CIRCUS STRASSBURGER. fRmuendaud Een jarige minister vergadert toch. OPEKTA WEDSTRIJD ALKMAARSCHE COURANT van WOENSDAG 8 JULI 1936 Tweede Kamer Het Werkfonds een slakkengang Contingenteering van steenkolen. Extra hulp aan werkloozen. De giro-wet aangenomen. Stad en Omgeving Een interessant en vlot afgewerkt programma. EEN GOED BEGIN. DOE MEE AAN DEN VAN 6-16 JULI Den Haag, 7 Juli. Minister van Lidth de Jeude was jarig en toch heeft hij de Kamervergadering tot het einde toe bijgewoond. En zij liep eerst tegen half zeven af! Hij behoefde by het debat niet eens het woord te voeren. Ach, een raadsman der Kroon moet zich vele huiselijke vreugden ontzeggen. De begrootingsposten voor werkverrui ming en industriefinanciering heeft de Ka mer goedgekeurd, met aanteekening, dat de heer Sneevliet (r.s.) tegen was. Hij vond, dat er veel te weinig voor de werkverrui ming wordt gedaan, en tal van sprekers ble ken dit met hem eens, maar was dit een reden om te stemmen tegen een crediet van 20 millioen, al vond hij dit bedrag te Klein? Zelfs de heer Wynkoop (c.p.), die evenzeer ontevreden was, verklaarde, dat zijn fractie niet tegen kon stemmen. De heer Sneevliet echter wilde bolsjewiekscher zijn dan de bolsjewieken. Niet alleen van de genoemde uiterst-link- Schen kwamen klachten over de trage werkwijze van het werkfonds, evenzeer van de heeren Drees (s.d.), Schilthuis (v.d.) en Kuiper (r.k.) De heer Drees betoogde, dat het werkfonds zoo slechts opschiet, omdat der regeering van den aanvang af niet dui delijk voor oogen heeft gestaan, hoe het precies zou moeten werken. De heer Kuiper weet „den slakkengang" aan de departemen tale sfeer, waarin het fonds moet arbeiden. Volgens minister Slingenberg echter dient óe interdepartementale commissie, welke onlangs is ingesteld, juist om den arbeid van het fonds te bespoedigen. Z.Exc. vertelde, dat de gemeenten, de waterschappen en.... de schoonheidscommissie ook veel tijd noo- dig hebben, alvorens te besluiten, hun mede werking of goedkeuring te verleenen. Hij overdreef wel een beetje, maar verontschul digde zich, zeggende, dat de Kamerleden óók overdreven! Wij vernamen uit 's ministers mond, dat er morgen op zijn departement een bespre king plaats vindt met de vertegenwoordi gers van alle groote gemeenten over den bouw van goedkoope arbeiderswoningen, vanwege het werkfonds. De regeering zel ve gevoelt hier overigens weinig voor, om dat er zoovele woningen leeg staan. Mr. Wendelaar (lib.) drong er op aan, dat het werkfonds meer hulp zal verleenen aan particuliere werkgevers ter bevordering van de werkverruiming. De eenige, die het voor het werkfonds op- ham, was de heer Krijger (c.h.), volgens wien de verwachtingen te hoog gespannen waren geweest en de gemeenten vaak hulp vragen voor werken, die heelemaal niet pro ductief zijn. By een wetsontwerp tot verlenging van de contingenteering van steenkolen klaagden de heeren Drop (s.d.), van Dijken (a.r.), Louwes (lib.), Schilthuis (v.d.), Hermans (r.k.) en Wynkoop over het monopolie van de kolenconvenfie, gevormd door de mijnen en drie groote importeurs, onder wie de Steenkolen-Handels-Vereeniging. Deze afge vaardigden meenden, dat de niet bij de con ventie aangeslotenen aan haar willekeur overgeleverd zouden worden, maar minister Gelissen beloofde, hiertegen te zullen wa ken. Voorts klaagden afgevaardigden, dat in de huisbrandcommissie de groothandelaren en -importeurs den kleinhandel in de ver drukking brengen en dat de coöperaties van de kolendistributie worden uitgesloten. Er is, zoo vertelde de bewindsman, nu een concept gereed voor saneering van den kleinhandel waarin thans een te groot aantal verkoopers den steenkolenprijs de hoogte indrijft. Het rapport van oud-minister Verschuur over den toestand der kolendistributie zal over enkele weken worden gepubliceerd. De Kamer keurde het wetsontwerp zon der stemming goed, maar mr. Vervoorn (pL) had zich in een speech je als tegenstander doen kennen. Hij was een beetje jaloersch, omdat by onzen kolenuitvoer geen betalings moeilijkheden worden ondervonden en bij den export van landbouwproducten zoovele. Bij een suppletoire begrooting van sociale zaken heeft de heer Kupers (s.d.) een motie ingediend, waarin de Kamer uitspreekt, dat het door de regeering voorgestelde crediet van vijf ton voor verstrekking van klee ding, schoeisel en beddegoed aan werkloo zen in 1936 belangrijk moet worden ver hoogd. De heer Steinmetz (r.k.) sprak in den geest der motie, maar de heer Smeenk (a.r.) vroeg, waar de heer Kupers het geld voor uitvoering ervan vandaan wilde halen. Minister Slingenberg bestreed de motie, eraan herinnerende, dat de regeering in 1934 een dergelijk crediet had aangevraagd, maar toen had verklaard, dat zij het geen tweede maal zou doen. Nu doet zij dit toch. De reden is, dat de particuliere organisatie, die voortaan dergelijk werk zal verrichten, nog niet geheel tot stand gekomen is. Een verhooging van de vijf ton kan er volgens Z.Exc. onmogelijk af en nog veel minder bleek hij geneigd tot een verhooging van de steunnormen, als de heer Sneevliet bepleitte. Het wetsontwerp is goedgekeurd. Over de motie wordt morgen gestemd. Minister de Wilde's concessies, de vorige week by de girowet gedaan, hebben de Kamer bewogen, ze zonder hoofdelijke stemming aan te nemen. De bewindsman heeft dan ook wel toegestemd in een be langrijke verzwakking van de bevoegdheden van het centrale gezag tegenover gemeen telijke girodiensten. Alleen de communisten bleken onverzoenlijk en verzochten aantee kening van tegenstemmen. Het is al weer een heele tijd geleden, dat er een groot circus in of bij onze gemeente is verschenen en de liefhebbers van alles wat het gewoonlijk biedt, hebben daarom met belangstelling de eerste voorstelling van het circus Strassburger tegemoet gezien. Laten wy beginnen met te zeggen, dat wij na afloop van de eerste voorstelling den indruk hebben gekregen, dat alle toeschou wers en dat waren er heel wat zeer voldaan huiswaarts zijn getogen. Ieder circus heeft zijn bepaalde sfeer, men amuseert er zich of men kijkt op zijn horloge. Bij het cricus Strassburger vergeet men, dat men een horloge op zak heeft en dat is het bewijs, dat men er gezellig wordt bezig gehouden. Er is zooveel te zien en men wordt voortdurend zoozeer in spanning gehouden, dat men na afloop plotseling tot de ontdekking komt, dat het eigenlijk al lang bedtijd is. Wy hebben gistermiddag de mannen be klaagd, die, ondanks het zware onweer, dat boven onze gemeente was losgebroken, een drassig stuk weiland in een gezellige inte rieur moesten veranderen en wy hebben gisteravond werkelijk verbaasd gestaan van dat keurige, groote en gezellige circus, dat precies op tijd zijn deuren, of beter gezegd, zijn zeildoek opende om duizenden men- schen een eerste klas programma te ver- toonen. Het programma. De hooge hekken van het roofdierennum mer waren rond de arena gespannen en de temmer Courts bracht er weldra een ver zameling dieren, die men zelden of nooit in de menage bijeen ziet, leeuwen, tijgers, pan ters, ijsbeeren en zwarte kraagberen. Zij kenden allen hun plaats, zy waren acrobaten, die door langdurig en zorgvuldig repeteeren precies op tyd wisten op te treden en feil loos de groepen vormden, welke, juist door deze dierenvariatie, bijzonder interessant waren. De twee Staldys, luchtacrobaten, hielden het pubiiek door hun gedurfde toeren zoo bezig, dat niemand er eigenlijk erg in had, dat, toen hun nummer achter den rug was, de heele wilde-dierenkooi was verdwenen. Menschen in het wit, een lenige jonge vrouw en een gespierde jonge man, die in den nok van het circus hun gedurfde toeren verrich ten, vormen altijd de meest interessante nummers. Kameelen men ziet ze in een circus ge woonlijk alleen in de stallen draafden hier de arena rond. Zy hebben natuurlijk al lang ontdekt, dat deze geen woestijn en het zaagsel geen zand is, maar zij hebben dan ook een heel wat gemakkelijker leven dan hun soortgenooten in Afrika. Als dank daar voor hebben zij kunstjes geleerd en het is werkelijk interessant te zien hoe deze eigen lijk wonderlijk gevormde dieren te dressee- ren zijn. De gebroeders Kuens worden in het programma als voetballers aangeduid. Zij hebben inderdaad een voetbal maar „kop pen" die aan twee kanten tegelijk, de een van onder en de ander van boven. Zelfs de meest bekende internationals doen hen dat niet na. Het is trouwens wonderlijk, wat deze acrobaten den bezoekers presenteeren. Broeder nummero één staat met beide voe ten op den grond en demonstreert zijn kracht en equilibritische talenten en broe der nummero twee klimt in vele meters hooge masten, die zyn bloedverwant op schouder of hoofd gezet heeft en voert er bovendien nog allerlei acrobatische toeren aan uit. Clowns. Clowns zijn grappig of niet grappig. In het laatste geval is hun nummer niet alleen verloren tijd en moeite, maar kweekt het bovendien by het publiek een zekeren tegenzin. In het eerste geval is hun optreden een daverend succes, dat nog nawerkt als het circus al lang weer zijn tenten ergens anders heeft opgeslagen. De drie French hebben hun uiterste best gedaan. Men ziet er eigenlijk maar één of twee van, want de andere komen wel in de arena, maar zyn dan vermomd als „paard". Men kent die grappige beesten, evengroot als een gewoon paard, met een kop, die met de oogen kan knipperen en de tanden kan laten zien, maar het paard zelf is wat slap van leden. Men krijgt bij het binnendraven in de arena al dadelijk het gevoel, dat er iets niet in orde is en dat er evenals dat by het beroemde paard van Troye het geval was van bin nen iets anders inzit dan er in een gewoon paard behoort te zitten. Als een zoodanig paard gaat walsen en daarbij om zijn eigen as draait, als het danst als een aangeschoten boerenknecht en met zyn zitvlak op den rand der manege tegen het publiek met zijn voorpooten zit te wuiven, is het groote mo ment van de determineering van dit zoog dier natuurlijk aangebroken en het publiek, dat zich kostelijk amuseert, weet een derge lijk nummer met een hartelijk applaus te beloonen. Paarden. Het is vanzelsprekend, dat het circus Strassburger ook andere paarden heeft. Het heeft een heele collectie prachtdieren, van de allergrootste en zwaarste soort tot de lillyputters onder het ras, de dwergpaardjes, de ponny's, waarvan men hier een zeldzaam mooie collectie kan bewonderen. Hans Strassburger heeft ze gisteravond aan de bezoekers voorgesteld, de prachtige Shet- landsche ponny's, den kostbaren Arabischen hengst, de mooie gevlekte Tijger-Schecken en de zeldzaam mooie collectie van twaalf witte Lippizaners. Liefhebbers van paarden en paardensport kunnen hier hun hart op halen. De dieren zien er uitstekend uit, geven blijk van een nauwkeurige verzor ging en de dressuur geeft feillooze resul taten. Alles gaat zoo rustig en zoo zeker, dat men wel begrijpt, hoe hier met eindeloos geduld telkens en telkens weer gerepe teerd is. De vijf Maryward's treden daarna op als zoogenaamde schommelplankspringers. Het zullen wel weer broers zijn, al is het dan geen vyflhig, wanffh zijn ouderen en jon geren onder. De jongste is een buitenge woon knap artist en onder doodelyk stilte schoot hy van de wipplank de lucht in, maakte een viertal Salto mortales het kunnen er ook wel vijf geweest zyn en kwam precies in de goede houding en op het juiste moment in een fluweelen fauteuil terecht, welke een der gebroeders aan een langen stok in de lucht had gestoken. Er zijn menschen, die heel wat gemakkelijker in hun fauteuil terecht komen. Er is gelegenheid een ritje te maken. Het publiek wordt geïnviteerd om op een muilezel een tochtje door het circus te ma ken, maar een toeschouwer, die zijn jas uit trok en werkelijk aanstalten maakte om aan die invitatie gevolg te geven, werd door het stalpersoneel netjes naar zyn stoel gebracht. Dat lijkt eerst wat onrechtvaardig, maar al spoedig begrijpt men, dat het voor 's mans eigen bestwil gebeurd is en dat er, als het personeel niet verstandiger geweest was dan hij zelf, gisteravond nog een spoed operatie in het Centraal Ziekenhuis of in het Sint Elisabethgesticht zou gebeurd zyn. Deze muilezel is namelijk niet te be rijden. Hy trapt en hij schopt van achter en van voren en de twee circusmenschen, die er een oogenblik in geslaagd waren op zijn gladden rug te klauteren, werden er door het lieftallige Mexicaansche diertje met de tanden weer afgetrokken. Dat gaf natuur lijk heel wat vroolijke momenten. De muil ezel demonstreerde, dat hij inderdaad een muil had, maar niet dat hij een ezel was. Hij is een gedresseerde artist, die een dui zendkoppig publiek een allervrooJijkst kwartiertje kan bezorgen. In de pauze er was natuurlijk gelegen heid de stallen te bekijken en met de uitge breide collectie paarden en de menagerie kennis te maken was het groote net ge spannen, waarin de zoogenaamde „vlie- 'gende" menschen opgevangen worden, als zij eens misgrijpen. De vier Amadoris misschien heeten zij anders, maar dat doet er niet toe hebben bewezen, dat zy op dit gebied iets prestee- ren. Er is gratie en schoonheid in die door de lucht zwevende in wit tricot gekleede acrobaten, die hoog in den nok van het cir cus hun zweeftuig loslaten en na eenige salto's door sterke handen worden opge vangen om opnieuw door de lucht te vlie- CONTANT! Deelname-formulieren gratis bij Uw winkelier of drogist. Ned. Opekta Mij.. Singel 400, Tel. 37059, Amsterdam C. Tegen een krampaanval staat ook de meest geroutineerde zwemmer machteloos. Waag U daarom nooit zoover in zee, dat een ander U slechts met moeite zou kunnen bereiken. gen en op het juiste moment een op hen af zwaaienden rekstok te grijpen. Er worden moed en een behendigheid gedemonstreerd, die het publiek altyd pakken en toen, ra een mislukten greep, een gewaagde toer by herhaling gelukte, daverde het circus van het welverdiend applaus, dat artisten als deze in alle opzichten toekomt. Het paard in de hoogesehool. Mejuffrouw Regine Strassburger bracht daarna een nummer, dat in geen circus van standing mag ontbreken, een overoud num mer, maar voor de liefhebbers van paarden sport een bijzondere attractie, namelijk het rijden van een paard in de zoogenaamde hoogesehool. Men kent die welverzorgde paarden, op wier achterdeel de haren als ruitjes van een schaakbord gekamd zijn, de prachtpaarden, die stappen met hoog ge heven pooten en die dansen precies op maat en rhytme van de muziek, welke de kapel meester vanaf zijn hooge standplaats door het orkest laat blazen. Het is altyd een aan trekkelijk nummer en mej. Strassburger, die als het ware voortdurend met haar paard in gesprek is en het feilloos liet optreden, heeft veel tot het succes van den avond bijgedra gen. De fietsende acrobatenfamilie demon streert nog eens, dat er eigenlijk op alles gereden kan worden mits het maar rond is. Gewone stervelingen stappen af als ze een wiel kwijt zijn of het zadel inplaats van bovenop onderaan blijkt te zitten. Deze acrobaten merken daar allemaal niets van. Ze merken het misschien wel, maar ze trekken er zich niet het minste van aan. Ze ryden op fietsen, die onder het rijden ge demonteerd worden, zoodat er ten slotte nog maar een wiel overblijft, ze rijden op alle mogelijke wielen, hooge en lage en voorna melijk de vrouwelijke ster van het gezel schap heeft ons een kwartiertje lang alle wetten van de zwaartekracht doen vergeten. Dario-Bario en Co., wat zouden het an ders zijn dan clowns en wel allergeestigste clowns, de meest markante typen, die elk op zich zelf al hilariteit ontketenden en die in hun samenwerking de lachsalvo's door het circus lieten klinken. Dat zij bovendien uitstekende musici waren, hebben zij met de meest verschillende instrumenten bewe zen. Voornamelijk het hamer- en aambeeld- concert was origineel en viel ook in musi- caal opzicht te waardeeren. Olifanten. Men kent het binnenkomen van olifanten, groote, logge dieren, die slurfzwaaiend, iet wat nonchalant naar binnen stappen, Ko lossen, die meer dan twintig maal zwaarder zyn dan de dikste circusartist en die als goedige, uit hun kracht gegroeide kinderen allerlei spelletjes doen, waarvan men kan begrijpen, dat zij hen zelf maar matig in teresseeren. Olifanten op vier pooten, op twee pooten en zelfs op één poot, olifanten, die goedig achter elkaar sjokken en als kin deren, die elkaar niet verliezen willen, met de slurven eikaars staartjes vasthou den, die op comando „dood" liggen en op het volgende commando weer blijken te leven. Er bleken twee imitators onder te schui len. De een speelde voor Josephine Baker en voerde een soort bananendans uit De imitatie was kostelyk, hoewel deze Josephine niet bang behoefde te zyn, dat zij haar ba nanen-gordel zou verliezen. De tweede olifant stelde Charlie Chaplin voor. Het wandelstokje ontbrak niet en het hoedje evenmin. Zelfs de schoenen waren present, al zullen die van den echten Charlie wel een maat kleiner zyn geweest. Zoowel Josephine als Charlie hadden een daverend succes, dat door den correcten dresseur in ontvangst werd genomen. Een groote optocht van dieren, paarden, kameelen, olifanten en ponny's er was zelfs een buffel bij besloot het program ma en men had voor alle voorzichtigheid de leeuwen en tijgers maar in hun kooien ge laten. Het was een alleraardigste groep, die een waardig slot van dezen avond vormde. Het circus-orkest dat zich den gehee- len avond uitstekend weerde liet een slotmarsch hooren en de conferencier, die aan den middagvoorstelling voor de kinde ren herinnerde, dankte hoffelijk allen, die aan het welslagen van dezen avond door hun bezoek hadden medegewerkt. Het cricus Strassburger verdient inder daad belangstelling. Men ziet hier het beste van het beste, de artisten zijn uitstekend, de costuums schitterend, de dieren goed ver zorgd en door aller samenwerking zal ook heden en morgen een uitstekend programma worden geboden. CAFE-RESTAURANT UITGEBRAND. Groot aantal muziekinstrumenten verloren gegaan. In den afgeloopen nacht te omstreeks drie uur is door tot dusver onbekende oor zaak brand uitgebroken in het café-restau rant „Amicitia", gelegen aan de Wilhelmina- straat te Ginneken. Het twee verdiepingen hooge gebouw is geheel afgebrand. In het gebouw waren gevestigd de zang- vereen iging Ginnekens Mannenkoor, het dameskoor „T.O.G." en de harmonie „Con- cordia". Deze drie vereenigingen hielden in het gebouw hun repetities en gaven er hun uitvoeringen. Een aantal muziekinstrumen ten, muziekkasten en andere eigendommen van deze vereenigingen is verloren gegaan. Hiervan is niets verzekerd. De schade aan het gebouw wordt door verzekering gedekt. GE V A ARfjI JKE SPUIT APPARATEN. Vragen aan den minister. De heer Kupers (s.d.a.p.) heeft gevraagd aan den minister van sociale zaken: 1. Is het den minister bekend, dat in den laatsten tijd verschillende arbeiders het slachtoffer zyn geworden van ernstige on gelukken ten gevolge van het gebruik ma ken van spuitapparaten ter bestrijding van schadelijk ongedierte in den land- en tuin bouw? 2. Wil de minister mededeelen, waarom de nieuwe veiligheidswet (2 Juli 1934, staatsblad no. 352), op grond van welke wet tegen deze gevaarlijke wetktuigen zou kunnen worden opgetreden, nog steeds niet in werking is getreden? 3. Komt het den minister niet wensche- lijk voor, om in verband met de in vraag 1 vermelde ongelukken deze in werking tre ding thans zoo sooedig mogelijk te doen ge schieden? BOERDERIJ AFGEBRAND. Gisteravond te omstreeks zeven uur brak brand uit in de kapitale boerderij, bewoond door den landbouwer E. Hendriks en eigen dom van den heer van der Zanden te Dru- nen. In een ommezien stond het geheel* huis in lichter laaie. Van den inboedel kon men slechts weinig redden. De brandwee* was spoedig aanwezig, maar zy stond mach teloos tegenover de vuurzee. De boerderij k geheel uitgebrand. De schade wordt doof verzekering gedekt Men weet niet hoe het vuur is ontstaan. VEREENIGING TER BEVORDERING VAN DE BELANGEN DES BOEKHANDELS De nieuwe spelling. Heden is in Artis te Amsterdam de 119d* algemeene vergadering gehouden van de vereeniging ter bevordering van de belan gen des boekhandels. De voorzitter, de heer A. B. van Holkona, sprak daarbij een rede uit waaraan het vol gende is ontleend. Na een hartelijk wel komstwoord wees spr. er op, dat vele regle mentsherzieningen op de goedkeuring der leden staan te wachten, hetgeen naar be sluit der leden om de tien jaar moet gebeu ren. Spr. dankte reeds nu allen die het voor bereidend werk hebben verricht Verder stond spr. stil bij de nieuwe spel ling, die ons, aldus spr., en vele aanver wante vakgenooten dwars zit Meenden w(j verleden jaar, dat er maar niets gedaan moest worden en dat de tyd wel zou leeren wat er van de nieuwe spelling terecht zou komen, nu wy een jaar verder zyn, heeft de overtuiging meer en meer post gevat dat er nu ten spoedigste een definitieve be slissing genomen dient tè worden. Want vete uitgevers weten niet wat zy moeten doen, vele drukkers wachten op het fiat voor afdrukken van boeken, die reeds geheel te, proef zijn en vele schrijvers zitten met copieën, die niet uitgegeven kunnen wor den, voordat er een beslissing over de juiste spelling genomen is. Een ideaJe oplossing, die iedereen bevredigen zal, aal wel niet genomen kunnen worden, maar ik zou bij den minister in ieder geval op een zeer spoedige beslissing willen aandringen. Een andere zaak die in deze tijden weer duchtig opbloeit, is de vraag naar gratis boeken. Spr. bedoelt niet de vele z.g. recen sie-exemplaren die aangevraagd worden» maar al die liefdadigheidsinstellingen an bazars, die in alle mogelijke plaatsen ge houden worden en waarvan de commissie* of besturen maar denken, dat boeken te ieder geval en in iedere hoeveelheid graMs geleverd dienen te worden. Het zou belang rijk zyn eens na te gaan wat er ieder jaa gevraagd en helaas ook nog gegeven word alles ten nadeele van ons vak. De actie die opeens begon om op tijd schriften korting te eischen onder bedrei ging, dat anders de abonnementen gestaalijfc zouden worden, werd gelukkig, dank zij onze bindende bepalingen, direct verijdeld. Waar zou het heen gaan als de bibliotheken de korting kregen, die den boekhandel toe komt? Een huis zonder boeken is erger dan een huis zonder meubelen, werd onlangs gezegd, maar worden er ooit meubelen gratis gevraagd? Deze gratis-campagne is, zei spr., natuur lijk ook een gevolg van de crisis. Maar moe ten wij nog langer van een economische crisis spreken? Hierop ingaande meende spr. dat men nuchter, ernstig en werkzaam voorwaarts moet gaan. Wy moeten in het oog houden, dat het boek een blijvend iets is en dat de wereld zonder boeken niet zal kunnen be staan. Wij moeten daarbij bedenken, dat ons vak een by zonder mooi, maar ook een bijzonder gevoelig en teer vak is. Aan de deelnemers van het onlangs te Londen ge houden uitgeverscongres is het gebleken, hoe hoog men daar ons vak beschouwt. Niet alleen de eerste ministers, maar de koning zelf, onder wiens patronaat het congres ge houden werd, waren vol belangstelling voor het werk van hen, die in het boekbedrijf werkzaam zijn. Dit lichtend voorbeeld is ook voor ons een vingerwijzing, aei spr. en opende hiermede de algemeene vergade ring.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 5