GRATIS leder pak HONIG's VERMICELLI ^Binnenland DE GEBROEDERS„GOCHEM" 'ftownciaal 'flieuws bevat ter kennismaking een hon:g's bouillonblokje BERGEN EGMOND AAN ZEE 2WAAG BENNEBROEK HOORN URSEM HEERHUGOWAARD ZUIDSCHARWOUDE loopen. Natuurlijk waren ook in deze zaak parket en balie het weer oneens. Rood en groen licht en de schepen op den IJselmeer. De Urker visscher Albert K. was door het kantongerecht te Hoorn veroordeeld tot 3 boete of 3 dagen ter zake het feit d,at hij in den nacht van 27 Nov. niet had gevoerd aan stuur en bakboord van zijn motorvischboot de voorgeschreven roode en groene lichten. Van dit vonnis was de veroordeelde (die dit vonnis onjuist acht te) in hooger beroep gekomen, geassisteerd door Mr. Schenkeveld als raadsman en verdediger. In deze zaak werd gehoord de rijksveld wachter Tiesen als getuige a charge en 3 getuigen a décharge op verzoek van den verdediger. De rijksveldwachter Tiesen, zich op de politieboot bevindend, verklaarde de lich ten niet te hebben waargenomen. Hij had niets persoonlijks tegen Kr., zelfs kende hij hem niet. Hij had 't signalement U. K. 27 van het vaartuig op het zeil opgenomen. De rijkshavenmeester Koelewijn had de U. K. 27 niet zien varen. Het toezicht was opgedragen aan de rijks veld wacht en andere daartoe aangewezen ambtenaren. Hij verklaarde voorts dat het stuurboords- licht onmogelijk kon worden gezien van af de plaats door Tiesen a angegeven, doch verbalisant handhaafde pertinent zijn waarneming en procesverbaal. Echter bleef ook de havenmeester zijn meening handhaven en kregen deze getuigen a charge daarover een woordenwisseling. 'n Feit was het echter dat Tiesen voor een gelijksoortige overtreding 11 proces- senverbaal had opgemaakt. Hierop werden de getuigen i décharge, gehoord. Hierop kwam de officier aan het woord om het getuigenverhoor in extenso te rele- veeren om tot het resultaat te komen dat naar zijn meening het vonnis in eerste in stantie zou moeten worden bekrachtigd. In 'n uitvoerig betoog achtte mr. Schen keveld, die zijn dank betuigde aan den officier voor zijn objectieve medewerking, het feit niet bewezen en concludeerde derhalve tot vrijspraak en tot herstel van het gekrenkt rechtsgevoel van zijn cliënt. Poging tot feitelijke aanranding der eerbaarheid. Ter zake dit ernstige zedenmisdrijf had rekening en verantwoording af te leggen, de zich in voorarrest bevindende 48-jarige los werkman Dirk R., wonende te Anna Paulowna, in welke plaats bedoeld mis drijf zou zijn gepleegd. Gerequireerd werd vrijspraak omdat het wettig en overtuigend bewijs niet kon worden geleverd. Mr. van Leeuwen, raadsman en verde diger, sloot zich gaarne bij dit voor zijn cliënt zoo gunstig requisitoir aan. Voorts werd de onmiddellijke invrij heidstelling gelast. Hij zat in de penarie. Een 56-jarige schilder te Uitgeest, Corn. Br., die zoo men het noemt 18 karaats ge sjochten was, bedacht een middel om zich aan contanten te helpen van eenige brand- assuranties en 31 October j.1. stichtte hij brand op zijn zolder door een brandende kaars door papier en eenige flesschen ter pentijn te omringen. Nadat hij de kaars had ontstoken ging hij de deur uit en op reis (ook zijn vrouw had de woning ver laten) en liet toen het zaakje aan het toe val over. Inderdaad brak brand uit, doch ze werd ontdekt door een buurman, die di rect den veldwachter Bornebroek waar schuwde. Deze politieman wist den reeds brandenden zolder te bereiken en het zich krachtig ontwikkelde vuur te blusschen. De man stond heden terecht en maakte een suffen indruk. Hij erkende volledig. In verband met het gunstig reclassee- ringsrapport requireerde de officier 9 maanden gevangenisstraf echter voor waardelijk met 3 proefjaren. De gemeente-ontvanger van Aals meer op de verdachtenbank. In het middaguur stond terecht de 41- jarige heer Adrianus V., gemeente-ont vanger te Aalsmeer, aan wien ten laste was gelegd, dat hij als bestuurder van een gehuurden auto onder Wieringen 11 September op den Afsluitdijk door niet behoorlijk naar rechts uit te wijken, bij het ontmoeten van een tegenligger, be stuurd door zekeren heer N. van Duren, hoogst roekeloos en onvoorzichtig, zooals de klassieke term luidt, dit rijtuig aan te rijden in zoodanige mate, dat het motor rijtuig over den kop sloeg en de vader van den bestuurder, gezegde heer v. Du ren, tengevolge van de aanrding zoodanig werd gewond, dat hij gedurende geruimen tijd niet in staat was zijn werkzaamheden te verrichten. De verdachte ontvanger die alle schuld aan de botsing ontkende, werd in rechten bijgestaan door Mr. E. Reinhold, advocaat procureur, te Amsterdam. In deze zaak waren 7 getuigen a charge en 1 getuige-deskundige door den officier gedagvaard, benevens 1 getuige a décharge door de verdediging. Volgens verklaring van den verdachte was ook zijn vrouw, die in positie was, vrij ernstig gewond door de aanrijding en bloed de hevig. De 48-jarige Hendrik v. Duuren, stoom ketelmaker te Leeuwarden, zat op het on heilsmoment naast den bestuurder. Hendr. v. Duuren Jr., inmiddels gedeeltelijk weer hersteld van den leelijken smak, die hij ge maakt had, verklaarde, dat de wagen on middellijk omsloeg. Zijn rechterarm werd ernstig gewond door de gebroken ruit en hij moest gedurende 14 dagen in het diaco- nessenziekenhuis te Leeuwarden behandeld worden. 4 weken geleden is hij weer aan 't werk gegaan, doch kon het niet volhouden. De zoon, bestuurder van den aangereden wagen, deelde mede, dat naar zijn meening de bestuurder van den tegenligger, die, zoo als later bleek, de verwachte was, de schuld had. De wagen van getuige werd geraakt aan het linkervoorwiel. Voorts werden door het O. M. nog als ge tuigen gehoord de wachtmeesters der mare chaussee Doornbos en ten Raven. Ze hadden uit de situatie gedistilleerd, dat de wagen van verdachte de oorzaak was. De deskundige dr. Straat uit Leeuwarden was met goedvinden van den officier niet verschenen. De verdachte vermeende, dat de door den veldwachter geteekende situatiekaart niet juist was. De president, mr. Ledeboer, betreurde het, dat de marechaussees bij de genomen foto's geen duidelijke teekening hadden gevoegd. De bloemist v. Zuiverden uit Aalsmeer verklaarde in het voordeel van verdachte. Hij zat trouwens naast den bestuurder. Het bekende spelletje met de miniatuur-autotjes werd onder het verhoor van dezen getuige gespeeld. Eindelijk kwam de officier in deze zaak aan het woord en eischte 200 boete of 60 dagen. Mr. Reinhold pleitte vrijspraak. Artikel 250 bis was ook weer present! Het helaas steeds nog niet impopulaire artikel 250 bis strafrecht, dat zoowel op de agenda van den politierechter als meervou dige strafkamer wordt aangetroffen, ont brak ook heden weer niet op de zittingsrol. Het betrof thans een met 'n ex-marine matroos, G. J. M. gehuwde vrouw, Jantje M. te Helder, die zich met deze treurige brood winning had bezig gehouden. Zij bevond zich thans in voorarrest en stond heden te recht buiten tegenwoordigheid van publiek en andere onbevoegden. Tegen de verdachte werd gevorderd 1 dag gevangenisstraf met 1 dag aftrek, alsmede ter beschikking stelling der regeering voor den tijd van 3 jaar, waarbij zij zal worden ondergebracht in een particuliere voor haar geestelijke gesteldheid passende inrichting. HET BIERTJE IN ALLE TIJDEN. Een prachtavond van folkloor. Lezing D. J. van der Ven. In een gister door de V. V. V. te Bergen gehouden lezing heeft de folklorist D. J. van der Ven een interessante voordracht gehouden, verduidelijkt door lichtbeelden, over het bier in alle tijden. Spreker vertelde van de bierkaaien, de losplaatsen aan de grachten der steden waar de bierdragers zelf lang niet de slechtste klanten waren. Het waren rumoe rige klanten die zich niet door strafbepa lingen van het overvloedig gebruik van bier lieten afhouden. Ook in de ordenan- tieënstrijd lieten zij zich zoo geducht gel den, dat het „vechten tegen de bierkaai" een spreekwoordelijk zware taak werd. Een groote naam verwierf zich reeds in 1333 een brouwerij te Weesp die naar alle deelen des lands haar gewaardeerde drank verzond. Vooral Leiden deed zich te goed aan het Weesper biertje dat weldra de bijnaam van „De Vlaamsche dokter" ver wierf. Ook in Haarlem bloeiden de brou werijen. Delft deed in de productie van het ger- stennat niet onder. Uiterst koppig was het nat dat in de Prinsenstad gebrouwen werd. Wie dronken was noemde men ge beten door den Delftschen hond. De Am- sterdamsche bierdragers waren van dat bier goede klanten. „Smerige bierbaar den" noemde men hen en met afgrijzen liet menigeen den blik vallen op die baar den, die er uitzagen alsof ze door stroop waren gehaald. Fantastische verhalen sponnen zich om de bierbrouwerij, die zich door de eeuwen heen in een geheimzinnige sfeer heeft ge huld. En de brouwers dachten er niet aan de spookgeschiedenissen tegen te spreken en bewaarden daarbij angstvallig hun vak geheimen. Voor vele brouwers was het vaste regel, zoo vertelde de heer van der Ven, om boven de gistkuip een kruis en een geopende schaar te hangen, naast het „duivelbannende zout". Zelfs in de acht tiende eeuw nog spreidde men naast het bier brandnetels uit om ongunstige in vloeden van onweer te bezweren. Booze geesten hadden het volgens de mythen op den kostbaren drank gemunt en slechts met behulp van laai en gezang gelukte het, het bederf tegen te gaan. Zingende brou wers zijn dan ook later telkens weer het motief geweest voor dichters, schilders en zangers. Spreker verduidelijkte dit door beelden naar schilderijen van Jan Steen en Frans Hals. Ook bij het leger en de vloot heeft het bier vele eeuwen een belangrijke rol ge speeld. Prins Maurits zorgde er steeds voor, dat zijn mannen het toen bekende Rotterdam- sche bier te drinken kregen. Dit was dun bier en vrij van belasting. Overigens kon de 80-jarige oorlog voor een groot deel ge- financieerd worden met het geld verkre gen uit de hooge bieraccijnzen voor het dikke bier, dat wel belast was. Wij lezen in de kronieken, dat de Geuzen, die in 1574 in de Zeeuwsche wateren rondzwalk ten, ter juister tijd een koopvaarder te pakken kregen, waardoor hun een paar vaten bier in handen viel die hen stimu leerden bij de verovering van Middelburg. Bier was tot omstreeks het midden der 17de eeuw de gewone scheepsdrank, zoo als in vele journalen bevestigd wordt. Op den zilveren gildestaf van 1697 die thans in het Groninger Museum wordt bewaard, staat als een axioma gegrafeerd: De kluyn verheugt den Man, En maeckt soldaten sterck. Maeckt vree daer quaestie is En geeft den Vijandt werck. Deze kluyn is het vermaarde „dik bier", dat herhaaldelijk in de geschiedenis onzer oorlogen vermeld wordt, in tegenstelling met het Rotterdamsche „dun bier", dat volgens de Parival in zijn „Vermaecke- lijckheden van Holland" in-groote hoeveel heden aan de dunne bierkaden van me nige stad werd geladen of gelost en ook als „Scharrebier" door den gemeenen man algemeen werd gedronken. Een veelzijdige rol heeft het bier in ons volksleven gespeeld en dit is ook nu nog zoo. Spreker herinnerde aan tal van folkloristische feesten (Boxmeer, Ter schelling, de Achterhoek, Brabant, Lim burg, Gelderland, Groningen, Texel) waar het gerstenat een bijzondere plaats inneemt. Zoo gaat het beugelen en boog schieten in Limburg met biervreugde ge paard. Ook in de steden wordt bij feeste lijke gelegenheden, kermissen, enz. het bier nog lustig gedronken. Ten slotte wees spr. er op, hoe het voor de geschiedenis van onze brouwerij van groote beteekenis mag worden geacht, dat naar het Nederlandsch Openlucht Museum op den Waterberg te Arnhem wordt ge bracht een typisch bak en brouwhuis, dat hij met een volledige inventaris nog heeft ontdekt te Ulvenhout in de Baronie van Breda. Onder de begeesterende leiding hebben wij in woord en beeld (er werden een paar honderd prachtige lichtbeelden vertoond uit alle deelen van het land) een prachtige folkloristische reis gemaakt. Voor den aanvang van zijn aangekon digde lezing gaf spr. nog een uiteenzetting van de beteekenis van de folkloor, waarbij ook aan de gebruiken op Drie Koningen avond (6 Jan.) werd herinnerd. Tot groote verrassing van de aanwezi gen verschenen ter illustratie een tweetal sterzangers (artisten uit Bergen) op het tooneel, om onder het gedraai van de lichtende ster een toepasselijk lied te zingen. Het was een buitengewoon interessante avond en onder enthousiasme der aanwe zigen sloot de vice-voorzitter om 11 uur met een woord van dank en het uitspreken van den wensch, dat de heer v. d. Ven het volgend jaar bereid zal worden gevonden een dergelijke lezing te houden. Bevolkingstatistiek. Op 1 Januari 1935 bestond het zielen tal dezer gemeente uit 2887 mannen en 3501 vrouwen, totaal 6388. In den loop van 1935 vestigden zich in de gemeente 199 mannen en 456 vrouwen, totaal 655 personen en werden 53 jongens en 44 meisjes of totaal 97 kinderen ge boren. 238 mannen en 440 vrouwen alzoo to taal 678 personen verlieten de gemeente in den loop van 1935 terwijl 31 mannen en 26 vrouwen of totaal 57 personen over leden. Door overlijden en vertrek uit de ge meente verminderde het aantal inwoners in totaal met 735 personen, terwijl dit aantal door vestiging in de gemeente en door geboorte vermeerderde met 752 per sonen, zoodat het zielenaantal in den loop van 1935 werkelijk vermeerderde met 17 personen. Op 1 Januari 1936 bedroeg het aantal inwoners dezer gemeente 6405 waarvan 2870 mannen en 3535 vrouwen. Alzoo ver minderde het aantal vrouwen met 17 en vermeerderde het aantal vrouwen met 34. In 1935 werden 46 huwelijken (waar van een huwelijk in het buitenland vol trokken) in de registers van den burger lijken stand ingeschreven. Twee gebore nen werden als levenloos aangegeven, ter wijl 3 kindserkenningen plaats vonden, waarvan 2 kinderen door den vader en de moeder werden erkend en één kind door de moeder. De loop der bevolking. De bevolking bestond op 1 Januari 1935 uit 1542 mannen en 1420 vrouwen, totaal 2962 personen. In 1935 vermeerdere de be volking door vestiging van 169 personen en 54 geboorten. Door vertrek verminderde de bevolking met 158 personen en door over lijden met 45 personen. Tenslotte vermeer derde de bevolking dus met 20 personen en bestond op 1 Januari 1936 uit 2982 zielen, te weten 1548 mannen en 1434 vrouwen. Het mannenoverschot verminderde van 122 tot 114. Nog altijd zijn de mannen intusschen dus, eigenaardig genoeg, in de meerder heid. Er had in 1935 één kindserkenning plaats. Er werden 27 huwelijken gesloten, terwijl één huwelijk door echtscheiding werd ont bonden. Het aantal werkloozen. Den laatsten tijd is het aantal werkloo zen weder onrustbarend gestegen. Op 15 November 1935 stonden nog 195 werkloozen ingeschreven. Op 1 Januari 1936 bedroeg dit aantal reeds 256. In dien tijd vermeerderde het aantal werklcoze visschers van 125 tot 149 en het aantal losse arbeiders van 37 tot 57. Aanbesteding van het gemeente werk in 1936. B. en W. hebben Dinsdag het gemeente werk voor 1936 aanbesteed. Voor het tim merwerk was laagste inschrijver J. Blaau- boer met 389 en hoogste J. van der Plas en H. J. van Workum, beiden met 590. Voor het metselwerk was laagste inschrij ver J. Broek met 367 en hoogste gebroe ders de Graaff met 473. Voor het schilder werk was laagste inschrijver H. A. de Goede met 351 en hoogste J. Koeman met 355,75. Het schilderwerk en het metsel werk werd aan de laagste inschrijvers ge gund. De gunning van het timmerwerk is aangehouden. Overtreding der Loterijwet. Bij P. Dekker en KI. Gul is een auto maat in beslag genomen wegens overtreding der Loterijwet. Door het inwerpen van een geldstuk in deze automaat had men de kans een artikel te mogen uitzoeken van 5.10 of 15 maal de waarde van het ingeworpen geldstuk I De heer S. Sander 25 jaar bij de P. T. T. Nauwelijks heeft de heer F. Snoeks zijn zilveren jubileum gevierd als ambtenaar der P. T. T. of reeds vraagt een tweede zil veren jubileum bij de posterijen de aan dacht. Op 16 Januari a.s. zal het namelijk 25 jaar geleden zijn, dat de heer S. Sander bij de posterijen in vasten dienst kwam als brievenbesteller. Eigenlijk is de heer Sander al 34 jaar bij de post, maar op 16 Januari 1911 kreeg hij een vaste aanstelling Een brievenbesteller is uiteraard een po pulair figuur, vooral in een dorp. Hij is de brenger van lief en leed, als boodschapper van hen, die ons niet mondeling kunnen bereiken. Trouw en accuraat heeft de heer Sander nu 25 jaar lang de hem toevertrouw de poststukken in onze brievenbussen gede poneerd. Voorzoover we tenminste een brie venbus hebben! Want er zijn, eigenaardig genoeg, nog velen, die een dergelijk nuttig voorwerp niet bezitten. Gevolg, vertraging en last voor de post! Het zou zeker een groote verbetering zijn, als iedereen, die er nog geen heeft, ter gelegenheid van zijn jubileum den heer Sander eens verraste, door een brievenbus aan te laten brengen. Het zou zijn werk heel wat vergemakkelij ken en bespoedigen! De heer Sander is in Egmond aan Zee ge boren en getogen. Hij kent Egmond en zijn bevolking op zijn duimpje. Men behoeft waarlijk geen Boerhave te zijn, voor wien een adres „Boerhave, Europa", reeds vol doende was, om bij den heer Sander bekend te zijn. Hij bezorgt Uw post ook op het juiste adres, als U tot de minder bekenden dezer aarde behoort, al luidt het adres ook bij voorbeeld niet anders dan „Oom Cor en tante An!" Trouw en eerlijk heeft de heer Sander zijn dienst altijd volbracht. Hij zou ook niet anders kunnen, het hoort immers zoo. Hij vindt het vanzelf sprekend. En daarom wil hij ook van een huldiging of iets dergelijks niets weten. Maar in intiemen kring zal men hem Donderdag 16 Januari toch niet vergeten! Wij hopen den heer Sander, die thans 54 jaar is, nog lang in functie te zien. Verplaatst. De heer J. Timmerman, telegrafist al hier is overgeplaatst naar het station Avenhorn. Tengevolge van een defect aan het stuur geraakte de auto van den heer A. de Poel, expediteur te Wieringen, alhier te water. Gelukkig wisten de eigenaar, vrouw en kind zich in veiligheid te stellen waarbij ze slecht lichte blessuren opliepen. Door een kraanwagen uit Schagerbroek werd de wagen op het droge gebracht. *Een 16-jarige jongen van hier, die het ouderlijk huis had verlaten en te Amster dam rondzwierf om werk te zoeken is door de politie aldaar aangehouden en naar de ouderlijke woning overgebracht. Loop der bevolking. Aantal geboorten 49; aantal ingekomen pers. mannen 26, vrouwen 30, totaal 105 per sonen; aantal overlijden 16; aantal vertrok ken personen mannen 47, vrouwen 34, totaal 97 personen. De vermeerdering bedraagt dus 8 personen. '7" Arm gebroken. Gistermorgen terwijl de schooljeugd der o. 1. school II zich vermaakte op het schoolplein aldaar, kreeg het zoontje van den heer K. alhier, spelenderwijs een duw van zijn kameraadje waardoor hij tegen een muur viel en zich ernstig bezeerde. Een medicus constateerde dat de arm was gebroken. Eenige weken geleden brak een ander lid van dit gezin eveneens zijn arm door een aanrijding onder Egmond. Huis verkocht. Het landarbeidersplaatsje aan den Middenweg Noord tot nu toe bewoond door de weduwe C. Koomen, is, naar wij vernemen, door bemiddeling van Klein Grondbezit overgedragen aan den heer Snoek voor den prijs van 3300. Opschudding. Dinsdagavond omstreeks zeven uur zagen voorbijgangers rook opstijgen uit de woning van den heer A. K., die woont naast den grooten winkel van de fa. R. Luyting. Men dacht aan brand. Een onderzoek werd ingesteld bij den bewoner, die thuis was. Het bleek, dat hier geen sprake van brand was. De heer K. had een doos tabak te drogen gezet. Doordat een vonk in de doos was ge vallen, was een rookontwikkeling ontstaan. Het bleek dus loos alarm te zijn. Er was echter nogal wat opschudding veroorzaakt. BOERDERIJBRAND TE APPELSCHA. Dienstbode, bij pogingen om het vee te redden, gewond. Gisteren brak een hevige brand uit in de groote boerderij, bewoond door den heer F. Dijkstra te Appelscha, welke in eigendom toebehoort aan den heer J. Zwart, wonende te Winkel (N.H.) De plaatselijke brandweer kon tegen de vuurzee weinig uitrichten, zoodat zij assistentie vroeg en kreeg van de motorspuit uit Oosterwolde. Met vereende krachten slaagde men erin het voorhuis en een bijschuur te behouden. Verder brandde alles af. Men slaagde erin het vee te red den. De dienstbode, mej. C. v. d. Meer uit Appelscha, die hierbij behulpzaam was, be kwam vrij ernstige brandwonden. Een vier tal koeien kreeg eveneens brandwonden. De schade wordt door verzekering g-dekt. GRIEP IN DE KAZERNE. Te Groningen. In het Groningsche garnizoen heerscht momenteel de griep onder de soldaten. De ziekenzaal ligt vol en enkele patiënten zijn naar het Academisch ziekenhuis overge bracht. De nachtelijke oefeningen zijn in verband met de ziekte afgelast. De noodige maatregelen zijn door de mi litaire autoriteiten genomen. INBRAAK TE HOOGEZAND. 400 ontvreemd. Naar eerst thans bekend wordt, is in den nacht van Zondag op Maandag door verbre king van een glasruit ingebroken in het ma gazijn en kantoor van de kruidenierszaak van den heer L. Wolters te Hoogezand. Een bedrag van 400 gulden is uit de kassa ont vreemd. Van de daders viel geen spoor te ontdekken. LANDDAG R.K. STAATSPARTIJ. Op 2 Februari in de Apollohal te Amsterdam. Naar wij vernemen zal door de onder staande sprekers op den Landdag der R.K. Staatspartij te Amsterdam op Zondag 2 Februari 1936 in de Apollohal een rede wor den gehouden: Z.Exc. Jhr. Mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck, minister van Staat, oud-voorzitter van het bestuur van de R.K. Staatspartij; Mgr. dr. H. A. Poels, hoofdaal moezenier van den arbeid; mr. M. P. L. Steenberghe, oud-minister van economische zaken; mr. C. M. J. F. Goseling, voorzitter van de R.K. Staatspartij. MAN OVERREDEN DOOR KAN GEERTREIN. Gisteravond is een man op den Gustoweg bij de Nieuwe Haven te Rotterdam door een rangeertrein overreden. Het bleek te zijn A. Meynstra, verblijfhoudende in een klein lo gement aan de 2de Lombardstraat te Rotter dam. De man heeft onder invloed van ster ken drank verkeerd en is tegen den trein opgeloopen en zoodoende onder de twee laatste wagens geraakt. Zijn lijk is overge bracht naar het ziekenhuis aan den Coolsin- gel. De machinist had van het ongeluk niets gemerkt. 63. Voorzichtig ging hij op zijn knieën liggen en begon met angstig gezicht en groote oogen de hond aan te kij ken. Nu hij juist dat verhaal van die wilde stier aan de jongens gedaan had, was hij wel verplicht zijn lessen in praktijk te brengen. De hond liet een vervaarlijk ge grom hooren en daarbij kwam een gebit te voorschrijn om van te rillen. „Pas op baas, straks haps hij een stuk uit je neus", riep een van de jongens. 64. Alsof de bulldog het gehoord had, nam hij^op het zelfde oogenblik een sprong en zat boven op Pummels. Wolken zand stoven op en het werd een gevecht van belang. Pit noch Pat durfden tusschenbeide komen. Eindelijk had de hond den broek van boer Pummels beet; en na rukken en trekken stond hij eensklaps met een deel van dat kleedingstuk in zijn bek. I.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 7