aas?4 i'Buitenland Rechtszaken Egmond aan Zee en de gestrande schepen. Eén schip in het zand is voordeeliger dan honderd schepen die voorbij varen. ALKMAARSCHE COURANT van DINSDAG 10 DECEMBER 1935 Bakkum heeft pech. HET HOOGER BEROEP VAN BRUNO HAUPTMANN. Door Opperste Gerechtshof der Vereenigde Staten afgewezen. DOOR IJS VERGIFTIGD. DE SAMENZWERING DER ESTLANDSCHE „VRIJHEIDS STRIJDERS". Alkmaarsche Politierechter Zon Aspirientje helpt toch maar! Er is een tijd geweest, dat de badplaatsen in Noordholland stipjes waren in de duinen- riji die onze Westkust tegen de moktrelagen van de Noordzee beschermt. Allengs heeft men begrepen, dat duinzand, mits voorzichtig geëxploiteerd, in goud kan worden omgezet, er zijn meer stipjes geko men, stipjes, die langzamerhand streepjes zijn geworden en de tijd is niet ver meer, dat langs de geheele kust een doorloopende streep zal zijn getrokken, die hier en daar alleen van de eene gemeente in de andere overgaat. De Noordzeekust wordt geëxploiteerd. Na het aloude Egmond aan Zee en het nog niet oude Bergen aan Zee is er een Castricuni aan Zee verrezen. Er is een Huisduinen, dat zich steeds verder naar het Zuiden uitstrekt, er is een Camperduin, dat zich voornamelijk m de laatste jaren sterk heeft ontwikkeld, er is een Petten, dat nog maar kort geleder, ontdekt is en zich ook reeds in de belangstel ling van strandexploitanten mag verheugen en bij den wegenaanleg van de laatste jaren heeft men van de dicht bij zee gelegen ge. meenten steeds meer wegen naar de duinkust aangelegd, waardoor zelfs plaatsen als Heiloo zich weldra met den weidschen naam van badplaats zullen tooien. Er is concurrentie gekomen en de Hollan ders, die geacht worden in deze malaise-jaren nog aan vacantie te kunnen denken, worden overstroomd met folders en brochures, m.'t prijslijsten en badcourantjes om hen te over tuigen, dat niets na een jaar van arbeid zoo veel ontspannig, zooveel genoegen, gezond heid en levenslust geeft als een verblijf aan zee en dan speciaal in de goedkoope, van alle geriefelijkheden voorziene badplaats, waarin de exploitant woont, die het prospectus heeft gezonden. Egmond aan Zee, het oude visschersdorpje, is jarenlang vrijwel zonder concurrentie ge weest. Het was geen Noordwijk en geer Scheveningen en het nam ook niet de allures aan, dat het dit wèl was. Het was een goed koop ontspanningsoord voor menschen met kleine en middelmatige beurzen, men vond er geen Kurhuizen, tennisparken en golfvel- <Sen, maar men vond er een mooi breed strand, goede en niet te dure hotels en pen sions en men had verder te wennen aan de omgeving en in het bijzonder aan de karak teristieke Egmondsche bevolking, die op haar beurt al heel aardig aan de badgasten wende en begon te begrijpen, dat vreemdelingen, wat ze ook mogen doen en hoe ze er ook mogen uitzien, allereerst als winstobjecten kunnen worden bekeken. Toen kwam de concurrentie. Er kwamen meer stipjes en hier «m daar streepjes langs den duinrand en Egmond aan Zee begreep, dat het in dien wedloop naar het succes niet achter zou kun nen blijven. Een nieuw hotel, vlaggen en wimpels, strandfeesten, bootje varen en ezeltje rijden, een zoogenaamd „vrij strand", het waren alle symptomen van een ontwaken- den handelsgeest, van een streven om met zijn tijd mee te gaan, om van de Hollanders, die naar de zeekust trokken, een behoorlijke portie naar eigen gemeente te laten komen Hoe druk het in weinige maanden ook ge weest mocht zijn, tegen den tijd, dat de dagen zichtbaar korter werden, was het afgeloopen en ging de badplaats den winterslaap in. De hotels werden gesloten, de ramen met plan ken dichtgespijkerd, de pensionhouders gin gen hun huiskamers zelf weer bewonen, auto bussen en trams kregen vereenvoudigde dienstregelingen en velen leefden een langen winter van wat in weinige zomermaanden verdiend was. Het zijn de besturen der vacantiekolonies geweest, die het zich het eerst de vraag heb ben gesteld: waarom zouden wij ook de win termaanden niet van zee en frissche lucht kunnen profiteeren? De winterverpleging is er al eenige jaren en men heeft er zeer goeie resultaten mee verkregen, maar buiten de kinderen van vacantiekolonies, die, dik ge kleed, nog altijd hun schopjes en emmertjes naar het strand brengen en er forten en ves tingen bouwen, ziet de bewoner van een bad plaats des winters geen vreemdeling, die van de genoegens van zee en strand komt profi teeren. Egmond aan Zee is in de wintermaan den weer een visschersdorp, waar de bevol king armoe lijdt, omdat er onvoldoende schepen in de vaart zijn, waar het Rijk moot bijspringen om de begrooting sluitend te ma ken en de gelden te kunnen vinden om tal van gezinnen voor ondergang te behoeden. De hotels zijn gesloten, de winkels zijn uitslui tend op de bewoners aangewezen en op het 6trand vertoonen zich alleen de jutters op zoek naar het aangespoelde hout en de schel- penvisschers, wier paarden de hooggewidde karren met inspanning van alle krachten van het strand naar het dorp trekken Egmond, dat drie maanden zomer en negen maanden winter kent, moet geduldig wachten tot de dagen weer lengen, tot de vacanties weer aanbreken en de stroom van vreemdelingen en met hen de stroom van Hollandsche guldens weer naar zee vloeit en in vele gezinnen weer leven en welvaart zal brengen. Er is eeuwen geleden een tijd geweest, dat, als er in stormachtige nachten een schip langs de kust voer, mannen met lantarens naar zee trokken om den kapitein te verleiden een verkeerden koers te nemen en het stranci op te varen. Een schip gestrand, dat was voor velen een rijke buit, dan spoelde de zee in éen dag meer aan dan anders in maanden werd gevonden, dan was er bergingsloon te verdienen en was het gestrande schip naar velen een bron van welvaart. Die tijden liggen gelukkig achter ons Men doet geen enkele pogingen meer om schepen opzettelijk te laten stranden. Men doet dat water- miat enstorm met srhin i u 001 200 "U en dan eCn Pr L za,? te laten looPen, dan zijn len *>monders' daarover zul- t,a?aU ^aat a"ereeret de reddingboot met naar dappere bemanning in zee, dan doet men het nooit volprezen reddingswerk, dan waagt "\e'fen 'even voor dat van anderen en men °°k *li<r den plicht van naas tenliefde van moed en zelfopoffering kent, die het reddingswerk langs onze geheele kuist kenmerkt en die nooit genoeg gewaardeerd ot geprezen zal kunnen worden. Maar dan, als de bemanning van boord is en redders en geredden den goeden afloop samen herdacht en beklonken hebben, dan blijkt er den volgenden dag een boot in het zand te zitten, die voor een plaats als Eg mond van groote beteekenis is. Eén vogel in de hand is beter dan tien in de lucht, en één boot op het strand is beter dan honderd booten, die voorbij varen. Er is voor de Egmondsche jutters niet zoo veel aan te verdienen, maar het feit, dat die boot gestrand is en dat ze vlak voor het dorp 'jgt wordt dadelijk wereldkundig gemaakt. De couranten schrijven er over, de reisbu- reaux organiseeren trips naar Egmond en als het de volgende dagen maar dragelijk weer is, komen de automobilisten opzetten om zich met eigen oogen te overtuigen, dat er in Egmond aan Zee werkelijk een boot is, die vast in het zand zit, een boot waar men met laag water omheen kan loopen, en die er uitziet of ze voor lange jaren als een bij zondere attractie voor de badplaats zal blij ven liggen. Dan komen er bijzonderheden in de cou ranten en de parkeerplaatsen in Egmond zijn niet groot genoeg meer om de auto's van Noord, Zuid en Oost te kunnen bergen. Dan wordt het spreekwoord bewaarheid, dat waar het volk is ook de nering bloeit, dan duiken er fotografen op, die kiekjes van de bezoekers maken met op den achtergrond de gestrande boot dan verschijnen er, on danks weer en wind, ijskarretjes en taxi's op het strand, dan nemen de hoteliers de luiken voor hun ramen weg en verkoopen, wat zij in jaren niet verkocht hebben, warme wijngrok en erwtensoep, dan mogen de win kels weer den geheelen Zondag openblijven, dan klinkt er muziek en zang uit overvulde café's, dan is Egmond een winterseizoen be gonnen en profiteert voor de tweede maal in het jaar van een druk bezoek van vreemde lingen en toeristen. Laten we eerlijk zeggen, dat Egmond ge boft heeft. Het heeft niet één schip op het strand zien loopen maar twee tegelijk en juist toen de belangstelling wat ging verflauwen en men den vreemdelingenstroom bedenkelijk zag verminderen, ging plotseling de mare door stad en land, dat er een derde boot in het zand was geioopen. Drie booten tegelijk, werkelijk, Egmond heeft niet te klagen, het is door het noodlot op een abnormale wijze begunstigd gewor den. De Kerkplein is al een deel van Egmond geworden en de bemanning voelt er zich thuis alsof zij er jaren gewoond heeft. Het ontbreekt haar niet aan vrijen tijd en aan boord is blijkbaar alles wat het leven zoo geriefelijk mogelijk kan maken. In jassen gehuld en in kragen gedoken trekken belangstellenden nog steeds naar het ijzeren gevaarte en trotseeren kou en re gen om de arme schipbreukelingen te bezoe ken en met verbazing langs den steilen scheepswand naar boven te kijken en de schipbreukelingen, die gezellig aan boord naar de radio luisteren, hebben medelijden met die koude schare en zijn zoo vriendelijk om bij een internationalen voetbalwedstrijd zoo nu en dan even op het dek te verschijnen om aan de bibberende menigte den stand van den wedstrijd mede te deelen. Dan trekken de nieuwsgierigen weer naar het dorp en warmen zich bij kachels van ho tels en café's en nemen wat lekkers mee uit Egmondsche winkels en de dorpelingen wrij ven zich de handen van louter genoegen en zegenen de omstandigheden, die hen zoo'n voordeeligen winter bezorgd hebben. Daar kunnen andere badplaatsen niet te gen op, dat is een concurrentie, die zij met den besten wil van den wereld niet kunnen overtroeven en onwillekeurig wordt elders wel eens de klacht geuit, dat de een nu let terlijk alles krijgt en de ander niets. Had het tweede schip nu niet eens in Huis duinen en het derde bij Camperduin kunnen stranden? Waar zit toch die geheimzinnige magneet, die alle schepen naar Egmond heeft getrok ken? En onwillekeurig kijkt men er die arme, onschuldige Egmonders nog op aan en ver denkt ze misschien van allerlei misdaden, die ze in werkelijkheid nooit hebben bedreven. Er strandt een schip bij Den Helder, maar het komt weer vlot. Huisduinen zal blijkbaar in den winter niets mogen verdienen. Men is in de badplaatsen wakker gewor den en de strandjutters kijken in mistige en stormachtige nachten naar schepen en lichten uit. En gistermorgen, daar had ook Castricum geboft en een gestrande boot gekregen, vlak bij het parkeerterrein, een paar honderd Me ier van het badhotel. Het kon niet mooier, men hoefde er niet eens met een taxi of paard en wagen naar toe te rijden, zooals naar de Jos Maria, men kon het alles vlak naast den afrit naar het strand bekijken en vanuit het badhotel was het maar enkele minuten loopen. Is het wonder, dat ook Castricum aan Zee plotseling ontwaakte? Daar gingen de luiken al van de ramen van het badhotel, daar was het opeens een gezellig zitje, daar liep een kellner in Tok rond en stond een buffetjuffrouw gereed om alles wat warm en lekker was ter beschik king van een kijklustige menigte te stellen. Daar was de kille, verlaten ruimte plotseling in een gezellig milieu omgetooverd, waar de centrale verwarming weer werkte en waar het een lust was om door de groote spiegelruiten naar het woelige water te kii- ken. Egmond was niet langer zonder concur rentie. fn breedèn stroom trokken de kijlclusti- gen al naar Bakkum, fietsers, motorrijders en automobilisten, daar kwamen de autobussen al te voorschijn en de exploitant van het bad huis zag den stroom van vreemdelingen al van Egmond afvloeien en naar Bakkum loopen. Helaases hat nicht sollen sein. Slechts één enkelen morgen heeft vrouwe Fortuna haar gelaat naar Bakkum gekeerd en juist toen men daar de handen naar haar had uitgestoken heeft zij zich omgedraaid en opnieuw bewezen, dat niets veranderlijker is dan een vrouw. De Diana, het zoo welkome schip, is cm twee uur in den middag vanzelf weer vlot gekomen. Zij heeft zich eenvoudig met hoog water losgewerkt en is, zonder zich van al de om haar liggende schepen iets aan te trek ken, weer naar zee gestoomd, om de afgebro ken reis voort te zetten. Zij was binnen weinig minuten slechts een rookpluimpje aan den horizon en zoo is om met den kellner van het badhotel te spreken de hoop van Bakkum in rook ver vlogen. Egmond is nog onbeslagen kampioen met drie schepen op de kust, waarvan er een nooit meer zal varen en de anderen nog we kenlang een attractie voor de toeristen zullen vormen. Het is wel ongelijk verdeeld in de wereld. Het Opperste Gerechtshof der Ver eenigde Staten heeft gisteren het verzoek van Bruno Hauptmann. den ter dood veroordeelden beschuldigde van de ont voering van en moord op de baby van het bekende vlieger-echtpaar Lindbergh, tot behandeling van zijn zaak in hooger beroep, afgewezen. Te Buenos Aires zijn sedert Zondag meer dan 500 personen ziek geworden na 't gebruik van consumptie ijs. De ijsfabrikant is direct gearresteerd. Hij verklaarde bij zijn verhoor; dat slechts sprake kan zijn van sabotage van zijn personeel. Omtrent <ie staatsgreep, die de „Vrijheids strijders" in Estland op 8 December hadden willen uitvoeren, wordt nader gemeld, dat thans definitief gebleken is, dat de verschil lende groepeeringen van de in Maart 1934 verboden en ontbonden organisatie van Vrij heidsstrijders sedertdien illegaal haar werk heeft voortgezet. Er zou een tot in details uitgewerkt plan hebben bestaan voor een overval op het in het Theater Estonia te Talin vergaderende congres van het Vader- landsch Verbond waaraan 1500 afgevaar digden uit het geheele land hebben deelge nomen Hierbij had men stormafdeelingen willen gebruiken, die waren uitgerust met traangasbommen. handgranaten en vuur wapenen. Bovendien zouden de opstandelin gen voornemens zijn geweest in geval van verzet het gebouw met behulp van tanks te beschieten. De procureur-generaal leidt het onderzoek naar de samenzwering en de schuldigen zul len voor een Krijgsraad terecht staan. Onder de gearresteerden bevindt zich o.a. de tegen woordige leider van den Persdienst van het ministerie van Buitenlandsche Zaken Sammul, terwijl de oproep onderteekend is door twee voormalige staatspresidenten, Toenissen en Teemant. Het staat echter nog niet vast of van hun namen misbruik is gemaakt. ZONDERLINGE LOTGEVALLEN VAN JONG MEISJE. Half November trof de politie van Nice op straat een zesjarig meisje aan, dat verdwaald was en zeide te wonen bij een zekere Mme. Lachau. Bij informatie aan het opgegeven adres bleek deze dame te zijn vertrokken. Het kind werd in een liefdadige instelling opgenomen, waar het pas de vorige week weer door Mme. Lachau werd opgehaald Het bestuur van de instelling liet het kind meegaan, maar stelde tevens den officier van justitie in kennis van deze gebeurtenis, daar de omstandigheden het eenigszins zonderling voorkwamen, vooral daar deze geschiedenis zich juist afspeelde in den tijd dat de kleine Claude Malmejac was ontvoerd. Bij het on derzoek van de justitie bleek, dat het meisje niet de dochter van Mme Lachau was, maar dat zij Clémentine Delporte heette en in Brus sel geboren was. Bij informaties in Brussel bleek, dat haar vader in 1931 voor de twee de maal gehuwd was, en dit kind uit zijn eerste huwelijk, dat toen nog geen drie jaar oud was, uitbesteed had bij Mme. Lachau, die toentertijd in Brussel woonde. Toen hij na een jaar terugkwam, bleek Mme. Lachau met het kind verdwenen te zijn zonder ach terlating van een adres. Ondanks alle naspo ringen bleek het niet mogelijk te zijn het juis te adres te vinden, hoewel hij wel te weten kwam, dat Mme. Lachau aan de Middelland- sche Zee was gaan wonen. Het bleek, dat Mme. Lachau als reden van het plotseling vertek de slechte gezondheid van het meisje had opgegeven, en later wel bereid was het kind weer af te staan, mits de vader de voor het kind verschuldigde 20 frs. per dag be taalde. De vader heeft dit echter nooit verno men, daar de advocaat van Mme. Lachau meende, dat hij dit bedrag, dat tot 20.000 frs. was opgeloopen, toch niet zou kunnen betalen. Doordat er een zekere angststem ming was in Frankrijk, veroorzaakt door de ontvoering van Claude Malmejac, heeft men gedurende het onderzoek het kind weer in een instelling geplaatst, zoodat het nu mogelijk is, haar weer terug te brengen naar haar vader. Zitting van Maandag 9 Dec. 1935. Emotioneels tafereelen uit de beroemde paardenrennen te Medemblik. De temperamentvolle bookmaker Wolf S. uit Amsterdam (zijn naam Speelman, no men est omen, doet hij inderdaad alle eer aan) had op de vermaarde paardenraces te Medemblik zijn goklustigen aard weer niet verloochend en met veel ambitie het sportlie- vend publiek geanimeerd zijn geluk te be proeven. Maar onze punctueele wetten laten 'n dergelijke emotie niet toe en nu was hij die al zoo'n beetje bekend staat als de tra- ditioneele kool bij de groentenvrouw, door den onbezoldigd veldwachter Barelts gehan dicapt en zoo men het noemt, op den bon gezet. Reeds op 18 November sierde deze zaak de rol, doch was tot heden verdaagd ten einde den verbalisant te hooren. Het paard waarop gewed moest worden was Blossy Silk en de heer S. bulderde al lustig: 6 tegen 1. Zelfs tegen agent Barelts. Maar blinde ijver schaadt slechts, zooals de goede heer Wolf heden kon constateeren met zijn veroordeeling tot 1 maand gevangenisstraf Ier zake het uitoefenen van het door de wet verboden hazardspel. Reeds in 1919 was verdachte ter zake een soortgelijk misdrijf veroordeeld tot 75 boete. 'n Helder's familie-heibeltje. Op 18 Nov. verscheen voor den politie rechter mej. Jannetje C. J., huisvrouw van den heer Hendrik Kw. te Den Helder, welke dame op 8 Oct. was verschenen ten huize van haar schoonouders aldaar, kennelijk met het nobele doel de peultjes eens op te scheppen. Zoo kreeg de conferentie weldra 'n zóó onstuimig karakter, dat de schoondoch ter haar handen niet meer in ruststand kon houden en haar schoonmoeder te lijf ging, haar een blauw oog sloeg en de haren uit het hoofd trok. Voorts bekwam de schoon mama een blauwe plek op den arm, die ook wel niet door een onaangename streeling zou zijn veroorzaakt. Volgens mej. Jannetje, had haar man zijn bloedeigen moeder danig toegetakeld. De ze toelichting gaf zij heden, toen dit fa miliedrama werd voortbehandeld voor den politierechter. Gevorderd werd 20 boete of 10 dagen. Ze stane hier te liege, zei de schoondochter overspannen. Vonnis conform eisch. De juffrouw was er niet mee tevreden. Jan Z. en zijn dubbelganger. De 20-jarige Joh. Z. te Beemster had op 25 Nov, terecht gestaan wegens het niet vol doen aan een vordering van rijksveldwachter Rol om van zijn fiets te stappen, aangezien hij werd betrapt op het plegen van een straf baar feit, het rijden zonder licht. Verdachte ontkende toen zich ter plaatse te hebben op gehouden en vermeende dat er een persoons verwisseling met zekeren Kooyman uit Pur- merend had plaats gegrepen. De zaak werd alsnu ten genoege van den verd. aangehouden teneinde nu dezen heer Kooyman uit Purmerend te hooren, doch deze heer had inmiddels mededeeling gedaan, dat hij destijds niet in den Beemster was ge weest. De delinquent, die nog maar voortdu rend op hetzelfde standpunt bleef staan, werd veroordeeld tot 20 boete of 10 dagen gevangenisstraf en zal nu zijn bezwaren ook nog eens kunnen ontvouwen voor den kan tonrechter, die op de uitslag van den dub belganger heeft gewacht. Hij zal echter gaarne in hooger beroep gaan. Hij had trek in spruitjes, maar ze worden duur. De niet-verschenen Theodorus Cornelis H. te Alkmaar werd ten laste gelegd, dat hij op 1 Nov. aldaar wederrechtelijk zich had tce geëigend een kist met spruitkool, eigendom van den groenten- en fruithandelaar Th Wester en welke spruitkool was opgeslagen in diens pakhuis op de Molenbuurt. Het bleek, dat Theodorus. die vroeger bij Wester in diens was geweest, vermoedelijk een sleu tel had achtergehouden. Het pakhuis was des 's morgens altijd los en toen had Wester een jongen op pest gezet, die kon rapportee ren dat verdachte het pakhuis binnen was gegaan en er met een kist spruitjes was uit gekomen. De sleutel had hij bij ontdekking thuis in het kolenhok gegooid. De spruitjes- dief werd alsnu bij verstek veroordeeld tot 30 boete of 15 dagen. Geen bijzonder aangename kwa lificatie. De landbouwer A. Blokker te Heerhugo- woord werd op 4 Nov. door zijn 19-jarigen dorps- en poldergenoot Meinsje de R. uitge scholden voor „rotboer", wat Blokker na tuurlijk niet smaakte, reden waarom hij een klacht indiende tegen het loslippig jong- mensch. Volgens M. de R. zou Blokker hein den weg hebben versperd en was hij toen kwaad geworden. Opgelegd werd om M. de R. wat beter manieren en meer eerbied voor den ouderdom te leeren 10 boete of 5 da gen. De eeuwigdurende familie-ruzie. Verscheen onlangs de 59-jarige Elisabeth B., huisvrouw van Jan J. te Bergen woon, achtig, voor den politierechter in eer. mis handelingszaakje te Bergen, thans zagen wij deze weer in de rechtzaal op het verdachten bankje ter zake het feit, dat zij op 6 Novem ber haar nichtje J. N. Glone, gehuwd met den heer J. Frederiks, in den winkel van de firma Spruit zou hebben toegevoegd eea grof beleedigend woord, dat voor verdere publi- Misschien nog wal koorts ookl Aspirin is de on overtroffen bestrijder van ver koudheid. Na Uw verkoudheid ®zult U met zo velen zeggen: UHskittend verkrijgbaar In da eranje-bandbuhjaf van 30 labl. 70 d*. an oranjajakjat van 2 tabl. 4 10 ets. citeit ongeschikt is. Er bestaat een voortdu rende animositeit tusschen de tante en deze familieleden. Mej. J., geboren B., de schel dende tante, ontkende het woord te hebben gebruikt en had drie getuigen a décharge meegebracht, waarvan het eerst haar doch ter werd gehoord. Aan haar had moeder ge zegd, dat niet zij, maar nicht Glone dat lee- lijke woord had gebruikt. Mej. M. de Boer, een winkeljuffrouw van de firma, beweerde echter bedoeld scheldwoord duidelijk ge hoord te hebben, waarop de dochter zei: Al mot mijn kop er af, dan zeg ik dat het niet waar is. Voorts werd ook mej. Frederiks er door den politierechter op gewezen, zich te genover haar tante behoorlijk te willen gedragen. De oude heer Jongkind, gepensfonneerd ploegbaas en echtgenoot van de verdachte, verklaarde nog, dat zijn vrouw reeds 2 jaar lang door haar nicht mej. Frederiks werd geplaagd. De officier vorderde in deze tamelijk on smakelijke geschiedenis (waarvan het aan trekkelijkste deel de winkeljuffrouw was) te gen tante Betje 8 boete of 4 dagen. Vonnis conform eisch. Tante is voornemens in hooger beroep te gaan. Een toffe ionden. De 29-jarige landbouwer Nic. Corn. Gr. te Beemster had zich in den avond van 8 Nov. doen kennen als een ware woesteling op den rijweg. Hij kwam met een onverlichte aangespannen dissel wagen en wild slinger - rend over den Rijperweg aanrijden, gaf geen gevolg aan het met behulp van een rooden lantaarn gegeven stopbevel door rijksveld wachter Beek en toen Beek na een wilde jacht hem wist te bespringen, verzette hij zich duchtig tegen zijn aanhouding en beet Beek daarbij in diens duim. Voor al deze buitensporigheden stond Klaas heden terecht, thans zoo mak als een lammetje en met de mededeeling, dat hij zich van het gebeurde niets meer kon herinneren. Hij is niet gewend aan alcohol en had dien avond drie glazen bier gedronken. Maar de veldwachter had een en ander van de vrouw van verdachte vernomen, dat niet heel gun stig klonk. Hij gaat dikwerf met veel geld de deur uit. Natuurlijk werd dit avontuur niet licht geteld en vorderde de officier tegen dit gevaar van den weg, met een loftuiging aan Beek, den rijksveldwachter, voor zijn kranig optreden, twee maanden gevangenisstraf. Ter zake het ernstige feit werd opgelegd een maand gevangenisstraf. Een grootmondige Egmond-zeeër. De Egmond aan Zeeër arbeider Gerrit v. d P. Jz. had zich de vrijheid gepermitteerd den jachtopziener Daniël Koelewijn op 29 Gctober in de duinen van jhr. Six uit te schel den voor dief, ploert, hongerlijder en nog ander moois. Hij stelde zich aan als een wildeman en dreigde Daniël met een hark, omdat hij in den waan verkeerde, dat deze zijn boeltje had vernield. De jachtopziener had te voren nooit iets met Gerrit gehad. Eisch 15 boete of 10 dagen. Vonnis con form. 'n Boeren-chantagepleger. De 19-jarige vroeg kaalhoofdige landbou wer Corn. W. te Warmenhuizen, stond te recht ter zake een misdrijf dat men meer in een metropool, dan in een boerenkooldorp zou verwachten. Het scheen dat hij iets was te weten gekomen ten nadeele van zekeren heer Corn. Frans en nu trachtte hij ten op zichten Fr. chantage te plegen, door het schrijven van dreigbrieven en. hem te bewe gen tot afgifte van 200 en 500 en wel op 29 September en 5 November. De heer Fr. te Warmenhuizen was blijkbaar telkens voor het dreigement gezwicht en had het gevraag de bedrag, zoogenaamd in een sigaretten doosje, op de aangegeven plaats gedepo neerd, doch het bedrag of wat er voor in de plaats kwam, kwam niet in 't bezit van den afperser en zijn compagnon, maar werd dooi den veldwachter Brandsen weer tijdig terug genomen. In de brieven werd Fr. beschuldigd van onbehoorlijke handelingen en met publiciteit bedreigd. Met het daardoor verkregen geld hadden Corn. W. en zijn vriend naar Ameri ka willen gaan om daar een handeltje in prentbriefkaarten te beginnen. De tweede brief werd gezonden op 3 Nov Er werd alstoen 500 gevorderd; werden d e niet voldaan dan zou zonder pardon tot de voorgenomen maatregelen worden overge gaan. De heer Fr. liet zich niet intimideeren, deed aangifte en inplaats van 500 pop in handen te krijgen, viel Kees zelf in handen van rijksveldwachter Pieter Leegwater, d e niet aarzelde dezen landelijken afdreiger di rect te arresteeren. Van de tenlaste gelegde aantijging was absoluut niets waar! Ik had het hoord van 'n paar kammerader., zei lummelachtig de verdachte, die zich in de brieven „porticulier detective" had genoemd. De officier deelde mede, dat de tweede persoon in het spel buiten vervolging was gesteld, omdat diens aandeel zeer gering ge weest was, maar des te meer schuld had echter deze verd. en nu requireerde de offi cier tegen den weinig boetvaardigen zondaar 'n slungelachtig type, 4 maanden gevange nisstraf. Vonnis 3 maanden gevangenisstraf, waarin veroordeelde verklaarde te berusten 'n Onbetrouwbare kostkameraad. De 25-jarige timmerman Anton H., gedo- miliceerd te Utrecht, had zich te Medemblik van een kosthuis voorzien en nam daar op 23 Nov. zijn kans waar, een armbandhorlo ge, eigendom van zijn medekostganger A. Ha ring te ontvreemden. De zwerver werd te dier zake gearresteerd en gedetineerd in het Huis van bewaring en stond heden terecht.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 9