f* .7/ m 9mr. Rede van min. Oud: „Vragen van dezen tijd". wnsr Een belangrijk deel van de rede gewijd aan hel onderwijs. De wereld-jamboree 1937. brutale diefstal. JiCmuieuius f i mr mm Mr J l .v Gisteravond heeft de minister van financiën, mr. P. J. oud, voor de afdee- ling Apeldoorn van den Vrijz. Dem. Bond een rede gehouden over het on derwerp: „Vragen van dezen tijd". het belangrijkste deel van de rede van den minister was gewijd aan het onderwijs. „Wij zullen het er wel allen over eens zijn, aldus mr. Oud, dat, gezien het belang rijke bedrag, dat de onderwijsuitgaven op ons budget vertegenwoordigen, een aan merkelijk bezuiniging op die uitgaven on vermijdelijk is. Het probleem, waarvoor men hier staat, is die bezuiniging op een zoodanige wijze te doen geschieden, dat openbaar en bijzonder onderwijs op ge lijken voet worden behandeld. Dit probleem is niet eenvoudig, omdat de bevoegdheid der overheid tegenover het bij zonder-on derwijs een andere is en een andere moet zijn dan tegenover het openbaar onderwijs. Minister Oud Wij, vrijzinnig-democraten, staan tegen over het openbaar onderwijs in beginsel anders dan de partijen der rechterzijde. Ons ideaal is: de openbare school als algemeene volksschool. Dit beteekent niet, dat wij geen oog zouden hebben voor de beteekenis, die de bijzondere school voor breede groepen van ons volk heeft. Ook ontbreekt het ons allerminst aan respect voor de groote opof feringen, die de voorstanders van het bij zonder onderwijs zich in de jaren, toen die school uit de overheidskas of in het geheel niet of slechts zeer ten deele werd bekos tigd, hebben getroost. Die opofferingen zijn ook voor ons het bewijs, dat het voor die voorstanders van het bijzonder onderwijs ging om een groot beginsel, dat eerbied af dwingt ook van hen, die dit beginsél niet deelen. Liever zouden wij echter zien, dat het anders was en dat kinderen van allerlei gezindten zouden gaan naar dezelfde open bare school. Wat wij echter verwerpen, is, dat dit zou mogen geschieden door dwang. Wij wen- schen de vrijheid der voorstanders van het bijzondere onderwijs volkomen te erkennen. Dit alles moet men voorop stellen, wil men de politiek door de regeering ten op zichte van het onderwijs gevoerd naar bil lijkheid kun en beoordeelen. Het was met het oog op den financieelen toestand noodig tot verlaging der onderwijsuitgaven te ge raken, o.m. door vermindering van het aan tal scholen. Concentratie van scholen, mede gemakkelijker geworden door de verbete ring der verkeersmiddelen, was derhalve onvermijdelijk. Voor de openbare scholen is die concentratie een zaak, die de overheid geheel in de hand heeft. Dit is mogelijk, omdat richtingverschil daarbij -nooit een rol kan spelen. Men kan natuurlijk over de vraag, of een concentratie van bepaalde openbare scholen doelmatig is van gevoelen verschillen. Ik sluit de mogelijkheid niet uit, dat in de laatste jaren nu en dan scho len zijn geconcentreerd, daar waar die con centratie beter achterwege ware gebleven. Bij de laatste debatten in de Tweede Kamer heeft de tegenwoordige minister van onder wijs, als zijn meening uitgesproken, dat er in de cijfers van het aantal opgeheven open bare scholen in de laatste jaren inderdaad sprongen zijn, die hadden kunnen worden vermeden. Wat hiervan echter ook zij, een ding staat vast, als twee openbare scholen gecon centreerd worden, vereenigt men scholen van dezelfde richting. Bij de bijzondere scholen is dit anders. Daar komt, als het gaat over de mogelijk heid van concentratie, aanstonds de vraag op, of de richting der scholen wel dezelfde is. Daarom mag de overheid de concentra tie nooit bevelen. Natuurlijk zal het bij de bijzondere scholen evenzeer als bij de open bare scholen voorkomen, dat plaatselijke besturen om locale of andere overwegingen een concentratie niet willen, zonder dat van richtingsverschil sprake is. Zou men echter met het oog op dergelijke gevallen aan de overheid de bevoegdheid willen geven om de concentratie te bevelen, dan legt men de vraag of er richtingsverschil is of niet ter beslissing aan de overheid voor. En dit kan niet, omdat dan aan de overheid de taak wordt opgedragen om haar oordeel uit te spreken over beginselen, volgens welke haar burgers meenen te moeten leven. Daarmede zou zijn aanvaard, wat men tegenwoordig gelijkschakeling noemt. Al dus zou de bijl worden gelegd aan den wortel van het beginsel der vrijheid van onderwijs. Ër moet dus worden gezocht naar een an dere methode. Het beginsel der grondwet is niet, dat iedere groep van ouders, hoe klein ook, recht zou hebben op een eigen school. Met het oog daarop vervult de openbare school nog een tweede functie. Zij is niet alleen de school voor de principieele voor standers van het openbaar onderwijs, zij is tevens vluchtheuvel voor hen, die liever bijzonder onderwijs voor hun kinderen zou den verlangen, doch die, omdat zq dit on derwijs van de door hen gewenschte rich ting niet kunnen verkrijgen, er de voor keur aan geven hun kinderen te zenden naar de openbare school in plaats van naar een bijzondere school, welker richting de hunne niet is. Het is om daartoe steeds de mogelijkheid te openen, dat de grondwet voorschrijft, dat overal in den lande de ge legenheid moet bestaan om openbaar on derwijs te ontvangen. Het is mede uit deze overweging, dat het aantal kinderen ver- eischt voor de oprichting of instandhouding eener openbare school lager is dan voor de oprichting of instandhouding eener bijzon dere school. Beperking van het aantal bijzondere scho len, door de bezuinigingsnoodzakelijkheid geboden, kon dus niet verkregen worden door rechtstreeksch ingrijpen der overheid. Wel kon deze maatregelen treffen tot ver scherping der objectieve voorwaarden voor de oprichting of instandhouding van bijzon dere scholen. Voor nieuw op te richten scholen is die verscherping spoedig na het optreden van het kabinet-Colijn van 1933 tot stand gebracht. Bij de wet van 4 Augus tus 1933 werden de aantallen leerlingen voor het oprichten van nieuwe scholen ver- eischt, met de helft verhoogd. Op bestaande scholen had de wet geen betrekking. Aangezien de regeering het noodig achtte, dat, evenzeer als bq het openbaar onderwijs, concentratie van be staande scholen had plaats gehad, zulks ook bij het bijzonder onderwijs zou geschieden, stelde zij bij het bezuinigingsontwerp voor ook voor bestaande scholen de minima met de helft te verhoogen, een voorstel, dat later werd verzacht tot een verhooging met een vierde. Daarnaast werd een regeling getroffen, om de concentratie van scholen te bevorderen door aan do bijzondere scho len de zekerheid te geven, dat ingeval van opheffing van scholen om tot concentratie te geraken, de waarborgsom niet verloren zou gaan. Tegen het voorstel om de minima voor be staande scholen te verhoogen is nu in de kamer bq alle groepen der rechterzijde ernstig verzet gerezen. Voor de regeering was dit een teleurstelling. Zq achtte toch bevordering der concentratie van bijzon dere scholen noodig, zoowel uit een oog punt van bezuiniging op de onderwijsuit gaven als in verband met hetgeen ten aan zien van het openbaar onderwijs was ge schied. Bijzonder moeilijk was hier de positie der ministers, behoorende tot de partijen der linkerzijde. Voor hen was een afwijzing van paragraaf 12 van het ontwerp, waarin de bestreden voorschriften waren neergelegd, niet te aanvaarden. Mochten zij het er nu op laten aankomen, dat deze par. zou v/or- den verworpen, om vervolgens uit het kabinet te treden en het daarmede aan het kabinet onmogelijk te maken om zijn taak voort te zetten, m.a.w. aldus een kabinets crisis in te leiden. De gebeurtenissen van den afgeloopen zomer hadden geleerd, dat een kabinetscrisis tot zeer ernstige gevol gen kan leiden. Zq had tengevolge een vlucht uit den gulden, onmiddellijk ge paard gaande met een wegvloeiïng van het goud. Fel hadden bq de verkiezingen van dat jaar voor- en tegenstanders der bijzon dere school tegenover elkander gestaan. Het scheen een hopeloos ondernemen hier verzoening te bewerkstelligen. Toch heeft Cort van der Linden het beproefd. Hij be vorderde de instelling eener staatscommis sie van veelzijdige samenstelling. Het resul taat was boven verwachting. Men werd het in de commissie bijna unaniem eens en de pacificatie van 1917 kwam tot stand. De regeering hoopt vurig, dat thans een even gunstig resultaat zal worden verkre gen. Aan niets heeft ons volk in de moei lijke tijden, die wq thans doormaken, min der behoefte dan aan een heropening van den schoolstrijd. Men heeft zich hier en daar afgevraagd, welke de termijn zal moe ten zijn, binnen welken deze commissie haar taak zal moeten verrichten. Uit de mededeeling der regeering, dat zq een on derzoek wenscht op korten termijn, blijkt reeds, dat deze staatscommissie niet bedoeld is als een kapstok, om de zaak aan op te hangen, in ieder geval tot aan het einde der tegenwoordige parlementaire periode. Dit zou trouwens ook niet kunnen om een an dere reden. Ik herhaal, dat dat ik het in de hoogste mate zou betreuren, indien die overeen stemming niet zou worden gevonden. De beslissing, die hier zal vallen, zal toch naar mijn vaste overtuiging voor de toekomst onze staatkundige verhoudingen van de grootste beteekenis zijn. Wil het parlemen taire stelsel in Nederland behouden blijven, dan zal stellig nog gedurende vele jaren samenwerking van verschillende staatkun dige groepen noodzakelijk zijn. Als het ondanks alles op dit punt tot een breuk mocht komen, mag niet op ons de verantwoordelijkheid rusten, dat wij niet alles hebben gedaan, wat redelijkerwijze van ons verlangd mocht worden, om die breuk te vermijden. Ik mag er tenslotte op wijzen, dat de ver klaring van 20 December, waarin de regee ring haar standpunt te dezer zake heeft uiteengezet, er tevens van heeft doen blij ken, hoezeer de regeering ervan doordron gen is, dat er te dezer zake verband bestaat tusschen hetgeen gebeurt met betrekking tot de openbare en de bijzondere school. Daarom wenscht zij voorloopig af te zien van een door de regeering zelf aan de ge meentebesturen opgedrongen concentratie terwijl zij vertrouwt, dat Ged. Staten een zelfde gedragslijn zullen willen volgen. Ik hoop en vertrouw, dat onze partij, is haar teleurstelling over den gang van zaken mq volkomen verklaarbaar, tot de erkenning zal kunnen komen, dat de weg, die hier met medewerking van de vrij zin nig-democratische ministers is gekozen, al in de gegeven omstandigheden de beste was. Politiek is de kunst van het mogelijke. Dit mogelijke bestaat maar al te dikwijls in de keuze tusschen verschillende wegen, die opzichzelf geen van alle een bijzondere aan trekkelijkheid hebben. President Wilson heeft het in de oorlogsjaren eens zoo uitge sproken: „Wanneer het niet kan langs den besten weg, doe het dan langs den weg, die op een na de beste is en wanneer het ook langs dien weg niet kan, dan langs den weg die voert naar dien op één na den besten weg". Wij hebben gemeend dit advies vol gens de best mogelijke keuze te hebben ge daan. Moge de toekomst leeren, dat wij juist hebben gezien". Van I10 Augustus, vermoedelijk ie Bloemendaal. Baden-Powell Onder leiding van den heer C. R. T. Ba ron Krayenhoff had gistermiddag de Jam boree-Commissie een persconferentie be legd, ten einde eenige mededeelingen te verstrekken over de a.s. Wereld-Jamboree 1937 en daarmede te voldoen aan de her haalde verzoeken en van tal van zijden, om nu toch eens eindelijk iets over deze kwes tie en de bestaande plannen bekend te ma ken. Dat zplks niet eerder is geschied, al dus baron Krayenhoff, is heusch niet aan laksheid te wijten. Zoowel de hoofd ver kenner, Staatsraad J. J. Rambonnet, als de Jamboree-commissie, hebben alles gedaan wat zq konden, om de zaak te bespoedigen, doch er waren zoo verbazend veel moei lijkheden te behandelen en te overbruggen, dat zelfs thans nog lang niet alles defini tief geregeld is kunnen worden. In dit verband gaf spr. een overzicht van den gang van zaken, waaraan 't volgende wordt ontleend. Kort nadat er sprake was dat de kans bestond, dat de Wereld-Jamboree 1937 in Nederland zou worden gehouden, werd de terreinkeuze onder de oogen gezien, waar- bq gedacht werd aan bet Gooi-reservaat en even later ook aan het landgoed Vogelen zang. Na een serieuse beschouwing van beide terreinen kwam men tot de overtuiging dat het terrein Vogelenzang een groot suc ces zou kunnen worden, terwijl het Gooi niet zou kunnen worden wat Arrewepark (Engeland '29 en Gödölö (Hongarije 1933) geweest zijn. Men besloot daarom alles in het werk te stellen om de moeilijkheden die zich bij de keuze van Vogelenzang zou den voordoen, uit den weg te ruimen. Eerst als deze moeilijkheden bleken onoverko melijk te zijn, zou van Vogelenzang moe ten worden afgezien. Ten overvloede is op verzoek van den hoofdverkenner een alleszins deskundige van het internationaal bureau naar Ne derland gekomen om beide terreinen even eens te beoordeelen. Deze deskundige die vroegere Jamborees regelde, heeft groote ter reinkennis en weet welke specifieke eische voor een Wereld-Jamboree aan het terrein moeten worden gesteld, heeft in zijn rap port aan Vogelenzang de voorkeur gegeven en wel in die mate, dat door hem#Vogelen- zang met 85 en het Gooi met 55 werd ge waardeerd. De Commissie Wereld-Jamboree 1937 is als volgt samengesteld: Een centrale leiding. Voorzitter: Staatsraad J. J. Rambonnet, hoofdverkenner der Nederlandsche pad vinders. Secretariaat: Kolonel K. N. I. L. b. d. L. J. M. Koremans en G. C. Ruys, oud-direc teur Ruys' Handelsvereen. Penningmeester: Kolonel b. d. J. A. van der Kamp en voorts uit hoofden van ver schillende afdeelingen, die commissarissen worden genoemd. De kampleiding zal berusten bij kolonel A Diement. De bouw en inrichting van het kamp worden opgedragen aan architect A H. van Leeuwen, Den Haag. Wat het voorkeurterrein betreft, dat is geheel gelegen in de gemeente Eloemen- daal en wordt gevormd door het landhuis Vogelenzang en omgeving met als oostgrens de weg van Aerdenhout naar Noordwijker hout en als westgrens de duinen. Men heeft hier de beschikking over ongeveer 180 H.A., terwijl onder de gemeente Bennebroek aan den hoofdweg nog 'n groote parkeerterrein zal worden aangelegd. De hoofdingang is gedacht tegenover het station Vogelenzang. Voorts is het demonstratieterrein geprojec teerd aan den Vogelenzangscheweg, terwijl aan de grens van het terrein bij de duinen ruimte is gelaten voor publieke kampvuren. Een groot voordeel van dit terrein is nog, dat het een rechtstreekschen weg i aar zee heeft van slechts 4 K.M. lengte, terwql het bovendien m de nabijheid ligt van de groote plaatsen. Verwacht wordt, dat er on geveer 30.000 deelnemers zullen komen. Van de Nederlandsche regeering heeft de commissie alle mogelijke medewerking toe gezegd gekregen en ook de Ned. Spoor wegen staan met sympathie achter de orga nisatie. Verheugend achtte spreker het voorts, dat ook de Chief Scout. Lord Baden Powell of Gilwel 1 't kamp zal bezoeken. Waar de organisatiekoste hoog zijn, en ongeveer worden geraamd op 7 ton, was financieele medewerking van buitenaf onontbeerlijk. Tot dusver is reeds een be drag van 75000 toegezegd. Daarbij komen nog de deelnemerskosten a 15 per persoon, de entree's van bezoekers (geraamd op 150 000 a 0.60) en voorts vermoedelijk 3 loterijen van elk f 60.000. Ook bestaat er kans, dat jamboree-postzegels mogen wor den uitgegeven. Er is echter nog meer noodig en daarom kan ieder, die aan het welslagen der jamboree wil medewerken, een bijdrage storten op giro 271885 ten name van de wereldjamboree 1937, kantoor Den Haag. De Nederlandsche padvinders zullen op 29 Juli in het kamp arriveeren, de buiten- landsche op 30 en 31 Juli. De eigenlijke jamboree duurt van 1 tot 10 Augustus, waarna gedurende 4 dagen van uit het kamp excursies zullen worden ondernomen. Ten slotte gaf de hoofdverkenner nog een kort overzicht van de tot dusver ge houden jamborees, die alle goed geslaagd zijn, hetgeen hij natuurlijk ook hoopt, dat zal gebeuren met de komende jamboree in Nederland. INVAL BIJ „ZWART FRONT". Bij afdeelingsleider. Gisteren heeft de marechaussee uit Ber gen op Zoom een .inval gedaan in de wo ning van den afdeelingsleider van „Zwart Front" te Lepelstraat (gem. Halsteren) van der K., waarschijnlijk in verband met de inbeslagneming van de pers en de admi nistratie dezer beweging in het hoofdkwar tier te Oisterwijk. Eenige partij blaadjes en pamfletten, alsmede een browning werden in beslag genomen. De voornaamste admi nistratie en het ledenregister, waar het voornamelijk om te doen was, bleken ech ter onvindbaar. De leider scheen op een po litioneel bezoek verdacht te zijn geweest en kans gezien te hebben de bescheiden naar een veiliger plaats over te brengen. DIEVEGGE GEARRESTEERD. Door de Haagsche politie. De juwelier J. in de Korte Poten in Den Haag heeft gisteravond aangifte gedaan bq de politie, van diefstal van twee briljanten oorknoppen. Reeds gister is de politie er in geslaagd, de verdachte te arresteeren, toen zq de sieraden in een pandhuis in Den Haag wilde verpanden. De verdachte bleek te zijn mej. A. E. K., wonende te Voorburg. Het bleek, dat de vrouw zich ook nog aan andere winkeldiefstallen heeft schuldig ge maakt. Zq trachtte het vertrouwen van de winkeliers te winnen door een bestelling te doen, waarbij zij zich bediende van de namen Roest en Van den Burg en daarbij gefingeerde adressen opgaf. Als de vrouw kans zag, sloeg zij bq het bezichtigen van de sieraden haar slag. Later bleek den winW lier dan, dat het opgegeven adres niet hT stond. De zending kwam dan weer retom! waarna dan tevens bleek, dat verschillens «ipraden ontbraken. Winkelier voor 310 bestol#^ Te Waalwijk hebben twee rondtrekkend. koopvrouwen kans gezien om van den b» jaarden winkelier F. R. 31 biljetten van jn te stelen. De vrouwen kochten voor aan huishoudelijke artikelen en verzochten briefjes te mogen terug ontvangen, waaron een vrouw in Zeeuwsche kleederdracht voorkomt. De gemoedelijke winkelier noo- digde de vrouwen uit om in de kamer zelf maar mee te zoeken. Toen de vrouwen wa. ren verdwenen, bleek dat 31 biljetten van 10 waren verdwenen. DE TE DUSSELDORP VERDWENEN NEDERLANDER. Omtrent den koopman M. uit Eefde die sedert Zondagavond vermist werd, is gisteravond bericht ontvangen dat deze te Dusseldorp is gearresteerd. Dit geschied krachtens de Duitsche Joden- wet. Als niet-Ariër werd hq beschuldigd omgang gehad te hebben met een Arisch meisje. KLEINE SCHEEPSBRAND. Gistermiddag te ongeveer vier uur js brand uitgebroken in het Grieksche vracht schip „Thaigetos", dat in reparatie in dok III van de Amsterdamsche Droogdok Maat- schappij aan de overzijde van het IJ irai gelegen. Bq het lasschen is in de voorpiek nabij het kabelgat brand ontstaan in een partij touwwerk. De „Jason" en een motor wagen van den post Plaatijzerweg zqn uit- gerukt en wisten het vuur spoedig te blui- schen. De schade is niet aanzienlijk. SANEERING KALKZANDSTEEN. INDUSTRIE. Fabrikanten vragen 48-urige werkweek en afschaffing overwerk. Gisteren vergaderde te Amsterdam, de Vereeniging van Nederlandsche Kalkzaeg. steenfabrikanten, waarbij aangesloten 13 vu de 17 fabrieken. Met algemeene stemmen werd besloten den minister van sociale zaken telegrafach te verzoeken pnverwqld te willen besluiten voor de Nederlandsche Kalkzandsteen- industrie de 48-urige werkweek in te voeren en de bestaande overwerk-vergunningen in te trekken. SCHOTS EN SCHEEF. Victoria Theater. Stan Laurel en Oliver Hardy komen vanaf Vrijdagavond in het Victoria-theater, dat wil zeggen, niet persoonlijk, maar al leen hun levende en sprekende portretten, dat op het witte doek geprojecteerd wordt. Uit het verslag over deze film in de Tel. nemen wq het volgende over: Hoevele malen zijn Laurel and Hardy al op het witte doek verschenen en in andere situatie? Zij begonnen met kleine éénac- ters men zag hen waschmachines en kerstboomen verkoopen zij waren sol daat, verzekeringsagenten, ontrouwe echt- genooten, kunstenaars en fotograaf, onvrij willige rooversmaar altijd bleven zij gelukkig in hetzelfde karakter. De films werden langer eveneens een aangename omstandigheid, want een film met deze twee helden kan nooit te lang zijn. Het komische in hun figuren is een samenstel van bijzondere werkingen Hardy is het intellect Laurel de domheid. Doch de domheid heeft geluk en bezit een zekere boerenslimheid. Alles wat het hoogmoedi ge intellect onderneemt om de domheid te beleeren en te kastijden, loopt op narig heid voor den dikken Hardy uit. Hq is het gewoon, via honderdduizenden meters film. Hq heeft een zekere geresigneerdheid, verkregen, precies zooals Laurel zqn opko mend verdriet met een enkele grimas kan onderdrukken. Zq komen als verstekelingen aan boord van een cattleboat in Schotland aan de oude grootvader McLaurel is overleden en zijn kleinzoon Stanley is gekomen met zijn vriend Hardy om de erfenis in ontvangst te nemen. De notaris vraagt de geloofs brieven van de heeren en het blijkt dat zij geen paspoorten hebben zij zijn uit de gevangenis ontvlucht en daarbij worden geen paspoorten verstrekt Doch zij bezit ten een document dat even geloofwaardig is het vertoont de heeren en face en een profil, benevens de vingerafdrukken. De geindigneerde notaris overhandigt de erfe nis een doedelzak en een doos snuif, door Queen Mary aan een zeer ouden Mac i Laurel geschonken. En nu pas eigenlijk vangt de nieuwe avon turenreeks van Laurel and Hardy aan. De schoone droom van het bezit der Mac Lau- rel-millioenen is vervlogen da broek van Hardy is verbrand omdat ze te drogen hing en ze hing te drogen omdat Hardy in het water is gevallen en hij viel in het wa ter omdat Laurel hem den inhoud van de historische snuifdoos in het gezicht nies de alles hangt van oorzaak en gevolg aan elkander. Hardy kan niet van zijn ho telkamer af en zq hebben geen geld om te betalen zie hoe de hongerige vrienden een visch bakken op de stalen matras van het bed en het is een pendant van Charley Chaplin's spaghettimaaltqd, zoo prachtig van humor en vondst „We go ons folks!" zooals het mannetje in de teekenfilm zegt. Nadat ze op straat zijn gezet, lezen zij een advertentie, waar bij een kleermaker costumes aanbiedt die men een maand gratis mag dragen en bij vergissing nemen beide „the Kings shil ling". Zq hebben zonder het te weten dienst genomen bij de Schotsche Hooglan ders en worden naar Britsch-Indië inge scheept. De twee zqn onverbeterlijk en een bron van ergernis voor den opgeblizei sergeant Finlayson. Laurel brengt door zqn onhandigheid in het marcheeren het gansche bataljon uit den pas. En verder bespeurt ge nog iets het is alsof men zich op bekend terrein bevindt, doch de herkenning is als die van het eigen gela»' in een lachspiegel. Want dit Britsch-Indië het scenario, de menschen... jawel, hier wordt een fijne en kostelijke parodie op gevoerd op „Bengal Lancers" daar is de Radjah die een overval op het garnizoen beraamt en de officieren tot een maaltijd uitnoodigt. Doch de commedant heeft Ion' geroken en stuurt alle officieren verkleed* soldaten onder hen Laural and Hardy En zoo blijft ge van het begin tot het te vroege slot in hoogspanning van amuse ment en lach ge bewondert iedere nieu we vondst van de beide komieken en voor al ook het formidabele slot dat zulk een voortreffelijken climax brengt. Want ner gens wordt er een teveel opgediend d* humor is zoo meesterlijk, dat men waarlijk van een der beste Laurel and Hary-fd"15 spreken kan. David Torrence. Laurel and Hardy in^fioojyc Scotland' mAlser

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 9