu
En de een doet al liever dan de ander, zoo
dat de veraandheid van den populairen vlie
ger nog een tikje wordt aangedikt en in
dezen roes komt hij tot de dolzinnigste ma
noeuvres.
In de meeste vliegersfilms zit niet veel
verhaal, het is altija gebaseerd op angst
wekkende en levensgevaarlijke toeren en de
ze film maakt geen uitzondering. Voor hen,
die graag naar een sensationeele film
gaan, is „Helden van onzen tijd" uitermate
geschikt en kunnen we ook deze film warm
aanbevelen.
Uit het voorprogramma noemen we een
Amerikaansche smijt- en roomtaartenfilm,
DE ZIGEUNERBARON.
In het Roxy-theater.
De directie van dit theater heeft het aange-
diurfd om een film, welke hier nog maar
korten tijd geleden een week heeft geloopen,
weer als hoofdnummer op het programma
te zetten, zij het dan ook slechts tot en met
Zondag. Nu willen we terstond zeggen, dat
dit ons nog niet zoo'n erg groot waagstuk
lijkt, want „De zigeunerbaron" verdient de
belangstelling, die van zoo veel zijden voor
deze film is getoond en wij zijn ervan over
tuigd, dat ook heden en morgen velen
van die belangstelling zullen blijk geven
Wij meenen, omdat het nog maar een drietal
maanden is geleden dat wij uitvoeriger over
dit filmwerk schreven, er thans niet veel
meer van te moeten zeggen. Wij willen dan
ook slechts even herinneren, dat het is ge
maakt naar de gelijknamige operette van
Johann Strauss en dat de geschiedenis speelt
in Hongarije in het jaar 1746, toen het land
pas het Turksche juk, hetwelk een eeuw haJ
gedrukt, had afgeworpen. Er komen aar
dige dansen en prettige melodieën in voor
Het voorprogramma geeft na een journaai
met o.a. prachtige kieken van een jachtrit irt
de duinen bij Den Haag, de interessante tee
kenfilm „Krazy Kat's bruiloft". Verder nog
een klucht, waarin twee personen, die zich
presenteeren als boekhouder op een tijdstip
dat de chef der zaak afwezig is, elkaar v»r
dien directeur aanzien, uit welke vergissing
allerlei rare situaties en verwikkelingen
voortvloeien, met als slot, dat de beide
snaken door gelukkige resultaten van eenige
speculaties de zaak kunnen overnemen
Alles te zamen een zeer aantrekkelijk pro
gramma, humoristisch en romantisch.
RUGGLES DIENT TWEE HEEREN.
Bioscoop Théatcr Harmonie.
Het hoofdnummer dat ditmaal in de Har
monie de aandacht vraagt, is een bijzondere
komische film, die bovendien den grooten ac-
teur Charles Laughton (vertolker van Hen
drik de Achtste in Nero) gelegenheid geeft
zijn talenten te toonen.
Ruggles is de echte perfecte Engelsche
butler van Lord Burnstead. Doch op zekeren
dag wordt hij door zijn meester misbruikt
als inzet van een partijtje poker met een
Amerikaansch touristenpaar. De drie achten
van den lord moesten het afleggen tegen de
vijf klavers van den Amerikaan en zoodoende
ging Ruggles over in dienst van de familie
Floud die hem meenam naar het Amerikaan
sche provincieplaatsje Red Cap. En nu is het
eigenaardigen te zien hoe de butlertrouw
langzamerhand door de democratische begin
selen wordt verdrongen, Ruggles wordt een
man die iets beteekent, daar in het verre
Amerika, en zelfs als zijn oude meester Lord
Burnstead komt om hem terug te halen, zege
viert zijn vrijheidsliefde. Hij blijft in Amerika
en de lord zelf wordt in doen en laten ook
democratisch. Ruggles gaat een restaurant
beginnen en de opening daarvan is een ware
feestavond met tal van verrassingen. Ruggles
ziet er niet tegen op om een vervelend per
soon hardhandig uit de zaal te verwijderen
en hij verwerft door deze actie nog grooter
sympathie.
Een prachtige acteur die Charles Laugh
ton. Wat een verschil met een Engelsche ko
ning of een Romeinsch keizer. Maar Laugh
ton. Wat een verschil met een Engelschen ko-
schillende personen uit de comedie zijn ver
der schitterend getypeerd. We noemen slechts
Roland Young, Leila Hyams, Zasa Pitts e a
Het voorprogramma bracht een Para-
mountnieuws, een nieuwe klucht van Pop-
peye the Sailormar, een komische twee-ader
over het Vreemde-Dingen Legioen en een
fraai muzikaal filmpje van den violist Rubi-
noff en zijn orkest.
CINEMA EN THEATER.
Voor deze week vinden wij in het Week
blad o.m. „De Passiegang te Roquebrune",
door Eduard Veterman, 'n artikel over
Eveline Booth, zeer mooie portretten o.m.
van Charley Chaplin en Paulette Godard
in de artistenfilm „Modern Times", van
Jean Parker; de actrice Aaf Bouber, veel
filmnieuws. Guus Betlem Jr. schreef tekst
en muziek voor het liedje: „Te veel ver
langd!"
Stad en Omgevinp.
In het Stedelijk Museum.
In een gedeelte van de groote zaal van het
Stedelijk Museum exposeeren de Alkmaarsche
kunstschilders J. de Wolf en K. Stikvoort een
60-tal hunner werken. Voorop willen wij
stellen, dat beide stadgenooten voor hun
werk de volle belangstelling verdienen. Van
den voorzitter van de Berger Kunstenaars
vereeniging, den rector van het Alkmaarsche
Gymnasium, dr. J. Hemelrijk, was het dan
ook een daad van erkenning, om deze expo
sitie, die dagelijks tot en met 27 November
geopend zal zijn, met een welwillend woord
te openen.
Koos Stikvoort, wiens werk wij reeds eer
der bespraken, is toor de Alkmaarders geen
onbekende. Zij weten, dat deze kunstenaar,
met academische opleiding (hij bezocht de
academie te Antwerpen) voor zijn groot ge
zin het dagelijksch brood verdient als zelf
standig handwerksman.
De liefde voor de schilderkunst is hem ge
bleven. Zijn vrije uren en dagen zijn daar
aan gewijd. Wij uitten reeds eerder den
wensch, dat deze voor het oude steden
schoon zoo gevoelige artist eens de gelegen
heid zou krijgen om in het oude Vlaanderen-
land te werken. In den voorbijen zomer heeft
hij daartoe gelegenheid gehad en het resul
taat daarvan toont hij ons in een 12-tal doe
ken uit Brugge, het internationale schilders
centrum.
Voorts exposeert hij eenige interieurs, door
hem dezen winter vervaardigd.
Stikvoort's palet, met als hoofdtoon bruin
en grijs, is ietwat lichter geworden.
De sfeer van Brugge, waar de geest van
de middeleeuwen hangt, de grachten en
bruggen zijn van een onovertrefbare schoon
heid heeft hij op zijn wijze, gevoelig ge
troffen.
Treffend is het doek van het blinde vrouw
tje, dat daar al jaren dagelijks voor den in
gang van haar woning in Brugge zit.
floe juist is in dit doek de belichting.
Van een treffende devotie is het schilderij
tje voorstellende een knielend meisje voor een
in een begijnenhofje geplaatst altaar. Dit
doekje getuigt ervan, dat het geloof in
Vlaanderenland onder het volk een levend
geloof is.
Stikvoort is de man van de werkinterieurs
Zijn schilderij van de hoefsmederij te Eg-
mond aan den Hoef, voor enkele jaren op
„Kunst zij ons doel" geëxposeerd, is ons als
een zeer geslaagd stuk, altijd bij gebleven.
Ditmaal komt hij met een interieur van een
hoefsmederij te Oudorp, dat zeker op gelijke
hoogte staat. De witte knol staat daarop zoo
treffend, als het door arbeid afgeleefde dier
en brengt ons het werk van Breitner in her
innering, die zoo onovertrefbaar het zielige
van het oude werkpaard heeft uitgebeeid.
Een bijzonder fijn schilderijtje is dat van
een stalinterieur. Ook dat van een hoekje
van een boerderij in St. Pancras met het op
melken wachtende geitje verdient afzonder
lijke vermelding.
Afwijkend van zijn gewone werk, is het
doekje waarop hij ons de oude boom bij de
pastorje in Bergen met het museum op den
achtergrond laat zien.
Wij zagen dit geval niet eerder op het
doek. De mozaiekachtige manier waarop
vooral de oude boom is geschilderd wijst in
een richting om met behulp van de natuur
boven de natuur te gaan.
Zijn mede-exposant J, de Wolf, leeraar
teekenen aan het Alkmaarsche R.K. Lyceum
waaraan hij reeds 8 jaar is verbonden, volg
de na het behalen van zijn acte M.Ó. tee
kenen, onder der Kinderen en Roland Holst
6 jaren de lessen aan de Academie van Beel
dende Kunsten te Amsterdam, waarna hij 8
jaar in het buitenland werkte.
De Wolf geeft in deze tentoonstelling een
overzicht van zijn werk, waarbij vooral het
door hem in de jaren 1925, 1927, 1929 en
1935 in Brugge vervaardigde werk, bijzon
dere aandacht verdient.
Wie Brugge kent wordt getroffen door de
juiste sfeer van den oude middeleeuwsche
stad met de kantklossende begijntjes.
Zijn wit is wel iets te klaar, maar in zijn
werk van 1935, vooral in het doek waarop
de oude boogbrug van 1325 is afgebeeld, be
reikt hij in het wit iets zeer bijzonders, door
daarvoor in hoofdzaak de kleur van het
schilderwerk te gebruiken. Het is ons bekend
hoe de belichting van dijt gedeelte yan Brug
ge bijna geen vijf minuten hetzelfde blijft.
Kunstenaars van groofe beteekenis hebben
daarmede de grootste moeilijkheden onder
vonden. De heer de Wolf is erin geslaagd de
kleurschakeeringen van deze brug en de
herfststemming van de omgeving vast te leg
gen. De honderden lichtschakeeringen maken
dit doek tot eep levend werk. De weerspiege
ling in het water van het bij de brug staande
huis met het madonna beeld geeft aan het
werk nog bijzondere bekoring.
Het geheele werk van de Wolf uit Brugge
bewijst trouwens, dat hij het oude Zuid-Ne
derland treffend aanvoelt. Ook hij beeldde de
rustig kantklossende begijntjes. Zijn stofuit
drukking is subliem en het teruggedrongene
van een der begijntjes maakt deze figuur
zeer levendig.
In een interieur van een binnenhuisje van
een Brugge's hofje gevoelt men, dat daar ge
durende eeuwen het menschenleven op de
zelfde wijze is voorbij gegaan.
De Wolf voelt zich sterk aangetrokken
door het oude stedenschoon.
Zijn doeken van „De Noordzee" aan de
Oudegracht, de Bloemstraat en de Kooltuin,
toonen ons de schoonheid van oud-Alkmaar
door het oog van een schilder.
Ook in Alkmaars omgeving heeft hij
veel gewerkt en de rust van een eenvoudige
oude werkmanswoning bij de Halve Maan-
brug te Oudorp, weet hij zeer gevoelig vast
te leggen.
Een belangrijk doek is, dat waarop hij de
ingang Van de Groote Kerk heeft uitgebeeld.
Men wordt bij de aanschouwing getroffen
door de schoonheid van dit middeleeuwsche
bouwwerk.
Door een mooi schuin licht kenmerkt zich
het kleine schilderijtje waarop de Wolf het
interieur van een smederij h«eft uitgebeeld.
Ook in zijn etsen en houtineden toont hij
zich een ernstig kunstenaar.
Belangrijk, hoewel bijkomstig, is ook het
feit, dat, op initiatief van den heer de Wolf,
beide expcsanten om hun geëxposeerde doe
ken door hen vervaardigde passende lijsten
hebben aangebracht, die toch een geheel an
deren indruk maken dan de zoo bekende fa-
briekslijsten. die alle indiVudaliteit missen.
Het openingswoord van
Dr. Hemelrijk.
Dr. Hemelrijk verzekerde, dat hij de uit-
noodiging, om deze tentoonstelling te ope
nen met genoegen had aanvaard, omdat hi
het zich tot een plicht rekende de belang
stelling en waardeering voor goede kunst
te bevorderen. Spr. wees erop, dat in onzen
tijd factoren werkzaam zijn die de ware
kunst verdringen en noemde als zoodanig
de massaproductie van de mechanisatie.
De mechanisatie-producten kunnen wel
afleiding geven, maar het is alleen de ware
kunst, die blijvende vreugde schenkt en op
heft boven de alledaagsche sfeer.
Een tweede belemmerende toestand voor
de kunst is de crisis, die in de eerste plaats
de Kunst en de kunstenaars zwpar treft
Men laat nu eenmaal eerder na een schilde
rij dan een nieuwe japon te koopen.
Erger nog oordeelde spr. de psychische
invloed van de crisis.
l°,c^ 's verwoestender dan de ma
teueele Velen toch verliezen door de zor
gen en de onzekerheid van het bestaan het
élan, noodig voor verheffende bezigheid
en veredelend genot. Een kunstwerk, zoo
vervolgde sipr. vraagt aandacht, tijd en ver
trouwelijkheid ermede.
Elk ding wat ons dierbaar is, is dit ge
worden, omdat het in een vertrouwde om
geving tijd heeft gehad onze gehechtheid
te winnen.
Een waarlijk goed kunstwerk laat niet na
die gehechtheid te wekken.
Uitvoerig stelde spr. de juistheid van de
ze stelling in het licht; met nadruk wees
lij er op, dat de Kunst en de kunstenaar
er behoefte aan hebben weerklank te vin
den, om niet in de eenzaamheid te verkom
meren.
Komende tot de vraag, welke mogelijk
heden te Alkmaar den kunstenaar biedt,
zeide spr. dat Alkmaar bij andere steden in
dit opzicht niet zoo gelukkig is geweest.
En dit niet, omdat Alkmaar en omstreken
geen talenvolle kunstenaars hebben gekend.
Meesters uit vroeger eeuwen zooals Van
Everdingen, Emanuel de Witte, Johan van
Scorel en Fabrius zijn daarvoor het be
wijs. En van al deze meesters bezit Alk
maar geen enkel kunstwerk In dit opzicht
moet Alkmaar de vreemdelingen teleurstel
len; zij moeten naar elders gaan, om Alk-
maar's glorie in de schilderkunst te zien
In dezen tijd is het niet anders.
De fouten van het verleden worden niet
goed gemaakt voor de toekomst; ook nu
weet Alkmaar zijn schilders niet aan de
stad te binden; A. H. Gouwe, die in 1908
de prix de Rome behaalde, keerde nooit
meer naar hier terug;-ook Dirk Smoren-
berg; Johan Bezaan en in de laatste jaren
Lambert Jansen, die met veel succes in
Florence schildert, komen niet meer in hun
geboortestad. Men legt ook nu met een pi
loot als stadgenoot meer eer in.
Hte zou een goede daad van kunstlievende
burgers zijn, indien zij hun stad door ge
schenken in de gelegenheid stelden monu
menten van de kunst uit deze dagen te bewa
ren.
Vandaag hebben twee Alkmaarsche schil
ders de vrijmoedigheid gehad hun werk te
toonen. De Wolf, die 8 jaar hier werkzaam
:s, is een enthousiast en ernstig schilder en
vervult daarnaast de betrekking van leeraar
aan het lyceum, dat zich gelukkig mag prij
zen zulk een talentvol leeraar te hebben
Koos Stikvoort i3 van een oude Alkmaarsche
familie, die 1 Yt eeuw hier het kuipersvak
uitoefent. Een gezaghebbend buitenlander
verzekerde spr., dat het algemeen niveau
der schilderkunst in Nederland hoog staat,
hooger dan in de meeste andere landen
De roem van Nederland in het buitenland
is eeuwenlang zijn schilderkunst geweest, in
volle oprechtheid kon spr. verklaren, dat
men hier staat voor een expositie van twee
verdienstelijke artisten.
In Koos Stikvoort is de lust tot schilderen
ong ontwaakt; zijr. vader wilde, dat hij
kuiper werd; hij wist het echter door zuinig
heid zoover te brengen, dat hij zich op de
Ar.twerpsche academie kon bekwamen en
daar verschillende prijzen behaalde. De nood
dwong hem later het kuipersvak weer op te
nemen en tot op den huidigen dag onder
houdt hij daarmede eervol zijn gezin van 9
leden.
Toch is de schilderkunst hem steeds een
behoefte gebleven: daarvan getuigt zijn
werk. Zijn ambacht voelt hij niet als een
vernedering; in de gouden eeuw waren het
tal van groote meesters, die nevenberoepen
uitoefenden; spr. noemde Jan van Goyen, die
bloembollenhandelaar was, diens schoon
zoon Jan Steen, de bierbrouwer, Pieter de
Hoogh. die huisknecht was en Meindert
Hobbema, de incasseerder van belastingen.
Stikvoort betreurt het dan ook slechts, dat
zijn ambacht hem te weinig tijd laat voor de
kunst. In Stikvoort's werk is de sfeer van
zijn werkplaats te bespeuren. Dezen zomer
beleefde hij de hem ongekende weelde, door
den verkoop van een paar zijner werken, een
12-tal dagen in Brugge te kunnen werken;
zoozeer ging hij daar in zijn werk van den
vroegen morgen tot den laten avond op. dat
hij niet wist welke dag van de week het
was.
Hier kunt gij de resultaten van dien ar
beid aanschouwen.
De stille sfeer van Brugge hebben beide
schilders op hun wijze uitgebeeld. Zes jaar
geleden kocht het Stedelijk Museum 2 wer
ken van Stikvoort aan en aan Burgemeester
Wendelaar werd bij diens afscheid tot zijn
zeer groot genoegen een werk van Stik
voort aangeboden. Hopenlijk zijn er nog wel
eens gelegenheden, waarbij aan dezen Alk-
maarschen schilder gedacht kan worden,
opdat hij ook het volgend jaar er eens op uit
kan trekken. Spr. eindigde met den wensch,
dat beide schilders voldoening mogen bele
ven van deze tentoonstelling en dat zij in be
teekenis mogen groeien
D. A. K.
TERAARDEBESTELLING
P. ZEEMAN.
Groote belangstelling. Vele
waardeevende woorden.
Het was een droevt stoet, die zich gister
middag, circa 2 uur, in beweging zette vanaf
het sterfhuis in Roclidale-West naar Zuid-
scharwoude, waar het stoffelijk overschot
van den Dinsdag j.1. overieden heer P Zee
man aan den schoot der aarde zou worden
to. vertrouwd.
Tweemaal werd onderweg eerbiedig halt ge
houden: vóór het gebouw van de HA.B.0
waar de overledene eenige jaren had gewerki
en in Zuidscharwoude vóór het huis, waar hi
vroeger woonde.
Reeds lang vóór de stoet aankwam, was
het in de omgeving van de begraafplaats erg
druk, en toen hij tegen half 4 onder droef
geestig klokgelui op het eenvoudige kerkhof
naast de kleine kerk arriveerde, was de be
langstelling tot ongekende hoogte gesteg
Wij zagen o.a. den heer J. W E Duys, lid
der Tweede Kamer, partijgenoot van den
heer Zeeman; de heeren P. K. Peerlkamp en
Swierstra, als vertegenwoordigers van het
Gewest Noordhoband-Noord der S.D.A P
cte heeren Ringnalda, Pothuis en van de
Vall, namens de soc.-dem. Statenfractie; den
burgemeester van Zuidscharwoude; de S D
A P. raadsfiacties van Schoorl en Nieuwe
Niedorp; bestuurders van de afd. Alkmaa'
S D.A.P.; den heer P. N. Groot, penning
Aan de geopende groeve sprak allereerst
de heer Pothuis, lid van Prov. staten
van Noordholland. Hij meende, dat het be
kende gezegde „Hier liggen de dood® en
liegen de levenden" in dit geval niet van toe
passing zou kunnen zijn, omdat allen naar
waarheid kunnen getuigen van de groote
verdiensten van den heer Zeeman voor deze
heele streek.
Wat hij heeft gegeven was zeer veel. Hij
was in de Staten geen veelprater in den ge
wonen zin, maar sprak alleen als hij inder
daad wat te zeggen had en dat was vaak
het geval. Hij had gezag in de Staten, en dat
kwam hem toe. Hij was een gelukkig man,
die den geest kon stellen boven het lichaam,
een man met wilskracht, een man wiens
geest en ziel ver uitgingen boven de kracht
van het lichaam.
Je hebt je geheel gegeven voor onze be
weging, voor hen, die je lief waren, zei spr.,
en je hebt ook veel bereikt. Een grootsch
idee was het „Plan-Zeeman", dat zal worden
bezien door een studiecommissie uit de
Prov. Staten.
Spr. wilde niet zeggen: „Rust zacht",
maar hij wenschte den heer Zeeman, dat hij
aan de andere zijde van het graf zal vinden
een wereld, die hem zal bieden wat aan
zielen als hij gegeven zal worden. Vriend
Zeeman, je laat niet alleen treurende familie
leden, maar ook vrienden na, die je de eer
geven, welke een trouw kameraad toekomt,
komt.
De heer Swierstra sprak namens het
Gewest Noordholland-Noord een afscheids
woord, waarin hij herinnerde aan de groote
beteekenis van den overledene voor de
S. D. A. P., aan welke hij vele jaren zijn
beste krachten gaf. Hij werkte inderdaad tot
den laatsten snik en wat hij deed was zeer
zeker van groot belang. Wij zullen, zei spr.,
naar beste krachten dien strijd voortzetten.
De heer W. v a n de Vall (Alkmaar)
zag dankbaar terug op de vele gesprekken,
welke hij in de laatste 23 jaren met den heer
Zeeman had mogen voeren, maar onvergete-
ijk was wel het laatste, toen de reeds ster
vende man afscheid nam en, spreker aanzien
de, gevraagd had: „Hoe laat is het?" Spr.
roopte, dat dit woord zou mogen worden
verstaan door allen, die nog niet weten hoe
laat het is in hun leven. Spr. zou de stem van
den heer Zeeman steeds hooren, ook als ét
klank ervan niet meer tot hem zou doordrir-
gen, zijn leven was er rijk door geworden. Je
was een held, vervolgde spr., want bij het af
scheid nemen van je familieleden vond -jenog
woorden van troost voor hen.
Als vrienfl wilde spr. namens talloos velen,
die vriendschap van den overledene hadden
ondervonden en naar wie de warmte van zijn
hart uitging, hem dank brengen voor alles
wat hij gedaan heeft voor de gemeenschap.
Het gereedschap is jou thans ontvallen maar
de bouw moet worden voortgezet. Wij be
loven je, dat we dat zullen doen voorzoover
we het kunnen. Je hebt veel goeds gezaaid.
Dank daarvoor!
Ook de heer Hart (Koedijk) bracht den
overledene geroerd dank voor al hetgeen hij
van hem had mogen leeren en voor alle# wat
door hem was gedaan in het belang van de
partij. Vooral in den laatsten tijd, toen spr.
met hem in eenzelfde commissie had mogen
samenwerken, had hij diens grooten geest
kunnen bewonderen en spr. meende voor alle
aanwezigen de belofte te mogen afleggen, dat
zij allen, gestaald door dien geest, het door
den heer Zeeman aangevangen werk zullen
voortzetten.
Tot mevr. Z. zei spr. te hopen, dat het
haar een troost mag zijn, dat er zoo'n groote
belangstelling is getoond bij deze teraardebe
stelling en op de dagen daarvóór en dat er
thans zoovele hartelijke en zeer waardeerende
woorden zijn gesproken over den afgestor
vene, die het zoo precies heeft uitgedrukt:
het is nu eenmaal zoo beschikt.
De burgemeester van Zuidscharwoude, jhr.
L. A. van Spengler, getuigde van den
heer Zeeman, dat hij een man was, die de ge
meente vele jaren heeft gediend met al zijn
krachten. Er was bijna geen enkel onderwerp,
dat niet zijn belangstelling had, en dan voo'-
al wanneer het gold de belangen van de
minder bedeelden. Nooit was eerzucht zijn
drijfveer, hij betoogde slechts het algemeen
belang In den gemeenteraad had spr. zich
meermalen verwonderd over de vlugheid
waarmee de heer Zeeman vermocht zich in te
werken in de vele onderwerpen, waarin hij
belang stelde, en al waren er weieens tegen
stellingen, toch had spr. altijd kunnen er
varen, dat hetgeen de thans gestorvene naar
voren bracht de moeite van het onderzoeken
steeds waard was Gaarne had spr. met hem
van gedachten gewisseld, vooral omdat hij
overtuigd was van diens absolute betrouw
baarheid.
Al heeft het leven ook den heer Zeeman n«
verdriet niet gespaard, toch bleef hij iltija
optimist en ook daardoor heeft hij veel zegen
rijk werk kunnen verrichten in het belang
van den tuinbouw Spr. betreurde het slechts,
dat de overledene het eindresultaat van zijn
groote plan niet meer heeft mogen beleven-
Maar in elk geval: hij heeft niet tevergeei
geleefd, de herinnering aan hem zal bujve'
voortbestaan. t,
Dr. G. W. M e 1 c h e r s, em.-predikant
Heiloo, herinnerde aan zijn werkzaamheid
Zuidscharwoude, waaraan 37 jaren
een einde kwam Echter niet aan de vrie"
schap met de fam. Zeeman, in die jaren g
sloten. Voor de derde maal had *Pr. 51j
een lid dier familie mee grafwaarts gebrac
Hij zou niet herhalen wat hij in het sterin
Men kent het vastbeslotene, het resolute
optreden van James Cagney en begrijpt,
da. hij daardoor in een film, die in de
New-Yorksche onderwereld speelt een
prachtige rol kan vervullen. Hij is suppoost
in een theater, maar wordt wegens brutali
teit ontslagen en ziet dan in een dancing
een jonge, knappe vrouw, die blijk geeft
hem niet ongezind te zijn. Zij vergeet bij
haar vertrek haar taschje en natuurlijk
brengt James het terug op het adres, dat
het in dit taschje gevonden kaartje aan
geeft. Hij wordt bij de bekoorlijke jonge
dame binnen gelaten en zal juist in vriend
schappelijke relatie komen, als de schuif
deuren open gaan en een zwager van de
jonge dame zich komt voorstellen. In de
achterkamer wordt een partijtje poker ge
speeld en James wordt geïnviteerd eens
mee te spelen, met het gevolg, dat hij bin
nen een kwartier zijn geld kwijt is. Juist
als hij zal vertrekken komt hij tot de ont
dekking, dat het verliezen van taschjes een
truc is om de vinders naar dit speelhol te
brengen. Hij is zonder betrekking en sluit
zich bij de bende aan, die hoe langer hoe
driester optreedt. Men berooft, dank zij
zijn voorbereiding, een schatrijke dame in
haar villa en een lid van de bende doodt
daarbij den butler. James vlucht met het
meisje-bendelid, maar wordt in Californië
gearresteerd, waarna het meisje er met een
ander lid van de bende vandoor gaat. Na
dat James bij gebrek aan bewijs is vrijgela
ten, begint hij een ander leven. Hij komt als
figurant bij een filmonderneming, weet al
spoedig de aandacht te trekken en wordt
een bekende filmster, die een zeer vriend
schappelijke relatie onderhoudt met een
vrouwelijke ster van de eerste grootte. Aan
het geluk van dien tijd wordt een einde ge
maakt door het weder opduiken van de
oude bende, die van plan is op zijn kosten
te gaan leven. Hij koopt de mannen en de
vrouw af voor 10.000 dollar en zij beloven
hem het land te zullen verlaten. Inplaats
van dit te doen beramen zij een aanslag op
een bekende filmster en het is James, die
hen ontmaskert, maar door een misver
stand gearresteerd wordt, omdat men
meent, dat hij bij de misdaad is betrokken.
De bende koopt hem vrij om hem te ver
moorden, maar het meisje van de bende
verraadt hem dat plan en dan volgt er een
spannende scène tusschen drie auto's, de
eerste waarin James met het meisje is ge
zeten, de tweede waarin de bende hen
achtervolgt en de derde waarin een groep
politiemannen de bende weer achtervolgt.
Het slot is een bloedige schietpartij en het
allerlaatste slot een huwelijksreis per
vliegtuig, waarin James en zijn filmster
retje elkaar eeuwige trouw beloven.
James Cagney en Margaret Lindsay
spelen in deze spannende misdadigersfilm
de hoofdrollen en doen dat zoo uitstekend,
dat men voortdurend in spanning verkeert.
Een misdadigersfilm vol romantiek, vol ge
varen en sensationeele ontknoopingen,
waar zal men spannender film vinden dan
de vertolking van dezen roman, dié in de
schaduwzijde van het leven speelt!
Vooraf gaat veel actueel nieuws in be
weegbaar geïllustreerden vorm, alsmede
een aardige screensong.een film van dan
sende detectieven en wat voor detectie-
ven! benevens een rolprent waarin een
zeeleeuw de hoofdrol speelt, een film, die
hier al eens meer vertoond is, maar die
men graag nog eens voor den tweeden keer
ziet.
een prachtig gekleurde teekenfilm en goed
binnen- en buitenlandsch nieuws in beweeg
baren vorm.
meester Hoogheemraadschap Noordhol
ands Noorderkwartier, van welk college de
ïeer Zeeman hoofdingeland is geweest en
verder vertegenwoordigers van de Coön
slieuw Leven en vereenigingen op tuinbouw!
g<Het aantal kransen en bloemstukken was
evenredig aan deze groote belangstelling
Wij noemen slecnts die van de afdeelingen
Langendijk en Alkmaar dei S.D.A.Phet
Gewest Noordhollano-Noord, de soc.dem
Statenfractie, de \rbeiderspers, het Pian:
Zeeman-comité en bewoners Rochdale-West
Voorts zonden verschillende families, behoo-
rende tot den vriendenkring van den over-
edene, een laatsten bloemengroet.
reeds had gezegd tot de achtergeblevon
maar wilde toch constateeren, dat velen
verdiensten van den heer Zeeman hebben
tolkt en in het licht stelden wat hij heelt