DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Dr. Belmonte terug uit Abessinië.
ALKMAAR-DEN HELDER v.v.
Algemeene staking in Griekenland.
C.V. Autobusdienst „NOORD-HOLLAND
No. 111
Maandag II Mei 1936
138e Jaargang
„Wij moesten met de revolver in de
hand de orde handhaven".
„Blij, dat ik er uit ben".
Gewijzigde dienstregeling, ingaande
ZONDAG 10 MEI 1936, INKORTING RIJTIJD:
Van ALKMAAR (Station)
Te HELDER (Havenhoofd)
Van ALKMAAR (Station):
Te HELDER (Havenhoofd):
Van HELDER (Havenhoofd)
Te ALKMAAR (Station)
Van HELDER (Havenhoofd)
Te ALKMAAR (Station):
Groot aantal dooden en eenige
honderden gewonden
Bloedig treffen.
Azana benoemd
tot Spaansch president.
Minister Barcia één dag premier.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: T). N. ADEMA.
Dr. Belmonte, de Amsterdamsche chi
rurg, die deel heeft uitgemaakt ,v3n de
Nederlandsche ambulance in Ethiopië,
is hedenochtend met den nachttrein uit
Parijs in ons land teruggekeerd.
Dr. Belmonte heeft op eigen gelegenheid
de terugreis gemaakt. Hij was eenige da
gen voor de anderen in Djibouti en moest
toen eenige dagen op een boot wachten.
Dien tijd heeft hij benut om een uitstapje
in Egypte te maken en vervolgens is hij met
een Fransch schip naar Marseille gereisd.
Daar is hij gisterochtend van boord ge
gaan en via Parijs naar Amsterdam ge
reisd.
Een redacteur van het Algemeen Neder-
landsch Persbureau heeft in den trein met
dr. Belmonte een gesprek gehad over zijn
lotgevallen in Ethiopië.
„Ik ben blij, dat ik er uit ben", waren de
eerste woorden van dr. Belmonte.
„Het was op het kantje af en een waar
wonder is het, dat alles voor ons nog zoo
goed is afgeloopen. Wat wij hebben moeten
verduren, is niet in enkele woorden te zeg
gen. Het was eigenlijk een groot avontuur.
Een avontuur met vele tragische en ellendi
ge kanten, maar toch een avontuur, dat ik
niet gaarne gemist zou hebben".
Dr. Belmonte gaf vervolgens een vrij uit
voerig relaas van de lotgevallen der Neder
landsche ambulance in den laatsten tijd.
Onze lezers zullen verschillende feiten reeds
weten uit de rapporten van dr. Winckel en
uit de nieuwsberichten.
Nog niet bekend is echter, hoe de ambu
lance het laatste gedeelte van den weg tus-
schen Dessie en Addis Abeba heeft moeten
afleggen.
Op ongeveer 100 K.M. ten noorden
van Addis Abeba moest een gedeelte
van de ambulance achterblijven. Er
zou echter spoedig hulp komen uit Ad
dis Abeba, doch juist in dien tijd brak
de opstand uit en barstte een ware hel
los. Achter het eerste gedeelte der te
rugtrekkende ambulance werden alle
wegen vernield en opgeblazen door het
muitende Abessinische leger en een
aantal van onze menschen zaten daar
achter.
Toen ben ik, zoo vervolgde dr. Belmonte,
naar een der hoogste regeeringspersonen in
Addis Abeba gegaan en deze heeft toen
maatregelen getroffen, dat de achtergeble
ven leden onzer ambulance langs een klein
en onbekend weggetje zijn geleid, om het
terrein, waar de opstand woedde, heen, en
op deze manier zijn wij veilig in Addis Abe
ba aangekomen. Deze tocht duurde twee
dagen.
Aan den dood ontsnapt!
Wij moesten weg uit Dessie. Men zal zich
in Holland wel eens afgevraagd hebben,
waarom het Roode Kruis niet rustig in Des
sie is gebleven en zijn diensten aan de Ita
lianen heeft aangeboden. Dit was echter
onmogelijk. Op het allerlaatste oogenblik
zijn Wij uit Dessie weggegaan. Waren wij
eenige uren langer gebleven, dan zou de
geheele ambulance uitgemoord zijn door de
muitende Abessiniërs.
Niemand was er dan levend afgekomen.
De kogels floten om onze ooren en zelf
heb ik mijn leven aan een toeval te danken.
Door een kogelregen naar ons kamp.
Onze laatste avond in Dessie is de meest
dramatische in mijn leven geweest.
Ik was in het Amerikaansche hospitaal,
een half uur van het onze verwijderd. Ook
daar was men bezig het ambulancewerk te
liquideeren om zich terug te trekken. De
auto, waarmede men zou vertrekken, had
echter niet voldoende benzine meer. Ik bood
onmiddellijk aan benzine uit ons kamp te
geven. Van mijn kant had ik dan het voor
deel, dat de auto mij tegelijk naar ons basis-
hospitaal zou brengen.
De duisternis was gevallen en het rooven
en plunderen der Abessinische muiters was
in vollen gang.
De inlandsche chauffeur durfde niet
naar het Nederlandsche hospitaal te
rijden. Wij hebben hem toen uit de auto
verwijderd en een Europeaan heeft zijn
plaats ingenomen. Ik zat naast den chauf
feur met mijn revolver in de hand.
Op de vrachtauto hadden wij een ma
chinegeweer opgesteld en op deze wijze
zijn wü door een regen van kogels naar
ons kamp gereden.
Dat niemand onzer gewond of gedood
is, begrijp ik nog niet.
De tocht zelf was ellepdig. Er heefsch-
te een paniek. Overal zagen wij vech
tende en moordende Abessiniërs, men
schen die zich in wanhoop voor de
auto's wierpen, die in ravijnen spron
gen. Het was of alle booze machten der
hel in dit land losgebarsten waren.
Misleidende mededeelingen.
De kroonprins heeft ons goed behandeld.
Hij heeft mij een dag tevoren gewaar
schuwd en gezegd, dat het niet goed zou
afloopen en dat het beter was heen te
gaan. Maar de mededeeling van zijn secre
taris misleidde ons in de hoogste mate.
Enkele minuten voor bovenbedoeld ge
sprek met den kroonprins verzekerde zijn
secretaris ons n.1., dat er niets aan de hand
was, en eenige uren na bovenbedoelde
kroonprinselijke waarschuwing werd door
de Abessinische regeering medegedeeld, dat
er geen gevaar dreigde.
De misleiding, waaraan wij blootgestaan
hebben van de zijde van de hoogste regee
ringspersonen is een bron van veel ergernis
en veel ellende geweest.
Een laf en leugenachtig volk.
Maar wat wil men, zoo vervolgde dr. Bel
monte, de Abessiniërs zijn in den grond een
lafhartig en leugenachtig volk. Ze zijn ka
rakterloos en hebben geen gevoel voor orde
en tucht; daarbij is met enkele hooge uit
zonderingen na een ieder analphabeet, en
van een verbluffende onkunde tegenover
technische zaken.
Onze muildieren kwijt.
De kroonprins zeide mij persoonlijk, dat
wij uit Dessie weg moesten, maar tegelijker
tijd requireerde hij al onze muildieren. Toen
ik hem daarop wees, beweerde hij dat zulks
onmogelijk was, maar de muildieren kregen
wij niet terug. Hij kon er niet een missen.
Zelfs inlandsche paters niet veilig,
Niemand is daar te vertrouwen en zelfs
de paters Lazaristen, die daar reeds 15 jaar
in Dessie wonen, waren niet eens veilig.
Deze mannen zijn daar gebleven. Zij spra
ken de taal en er waren ook enkele priesters
bij hen die tot de opstandige benden behoor
den. Ook deze vertrouwden zij, doch erg ge
rust waren zij niet. Mocht de nood aan
den man komen, zoo vertelden zij ons, dan
hebben wij onder de bevolking nog vele
vertrouwde discipelen die ons wel zullen
verbergen.
Men leeft nog geheel in de Middel
eeuwen.
Het land leeft nog volkomen in de Mid
deleeuwen, zoowel wat techniek en bestuur
als wat hygiëne betreft. Een röntgen-appa-
raat, een orthopeadische tafel, als de Neder
landsche ambulance bezat was er in geheel
Ethiopië niet. De communicatie is ongeloof
lijk slecht. De watervoorziening is allertreu
rigst. Als u bedenkt dat wij maanden lang
onze tanden met thee hebben moeten poet
sen omdat het water er niet was of niet te
vertrouwen, dan zult u wel begrijpen hoe
de toestand was.
De vliegtuigen brachten paniek
stemming.
Ik heb het, de omstandigheden in aan
merking genomen, vrij goed gehad. In het
basishospitaal leefden wij heel behoorlijk,
in tegenstelling met onze landgenooten, die
verder waren getrokken. Alleen de vliegtui
gen brachten de menschen in een paniek
stemming.
Den laatsten dag in Dessie moesten wij
met de revolver in de hand de orde op de
zaal handhaven.
Later bleek, dat de Italianen onze ambu
lance zeer goed konden onderscheiden en
deze ook spaarden. Maar stel u voor, een
operatie en dan een bombardementsvlieg
tuig over de tent, op ongeveer 80 meter
hoogte.
Groote bewondering heb ik voor dr. Mel-
ley en zijn overlijden heeft mij diep ge
schokt. Voor ons heeft hij veel gedaan.
Een tweede slachtoffer.
Een even treurig ongeval is dr. Stadion
overkomen, een vrouwelijke Amerikaansche
missie-arts, die veel met ons gewerkt heeft.
Tal van keeren is zij als operatie-zuster op
getreden. In Addis Abeba is zij bij de plun
dering door een verdwaalde kogel gedood.
Een eere-saluut breng ik ook aan haar.
Beiden zijn nog op het laatste oogenblik
het slachtoffer van hun plicht geworden.
Toestand voor land en volk nu niet
tragisch.
De journalist vroeg dr. Belmonte's mee
ning nog over Abessinië en de toekomst van
het land, nu het door de Italianen is over
meesterd.
„U moet niet denken, dat de Abessiniërs
het zelf zoo tragisch opnemen. Waar zij het
goed hebben, is hun vaderland en onder
Europeesche leiding kan van het rijke land
ii
7.10
7.45
8.45
9.45
10.45
12.45
13.45
8.45
8,35
9.55
10.55
12.10
13.55
*14.55
14.45
15.45
16.45
17.45
18.45
20.45
16.10
17.10
17.35
18.55
19.55
21.55
7.10
8.40
9.10
10.25
12.10
13.25
14.10
8.20
9.40
10.40
11.35
13.35
14.35
15.35
15.25
16.10
17.40
18.25
19.25
20.25
16.35
17.35
18.40
19.35
20.35
21.35
nog veel profijt getrokken worden. Een
groot kapitaal is voor alles noodig om de
mineralen uit den bodem te halen, maar
daarnaast is er ook voor landbouw en vee
teelt veel te bereiken. En dan niet te verge-
ten: het tourisme. Ik ken geen land, dat zoo
geschikt is voor sightseeing als Abessinië,
dat voor de Europeanen van een geheel bij
zondere en ongekende schoonheid is.
Ook wetenschappelijk werk verricht.
Ondanks alle misère hebben wij toch nog
wetenschappelijk werk kunnen doen. In
Abessinië is rheumatiek zeer verbreid en de
opvatting is algemeen, dat dit een gevolg is
van syphilis.
Wij zijn echter op grond van de resul
taten der therapie tot andere conclusies ge
komen, welke wij te zijner tijd zullen uit
werken.
Alles verloren.
Van de uitrusting onze ambulance, waar
wij zoo trotsch op waren, is bijna niets
gered, alleen de administratie en het portret,
dat de prinses ons heeft geschonken.
Wat er van het overige terecht zal komen,
weten wij niet. Wij zullen echter maar niet
op veel rekenen.
Het ging er rauw toe, zoo besloot dr. Bel
monte zijn relaas, maar ik had het toch niet
willen missen.
Dr. Belmonte te Roozendaal.
Dr. Belmonte werd in Roozendaal door
den heer B. W. de Kan ter namens het
hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode
Kruis welkom geheeten.
De heer de Kanter vroeg, of dr. Belmonte
Vrijdagochtend de vergadering van het
dagelij ksch bestuur van het Roode Kruis
zou willen bijwonen.
Dr. Belmonte zeide, er voor te zorgen
aanwezig te zullen zijn, doch hij moest weer
tijdig in Amsterdam zijn.
„Om 1 uur heb ik spreekuur", voegde hij
er ter verontschuldiging aan toe.
„Neem maar eens een week vacantie" ad
viseerde de heer de Kanter hem toen vader
lijk.
Opnieuw is Saloniki, een den centra
van de Grieksche tabaksindustrie, het
tooneel van ernstige stakersonlusten
geweest, waarbij 15 personen gedood
en 50 gewond werden. De staking der
tabaksarbeiders is uitgegroeid tot een
algemeene staking. De regeering heeft
daarop den staat van beleg afgekon
digd.
Na groote vechtpartij met de politie was
de toestand in den loop van den nacht
steeds ernstiger geworden en toen kwamen
de stakers in openlijk verzet. Zij maakten
zich meester van een aantal kerken en be
gonnen de klokken te luiden, waardoor de
opwinding onder de bevolking nog toe
nam.
In een der wijken van de stad kwam het
tot een waren veldslag tusschen stakers en
politie. De arbeiders hadden barricaden op
geworpen en werden geholpen door tram-
en spoorwegpersoneel, dat ondanks het mo-
bilisatiebesluit toch in staking was ge
gaan. Pas tegen den middag slaagde de
politie er in, den toestand meester te wor
den. Onder de 15 personen, die bij het ge
vecht gedood zijn, bevonden zich twee
vrouwen.
Ook in de havenwijk hebben zich ernsti
ge ongeregeldheden voorgedaan.
's Middags slaagde de politie er met de
hulp van troepen in, de orde te herstellen.
Nadat de staat van belegd was afgekon
digd, trokken sterke afdeelingen politie
door de stad en gaven het bevel, de ven
sters te sluiten, terwijl infanterie-troepen
de wijken, waar de stakers wonen, afzet
ten. Op verschilende punten der stad staan
snelvuurkanonnen en mitrailleurs opge
steld. Afdeelingen cavalerie en tanks pa
trouilleeren door de straten.
Het Atheensche blad „Vradyni" spreekt
zelfs van 30 dooden en 200 gewonden bij
de vechtpartijen.
De gouverneur der stad verklaarde gister
middag, dat hij met den minister-president
overeengekomen was, de orde tot iederen
prijs te zullen handhaven.
De ernst van het gebeurde heeft te Athe
ne diepen indruk gemaakt. De minister
van Verkeer heeft medegedeeld, dat na de
bekendmaking van het mobilisatiebesluit
tal van stakers bij de spoorwegen het werk
hervat hebben.
Zondag scheen de stakingscrisis in Noord-
Griekenland, die, zooals bekend, op 23
April is aangevangen, doordat de eischen
der tabaksarbeiders in zake loonsverhoo-
ging niet werden ingewilligd, in zooverre
iets van zijn omvang te hebben verloren,
dat de 24-urige sympathiestaking van het
spoorwegpersoneel was afgeloopen, zoodat
Metaxas,
de Grieksche min.-president.
de arbeiders van het bedrijf in kwestie, op
weinige uitzonderingen na, aan den oproep
tot algemeene mobilisatie gehoor gaven.
Een ernstige complicatie heeft thans ech
ter den toestand kritieker doen worden:
naar aanleiding van de bloedige gebeurte
nissen, die zich Zaterdag te Saloniki heb
ben afgespeeld, is, nadat langdurige on
derhandelingen waren mislukt, met ingang
van Maandagmorgen 5 uur een staking af
gekondigd voor alle werklieden in geheel
Griekenland.
Bij de ongeregeldheden, die zich gisteren
hebben voorgedaan, zijn acht dooden en
achttien gewonden gevallen. De dooden
werden des avonds in alle stilte begraven,
ten einde incidenten te vermijden. De sta
kers laten n.1. geen gelegenheid voorbijgaan
om een betooging te houden. Zoo hebben
gistermorgen tienduizenden personen, waar
van velen kransen en bloemen medebrach
ten, op de Grieksch-Katholieke en Joodsche
kerkhoven de symbolische begrafenis bijge
woond van de slachtoffers der troebelen, en
zich later in de binnenstad vereenigd, om
een geweldige meeting te houden.
De liberalen hebben Sophoulis verzocht
een hoogen officier naar Saloniki te zenden
ten einde een grondig onderzoek in te stel
len naar de tragische gebeurtenissen en
met groote gestrengheid tegen de schuldi
gen op te treden. Zij verklaren, dat de poli
tie het hoofd heeft verloren en tegen de on
gewapende stakers onnoodig hard is opgetre
den, en zij verlangen, dat de politiechef zal
worden ontslagen en maatregelen zullen
worden genomen tot steun voor de achter
gebleven betrekkingen der slachtoffers.
Den geheelen Zaterdagavond werden te
Saloniki besprekingen gevoerd tusschen re
geering en stakersafgevaardigden. Laatstge
noemden handhaafden hun oorspronkelijke
looneischen en verlangden bovendien het
aftreden van den gouverneur en den prefect
van politie te Saloniki, voorts strafmaat
regelen tegen de politieagenten, schadeloos
stelling van de slachtoffers der incidenten
en in vrijheidsstelling der gearresteerde sta
kers. Uit een door de regeering gepubliceerd
communiqué blijkt echter, dat .de besprekin
gen volledig schipbreuk hebben geleden.
Den arbeiders wordt er in verweten, dat bij
hun het behartigen van de belangen der ar
beidersklasse niet op den voorgrond staat,
doch dat zij hun zgn. martelaarschap willen
uitbuiten. De regeering verklaarde zich be
reid, een diepgaand onderzoek in te stellen
en de gearresteerde tabaksarbeiders vrij te
laten doch zeide zich niet te kunnen verbin
den, alle gearresteerde stakers in vrijheid te
stellen en genoodzaakt te zijn, het mobilisa
tiedecreet voor de arbeiders van spoor en
tram te handhaven. „Niettemin", aldus ver
zekerde zij, „staan wij nog steeds met groote
welwillendheid tegenover de arbeiders, doch
deze zullen goed doen, zich niet door oproe
rige elementen te laten medesleepen".
Voorloopig zijn te Saloniki in totaal 20
dooden en 152 gewonden (waarvan 32 ern
stig) gevallen. De regeering had uitgebreide
maatregelen genomen om de orde te hand
haven en zelfs verzekerd den toestand ge
heel in handen te hebben. Vier torpedo
jagers kwamen Zondag te Saloniki aan. De
lichtvoorziening was verzekerd, terwijl eeni
ge winkeliers hun deuren weer hadden dur
ven openen. Ondanks alle maatregelen van
regeeringswege was echter onder de arbei
ders de grootste opwinding blijven heer-
schen, zoodat de afkondiging der algemeene
staking toch niet geheel onverwacht kwam.
Men verneemt verder, dat de Grieksche
premier, Metaxas, na de bekendmaking door
de vakvereenigingen de betrokkenministers
heeft bijeengeroepen voor een bespreking,
waarin de tot handhaving van de orde te
nemen maatregelen onder oogen werden
gezien. Ook de prefect van politie te Athene
nam aan deze bespreking deel
Zondagavond heeft Metaxas een verkla
ring afgelegd, waarin hij zeide, dat Maandag
alle bijeenkomsten in en buiten de stad zul
len zijn verboden, terwijl bioscopen en
schouwburgen speciale vergunningen zullen
moeten hebben. Verder verklaarde de pre
mier het te betreuren dat in een voor het
land zoo moeilijken toestand een algemeene
staking uitbrak en de werklieden de voor
stellen hadden afgeslagen. Hij voegde er
aan toe, dat de onderhandelingen' te moeilij
ker waren, daar het hier geen werkelijke
vertegenwoordigers der arbeiders betrof.
Metaxas heeft de mobilisatie van alle
spoorwegbeambten afgekondigd, zoodat deze
noch aan de staking, noch aan de demon
straties zullen kunnen deelnemen.
Het vakverbond van Athene heeft Metaxas
medegedeeld, dat de bakkers niet zullen sta
ken. Een deel der taxi-chauffeurs te Athene
zal dit voorbeeld volgen.
Azana
De Spaansche premier Manuel
Azana is met 754 van de 864 stem
men, die door de compromisarios
de kiesmannen van den president
en de Cortes te zamen werden uitge
bracht, geroepen tot het president
schap van de Spaansche republiek.
De candidaten Lerroux, Caballero
en Primo de Rivera behaalden ieder
een stem, terwijl op Gonzalez Pena
twee stemmen werden uitgebracht.
Alle andere stemmen waren blanco.
Azana heeft zijn benoeming aan
vaard.
Een korte zitting van den ministerraad
werd gehouden, waarin de president ad
interim Barrios den oudsten minister, den
minister van Buitenlandsche Zaken Barcia
met de vorming van een nieuw kabinet
belastte, dat gelijk zal zijn aan het minis-