DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Uit den Alkmaarschen Raad.
No. 116
138e Jaargang
Het ie te vreezen, dat de hekkensluiter van het Sportpark niet de
hekkensluiter geweest is van alle ambtenaren, die nog
om verhooging van salaris zullen vragen
Als de Muziektuin niet drukker bezocht wordt, zal de pachter
zelf er nog eens den kraaienmarsch moeten blazen.
Er bestaat, na deskundig onderzoek, alle hoop, dat de Groote Kerk niet
zal instorten voor de ministers, die de verdeeling der restau
ratiekosten bespreken, het samen eens zijn geworden.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
en feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur: C. KRAK. Zaterdag 16 Mei 1936 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Laten wy beginnen te memoreeren, dat
de burgemeester by den aanvang der zit
ting terwijl alle raadsleden zich van hun
zetels verhieven een woord van dank en
waardeering heeft uitgesproken voor wijlen
den heer Dr. J. Postma, directeur onzer Ge
meentelijke Handelsschool, die na een korte,
maar hevige ziekte zoo onverwacht zijn
werkzaamheden heeft moeten staken.
Terecht werd hij geschetst als een stoere
werker, die veel van anderen, maar ook van
zichzelf eischte, die de belangen van het
handelsonderwijs en speciaal van de hem
toevertrouwde school op zoo eminente wijze
gediend heeft en die door zijn hoogstaande
karaktereigenschappen door allen die hem
gekend hebben in dankbare herinnering
wordt gehouden.
Door zijn ontydigen dood heeft Alkmaar
Inderdaad een zijner beste, meest toegewij
de en zeldzame eigenschap in dezen tijd
een zijner bescheidenste ambtenaren ver
loren.
De Raad is zoo menigmaal gekenschetst
als een hoogst ernstig college, wiens leden
als het ware zwaar van gedachten over het
gemeenschapsbelang ter vergadering togen,
wier.'weloverdachte woorden vol wijsheid
waren en wier daden dan ook door een
stenograaf voor het boek der stedelijke
historie moesten worden opgeteekend opdat
latere geslachten daarvan nog met bewon
dering zouden kunnen kennis nemen.
Dat ziet er heel gewichtig uit, maar dat
is ten slotte allemaal theorie.
De werkelijkheid is, dat iedere man een
volwassen kwajongen is en dat het den een
beter gelukt dat voor de buitenwereld te
verbergen dan den ander.
Zoo nu en dan wordt de lust om die kwa
jongen nog eens eventjes de baas te laten
spelen zelfs een raadslid blijkbaar te mach
tig en zoo konden wij in de jongste verga
dering weer meemaken, dat de heer
Stoutjesdijk een stem kreeg als leeraar in
het Engelsch aan de Handelsschool en dat
de heer Govers door den een of anderen
grappenmaker als curator van het Stedelijk
Gymnasium werd aangewezen.
Wy nemen geen oogenblik aan, dat
zooals booze tongen beweren deze raads
leden op zichzelf gestemd hebben. Er schuilt
natuurlijk onder de leden de een of andere
gast, die omdat de stemming toch geheim
is, door dergelijke grapjes den Raad in een
vroolijke bui tracht te brengen en hoewel
ook dit natuurlijk zijn goede zijde heeft,
mogen wij ons toch afvragen of in het alge
meen by stemmingen waar het soms op
één enkele stem aankomt dergelijke, we
zouden haast zeggen kinderlijke, verrassin
gen wel op hun plaats genoemd kunnen
worden.
De congierge van het Sportpark had te
weinig salaris en het was gelukkig voor
hem, dat hy er niet alleen zoo over dacht,
maar dat ook B. en W. en de meeste raads
leden van die opinie waren.
Daardoor maakte hij een goede kans zijn
inkomen te vergrooten en B. en W. hebben
in een bijlage uitvoerig uiteengezet wat
deze man, niet alleen op gewone dagen,
maar ook nog op Zon- en feestdagen zoo
allemaal te doen heeft, waarbij er de na
druk op werd gelegd, dat hij 's morgens en
's avonds de hekken van het Sportpark moet
sluiten. Men zei, dat hij hetzelfde salaris
moest hebben als de portier van het Zieken
huis en blijkbaar niet alleen omdat deze
door zijn functie ook op het sluiten van deu
ren en hekken is aangewezen.
De heer Stoutjesdijk vond, dat men s
mans werkzaamheden wel wat breed a
uitgemeten en dat het sluiten van hekken
geen zwaar werk is, maar het bleek alras,
dat niet op het sluiten de grootste nadruk
moest worden gelegd maar op het tyds ip
waarop werd gesloten. Het Sportpark wor
steeds meer gebruikt en de tijdstippen waar
op de congierge de hekken moet openen en
dichtdoen, liggen steeds vroeger in den mor
gen en later in den avond, zoodat de hekken
eigenlijk meer by een symbolische voorstel
ling van zaken behoorden en het openen en
sluiten daarvan de momenten zijn waar-
tusschen deze werker zijn volle arbei s-
kracht aan de gemeenschap heeft te geven.
Het medelijden met dezen zwaar beproe
de was dan ook algemeen en zelfs de heer
Stoutjesdijk liet zich overtuigen, dat hier
iets was goed te maken zoodat tot verhoo
ging van salaris werd besloten.
De Stadsautobusdienst had weer een te
kort, dat ditmaal over de 4000 besomd
werd en den Raad werd als gewoonlijk
verzocht dit maar weer te betalen. Maar
de Raad, die langzamerhand van deze dure
exploitatie genoeg heeft gekregen, was niet
meer zoo argeloos en bereidwillig als vroe
ger. Er waren thans tal van op- en aanmer
kingen op de exploitatierekening en men
was er door verhooging van de rente voor
de deposito-gelden zelfs in geslaagd het ver
liessaldo tot ongeveer 3250 terug te bren
gen.
Men was over de verkregen inlichtingen
nog allesbehalve tevreden, er werden inzake
den benzineprijs en het gebruik van stads-
gelden voor andere busdiensten allerlei ver
moedens geuit, die niemand ten slotte kon
bewijzen en waarover men dan ook maar
heen gestapt is.
De bus rijdt althans op stadskosten
thans op haar laatste wielen en met de ge
dachte, dat men vele jaren aan deze kost
bare exploitatie meer betaald heeft dan
noodzakelijk is geweest, heeft men na het
laatste bedrijf van dit busdrama het doek
laten vallen.
Wanneer in de laatst verloopen ja
ren, het taxibedrijf terwille van deze bus
sen, niet zoo stelselmatig klein gehouden
was, zou het stadsverkeer reeds lang een
geheel ander karakter hebben gekregen en
had men in deze toch al zoo moeilijke tij
den duizenden guldens voor onze schatkist
kunnen besparen.
De minister wenscht op elke 300 werkloo-
zen een controleur en Alkmaar verkeert
reeds in de droevige omstandigheid, dat
men hier bijna vier-en-een-halven contro
leur moet hebben.
Gelukkig neemt de minister nog met drie
genoegen en de behandeling van de vraag
wie er nu nog aangesteld en opgeroepen
zouden worden heeft er op gewezen, dat
deze ambtenaren allesbehalve zeker van
hun bestaan zijn.
Volgens wethouder van Slingerland zyn
er al twee controleurs en behoeft men dus
alleen maar den derden den hoofdcon
troleur op te roepen.
De heer Van Drunen zou er drie willen
oproepen en de wethouder had daartegen in
zooverre geen bezwaar, dat de reeds aan
wezig zijnde dan mee konden solliciteeren
en dus automatisch in het bezit van het ver
hoogde salaris zouden komen.
De heer Van Drunen en zijn fractiegenoo-
ten waren daar niet voor en het is vanzelf
sprekend, dat men dan veel eenvoudiger
deze menschen maar direct het nieuwe sa
laris kan presenteeren.
Evenwel, er bleek voor deze ambtenaren
een zoogenaamd rouleeringssysteem te be
staan, een vrij gevaarlijke beweging aange
zien het al eens was voorgekomen, dat er
een ambtenaar heelemaal weggerouleerd
was. Dit schijnt juist een bijzonder goede te
zijn geweest en de soc.-dem. wilden hem
dan ook gelegenheid geven mee te sollici
teeren. Vandaar blijkbaar de drie oproepin
gen met het gevaar natuurlijk, dat dan een
van de thans in functie zijnde ambtenaren
weggereorganiseerd zou worden waarvoor
de wethouder niet te vinden was.
Aan den te benoemen hoofdcontroleur
wordt de eisch gesteld, dat hy nimmer zelf
steun heeft genoten, wat men in Den Haag
blijkbaar als iets oneervols beschouwt, maar
dat in dezen tyd den beste kan overkomen.
Bovèndien, wie zou er beter op de hoogte
zijn van alles waarop hij heeft te letten als
een man, die de faits et gestes kent van zoo-
velen hunner die hij thans krijgt te contro-
leeren.
Het voorstel-van Drunen werd tenslotte
met 12 tegen 7 stemmen verworpen en men
besloot omdat ieder hoopte, dat deze
ambtenaren zoo spoedig mogelijk overbodig
zullen blijken den uitverkorenen voor-
loopig slechts een tijdelijke aanstelling te
geven.
De heer Appel is een man, die gemakke
lijk spreekt en niet schroomt, wanneer de
gelegenheid daarvoor gunstig is, propaganda
voor zijn beginselen te maken en den Raad
ervan te overtuigen, dat het maatschappelijk
stelsel waaronder wij leven absoluut uit den
tijd is.
Wij willen niet zeggen, dat de resultaten
van deze propaganda in den Raad tot dus
ver bijzonder opmerkenswaardig zijn ge
weest, maar het is een feit, dat vooral de
heer Woldendorp zich in de laatste raadszit
ting tegen elke loonsverlaging en voor ne
geering van alle mogelijke regeeringswen-
ken verklaarde, dat zelfs de heer Hoytink
niet thuis gaf toen de minister met een per
soonlijke boodschap op zyn deurtje klopte,
dat een man als de heer Vogelaar het er op
waagde den minister maar eens te laten
zien, dat Alkmaar niet van plan is om alles
te slikken en dat de meerderheid van den
Raad zich tegen het voorstel van B. en W.
verklaarde om opnieuw een hap uit de po-
litiesalarissen te nemen.
Men vond het nu welletjes, behalve mr.
Leesberg, die er op wees, dat wij van de
regeering een tegëmoetkoming van 293.000
gevraagd hebben en dus allesbehalve in de
positie verkeeren om een hooge borst op te
zetten. Wethouder van Slingerland gaf hem
aan alle kanten gelyk en de heer Vogelaar
viel hen in zooverre by, dat hij een hooge
borst in dit geval niet noodzakelijk oor
deelde.
Waar het op neer komt is tenslotte alleen
dit, dat men Den Haag eens moet toonen,
dat, hoe arm en afhankelijk men ook is,
men niet bereid is een categorie ambtena
ren door dubbele korting het leven ondra
gelijk te maken en de onomkoopbaarheid
van onze politie-agenten op een al te zware
proef te stellen.
Dat zal den minister nu eens precies ge
zegd worden en dat is natuurlijk allemaal
mooi, maar de wethouder van financiën is
een practisch mensch en heeft nu reeds
voorspeld, dat er binnenkort wel een ko
ninklijk besluit zal arriveeren waarbij de
hooge borsten van niet minder dan zestien
onzer raadsleden in een minimum van tyd
tot hun normale proporties ineen zullen
krimpen.
Hetzelfde speelde z<ch,af bij het voor
schrift der regeering,dat het loon in werk
verschaffing van 0.36 op 0.34 per uur te
rug gebracht dient te worden. De heeren
Appel en Woldendorp zouden het den minis
ter wel weer eens even vertellen, maar zelfs
de S.D.A.P. zag geen nut in een vechten te
gen de bierkaai, wilde den subsidie
niet in gevaar brengen en stelde daarom
noodgedwongen voor om aan 's ministers
wenschen maar gevolg te geven.
De heer Appel klapte met de politieke
zweep en beweerde, dat de soc.-dem. princi
pieel voor arbeidsverslechtering van de
minst kapitaalkrachtigen zijn, maar wij le
ven niet meer in den tijd dat dergelijke
zweepslagen de roode broeders als duiveltjes
uit doosjes uit hun stoelen deed springen.
Men liet den heer Appel klappen en zal er
den minister alleen maar op wijzen, dat
door deze regeling sommige werkloozen
meer in den steun krijgen dan zij in werk
verschaffing kunnen verdienen, wat geens
zins de bedoeling van de regeering kan zijn
Met de stemmen van den heer Appel en
zyn geestverwant tegen werd besloten maar
weer te berusten en af te wachten wat er
van zal komen.
Er is een tijd geweest we schreven
toen 1923 dat men Alkmaar een nieuwe
attractie in den vorm van een Muziektuin
wilde geven. Die tuin was ruim een halve
H.A. groot en er was in en buiten den Raad
niemand, die er aan dacht, dat wij daardoor
een mooi stukje van den Alkmaarschen
Hout moesten prijs geven.
De tuin kwam er en werd op 6 Mei 1923
door Mr. Leesberg en burgemeester Wende-
laar feestelijk geopend.
,Het zingt in ons", zeide mr. Leesberg in
de openingsrede, „dat wy met gemeen
schappelijke krachten en energie ons geliefd
Alkmaar hebben kunnen vereeren met het
Muziekpark, dat aan onze voeten ligt en
men heeft in Alkmaar reeds van ouds deze
plaats van natuurschoon bepaald om het
best de muziek tot uiting te doen komen".
Dat was in den tijd, dat er nog blijde
klanken gehoord werden, maar de crisis
kwam en ook de radio en die beide hielpen
mede om den Muziektuin te ontvolken, zóó
zelfs, dat er ten slotte nog slechts met
moeite een pachter gevonden werd, die
hierin een bestaantje durfde zoeken. De be
langstelling voor den Muziektuin is ver
flauwd en het heeft dit jaar nog maar een
haartje gescheeld of ook aan het gratis con
certeeren van onze divrse corpsen zou een
einde zyn gekomen.
Wy hebben het altijd, naast crisis en
radio, als een der groote oorzaken van deze
verminderde belangstelling beschouwd, dat
men te weinig propaganda voor dezen tuin
gemaakt heeft. Ziehier een schitterende ge
legenheid om bij een rustig zitje van zang
en muziek en bovenal van de natuur te ge
nieten. Ziehier een tuin zooals er weinige in
den lande worden gevonden, een gemeente
lijke instelling, die bovenaan moest staan in
het lystje der Alkmaarsche bezienswaar
digheden en die men willens en wetens zoo
erstopt, dat geen vreemdeling ze kan op
merken.
Met groote moeite heeft de pachter ge
daan gekregen, dat er zoo nu en dan eens
een kleine verbetering mag worden aange
bracht en de Alkmaarsche Raad, die in 1923
geen bezwaar had meer dan een halve H.A.
af te staan, kan thans niet gedoogen, dat er
enkele boomen geveld of enkele boschjes
uitgedund worden om den Muziektuin zicht
baar voor de voorbijkomende vreemdelin
gen te maken.
Er is geen aannemer, die een huis zal
bouwen en zich tegen het maken van een
deur zal verzetten, maar de tegenwoordig
Raad van Alkmaar schept wel een muziek
tuin, maar wenscht daarna geen gelegenheid
tot een behoorlijke entree naar den Kenne-
merstraatweg te geven. Men wil den Hout
sparen en particulieren geen concurrentie
aandoen, maar dan had men geen muziek
tuin moeten maken.
De tuin is er en de gemeente heeft nu den
plicht alles in het werk te stellen om ze zoo
bekend en rendabel mogelijk te maken.
De oorzaak van al deze besprekingen was
een interpellatie Van Drunen, waarbij B. en
W. ter verantwoording werden geroepen,
omdat de pachter een stukje aangrenzend
terrein, dat zuiver afscheiding was, van het
struikgewas ontdaan had om er een paar
stoelen en tafeltjes neer te zetten in de
hoop, dat de tuin daardoor van de zy'de van
den straatweg meer de aandacht der passee
rende vreemdelingen zal trekken.
Deze misdaad diende gestraft te worden
en de heer van Drunen wilde zelfs alles
weer in den oorspronkelijken toestand laten
herstellen. Gelukkig heeft de meerderheid
van den Raad zich daartegen verzet, de heer
Govers vond de verandering nog zoo slecht
niet en de heer Grondsma, die een koopman
met ervaring is, zou den tuin heelemaal tot
den Kennemerstraatweg willen doortrek
ken, wat werkelijk niet onverstandig zou
zyn.
Waar overal gelegenheden als deze zoo
aantrekkelijk mogelijk worden gemaakt
wordt onze muziektuin angstvallig verbor
gen gehouden met het motief, dat er geen
boompje en geen struikje meer gerooid mag
worden en wethouder Klaver heeft allerlei
gevallen aangehaald, waarin particulieren
of Westerlicht dat geenszins Den Hout
ontsiert veranderingen wenschten, die
het aanzien van den Hout konden schaden.
Ten slotte is de Muziektuin geen particu
liere inrichting, maar een kostbaar bezit
der gemeente en wy gelooven, dat niet al
leen de vreemdelingen maar ook de Alk-
maarders zelf er niet het minste bezwaar
tegen maken als de ingang naar den Kenne
merstraatweg verplaatst wordt en men daar
op een mooi terras een uniek buitenzitje
zal kunnen vinden.
Mr. Leesberg, die in 1923 den tuin een
oord van lust en ontspanning noemde, mag
zich zeker niet scharen aan de zijde der
commissie-leden, die door klein gedoe den
schijn wekken, dat zij groote gemeentelijke
belangen behartigen.
Laat men, als men geen Hout genoeg
heeft, de nuttelooze gevangenis opruimen
en het terrein daar in den oorspronkelijken
toestand brengen. De betrokken wethouder
en zijn commissie, die thans elk struikje
rond den Muziektuin angstvallig willen
sparen, schaden het gemeentebelang en
werken er willens en wetens toe mede, dat
een onzer mooiste stedelijke scheppingen
onbekend is en niet te exploiteeren zal
blijken.
De heer Van de Vall heeft op het merk
waardige feit gewezen, dat er aan het poli
tiebureau byna uitsluiten r.k. arbeiders te
werk worden gesteld en meende terecht,
dat zooiets bij bouw met gemeenschapsgeld
niet zal mogen gebeuren.
Al waren de cijfers, welke wethouder Van
Slingerland ter tafel bracht ietwat minder
verontrustend, toch is inderdaad gebleken,
dat hier een selectie wordt toegepast, die
hoogst betreurenswaardig mag heeten.
Wij willen niet zoover gaan als de heer
Appel en alles aan ongeoorloofde inmenging
van een ambtenaar van de Arbeidsbeurs
wijten en wij weten ook wel, dat de aan
nemer ten slotte vrij is in het uitzoeken van
zijn werkkrachten, maar het zal zeker geen
kwaad kunnen, dat door B. en W. te be-
voegder plaatse op deze onbehoorlijke
selectie eens de aandacht wordt gevestigd.
Het bleek, dat iets dergelijks ook by an
dere werkzaamheden met gemeenschaps
geld b.v. bij den bouw van Rochdale
maar dan natuurlijk tegen arbeiders van
een andere geloofsovertuiging was voor
gekomen en wij zijn het met den heer Ap
pel eens, dat iedere bouwvakarbeider, on
geacht wat hij gelooft, in staat gesteld dient
te worden zijn brood te verdienen. Dat men
by den bouw van „Westerlicht" of b.v. van
een kerk eigen geloofsgenooten uitzoekt, is,
zooal niet steeds te verdedigen, toch te be
grijpen, maar een politiebureau is ten slotte
een plaats waar niet alleen agenten van
diverse politieke pluimage zullen zetelen,
maar ook overtreders van zeer verschillen
de geloofsrichtingen tijdelijk gedeponeerd
zullen worden, het is een plaats waar aller
minst naar geloof en politieke richting zal
worden gekeken en er is dan ook geen en
kele reden, dat er alleen maar r.k. arbeiders
aan mogen werken.
De heer Grondsma heeft er aan herinnerd,
dat het Rijk het vorig jaar 230.000 be
schikbaar stelde voor restauratie van de
Groote Kerk en dat er niet minder dan
430.000 beschikbaar zouden zyn, als Alk
maar een bedrag van 60.000 wilde votee-
ren.
B. en W. gingen daarop met blijdschap in,
maar de vakbonden, die in werkverschaf
fing moesten werken, adresseerden en de
wethouders maakten plotseling een poli
tieke duikeling en waren onder de door den
minister gestelde voorwaarden even spoedig
tegen de restauratie als zij er zich eerst
vóór verklaard hadden.
De heer Grondsma hekelde de houding
der vakorganisaties, die in dezen tijd lie
ver moeten laten werken dan steun trekken
en evenals de Raad zelf maar eens wat
water in den wijn moeten doen. Hij noemde
de vakbondactie, ondanks de protesten van
wethouders en raadsleden, de oorzaak, dat
niet aanstonds dit aanbod geaccepteerd was
en wij kunnen zijn zienswijze begrijpen,
omdat in de tweede bijlage de wethouders
hun afwijzend standpunt motiveeren met de
opmerking, dat zij met de vakbonden van
oordeel zyn, dat op deze wijze de terugkeer
tot normale verhoudingen wordt bemoei
lijkt.
Wethouder van Slingerland wees er op,
dat men eerst later tot de ontdekking kwam,
dat de restauratie niet door het Werkfonds
zou geschieden en dat het werk in gewone
uitvoering niet duurder zou komen, de heer
Appel wilde het loon van betere dagen
handhaven en noemde den heer Grondsma
een volgeling van onze in geheel verkeer
den koers varende regeering. De burge
meester en dat was belangrijker heeft
medegedeeld, dat de minister nog met zyn
ambtgenoot van Onderwijs overlegt en dat
er nog steeds geen resultaat is verkregen.
In de vacature van leeraar aan de Han
delsschool werd tijdelijk de heer van Ame-
rongen benoemd, hoewel er van soc. dem.«
zijde op werd gewezen, dat door deze be
noeming omdat ook mevrouw van Ame-
rongen in gemeentedienst is een onge-
wenschte cumulatie van gemeentelijke func
ties en salarissen werd geschapen.
De burgemeester achtte, met het oog op
het op handen zijnde examen, het behoud
van den reeds in dienst zijnden leeraar ge-
wenscht en wees er op, dat hier slechts van
een tijdelijke benoeming kan worden ge
sproken.
Ten slotte waren twee dominé's, een
vrouwelijke van de Remonstrantsche ge
meente en een mannelijke van de Geref.
kerk, als candidaten voor een plaats als
curator aan het gymnasium aangewezen.
Zoowel Da. Rappold als Ds. van Meyen-
feldt bleken in den Raad de noodige sup
porters te hebben en er was dan ook groote
belangstelling, wie van hen beiden als over-
Er werden belangrijke weddenschappen
afgesloten op mej. Rappold, niet alleen om-
winnaar over de eindstreep zou komen,
dat zij een vrouw is, maar ook omdat zy op
de eerste plaats stond, maar er volgde on
middellijk na de start een nek aan nek race,
waarbij bleek, dat men de krachten van den
heer Von Meyenfeldt leelijk onderschat
had, daar hij slechts één stem te laat aan de
finish was verschenen.
De heer Govers, die onverwacht aan
de race had deelgenomen, werd gedisquali-
ficeerd, omdat hij toch geen kans had en
toen werd voor den tweeden keer gestart
met het resultaat, dat beide candidaten te
gelijkertijd op de plaats van bestemming
bleken gekomen.
Negen tegen negen was de stand, toen de
burgemeester de bel luidde voor de laatste
ronde. Een allerspannendste race, de kam
pioenen liepen elkaar om beurten voorbij
en haalden elkaar weer in en opnieuw
stonden zijn eendrachtelijk voor de jury,
die er ten slotte geen raad meer mee wist.
Ware de heer Bulens één minuut vroeger
ter vergadering verschenen, dan zou de
strijd ten gunste van mej. Rappold beslist
zyn. Thans besloot de jury de candidaten
maar te laten loten, met het gevolg, dat Ds.
von Meijenfeldt het hoogste aantal oogen
kreeg en dus tot curator van het Gymna
sium benoemd werd.
Mej. Rappold moge zich troosten met de
gedachte, dat zij een eervolle nederlaag
heeft geleden.
Natuurlek Is 'I prachtig mts avan
kljkan naar onsa plaatlas-mat-'n-praatla ovar
vatlig varkaar. En toch habban vra nog Havar,
dai a aa ovar,laat. mHs.a dan maar yH
a,éH al dia wankan k> praeti/k brangt.