Het helsch complot uw. RaulC. Kaiser Qmtemtecadeu HEILOO Na opening van de voltallige vergadering van den gemeenteraad door den voorzit ter, burgemeester j h r. van F o r e e st, werden gisteravond de notulen van de ver gaderingen van 4 en 11 Mei onveranderd goedgekeurd. De ingekomen stukken (alle berichten van goedkeuring van raadsbesluiten) werden voor kennisgeving aangenomen. Als eerste punt kwam daarna in behande ling een voorstel van B. en W. tot verbetering van den Westerweg. Door den aankoop van een belangrijk ge deelte terrein aan dien weg, is het mogelijk geworden om de verbreeding van den weg vanaf den Zeeweg tot de Schuine Hondsbos- schelaan ruimer te doen zijn, dan voorheen mogelyk was. B. en W. achten het wensche- lyk om den weg, voor zoover mogelijk on middellijk op voldoende breedte te brengen. Behalve de strook, die van het door de gemeente aangekochte terrein kan worden afgenomen, zullen gedeelten grond verkre gen dienen te worden van: D. Bakker 67.50 M2,; Jb. Maat 49 M2.; Joh. G. Hunningher 45 M2.; J. Muijs 81 en 16 M2.; J. C. Mol 28 M2.; wed. K. Jonker 17 M2.; P. Kuijper 20 M2.; R. Kuyper 22 M2. en S. Hottentot 45 M2. Deze eigenaren zijn bereid om den grond gratis ter beschikking te stellen, mits voorzieningen worden getroffen ten opzichte van de erfafscheidingen e.d. Op het gedeelte ZeewegSchuine Honds- bosschelaan wenschen B. en W. een wegdek van beton te doen aanbrengen. De kosten daarvan zullen f 4400 bedragen, waarbij ko men de kosten van het in orde maken en be planten van de bermen ad 540 en het ma ken en verplaatsen van erfafscheidingen ad 50, totaal 5190. Het aanbrengen van rij wiel- en voetpaden acht het college voors hands niet noodig. Het gedeelte van den weg van Schuine Hondsbosschelaan tot Kerklaan kan naar de meening van B. en W. volstaan met een op pervlaktebehandeling, nadat het paarden- pad verwijderd is. De kosten daarvan zullen bedragen 940. De commissie van bijstand voor de wegen had geadviseerd beide deelen van den Wes terweg te voorzien van een gesloten weg dek, waartegen B. en W. het bezwaar stel den, dat dan, omdat de aanwonenden niet voldoende medewerkten om den weg een behoorlijke breedte te geven, alle leidingen (gas, water, enz.) onder het beton zouden komen te liggen. Bovendien zou het geheele werk dan circa f 7000 méér kosten, wat B. en W. thans niet verantwoord achtten. Zij bleven dus bij hun voorstel om te besluiten: a. tot overname van de hierboven om schreven gedeelten grond, mits met betrek king tot de erfafscheidingen een bevredi gende overeenkomst wordt verkregen; b. het gedeelte vanaf den Zeeweg tot Schuine Hondsbosschelaan te verbroeden en van een wegdek van beton, ter breedte van 5 M. te voorzien; c. het gedeelte vanaf de Schuine Honds bosschelaan tot de Kerklaan te verbeteren door het paardenpad te verwijderen en een oppervlaktebehandeling met bristar aan te brengen. Bij het toelichten van het voorstel bracht de voorzitter nog dank aan den heer Keesman en den gemeente-secretaris, die geen tijd en moeite hebben gespaard om de belanghebbenden te bewegen tot het gratis afstaan van de benoodigde perceelen grond en daarmee veel succes hebben geoogst. De heer S e n g e r s, lid der wegencom missie, meende, dat behandeling zooals deze commissie voorstelde, ten slotte zal blijken de goedkoopste manier van verbetering te 2ijn en wees als voorbeeld op een paar an dere wegen, die bewerkt zijn zooals B. en W. thans voorstellen voor het gedeelte vanaf de Schuine Hondsbosschelaan tot Kerklaan. Hij geloofde dat ook de daarbij belang heb benden wel de noodige gronden gratis zullen willen afstaan, al zou dan misschien de weg niet overal zoo breed worden als B. en W. wenschen. Spr. zou het achteruitzetten van hekken liever niet van gemeentewege willen doen, maar was er voor om aan eiken be langhebbende een zeker bedrag daarvoor te geven, opdat hij zelf dat werk laat doen. Dit zal ook nog ten goede komen aan de vak- menschen in de gemeente. De heer Keesman ging het verloop na van de besprekingen inzake verbetering van den Westerweg. Zijn bedoeling was geweest, om, als eenmaal voor de verbreeding tus- schen Zeeweg en Schuine Hondsbossche laan alle noodige perceelen in handen van de gemeente waren, voort te gaan met zijn pogingen om de eigenaren bereid te vin den tot afstand van benoodigd terrein ook voor het andere gedeelte van den weg. Spr, geloofde, dat de menschen daarvoor wel te vinden zullen zijn. Dan zou de weg in zijn geheel goed onder handen genomen kun nen worden. De heer van 't Veer was teleurgesteld over het voorstel van B. en W. De Wester weg zal, nu de Zeeweg tot stand gekomen is, zeer druk worden en dan is oppervlakte behandeling zooals B. en W. die willen, on voldoende. Overigens was spr. het met de beide vorige sprekers eens, dat de aanwo nenden wel bereid zullen wezen afstand van een strook grond te doen voor verbetering van den weg. De heer Opdam vond ook beter den weg goed aan te pakken, want bristar-behande- ling is onvoldoende voor een drukken weg. De pogingen tot het verkrijgen van den be- noodigden grond dienen te worden voortge zet. Een gesloten wegdek kon spr. niet beko ren, omdat dit een ernstige hinderpaal is voor het leggen en herstellen van leidingen en riolen. De heer S c h u y t vond het beste om di rect geen beslissing te nemen omtrent de behandeling van den weg van Schuine Hondsbosschelaan tot Kerklaan. De voorzitter zou liever niet in twee gedeelten den weg willen opknappen, waar voor de heeren Keesman en Schuyt zich hadden uitgesproken. Of het gemakkelijk zou gaan om voor het tweede gedeelte van den weg de beschikking te krijgen over den benoodigden grond, betwijfelde spr. Weth. Barnhoorn was van oordeel, dat, als de menschen zien hoe het eerste ge deelte zal worden, zy des te eerder bereid zullen zijn om grond af te staan. Spr. zou het eerste gedeelte nu alvast willen behan delen. Om te voorkomen dat het geld, uit gegeven voor het tweede gedeelte volgens het voorstel van B. en W., weggegooid zou zijn, sloot spr. zich aan by het idee-Schuyt. De heer van 't Veer geloofde, dat nooit een toestand is te krijgen, zooals de heeren zich dat voorstellen. De huizen n.L die welke reeds ettelijke jaren geleden werden ge bouwd, staan daarvoor te dicht by den weg. Spr. wenschte een behandeling van den weg zooals in de Kerkelaan is gebeurd, dat zal wel voldoende zijn. Dr. Barnhoorn zou willen vasthou den aan de mogelijkheid van het leggen van een fiets- en wandelpad; men zou dan méér terrein moeten hebben dan voor een verbetering zooals de heer van 't Veer vol doende acht. Wat het wegdek betreft, spr. prefereerde een betonweg, omdat die kan worden ge legd door eigen menschen (werkloozen). De heer H e y n e merkte op, dat de weg reeds zoo goed als geheel is volgebouwd, de verschillende geleidingen liggen er dus al, zoodat de weg niet meer behoeft te worden opgebroken. De heer Opdam zei, dat het leggen van een straatweg niet duurder is dan beton en dat de eigen inwoners daar ook aan kunnen arbeiden. Als straks de rioleering komt, moet men toch weer opbreken. De heer Kamer was niet voor een straatweg; daar komen altijd kuilen en ga ten in. De voorzitter nam het voorstel- Schuyt over. Met de bewoners van het twee de gedeelte van den weg zou dus overlag moeten worden gezocht, opdat ook dat op dezelfde wijze kan worden onder handen genomen. De heer G r e e u w vond het beter een principe-besluit te nemen voor een gesloten wegdek voor beide deelen van den weg, dan kan allicht met meer succes gesproken wor den met de menschen aan het tweede ge deelte. Voor hun tegenstand is wel eenige reden: jaren heeft men nu al over verbete ring gepraat en nu wil men den weg het beste maken daar waar bijna geen bebou wing is. Weth. Akkerman kon zich ermee ver eenigen, dat de weg overal minstens 8i/a a 9 meter in zijn geheel wordt. De heer Keesman drong op spoed aan bij het bewerken van de menschen, van wie men grond zou moeten zien te krijgen. Men zou dan over een maand misschien klaar kunnen zijn. Weth. Akkerman zou een week wil len noemen. ;De heer Keesman: Dat kan niet. Goedgevonden werd om het eerste gedeel te van den weg (Zeeweg-Schuine Hondsbos schelaan) direct onder handen te nemen, in afwachting dat inmiddels ook voor het an dere gedeelte de benoodigde terreinen be schikbaar zijn. De heer Keesman, Sengers en Heyne na men op zich om de betrokkenen bewoners te bezoeken; wethouder Akkerman zou, voor zoover hij tijd heeft, gaarne meewerken. Verzoek om ondersteuning afgewezen. Van C. Houtenbos en G. P. Apeldoorn waren verzoeken ingekomen om ondersteu ning. B. en W. stelden afwijzende beschik king voor, omdat volgens de wet het bur gerlijk armbestuur op dergelijke aanvragen heeft te beslissen. De heer Gr eeuw had een verklaring verwacht van de reden voor verlaging der ondersteuning. De voorzitter wilde liever geen debat hierover in de openbare vergadering. Het voorstel werd aangenomen. De wegen in het Blockhove-park. Van den heer P. A. de Lange was inge komen een adres, waarin verzocht wordt de voorwaarde sub VI, opgenomen in het raadsbesluit van 5 Februari 1936, waarbij aan adressant vergunning is verleend tot het aanleggen van wegen en bijkomende werken, te doen vervallen. De argumenten van adressant, dat vol doende voor plaatselijk rij verkeer is gezorgd, door aansluiting van de wegen op de Regu lierslaan en dat doorgaand rijverkeer in de woonstraten ter plaatse niet toegelaten be hoort te worden, komen B. en W. wel aan nemelijk voor. De omgeving ter plaatse dient landelijk en rustig te blijven, hetgeen ver loren zou kunnen gaan, indien doorgaand verkeer van de wegen gebruik zou gaan ma ken. Het zal, naar de meening van B. en W., by eventueele exploitatie van naastgelegen terreinen ook geen bezwaar ontmoeten, wanneer het rijverkeer uit die gedeelten eveneens op de Regulierslaan zal zijn aan gewezen. Het college kan zich er bij nader inzien zeer goed mede vereenigen, dat het voorschrift, dat de noordelijkste brug voor ryverkeer geschikt zal moeten zijn, wordt teruggenomen. De voorwaarde sub VI kan echter niet in haar geheel vervallen; de beide bruggen blij ven voor ander dan rijverkeer gewenscht. B. en W. stelden daarom voor de voor waarde sub VI te doen luiden als volgt: Ter verbinding van de wegen met den Zander slootweg zullen twee eenvoudige houten bruggen die niet voor rijverkeer geschikt zullen zijn moeten worden aangebracht. De samenstelling van de bruggen zal door B. en W. worden bepaald. Voorts stelden zij voor in de bepaling sub XI de woorden „binnen zes weken na den datum van dit raadsbesluit" te wijzigen in „vóór 1 Juli 1936". De heer Opdam zou willen voorschrij ven betonnen bruggen te maken, omdat het onderhoud van een houten brug altijd veel hooger is (en dit moet de gemeente betalen). De heer Akkerman zei nog, dat B. en W. met hun voorstel beoogen den weg tot in verre toekomst te behouden als wandel weg. Het voorstel werd goedgekeurd. Verkoop van bouwterreinen. Door den heer Jac. Kaandorp werd ver zocht te mogen koopen een perceel bouwter rein aan de zuidzijde van den Zeeweg, ter breedte van 15 M. en ter diepte van 30 M., en met inbegrip van den achtergrond van dit perceel en den achtergrond achter het perceel van den heer Kosters, groot onge veer 1050 M2., tegen een koopprijs van 2000. De 30 M. diepte van den weg af, zal, voor zoover de bebouwing en noodzakelijke paden het. toelaten, gebezigd worden voor plantsoen en siertuin, het overige terrein zal bestemd zijn voor moestuin. De heer J. Roggeveen verzocht te mogen koopen een perceel bouwterrein aan de noordzijde van den Zeeweg, ongeveer 300 M. van het begin van den weg af, ter breedte van 16 M. en ter diepte van 28,50 M., tegen een koopprijs van f 2 per M2. De heer K. Nauta Jr. te Zaandam wensch te te koopen een perceel bouwterrein aan den Zeeweg, ter breedte van 20 M. en een gemiddelde diepte van ongeveer 32,50 M voor 1300, voor het bouwen van een enkel woonhuis. B. en W. stelden voor deze perceelen bouwterrein te verkoopen op de gewone voorwaarden. Zonder stemming goedgekeurd. Rijwielvergoedingen. Behalve op de verlaging van de jaarwed den van de lynwerkers en de wegwerkers drong de minister van binnenlandsche zaken aan op verlaging van de rywielver- goedingen. De minister geeft in overweging die vergoeding te bepalen op f 30. B. en W. stelden voor, aan dezen wenk te voldoen en de vergoeding voor de rijwieJen van de lijnwerkers en wegwerkers op f 30 per jaar te bepalen. Zij stelden hierbij tevens voor, om de gemeente-opzichter ook een rijwielvergadering van f 30 per jaar toe te kennen, een en ander met ingang van 1 Jan. 1.1. De heer van 't Veer meende, dat de opzichter wel zooveel verdient, dat hij de vergoeding niet noodig heeft. De heer Keesman: Dan gaat hy loo- pen en zijn we nog meer kwijt. Wij kunnen hem niet verplichten de fiets in dienst van de gemeente te gebruiken. Het voorstel werd z.h.s. goedgekeurd. Een gratificatie. Naar aanleiding van de meerdere werk zaamheden van den correspondent der ar beidsbemiddeling werd hem over de beide voorafgaande jaren een gratificatie van 100 verleend. B. en W. stelden voor te besluiten ook voor het jaar 1 October 19351 October 1936 eenzelfde gratificatie toe te kennen (de vaste bezoldiging bedraagt 150). Goedgekeurd. Af- en overschrijvingen dienstjaar 1935. Op voorstel van B. en W. werd besloten tot het doen van verschillende af- en over schrijvingen op de begrooting van het dienstjaar 1935. Standplaats voor woonwagens B. en W. stelden voor, een terreintje aan den Kanaalweg, n.1. het meest oostelijk ge deelte van de Bregweid, als standplaats voor woonwagens aan te wijzen en daarnaast te verbieden, dat elders in de gemeente een standplaats wordt ingenomen. Zy gaven in overweging de Alg. Politie verordening in dezen zin te wijzigen. De voorzitter, het voorstel toelich tende, wees erop, dat reeds meermalen is geklaagd over de aanwezigheid van woon wagens. Bovendien: als de politie de wagen bewoners poogt te verwijderen, vragen ze allicht waar ze dan mogen staan. En dan heeft men geen antwoord, men kan hen toch niet altijd naar Alkmaar sturen. De heer Kant geloofde niet, dat er veel behoefte is aan een woonwagenkamp in de gemeente. Zoodra men een plaats er voor inruimt, komt de behoefte aan een W.C., water, enz., en misschien zelfs wel een politiewacht. De heer Sengers was het niet met den heer Kant eens: er is wel ter dege be hoefte aan een standplaats voor woon wagens. De heer Schuyt zou de standplaats gaarne nog wat verder van het dorp willen hebben. De heer Opdam zou de vroegere vuil nisbelt voor het beoogde doel willen inrui men, dat z.i. beter daaraan beantwoordde. Bovendien is het door B. en W. genoemde terrein een mooi stuk grond, geschikt voor bouwterrein, aan een goeden weg. De voorzitter zou voor de woon wagens een ander terrein willen aanwij zen, als het thans bedoelde voor bouwter rein benoodigd zou zyn. Spr. handhaafde het voorstel van B. en W. Dat voorstel werd hierna goedgekeurd. De nieuwe u.l.o. school. In verband met het raadsbesluit van 4 Mei J.l. hebben B. en W uitgez'en naar een terrein, waarop de u.1 o.schrol zal kunnen worden gesticht. By de keuze van het ter rein meenden zij als eisch te mogen stellen, dat de school in het centrum van het dorp zal komen te liggen en ook met het oog op de leerlingen uit de omligende gemeen ten niet te ver van het station en van de verbindingswegen. Zij meenden een derge lijk terrein te hebben gevonden in het zui delijk deel van het Gemeentebosch aan den Heerenweg. Het aspect van het bosch zou zooveel mogelijk kunnen worden gespaard door aan de wegzijde niet meer dan een ruimen toegang te kappen en de school ove rigens zooveel mogelyk door houtgewas om geven te laten. Waar dit terrein eigendom der gemeente is, zou een niet onaanzienlijk bedrag worden bespaard. B. en W. ontveinzen zich niet, dat er eenig gevaar in schuilt om een deel van het bosch aan de tegenwoordige bestemming te ont trekken, doch waar het hier geldt een on- derwijs-inrichting een inrichting dus die voor ander dan particulier gebruik bestemd is die de meest ideale plaats zal krijgen, die men er voor zou kunnen wenschen, ach ten wij de voordeelen zoo groot, dat de ernstige wensch om zooveel mogelijk bosch te sparen, daarvoor dient te wijken. B. en W. stelden voor te bepalen, de school op dit terrein te doen bouwen. De heer G r e e u w kon zich met de door B. en W. gedachte plaats voor de school niet vereenigen en zou in besloten vergadering gaarne nader de zaak willen bespreken. De heer O pdam ondersteunde het ver zoek om een comité-vergadering. De voorzitter schorste hierop de vergade ring. Na heropening van de vergadering heeft de raad na korte bespreking zich unaniem vereen igd met het voorstel van B. en W. TEXEL (Mei). Geboren: Arie, z. van Jacob Visser en Johanna Dob. Krina, d. van Jacob Groen hof en Klaasje den Braven. Janke, d. van Wybren Pranger en Rensje Donker. Hendricus Wilhelmus, z. van Antonius van Heerwaarden en Agatha Zoetelief. Cor- nelis, z. van Cornelis Pieter Moojen en Dirkje Jacoba Eelman. Martha Maria, d. van Hedrik Smit en Agatha Witte. Ar- nold Adriaan, z. van Arnold Adriaan v. d. Leer en Klazina Hendrika van Werven. Ondertrouwd: Pieter Bakker en Annaatje Verberne. Pieter Bremer en Maria Emma Kooiman. Pieter Nicolaas Willem Kikkert en Klasina Lap. Lieuwe Hendrik van der Veen en Jannetje Eelman. Adriaan de Wolf en Johanna Gerarda Kikkert. Dirk Willem Keyser en Pe- tronella Slot. Grabal Parlevliet en Hen- drikje de Kort. Getrouwd: Teunis Buis en Anna Cadova. Teunis Pongers en Maria Jo- sepha Freericks. Cornelis Smit en Marina Cornelia Lap. Jan Dogger en Cornelia Boon. Dirk Eelman en Anna Catharina v. d. Vliet. Dirk Zuidewind en Maria Wilhelmina van Boven. Hendrikus Cor nelis van Montfoort en Martha Margaretha Susanna Rab. Jacob Dijt en Frouwkje Tromp. Ferdinand Reyer Keyser en Bertha Maria Stammes. Pieter Bakker en Annatje Verberne. Pieter Nicolaas Wil lem Kikkert en Klasina Lap. Adriaan de Wolf en Johanna Gerarda Kikkert. Lieuwe Hendrik van der Veen en Jannetje Eelman. van Paul C. Kaiser! U krijgt er nog 'n Paula-bon bij. En de beschuitjes? Verbazend lekker! 'n Nieuwe tractatie voor de kinderen. vierkant* n.v. paul c. kaiser, beschuitfabrieken, rotterdam Heuiitelon Vrij naar het Engelsch door ANNIE S. SWAN. 15. Dalgleish's doffe oogen blgonnen te schitteren en nadat ze den dokter uitge laten had, ging ze gauw het goede nieuw3 aan Meikle vertellen. Ondertusschen was Christina Caldwell, met haar ketel heet water, die nu niet meer noodig was, bij miss Harman op de zieken kamer gekomen. „Hier is 't water, miss, maar waar is de dokter? Het heeft akelig lang geduurd, maar het vuur was uitgegaan en alle ketels wa ren leeg". „Het hindert niet, Christina, zet het maar in de kleedkamer neer. Ik dank je wel". Getroffen door den treurigen toon van haar geliefde meesteres, deed het meisje wat haar gezegd was en kwam toen, onder het voorwendsel, dat ze naar het vuur moest kijken, in de kamer terug. „Wat denkt de dokter, miss Alice? Is ze iets beter?" Alice schudde haar hoofd. „Ikzelf geloof, dat ze erger is, veel erger", antwoordde zij. „Wat me ook bezorgd maakt, Christina, is, dat ik de kamer van mijn tante 's nachts verlaten moet. De dok ter staat er op". „Waarom?" „Hij zeg, wat misschien wel waar is, dat ik niet door kan gaan met overdag en 's nachts te waken en dat ze, tenzij er iemand bij haar is, die nog volkomen frisch is, ieder oogenblik kan sterven. Maar je weet, hoe ellendig ik het vind om haar te verlaten. Ik heb zoo'n gevoel, dat ze het zelf niet prettig zou vinden". „En wie waakt er nu inplaats van u?" vroeg Christina. „Dalgleish". „Hm!" merkte Christina op, terwyl ze den leegen kolenbak opnam. „Wanneer wilt u uw thee hebben, miss? Zal ik ze boven brengen?" „Graag. Zet ze maar in de kleedkamer. Ik ben zoo blij, dat wij die kamer hebben; het is zoo'n gemak". „Dat is het zeker", gaf Christina toe, ter wijl ze de kamer uitging. Nadat ze de deur zorgvuldig achter zich gesloten had, bleef ze in het nauwe gangetje staan, dat van de kleedkamer naar het portaal leidde. „Hml" herhaalde zij. „Kokend water! Dat hadden ze heelemaal niet noodig. Ze wilden van jou afkomen, Tina. Vannacht zullen er twee opblijven, Dalgleish zal rle eene zijn en Tina de andere, hoewel je haar niet zult zien". HOOFDSTUK IX. De professor. Toen Ruthven het huis verliet, sloeg het vijf uur van den toren van de Tronkerk. Bij zichzelf overleggend, dat hij z(jn vader waarschijnlijk nog net op zijn kantoor aan kon treffen, stak hij de George IV-brug over en na een paar minuten stevig door gestapt te hebben, bereikte hij de St. An- drewstraat, waar de oude Ruthven zyn kantoor had. Hij hield nog vast aan een eerzame en deftige buurt, maar had zich genoodzaakt genen de parterre verdieping, die de menschen van zyn beroep over het algemeen bewoonden, te verlaten en twee trappen hooger zijn intrek te nemen. Hij bezat daar echter ruime, prettige kamers, waarvan hy de grootste tot zijn kantoor ingericht had. Een deel er van was door matglas afgeschut, waar zyn eenige klerk te werken zat, Eenmaal had Patrick Ruthven Senior deel uitgemaakt van een keurig advocaten kantoor, dat uitstekend aangeschreven had gestaan. Nu echter vermeden zijn meeste collega's hem, omdat hy met zoovele kwade zaken gemoeid was geweest. Hij sprong op om zijn zoon te begroeten, terwijl er een angstige uitdrukking in zyn oogen verscheen. Ofschoon Pat in den laatsten tijd veel van de voortdurende raadgevingen van zijn vader geprofiteerd had en in zooverre veel vooruit was gegaan, dat hij tegenwoordig het belang van iedere kleinigheid inzag, wenschte de oude Ruthven toch dikwijls, dat hij de beroepen van dokter en advocaat in zichzelf had kunnen vereenigen, Het was een wanhopig spelletje, dat zij aan het spelen waren en de kleinste mis stap zou al hun moeizamen arbeid van jaren, te niet kunnen doen. „En", vroeg hij bezorgd, „wat is er aan de hand?" Pat wees met zyn hoofd in de richting van het glazen tusschenschot en zijn vader haastte zich hem te verzekeren, dat ze alleen waren. ..Brlggs is een dag met vacantie; hy moet zijn tante begraven", antwoordde hij luch tig. „Is er iets aan de hand? Je ziet er som ber uit". „Ik weet niet, wat ik doen moet. Ze wil een anderen dokter consulteeren over de oude Kate". „Wie wil dat miss Harman?" Patrick knikte. „Wat heb je gezegd?" „Dat ik een professor mee zou brengen, natuurlijk. Hoe kunnen wy daar met fat soen afkomen. Weet jij het?" De oude advocaat, met zijn gladgescho ren gezich en onbetrouwbare, grijze oogen, was een oogenblik van zijn stuk gebracht en stond diep na te denken. „Je kunt er niet afkomen, je moet wel iemand meebrengen. Dat staat vast. En het zal in ons voordeel zijn". „Als het ons niet volkomen de das om doet", merkte Pat nadenkend op. „Als er een professor bij komt, moet ik zorgen dat ik weg kom". „Denk je werkelijk, dat alles dan uit zou komen?" „Ik weet het zeker. Er zijn symptomen, die iederen dokter moet herkennen". „Toch moet het gedaan worden". „Leg maar uit hoe, oude heer", zei de jonge man ongeduldig. „Ik weet natuurlijk wel, dat u op de meeste dingen raad weet, maar ik wil u wel bekennen, dat ik niet ziet, wat u in dit geval kunt doen". „Je moet iemand zien te vinden, die de rol van professor op zich wil nemen". Pat schudde zijn hoofd. „Je weet niet, wat je zegt, oude heer Neem me niet kwalijk, maar het is een feit En zij is ontzettend gewiekst. Ze zou door een steenen muur heen zien, als er aan den anderen kant iets was, wat ze wou weten". „Als we Gardiner eens namen Dicky Gardiner, die in Rankeillourstraat gewoond heeft. Onlangs ben ik hem nog tegen ge komen. Hij zag er ontzettend shabby uit Hij zou dolblij zijn, als hy iets kon verdie nen, en als we hem een beetje verstandig aanpakken, zal hy er geen bezwaar tegen maken. Hy heeft een heel fatsoeniyk uiter- ïyk. Ik zou hem mijn overjas kunnen leu nen. De oude Dick zou een oplossing zijn"- Patrick Ruthven keek een oogenblik vol komen onthutst. De man, waar zyn vader over gesproken had, was een geneesheer, die volkomen aan lager wal geraakt cn daarna aan den drank byna geheel ten gronde gegaan was. Eens had hy echter een goede practyk gehad en wbs hy graag gezien door de menschen uit den beteren stand. „Dat is wel een beetje heel erg laag, niet vader?" zei hy, met een weifelden klank in zyn stem. „Dat kan wel zyn, maar we staan er leeiyk voor, tenminste jy", was het veelbe- teekenende antwoord. „Je weet, of je be hoort tenminste te weten, wat de gevolgen zullen zyn, als je op het oogenblik een deskundige er by haalt. Aan den anderen kant, als je weigert een consult te houden, krygt het meisje natuuriyk achterdocht. Je staat tusschen twee vuren. Van twee kwaden, raad ik je aan Dicky te kiezen. Een paar woorden te rechter tyd gesproken en een borrel na afloop is alles, wat er noodig is. En je moest er maar geen gras over laten groeien. Ik ga nu met je mee en zal by je thuis op je wachten, totdat je Dicky gesproken hebt en verslag over hem uit kunt brengen. Daarna kan hy by mij mijn overjas komen halen". Ruthven voelde zich gedwongen bewon dering te gevoelen voor de eenvoudige en beknopte wijze, waarop zijn vader elk de tail behandelde. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 10