AKKERTJES
Droef voorspel vari de Waalbrug-feesten.
KONINGIN OPENT DE WAALBRUG.
Nijmegen in feeststemming.
Binnenland
De verbranding van een oud-gediende.
Ontzaglijke drukte.
OlecfUsidaAeit
Alkmaarsche Politierechter
Dragen de staatssecretarissen wel poli
tieke verantwoordelijkheid, dan biedt hun
verhouding tot den minister groote moei
lijkheid.
Op deze gronden geeft de commissie niet
Se invoering van het staatssecretariaat in
ons staatsrecht in overweging. Wel stelt
zü voor, in artikel 95 de gelegenheid te
openen, dat niet alleen ambtenaren, doch
ook andere personen den minister in de
Staten-Generaal kunnen bijstaan. Aan
beide categorieën ware bovendien de be
voegdheid te verleenen, den minister te
vertegenwoordigen, zoodat 's ministers
aanwezigheid niet steeds vereischt zal
zijn
Een gelijke verandering ware aan te
brengen in artikel 11 ten aanzien van de
regeeringscommissarissen.
In art. 97 stelt de commissie voor, om het
ministerschap en het Kamerlidmaatschap on-
vereenigbaar te verklaren, maar tevens om
te bepalen, dat een minister, bij een verkie
zing tot lid der Staten-Generaal gekozen,
ten hoogste drie maanden na zijn toelating
het ambt van minister en het lidmaatschap
der Staten-Generaal vereenigen kan.
In art. 98 wordt voorgesteld, de parle
mentaire onschendbaarheid voor minis
ters en Kamerleden op te heffen ter
zake van opruiing of schending van ge
heimen.
De dag, voorafgaande aan het fees
telijk open stellen van de nieuwe
Waa-brug, had een droefgeestig einde.
Een treurende stoet trok door de stra
ten, met zich medevoerend een oud
gediende, die in smaad en vernedering
zijn laatsten gang ging
Nijmegen droeg zijn melkkoetje ten
grave. Het rouwbetoon, hierbij aan den
dag gelegd, was in ieder geval eer
lijker dan het rouwbetoon bij net
overlijden van een suikeroom
De overledene, die thans werd uitge
dragen, was een goudbron bij zijn leven,
en de nabestaanden konden oprecht over
zijn heengaan treuren, want hij laat niets
achter
Te half acht vormde de lijkstoet zich
voor de Studentensociëteit op den Oranje
singel De corpsvlag van „Carolus Mag-
nus", met rouw omfloerst, werd aan net
hoofd meegedragen in een groep ruiters.
Dan volgden de aanzeggers en doodbiddeis
met hun steken en zilveren galons, als
teeken van buitengewonen rouw geweldi
ge sluiers torsend aan hun hooge hoeden.
Een muziekcorps volgde. Een zwart ge
drapeerde sleeperswagen getrokken door
zware Luxemburgsche hengsten, stond
gereed om „het lijk" op te nemen. Het
lijk, dat was het model van de oude gier-
pont „Zeldenrust", dat de stoet ging afha
len aan de oude ligplaats aan de Waalkade.
De uitvinder van de gierpomp, de 17de
eeuwer Hendrick Heuck, liep treurend
achter den lijkwagen. De senaat en de
andere leden van het studentencorps volg
den in rijtuigen. Als symbool van geknak
te kracht werd de stoet besloten door een
oude automobiel, smadelijk met een paard
bespannen.
De muziek mijmerde, dat „alles naar
den bliksem gaat". Onder veel bekijks trok
de stoet naar de Waalkade, waar het per
soneel van de veerpont het getimmerde
„lijk" op den wagen zette. De veerbaas
Derksen hield daarbij een roerend speech-
je, wat den inhoud betreft aansluitend op
bovengenoemden tekst der muziek.
Nog meer geroerd dan tevoren, trokken
de studenten voort langs de straten der
oude stad. Op de meegevoerde lilliput-
gierpont troonde een veerbaas, bij het
stuurrad en de bel als attributen een
pijp en een kruik dragend. Tot ons leed
wezen moesten wij opmerken, dat er in
den stoet sommigen waren, die zich slecht
doordrongen toonden van het ernstige
oogenblik, terwijl anderen hun aandacht
al te zeer lieten afleiden door het schoone
geslacht. Daar staan echter tegenover de
vele stichtende voorbeelden van droeven
ernst en droeve neerslachtigheid, welke
de stoet telde.
De voorzitter van de Waalbrug-commis
sie, mr. K. Weve, hield vanaf het bordes
van de Waag op de groote markt een
rede, welke door luidsprekers werd uitge
zonden. Hij sprak in de taal van het hart,
in casu het Nijmeegsche dialect, van den
langen staat van dienst van de ten doode
opgeschreven pont, die driehonderd jaar
lang bij nacht en ontij mensch en dier heeft
overgezet, eerst als gierpomt, later, toen
by het moeilijker worden der tijden het
gieren haar was vergaan, als motorpont.
De rede was niet steeds droevig, integen
deel bevatte zij veel anecdoten uit de ge
schiedenis der pont, doch het slot was toch
weer in treurenden toon.
Na hulde gebracht te hebben aan de
populaire veerbazen van den Donk en
Derksen en aan de veerknechts, hechtte
spr. een reusachtige krans van beuke-
blaren aan den rouwwagen. Het talrijke
publiek toonde zich met de rede en de
overige plechtigheid zeer ingenomen.
Op het terrein aan den Bijleveldsingel,
plaatselijk bekend „De Wedren", hield de
stoet voor de laatste maal halt.
De harmonie „Nijmeegsch vrijwilligers
corps" gaf een aandoenlijke vertolking van
het thema „Zeldenrust eeuwigrust".
Hierna nam de plechtigheid een min o f
meer geimproviseerd karakter aan, waar
van in ieder geval vast stond, dat er veel
rouwbeklag bij gepleegd werd. Het eind
was, dat de pont-in-zakformaat van den
wagen werd gesleept en in brand werd ge
stoken. Het was ee nmooi gezicht en het
werd door het publiek geapprecieerd.
Na zooveel droefenis werd door de stu
denten in hun corpsgebouw troost ge
zocht en gevonden.
Vandaag hebben H. M. de koningin en
H. K. H. prinses Juliana een officieel bezoek
gebracht aan Arnhem en Nijmegen in ver
band met het gereedkomen en in gebruik
nemen van de vaste oververbindingen over
den Rijn en den Waal.
Een lang gekoesterde wensch is in beide
steden met de toestandkoming van de beide
vaste bruggen in vervulling gegaan. De
misère met schipbrug en pontveer is voor
bij. Het verkeer van Noord naar Zuid kan
onafgebroken doorgang vinden.
Het koninklijk bezoek is in beide steden
gepaard gegaan met spontane huldebetui
gingen aan de vorstelijke bezoekers, die
overal met groot enthousiasme werden be
groet.
De aankomst te Arnhem.
Om 10 uur van 't Loo vertrokken, arri
veerden H. M. de koningin en H. K. H. prin
ses Juliana met groot gevolg te omstreeks
half elf uur per auto te Arnhem.
Op, den Deelenschen weg, op den grens
der gemeente Arnhem, werden de hooge
bezoeksters opgewacht door den burge
meester van Arnhem, den heer H. P. J.
Bloemers en door den commissaris der
koningin in de provincie Gelderland, mr.
S. baron van Heemstra.
Voorafgegaan door een drietal auto's,
waarin respectievelijk de commissaris van
politie van Arnhem, den heer A. W. v. d.
Burgt, de burgemeester en de commissaris
der koningin hadden plaats genomen, ging
het vervolgens naar de kom der gemeente.
Rijtoer door Arnhem.
De stoet maakte allereerst een rijtoer door
verschillende wijken van de stad, waar de
drukte buitengewoon groot was.
Overal waar de koninging en de prinses
passeerden, klonken luide hoera's.
Minzaam wuivend beantwoordden de vor
stelijke personen deze huldebetuigingen.
Aanbieding van bloemen.
Op verschillende punten werden den
hoogen gasten bloemen aangeboden.
Voordat de stoet de Groote Markt be
reikte, inspecteerde de koningin de troepen
van het Arnhemsche garnizoen, welke aan
de Noordzijde van de Walburgstraat ston
den opgesteld, achtereenvolgens het achtste
en het 19de regiment infanterie en het korps
rijdende artillerie aan het hoofd van de
troepen stond een uit dienstplichtigen van
het 8ste en het 19de regiment infanterie
had zich opgesteld, de minister, van Water
staat, jhr. ir. O. C. A. van Lith de Jeude, die
de koningin en de prinses verwelkomde en
haar vervolgens naar de overzijde leidde,
waar men zich in de auto's begaf, om over
den nieuwen straatweg naar Nijmegen te
rijden.
De koningin knipt het koord door.
De dag van heden was voor Nijme
gen het hoogtepunt van de zomerfees
ten, daar op dezen dag door H. M. de
koningin, in gezelschap van prinses
Juliana de monumentale brug over de
Waal, welke de stad met het noorden
des lands zal verbinden, werd open
gesteld voor het verkeer.
Op het grondgebied der gemeente Eist, dat
kort achter de Arnhemsche brug een aan
vang neemt, werd de koninklijke auto voor
afgegaan door de auto van den burge
meester dezer gemeente, den heer W. Th.
de Leeuw, terwijl in een andere auto de
procureur-generaal aan het Arnhemsche
hof, mr. de Visser en de districtscomman
dant der rijksvaldwacht den Hartog, mede
den stoet begeleidden.
Eveneens begaven zich per auto in de
richting Nijmegen de minister van water
staat, jhr. ir. O. C. A. van Lidth de Jeude,
de commissaris der koningin in de provin
cie Gelderland, mr. S. baron van Heemstra
met diens echtgenoote en de burgemeester
van Arnhem, de heer H. P. J. Bloemers.
Bij het passeeren van de kom van het
dorpje Elden werden aan de beide vorste
lijke personen bloemen aangeboden, het
geen eveneens geschiedde in de kom van
Eist, waar de stoet den rijksweg had ver
laten om de Hoofdstraat van het plaatsje in
te rijden.
Hier werden de koningin en de prinses
luide toegejuicht door de bevolking.
Aangekomen aan den voet van den noor
delijken oprit der Waalbrug werd even
halt gehouden in het dorp Lent, waar
schoolkinderen en jeugdvereenigingen den
beiden vorstinnen een zanghulde brachten.
Op de brug werden bloemen aangeboden
aan de koningin door een dochter van
burgemeester Steinweg, terwijl een dochter
van den voorzitter van de „Commissie
Waalbrug-1936", mr. K. Weve, aan de prin
ses een ruiker overhandigde. Een oogenblik
Minister van Lidth de Jeude
samengesteld muziekcorps, terwijl het
korps rijdende artillerie, dat in groot tenue
was gekleed, vergezeld was van de staf-
trompetters.
Op de Groote Markt bereidde het Nat.
Jongeren Verbond den vorstelijken bezoe
kers een bloemenhulde.
Zanghulde op het Velperplein.
Door de binnenstad, waar de drukte ge
weldig groot was, bereikte de stoet ten
slotte het Velperplein.
Hier stonden ongeveer 4000 Arnhemsche
schoolkinderen opgesteld, gereed voor het
brengen van een zanghulde onder leiding
van den heer Douwe Draaisma.
Frisch klonken de heldere kinderstemmen
tegen de hooge gevels van de omringende
huizen op. De zanghulde duurde ongeveer
een kwartier.
Te voet over de Rijnbrug.
Onder geestdriftige toejuichingen der
schooljeugd en der toeschouwers nam het
gezelschap na afloop der zanghulde weder
om in de auo's plaats, om via de Velper-
binnensingel naar den oprit van de nieuwe
Rijnbrug te rijden.
Deze was sedert des morgens 10 uur voor
alle verkeer gesloten.
Bij het begin van de brug stapten de vor
stelijke bezoeksters wederom uit, om zich te
voet over de brug te begeven. Op de brug
later weerklonken de plechtige tonen van
het Wilhelmus.
Na bezichtiging van de brug namen de
vorstinnen plaats op een podium, dat aan de
Nijmeegsche zijde van de brug was opge
richt. Tevoren hadden zich tal van genoo-
digden verzameld.
De minister van waterstaat, jhr. ir. van
Lidth de Jeude, sprak, nadat de koningin
en prinses hadden plaats genomen, de
openingsrede.
De opening der brug.
H. M. de koningin, begeleid door den mi
nister van waterstaat, begaf zich, na deze
rede, daarop weer op de brug. Een dochter
tje van den hoofdingenieur-directeur van
den rijkswaterstaat ir. W. J. M. Harmsen
bood de vorstin de zilveren schaar aan om
het koord, dat de overgang over het nieuwe
bouwwerk afsloot, door te knippen.
H. M. de koningin keerde daarna terug
naar de genoodigden, waar eerst de com
missaris van de koningin in de provincie
Gelderland, mr. S. baron van Heemstra, een
rede hield.
Het vertrek.
Na afloop der openingsplechtigheid ver
trokken de koningin en prinses Juliana met
gevolg per auto, terwijl de aanwezigen
spontaan het Wilhelmus zongen. Langs de
nieuw aangelegde parken aan den Nijmeeg-
schen brugoprit, langs bet Keizer Lodewijk-
plein en den Oranjesingel. Overal, waar de
vorstelijke personen passeerden, werden
zij luide door het publiek toegejuicht.
Op het station stond het koninklijk rijtuig
gereed, waarin de koningin en de prinses de
lunch gebruikten.
De brug in gebruik.
Nadat de hooge gasten de brug hadden
verlaten, het was ruim half twee gewor
den legde „het verkeer" beslag op de
brug. Van de Lentsche zijde verscheen een
stroom verkeersmiddelen, optrekkende in
vier colonnes, gevormd door de deelnemers
aan den sterrit van den A.N.W.B. De hon
derden auto's en motorrijwielen, gevolgd
door de wielrijders, wandelaars en ruiters,
trokken in triomf over de nieuwe oever
verbinding de stad binnen en verspreidden
zich daar naar de controleposten om hun
herinneringsdiploma te ontvangen.
De voertuigen waren feestelijk opgesierd
en de veroveraars van dit nieuw terrein
toonden zich de plechtigheid van het mo
ment wel bewust.
Rijtoer door de i
Onmiddellijk na het openstellen van de
brug zaten vele genoodigden aan een Gel-
dersche koffietafel in het concertgebouw
„de Vereeniging" door het gemeentebestuur
aangeboden.
Te half drie vertrokken de koningin en
de prinses voor een rijtoer door de stad. De
route liep eerst door de benedenstad, dan
over den Voerweg naar den centrale win-
kelbuurt, om vervolgens na een rit langs
de zuidelijke buitenwijken via het Keizer
Lodewijkplein terug te keeren naar het
station, waar de koninklijke trein gereed
stond. Overal waar de beide vorstinnen
voorbij reden waren de straten rijk met
vlaggen en oranje versierd. Voor de vele
eerebogen had vooral het sierlijke model
der nieuwe brug als motief gediend.
De Nijmeegsche bevolking gaf enthou
siast uiting aan haar dankbaarheid voor het
hooge bezoek en juichte de koninklijke fa
milie luide toe. Voor de kazernes van het
He en het 15e regiment infanterie en van
de koloniale reserve stonden de manschap
pen opgesteld, die aan H. M. bij het pas
seeren het eeresaluut brachten. Bijzonder
hartelijk was telkens de begroeting van de
koningin en de prinses.
Bijzonder hartelijk was telkens de begroe
ting van de koningin en de prinses door de
inwonenden van de drie gestichten voor
ouden van dagen, welke de stoet op haar
weg voorbij kwam: het Oud-burgeren-gast-
huis, het St. Annagesticht en het Chr. tehuis
voor oude lieden.
Ook nadat het koninklijk gezelschap met
den trein naar 's-Hertogenbosch vertrokken
was, bleef in de volle, stad de feest
stemming heerschen. Vooral voor de
brug bestond begrijpelijke animo en
voortdurend heerschte dan ook op de nieuwe
oeververbinding een gezellige drukte van
wandelaars, die de aanwinst voor hun stad
met tevreden oog in oogenschouw kwamen
nemen.
Te kwart over vier houdt de minister van
Waterstaat een receptie in het concertge
bouw „De Vereeniging" bij welke gelegen
heid hem door den burgemeester van Nij
megen de Waalbrugplaquette zal worden ter
hand gesteld
Des avonds geeft de Nijmeegsche Kamer
van Koophandel in „De Vereeniging" een
maaltijd, waarbij vele genoodigden zullen
aanzitten.
Zitting van Maandag 15 Juni.
Een visscher beleedigd.
De niet verschenen A. Z. uit Egmond aan
Zee had op 15 April den visscher H. Prins
te Egmond eenige minder fraaie woorden
toegevoegd, waaronder ook het woord
„stinkert" voorkwam.
Prins die dit als een beleediging had op
gevat verklaarde ter terechtszitting dat de
verdachte over hem verschillende laster
praatjes had rondgestrooid. Toen hij haar
in verband hiermede had opgezocht was hij
met een vloed van scheldwoorden ont
vangen.
Eisch 15 of 15 dagen. Uitspraak conform.
Een zeeliedentwist.
Op 4 April j.1. kreèg de dekknecht J. de
V. uit den Helder verschil van meening
met den 30-jarigen schippersknecht J. Zaal,
bij welke gelegenheid V. een drietal tanden
uit het (kunst)gebit van J. Zaal had gesla
gen.
Het bleek dat de twist liep over een
mootje paling dat door getuige Zaal van
verdachte zou zijn afgenomen. Verdachte
had n.1. een zoodje haring aan Zaal cadeau
gegeven, doch deze vond dit blijkbaar niet
genoeg en had er nog maar een mootje pa
ling bijgenomen. Hierover was verdachte
zoo kwaad geworden dat hij Zaal bij een
volgende gelegenheid en wel op 4 April op
de Kanaalweg te den Helder te lijf was ge
gaan.
Eisch 10 of 5 dagen. Uitspraak 10 of 5
dagen, benevens toewijzing tot vergoeding
der aan het gebit aangerichte schade zijnde
6.
Stempelkaart vervalscht.
De arbeider A. J. B. te Oudorp had ge
durende de weken volgende op 11 en 8
April zijn stempelkaart vervalscht. Door
verdachte waren inkomsten die door zijn
zoon genoten zouden zijn niet opgegeven. De
verdachte die wel wist dat zijn zoon ge
werkt had, zeide niet te hebben geweten
dat deze hierbij geld had verdiend.
Getuige W. Bos, burgemeester te Oudorp,
had verdachte reeds meerdere malen ge
waarschuwd niet met zijn stempelkaart te
knoeien. Toen verdachte evenwel deson
danks toch was doorgegaan was er pro
ces verbaal opgemaakt.
De officier van justitie die het vergrijp
zéér ernstig noemde, temeer daar verdach
te al ongeveer een half jaar, ondanks de
waarschuwingen had geknoeid, eischte een
gevangenistsraf voor den tijd van 3 maan
den.
Uitspraak 2 maanden gevangenisstraf.
Rumoer om een heg.
Joh. H. seinhuiswachter te Alkmaar had
op 24 April van de heg welke de grens
vormde tusschen een steeg en den tuin van
het daarnaast liggende huis, een gedeelte
weggeknipt, zonder dat hij daarvoor van
den eigenaar vergunning had gekregen.
Verdachte H. vertelde dat hij reeds een
paar malen aan den eigenares van de heg,
de r.k. Vereeniging Goed Wonen, had ver
zocht deze te snoeien aan de zijde van de
steeg. Verdachte beweerde n.1., dat de
doorgang door de steeg te nauw was ge
worden, waardoor hij een winkelhaak in
zijn' kleeren had opgeloopen. Toen hierop
geen bevredigend antwoord was binnenge
komen, had verdachte zelf de schaar ter
hand genomen en was in den vroegen mor
gen van 24 April aan het knippen gegaan.
Getuige C. M. Voorman, door wier echt
genoot de heg steeds werd bijgehouden
vertelde dat verdachte nooit bij hem was
gekomen om te vragen wat van de heg af
te halen.
Eisch 20 of 10 dagen. Uitspraak 5 of 3
dagen.
Politiebeambte bedreigd.
De werkman E. S. uit Akersloot had zich
op 14 April te Oude Niedorp bij het ont
ruimen van een café aldaar zeer obstinaat
betoond. De onbezoldigde rijksveldwachter
D. de Groot te Oude Niedorp, die van de
kastelein aldaar het verzoek had gekregen,
de zaal te ontruimen, wilde een weerspan
nige feestganger de zaal uitzetten, toen S.
het plotseling noodig oordeelde zich hier
mede te bemoeien. Toen de Groot daarop
later het café wilde verlaten was hij door
S. met een dolk bedreigd.
De verdachte vertelde van de geheele
situatie weinig of niets meer af te weten,
aangezien hij blijkbaar op dien avond een
flink stuk in zijn kraag had gehad.
De officier, die de feiten zeer ernstig oor
deelde, eischt 4 maanden gevangenisstraf.
Uitspraak 1 maand gevangenisstraf.
Op ttëf
Gij kunt op reli niet buiten een
lakdoosje met „AKKERTJES" want
dan hebt U die anelle pijnstillen
direot bij de hand tegen hoofdpijn,
kiespijn, "wagensiekte", xenuwpijn.
Koker met 12 stuks &2 ct. Zakdoosjs, 3 stuk* X
Een minder prettige benaming-
De veehouder J. A. B. uit Castricum had
J. P. Dijkman, destijds controleur der sier
teeltcentrale, toegevoegd „Je bent een ver-
loopen karhengst". Dit scheen in verband
te staan met een proces-verbaal, dat B. had
gekregen omdat hij een aantal bollen niet
ingeleverd had aan de sierteelt-centrale.
De officier, die memoreerde dat verdachte
juist zijn 52sten verjaardag vierde, eischte
een geldboete van 15 of 15 dagen.
Uitspraak 10 of 5 dagen.
Een gevaarlijk jongmensch.
De 18-jarige D. de G., tuinbouwer te Zuid-
scharwoude, had te Oudorp een sommatie
tot stoppen van den rijksveldwachter van
Beek uit Koedijk, niet opgevolgd en
met groote snelheid doorgereden, zooda
genoemde rijksambtenaar zich het veege
lijf nog slechts kon redden door ijlings ter
zijde te springen. Verder had verdachte de
G. na den ambtenaar te zijn gepasseerd, zi)n
achterlicht gedoofd om zich zoodoende aan
een eventueele vervolging te kunnen on -
trekken.
Getuige C. v. Beek had G. aan willen
houden ter controle van rijbewijs en wegen
belastingkaart. Ondanks het duidelijk 8e"
geven signaal met een roode lantaren
verdachte met onverminderde snelhei
doorgereden.
De officier van justitie achtte het ëe'
pleegde feit zeer ernstig en eischte een ge"
vangenisstraf voor den tijd van 1 maand-
Uitspraak 50 of 25 dagen mef 1 maan
voorwaardelijke gevangenisstraf.