Hollandsche iongens als globetrotters. □v42JLESAXON UIT HET PARLEMENTAIRE LEVEN. feuilleton Anecdoten en incidenten. Wentel dien last van U af door intijds Abdijsiroop te nemen. Thans slechts 75 ct. per flacon! POpR G. P. BAKKER tijd met den dollar te stabiliseeren en onder de tegenwoordige gespannen politieke ver houdingen mag zeker niet een wijziging van het Engelsche standpunt worden verwacht Tot de Atnerikaansche obligatiën, die in de laatste maanden e»n aanzienlijke koerswinst hebben kunnen boeken, behooren ook die der Cities Service Co. De 5 pCt. 30-jarige gold bonds zijn van een laagsten stand in het be gin van dit jaar van 16 pCt. gesteken tot 30 pCt., waarop slechts een lichte terugslag is gevolgd. Ook de aandeelen dezer maat schappij hebben in toenemende mate belang stelling getrokken, waardoor de koers tegen over den laagsten stand in dit jaar ad 7Ï16 pCt. meer dan verviervoudigd is (tegenwoor dige noteering 1 7/8 a 2 pCt.) Het g ;a' hier bij om een, vooral wegens den lagen kcers- stand, geliefd speculatie-object. Het ontzag lijke bedrag aan uitstaande leeningen dezer onderneming, waardoor de obligatiën eenigs- zins het karakter van in alle kwade kans.n deelende aandeelen hebben verkregen, maakt de kans, dat het ooit tot hervatting der divi- denduitkeering zal komen, wel zeer gering. De financieele structuur van dit openbaar nutsbedrijf, dat tevens groote petroleumbe langen heeft, is zeer onoverzichtelijk. Uit de winst worden telkenmale aanzienlijke bedra gen voor afschrijvingen aangewend (in het derde kwartaal van 1935 weer bijna 17 millioen), zonder dat men weet, of deze ook maar eenigermate voldoende zijn. De verbe tering in de situatie der Amerikaansche pe troleumindustrie, tezamen met de in den jongsten tijd toegenomen mogelijkheid, dat de wet op de openbaar nutsbedrijven in de Ver. Staten, welker uitvoering de Cities Ser vice Co. voor groote moeilijkheden zou plaatsen, in strijd met de grondwet zal wer den verklaard, heeft de kans op een finan cieele reorganisatie der Mij., gepaard gaande met offers van obligatiehouders veel kleiner gemaakt. Hieraan is het koersherstel voor obligatiën en aandeelen voornamelijk toe te schrijven. Van de andere buitenlandsche obligatiën waren Fransche staatsfondsen wederom ge drukt, in verband met de aanhoudende poli tieke onzekerheid in Frankrijk. Ook de francs- koers heeft hiervan weer den invloed onder vonden; na een tijdelijk koersherstel trad een nieuwe reactie in, als gevolg van een her vatting van de kapitaalvlucht uit Frankrijk. Ten opzichte van den gulden blijft de franc zich in de nabijheid van het gouduitvoerpunt bewegen, nadat blijkens den jongsten week staat van de Nederlandsche Bank de goud arbitrage reeds goud uit Frankrijk r.aar ons land had overgeheveld. De goudvoorraad van de Nederlandsche Bank toont dientenge volge een verdere stijging van 9 millioen aan en de gouddekking der direct opeisch- bare verplichtingen der bank bedraagt thans weer 73 34 pCt. Dp verruiming op de geldmarkt ken onder deze' omstandigheden weer vorderingen ma ken; geld op prolongatie is tot 2% pCt. ge daald, particulier disconto tot 2 3/4 a 3 pCt. Bij de nieuwe uitgifte van schatkistpapier kon de rente op de schatkistbiljetten Vt pCt lager worden gesteld dan bij de uitgifte van de vorige maand. De positie van ce geld markt is dan ook van dien aard, dat de Ne derlandsche Bank gemakkelijk tot een ver dere verlaging van haar rentetarieven zou kunnen overgaan, ware het niet, dat de po litieke onzekerheid in Frankrijk aanleiding geeft tot voorzichtigheid. Bij vorige gelegen heden is herhaaldelijk gebleken, dat onrust ten aanzien van een bepaalde goudvaluta gemakkelijk ook naar de andere goudvaluta s overslaat. Het pleit wel voor het herstel van het vertrouwen in den gulden, dat tot dus verre in ons land nog niets te bemerken is van een inflatie-stemming, zooals deze reeds weder op de Parijsche beurs valt waar te nemp. Nederlandsche staats- en gemeen te keningen zijn in de afgeloopen weck welis waar meerendeels iets in koers afgebrok keld, maar dat was voornamelijk toe te schrijven aan gebrek aan belangstelling voor obligatiën in het algemeen, nu d. aan dacht, zoowel van het publiek als van den beroepshandel, weder in zoo sterke mate op de aandeelenmarkt is geconcentreerd. De kooplust gold in de afgeloopen week voornamelijk Amerikaansche shares, van welke speciaal staalwaarden, kopershares en verschillende olie-aandeelen levendig werden verhandeld. Laatstgenoemde werden gunstig beïnvloed door de nieuwe verhooging van den prijs voor ruwe petroleum in Pennsyl- vania, de tweede met 0.15 in een paar w*- ken tijds, die, naar men aanneemt, door een prijsstijging in de andere petroleumgebieden zal worden gevolgd. Ook de benzine-prijzen zijn stijgende en men verwacht, dat de no teeringen spoedig weder het niveau zullen bereiken, dat vóór de sterke prijsdaling m den zomer bestond. Voor de financieele po sitie van de Amerikaansche petroleummijen is dit prijsherstel ook daarom van zooveel beteekenis, omdat zij hierdoor zullen wor den ontheven van de noodzakelijkheid, om aan het eind van het jaar belangrijke bedra gen op hun voorraden petroleum en benzine af te schrijven. Aandeelen Koninklijke Petroleum hebben zich aanvankelijk niet bij de koersstijging van Amerikaansche petroleumshares kunnen aansluiten, omdat de markt eenigszins te leurgesteld was over het bericht, dat het be stuur der Shell Transport Trading Co., de zustermij. der Koninklijke, de beslissing over de uitkeering van een interim-dividend voor- loopig heeft uitgesteld. Naar verluidt, zal in een over eenige weken te houden vergadering van commissarissen der Koninklijke de kwes tie van een interim-uitkeering aan de órde komen. Dat hiervan sprake kan zijn, nadat jaren achtereen de uitkeering van een inte rim-dividend achterwege is gebleven, wijst op zich zelf reeds op een verbetering in -ie verhoudingen bij het internationale petro- leumconcern. De Unilever Mij. heeft haar interim-divi dend op hetzelfde niveau van het vorige jaar (2 pCt.) gehandhaafd; de koers van de aan deelen is vrijwel onveranderd gebleken en ook aandeelen Philips toonden slechts gerin ge koersschommelingen aan. Tegen het mid den der week viel een opleving van de be langstelling voor Indische cultuur /aarder. waar te nemen. Behalve het hoofdfonds, H V.A., waren ook verschillende incourante suikeraandeelen gevraagd. Tabaksaandcelen waren eveneens hooger op de verwachting, dat de Duitsche sigarenfabrikanten, welker voorraden Java- en Sumatra-tabak vrijwel uitgeput zijn, toestemming tullen verkrijgen c in het nieuwe ;:.ar meer tabak in te v :- ren dan in 1935. Rubberaandeelen waren vrij goed prijshoudend, hoewel de markt voor het product gedrukt werd door hernieuwde geruchten, dat de Ned.-Indische regeerfing een verhooging van het voor Ned.-Inaië vast stelde quotum zal verlangen, nu het niet mo- gelijk blijkt, de inlandsche productie door het uitvoerrecht binnen de perken te hou den. Hieronder volgt een overzicht van het koersverloop; 4 pCt. Nederland 97 7/8, 97, 97 3/8; 3M pCt. Nederland 94%, 93 3/4, 93 7/8; 2X pCt. N.W.S. 751/16, 74 1/4; 4 pCt. Ned.-Indië 97, 96 1/8; 4 pCt. Amsterdam 93, 92 1/4, 92 A 4 pCt. Gem. Utrecht 97 1/4, 98, 97%; 4A pCt. Frankrijk 77 5/8, 761/4; Anaconda Copper 13 5/16, 14 3/8; Bethlehem Steel 28, 30K, 29 1/4; U.S. Steel 29 1/4, 30, 29 7/16; Shell Union 8 5/16, 8 13/16; Tidewater 7 7/16, 7 3/4; Kon. Petroleum 211 1/4, 208, 213; Handelsver. Amsterdam 218, 223; Javasche Cultuur 121, 125; Tjepper Cultuur 35, 37 1/4; Deli Batavia Mij. 152, 167; Deli Mij. 715, 184K; Senembah 175, 184'A; Amsterdam Rubber 107 A, 10»; Philips 238y,, 236%, 239; Unilever 103, 102 5/8, 103 5/8. Toen aan generaal Wiiliam Booth, den stichter van het Leger des Heils, eens gevraagd werd, waarom hij voor zijn psalmen en andere godsdienstige liede ren toch zulke opgewekte melodiën uit zocht, gaf hij ten antwoord: „Omdat ik het verkeerd zou vinden, als de d u i v e 1 de aardigste wijsjes had". Zijn populaire psalmen wekten belangstelling voer den godsdienst, mijn anecdoteL en inciden ten trachten dat te doen voor het par lement. Ik maakte dus een soort propaganda, zij het dan ook van anaeren aard, dan die behoorde bij een rede van den En- gelschen staatsman Lloyd George. Hebt U dat nooit gehoord? Minister Lloyd George hield eens in een groote zaal van Londen een verkiezings-rede, en één zijner toehoorders, die zich verschrik kelijk opwond, riep op zeker oogenblik: „Naar de hel met 'ni!" „Och antwoorde Lloyd George, „ieder maakt propaganda voor zijn eigen land". En nu ik toch in Engeland ben, even het volgende. Als het Lagerhuis zijn nieu wen voorzitter heeft gekozen, is het ge woonte, dat de waarnemende president aan enkele leden vraagt, den nieuwen functonaris naar zijn zetel te geleiden. Dit geschiedde ook onlangs, en toen die uitnoodiging werd gericht tot Sir YVilliam Thorne, antwoordde deze plech tig en onder groote hilariteit: „Mijnheer de Voorzitter, ik, die gedurende mijn leven al vier vrouwen naar het altaar heb geleid, wil nu wel eens een man wegbrengen". Maar nu stap ik het Kanaal over, en waar ik bezig was aan aardige antwoor den, roep ik even in uw herinnering de nobele verschijning van Victor de Stuers, het Katholieke Kamerlid voor het district Weert, den vermaarden kunstbevorderaar. Hij was een fijne en ruime geest, een hartstochtelijk strijder voor wat hij waar en goed achtte, en zeer slagvaardig. Toen hij eenmaal voor een Limburgsch belang het woord had gevoerd en een liberaal lid hem iro nisch tegemoet voerde: „Uw zon gaat blijkbaar onder in Weert!" gaf de Stuers dit fijne antwoord: „Dan moet de ge achte afgevaardigde stellig eens komen kijken, want de zon-ondergang in de Peel is toch zoo schoon!" Er is in den loop der jaren heel wat veranderd in het aspect, in de uiterlijke samenstelling der Tweede Kamer. Als u vroeger, laat ik zeggen een dertig, veer tig jaren terug, op een kouden winter dag in de garderobe der Kamer gekeken zoudt hebben, dan zoudt u daar onge- LXVII. twijfeld lange rijen van de meest wel varende pelsjassen hebben gezien, het kostelijkste bont. Maar de mot der de mocratie heeft er in gevreten; er han gen nu dozijnen heel gewone jassen zeer democratische duffeltjes. Toch mag het ge elschap er nog zijn. Het socialisti sche Eerste-Kamerlid Hermans p.'eegt er in z-n redevoeringen zelfs af en toe aan te herinneren, dat hij „een gezeten burger" is: hij heeft namelijk vroeger voor majesteits-schennis een paar maanden moeten zitten. Toch is er de evolutie; o.a. in de namen. Mag ik (ik deed het vroeger ook al eens) enkele voorbeelden noemen? Schittert tegen woordig in ons parlement een naam als van Aylva van Pallandt van Waarden burg en Neerijnen? Een luisterrijk afge vaardigde was hij: 43 letters, schoon aan den haak. Hij won het toen nog met een neuslengte van Thomassen Thus- sink van der Hoop van Slochteren; 42 letters. En zoo hebben we ze met hoop jes gehad: Pallandt van Keppel, Van Aylva van Pallandt, Schimmelpennick van den Oye, Schimmelpenninck van Nijenhuis. Schimmelpenninck van der Oye èn Nijenhuis, Van Heeckeren van Keil, Van Heeckeren Wassenaar, Van Heeckeren van Enghuizen, Taets van Amerongen tot Natewisch, Dieu Fontein Verschuir van Heiloö, Maekay van Op- hemert en Zennewijnen, de Bieberstein Rogalla Zawadsky, van Rheenen van Rheenenshuizen, van Hardenbroek tot Harden Nóg-zoo'n-broek, Van Heyma toe Kingma, Nedermeyer ridder van Ro- senthal, enfin, zoekt u maar uit. de lijst van namen was vroeger als een rui- schend woud van statige, hooge popu lieren, glinsterend in de zon. Een sym- phonie van Beethoven. Maar Koning Demo houdt niet van zoo stralend ge volg. Zijn staatsie-stoet luistert naar andere namen. Natuurlijk heeft de naam met de waarde der persoonlijkheid niets te maken. De bekende professor Pekelharing uit Deift heeft eens gezegd: „Ik ben mijn gtheele leven abonné geweest op het weekblad van den Diamantbewerkers- bond, want als ik dan iedere Week na men las als Agste-ribbe. Uyekruier, Augurkiesman, werd ik weer volkomen met mijn eigen naam verzoend." Toch hebben we een vroolijk oogen blik gehad, toen de voorzitter der Twee de Kamer eens de heeren Suring, Uyen en Boon in een commissie benoemde: voedzamer commissie is er nooit ge weest. Zoo opperde destijds een spot vogel het denkbeeld, om de Commissie vtn Rapporteurs over de wijziging der Drankwet te doen bestaan uit de leden Wijnkoop, van Wijnbergen, Bierema Fleskens en Katz, maar bepaald ondeu gend was voorzitter van Schaik, toen hi. eens in een commirsie benoemde mej Groer.eweg en Brautigain en toen Guit er bij stopte. Voorzitter Fock heeft eens twee afge vaardigden een wenk moeten geven dat ze iets deden wat ze niet mochten doen De eerste was Boer Braat. Kort na zijn intrede in de Tweede Kamer wilde hij het zich gemakkelijk maken, vleide zich lang-uit in z'n bank en legde z'n rech terbeen dwars over den lessenaar. De president zond hem, toen hij het ont dekte, ijlings een waarschuwing. Heel wat onschuldiger was het incident met den heer Weitkamp, een trouwhartig en pienter boeren-afgevaardigde uit Over- ijsel. In het begin van zijn Kamerlid maatschap haalde hij op zeker oogen blik tijdens een vergadering een grooten appel uit zijn zak, een pracht van een bellefleur, en begon er met den lust van Pallieter van te eten, gemakkelijk ach- ter-over leunend, alsof hij in het uur van den noen tegen een hooischelf zat. De voorzitter liet hem waarschuwen; dat mag niet, en de bellefleur verdween. In de zaal wordt natuurlijk nooit ge geten, en alleen water gedronken. Maar als er avond-vergadering is, dan krijgt de voorzitter een glas thee gebracht Thee? Als ge het hem vragen zoudt, zou hij zeggen: „Het is gekleurd water!" HToen eenige jaren geleden echter de behandeling der Waterstaats-begrooting tot 's nachts drie uur had geduurd en de voorzitter de vergadering had gesloten, haalden eenige leden plotseling een paar fleschjes Bockbier uit hur. lessenaar te voorschijn, lieten glazen aanrukken en bij de regeeringstafel klonken ze met Minister Reymer. Nu ik met dit Bockbier en de daardoor te verwekken stemming toch min of meer in het poëtische ben aangeland, oge ik herinneren aan den dichterlij ken gelukwensch, dien Troelstra een maal zond aan zijn mede-lid prof van Hamel op een jubileum. Troelstra sein de aan van Hamel: Een groet van Pieter Jelles. Ook Troelstra zegt men wel i6. Van Hamel, die een fijne kop was uit eer literaire familie, antwoordde als volgt, doelend op Troelstra: Een 6taatsman-Jichter, schoon zijn woord soms vlijmt, Heeft van natuur twee gaven meegekregen, Zich-zelf tot heil, het vaderland ten zegen: Steeds houdt hij m a a t, nooit spreekt hij ongeriim d. Van Troelstra naar Kuyper, van den eenen grooten man naar den anderen. Kuypers imposante figuur, de Caesars- kop, die onbewogen en roerloos bleef zelfs in het felste debat, heeft vaak heel wat deining in het parlement gebracht, maar één keer (hij was toen ziek) to taal onschuldig. Ik zal nooit vergeten, he' was op 10 Maart 19*20, dat velschil lende journalisten op de perstribune Wilt Ge verlichting in den kortst mogelij. kan tiid? Wilt Ge dat benauwde gevoel, dat overmatige fluimen doen ophouden, plaag dan geen verzuim door te wachten en Uw hoest te laten ontaarden in een of andere gevreesde kwaal. Nog zijn Uw organen ge- ïond, laat ie niet ztek worden door het met ziektekiemen beladen «lijm. Weer op na- tuurlijke wijze de ziek eaanval af. Zorg dal die taaie slijm die U het ademen bemoeilijkt, wordt verwijderd. Neem Abdijsiroop, dia «topt den hoest, maakt Uw ademhaling.- organen gezond, geeft Uw borst de weer stand die deze noodig heeft en zal U weer vrij, ruim en diep doen ademhalen. plotseling telefonisch bericht kregen: „Kuyper is dood". Het gerucht bereikte de zaal en verwekte it het geheele ge bouw een geweldige emotie Het was of het debat stil stond. Duymaer van Twist. Kuyper s trouwe adjudant, holde naar de telefoon, en kwam terug met het bericht, dat het een loos alarm was: Kuyper leefde nog. Wij hebben nooit ontdekt v'*1 het valsche bericht had ge telefoneerd. Ik heb Kuyper, die van een ichier boven-menschelijke uiterlijke onaan doenlijkheid was, eenmaal ontroerd ge zien, namelijk toen hem op zijn 80sten verjaardag een hulde van oud-leerlin gen gewerd. Toen zag ik tranen in zijn oogen en het deed mij goed. In bet Engeische Lagerhuis heeft zich eenigen tijd geleden het volgende tafe reel afgespeeld: Het is daar de gewoonte dat een af gevaardigde, die het woord vraagt, zich het hoofd bedekt, dus even den hoed op zet. Toen een lid van do Labour-Partij, van pian het woord te vragen, aan die bepaling wilde voldoen, ontdekte fay dat zijn hoed verdwenen was. Nergens kon hij het noodzakelijke meubelstuk vin dei Maar wat zag zijn oog? Op het bankje naast hem lag het sierlijke hoed je van Lady Astor, het bekende vrouwe lijke parlements-Iid, een snoes (ik bedoel het hoedje): zeegroen, met een witte veer. Het socialistisch lid, bevree» d dat de Speaker, ?e voorzitter, liet dsbat zou sluiten, bedacht zich geen oogenblik. en on ier bulderende vroolijkheid van het Huis zette hij zich het charmante, mo derne jagershoedje op de democrati sche kruin En aangezien er geen bepa ling bestond, die dit modelhoed ver bood, verleende de president hem het woord. D. HANS. I. Toen onlangs een geacht stadgenoot in zijn auto van Wageningen naar Arnhem ging werd hij met het bekende verzoek om mee te rijden aangeklampt door twee jonge lieden in khaki-kleeöing. In den wagen stelde de automobilist natuurlijk de vraag: „Waar gaat de tocht heen?" en tot zijn niet geringe verbazing luidde het antwoord: „Over Perzië naar Nederlandsch-lnJië Het bleken jongens te zijn van 24 jaar beide eind-diploma H.B S. 5-jarigen cursus, sedert dien op eenige kantoren werkzaam geweest voor 40.- ad 50.— per maand, noodgedwongen beperkt tot de omgeving van Zeist, waar hun ouders wonen Immers, van een dergelijk salaris zou men in Am sterdam niet zelfstandig hebben kunnen leven. Het bekende liedje: Inkrimping van personeel, opheffing der zaak ctc Een hunner was al eens te voet naar Spanje gereisd op gelijke wijze als zij thans naar Indië cp weg waren. De A.N.w B had de geheele reis voor bereid Aanbevelingsbrieven hadden zij eigenlijk maar niet meegenomen, want de menschen werden toch al zoo vaak lastig gevallen. Zij hadden bij zich ieder f 47 met name voor wat bu.tenlandsche passen en den overtocht over de Middellandsche Zee en voorts vertrouwden zij op hun slaapzakken, als zij niet kosteloos in een hooischuur zouden kunnen slapen. De automobilist vioeg hun hoe zij aan levensonderhoud zouden komen waarop zij antwoordden: „Wij vertrouwen op het ge zonde egoïsme van onze mede-menschen. Immers, eten geven is altijd nog goedkooper dan iemand van honger te hebben laten om komen en voor zijn begrafenis te moeten zorgen1 Ten slotte beloofden zij. dat zij een relaas van hun wederwaardigheden zouden sturen. Er zou misschien een kans bestaan dat dit in een krant zou worden gepubheetrd. De automobilist wendde zich tot ons 57) „Dat spreekt vanzelf, Peter. Ik dank je van ganscher harte, ook namens den ko ning. Ik denk, dat je de mooiste vrouw ter wereld toch nog zult kunnen trouwen". „Mooi is ze, maar de woorden van de prinses hebben mij tot nadenken gebracht en dan dat grapje van Edzke. De prinses heeft u ook niet om uw geld genomen". „Neen, maar als je werkelijk van een vrouw houdt en een vrouw van jou, vraag je niet naar rijkdom", oordeelde de overste „Daar is Edzke weer". Edzke kwam, vergezeld van een zestal ruiters, die het ijzer hadden afgelegd. Hij wond de dreg los, die hij om zijn middel had gebonden. „Daar midden in", wees Peter. „Onge veer tien vademen van den wai De schat ten liggen dicht aan de oppervlakte. Die dreg is groof genoeg". Edzke wierp de dreg; trok. „Niemendal zei hij. Weer wierp hij „Niets". De derde maal wierp hij een lie. 1 verder, daalde de steenen af en trok eind mei rukken. Het touw spande zich. „Beet", zei hij. „Een klein vischje. Neen een groote" Een paar mannen lieten zich zakken om hem te helpen. Langzaam haalden ze den buit binnen. De derde bundel was gevuld met gouden schalen, sieraden en kostbare edelsteenen. De schatgravers keken er naar met de grootste belangstelling. Binnen een uur waren alle twaalf pakken op het droge. Het was een geheele verzame üng van zilveren, gouden en met edelstee nen ingelegde kostbaarheden. Eik der man nen nam een pak op en zoo werd de terug tocht aanvaard. Saxon droeg niets, want op de slechte gedeelten van de gang torste hij een voor hem nog kostbaarder last. „Liefste", zei ze. „Je hebt woord gehou den. We hebben den schat". „Hoera, we gaan nu trouwen", jubeld^ Saxon. „Zoodra je wilt", zei ze zacht. Buiten gekomen flcot Melchior. Van al le zijden kwamen ruiters opdagen. Een pele ton nam de pakken over. riet regiment ver zamelde zich. Men nam hartelijk afscheid In gestrekten drag reden de ruiters naar het kamp van den koning. „Kapitein", vroeg Edzke. „Waarom zou den we eigenlijk Maagdenburg niet ver overen?" „Geduld, jongeman Dat komt later". HOOFDSTUK XXXV. Nog altijd stond koning Gustaaf Adolf wantrouwend tegenover keurvorst Johanu Georg I van Saksen, die aarzelde of hij de partij van keizer Ferdinand of de zijde van den koning zou kiezen, maar die liefst zou willen wachten deze beslissing .e nemen tot het einde van den strijd bekend was. Dit was een der redenen waarom de koning besloot zich te verschansen in een vaste sterke legerplaats en hij had een stra tegisch alleszins geschikte plek gekoz.i in den driehoek bij Werben, waar de Havel in oc Elbe valt Het front was naar het zuiden naai Maagdenburg gekeerd. De rechterflank was gedekt door de stad Werben. De linker steunde op Havelberg. De rug was verze kerd door de bocht van de Elbe, terwijl hij besloot door het graven van schansen de positie nog te versterken. Zelf had de koning zijn tent opgeslagen op den heuvel in de weide van Werten, ter wijl hij zijn intrek genomen had in een ruim huis aan de markt. Hij zond boden naar de generaals Tot en Fiorne om zith met hun troepen uit Mecklenburg en Poinmeren bij hem te voe gen. Hij voelde zich niet sterk genoeg om de vereenigde legers van Tilly en Pappen heim in het open veld te ontmoeten Toen Marion en Saxon zich hadden la ten aandienen in zijn veldtent, trad de groote blonde koning van Zweden hun ui s,e[timing tegemoet. „welkom! Welkom! Avonturiers", klonk zijn ocewekte stem. „Ik heb reeds veel van je beiden gehoord, maar ik moet de geheele sage kennen. Het beste zal zijn, dat ge van avond bij mij in mijn woning het avond- macl komt gebruiken". „Bij mijn schatmeester zijn groote hoe veelheden kostbaarheden gedeponeerd en zelfs gemunt goud, maar ik kan dit niet alles aanvaarden. I1c heb veel terzijde ge zet, persoonlijke dingen, die nooii te ver vangen zijn, vooral niet, als de prinses eens mocht trouwen". „Maar sire", sprak Marion. „Het is voor het groote deel. Wii hadden ze voor oor logsuitgaven van Uwe Majesteit bestemd" „Zeker, nichtje, zeker, maar je moogt h°t niet overdrijven. Eigenlijk moest ik niets van je aannemen; je verloofde heeft reeds genoeg voor mij gedaan, maar een arme koning, die een zwaren strijd te voeren heeft voor vrijheid van geloof, mag niet te kieskeurig zijn". „Generaal Saxon", zei hij. „Je berichten waren voor mij yan het grootste belang Men vertelde mij dat je leven meermalen aan een draadje heeft gehangen. Je heb* ondanks je hoogen rang een rol gespeeld die niemand anders had kunnen vervullen De oude graaf van Wrena is overleden zender erfgenamen na te laten Zoo'n ech te oude viking. Hij heeft zijn goederen aan zijn koning nagelaten om hem in den oor og te steunen. Nu dacht ik jou de goederen te geven, nichtje, en generaal Saxon „Kniel neder', zei hij eensklaps met jongensachtige vrooli1 heid en trok zijn zwaard, raakte even den schouder van Saxon aan en sorak: „Graaf van Wrena, stap op". Saxon kuste den koning de toegestoken hand, maar Marion trad op hem toe „Neef zei ze. „Buig uw hoofd" en ze kus te hem op beide wangen ,.We zouden spoedig willen trouwen", sprak ze halfluid. „En waarom niet? Dat kan hier in Wet* ben. 't Was immers de afspraak Als wat God verhoede, in mijn zending mocW falen, dan heb je altijd een veilig thuis 'D Zweden". „Maar, sire*! Waarom zouden wij verlie zen? Wij zijn op den gqeden weg Ik heb nieuws", en generaal Saxon, graaf van Wrena, vertelde den koning in korte woor den zijn onderhoud met Peter. De volgende dagen werd er hard gewerkt aan de Werbener schansen En het vreemd ste was, dat, hoewel er zoo weinig werN krachten te vinden waren geweest, dat Pappenheim de vesting Maagdenburg 'j!e had kunnen herstellen, honderden werklie den zich hier belangeloos aanboden Marion en Saxon meenden onder de gran vers vele bekende gezichten te zien en toen ze naar de vorderingen van het we[. gingen kijken, waren er velen die bel*e glimlachend groetten met een blik van ne kenning in de oogen. Ze zagen Von F'"**" borg, Praxiteles, Mercurius en der. t"ee ter, die blijkbaar als opzichters fungeer maar het voorbeeld g*-ven, de scho" u hand. (Wordt vervolgd;*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 10