CIRCUS STRASSBURGER.
fRmuendaud
Een jarige minister vergadert toch.
OPEKTA WEDSTRIJD
ALKMAARSCHE COURANT van WOENSDAG 8 JULI 1936
Tweede Kamer
Het Werkfonds een slakkengang
Contingenteering van steenkolen.
Extra hulp aan werkloozen.
De giro-wet aangenomen.
Stad en Omgeving
Een interessant en vlot afgewerkt programma.
EEN GOED BEGIN.
DOE MEE AAN DEN
VAN 6-16 JULI
Den Haag, 7 Juli.
Minister van Lidth de Jeude was jarig
en toch heeft hij de Kamervergadering tot
het einde toe bijgewoond. En zij liep eerst
tegen half zeven af! Hij behoefde by het
debat niet eens het woord te voeren. Ach,
een raadsman der Kroon moet zich vele
huiselijke vreugden ontzeggen.
De begrootingsposten voor werkverrui
ming en industriefinanciering heeft de Ka
mer goedgekeurd, met aanteekening, dat de
heer Sneevliet (r.s.) tegen was. Hij vond,
dat er veel te weinig voor de werkverrui
ming wordt gedaan, en tal van sprekers ble
ken dit met hem eens, maar was dit een
reden om te stemmen tegen een crediet van
20 millioen, al vond hij dit bedrag te Klein?
Zelfs de heer Wynkoop (c.p.), die evenzeer
ontevreden was, verklaarde, dat zijn fractie
niet tegen kon stemmen. De heer Sneevliet
echter wilde bolsjewiekscher zijn dan de
bolsjewieken.
Niet alleen van de genoemde uiterst-link-
Schen kwamen klachten over de trage
werkwijze van het werkfonds, evenzeer van
de heeren Drees (s.d.), Schilthuis (v.d.) en
Kuiper (r.k.) De heer Drees betoogde, dat
het werkfonds zoo slechts opschiet, omdat
der regeering van den aanvang af niet dui
delijk voor oogen heeft gestaan, hoe het
precies zou moeten werken. De heer Kuiper
weet „den slakkengang" aan de departemen
tale sfeer, waarin het fonds moet arbeiden.
Volgens minister Slingenberg echter dient
óe interdepartementale commissie, welke
onlangs is ingesteld, juist om den arbeid van
het fonds te bespoedigen. Z.Exc. vertelde,
dat de gemeenten, de waterschappen en....
de schoonheidscommissie ook veel tijd noo-
dig hebben, alvorens te besluiten, hun mede
werking of goedkeuring te verleenen. Hij
overdreef wel een beetje, maar verontschul
digde zich, zeggende, dat de Kamerleden
óók overdreven!
Wij vernamen uit 's ministers mond, dat
er morgen op zijn departement een bespre
king plaats vindt met de vertegenwoordi
gers van alle groote gemeenten over den
bouw van goedkoope arbeiderswoningen,
vanwege het werkfonds. De regeering zel
ve gevoelt hier overigens weinig voor, om
dat er zoovele woningen leeg staan.
Mr. Wendelaar (lib.) drong er op aan, dat
het werkfonds meer hulp zal verleenen aan
particuliere werkgevers ter bevordering van
de werkverruiming.
De eenige, die het voor het werkfonds op-
ham, was de heer Krijger (c.h.), volgens
wien de verwachtingen te hoog gespannen
waren geweest en de gemeenten vaak hulp
vragen voor werken, die heelemaal niet pro
ductief zijn.
By een wetsontwerp tot verlenging van de
contingenteering van steenkolen klaagden
de heeren Drop (s.d.), van Dijken (a.r.),
Louwes (lib.), Schilthuis (v.d.), Hermans
(r.k.) en Wynkoop over het monopolie van
de kolenconvenfie, gevormd door de mijnen
en drie groote importeurs, onder wie de
Steenkolen-Handels-Vereeniging. Deze afge
vaardigden meenden, dat de niet bij de con
ventie aangeslotenen aan haar willekeur
overgeleverd zouden worden, maar minister
Gelissen beloofde, hiertegen te zullen wa
ken. Voorts klaagden afgevaardigden, dat in
de huisbrandcommissie de groothandelaren
en -importeurs den kleinhandel in de ver
drukking brengen en dat de coöperaties van
de kolendistributie worden uitgesloten.
Er is, zoo vertelde de bewindsman, nu een
concept gereed voor saneering van den
kleinhandel waarin thans een te groot aantal
verkoopers den steenkolenprijs de hoogte
indrijft.
Het rapport van oud-minister Verschuur
over den toestand der kolendistributie zal
over enkele weken worden gepubliceerd.
De Kamer keurde het wetsontwerp zon
der stemming goed, maar mr. Vervoorn (pL)
had zich in een speech je als tegenstander
doen kennen. Hij was een beetje jaloersch,
omdat by onzen kolenuitvoer geen betalings
moeilijkheden worden ondervonden en bij
den export van landbouwproducten zoovele.
Bij een suppletoire begrooting van sociale
zaken heeft de heer Kupers (s.d.) een motie
ingediend, waarin de Kamer uitspreekt, dat
het door de regeering voorgestelde crediet
van vijf ton voor verstrekking van klee
ding, schoeisel en beddegoed aan werkloo
zen in 1936 belangrijk moet worden ver
hoogd.
De heer Steinmetz (r.k.) sprak in den
geest der motie, maar de heer Smeenk (a.r.)
vroeg, waar de heer Kupers het geld voor
uitvoering ervan vandaan wilde halen.
Minister Slingenberg bestreed de motie,
eraan herinnerende, dat de regeering in
1934 een dergelijk crediet had aangevraagd,
maar toen had verklaard, dat zij het geen
tweede maal zou doen. Nu doet zij dit toch.
De reden is, dat de particuliere organisatie,
die voortaan dergelijk werk zal verrichten,
nog niet geheel tot stand gekomen is. Een
verhooging van de vijf ton kan er volgens
Z.Exc. onmogelijk af en nog veel minder
bleek hij geneigd tot een verhooging van de
steunnormen, als de heer Sneevliet bepleitte.
Het wetsontwerp is goedgekeurd. Over de
motie wordt morgen gestemd.
Minister de Wilde's concessies, de vorige
week by de girowet gedaan, hebben de
Kamer bewogen, ze zonder hoofdelijke
stemming aan te nemen. De bewindsman
heeft dan ook wel toegestemd in een be
langrijke verzwakking van de bevoegdheden
van het centrale gezag tegenover gemeen
telijke girodiensten. Alleen de communisten
bleken onverzoenlijk en verzochten aantee
kening van tegenstemmen.
Het is al weer een heele tijd geleden, dat
er een groot circus in of bij onze gemeente
is verschenen en de liefhebbers van alles
wat het gewoonlijk biedt, hebben daarom
met belangstelling de eerste voorstelling
van het circus Strassburger tegemoet gezien.
Laten wy beginnen met te zeggen, dat
wij na afloop van de eerste voorstelling den
indruk hebben gekregen, dat alle toeschou
wers en dat waren er heel wat zeer
voldaan huiswaarts zijn getogen.
Ieder circus heeft zijn bepaalde sfeer,
men amuseert er zich of men kijkt op zijn
horloge. Bij het cricus Strassburger vergeet
men, dat men een horloge op zak heeft en
dat is het bewijs, dat men er gezellig wordt
bezig gehouden. Er is zooveel te zien en
men wordt voortdurend zoozeer in spanning
gehouden, dat men na afloop plotseling tot
de ontdekking komt, dat het eigenlijk al
lang bedtijd is.
Wy hebben gistermiddag de mannen be
klaagd, die, ondanks het zware onweer, dat
boven onze gemeente was losgebroken, een
drassig stuk weiland in een gezellige inte
rieur moesten veranderen en wy hebben
gisteravond werkelijk verbaasd gestaan van
dat keurige, groote en gezellige circus, dat
precies op tijd zijn deuren, of beter gezegd,
zijn zeildoek opende om duizenden men-
schen een eerste klas programma te ver-
toonen.
Het programma.
De hooge hekken van het roofdierennum
mer waren rond de arena gespannen en de
temmer Courts bracht er weldra een ver
zameling dieren, die men zelden of nooit in
de menage bijeen ziet, leeuwen, tijgers, pan
ters, ijsbeeren en zwarte kraagberen. Zij
kenden allen hun plaats, zy waren acrobaten,
die door langdurig en zorgvuldig repeteeren
precies op tyd wisten op te treden en feil
loos de groepen vormden, welke, juist door
deze dierenvariatie, bijzonder interessant
waren.
De twee Staldys, luchtacrobaten, hielden
het pubiiek door hun gedurfde toeren zoo
bezig, dat niemand er eigenlijk erg in had,
dat, toen hun nummer achter den rug was,
de heele wilde-dierenkooi was verdwenen.
Menschen in het wit, een lenige jonge vrouw
en een gespierde jonge man, die in den nok
van het circus hun gedurfde toeren verrich
ten, vormen altijd de meest interessante
nummers.
Kameelen men ziet ze in een circus ge
woonlijk alleen in de stallen draafden
hier de arena rond. Zy hebben natuurlijk al
lang ontdekt, dat deze geen woestijn en het
zaagsel geen zand is, maar zij hebben dan
ook een heel wat gemakkelijker leven dan
hun soortgenooten in Afrika. Als dank daar
voor hebben zij kunstjes geleerd en het is
werkelijk interessant te zien hoe deze eigen
lijk wonderlijk gevormde dieren te dressee-
ren zijn.
De gebroeders Kuens worden in het
programma als voetballers aangeduid. Zij
hebben inderdaad een voetbal maar „kop
pen" die aan twee kanten tegelijk, de een
van onder en de ander van boven. Zelfs de
meest bekende internationals doen hen dat
niet na. Het is trouwens wonderlijk, wat
deze acrobaten den bezoekers presenteeren.
Broeder nummero één staat met beide voe
ten op den grond en demonstreert zijn
kracht en equilibritische talenten en broe
der nummero twee klimt in vele meters
hooge masten, die zyn bloedverwant op
schouder of hoofd gezet heeft en voert er
bovendien nog allerlei acrobatische toeren
aan uit.
Clowns.
Clowns zijn grappig of niet grappig. In
het laatste geval is hun nummer niet alleen
verloren tijd en moeite, maar kweekt het
bovendien by het publiek een zekeren
tegenzin. In het eerste geval is hun optreden
een daverend succes, dat nog nawerkt als
het circus al lang weer zijn tenten ergens
anders heeft opgeslagen. De drie French
hebben hun uiterste best gedaan. Men ziet
er eigenlijk maar één of twee van, want de
andere komen wel in de arena, maar zyn
dan vermomd als „paard". Men kent die
grappige beesten, evengroot als een gewoon
paard, met een kop, die met de oogen kan
knipperen en de tanden kan laten zien, maar
het paard zelf is wat slap van leden. Men
krijgt bij het binnendraven in de arena al
dadelijk het gevoel, dat er iets niet in orde
is en dat er evenals dat by het beroemde
paard van Troye het geval was van bin
nen iets anders inzit dan er in een gewoon
paard behoort te zitten. Als een zoodanig
paard gaat walsen en daarbij om zijn eigen
as draait, als het danst als een aangeschoten
boerenknecht en met zyn zitvlak op den
rand der manege tegen het publiek met zijn
voorpooten zit te wuiven, is het groote mo
ment van de determineering van dit zoog
dier natuurlijk aangebroken en het publiek,
dat zich kostelijk amuseert, weet een derge
lijk nummer met een hartelijk applaus te
beloonen.
Paarden.
Het is vanzelsprekend, dat het circus
Strassburger ook andere paarden heeft. Het
heeft een heele collectie prachtdieren, van
de allergrootste en zwaarste soort tot de
lillyputters onder het ras, de dwergpaardjes,
de ponny's, waarvan men hier een zeldzaam
mooie collectie kan bewonderen. Hans
Strassburger heeft ze gisteravond aan de
bezoekers voorgesteld, de prachtige Shet-
landsche ponny's, den kostbaren Arabischen
hengst, de mooie gevlekte Tijger-Schecken
en de zeldzaam mooie collectie van twaalf
witte Lippizaners. Liefhebbers van paarden
en paardensport kunnen hier hun hart op
halen. De dieren zien er uitstekend uit,
geven blijk van een nauwkeurige verzor
ging en de dressuur geeft feillooze resul
taten. Alles gaat zoo rustig en zoo zeker, dat
men wel begrijpt, hoe hier met eindeloos
geduld telkens en telkens weer gerepe
teerd is.
De vijf Maryward's treden daarna op als
zoogenaamde schommelplankspringers. Het
zullen wel weer broers zijn, al is het dan
geen vyflhig, wanffh zijn ouderen en jon
geren onder. De jongste is een buitenge
woon knap artist en onder doodelyk stilte
schoot hy van de wipplank de lucht in,
maakte een viertal Salto mortales het
kunnen er ook wel vijf geweest zyn en
kwam precies in de goede houding en op
het juiste moment in een fluweelen fauteuil
terecht, welke een der gebroeders aan een
langen stok in de lucht had gestoken. Er zijn
menschen, die heel wat gemakkelijker in
hun fauteuil terecht komen.
Er is gelegenheid een ritje te maken.
Het publiek wordt geïnviteerd om op een
muilezel een tochtje door het circus te ma
ken, maar een toeschouwer, die zijn jas uit
trok en werkelijk aanstalten maakte om aan
die invitatie gevolg te geven, werd door het
stalpersoneel netjes naar zyn stoel gebracht.
Dat lijkt eerst wat onrechtvaardig, maar al
spoedig begrijpt men, dat het voor 's mans
eigen bestwil gebeurd is en dat er, als het
personeel niet verstandiger geweest was
dan hij zelf, gisteravond nog een spoed
operatie in het Centraal Ziekenhuis of in
het Sint Elisabethgesticht zou gebeurd
zyn. Deze muilezel is namelijk niet te be
rijden. Hy trapt en hij schopt van achter en
van voren en de twee circusmenschen, die
er een oogenblik in geslaagd waren op zijn
gladden rug te klauteren, werden er door
het lieftallige Mexicaansche diertje met de
tanden weer afgetrokken. Dat gaf natuur
lijk heel wat vroolijke momenten. De muil
ezel demonstreerde, dat hij inderdaad een
muil had, maar niet dat hij een ezel was.
Hij is een gedresseerde artist, die een dui
zendkoppig publiek een allervrooJijkst
kwartiertje kan bezorgen.
In de pauze er was natuurlijk gelegen
heid de stallen te bekijken en met de uitge
breide collectie paarden en de menagerie
kennis te maken was het groote net ge
spannen, waarin de zoogenaamde „vlie-
'gende" menschen opgevangen worden, als
zij eens misgrijpen.
De vier Amadoris misschien heeten zij
anders, maar dat doet er niet toe hebben
bewezen, dat zy op dit gebied iets prestee-
ren. Er is gratie en schoonheid in die door
de lucht zwevende in wit tricot gekleede
acrobaten, die hoog in den nok van het cir
cus hun zweeftuig loslaten en na eenige
salto's door sterke handen worden opge
vangen om opnieuw door de lucht te vlie-
CONTANT!
Deelname-formulieren gratis bij Uw winkelier of drogist.
Ned. Opekta Mij.. Singel 400, Tel. 37059, Amsterdam C.
Tegen een krampaanval staat ook de
meest geroutineerde zwemmer machteloos.
Waag U daarom nooit zoover in zee, dat een
ander U slechts met moeite zou kunnen
bereiken.
gen en op het juiste moment een op hen af
zwaaienden rekstok te grijpen. Er worden
moed en een behendigheid gedemonstreerd,
die het publiek altyd pakken en toen, ra
een mislukten greep, een gewaagde toer by
herhaling gelukte, daverde het circus van
het welverdiend applaus, dat artisten als
deze in alle opzichten toekomt.
Het paard in de hoogesehool.
Mejuffrouw Regine Strassburger bracht
daarna een nummer, dat in geen circus van
standing mag ontbreken, een overoud num
mer, maar voor de liefhebbers van paarden
sport een bijzondere attractie, namelijk het
rijden van een paard in de zoogenaamde
hoogesehool. Men kent die welverzorgde
paarden, op wier achterdeel de haren als
ruitjes van een schaakbord gekamd zijn, de
prachtpaarden, die stappen met hoog ge
heven pooten en die dansen precies op maat
en rhytme van de muziek, welke de kapel
meester vanaf zijn hooge standplaats door
het orkest laat blazen. Het is altyd een aan
trekkelijk nummer en mej. Strassburger, die
als het ware voortdurend met haar paard in
gesprek is en het feilloos liet optreden, heeft
veel tot het succes van den avond bijgedra
gen.
De fietsende acrobatenfamilie demon
streert nog eens, dat er eigenlijk op alles
gereden kan worden mits het maar rond is.
Gewone stervelingen stappen af als ze een
wiel kwijt zijn of het zadel inplaats van
bovenop onderaan blijkt te zitten. Deze
acrobaten merken daar allemaal niets van.
Ze merken het misschien wel, maar ze
trekken er zich niet het minste van aan. Ze
ryden op fietsen, die onder het rijden ge
demonteerd worden, zoodat er ten slotte nog
maar een wiel overblijft, ze rijden op alle
mogelijke wielen, hooge en lage en voorna
melijk de vrouwelijke ster van het gezel
schap heeft ons een kwartiertje lang alle
wetten van de zwaartekracht doen vergeten.
Dario-Bario en Co., wat zouden het an
ders zijn dan clowns en wel allergeestigste
clowns, de meest markante typen, die elk
op zich zelf al hilariteit ontketenden en die
in hun samenwerking de lachsalvo's door
het circus lieten klinken. Dat zij bovendien
uitstekende musici waren, hebben zij met
de meest verschillende instrumenten bewe
zen. Voornamelijk het hamer- en aambeeld-
concert was origineel en viel ook in musi-
caal opzicht te waardeeren.
Olifanten.
Men kent het binnenkomen van olifanten,
groote, logge dieren, die slurfzwaaiend, iet
wat nonchalant naar binnen stappen, Ko
lossen, die meer dan twintig maal zwaarder
zyn dan de dikste circusartist en die als
goedige, uit hun kracht gegroeide kinderen
allerlei spelletjes doen, waarvan men kan
begrijpen, dat zij hen zelf maar matig in
teresseeren. Olifanten op vier pooten, op
twee pooten en zelfs op één poot, olifanten,
die goedig achter elkaar sjokken en als kin
deren, die elkaar niet verliezen willen,
met de slurven eikaars staartjes vasthou
den, die op comando „dood" liggen en op
het volgende commando weer blijken te
leven.
Er bleken twee imitators onder te schui
len. De een speelde voor Josephine Baker
en voerde een soort bananendans uit De
imitatie was kostelyk, hoewel deze Josephine
niet bang behoefde te zyn, dat zij haar ba
nanen-gordel zou verliezen. De tweede
olifant stelde Charlie Chaplin voor. Het
wandelstokje ontbrak niet en het hoedje
evenmin. Zelfs de schoenen waren present,
al zullen die van den echten Charlie wel een
maat kleiner zyn geweest. Zoowel Josephine
als Charlie hadden een daverend succes, dat
door den correcten dresseur in ontvangst
werd genomen.
Een groote optocht van dieren, paarden,
kameelen, olifanten en ponny's er was
zelfs een buffel bij besloot het program
ma en men had voor alle voorzichtigheid de
leeuwen en tijgers maar in hun kooien ge
laten. Het was een alleraardigste groep, die
een waardig slot van dezen avond vormde.
Het circus-orkest dat zich den gehee-
len avond uitstekend weerde liet een
slotmarsch hooren en de conferencier, die
aan den middagvoorstelling voor de kinde
ren herinnerde, dankte hoffelijk allen, die
aan het welslagen van dezen avond door
hun bezoek hadden medegewerkt.
Het cricus Strassburger verdient inder
daad belangstelling. Men ziet hier het beste
van het beste, de artisten zijn uitstekend,
de costuums schitterend, de dieren goed ver
zorgd en door aller samenwerking zal ook
heden en morgen een uitstekend programma
worden geboden.
CAFE-RESTAURANT UITGEBRAND.
Groot aantal muziekinstrumenten
verloren gegaan.
In den afgeloopen nacht te omstreeks
drie uur is door tot dusver onbekende oor
zaak brand uitgebroken in het café-restau
rant „Amicitia", gelegen aan de Wilhelmina-
straat te Ginneken. Het twee verdiepingen
hooge gebouw is geheel afgebrand.
In het gebouw waren gevestigd de zang-
vereen iging Ginnekens Mannenkoor, het
dameskoor „T.O.G." en de harmonie „Con-
cordia". Deze drie vereenigingen hielden in
het gebouw hun repetities en gaven er hun
uitvoeringen. Een aantal muziekinstrumen
ten, muziekkasten en andere eigendommen
van deze vereenigingen is verloren gegaan.
Hiervan is niets verzekerd. De schade aan
het gebouw wordt door verzekering gedekt.
GE V A ARfjI JKE SPUIT APPARATEN.
Vragen aan den minister.
De heer Kupers (s.d.a.p.) heeft gevraagd
aan den minister van sociale zaken:
1. Is het den minister bekend, dat in den
laatsten tijd verschillende arbeiders het
slachtoffer zyn geworden van ernstige on
gelukken ten gevolge van het gebruik ma
ken van spuitapparaten ter bestrijding van
schadelijk ongedierte in den land- en tuin
bouw?
2. Wil de minister mededeelen, waarom
de nieuwe veiligheidswet (2 Juli 1934,
staatsblad no. 352), op grond van welke
wet tegen deze gevaarlijke wetktuigen zou
kunnen worden opgetreden, nog steeds niet
in werking is getreden?
3. Komt het den minister niet wensche-
lijk voor, om in verband met de in vraag 1
vermelde ongelukken deze in werking tre
ding thans zoo sooedig mogelijk te doen ge
schieden?
BOERDERIJ AFGEBRAND.
Gisteravond te omstreeks zeven uur brak
brand uit in de kapitale boerderij, bewoond
door den landbouwer E. Hendriks en eigen
dom van den heer van der Zanden te Dru-
nen. In een ommezien stond het geheel*
huis in lichter laaie. Van den inboedel kon
men slechts weinig redden. De brandwee*
was spoedig aanwezig, maar zy stond mach
teloos tegenover de vuurzee. De boerderij k
geheel uitgebrand. De schade wordt doof
verzekering gedekt Men weet niet hoe het
vuur is ontstaan.
VEREENIGING TER BEVORDERING
VAN DE BELANGEN DES BOEKHANDELS
De nieuwe spelling.
Heden is in Artis te Amsterdam de 119d*
algemeene vergadering gehouden van de
vereeniging ter bevordering van de belan
gen des boekhandels.
De voorzitter, de heer A. B. van Holkona,
sprak daarbij een rede uit waaraan het vol
gende is ontleend. Na een hartelijk wel
komstwoord wees spr. er op, dat vele regle
mentsherzieningen op de goedkeuring der
leden staan te wachten, hetgeen naar be
sluit der leden om de tien jaar moet gebeu
ren. Spr. dankte reeds nu allen die het voor
bereidend werk hebben verricht
Verder stond spr. stil bij de nieuwe spel
ling, die ons, aldus spr., en vele aanver
wante vakgenooten dwars zit Meenden w(j
verleden jaar, dat er maar niets gedaan
moest worden en dat de tyd wel zou leeren
wat er van de nieuwe spelling terecht zou
komen, nu wy een jaar verder zyn, heeft
de overtuiging meer en meer post gevat
dat er nu ten spoedigste een definitieve be
slissing genomen dient tè worden. Want vete
uitgevers weten niet wat zy moeten doen,
vele drukkers wachten op het fiat voor
afdrukken van boeken, die reeds geheel te,
proef zijn en vele schrijvers zitten met
copieën, die niet uitgegeven kunnen wor
den, voordat er een beslissing over de
juiste spelling genomen is. Een ideaJe
oplossing, die iedereen bevredigen zal, aal
wel niet genomen kunnen worden, maar ik
zou bij den minister in ieder geval op een
zeer spoedige beslissing willen aandringen.
Een andere zaak die in deze tijden weer
duchtig opbloeit, is de vraag naar gratis
boeken. Spr. bedoelt niet de vele z.g. recen
sie-exemplaren die aangevraagd worden»
maar al die liefdadigheidsinstellingen an
bazars, die in alle mogelijke plaatsen ge
houden worden en waarvan de commissie*
of besturen maar denken, dat boeken te
ieder geval en in iedere hoeveelheid graMs
geleverd dienen te worden. Het zou belang
rijk zyn eens na te gaan wat er ieder jaa
gevraagd en helaas ook nog gegeven word
alles ten nadeele van ons vak.
De actie die opeens begon om op tijd
schriften korting te eischen onder bedrei
ging, dat anders de abonnementen gestaalijfc
zouden worden, werd gelukkig, dank zij
onze bindende bepalingen, direct verijdeld.
Waar zou het heen gaan als de bibliotheken
de korting kregen, die den boekhandel toe
komt? Een huis zonder boeken is erger dan
een huis zonder meubelen, werd onlangs
gezegd, maar worden er ooit meubelen
gratis gevraagd?
Deze gratis-campagne is, zei spr., natuur
lijk ook een gevolg van de crisis. Maar moe
ten wij nog langer van een economische
crisis spreken?
Hierop ingaande meende spr. dat men
nuchter, ernstig en werkzaam voorwaarts
moet gaan. Wy moeten in het oog houden,
dat het boek een blijvend iets is en dat de
wereld zonder boeken niet zal kunnen be
staan. Wij moeten daarbij bedenken, dat
ons vak een by zonder mooi, maar ook een
bijzonder gevoelig en teer vak is. Aan de
deelnemers van het onlangs te Londen ge
houden uitgeverscongres is het gebleken,
hoe hoog men daar ons vak beschouwt. Niet
alleen de eerste ministers, maar de koning
zelf, onder wiens patronaat het congres ge
houden werd, waren vol belangstelling voor
het werk van hen, die in het boekbedrijf
werkzaam zijn. Dit lichtend voorbeeld is
ook voor ons een vingerwijzing, aei spr.
en opende hiermede de algemeene vergade
ring.