8
8
8
8
8
8
8
8
8
8
8
i
8
8
8
HOLLAND's STEDENSCHOON
IN PRAAT EN PRENT.
#o©®©©® ftadiopcoqcamma
8
Financieel Overzicht.
ALKMAARSCHE COURANT van ZATERDAG 25 JANUARI 1936
ca. 04 M. en 20 M.
TEKST EN TEEKENINGEN VAN LEO ZELDENRUST.
ALKMAAR II
Zondag 26 Januari.
HILVERSUM, 1875 M. (9.—12.—
en 5.-6.— VARA, de AVRO van
12.—5.— en 8.—12.— en de VPRO
van 68.— uur). 9.— Gr.pl. 9.03
Voetbalnieuws, tuinbouwpr. 8.30
Gr.pl. 9.45 Veiligheidspr. 10.— Le
zing, gr.pl. en voordr. 10.35 Hol-
landsch strijkkwartet. 11.10 Lezing.
11.25 Vervolg kwartetuitz. 12.
Filmpr. 12.30 Cantabilé-orkest en
interview. 2— Boekbespr. 2.30
Omroeporkest en soliste. 3.05 Gr.
pl. 4.— Causerie. 4.30 De Avro-
Decibels. 4.55 Sportnieuws. 5.
Gr.pL 5.30 Voetbalpr. en sport
nieuws en gr.pl. 6.—7.50 Jeugddag-
uitz., lezing, zang en kerkdienst.
8-Ber. 8.15 Kovacs Lajos, orkest,
de AVRO-Girls en soliste. 8.55
Radio-journaal. 9.10 Omroeporkest
en solist. 9.50 Radio-Hoorkrant.
10.30 Gr.pL 11— Ber. 11.10—12—
De Avro-Decibels.
HILVERSUM, 301 M. (8.30—9.30
en 5—7.45 NCRV, de KRO van
9.305.en 7.4511.30 uur). 8.30
Morgenwijding. 9.30 Gr.pl. 10.15
Hoogmis. 12— Gr.pl. 12.15 KRO-
orkest en lezing. 2.Cursus. 2.30
Gr.pL 3.Harmonieconcert en
lezing. 4.15 Gr.pL 4.30 Voor de zie
ken. 5.Geref. kerkdienst. Hierna
koorzang. 7.15 Gewijde muziek
(gr.pl.) 7.45 Sport, causerie. 8.10
Ber., KRO-Melodisten. 8.50 Gr.pL
9.Dameskoor. 9.10 Gr.pL 9.20
KRO-orkest. 10.10 Gr.pL 10.20 Da
meskoor. 10.30 Ber., en gr.pl. 10.40
Epiloog. 11.11.30 Esperanto.
DROITWICH, 1500 M. 12.50 BBC-
Schotsche-orkest. 1.50 Cello-recital.
2.20 E. Pini's Tango-orkest. 3.05
Gr.pL 3.35 Trioconcert. 4.05 BBC-
Militair orkest. 4.50 Jeugdkerk-
dienst. 5.20 Lezing. 5.40 Brosa-
strijkkwartet en solisten. 7.05
Voordracht. 7.20 Sopraan en piano.
8.20 Kerkdienst. 8.35 Relig. cause
rie. 9.05 Liefdadigheidsoproep. 9.10
Ber. 9.20 Populair concert. 10.20
Bridgewaterkwintet. 11.05 Epiloog.
(In verband met het overlijden
van den Engelschen koning zal dit
programma waarschijnlijk wel ge
wijzigd worden).
RADIO PARIS, 1648 M. 7.20 en
8.20 Gr.pL 11.20 Orkestconcert.
12.20 Orgelconcert. 1.20 Vervolg
orkestconcert. 2.35 Zang. 5.20 Or
kestconcert. 7.20 Zang. 9.05 Radio-
tooneel. 11.0512.35 Dansmuziek.
KEULEN, 456 M. 5.20 Havencon
cert. 9.20 Bont progr. 10.50 Bach-
cantate. 11.20 Blaasconcert. 12.30
Gevar. concert. 3.20 Gevar. progr.
5.20 Opera-uitz. In de pauze's: Ben
en pianorecitaL
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
9.20 Gr.pL 10.20 Salonorkest. 11.05
Zang. 11.35 Gr.pL 12.20 M. Alexys'
orkest. 1.30 Gr.pL 3.20 Hot-jazz.
4.20 Omroeporkest. 5.20 Populair
concert. 6.20 Vioolrecital. 7.20 Gr.
pl. 8.20 Symph.-concert en radio-
tooneel. 11.12.20 Dansmuziek. 484
M.: 9.20 en 10.20 Gr.pL 11.20 Sa
lonorkest. 12.20 en 12.50 Gr.pl.
1.30 M. Alexys' orkest. 2.20 Orgel
concert. 3.05 Gr.pL 3.20 Orkestcon
cert. 5.20 Salonorkest. 6.20 Gr.pL
6.50 Radiotooneel. 7.35 Gr.pL 8.20
Literar-muzikaal progr. In de pau
ze's en na afloop tot 12.20 Gr.pL
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
5.50—11.20 Gev. progr. mmv. or
kesten en solisten. 9.20 en 10.05
Ber.
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Parijs Radio 8.309.20,
Keulen 9.20—13.20, Brussel VI.
13.2016.20, Keulen 16.2017.20,
Parijs R. 17.20—19.20, Berlijn 19.20
21 20, Luxemburg 21.2021.45,
Weenen 21.45—22.25, Boedapest
22.25—22.50, Berlijn 22.50—24—
Lijn 4: Brussel VI. 8.30—11.—
Parijs Radio 11.12.50,
Droitwich
12.5016.50, Lond. Reg. 16.50
17.40, Droitwich 17.40—19.05, Lond.
Reg. 19.05—21.10, Droitwich 21.10
23.15, Weenen 23.1524.
Maandag 27 Januari.
HILVERSUM, 1875 M. (Alg. progr.
AVRO), 8.Gr.pL 9.Ensemble
J. Kroon. 10.Morgenwijding en
gr.pl. 10.30 Ensemble J. Kroon.
11.Orgel en sopraan. 12.Ko
vacs Lajos' orkest en gr.pl. 2.
Cello en piano. 2.30 „De Maaskan-
ters" en voordr. 4.30 Muzikale cau
serie. 5.30 Lyra-trio. 6.15 De Avro-
Decibels en soliste. 7.Causerie.
7.30 Gr.pL 7.45 PTT-kwartiertje.
8.Ber. en gr.pl. 9.Omroep
orkest en soliste. 10.Gr.pL 10.15
Aeolian-orkest. 11.Ber. 11.10
12.Dansmuziek.
HILVERSUM, 301 M. (NCRV-uitz.)
8.Schriftlezing. 8.159.30 Gr.pL
10.30 Morgendienst. 11.Chr.
Lectuur. 11.3012.en 12.15 Gr.
pl. 12.30 Concert, sopraan, mezzo
sopraan, cello en piano. 2.Voor
de scholen. 2.35 Gr.pL 2.453.15
Kookpr. 3.30 Gr.pL 4.— Bijbel
lezing. 4.45 Gr.pL 5.— A'damsch
Salonorkest. 6.30 Vragenuur. 7.—
Ber. en reportage. 7.30 Vragenuur.
8.Ber. 8.05 Vrouwen- en meis
jeskoor. 9.Causerie. 9.30 Orgel
concert. (10.— Ber.) 10.30—11.30
Gr.pL
DROITWICH, 1500 M. 11.20—11.50
en 12.05 Gr.pL 12.20 Lezing. 12.45
Halliskwintet en soliste. 1.352.20
Orgelconcert. 3.20—3.55 Gr.pL 4.20
Viool en piano. 4.50 Orkestconcert
mmv. solist. 5.35 Dansmuziek. 6.50
PianorecitaL 7.10 Lezingen. 8.20
BBBC-zangers, mmv. solist. 8.50
Geraldo's orkest en solisten. 9.50
Ber. 10.20 Kwartetconcert. 11.35
12.20 Dansmuziek.
(In verband met het overlijden
van den Engelschen koning zal dit
programma waarschijnlijk wel ge
wijzigd worden).
RADIO PARIS, 1648 M. 7.20 en 8.20
Gr.pL 11.20 Orkestconcert. 2.50
Zang. 3.20 Gr.pL 4.20 Solistencon
cert. 5.50 Orkestconcert. 8.20 Zang.
9.05 Reitlinger-kwartet, zang en
voordr. 11.0512.35 Dansmuziek en
populair concert.
KEULEN, 456 M. 5.50—7.20 Orkest
concert. 11.20 Concert mmv. orkest
en solisten. 1.352.05 Schrammel-
muziek. 3.20 Voordr. en concert
5.20 Gevar. concert. 7.30 Omroep-
kleinorkest. 9.4011.20 Populair
concert.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
12.20 Gr.pl. 12.50 Salonorkest. 1.50
2.20 Gr.pL 5.20 Omroeporkest.
6.35 en 7.20 Gr.pL 8.20 Symph.-
concert. 10.3011.20 Gr.pL 484 M.:
12.20 Grpl. 12.50 Omroeporkest.
1.502.20 Gr.pL 5.20 Salonorkest.
6.20 Gr.pL 6.50 Dansmuziek. 8.20
Omroeporkest. 9.20 Rep. 9.50 Con
cert uit Joego-Slavië. 10.3011.20
Dansmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
7.30 Radiotooneel. 8.15 Concert uit
Boedapest. 9.05 Gr.pL 9.20 Ber.
950 Trioconcert. 10.05 Weerber.
10.2011.20 Dansmuziek.
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Brussel VI. 8.9.20, Keu
len 9.2011.20, Kalundborg 11.20
12.20, Brussel VI. 12.20—14.20, Pa
rijs Radio 14.20—17.20, Keulen
17.2019.10, Beromünster 19.10—
21.20, Rome 21.20—22.—, Berlijn
22.—23.20, Weenen 23.20—24.—.
Lijn 4: Parijs Radio 8.058.50,
Normandië 8.5010.35, Lond. Reg.
10.3517.05 Droitwich 17.0518.20,
München 18.2018.50, Droitwich
18.5019.10, Lond. Reg. 19.10—
20.20, Droitwich 20.20—21.50, Lond.
Reg. 21.5022.20, Brussel VI.
22.2022.30, Lond. Reg. 22.30
24.—.
LIJST VAN ULTRA-KORTEGOLF-
STATIONS.
Voor de radio-liusteraars die tegenwoor
dig in het bezit zijn van 'n toestel waarop
men ook de ultra-kortegolven, geheel dus
continu van bijv. 13 tot 200 M. of gedeelte
lijk zooals van 15 tot 50 M., kan ontvangen
drukken wij hieronder een lijstje af van
enkele der belangrijkste kortegolf-stations
der verschillende landen.
Speciaal wat de verder af gelegen sta-
tioons betreft geldt de overweging dat men
niet denke deze op elk willekeurig uur van
den dag te kunnen ontvangen. Vele sta
tions zijn slechts gedurende bepaalde pe
rioden van het etmaal hoorbaar, waarbij
dan speciale omstandigheden ook nog een
belangrijke rol kunnen spelen.
A. Europa.
Huizen „TT
(Phohi) 25,57 m.PHI
Eindhoven 19,71 m.PCJ
Daventry 49,59 m. GSA
49,1 m. GSL
31,55 m. GSB
31,32 m. GSC
25,53 m. GSD
25,29 m. GSE
19,82 m. GSF
19,66 m. GSI
Zeesen 49,83 m. DJC
49,35 m. DJM
31,45 m. DJN
31,38 m. DJA
31,01 m. DJI
25,49 m. DJD
19,74 m. DJB
19,63 m. DJQ
Holland
Holland
Engeland
Duitschl.
Zeesen
Ruysselede
Radio Col. (P.)
Warschau
Vatican City
(Pausel. z.)
Rome
Rome
Moscou
Skamlebaek
Jelöy
Weenen
Lissabon
Radio Nat.
(Volkenbond)
Budapest
Madrid
B. Overzee.
Bound Brook
Schenectady
16,89 m. DJE
29,04 m. ORK
25,60 m. FYA
25,23 m. FYA
19,68 m. FYA
22,00 m. SPW
50.26 m. HVJ
19,84 m. HVJ
31,13 m. 2RO
25,40 m. 2RO
50,00 m. RW 59
25,00 m. RW 59
49,50 m OXY
31,48 m. LKJ 1
49.42 m. OER 2
48,78 m. CSL
31,25 m. CT1AA
31,00 m. CTICT
25,36 m. CTIAA
24,83 m. CTICT
38,48 m. HBP
31.27 m. HBL
32,88 m. HAT 4
19,52 m. HAS 3
30.43 m. EAQ
Duitschl.
België
Frankr.
Polen
Italië
Rusland
Denem.
Noorw.
Oostenr.
Portugal
Zwitserl.
>9
Hongarije
Spanje
Pitsburgh
Sydney
Rio de Jan.
Valencia
Havana
Caracas
Amateur
W3XAL
W2XAD
W2XAF
W8XK
16,37 m,
19,56 m.
31,48 m.
19.72 m
25.27 m
48,u6 m,
31.28 m.
31,58 m.
46,00 m.
48,92 m.
51.73 m,
75,85 m.
U.S.A.
VK2ME
PRF 5
YV6RV
COCD
Austr.
Brazilië
Venezuela
Cuba
W2RC Venezuela
Weit liegt das Land und traumt wie in
[Weh
Den Traum von versunkenen Zeiten.
Weit liegt das Land
Und weit, weit die See,
Und wundere Farben breiten
In schleiernden Schein, fein, o so fein,
Ueber die blumigen Wiesenweiten,
Ueber die wogende, silberne See.
Tamelijk ver van het Stadhuis staat,
aan de Voormeer, de Accijntoren. Velen zal
bij het lezen van dit woord een rilling over
den rug loopen, want accijnsen en belasting
zijn broertje en zusje. Belasting betalen
werd in de middeleeuwen met evenveel ge
noegen gedaan als in den tegenwoordigen
tijd.
In vervlogen dagen kende men belasting
als hoofdelijke omslag onder den naam
„schot". De magistraat had in verband met
de belastingen geen gemakkelijk karwei.
Op hem rustte de plicht uit te visschen, hoe
groot de inhoud der spaarpotjes van de
burgerij was, naar aanleiding daarvan
mocht, met goedkeuring van de Vroed
schap „scot gegadert" worden. Dat scot
gaderen ging niet altoos met instemming
van de burgerij. Daarom werd er overge
gaan tot het opleggen van indirecte belas
tingen, zoogenaamde accijnsen, die gewoon
lijk lang niet mis waren.
Wanneer de eerste accijnsen geheven
werden, is niet met zekerheid te zeggen,
doch dat het een belasting van zeer ouden
datum is, valt niet te ontkennen.
De oude stadsbesturen bestonden vaak
uit een stelletje vernuftige geesten. Zij re
deneerden als volgt:
De burgerij kent de accijnsen al zoo lang,
dat zij natuurlijk geen bezwaren hebben,
bij elke voorkomende gelegenheid terdege
in de beurs te tasten.
Doch onder de burgerij schuilde menige
grapjas, die daar niets van wilde weten,
met het gevolg, dat zij herhaaldelijk in
verzet kwamen en er zelfs van formeele
accijns-oproeren gesproken kan worden.
De accijns was een stedelijke belasting op
detailverkoop. De accijnsmeesters waren er
als de kippen bij, zoodra die verkoop een
aanvang nam. Er werd van allerlei waren
belasting geheven, aan de poort, bij in- zoo
wel als uitvoer. Zij was een geweldige bron
van inkomsten voor de stad, wanneer men
bedenkt, dat vrijwel alles belast was.
Volgens recht kwam de accijns toe aan
den vorst, in theorie is hij een landsheer
lijke belasting. Hoewel de landsheer de
steden toestemming moest geven tot het
innen van accijnsen, werden zij door hem
zelf nooit geheven. De accijns is een speci
fiek stedelijke belasting, ja, zelfs een ken
merk van stedelijke zelfstandigheid. De
vorst kan de accijns aan de stad verkoopen,
verpachten of overlaten. Daardoor kwam
het, dat de landsheer over deze belasting
verder weinig of niets te zeggen had.
Welke is nu de oudste accijns? Dat is niet
gemakkelijk vast te stellen. In de meeste
gevallen wordt de wijnaccijns voor de
oudste gehouden.
Ook het innen der accijnsen was niet zoo
heel eenvoudig. Heel moeilijk was precies
na te gaan wat en hoeveel verkocht werd.
Daardoor kwam men tot het bepalen van
vaste bedragen, die hetzij wekelijks, hetzij
jaarlijks betaald moesten worden. Zoo had
den b.v. de schoenmaker, de wolwever, de
baardscheerder, enz. een weekabonnement;
de molenaar en anderen een jaarabonne
ment. De accijns kwam dus vrijwel overeen
met een bedrijfsbelasting.
Dat de accijnsmeester zijn werk niet al
leen afkon, ligt voor de hand. Onder hem
stond een leger van ambtenaren, die met
controle belast waren. Onder meer werd
controle uitgeoefend op de qualiteit van de
accijnsbare waren, want niet alleen zagen
ambtenaren toe dat de accijns binnen
kwam, maar ook dat er goede waar ge
leverd werd. Waaruit blijke moge, dat uit
belastingbetalen tal van goede dingen
voort kunnen vloeien en dat dit artikel
een aansporing zij met meer genoegen de
hedendaagsche belastingen te betalen, dan
onze voorvaderen hunne duitjes stortten.
(Nadruk, ook met brondvermelding, ver
boden). (Wordt vervolgd).
Het goudclausule-proces tegen de
Koninklijke Petroleum Mij. Een
voor obligatiehouders gunstige con
clusie van den procureur-generaal
bij den Hoogen Raad. Nog geen
zekerheid over de definitieve uit
spraak. Obligatieleeningen onder
trustverband. Verplichtingen van
den trustee vastgesteld. Nieuwe
onrust op de valutamarkt. De uit
gifte der nieuwe staatsleening geen
volkomen succes, doch ook geen mis
lukking. Herleving van de vraag
naar aandeelen na een tijdelijke in
zinking.
De conclusie, die de procureur-generaal
bij den Hoogen Raad, mr. Besier, genomen
heeft in de procedure tusschen de Vereeni-
ging voor den Effectenhandel eenerzijds en
de Koninklijke en de Bataafsche Petroleum
Mij. anderzijds heeft niet alleen veel vol
doening veroorzaakt bij de direct belang
hebbenden bij dit geding, maar zij beant
woordt tevens aan het rechtsgevoel van
breede kringen, die er zich moeilijk bij
konden neerleggen, dat door juridische
spitsvondigheden bepalingen in een con
tract ongedaan worden gemaakt, juist op
het oogenblik, waarop zij hun waarde zou
den moeten bewijzen. Naar men weet, gaat
het hierbij om de vraag, of de goudclausule
in de leen in gs contracten van de 4 dollar-
leening der Koninklijke Petroleum Mij. en
de 4% dollarleening der Bataafsche
Petroleum Mij. al dan niet geldig is.
De bewoordingen, waarin de goudclau
sules in beide gevallen zijn vervat, leken
aanvankelijk geen twijfel over te laten aan
hun geldigheid. Immers, mocht de debitrice
door bepaalde omstandigheden verhinderd
zjjn, te betalen „in gouden munt der Ver.
Staten", dan zou altijd van haar geëischt
kunnen worden, te betalen in een „dien
overeenkomstig bedrag"; hieraan te tornen,
scheen welhaast onmogelijk. Alleen reeds
om redenen van goede trouw had men van
een lichaam als de Koninklijke Petroleum
Mij. mogen verwachten, dat zij degenen,
die haar leeningen in goed vertrouwen op
de waarde van de goudclausule in het lee-
ningscontract, waarop de beursnoteering
dan ook gebaseerd was, hadden gekocht,
niet zou dupeeren. In werkelijkheid hebben
de juridische adviseurs van de Koninklijke
er alles op gezet, om aan de toepassing van
de goudclausule te ontkomen en het Haag-
sche Hof kan zich, op juridische gronden,
bij hun stellingen aangesloten.
De procureur-generaal bij den Hoogen
Raad heeft de zaak echter uit een breede-
ren gezichtshoek bekeken. Zijn opvatting is,
dat de Nederlandsche rechter nooit kan
worden gedwongen, om recht te spreken
volgens een buitenlandsche wet (de Ameri-
kaansche Joint-Resolution, waarop de
Koninklijke zich had beroepen), die kenne
lijk in strijd is met de openbare orde en de
goede zeden volgens de normen, die hier te
lande gelden. Welke deze normen ten op
zichte van de toepassing van goudclau
sules in leeningscontracten zijn, blijkt wel
duidelijk uit het standpunt, dat onze regee
ring heeft ingenomen ten aanzien van de
dollarobligatiën van Ned. Indië; de ver
plichtingen, welke voor haar uit de goud
clausule van deze leening voortsproten, is
zij volkomen nagekomen. De procureur-
generaal heeft zich in dit verband nog be
roepen op het voorschrift van art. 1374 van
het Burgerlijk Wetboek, volgens hetwelk
alle wettelijk gemaakte overeenkomsten
der partijen tot wet strekken en te goeder
trouw ten uitvoer moeten worden gebracht
en slechts mogen worden herroepen met
wederzijdsche toestemming of uit hoofde
van redenen, die de Nederlandsche wet
daartoe voldoende verklaart.
Hoofdzakelijk op grond van deze over
wegingen heeft de procureur-generaal ge
concludeerd tot vernietiging der voor de
Ver. v. d. Effectenhandel ongunstige arres
ten van het Haagsche Hof. Dit wil intus-
schen niet zeggen, dat de zaak hiermede in
hoogste instantie in voor obligatiehouders
gunstigen zin is beslist. De conclusie van
mr. Besier hoe belangrijk op zich zelf
zij ook zijn moge en welken invloed zij ook
op de uiteindelijke uitspraak zal kunnen
hebben, heeft voorloopig slechts de be-
teekenis van een advies van de staande
rechterlijke macht aan den Hoogen Raad,
welk college onafhankelijk van dit advies
een volkomen zelfstandig vonnis zal wijzen.
Dit zal geschieden op 27 Maart a.s. en eerst
deze uitspraak zal eventueel het bestreden
arrest vernietigen en het geding terug
wijzen naar het Haagsche Gerechtshof of
naar een ander Hof, met het bevel, opnieuw
recht te doen, maar dan in aanmerking te
nemen de regels, die de Hooge Raad hij
zijn arrest heeft gesteld.
Hoewel de vooruitzichten voor de toepas
sing der goudclausule dus verbeterd zijn.
bestaat er in dit^ opzicht nog geen zekerheid
en het is dan ook te begrijpen, dat na het
eerste enthousiasme over de conclusie van
den procureur-generaal, die tot een aan
merkelijke koersverbetering van dollar-
leeningen met betwiste goudclausule had
geleid, de belangstelling voor deze obliga-
tiën weer wat is geluwd. Uit den aard der
zaak hebben vooral de obligatiën der Ko
ninklijke en der Bataafsche zelf van ctó
plotselinge kooplust geprofiteerd; zij maak
ten een koerssprong van een vijftal per
centen, maar ook de dollarleening Rotter
dam en zelfs die van Antwerpen konden
eenige koerswinst boeken.
De Vereeniging voor den Effectenhandel
te Amsterdam, die in het geding tegen de
Koninklijke en de Bataafsche Petroleum
Mij. voor de houders der desbetreffende
obligatiën optreedt, heeft dezer dagen ook
cp een ander gebied opnieuw getuigenis
ervan afgelegd, dat zij zich bewust is van
haar taak om, voor zoover dit in haar
macht is, de belangen te behartigen van
de houders van obligatiën, die op de Am-
sterdamsche beurs worden verhandeld. Zij
heeft n.L nieuwe voorwaarden vastgesteld
voor het toelaten van obligatieleeningen
onder trustverband tot de officieele beurs
noteering en hiermede voorzien in een be
hoefte, welke tengevolge van het ontbreken
van wettelijke voorschriften dienaangaan
de bestond.
Een aantal obligatie-houders heeft aan
den lijve ondervonden, welke nadeelen ver
bonden zijn aan het bezit van obligatiën,
die aan een trustacte zijn geboden. Het
principe, waarop zoo'n trustverband be
rust, is stellig niet verkeerd. Beter dan leder
obligatiehouder individueel kan de trustee,
die de geheele groep van obligatiehouders
vertegenwoordigt, vaak voor de belangen
der leeningscrediteuren opkomen. Hij kan
zich b.v. beter dan een particulier op de
hoogte stellen van de financieele positie van
de maatschappij-debitrice, en hij zal, bij
een minder goeden gang van zaken, kunnen
toezien, dat de door hem behartigde belan
gen zoo weinig mogelijk in het gedrang
geraken. In de practijk hebben zich bij de
„behartiging der belangen" van door een
trustacte gebonden obligatiehouders echter
allerlei misstanden ontwikkeld.
In de laatste jaren hebben financieele
reorganisaties bij handels- en industrieel e
ondernemingen herhaaldelijk offers van
obligatiehouders geëischt, maar vooral ook
houders van „kerkelijke" leeningen (meest
van buitenlandsche kerkelijke lichamen)
hebben zich vaak noodgedwongen moeten
neerleggen bij een beknotting van hun
rente- en/of aflossingsrechten. Voor zoover
dergelijke financieele reorganisaties door
den toestand van de debitrice lewettigd
waren en bij meerderheid van stemmen op
de vergadering der onder trustverband
staande obligatie-houders werden genomen,
was hiertegen weinig in te brengen. Wan
neer een trustee, na grondig onderzoek van
de financieele positie van de debitrice, tot
het inzicht komt, dat het zoowel in het be
lang van de geldneemster als van de geld
gevers is, de lasten te verminderen of op te
schorten, dan is hij stellig ten volle ge
rechtigd, hieraan zijn medewerking te ver-
leenen, door desbetreffende voorstellen,
voorzien van zijn aanbeveling, aan obli
gatiehouders voor te leggen. Onzuiver wor
den de verhoudingen eerst dan en helaas
is dit in de practijk herhaaldelijk voorge
komen, wanneer er zekere relaties be
staan tusschen de debitrice en de trurteo,
die de gedachte opwekken, dat laatstge
noemde in de eerste plaats rekening houdt
met de belangen van de debitrice en dat op
de belangen van obligatiehouders daarbij
niet voldoende wordt gelet. Ook het feit,
dat een en dezelfde trustee vaak optreedt
voor twee groepen van crediteuren (b.v.
van houders van leeningen met een ££fste