DE GEBROEDERS „OOCHEM"
^Rechtszaken
£andt en 'Jumêcum
JiMuteei
^Binnenland
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
METTOONEEL EN MET
HUMANISME.
beweerd dat de soldaten zelf van ge
wone patronen (met vollen mantel) dum-
dums maakten, door er den top van op een
ruwen steen af te slijpen tot het lood bloot
kwam.
De z.g. dum-dumkogels kwamen dus van
de fabriek te Dum Dum en op de pakjes
dezer patronen stond Dum Dum vermeld.
Deze fabriek levert echter ook andere pa
tronen en ook die pakjes zijn Dum Dum
gemerkt, m.a.w. lang niet elk pakje gemerkt
Dum Dum bevat wat men gewoonlijk dum-
dumkogels noemt, maar evenzeer is het mo
gelijk, dat er dumdumkogels gebruikt wor
den, die nooit Dum Dum gezien hebben.
Niet de plaats van herkomst, maar een
ondermerk in den Z.-Afrikaansehen oor
log waren het romeinsche cijfers geeft
het soort patronen aan. Het is trouwens de
vraag of de fabriek te Dum Dum de ge
wraakte soort, het was IV, nog wel maakt,
daar het Engelsche leger reeds in den
Boerenoorlog dit soort kogels heeft opge
geven, niet uit humanitaire redenen, maar
omdat zij ook voor den schutter gevaarlijk
waren. Zij zijn toen door merk II, een cor-
dietpatroon, vervangen.
Daar dé handel van Abessinië voor een
goed deel over Aden loopt, is het heel goed
mogelijk, dat er in Abessinië heel wat Dum
Dumkogels in omloop zijn, die gewone pa
tronen zijn. Of er inderdaad ook dumdum
kogels v/orden gebruikt in den ongunstigen
zin van het woord? Als de wonden op de
foto's, die de Italianen van sommige ver
wondingen hunner vliegers weergeven, in
derdaad door patronen zijn veroorzaakt, zal,
naar wij vreezen, het antwoord bevestigend
moeten luiden. Die foto's zeggen meer dan
een naam of merk op een pakje patronen
ten minste als die naam Dum Dum is.
(Vervolg).
Belust op een bontjekker.
ken 31-jarig arbeider uit Oudkarspel,
met name Jan B., compareerde op de bank
der zondaren als verdacht van diefstal van
een bontjekker ten nadeele van den mon
teur KI. Schagen uit Callantsoog, in welke
plaats het strafbare feit ook was gepleegd
en wel in den nacht van 3 op 4 September.
De bontjekker lag in een garage en de heer
Jan B. bevond zich te voren met een ander
heerschap, zijn vriend H., in een café. Het
schijnt, dat deze Jan B. een soort jassen-
kleptomaan is, althans hij was reeds twee
maal ter zake een dergelijk feit veroor
deeld. Hij heeft nog meer liefhebberijtjes,
is verzet op cafébezoek, dansen en siga
retten. Bovendien plaagt hy zijn brave
ouders en ontziet zich niet zyn vader te
dreigen. Al deze fraaiigheden vernam de
president uit het omstandig door den heer
Wlggers samengesteld rapport.
De conclusie van dit rapport was dan
ook beslist ongunstig. Verdere consideratie
achtte de heer Wiggers uitgesloten.
Het bleek uit het requisitoir, dat ook het
geduld van den officier met dit wonderlijk
heerschap uitgeput was en gerequireerd
werd 10 maanden gevangenisstraf onvoor
waardelijk.
Zijn vriend werd ook niet gespaard.
De vriend, met wien Jan B. uit de vorige
zaak op stap was geweest, de arbeider Jan
H. uit Oudkarspel, had de in de vorige zaak
bedoelde bontjekker als geschenk aange
nomen, althans zooals de officier er veilig
heidshalve in de dagvaarding bij voegde, uit
winstbejag verborgen. Deze verdachte deed
nu vermoedelijk opzettelijk heel lummelig
en onbegrijpelijk en scheen er geen steek
van te begrijpen, dat die jekker gestolen
was.
De rechtbank was echter met zijn antece
denten wonderwel op de hoogte, daar had
de heer Wiggers wel voor gezorgd.
Weliswaar was hij nog nimmer veroor
deeld, doch overigens bewandelde hij ijve
rig de verkeerde paden, waarop volgens zijn
eigen opgaaf de vorige verdachte hem had
gebracht. Waar verdachte echter pertinent
bleef ontkennen, was van een positief ad
vies geen sprake, hoewel het rapport summa
summarum niet ongunstig was.
Voor den officier schoot er dus niets
anders over dan veroordeeling en wel tot 2
maanden gevangenisstraf te requireeren,
teneinde hem duidelijk te maken, dat wie
met pek omgaat, veel kans heeft er mee
besmet te worden.
Een deftige verdachte.
Tot slot van de morgenzitting stond nog
terecht de 34-jarige koopman Jan Gerrit N.,
destijds te Zijpe, Schagerbrug en Bergen en
thans gedetineerd te Amsterdam wegens
heling.
Deze zaak scheen verband te houden met
de beruchte pseudo rechercheurszaal. in Den
Haag. Den verdachte was thans ten laste ge
legd diefstal van een Chevrolet, waarin ge
borgen een scheepsmotor, welk feit was ge
pleegd m 1933 te Broek op Langerdijk en
ten nadeele van den aldaar gevestigden
scheepsbouwer P. de Wit. Bedoelde auto
met inhoud bevond zich in een garage te
Broek op Langendijk.
Deze verdachte, die het feit ontkende,
werd verdedigd door mr. Jacob Frënkel,
advocaat te Amsterdam.
Brigadier Dijk had na gewaarschuwd te
zyn, de zaak onderzocht en de auto In beslag
genomen bij zekeren heer Reijnders.
Verdachte had destijds de Chevrolet met
scheepsmotor tevergeefs te koop aange
boden aan den getuige Vinju. Er ontbrak
aan de auto een contact-sleuteltje en een
nationaliteitsbewljs. Verdachte zou de auto
op de beurs te Amsterdam hebben gekocht
van zeiceren mijnheer P. Franken, thans
vertoevende in Zuid-Amerika (een zeer ge
makkelijk te vinden adres!)
Het b eek voorts uit het verslag van bri
gadier Dijk. dat de gestolen wagen meer
malen van eigenaar was verwisseld.
De officier vermeende uit de gedurende
de behandeling naar voren gekomen gege
vens te kunnen distilleeren, dat verdachte
ten tyde van den diefstal in 1933 in het be
zit was van de ontvreemde voorwerpen de
Chevrolet en de scheepsmotor. Hij achtte
voorts het feit wettig en overtuigend be
wezen en requireerde tegen den gladden
vogel, nog nimmer veroordeeld, doch meer
malen verdacht, 10 maanden gevangenis
straf.
Mr. Frankel verkreeg daarop het woord
tot het houden van zijn pleidooi, dat eindig
de met het concludeeren van vrijspraak.
Knoeierij met rentezegels.
De heer G. J. E. te SI., die goedgevonden had
niet te verschijnen, moest in de middagzit
ting terecht staan ter zake geknoei met
rentezegels, die hij als echt en onvervalscht
had willen gebruiken. Maar hij werd ge
snapt, viel direct door de mand en werd
daarop op de gebruikelijke wijze door den
officier bij de kraag gepakt. Een inspecteur
van den Raad v. Arbeid, de heer W. Kroon,
had proces-verbaal opgemaakt toen hij de
fraude constateerde.
Een ambtenaar van den Raad van Arbeid
had op last van den inspecteur het geval
onderzocht en hij had een blokje van 4
rentezegels aan elkaar geplakt gevonden en
deze omstandigheid leidde tot de ontdek
king.
Genoemde E. was in dienst geweest bij
den smid H. Struik. Deze had verdachte bij
zyn vertrek de rentekaart medegegeven,
waarop nog niet geparafeerde zegels waren
geplakt. Voor een buitenstaander was deze
zaak vrij moeilijk te volgen.
De kwestie was eigenlijk, dat hij zelf de
ongeparafeerde rentezegels had gedateerd.
Hij had niet het opzet gehad den Raad van
Arbeid te benadeelen. Aldus luidde zijn ver
klaring voor den rechtercommissaris afge
legd.
Genoeg zij het gezegd, dat de officier, mr.
E. Hijmans, die het O. M. vertegenwoordig
de, motieven vond tegen verdachte 100
boete of 25 dagen hechtenis te requireeren
wegens valschheid in geschrifte.
DE KINDERMISHANDELING TE
MEGEN.
A.s. Maandag voor den politie
rechter.
In zijn zitting van Maandag a.s. zal de
politierechter te 's-Hertogenbosch de kin
dermishandeling te Megen in behandeling
nemen. Een onderwijzer te Megen heeft,
zooals men weet, ontdekt, dat kinderen van
zijn school, die in gezinsvoogdij bij mej. M.
W. waren opgenomen door haar mishandeld
werden. Bij nader onderzoek kwam aan het
licht, dat de kinderen herhaaldelijk gesla
gen werden, dat zij sporen van brandwon
den hadden en in het algemeen verwaar
loosd werden. Hun voedsel zou grootendeels
uit afval bestaan en zij moesten in een
schuur zonder dek op den grond slapen.
Herhaaldelijk zouden zij met een gloeiende
pook zijn geslagen.
De 31-jarige mej. M. W., zonder beroep,
te Megen is nu gedagvaard ter zake „dat zij
in de eerste helft van December 1935 te
Megen opzettelijk herhaaldelijk Anna Hol
laar en Everdina F. Hollaar gewelddadig
met een stok en eèn ander hard voorwerp
en met de hand heeft geslagen en eenmaal
Everdina Hollaar met haar handjes tegen
een brandende kachel heeft aangedrukt, al
le welke handelingen die kinderen veel pijn
deden".
Als getuigen zullen de beide meisjes en
de rijksveldwachter te Megen worden ge
hoord.
ALKMAARSCH VEEFONDS.
In café Central werd gistermiddag een al-
gemeene vergadering gehouden van het
Alkmaarsch Veefonds.
De voorzitter, de heer D. G o v e r s, noem
de de geringe opkomst, waar de ver. 250
leden telt, teleurstellend, omdat men nog al
eens buiten de vergadering over de ver-
eeniging spreekt.
De toestand in de veehouderij is nog be
droevend, tengevolge van de slechte eco
nomische toestanden buiten onze grenzen.
Spr. hoopte op betere dagen. In de ver-
eeniging is de somberheid achterwege ge
bleven, hetgeen uit het, jaarverslag kan
blijken.
Met den wensch, dat de besprekingen op
aangename wijze gevoerd zouden worden
en de beste wenschen voor de aanwezigen
en hun gezin, verklaarde spr. de vergade
ring voor geopend.
Van de organisatie voor Veearbitrage te
Schagen, was een schrijven ingekomen,
waarin verzocht wordt mede te werken
aan het doel om geschillen buiten processen
op te lossen. Opgewekt wordt 8 Februari
hiervoor te Alkmaar een vergadering bij te
wonen, waarin de heer Joh. de Veer het
woord zal voeren.
De voorzitter wees er op, dat de heer
H. Noom de vader van de gedachte is en
ook hij zou het op prijs stellen, wanneer de
leden de vergadering bijwoonden.
Spr. zal ter vergadering de vereeniging
vertegenwoordigen.
De heer Mink bracht hierop financieel
verslag uit.
Tot décharge van den penningmeester
werd op zijn advies besloten.
Het jaai verslag.
In het jaarverslag, uitgebracht door den
secretaris, den heer J. Swaag, werd herin
nerd aan het in 1034 geleden verlies van
1400. Ondanks dit verlies werd besloten
de premie op 2 te handhaven. Dit bleek
mogelijk, omdat men nog over een kassaldo
van 5000 beschikte.
Tot zjjn groote voldoening constateerde de
secretaris, dat 1935 ondanks de premie van
2 een flinke financieele vooruitgang van
1854,60 bracht. Dit resultaat gaf het be
stuur den moed om voor 1936 de premie op
1.50 te stellen.
Voor de leden en voor de anderen naar
evenredigheid.
Het aantal leden steeg met 12 5 5 en een
half lid f 2.50.
Van 1 Jan. tot einde December werd aan
premie geheven van 4200 koeien 8467,25.
Aan verkoop van gesteriliseerd vleesch,
vet enz. werd f 564,96 ontvangen, aan
rente f 182,80, dat saldo van 1934 bedroeg
5077,33.
De uitgaven voor 14 geheel afgekeurde
koeien 1878,52, voor gedeeltelijke afkeu
ringen 2257,30, voor levers 2893, terwijl
aan keurloon 771,25 werd uitgegeven.
De ontvangsten bedroegen 14624,84, de
uitgaven 8692,91, alzoo een saldo van
5931,93.
Het verslag eindigt met het uitspreken
van de beste wenschen voor 1936.
Aan de orde was hierop het vooistel om
de premie voor de leden op 1.50, niet-
leden 3, voor Amsterdammers 4 en voor
hokkelingen 1.
De heer H e k k e t stelde voor om de pre
mie op 2 te laten en de reserve te ver
sterken, of het saldo onder de leden te
verdeelen.
De voorzitter achtte dit voorstel on-
gewenscht. Een hoogere reserve is niet
noodig en premieverlaging zal het ledental
verhoogen.
Mocht in de loop van het jaar blijken,
dat 1.50 te weinig is, dan zal het bestuur
tusschentijds verhooging invoeren.
Z. h. s. werd hierop het voorstel van het
bestuur aangenomen.
De aftredende bestuursleden N. Scher-
merhorn en J. Swaag werden met alge-
meene stemmen herkozen, waarmede de
voorzitter de vereeniging geluk wenschte.
De heer M o r s c h vroeg bij de rond
vraag, of het niet wenschelijk is, de uit-
keerjng voor de levers te verlagen, omdat
dit een hoog bedrag vraagt.
De heer d e W i t bestreed dit voorstel, er
op wijzende, dat bij een uitbetaling van
2.50 de slager toch al 2 te kort voor een
lever ontvangt. Spr. vreesde voorts, dat bij
aanneming de slagers liever vee zouden
koopen, dat in andere fondsen is ver
zekerd.
De heer J. de Groot onderschreef dit
betoog en merkte op, dat een lever in door
snee een waarde van 6 heeft.
Verhooging van het bedrag zou dus ge-
rechtvaardigder zijn. Laat men deze zaak
toch vriendschappelijk laten.
De heer M o r s c h wees er op, dat de
uitbetaling van 2.50 voor een lever dateert
uit den tijd, toen de koeien nog 300 golden.
De heer Groot oordeelde, dat dit er
niets mede te maken had. Men moet in het
oog houden wat een lever waard is en er
zijn fondsen, die er 3.50 voor betalen.
De voorzitter herinnerde er aan, dat
Purmerend en Schagen 2.25 voor de levers
betalen. Het fonds heeft voor levers 2894
uitbetaald, doch daarbij komt nog een
bedrag van een gedeeltelijke uitkeering.
De heer d e W i t zei nog met nadruk, dat
de vergoeding voor de levers voor de
slagers schade beteekent. Spr. bleef voorts
van oordeel, dat het marktwezen bevordert
wordt door de uitbetaling onveranderd te
laten.
De voorzitter kon met het idee ac-
coord gaan om in de zomermaanden de uit
keering voor de levers met 0.50 te ver
lagen.
De heer de Wit: En in den winter met
1 verhoogen.
De voorzitter: Neen, neen.
De heer de Wit: Dan wordt het niet
billijk.
De voorzitter: Aangezien het niet op
de agenda staat, is het beter, dat het be
stuur de zaak onder de oogen ziet.
Het bestuur zal met het voor en tegen
rekening houden.
De heer Smit wilde de uitkeering on
veranderd laten.
De heer Swaag merkte nog op, dat een
besluit in deze door de algemeene ver
gadering genomen moet worden.
Hierop sloot de voorzitter de vergadering.
KENNEMERLAND.
De markt stond in het teeken van een
niet te grooten aanvoer (eerder is het tegen
deel waar) en redelijke prijzen en voor die
producten, welke een tekort opleverden,
ar.n den hoogen kant.
Andijvie werd in behoorlijk gesorteerde
kwaliteit aangevoerd en gold niet hoog, n.1.
13 per 100 stuks. Bloemendalerkool
was gewied, doch de kwaliteit was slechts
matig, de prijzen 2f 6.50 per 100 stuks.
Groene kool, voor 8/10 een product van
eigen bodem, was gewild. De kwaliteit liep
sterk uiteen, welke tot uiting komt in de
prijzen van 15 per 100 stuks. Bloem
kool werd in kleiner kwantums aangevoerd
en de kwaliteit viel ons tegen. De prijzen
waren gezien de kwaliteit niet laag,
n.1. 510 per 100 stuks. Boerekool was
duur en le soort peperduur, de noteering
5.5011.50 per 100 stuks. Een product,
dat bijzonder in trek was, is knolselderie,
welke 2.506 per 100 opbracht. Duur is
ook peterselie, welke 4.506.50 per 100
bos opbracht. Spruiten waren, voor zoover
goed gesorteerd, duur. De noteering was
619 per 100 K.G. Bospeen werd vlug
afgenomen en bracht 813 per 100 bos
op. Witlof, zoowel het Brusselsche als Hol-
landsche lof, ging niet vlug van de hand.
De noteering was laag en wel voor le soort
9—15 en voor 2e soort 4—7 per
100 K.G. Appelen en peren muntten niet
uit in kwaliteit. De noteering was voor ap
pelen 516 en voor peren 6f 14.50
per 100 K.G. De overige aanvoer onveran
derde prijzen.
Albert van Dalsum over de taak
van het tooneel.
Voor de leden en introducé's van „De
Vrije Gemeente" heeft Alberd van Dalsum
gisteravond te Amsterdam een lezing ge
houden over de cultureele beteekenis van
het tooneel, van religieus-humanistisch
standpunt beschouwd.
Toen hem de uitnoodiging tot het hou
den van deze lezing bereikte aldus
spreker verkeerde zoowel hijzelf als
het tooneel in een critieke situatie. Daar
om was hij dankbaar voor deze uitnoodi
ging, die hem in staat stelde zijn standpunt
uiteen te zetten en zijn vrienden te leeren
kennen.
Ten aanzien van den titel, waaronder
hij deze lezing houdt, is spr. pessimistisch.
We leven helaas niet in een periode van
cultureele hoogconjunctuur. Spr. is een le
vend mensch en kan zyn oogen niet sluiten
voor de werkelijkheid. Als men in de krant
leest, dat Italiaansche bommen het Roode
Kruis in Abessinië vernielen en dat eenige
kilometers over onze grens duizenden naar
concentratiekampen worden gezonden en
tientallen worden gefolterd, en men heeft
niet de moed om daartegen iets te doen of
te getuigen, hoe kan men dan van het
tooneel ruggegraat verlangen?
Het tooneel, dat' het leven moet verbeel
den en slechts waarheid kan zijn, durft
deze vreeselijke werkelijkheid niet meer
te benaderen en vlucht uit de werkelijk
heid naar de oppervlakkige verstrooiing.
Tot de weinige stukken van onzen tijd,
die nog den geest van waarachtigheid
ademen, rekent spr. het prachtige neger-
spel „Green Pastures" een naïef spel van
werkelijke vroomheid.
In Nederland heeft o.a. de burgemeester
van Utrecht het verboden. Men verwijt het
moderne tooneel defaitisme.
Maar wat wenscht men? Een opge
schroefde verheerlijking van een bekrom
pen nationalisme, dat juicht als er een
voetbaloverwinning wordt behaald, ter
wijl groote problemen als de werkloosheid
onopgelost blijven en internationale kwes
ties als het oorlogsgevaar bedreigen de
waarheid. Als staaltje van nationalistische
waanzin leest spr. een verheerlijking van
den oorlog voor van den Italiaanschen fu
turist arinetti.
De humanitair-religieuse beginselen
worden door hun vijanden gehoond omdat
zjj nalaten hun bespiegelingen in een daad
om te zetten. Zoodra dit gebeurt, zal het
in den te voeren strijd het tooneel ont
moeten als bondgenoot.
Spr. komt dan tot zijn persoonlijke er
varing bij de opvoering van „De Beul". De
burgerlijke pers heeft het oordeel van het
publiek vertroebeld door de ooren te slui
ten voor het menschelijke in den schreeuw,
die. er uit op klonk en alleen hun aesthe-
tisch inzicht lieten spreken. Maar een
menschheid in nood schreeuwt nu eenmaal
niet mooi.
Spr. geeft een overzicht van den inhoud
van „De Beul" en leest eenige fragmenten
voor. Lagerqvist heeft willen zeggen, dat
we den talisman van het geweld, waarvan
in het eerste, middeleeuwsche gedeelte
sprake is, nog steeds niet kwijt zijn. Men
aanbidt het geweld, dat bewust wil afre
kenen met het humanisme. Spr. toont aan
dat de verschillende passages, die op het
eerste gezicht overdreven lijken, in over
eenstemming zijn met de werkelijkheid
van onze dagen in sommige landen. Hij
licht toe, waarom en hoe hij het slotwoord
van den beul gewijzigd heeft.
In dit slot ontdekt de beul dat het idool
in wiens naam hij en de menschheid dach
ten te handelen, slechts een steenen beeld
is en geheel anders dan God zelf, die den
mensch groot genoeg en met voldoenden
vrijen wil geschapen heeft om zelf ver
antwoordelijk te zijn voor zijn daden.
Gedachtenwisseling.
Bij de gedachtenwisseling ging de heer
Van Dalsum naar aanleiding van de ge-
si elde vragen nog dieper op enkele prin-
cipiëele punten in. Eerst wanneer de hu
manistische wereld boven haar bespiege
lingen uit zal komen, tot eensgezinde
daden, zullen auteurs en spelers de inspi
ratie vinden, welke het tooneel behoeft om
een cultureele factor van beteekenis le
worden. Het vlammend protest, voorwaar
de voor het schouder aan schouder gaan
als tegenwicht tegen de reeds zoo machtige
slroonr'ngen van het geweld is echter nog
niet gehoord.
Spr z'.et de mogelijkheid, dat het „oo-
neel een beroep zal doen op het diepste
besef van menschelijkheid, dat ongeacht
alle verscheidenheid moet bestaan; (nopen
er auteurs komen, die dit als hun taak er
kennen. Maar, vervolgde spr., ik eisch dan
ook, dat het publiek door opkomst mede
werkt.
Op een vraag betreffende het tooneel in
Rusland, antwoordde spr., dat de bloei
onmiskenbaar is; terwijl daar de kunst
echter gedragen wordt door een algemee
ne ideologie, is het brengen van massa
kunst, wat het tooneel toch wil, in het in
dividualistische Holland moeilijker.
Als vaste bespeler van den Stadsschouw
burg verklaarde de heer Van Dalsum ten
slotte slechts voor zoover in deze richting
te kunnen gaan als mogelijk zal blijken
zonder te grooten tegenstand op te wekken.
De voorganger van „De Vrije Gemeen
te", dr. P. van der Veer, dankte den inlei
der en deelde mede, dat de vereeniging
jneer dergelijke bijeenkomsten zal beleg
gen, waar een actueel onderwerp van reli
gieus standpunt zal worden belicht.
TERAARDEBESTELLING
JHR. MR. DR. E. TJARDA VAN STARKEN-
BORGH STACHOUWER-
Het stoffelijk overschot van wijlen Jhr.
mr. dr. E. Tjarda v. Starkenborgh Stachou-
wer, oud-commissaris der koningin in de
provincie Groningen, is gistermiddag onder
groote belangstelling op het Noorder Kerk
hof te Groningen ter aarde besteld.
Op verzoek van den overledene droeg
deze plechtigheid een eenvoudig karakter.
Aan het graf werd niet gesproken, terwijl
slechts enkele bloemstukken, o.m. van H.M.
de koningin, de baar dekten.
Onder hen bevonden zich o.m. de com
missaris der koningin in de provincie Gro
ningen, mr. dr. J. P. Fockema Andreae, de
burgemeester van Groningen mr. P. W. H.
H. Cort van der Linden; de oud-burge
meester van Groningen, de heer Bloemers,
thans burgemeester van Arnhem; gedepu
teerden en leden der Staten van Gronin
gen, president, vice-president en rechters
bij de rechtbank te Groningen, professoren
en curatoren bij de Groningsche universi
teit, hoofden van provinciale bedrijven,
takken van dienst van het gewest Gronin
gen, militaire autoriteiten, een veertigtal
burgemeesters e.a.
De oude huisknecht van den overledene,
de heer J. van Net, legde een palmtak op
de kist, alvorens deze in het familiegraf
werd neergelaten.
De Nederlandsche gezant te Brussel, jhr.
A. W. L. Tjarda van Starkenborgh Stachou-
wer dankte met enkele treffende woorden
voor de belangstelling den vertegenwoordi
ger van H.M. de koningin, den kamerheer
in buitengewonen dienst, jhr. mr. D. R. de
Marees van Swinderen, in het bijzonder
verzocht hij den dank van de familie aan
H.M. over te brengen.
NED. SPOORWEGEN IN DECEMBER.
Geschatte ontvangsten.
Geschatte ontvangsten der Nederland
sche Spoorwegen over December 1935:
Reizigers 4.021.600
(geschat Dec. '34 4.157.000)
Bagage 46.700
Post 250.000
Goederen 2.947.800
(geschat Dec. '34 3.327.900)
Levende dieren 18.850
Diversen 114.750
Totaal 7.399.700
(geschat Dec. '34 7.992.300).
De geschatte ontvangsten bedroegen, ge
lijk uit het staatje blijkt, over December
1935 592.600 minder dan die over Dec.
1934.
Hiervan komt een bedrag van 135.400
ten laste van het reizigersvervoer en een
bedrag van 380.100 voor rekening van het
goederenvervoer. De rest van het verschil
is in hoofdzaak te wijten aan de mindere
inkomsten uit het veevervoer, dat thans ge
schat is op ruim f 18.000, terwijl het in
December 1934 nog ruim 94.000 opbraent.
De reizigersontvangsten gaan voort min
der ongunstig te zijn (in Dec. '34 was het
nadeelig verschil nog ruim drie ton).
Alle ontvangsten hebben nog steeds te
lijden onder de ongunstige conjunctuur en
de concurrentie, terwijl de coördinatiemaat
regelen nog uitblijven en de spoorwegen de
inkomsten uit het steenkolen vervoer (Julia-
nakanaal) blijven derven.
Over het geheele jaar 1935 bedroegen
de ontvangsten (waarin drie geschatte
md.) 100.1993.210 tegen 112.381.595.60
definitief in 1934. Rekenén we voor de ge
schatte maanden één millioen meer, dan is
het nadeelig verschil over 1935 ruim 11
millioen.
89. De dirigent tikte, en de muziek zette in. De man
met den waldhoorn kreeg nu een solo te spelen en met
een ernstig gezicht nam hij zijn instrument op. Aandach
tig naar de muziek kijkend, zette hij het mondstuk aan
zijn lippen.
90. Daarop haalde hij diep adem en blies uit volle
machtPieterse werd besproeid met een roode kle
verige vloeistof. Er ontstond een paniek onder de or
kestleden, terwijl het publiek stond te schateren van het
lachen.