DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
BxtqeÜïkscfi Oveczicht
^Buitenland
Hitler-Duitschland en de Olympische Spelen.
DE OORLOG IN
OOST-AFRIKA.
VORST.
De schaatsen onder!
No. 34
138e Jaargang
Het Horsf-Wessellied niet
populair
Ufaf vandaag de
aandacht trekt...
De vorst is gekomen;
de ijsbanen wachten.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 naanden by vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—
franco door het geheele Ryk f 2.50.
Losse nummers 5 cents.
FRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN:
Van 1—5 regels 125, elke regel meer f 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON. Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef 3320, redactie 3330.
Dit nummer bestaat uit drie bladen.
Directeur: c. krak. Niaandag 10 Februari 1936
Hoofdredacteur: Tp N. ADEMA.
(Van onzen Berlijnschen correspondent.)
Voor Duitschland zijn deze spelen niet
alleen qua sport, doch tevens op
politiek terrein van het
grootste belang.
Berlijn, 8 Februari.
Gisteren zijn in Garmisch-Partenkir-
chen de Olympische Winterspelen, die
tot het algemeen programma van de
vierjaarlijksche Olympiade behooren,
en als het ware een blank-vroolijke in
leiding tot de hoofdspelen in Augustus
vormen, door Adolf Hitier als hoofd
van staat met de bij zulke gelegenheden
gebruikelijke plechtigheid geopend. Als
deze regels in druk verschijnen, zal
zeker de helft der wedstrijden al weer
tot het verleden behooren.
Maar dat is niet erg, omdat we over de
technische en actueele zijde dezer spelen,
die zoo kort by de Duitsch-Zwitsersche
grens en zoover van Berlijn gehouden wor
den, ook niet berichten willen. Dat moeten
we, en niet zonder afgunst, aan onze zoo
veel gelukkiger collega's van de sport-
rubrieken overlaten, die weinig of niets
met de politiek te maken hebben en daarom
in deze woelige en helaas volkomen ver
politiekte tijden ook nog het zeldzame voor
recht genieten, hun eerlijke overtuiging en
hun zuivere waarneming te mogen neer
schrijven en die ook gedrukt te zien.
Wij willen ons hier alleen maar, omdal de
spelen ditmaal nu eenmaal plaats hebben
binnen de grenzen van het land, waarover
we te schrijven hebben, met enkele dingen
bezig houden, die tot het algemeene beeld
behooren en die door de collega's van de
sportrubriek vermoedelijk niet onder de
loupe genomen zullen worden. Wat tot op
zekere hoogte te betreuren is. Omdat juist
deze afdeeling reporters uit de geheele
wereld, van wie de meesten niet uit Berlijn,
maar uit hun eigen vaderland gekomen zijn,
bij uitstek in aanmerking zouden komen om
naast het technische verslag van de wed
strijden ook hun eigen indruk over Duitsch-
land, meer in het bijzonder over het Derde
Rijk, te geven; waarbij wij er een lief ding
onder zouden willen wedden, dat dan van
de misteekeningen, die men onder zekere
invloeden nog heden in buitenlandsche bla
den over Duitschland voorgezet krijgt,
geen sikkepit meer zou overblijven. (Aan
genomen alweer, dat men zulke indrukken
een plaatsje in de kolommen van een zekere
categorie van bladen zou waardig keuren!)
Dat brengt mij van zelf tot een van de
belangrijkste bijverschijnselen van deze
Olympische Spelen. Ze zijn, en dat heb
ben ze met alle vorige gemeen een wel
verdiende reclame voor het land, waarin ze
zich afspelen, en een gelegenheid uit dui
zenden, om een gepaste propaganda te ma
ken en nieuwe vriendschapsbanden aan te
knoopen. Maar ze zijn voor Duitschland in
het bijzonder een kans, die natuurlijk voor
het tegenwoordige geslacht niet meer terug
komt en die Duitschland meer dan eenig
ander land ter wereld, dat voor deze Spelen
in aanmerking komt, gebruiken kan. Dat
weet men hier te lande veel te goed, en
daarom heeft men eenvoudig radicaal alle
middelen, die noodig waren om deze inter
nationale sportfeesten te doen slagen, goed
gekeurd en een organisatie in het leven ge
roepen, waarbij niets gesoaard is om indruk
te maken en alles van een leien dakje te
doen loopen.
En deze inspanning van den gastgever
gaat natuurlijk ver boven de sport'sf-
technische beteekenis der spelen uit. Ten
slotte hangt het heil der menschheid en der
staten niet af van het meten naar seconden
en millimeters van menschelijke prestaties.
Al willen we niet ontkennen, dat groote
prestaties van nationale ploegen op sportge
bieden, mits die een weerspiegeling zijn van
de belangstelling hunner volken op dit ge
bied (wat niet altijd het geval is, bijvoor
beeld niet bij bobsleighploegen onder Ne-
derlandsche vlag), wel degelijk als he
resultaat beschouwd mogen worden van een
lichamelijke ontwikkeling van het prestee-
rende land.
Ten slotte echter zijn de zoogenaamde
„actieven", de actief aan de spelen deeJ-
nemende jonge mannen en vrouwen, slech s
een onderonsje van internationaal karakter,
uitgezochte besten, die elkaar nu maar de
gouden medailles afhandig moeten maken
wat vooral voor het vlagvertoon van voop
bygpinde beteekenis is. En niet ond-rs' a-
mag worden. Maar hoofdzaak voor de sta
ten, in de eerste plaats voor het land dat
gastheer is, zijn ze niet. Haast nog belang
rijker zijn twee andere ploegen: de interna
tionale pers en het internationale publiek.
Het Derde Rijk heeft alle drie groepen
broodnoodig. En ik neem aan, dat men hier
een zucht van voldoening slaken zal als
midden Augustus de spelen tot het verleden
behooren en alles zonder incidenten van
beteekenis is afgeloopen. Men heeft zich
hier natuurlijk ook bezig gehouden met de
vraag, of het van buitenlandsche geldmid
delen zoo goed als volkomen ontbloote
Duitschland aan de Olympia ook de noodige
„deviezen" verdienen zal. Een spotter heeft
dezer dagen zelfs verkondigd, dat het op
schrift op de groote Olympiaklok, dat thans
„Ich rufe die Jugend der Welt" luidt, nog
tijdig in „Ich ruf' die Devisen der Welt" zal
veranderd worden Men vermoedt ech
ter, dat vele reizigers zich voor hun Olym-
pia-uitstapje Sperrmarken zullen laten
geven, waardoor dan de deviezen wel wat
spaarzamer dan verwacht is, zullen binnen
vloeien.
Een tweede bijkomstigheid is een soort
Olympia-ridderorde, die Hitier eergisteren
voor deze bijzondere gelegenheid in het
leven geroepen heeft, en die uit twee klas
sen bestaat, een kantig, vijfhoekig versier
sel, dat om den hals dan wel In het knoops
gat gedragen wordt, en dat verleend zal
worden aan hen, die zich voor deze Spelen
verdienstelijk hebben gemaakt. Natuurlijk
in de eerste plaats aan buitenlanders.
Duitschland kent sinds 1919 geen ridder-
orde's meer. Het heeft nog slechts zijn er
teeken van het Duitsche Roode Kruis, en
eenige medailles, die aan oudstrijders van
het nationaal-socialisme verleend worden.
De Duitscher, ook de officieele, draagt zijr
oude ridderorde's op, voor zoover hij ze be
zit, en krijgt er geen nieuwe bij. Dat heeft
al tot heel wat moeilijkheden geleid, vooral
bij de gebruikelijke décoraties vcor overge
plaatste vreemde diplomaten, die tot nu toe
steeds met een porceleinen vaas beloond
zijn, waarmede zich Duitschland echter
geen nieuwe vrienden vermocht te maken.
Ter gelegenheid van deze. Spelen kon men
er zich niet meer zoo gemakkelijk van af
maken. Immers, het is de gewoonte van
alle deelnemende staten, hun dankbaarheid
voor de vriendelijke ontvangst o.a. te tco-
nen door het meebrengen van hooge ridder
orde's voor de organisators, in het bijzon
der voor den hoogsten vertegenwoordiger
op sportgebied van den uitnoodigenden
staat. In dit geval den „Reichspostführer"
Von Tschammer-und-Osten (die gisteren al
met Balkaneesch eeremetaal getooid werd!).
Nu kan men de chefs der landelijke Olym
pische Comité's met een tegen vriendelijk
heid verrassen. En het is wel aan te nemen,
dat spoedig ook een of meer Nederlanders
als eersten van hun categorie met een ha
kenkruisorde om den hals in onze Lage
Landen zullen rondloopen.
Zeker zal deze bijzondere Duitsche rid
derorde, want meer op zooiets lijkt deze
onderscheiding, die er als een echte orde
uitziet, dan op een herinneringsmedalje,
waarvoor ze wil doorgaan, voor de propa
ganda van waarde zijn en een werkzaam
tegengif tegen de met vrij groote zekerheid
te verwachten pogingen van anti-Duitsche
zijde om roet in het eten te gooien. Een
voorproefje hebben we gisteren reeds gehad
in het verslag van een der groote Weensche
bladen, waarin geconstateerd wordt, dat
het „uiterst tactloos van de gastheeren" ge
weest is bij het openingsfeest niet alleen het
Duitsche volkslied, maar ook het z.g. „Horst
Wessel-lied" te laten spelen. Waarop for
meel te antwoorden ware, dat dit laatste
lied sinds eenigen tijd officieel tot natio
nale hymne geproclameerd is en dus zijn
gewaad als stormlied eener politieke bewe
ging heeft afgelegd. Het officieele Duitsch
land, dat tegenwoordig tevens het Duitsch
land der Hitlerbeweging is, maakt er begrij
pelijkerwijze een prestige kwestie van, dat
dit voor het nationaal-socialisme heilige lied
minstens met het aloude „Deutschland.
Deutschland über alles" gelijk gesteld
wordt. Er mag intusschen niet aan getwij
feld worden, dat in Duitschland zelf nog
heden millioenen menschen even weinig
geestdrift voor dit lied van den door com
munisten vermoorden Wessel koesteren als
voor de wet, die de hakenkruisvlag met op
offering van de zwart-wit-roode tot eeni
ge nationale vlag van het Duitsche Ryk ge
maakt heeft.
Mischien zou men er in Garmisch-Parten-
kirchen verstandiger aan gedaan hebben,
als gastheer van zooveel vreemde staten een
hymne, die in haar tekst zoo duidelijk zeer
geprononceerde politieke overtuigingen
verheerlijkt, maar liever weg te laten,
vooral, waar men toevallig zoo „gelukkig"
is, er twéé officieele volksliederen op na te
houden; en artistiek gesproken het Horst-
Wissel-Lied noch wat tekst noch wat melo
die betreft, een vergelijking met de
geniale compositie en den prachtigen tekst
van het „Deutschlandlied" weerstaan kan.
Maar als het om tact gaat: als gast pleegt
men zich van critiek te onthouden, zoolang
niet van werkelijke provocatie gesproken
mag worden. En dat is gisteren waarlijk
geen seconde het geval geweest.
Men heeft in de zeer talrijke persorganen
buiten Duitschland, die sinds drie jaren
een overduidelijke anti-Duitsche cam
pagne voeren met gebruikmaking van het
onaangename wapen der speldeprikken, ook
met onmiskenbaar leedvermaak bericht, dat
ter gelegenheid van de Olympische Spelen
in de eerste plaats in die Duitsche provin
cies, die bezoek van vreemde bezoekers der
spelen verwachten, op last van hoogerhand
alle anti-semitische opschriften, die men
vooral in de dorpen op vele transparanten
dwars over de toegangswegen vinden kon,
verwijderd zijn.
Nu, we behoeven hier wel niet te herha
len, dat we voor alle vormen van „radau-
antisemitismus" gelijk men het zeer teeke
nend in Duitschland noemt, nooit de ge
ringste sympathie gevoeld hebben, en daar
om zulke opschriften steeds als beneden de
waardigheid van een zoo groot en verdien
stelijk volk als het Duitsche gevonden heb
ben. Dat men ze onder den indruk van
vreemd bezoek wegneemt, is in onze oogen
een bewijs, dat men er zich eigenlijk toch
over schaamt. En het ware een waardig be
sluit voor de Spelen, indien men er toe
mocht besluiten, ze daarna voorgoed te ver
wijderen. Ook daar, waar men ze heden nog
toegelaten heeft. Juist zulke uiterlijke tee
kenen van een niet zeer eervol doorgevoer
de campagne passenweinig bij groote woor
den over toenadering der volken door mid
del van Spelen, die het hoogste mensch-
heidsideaal willen benaderen.
Dessie gebombardeerd. Voor
naamste doelwit was Paleis van
Negus. Geen vreemdelingen on
der slachtoffers.
De stad Dessie is opnieuw geteisterd
door een hevig bombardement van
Italiaansche vliegtuigen. Bizonderheden
ontbreken nog, maar het bombarde
ment schijnt van groote hevigheid ge
weest te zijn. Verscheidene groote bom
men vielen midden in de stad en tal
rijke projectielen vielen op de omlig
gende dorpen. De bosschen in den om
trek zijn in brand geraakt door de
brandbommen. Het voornaamste doel
wit van de Italiaansche vliegtuigen was
het in het centrum der stad gelegen
paleis van den Negus. Het is op dit uur
nog niet mogelijk bizonderheden te
verstrekken over het aantal gewonden
en den omvang der schade. Wel kan
gezegd worden, dat zich onder de
slachtoffers geen vreemdelingen bevin
den. De Negus legde een groote koel
bloedigheid aan den dag. Hij weigerde
zich op een schuilplaats in veiligheid
te brengen en stond erop, zelf een stuk
lucht-afweergeschut te hanteeren, waar
van verscheidenen in werking werden
gesteld, zoodra de toestellen boven de
stad verschenen.
De Negus moet tegen 5 fronten
strijden.
Naar Stefani meedeelt schrijft de corres
pondent van de Oostenrijksche „Echo" te
Dessié, dat de Negus thans op vijf fronten
moet strijden, nl. het noordelijk en zuide
lijk front tegen de Italianen en drie op
standige gebieden in het binnenland, God
jam, Galla en Vallega. Volgens den corres
pondent worden de opstanden hier steeds
dreigender en dientengevolge zou de Negus
bereid zijn met de Italianen over de vrede
te onderhandelen.
Abessinische voorbereiding voor
den regentijd.
Volgens Abessinische berichten voerden
de Italianen aan de Ganala Doria opnieuw
verkenningen uit, welke wijzen op een
nieuwen aanval teneinde voor de linie
DoloNeghelli een flankdekking te vor
men. In het geheele gebied ten westen van
deze linie heerscht sedert 2 dagen een
groote activiteit van de vliegtuigen en ver-
kennings-patrouilles. Aan de Webbe Sje-
belin is alles rustig, deltalianen verbeteren
hier hun stellingen en leggen wegen aan.
Volgens verdere mededeelingen van Abes
sinische zijde worden in het noorden de we
gen in de richting van Makale met groote
haast aangelegd en verbeterd; op zwakke
plaatsen wordt hierbij gebruik gemaakt van
beton.
Ook hier in het noorden is de luchtmacht
van de Italianen zeer actief, enkele vluch
ten moeten zelfs tot boven de provincie
Godjam en het Tana-meer zijn doorgevoerd.
In verband met den komenden grooten
regentijd heeft de Negus Tekle Hawariite
opgedragen de groote karavaanweg t-i
rechter- en linkerzijde van den Djiboeti-
spoorweg te verbeteren, waarvoor hij de
beschikking krijgt over 30.000 man. Vroeger
is herhaaldelijk voorgekomen, dat de
spoordijk door wolkbreuken werd wegge
spoeld.
De karavaanweg ten zuiden van den
spoorweg wordt aanzienlijk versterkt, aan
gezien hierlangs het transport van wape
nen en munitie vanuit Berbera en Zeila
gaat.
Eenige dagen geleden is te Zeila een aan
zienlijke hoeveelheid zware mitrailleurs
aangekomen, welke op muildieren worden
geladen om vervoerd te worden en welke
voornamelijk in de bergoorlog zullen wor
den gebruikt.
HET KONINGSMOORD-PROCES.
De zitting van Zaterdag.
Bij het begin van de zitting van Zaterdag
van het Oestadji-proces hield de voorzitter
een lofrede op de bevriende Joego-Slavische
natie en in het bizonder op den chef van
de Joego-Slavische veiligheids-politie, Simo-
nowitsj, die Vrijdag door de beklaagden
was aangevallen.
De voorzitter wendde zich tot den be
klaagde Yospitsjil en zeide: „Ik ben veront
waardigd, dat een zoo eerlijke getuige als
Simonewitsj een vooraanstaand Joego-
Slavisch ambtenaar, ertoe is gebracht te
antwoorden op een vernederende aanklacht
van een moordenaar".
De verdediger Saint Auban verklaart zich
aan te sluiten bij de lofrede op Joego-Slavië,
doch verklaart verder:
„De getuige Simonowitsj, is een van de
voornaamste getuigen in dit proces, en in
dien de beklaagden in dit getuigenverhoor
niet mogen discuteeren, dan blijft mij niets
anders over dan de verdediging neer te
leggen".
Het getuigenverhoor wordt dan voortgezet
en als eerste wordt de professor in de medi
cijnen gehoord, die den koning enkele
oogenblikken na den aanslag heeft onder
zocht. Hij verklaarde dat elke wond op zich
reeds doodelijk was.
Vervolgens wordt de dokter gehoord, die
generaal Georges heeft behandeld. Deze ver
klaarde, dat het leven van den generaal
vermoedelijk is gered door de Servische
Karageorgewitsjorde, welke deze op de
borst droeg. De kogel is hierop afgeschampt.
De beide revolvers van den moordenaar
worden ter tafel gebracht en men consta
teert, dat dit de meest volmaakte wapens zijn,
welke men thans kent. Zij werden evenwel
niet in Frankrijk gekocht en komen ook niet
uit een Fransche fabriek.
DE ALGEMEENE STAKING TE
JERUZALEM.
De toestand blijft ernstig.
De algemeene staking te Jeruzalem, wel
ke heden reeds drie weken duurt, is thans
in geheel Syrië opgelaaid. De door de in-
heemsche bevolking geboycotte Fransche
tramwegmaatschappij en de Electriciteits-
maatschappij te Damascus, hebben hun be
drijven' bijna geheel moeten stopzetten.
De Syrische Universiteit en de Hooge-
school te Damascus zijn door de autoriteiten
gesloten.
Het aantal dooden bij de stakingsonlusten
te Hama en Homs is tijdens het week-einde
gestegen tot 10. Tot de 35 te Hama gewon
de militairen behoort een Fransch officier.
De meening van de „Petit Parisien"
De bijzondere correspondent van de „Petit
Parisien" meldt uit Syrië, dat de toestand
in het beloop der beide laatste dagen op
nieuw aanzienlijk slechter is geworden. Te
Damascus, Homs en Hama hebben ce stu
denten onieuw incidenten veroorzaakt.
Te Hama heeft de olitie bij de teraarde
bestelling der zeven slachtoffers van de
vuurwapens moeten gebruik maken.
Aan de zijde van de politie betreurt men
drie dooden en tal van gewonden.
Ook te Damascus is volgens de „Petit
Parisien" de opwinding groot.
Zaterdagmiddag is de politie door een
groep betoogers met steenen bekogeld.
De hooge commissaris heeft Bahig Bey
Rateb tot gouverneur van Damascus be
noemd. Door deze benoeming hoopt hij te
bereiken, dat de opwinding zou luwen en
de staking der inheemsche kooplieden zal
ophouden.
De commissie van het nationale front is
Zaterdag bijeen gekomen in de woning van
haar leider Said Baeri. De commissie heeft
Berlijnsche brief. (Dag. Overzicht).
Zware brand vernielt het Engelsche
„Hollywood". (Buitenland).
Dessié door Italiaansche vliegtui
gen gebombardeerd. (Buitenland).
Schouwburg te Turijn door brand
vernield. (Buitenland).
Engelsche vleeschstaking geëindigd.
(Buitenland).
Zoon van de Valera verongelukt.
(Buitenland).
De zoon van Gandhi wil christen
worden. (Buitenland).
Nadere bijzonderheden omtrent den
noodlottigen brand in Amsterdam.
(Binnenland).
De koninklijke familie geniet van
het fraaie weer in TiroL (Binnenland).
Engelsche piloot Rose breekt het
record LondenKaapstad van Amy
Mollison. (Luchtvaart).
Advies-commissie voor vee-arbitra
ge te Alkmaar opgericht. (Land- en
Tuinbouw).
(Zie verder eventueel laatste
berichten.)
zich verklaard voor de voortzetting der be
toogingen.
In verschillende plaatsen heerscht nog
steeds de staat van beleg. De politierecht
banken hebben in de afgeloopen dagen
weer tallooze veroordeelingen uitgesproken.
A Verwachting: Matige tot
krachtige oostelijke
J wind.
Des nachts matige vorst,
overdag lichte vorst.
Zaterdag leek het er werkelijk op, dat er den
Zondag naar hartelust geschaatst zou kunnen
worden, maar die Zondag zelf stelde teleur.
Het vroor nauwelijks en de ijsbanen waren niet
sterk genoeg, om een groote massa te kunnen
dragen. En een groote massa zou zijn gekomen,
juist omdat het een Zondag was.
Daarom ook kwam er gisteren weinig van
de schaatsensport terecht. Op een enkele baan
is hier en daar nog gereden, hoofdzakelijk
door kinderen, maar de meeste baanbestuur-
deren waren zoo verstandig, om geen volwas
senen toe te laten. Gelukkig, want de ijsbaan
zou bezweken zijn.
Voor de ijsliefhebbers was het gelukkig, dat
de wind in den goeden hoek bleef en juist in
den na-nacht van Zondag op Maandag heeft het
goed gevroren. En den geheelen morgen bleef
de vorst, terwijl het weerbericht zoo gunstig
mogelijk luidde.
Er is dus alle kans op, dat wij in de eerst
volgende dagen toch nog op de schaatsen ko
men, al zal het voorloopig wel niet mogelijk
zijn, om tochten te gaan maken. Men zal zich
dus moeten vermaken op de verschillende ijs
banen.
Dat kan natuurlijk! Want wel is voor den
echten liefhebber het „kilometers maken" het
ideale, op de ijsbanen kan men zich steeds
prettig amuseeren. Daar is altijd een gewiemel
van jong en oud, daar ziet men steeds de
meest bonte mengeling van kleuren, daar
heerscht altijd enthousiasme.
De ijsbanen open!
Het beteekent: het begin van de ijssport.
De Quint geopend.
Hoewel oorspronkelijk de bedoeling was, dat
de Quint gistermiddag geopend zou worden,
heeft men vooral met het oog op de te ver
wachten drukte de baan gisteren gesloten
gehouden.
Het gevolg daarvan is, dat de baan zeer
fraai gebleven is, dat nergens een scheurtje te
vinden is, dat nergens een oneffenheid ontdekt
kan worden.
En nu, na dezen vorst-nacht, heeft men
hedenmiddag de baan opengesteld en het
spreekt vanzelf, dat reeds dadelijk de schaatsen
ondergebonden werden.
Ook vanavond blijft de baan open. Er is een
goede electrische verlichting aangebracht en
niets belet de rijders, om ook vanavond van
de ijssport te genieten.