DE GEBROEDERS „GOCHEM NAAR 'T POESEN FEEST KNUTSELHOEKJE REBUS Raadsel hoekje xxxxxxxxx x x Het wonder Verkeerd begrepen Toekomstplannen Minetje gaat naar een partij, Een deftig poesenfeest! 'k Weet zeker, nooit nog is Minet Zóó in haar schik geweest. Ze draagt een jurkje van fluweel En schoentjes van brocaat. Daar zitten zilv'ren gespen op, Wat o! zoo keurig staat. (Nadruk verboden.) Haar hoed ia met een pluim versierd, En 'k heb 't nog niet verteld! Er prijkt op 't jurkje van fluweel Zoowaar een gouden speld! Minetje, 'k wensch je veel plezier, Je blijft toch ook op 't bal? 'k Weet vast, dat menig poesenheer Graag met je dansen zal. R. WINKEL. spelen bereid. Desgevraagd verklaarde hij liever met de trein dan met de auto naar Ermelo te gaan. Het comité vertrouwde hem toe aan zijn secondant Landau, die hem op deze reis vergezellen zou. Boven dien verklaarde het comité, dat de wed strijd een half uur later dan was afge sproken, beginnen zou. Aljechine kwam te laat want hij had de trein verzuimd en moest dus met de volgende komen. Hij was in slaap gevallen. Deze slaap had hem verkwikt. Aljechine echter verklaarde on der moreel protest te zullen spelen, 't Comité verklaarde dit protest onredé- lijk, maar stelde voor een arts te raadple gen en zich diens oordeel te refereeren. Dit wilde Aljechine niet. En 't spel be gon. Hij speelde rustig. Men merkte weinig of niets aan hem. Euwe was onder dit al les wat nerveus geworden. Hij begaf zich omstreeks de 15en zet even naar buiten; dit geschiedde zeer onopvallend. Echter kwam de pers er wel achter. En de wild ste geruchten werden overgeseind b.v. dat Euwe de partij, waarin hij veel beter stond, had opgegeven en niet verder wenschte te spelen. In de couranten ontketende zich de vol gende dagen een geweldige storm. Men schreef óver Aljechines drankzucht in de scherpste bewoordingen. Men ver klaarde dat Aljechine stomdronken ge weest was en dat hij zich met opzet zoover gebracht had a) om beter te spelen, b) om den tegenstander te hinderen, c) om een eventueele overwinning van Euwe te verkleinen. In de buitenlandsche pers kon men le zen dat Aljechine zoo weinig macht over zich zelf had, dat hij, toen hij zettn moest, hij 't heele bord om sloeg. Aljechine meldde zich den volgenden dag ziek. Zijn dokter schreef hem eenige dagen rust voor, wegens hartaaandoening. Euwe won deze 21e partij en de stand werd 10X10^. Lasker heeft zich dus in Rusland wel voorzichtig uitgelaten. In 't zelfde blad lezen we een aardige bijdrage over de allereerste wedstrijd om 't wereldkdampioenschap tusschen de heeren Zukertort en Steinitz op 7 Februari 1886 te St. Louis in Amerika. De laatste wed strijd tusschen Euwe en Aljechine ver toont een alleropmerkelijkste overeen komst met de eerste, zoowel wat karakter als verloop van de partij betreft. Euwe heeft veel overeenkomst met Steinitz; Aljechine met Zukertort. Ook Zukertort leidde aanvankelijk met 4 1 maar ten laatste zegevierde Steinitz met 10 5 5. Partij no. 7 uit dien eersten wedstrijd verliep als volgt: "Damegambiet. Wit: Zukertort. w.: Steinitz. 1. d4 d5 2. c4 e6 3. Pc3 Pf6 4. e3 c5 5. Pf3 Pc6 6. a3 dc4 7. Lc4 cd4 8. ed4 Le7 9. 0—0 0—0 10. Le3 Ld7 11. Dd3 Tc8 12. Tacl Da5 13. La2 Tfd8 14. Tfel beter dl) 14e8 15. Lbl g6 16. De2 Lf8 17. Tdl Lg7 18. La2 Pce7 19. Dd2 Da6 20. Lg5 Pf5 21. g4. Zukertot wordt ongeduldig. Hij verzwakt zijn koningsvleugel zeer ernstig. 21Pd4 22. Pd4 e5 23. Pd5 Tel 24. Del ed4 25. Td4 Pd5 26. Td5 Td5 27. Ld5 De2 28. h3 h6? (Beter was 28 Lb2 29. Dc5 Ddlf 30. Kh2 Le5t 31. Kg2 Dd5 32. Dd5 Lc6 en wint) 29. Lc4 Df3 30. Dc3 Ddldt 31. Kh2 Lc6 32. Le7 Le5t 33. f4 Lf4 34. Df4 Dhlf 35. Kg3 Dgl. Dit geeft op. 2. 1. Oplossing der raadsels uit 't vorige nummer. Voor grooteren. Joego-Slavië. Java, Goes, vlieg, vos, lava, vaag. In Augustus en September logeeren wij altijd graag in Drente. (Indre) Zijn er kinderen ziek? Ik mis er enkele! (Isère). Ik moet naar de stad. Je weet toch, hoe weinig er in het dorp te krijgen is! (Aar en Niger). Jo komt ook logeeren. Heel gaarne is ze de gast van Tante Bertha. (Aar en Neisze). Dat jonge meisje is wel iemand met buitengewone gaven! (Onega). Een dobbelsteen. Neus Nijmegen. IJlst Maas Ezel Goud Eend Newa Voor kleineren. Een haring. Suiker. Het bed van een rivier. Een sneeuwpop. OM OP TE LOSSEN. Voor grooteren. Kruisraadsel. Op de beide kruisjeslijnen komt de naam van een stad in het Noorden van Rusland. X X X X X le rij een klinker. 2e grond om een huis in Indië of om een hoeve. 3e de grondstof der chocolade. 4e iemand, die dapper is op zee. 5e 't gevraagde woord. 6e een plaats in Noordholland, e een roofdier. Kralen rijgen. Kralen rijgen kan elk meisje wel. Maar misschien heb je het nog nooit gedaan, zooals je het hier op de teekening ziet. Voor dit werkje zijn houten kralen gebruikt, die ongeveer 2 c.M. lang zijn. Je neemt een draad, die ruim twee keer zoo lang is als de ketting dien je rijgen wilt, en doet aan elk uiteinde een naald. Daaraan rijg je vier kralen. Deze leg je neer, zooals fig. I laat zien. Nu moet de draad (B), die uit kraal 1 komt, door kraal 4 gescho ven worden, waar al een draad (A) uitkomt. (Zie fig. I). Door deze verde kraal gaan nu beide draaduiteinden, n.L één naas boven en één naar beneden, waar door de draden van plaats ver wisselen en het werk er uitziet als fig. II. Dan rijg je aan den boven sten draad (B) twee kralen (6 en 7) en aan den ondersten draad (A) één kraal (5). Zie fig. III. De draad (A) die uit deze vijf de kraal komt, moet je nu door kraal 7 schuiven, zooals het pijltje op fig. III laat zien. Als de draden dan aangetrokken worden, ziet het werk er uit als fig. IV. Nu doe je weer hetzelfde, n.1. twee kra len aan den bovensten draad (A), en één aan den ondersten draad (B). Daarna de zen draad (B) door de tweede kraal van den bovendraad (A) enz. De draden verwisselen dus steeds van onaer naar boven en omgekeerd. Duide lijkheidshalve herhaal ik nu nog even, hoe elke draad loopt. Je kunt dat volgen op teekening IV. Draad A, die aan den boven kant uit -4—5—7 uit kraal 2 komt, gaat door kraal 3- enz. Draad B, die aan den onder kant kraal 2 komt, loopt door kraal 1467 enz. Het lijkt ingewikkeld, maar als je voor den eersten keer groote kralen gebruikt en goed naar de teekeningetjes kijkt, valt het erg mee. Van houten kralen kun je een servet band maken. Als je ketting lang genoeg is, haal je de draden door het begin van h»f werk en knoop je ze daar af. Ook kun t! van houten kralen een ceintuur maken. Van kleine kraaltjes kun je zoo en armbandje of halsketting rijgen. Denk er om, dat de naald en draad twee ken door de middelste kraaitjes heen moet km, nen. Neem de kraaltjes dus niet al klein voor dit werkje. INA VAN DEVENTER. (Nadruk verboden). (Nadruk verboden.) 2. 3. 8e de naam van een maand. 9e een medeklinker. Mijn geheel wordt met 8 letters ge schreven en noemt iets, dat men in sommige gebouwen als veiligheids maatregel aantreft. 5, 3, 8, 1 is een mooi dbrp in de prov. Utrecht. Een 4, 6, 1 is een boom. 8, 2, 3, 5 is een kleur. 4, 7, 1 is niet dik. Wat 8, 3, 1, 5 is, heeft geen hoeken. Schrijf in deze 16 vakjes: 2A2E201D2G2N3R1T1W maar doe het zóó, dat je van links naar rechts en van boven naar be neden leest: 127. Oogenblikkelijk schoot Stiekeme Bert op de deur toe en schoof vlug de grendel erop. „Ziezoo", zei hij, zijn handen wrijvend, „dat zal daarbinnen warmpjes toe gaan en ik ben fijn den dans ontsprongen." 128. Pummels zag een slapende man liggen en stootte hem aan. „Hei daar mannetje, je bent er bijik zal eens even met je afrekenen". De man kwam verbaasd over eind. „Zeg 'ns, wat mankeert je? Er valt hier niks af te rekenen. Ik ben wegwerker en deed nu mijn middag dutje. Mag dat alsjeblieft?" 2. le rij een deel van je gezicht. 2e iets, waarvan we allen verschei den in ons lichaam hebben. 3e een hondennaam. 4e een hol in een berg. Welke kammen groeien in het bosch? Voor kleineren. Verborgen dieren. Moeder kwam u geregeld bezoeken, toen u ziek was. (2) Mina legde de lange en dikke boonen apart. Ik zag ansichten, maar wist niet, of u die soort bedoelde. Je moest msar een oogenblik wachten! Welke werklieden kun je maken van: Mina Nu t Meta Leras K o Rest Wat zijn de koudste bloemen? Tweemaal één viervoetig dier En de letter k Vormen saam een vogeltje. Welk dat is? Ra, ra! (Nadruk verboden). door C. E. DE LILLE HOGERWAARD. Schuchter kijken kleine klokjes Om zich heen. Het is nog guur. Bloemen wonen nog in d' aarde; Menschen zitten nog bij 't vuur. Maar de kleine, dapp're klokjes Doen als elk jaar weer hun pliu.. En zij beng'len om te zeggen: 't Blijft nu toch veel langer licht! En de kou zal eind'lijk wijken. Dan wordt 't lekker in de lucht. Hoort wel iemand, wat ze zeggen Met een stemmetj' als een zucht? Kleine, witte klokjes luiden Luiden zacht de Lente in,' Want die trouwe, dapp're boden Zyn van 't Voorjaar het begin. Zij toch wekken d' and're bloemen. Er verslaapt er zich niet één En na n tijdje zien de menschen Weer het Wonder om zich heen. Ieder Voorjaar is een Wonder Voor dengeen, die werk'lijk ziet, Maar wie d' oogen in zijn zak heeft, Die verstaat het Wonder niet! (Nadruk verboden). Moeder zei laatst tegen Vader: Mina heeft m'een kool gestoofd, Kan een tijd niet komen werken En ze had 't mij eerst beloofd! Janneman zit zoet te spelen: 't Is een puzzle, die hij legt, Maar... hy heeft toch iets versta#)*® 't Geen zijn Moeder heeft gew> 's Middags, als ze zullen eten, Kijkt hij heel teleurgesteld, Nu de groente uitgedeeld wordt. En waarom? Dat 's gauw verte». Hij is dol op kool en zegt dan: Moes, U hadt toch kool belooMJ 'k Heb u immers hooren zeggen* Mina heeft een kool gestoofd-T" CARLA HOOG. (Nadruk verboden). ||^T- C. E. DE LILLE HOGERWAARD. Jaapje zegt: Moes, als ik groot ben» Wil 'k wat van de wereld zien En ik laat een vliegtuig bouwen Heel alleen voor mij misschien. Ofhet zal een duikboot worden, 'k Duik dan heel diep ond®rn En ik neem voor vele maan mee! Mondvoorraad, dat snap Je> In de lucht of in het water, Moeder, zeg, is dat niet fU" O, nou weet ik op eens zeker, Wat of het beslist moet zyn- Watervliegtuig. Dan Varen, wat ik 't liefste doe. En ik ga floep! in een wipje Naar Australië heusch toe. Moedertje, is dat niet ecn^'w0ordJ -Maar... je zegt geen enk** Of heb je mijn toekomstplan? Heelemaal soms niet gehoo Moeder, waarom kijk Je Nu op eens zoo ernstig En hoe komt er op je wang, Plotseling zoo'n dike^traa Dan slaat Jaapje bei' zijn Om den hals van Moeder g En zegt hij: - Het aller j^ Blijf ik nog een poos by Jou' (Nadruk verboden).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 12