T-uBlicaties JUdUviakm ALKMAARSCHE COURANT van DINSDAG 17 DECEMBER 1935 Kantongerecht te Alkmaar. Mooie tanden zijn de aan trekkeli jkste bekoring der jeugd LISTERINE TANDPASTA ALS HET VRIEST. De Commissaris van Politie der ge meente Alkmaar brengt ter kennis van de ingezetenen de navolgende artikelen der Algemeene Politie-Verordening en Verkeersverordening, luidende: Art 145 A. P. V. Het is verboden op den openbaren weg te schrobben, te spoelen of op eeni- gerlei andere wijze met gebruikmaking van water te reinigen bij vriezend weer. Art 146 A. P. V. Het Is verboden water, sneeuw of eenige andere zelfstandigheid van da ken, steigers of andere verhevenheden of uit gebouwen of goten op den open baren weg te werpen. Neergeworpen sneeuw moet buiten de wijken of in openbare wateren worden gebracht Art. 154 A. P. V. Het is verboden: 8e. als de openbare weg ten gevolge van sneeuw, vorst of ijzel g' ~d is, dezen te berijden met paarden, die niet op scherp staan, tenzij aangetoond kan worden, dat bij het uitrijden de gladheid nog niet was ingetreden. Art 184 A. P. V. Elke hoofdbewoner van een perceel of als dit onbewoond of ongebruikt is, de eigenaar van het perceel, is verplicht: e. bij gladheid van den openbaren weg ten gevolge van sneeuw, ijzel of vorst te zorgen, dat de openbare weg vóór en langs die perceelen ter breedte van ten minste één meter, zoodanig met asch, zand of turfmolm is be strooid, dat daardoor de gladheid ge heel benomen zij. Voorts is bepaald in het laatste lid van Art. 184: Is eenig gebouw bij meer dan één persoon in gebruik, dan komt de hierbedoelde ver plichting ten laste van de gebruikers der ge lijkvloers, onmiddellijk aan den openbaren weg gelegen gedeelten, ieder voorzoo ver 't door hem gebruikte gedeelte reikt en zoo die gedeelten buiten gebruik zijn, ten laste van den eigenaar. De ingezetenen zullen aan hun verplich ting tot strooien, als bedoeld in boven staand artikel 184, worden herinnerd door het luiden van de klok van den stadhuisto ren en van den Accijnstoren op de dagen, dat zulks noodig wordt geacht, des voor middags te 8 uur gedurende een kwartier. Art. 13 Verkeersverordening. De bestuurder van een bespannen rij- of voertuig is verplicht, zorg te dragen, dat minstens één der trekdieren van een luid- klinkende bel is voorzien, wanneer de weg met sneeuw is bedekt. Hoofdgetuige bleef afwezig. Het Alkmaareche stadsgedeelte, dat voor heen in 't algemeen werd aangeduid als: de Bergerhout, is thans in het belang van het moderne verkeer, vooral wat betreft even- tueele bekeuringen, ingedeeld in met name genoemde lanen en zoo had onlangs op de kruising van de Heeren- en Vrouwen laan 'n aanrijding plaats tusschen een auto en een aangespannen voertuig, waarvan de bestuur der, de koetsier Jan N., de auto, als komende van rechts, voorrang had moeten verleenen. Nu hij dit niet deed raakte het verkeer in de knoop en had een aanrijding plaats, waar voor de koetsier moest opdraaien. Aange zien echter heden de bestuurder van de auto, J. S. Eecen, verzuimd had zijn neus te laten zien, werd het noodig geacht de zaak tot a.s. week aan te houten. Verkeersincident in den winde- rigen hoek. Heden had de voortzetting plaats van de verkeersstrubbeling in den winderigen hoek te Bergen, waarbij de wielrijder Zeeman uit Oudorp gevaar had geloopen de dupe te zijn geworden. De autobuscl.auffeur S. T., die de vrijheid en veiligheid van het verkeer daar in gevaar zou hebben gebracht, bleef nog altijd op het standpunt staan, dat het geheel meer kon worden beschouwd als eep noodlottige samenloop van omstandigheden, doch de ambtenaar van het O.M. nam alléén aan verzachtende omstandigheden en requi- reerde 10 boete of 10 dagen. De kantonrechter zal a.s. week uitspraak doen. Een weinig paedagogisch gezm. De landbouwer A. Gr. te Heerhugowaard had terecht gestaan ter zake het feit, dat hij zijn leerplichtig zoontje Wilhelmus Theodo- rus op onderscheidene dagen in Juni, Juli en September niet behoorlijk naar school had gezonden. Het verweer van den vader, dat zijn kinderen op de school niet prettig worden behandeld, had den kantonrechter aanleiding gegeven, heden daaromtrent het hoofd der school, den heer H J. Jansen, eens te interpelleeren. Dit schoolhoofd liet een geheel ander geluid hooren. De kinderen van vader Gr. waren tamelijk lastige en zenuw achtige scholieren en de jongen wordt met thuis gehouden omdat hij op het land ka werken, maar hij doet, wanneer hu zonder motief de school verzuimt, niet anders dan lanterfanten. jon De schooljuffrouw kan ook slecht met den knaap opschieten en het was dezer dagen g voorgekomen, dat de jongen door het om staande raam was gesprongen en dooa.eu de beenen had genomen, zonder zich om h onderwijs verder te bekommeren. Zijn broer tje had iets dergelijks gedaan, omdat, zooais hij beweerde er geen notitie was genomen van zijn wensch zich te mogen absenteeren. Het schoolhoofd achtte echter een dergelij ke wijze van optreden door deze leerlingen, waarbü zij worden gesteund door de ouders, een onmiskenbare tegenwerking van het Sr°H° ea" mef"ing- die volkomen werd gedeeid door den kantonrechter en ten ambtenaar, welke laatste dan ook 10 vonnis dagen requireerde. As. week n Taaie overtreder en verdachte. vele verdachten zoo taai waren als te bediende op een Rijper kaasfabriek, Jan l. genaamd, dan gelooven we, dat er wel eens ongelukken konden gebeuren. De heer die door rijksveldwachter Rol was be keurd terzake het rijden zonder licht ?n daarvoor vorige week terecht stond, beriep zich op een dubbelganger die te Purmerend woonde en ontwikkelde voorts zooveel be zwaren, dat aanhouding werd gelast, ten- einde af te wachten hoe Jan het voor den politierechter zou afwerken, waarvoor hij ook terecht had gestaan ter zake het niet vol doen aan een ambtelijke vordering en al waar hij zich eveneens op dien dubbelgan ger had beroepen Het bleek echter dat die dubbelganger, een zoon van oud-burgemeester Kooiman, heele- maal niet ter plaatse was geweest en den verdachte werd door den politierechter 20 boete of 10 dagen opgelegd. Thans echter bracht Jan Z. weer allerlei nieuwe opmer kingen in het geding, zoodat dit gezang zelfs den geduldigen kantonrechter kennelijk verveelde en de behandeling tenslotte ein digde met het opleggen van 4 boete of 4 dagen. Hard van begrip. Hoewel drie maal gewaarschuwd, was ze kere Jan K. ongestoord doorgegaan den Bo- venweg te Oudorp, die wegens werkzaamhe den voor het verkeer was gesloten, met zijn motor te berijden, waardoor de weg boven dien nog werd beschadigd. Wie echter niet hooren wil, moet voelen en heden werd hem opgelegd een boete van 7.50 subs. 5 dagen hechtenis. Behoorlijk uitkijken als eisch gesteld. Diverse verontschuldigingen van wegge bruikers worden onverbiddelijk van de hand gewezen als een ongeval het gevolg is van onachtzaamheid en dus moest ook de Frie- sche chauffeur E. v. d. Z., uit Alkmaar, het onderspit delven, toen hij terecht stond we gens het veroorzaken van een aanrijding met zijn vrachtauto en een motorrijwiel, dat door hem op den hoek SchagerwegGroot- sloot geen voorrang was verleend. De mo torrijder, Pieter de Vries uit Obdam, sloeg met zijn motor tegen de vlakte en beliep een schade van 13.55 aan zijn machine. De chauffeur werd veroordeld tot 6 boete of 4 dagen, plus betaling van het aan te Vries toegewezen schadebedrag. Het verderfelijke verkeerssnijden. Hoewel de heer S. reeds 18 jaar het autostuur bedient, zonder eenige ernstige aanrijding geboekt te hebben, week hij op 22 Augustus van dien veiligen weg af en liet zich verlokken op den Rijksweg tusschen Limmen en Castricum een vóór hem rijdende auto, door zekeren heer Heenk bestuurd, te passeeren, terwijl op eenigen afstand een automobilist uit Haarlem, Jan Dolleman, als tegenligger van de andere zijde naderde. Het gevolg van deze onvoorzichtige manoeuvre was een aanrijding met het rijtuig van den heer D., waardoor een schade van 15 werd veroorzaakt. De heer D., die op het voor hem rechterweggedeelte reed en dus vermeende, dat hii geheel vrij uitging, schreef den heer S. een brief en verzocht hem deze schade te vergoeden, waarop hij ten ant woord kreeg, dat de heer S. vermeende geen schuld te hebben, omdat de heer D. had na gelaten voldoende naar rechts uit te wijken. Hierop deed de heer D. aangifte bij den of ficier van justitie te Haarlem, die natuurlijk deze klacht doorgaf aan den ambtenaar van het O.M. bij het kantongerecht te Alkmaar, met het resultaat, dat de heer S. heden te recht stond terzake overtreding van art. 22 motor- en rijwielwet. Ook thans scheen de heer S., die inmiddels de schade heeft vergoed, niet volkomen in te zien dat hem alleen de schuld zou treffen, aangezien z.i. 't meer uitwijken naar rechts van den tegenligger het ongeval had kunnen coupeeren, tegen welke opvatting de ambte naar scherp stelling nam en den verdachte toevoegde, dat indien door hem dergelijke onjuiste opvattingen werden gekoesterd om trent de regels van het verkeer, de ambtenaar overwoog, ontneming van de rijbevoegdheid als bijkomende maatregel van veiligheid voor te stellen. Het snijden toch van het ver keer achtte de ambtenaar 'n zeer gevaarlijke verkeersfout. Niettemin zou de ambtenaar zich voor ditmaal nog bepalen tot het eischen van een hooge geldboete, n.1. 100 boete of 40 dagen hechtenis. De kantonrechter, die ook nog niet heele- maal het idee „intrekken van het rijbewijs" scheen te willen loslaten, zal over een week schrifte' ijk vonnis wijzen. De Middelweg is ook geen ideale autorijbaan. De vrachtautochauffeur W. de B uit hecht. Het gewicht werd verbeurd ver klaard, dus ontging de werkelijke eige naar ook zijn straf niet. Bakker Bernards was weer op zijn qui vive. De Akerslooter bakker Joh. P. kwam op 11 October ook in conflict met de ijkwet: bij hem werd een koperen 5 hectogram in beslag genomen door den rijksveldwachter. Bakker Bernards, de toevlucht voor alle bakkers die met de ijkwet overhoop liggen, gehoord als ge tuige décharge, wees er op, dat bedoeld gewicht aanwezig was in de bakkerij en eerst op verzoek van den verbalisant was de bakker er mede in den winkel gekomen, wat volgens meening van den heer Bernards gelijk stond met een uit lokking tot overtreding. Natuurlijk zat in deze opmerking wel zooveel muziek dat de zaak werd aangehouden, teneinde rijksveldwachter Gorter te hooren. Het witte spatbord debuteert in de rechtszaal. De 18-jarige tuinder KI. de B. te Zuid- scharwoude bad op 13 Oct. gefietst op een rijwiel niet voorzien van een wit- spatbord en werd, mede ter waarschu wing voor andere lichtvaardigen, ver oordeeld tot 2 boete of 1 dag hecht. 'n Achterlicht moet goed te zien zijn. De chauffeur Tinus M. uit Heiloo reed in den nacht van 20 op 21 October te Graft met een onvoldoend schijnend achterlicht en onverlichte letter en nummer. Volgens den chauffeur was het licht perfect in orde, doch onder het rij den was het door spatten besmeurd ge raakt 1 boete of 1 dag hechtenis. Zijn geweten was niet zuiver. De Castricummer tuinder Nico v. V. die in het late avonduur 'n verboden duinwandeling maakte en bij de nade ring van een jachtopziener 6ubiet aan den haal ging, bleek alle reden te heb ben, deze ontmoeting te vreezen, want er werd een gestroopt konijn in zijn be zit gevonden. Veroordeeling volgde tot 7.50 boete of 5 dagen hechtenis. Een onbeheerde auto. De 21-jarige heer Frans E. te Alkmaar hal in de Lindelaan zijn auto met aan geslagen motor onbeheer' achter gela ten en werd veroordeeld tot 1 boete of 1 dag hechtenis. Een onverbeterlijke auto-deugniet. De 18-jarige timmerman Joh. C. te Haarlem heeft de zonderlinge liefheb berij er telkens met de auto van zijn valer van door te gaan, hoewel hij niet in het bezit is van een rijbewijs. De motoragent Webster had hem te Alk maar 3 maanden geleden ook al betrapt en toen had deze veelbelovende automo bilist ook nog 'n valschen naam opge geven, Nu was het al weer mis en gaf de ambtenaar hem den raad liever op een vliegende hollander uit rijden te gaan om drukte te voorkomen, terwijl de kantonrechter hem op 8 boete of 8 dagen hechtenis trakteerde. De nooit ontbrekende inzending fietsers zonder licht. De heeren Gerrit S. uit Broek op Lan- gendijk en Willem Z. te Bergen, vorm den de inzending fietsers zonder lampje en werden eendrachtiglijk veroordeeld ieder tot 2.50 boete of 2 dagen hecht. Schermerhorn was in een donkeren en misti- gen Septemberavond op den primitieven Mid delweg in aanrijding gekomen met een con frater, die beter rechts had gehouden dan hij. Zijn excuus, dat hij verblind was door een tegenligger, had slechts een matig succes en veroordeeling volgde tot 12 boete of 8 dagen. Hij haalde den vrijspraak-prijs. Een crisisspijsvetwetambtenaar uit Den Haag, Hendr. B., tevens onbezoldigd rijks veldwachter, had op 18 Sept. te Heiloo een den rijksweg overstekende auto aangereden. Hij beriep er zich op, dat deze wagen te laat richting had aangegeven en dit met zooveel bijval, dat vrijspraak volgde. Majoor Steen zal het wel niet met dit von nis eens zijn! Geven ze aan de Ambachtsschool ook chauffeurslessen? De 15-jarige telg van den rijwielhersteller Adr. R. te Heiloo had tijdens de ongesteld heid van zijn vader dienst gedaan als chauf feur en een juffrouw naar het station gere den, doch hij werd onderweg gesnapt zon der rijbevoegdheid. De vader draaide er voor op en stond heden terecht. Hij gaf het feit toe, doch voegde erbij, dat zijn jongen schitterend reed. Hij is leerling op de Am bachtsschool te Alkmaar en een ter leeraars geeft de jongens les in chauffeeren, nog wel op den Helderscheweg. Geen wonder dat bij dit sensatiebericht de ambtenaar O.M. hapte! Hij zegde direct een onderzoek toe! Op den openbaren weg practisch les geven aan jongens beneden den leeftijd van 18 j. Je reinste sabotage van art. 15 van de motor en rijwielwet! De vader gaf intusschen de plechtige be lofte, dat deze ongerechtigheid niet meer zou plaats vinden en kwam er nu nog genadig af met 7.50 boete of 5 dagen. Hij speelde met het even van zijn portemonnaie. De veedrijver Theodorus K. te Castricum werd op den provincialen weg gesnapt op een rijwiel, terwijl hij bovendien op die wijze een paard als geleider diende. Twee vliegen in één klap! Het mannetje mocht zich ze!f de hand wel drukken, toen hem slechts 2 x 3 boete of 2 x 3 dagen werden opgelegd Ook te Heiloo slaapt de diender niet. De expediteur ALb. E. uit Alkmaar, die te Heiloo zijn auto onbeheerd achter liet in de verwachting dat ze dit toch niet in de gaten zouden krijgen, werd in die verwachting leelijk bedrogen en boette zijn vermetel vertrouwen met 3 boete of 3 dagen hechtenis. Daar tippelde Wouter leelijk in. De kruidenier Wouter B. te Akersloot had zijn punctueel geijkte gewichten uitgeleend aan een dorpsgenoot, doch werd voor zijn vriendelijkheid slecht beloond toen de politie in zijn bezit een ongeijkt gewicht vond. Hij kreeg 'n be keuring en het gewicht werd in beslag genomen, doch bleek later toe te behoo- ren aan den persoon aan wien Wouter zijn soliede gewichten had toever trouwd. Met deze omstandigheid werd echter rekening gehouden en de mini mumstraf opgelegd 0.50 boete of 1 dag Uitspraken van de strafzitting van Vrijdag 13 December 1935. Overtredingen van de Mo tor- en r ij w ie 1 wet C. S. te Schoorl, 3 boete of 1 week tucht school; M. H. B, te Alkmaar, 2 en 1 boete of 2 x 1 week tuchtschool; N. T. te Oosthuizen, 2.50 boete of 2 dagen hechtenis; A. Z. te Oudorp, 3 boete of 1 dag hechtenis, F. de M. te Alkmaar, H. G. te Alkmaar, P. Z. te Harenkarspel, R. S. te Winkel, F. G. M. K. te Heiloo, ieder 3 boete of 2 dagen hechtenis, P. de G. te Heerhugowaard, 2 x 3 boete of 2 x 3 dagen hechtenis; C. B. te Wer- ve»-shoof, P. K. te Alkmaar, ieder 3 boete of 3 dagen hechtenis; P. H. J. G. te Purmerend, 2 en 1 boete of 2 en 1 dag hechtenis; W. D. te Amsterdam, 4 boete of 2 dagen hechtenis; J. v. B. te Heiloo, W. O. te Beemster, A. J. N. S. te Alkmaar, J. J. D. te Avenhorn, P. de W. te Zijpe, ieder 4 boete of 4 dagen hechtenis; A. v. R. te Zijpe, 5 boete of 3 dagen hechtenis; J. S. A. te Hoofddorp 6 boete of 4 dagen hechtenis; J. K. te Sint Pancras 7.50 boete of 5 dagen hechtenis; J. v. d. K. te Velsen, 7.50 boete of 5 dagen hechtenis; J. V. te Beemster, 2 en 10 boete of 2 en 6 da gen hechtenis. Overtredingen van de poli- tieverordeningen: W. M. te Alk maar, 1 boete of 1 dag hechtenië; W. N. te Haarlem, A. S. te Schagen, W. M. te den Haag, A. P. N. te Limmen, ieder 2 boete of 2 dagen hechtenis. Overtredingen van de ij k- w e t W. K. te Schagen, geen straf toe gepast; A. Z. te Schagen, P. W. te Scha gen, ieder 2 boete of 2 dagen hechtenis, J. K. M. te Schagen, 3 boete of 3 dagen nechtenis; J. S. te Schagen 2 boete of 2 dagen hechtenis; H. W. H. P. te Sint Pancras, 2 x 1 boete of 2 x 1 dag hechtenis, allen met verbeurdverklaring van de resp. in beslag genomen maten of gewichten. Overtredingen van de leer plichtwet: A. G. te Heerhugo waard, 5 boete of 3 dagen hechtenis. Overtreding van de wetop de bevrachting: J. C. v. N. te Heiloo, 15 boete of 10 dagen hechtenis. Overtreding van artikel 314v.an het wetboek van straf recht (strooperij)G. F. te Amster dam, 2 weken tuchtschool voorwaarde lijk met een proeftijd van een jaar; J. de H, te Amsterdam 5 boete of 1 week tuchtschool. Overtreding van artikel 435 van het wetboek van straf recht (opgeven van valschen naam): G. F. te Amsterdam, 1 maand tucht school voorwaardelijk met een proeftijd van een jaar; J. de H. te Amsterdam 10 boete of 2 weken tuchtschool. HET JUSTITIEEL OPTREDEN TEGEN „VOLK EN VADERLAND" Strafzaak tegen drie relactenren voor de Arrondissementsrechtbank te Utrecht. Ook een strafproces wegens een artikel in „Nieuw Ne derland". Als gevolg van het beslag doen leg gen, op 30 October jl., door den officier van justitie bij de Arrondissementsrecht bank te Utrecht, mr. A. N. Fabius, op te rotatiepers der N.V. Drukkerij v/h. L. E. Bosch en Zoon, in gebruik voor het drukken van „Volk en Vaderland", weekblad voor de Nationaal-Socialisti- sche Beweging in Nederland en van het proces-verbaal, opgemaakt tegen drie redacteuren in verband met een entrefilet in den vorm van een advertentie en enkele artikelen in dit weekblad, hebben heden drie redacteuren zich voor de Utrechtsche rechtbank te verantwoorden gehad, terwijl mede een strafzaak op de rol stond terzake van beleediging in het te Utrecht verschijnend maandblad „Nieuw Nederland". Wat „Volk en Vaderland" betreft waren gedagvaard de heeren mr. Samuel Adrianus van Lunteren, hoofdredacteur, mr. Herma- nus Reydon, als waarnemend hoofdredacteur en Jan Hollander, redacteur. Van „Nieuw Nederland", was gedagvaard dr. Emile Gerard Hubert Verviers. Mr. van Lunteren is ten laste gelegd, dat hij in of omstreeks de maand October 1935 te Utrecht en elders in Nederland zich in het openbaar bij geschrifte opzettelijk in beleedigenden vorm heeft uitgelaten over de regeering des lands, door met dat opzet in het te Utrecht verschijnende weekblad „Volk en Vaderland", hetwelk in talrijke exem plaren te Utrecht en door geheel Nederland aan het publiek is verspreid, een artikel te doen opnemen, getiteld „Het roode gevaar", in welk artikel eer uitlating voorkwam, welke volgens de dagvaarding van op zettelijk beleedigenden vorm is voor de regee ring des lands, althans voor het openbaar gezag of eenig openbaar lichaam. Mr. Reydon is ten laste gelegd, dat hij te Utrecht en elders in Nederland opzettelijk als waarnemend hoofdredacteur van „Vo'k Vaderland", terwijl hij den hoofdredacteur bij diens ontstentenis verving en terwijl hij den inhoud en de strekking van de geïncrimi neerde geschriften goed kende en terzake van de plaatsing dier geschriften geenerlei overleg met den schrijver of de schrijvers daarvan had gehouden, in hetzelfde nummer van voormeld blad heeft doen opnemen een artikel of geschrift, waarvan het eerste deel aldus de dagvaarding kennelijk doelde op den gewezen minister van defensie dr. Deckers en opzettelijk genoemden func tionaris beleedigde ter zake van de recht matige uitoefening van zijn functie als mi nister van defensie, terwijl het laatste deel kennelijk sloeg op de regeering onzes lands en eene uitlating in opzettelijk beleedigenden vorm daarover, althans over het openbaar gezag of eenig openbaar lichaam, opleverde. Van het tweede geincrimineerde artikel of geschrift, getiteld „Visschers in nood", be vatte volgens de dagvaarding de laatste zin uitlatingen in opzette'i k b°'°;digen^en vorm voor de Varkenscentrale, Tarwecentrale en Zuivelcentrale, alle openbare lichamen of in stellingen zijnde. Wat de strafzaak tegen den heer Hollan der aangaat, hem is ten laste gelegd, dat hij, eveneens in het bewuste nummer van „Volk en Vaderland", een artikel heeft doen opnemen, getiteld: „Uit den Praathof; van beide Fronten geen Nieuws", van welk arti kel de laatste zin naar de dagvaarding i Behoudt ze met Tweemaal per dag Litterine gebruiken is een gewaarborgde verzorging CrooSr tube 50 cents Klein* tube 25 cents 1 10.900.000 geestdriftige gebruiken I •ver de geheele wereld 1 mededeelt eene uitlating in opzettelijk be leedigenden vorm voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal oplevert. Dr. Verviers is gedagvaard terzake dat hij in of omstreeks de maand September 1935 in het arrondissement Utrecht zich in het openbaar bij geschrifte in opzettelijk belee digenden vorm heeft uitgelaten over den Nederlandschen ministerraad, mitsdien over een openbaar lichaam, en opzettelijk den voorzitter van den raad van ministers, tevens minister van koloniën, dr. H. Colijn, terzake van de rechtmatige uitoefening zijner bedie ning heeft beleedigd, door met die beide op zetten in het te Utrecht verschijnende maand blad „Nieuw Nederland", dat in talrijke exemplaren van die stad uit over voornoemd arrondissement en de rest van Nederland wordt verspreid en ook in dit geval is ver spreid, een artikel te doen opnemen, hande lende over de jongste kabinetscrisis, welk ar tikel aldus de dagvaarding een bepaal den zin met uitlatingen in opzettelijk belee digenden vorm en een beleediging bevatte. HET UNIFORM VAN DEN NATIONALEN JEUGDSTORM. W. W. v. R. heeft te Arnhem in het openbaar de kleeding van den Nationalen Jeugd Storm gedragen. Op dien grond werd hij gedag vaard voor het Kantongerecht te Arnhem wegens overtreding van het uniformverbod. De kantonrechter te Arnhem veroordeelde hem echter tot een boete van 5. De recht bank grondde haar vonnis op het doel van de Nat. Jeugd Storm: Het Nederlandsche volk is geen willekeurige groepeering van zelf standige enkelingen, maar een organisch ge heel, waarin de enkeling of een groep eigen belangen ondergeschikt heeft te stellen aan het belang van de geheele volksgemeenschap en deze gemeenschap heeft te dienen naar de mate van de verkregen vermogens. De rechtbank zag daarin een bepaald staatkundig streven. Mr. A. J. v. Vessem uit Utrecht heeft de cassatiemiddelen toegelicht en o.m. betoogd, dat de Nat. Jeugd Storm geheel buiten de N.S.B. staat en geen staatkundig streven ver tegenwoordigt. Al stond deze organisatie niet los van de N.S.B., dan nog zou haar uniform niet onder het uniformverbod vallen. Maar thans is het a fortiori uitgesloten. Er is niet veel scherpzinnigheid voor noodig aldus pleiter om te bespeuren, dat de rechtbank den eisch van toepassing van het christelijk beginsel van menschelijke solidari teit en altruïsme in eigen nationalen kring door den kunstgreep van het poneeren der hypothese, dat de toepassing van dit christe lijk beginsel de verhoudingen in den staat zon raken, al te lichtzinnige wijze in een bepaald staatkundig streven heeft omgetooverd. Pleiter concludeerde tot vernietiging en ontslag van rechtsvervolging. Conclusie O.M. 30 December. ROODE VLAG MET LEUZE. Tot verwerping cassatie gecon cludeerd. De advocaat-generaal bij den Hoogen Raad, mr. Berger, nam conclusie inzake het cassatieberoep van den officier van justitie te Middelburg tegen een vonnis van de recht bank aldaar waarbij iemand is ontslagen van rechtsvervolging, terzake van de hem ten laste gelegde overtreding van art. 435A van het Wetboek van Strafrecht (uniformverbod) Verdachte had n.1. in een 1 Mei-optocht met een roode vlag geloopen, waarop voorkwamen de woorden: „De S. D. A. P., uw partij". Mr. Berger concludeerde tot verwerping van het beroep. De Hooge Raad zal arrest wijzen op 13 Januari. DE NIET-HERBENOEMING VAN DR. J. P. OTTO. Ambtenarengerecht te Groningen verklaart zijn beroep gegrond. Het Ambtenarengerecht te Groningen heeft gistermiddag uitspraak gedaan in het beroep van dr. J. P. Otto, hoofdassistent in de zoölogie te Groningen, tegen het besluit van den minister van Onderwijs, waarbij hij opnieuw tijdelijk werd benoemd, hetgeen ten gevolge zou hebben, dat met 1 September 1936 zijn betrekking als zoodanig expireert. Het gerecht heeft het beroep gegrond ver klaard. Het is van oordeel, dat de minister door deze tijdelijke benoeming heeft gehan deld in strijd met het algemeen rijksambte narenreglement. Het vernietigt derhalve het -luit van den minister en verstaat, dat 1lant recht heeft op een aanstelling in ...oien dienst,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 9