Damcu&óek
m
iS
m
m
9
W.
.1fcfiaakeuèciek
1
u u u
m
1
TS
t
k
1»
<91
J2i
m
1
IJ* 1
m W
ia
Voor 100 jaar.
9
m
m
turn
-
9
m
r
wm
m
m
mm
Pm.
mm
11.
Uit ie Alhnaartche Courant
van 15 Augustus 1836.
Burgemeester en Wethouders der
Stad Alkmaar goedgevonden heb
bende den heer J. Schoehuizen aan
u stellen als beëdigd Makelaar
binnen hunne Stad, hebben noodig
geoordeeld daarvan een ieder, dien
Ijulks zoude kunnen aangaan, ken
nis te geven en denzelven Heer J.
Schoehuizen Van wien getrouwheid
en bekwaamheid, zij zich verzekerd
houden, aan het 'publiek aan te be
velen.
Alkmaar 9 Augustus
1836.
Burgemeester en Wethouderi
voornoemd,
Fontein Verschulr.
Ter Ordonnantie van Dezelven
De Dieu Fontein Verschulr.
Verdamming
van het met Zilver gemonteerd
fraai Dambord met Llvoor bewerkte
stukken, zal op Donderdag den
l8en Augustus 1836 eenen aanvang
nemen des morgens ten 10 ure.
P. A. Walraven.
langstelling voor de leening aan den dag
hebben gelegd. Het bedrag der inschrijvin
gen volgens de jongste opgave ca. frs. 3
milliard, wijst er echter wel op, dat men in
breede Fransche beleggingskringen toch
hiuverig is gebleven, om zijn geld aan de
Fransche schatkist toe te vertrouwen. Het
behoeft nauwelijks eenige verwondering te
baren, wanneer men leest met welke argu
menten de Fransche leidende politici het
publiek tot inschrijving op de leeninlg heb
ben trachten over te halen. In plaats van
op de soliditeit van deze belegging te wijzen
in verband me plannen ot saneering der
Fransdie staatsfinanciën werd in sommige
gevallen gedreigd met niets meer of min
der dan een staatsbankroet, voor het geval
de emissie niet mocht slagen. Veel begrip
voor de mentaliteit van den doorsnee-beleg
ger, wien het er om te doen is, om op een
zoo veilig mogelijke manier een behoorlijke
nnte te maken, toont een dergelijke „propa
ganda" niet.
De door de regeering ontworpen maatre
gelen tot steun van handel en industrie zijn
al even weinig geschikt, om het zoo zeer ge
schokte vertrouwen van beleggers in haar
financieel en monetgir beleid te herstellen,
aangezien zij een duidelijk inflationistiscb
karakter dragen. Het ligt nJ. in de bedoe
ling, om, teneinde handel en industrie door
de moeilijke periode van aanpassing aan de
nieuwe sociale wetten heen te helpen, voor
schotten te vertarekken ten bedrage van
maximum 12 der in het laatste jaar be
taalde loonen en salarisaen. De voorschotten
zullen wanneer tenminste de desbetref
fende wetsontwerpen worden aangenomen
verstrekt worden tegen onder-biljetten,
die de Bank van Frankrijk van de banken
zou moeten herdisconteeren, tot een maxi
mumbedrag van 3 X milliard francs. De
staat zou een garantie voor deze crediet-
transacties op zich te nemen Voor zoover
het de binnenlandsche handel en industrie
betreft, zal zij op deze voorschotten een
rente hebben te betalen, gelijk staande met
het officiële wisseldisconto. De exportin
dustrie zal echter nog speciale faciliteiten
genieten en slechts één percent rente per
jaar (volgens sommige berichten zelf3 een
half percent) behoeven te betalen op de
credieten, die voor den tijd van negen
maanden worden verstrekt, en die even
tueel verlengd kunnen worden. Verwacht
mag worden, dat handel en industrie in
ruime mate van de goedkoope credietfacib-
teiten gebruik zullen maken en dat de dis
conto-portefeuille der Bank van Frankrijk
derhalve met het bovengenoemde maximum
van Frs. 3X milliard zal aanzwellen, nog
afgezien van de bedragen, waarmede de
biljettencirculatie tengevolge van de andere
inflationistische regeeringsmaatregelen zal
gaan toenemen. De wijzigingen in de statu
ten van de Bank van Frankrijk en in de lei
ding dezer instelling, waarvan wij in een
vorig overzicht gewag maakten, vergemak
kelijken de Fransche regeering de door
voering van haar plannen, die bij de vroe
gere leiding der circulatiebank zeker op
Verzet zouden zijn gestuit.
De noteeringen van de Fransche staats
fondsen weerspiegelen wel duidelijk de be
zorgdheid, die ten aanzien van de verdere
ontwikkeling van de financieels en mone
taire positie van Frankrijk heerscht De op
<1® Amsterdamsche beurs genoteerde 4 X
Fransche schatkistbiljetten zijn gedaald tot
86 4 66 pCt en de Fransche spoorweglee-
hingen hebben een naar verhouding nog la-
geren koersstand bereikt.
Het slechtst zijn de obligatiën der Spoor
wegen van Elzar-Lotharingen er aan toe,
hoewel deze dezelfde indirecte staats
garantie genieten als de andere Fransche
spoorwegen. De 4 pCt. spoorwegleening El-
zas-Lotharingen noteert slechts circa 50
de 5 pCt. dito circa 66 pCt
De betrekkelijk lage stand van de spoor-
wegleeningen houdt vermoedelijk verband
met de vrees, dat tengevolge van de nieuwe
regeer in gsconstellatie wel eens wijziging zou
kunnen worden gebracht in de financieele
verhouding tusschen de Fransche regeering
en de spoorwegen, die voor obligatiehouders
minder aangename gevolgen zou kunnen
hebben. Tot dusverre worden de rente- en
aflossing, rplichtingen der spoorwegen
betaald un -t z.g. „fonds commun", het ge-
meenschapp. ke spoorweg-„potje", waar-
de spoorwegen, die overschotten op hun
exploitatie hebben, deze storten, terwijl ver-
lesgevende lijnen hieruit voor hun verplich-
e betalingen, kunnen putten. De indirecte
garantie van den Staat nu bestaat hierin,
deze op zich heeft genomen, de tekorten
van het „fonds commun" aan te vullen. Bij
vroegere gelegenheden, toen de beteekenis
van de indirecte staatsgarantie in twijfel
was getrokken, heeft de regeering herhaal
delijk voor obligatiehouders geruststellende
verklaringen afgelegd. Het is echter een
open vraag, welke houding de nieuwe
machthebbers in dit opzicht zullen aanne
men. Van plannen omtrent een naasting der
Fransche spoorwegen heeft men weliswaar
nog niets vernomen, maar dit beteekent
niet, dat zij te eeniger tijd niet aan de orde
zullen worden gesteld. Welke offers alsdan
van obligatiehoudera geëischt zullen wor
den, kan men moeilijk voorspellen.
De Nederlandsche beleggingsmarkt, die
de vorige week eenige weifeling aan den
dag had gelegd, heeft sindsdien weder een
vaster aanzien verkregen. Vooral in 4 pCt.
staatsleeningen ging nog al wat dm, tegen
oploopende koersen, waarbij geruchten de
rondte deden omtrent een op handen zijnde
nieuwe staatsleening. Het lijkt weinig waar
schijnlijk dat de regeering hiertoe, midden
in het vacantieseizoen, zal overgaan. Aan
den anderen kant echter kan men zich voor
stellen dat zij gebruik zal willen maken van
de gunstige tendenz der obligatiemarkt
door b.v. in het begin van de volgende
maand met een leening te komen, wanneer
tenminste in den tusachentijd het getij niet
weer verloopen is. Het is vroeger wel eenige
keeren gebeurd dat de regeering, in de
hoop, nog gunstiger» voorwaarden te kun
nen bedingen, te lang gewacht en daardoor
het goede oogenblik verzuimd heeft Volko
men rfjp voor de uitgifte van een groote
staatsleening naar verluidt zou deze 100
millioen bedragen schijnt de markt thans
echter nog niet te zijn en een uitstel van
eenige weken lijkt dan ook wel gewettigd.
Op de pandbriefmarkt viel hier en daar
een lichte teruggang te constateeren. maar
in het algemeen heeft het koersherstel er
toch verdere vorderingen gemaakt. Een tee-
ken van terugkeer van het vertrouwen op
de hpotheekmarkt, nu het Vaste Lasten-ont-
werp van de baan is en de kans, dat de re
geering nog eens zal trachten, een rentever
laging te forceeren, uiterst gering moet wor
den geacht. Voor de leeningen der Neder
landsche spoorwegen blijgt de grondstem
ming eveneens gunstig. Toch zijn de notee
ringen, rekening houdend met de verhoo
ging der hoofdsom op grond van de conver
sie-voorstellen, nog lager dan de 3 pCt.
staatsleeningen waarmede zij aannemend
dat het wetsontwerp in zijn huidigen vorm
zal worden aangenomen, feitelijk gelijkge
steld kunnen worden.
Op de aandeelenmarkt was het koersver
loop vrij afwisselend; vooral cultuurwaar
den vertoonden tamelijk scherpe ups en
downs. Rubberaandeelen waren aanvanke
lijk nog wat hooger, maar liepen daarop in
koers terug, in sympathie met de weifelen
de stemming op de rubbermarkt te Londen.
Deze laatste verkeerde onder den invloed
van geruchten, volgens welke het Interna
tionale Restrictie-Comité in zijn eind Sep
tember plaats vindende bijeenkomst het uit-
voerpercentage voor het resteerende deel
van dit jaar alsnog zou willen verhoogen.
Naar men weet, is het percentage der stand
aardproductie, dat mag worden geëxpor
teerd, voor de tweede helft wan dit jaar
reeds met 5 pCt tot 63 pCt. verhoogd. Het
Comité heeft echter de bevoegdheid, oip
tusschentijds nieuwe beslissingen te ne
men.
De desbetreffende gerechten vinden ver
moedelijk hun oorsprong in het feit, dat het
ondanks de reeds toegestane verhooging
niet gelukt is, den uitvoer van bevolkings
rubber van Ned-Indië in Juli binnen het
toegestane quotum te houden. Er is in deze
maand aan bevolkingsrubber meer dan
18.000 ton geëxporteerd, terwijl het toege
stane quotum slechts ruim 13.000 ton be
draagt In de eerste zeven maanden van dit
jaar bedroeg de export van inlandsche rub
ber bijna 5000 ton meer dan hij had mogen
bedragen.
De belangrijke overschrijding van het
quotum in Juli is des te teleurstellender,
omdat men gehoopt had, den export door
de herhaalde verhoog mg van de uitvoerhef-
fing eindelijk onder controle te hebben ge
kregen. Met ingang van 2 Aug. is het uit
voerrecht, voor de vierde maal sinds 20 Mei,
opnieuw met 1 verhoogd, zoodat het thans
37 per 100 K.G. bedraagt. De winstmarge
is daardoor aanmerkelijk kleiner geworden,
maar dit schijnt in zooverre een averecht-
sche uitwerking te hebben, dat de inlanders,
die vaak van de opbrengst van hun rubber-
aanplant moeten leven, hierdoor juist aan
gespoord worden, de productie op te voeren,
om door vergrooting der hoeveelheid de
vermindering in de opbrengst goed te ma
ken. Vermoedelijk zal eerst door invoering
van individueel» restrictie der bevolkings-
aanplantingen, die in het begin van het vol
gend jaar zal ingaan, een meer doeltreffen
de controle op de inlandsche rubberproduc
tie kunnen worden verkregen.
Van suikeraandeelen traden H.V.A.'s aan
vankelijk weer op den voorgrond, op het
gerucht, dat de Mij. dezer dagen een gun
stig verkoopcontract voor palmolie zou
hebben afgesloten. De publicatie van aan
merkelijk lagere verkoopmezen der N.I.V.
A.S., die de geheele suikerafdeeling ongun
stig beïnvloedde, deed ook de belangstelling
voor H.V.A.'» verminderen. De N.I.V.A.S.
(de suikerverkooporganisatie op Java) is
blijkbaar teruggekomen op het systeem van
vaststelling van limites, dat het nadeel met
zich bracht, dat men vaak achter de markt
aanliep. Zü verkoopt thans tegen de prijzen,
die op het oogenblik van afsluiting te ma
ken zijn. In den loop der laatste maanden
blijken de prijzen gestadig verder te zijn ge
daald; de thans opgegeven prijzen zijn voor
alle bestemmingen circa 40 tot 50 cent per
100 K.G. lager dan die, welke eenige maan
den geleden bekend waren geworden. Voor
dc financieele resultaten van de suikermaat-
schappijen in het loopende jaar opent dit
geen fraaie perspectieven.
Aandeelen Koninklijke Petroleum waren
goed prijshoudend, in sympathie met Ameri-
kaansche olie-shares, die gunstig beïnvloed
werden door hoogere dividenduitkeeringen
en door bevredigende berichten omtrent de
petroleumsituatie In de Ver. Staten. Gemeld
wordt, dat de vraag naar ruwe olij er in
het eerste halfjaar grooter is geweest dan in
eenige overeenkomende periode van een
voorafgaand jaar. De prijzen van ruwe olie
aan de bron en die van benzine aan de raf
finaderijen waren de hoogste sedert 1930
Zoo bedroeg de gemiddelde verkoopprijs
van ruwe olie in het Oklahoma-Kansas-dis-
trict 104 per vat tegen 0.96 per vat in
1935.
De gemiddelde verkoopprijs jn 1930 was
1.13 per vat. B^zine werd door de Okla-
homa en Noord-Texas-fabrieken verkocht
voor 6.1 cent» per gallon tegen 4.9 cents in
1935 en 6.6 cents in 1930. Een gunstig ver
schijnsel ia het ook, dat de voorraden ruwe
olie de laagste zijn sinds Juni 1926.
Induatrieele aandeelen zijn weinig in
koers veranderd. Philipe' trokken iets aan.
dank zij de toeneming van den export van
radio-artikelen en gloeilampen in Juli, die
resp. 2.25 en 0.45 millioen bedroegen te
gen 2.18 en 0.32 millioen in Juni. Ook
Aku's werden gunstig beïnvloed door de
stijging van den uitvoer van kunstzijde-ga
rens in Juli tot 648 ton ter waarde van 1.08
millioen, tegen 538 ton ad 0.90 millioen in
Juni. De doorsnee prijs van deze geëxpor
teerde garens bleef echter laag; hij bedroeg
1.67 per K.G. tegen 1.78 in Januari j.1.
Tabaksaandeelen keerden, na onbeteeken-
de fluctuaties, vrijwel op hun uitgangspunt
terug. Van scheepvaartwaarden waren Hol-
land-Amerika-lijn opnieuw hooger, evenals
Kon. Paketvaart. Ned. Scheepvaart Unie
waren fractioneel lager.
Hieronder volgt een overzicht van het
koersverloop:
4 pCt. Nederland 98 7/8, 99 5/16;
3# pCt. Nederland 94 3/8, 95, 94 3/4;
4 pCt Ned.-Indië 97 1/4, 97 7/8;
4 pCt 's-Gravenhage 98X, 981/8;
4 pCt. Zwolle 97)4, 98 1/8;
4X pCt Alg. Fr. Hyp. Bk. 93 1/4, 94;
4% pCt. N.V, Veend. 99, 99 3/4;
4X pCt. Overijaa. Hyp. Bank 79. 81;
4)4 pCt. Utr. Hyp. A.B. 92 3/4, 93 3/8, 92;
Amsterdam-Rubber 145, 147, 142#, 144 X;
Oost aJva Rubber 1161/4, 114%;
Handelsver. „Amsterdam" 285 3/4, 291 3/4,
283;
Javaache Cultuur 126, 118;
Kon. Petroleum 280, 283 1/4;
Philipa 159 X, 158%, 161, 159;
Unilever 118, 119 3/4, 1191/8;
Aku 24 3/4, 26 3/8, 231/8;
Deli Batavia Mij. 190 3/4, 190;
Senembah 2281/4, 231, 226)4;
Holland-Amerika Lijn 62, 67;
Kon. Paketvaart 103)4. 105, 104 7/8.
Hitier, door Konrad Heiden. Uitgevers-
maatschappij Contact te Amsterdam.
Het ia te begrijpen, dat een werk van
bijna vierhonderd bladzijden een biografie
ia, waarin de schrijver niet alleen zijn
hoofdfiguur in 't scherpe licht der publici
teit zet, maar bovendien velen, die om en
naast hem hun taak vervullen. En waar
al deze menschan leidende figuren zijn van
een beweging, welker onder dictatoriale
macht in ooaan nabuurstaat Duitse hl and
een totalen ommekeer van toestanden
heeft gebracht, daar is het te begrijpen,
dat dit werk vaa? Heiden een zeer interes
sante studie is gewerden Hjj laat zfjn zoek
licht allereerst oR Hitier vallen, hfj be
schrijft ook de omgeving waarin de dicta
tor geboren is, de politieke machten welke
het leven van deie eenvoudige Oostenrij
kers beroerden. Hij teekent de jeugd van
den zonderlingen knaap, hij schetst hem
als een jongen, die aich vaak afzijdig hield
en in een eigen godachtenwereldje scheen
te leven. Hij beschrijft de armoede waar
mee de jonge Hitier te kampen had na den
dood van zijn moeder en vertelt, dat de
wereldoorlog een uitkomst was omdat de
jongen daardoor kans kreeg zich een le
vensweg te zoeken. Waarom vraagt hij
is deze merkwaardige figuur in den
oorlog nooit bevorderd? Waarom bracht
deze man, die zoo groote gaven zou bezit
ten, het nooit verder dan gewoon soldaat
en zou hij zelfs nimmer opgemerkt zijn als
hij later niet van tijd en omstandigheden
geprofiteerd had om zich naar de voorste
rijen der burgerlijke machthebbers te
dringen? Zeer uitvoerig gaat hij de bele
venissen van Hitier en later ook van diens
bondgenooten en vijanden na en wat dit
alles betreft geeft het boek een kostbaar
stuk Duitsche geschiedenis. Het privé-
leven van den Führer wordt zelfs in zijn
verhouding tot vrouwen onder het licht
genomen. De jaren vóór deze merkwaardi
ge figuur, die het. tot de hoogste macht in
Duitschland bracht, zijn in dit boek zeer
uitvoerig beschreven en Heiden geeft
scherp weer hoe zij, die naar de macht
streefden, elkander vaak het succes mis
gunden. In een wereld van verraad, van
omkooperjj en strijd om de hoogste posten
weet Hitier, gesteund door enkele getrou
wen zich omhoog te werken en eindelijk
de antipathie van Hindenburg te overwin
nen. Het boek beschrijft ten slotte de
groote „opruiming" welke de Führer heeft
gehouden onder zoovelen van hen, die hem
vroeger aan de macht hadden geholpen.
Röhm en Heines worden in Bad Wiesse
persoonlijk door Hitier gearresteerd. Karl
Ernst, Strasser, Klausener, Edgar Jung,
Von Bose en nog zoo vele anderen moesten
sterven omdat de geheime staatspolitie
hen gevaarlijk voor de macht van den
Führer oordeelde en slechts Von Papen
ontkomt als door een wonder aan de al-
gemeene slachtpartij. Als een rechter
zonder genade teekent de schrijver daar
bij de figuur van Göring en geeft ook ka
rakterschetsen van mannen als Goebbels
en Julius Streicher. Tot het midden van
Februari 1936, zegt hij, heeft het regiem
9 politieke tegenstanders laten onthoofden,
11 veroordeelden wachten nog op hun
dood en het aantal vrijheidsstraffen tegen
politieke tegenstanders wordt op niet min
der dan 23.000 geschat. Heiden gaat den
Rijksdagbrand in enkele zinnen voorbü,
maar uitvoerig geeft hij de gruwelen in de
kerkers weer en beschrijft het bloedbad na
de terechtstelling van Röhm.
De held van dit boek, zoo heeft hij al in
zijn voorwoord gezegd, is noch een Über
mensch, noch een marionet, maar een zeer
belangwekkend tijdgenoot, die grooter
menschenmassa's in beroering gebracht
heeft dan iemand vóór hem en het schijnt
wel aan de bijzondere magnetische kracht
van deze persoonlijkheid te liggen, dat het
oordeel over hem telkens op de een of an
dere wyze wordt vertroebeld. Wij kennen,
zegt hij, in de geschiedenis het begrip der
waardelooze grootheid. Zy drukt vaak die
pe sporen in de menschheid, maar het zijn
niet de voren waarin zaad ontkiemt. Dat
wijst er al op, dat de schrijver geen be
wonderaar van Hitier, noch van het Nati
onaal Socialisme is en dat blijkt trouwens
ook uit den ondertitel van zijn boek „de
triomf der onverantwoordelijkheid." Het
is de geschiedenis van het Duitschland van
de laatste jaren, maar het is allerminst de
historie zooals die de jeugd thans op de
Duitsche scholen wordt ingeprent. Het is
een veroordeeling van den Führer, die als
een tweeslachtig man wordt geteekend, en
van zijn stelsel en de schrijver, die wel zoo
verstandig zal zijn buiten de Duitsche
grenzen te blijven, heeft den toeschouwers
veel aangewezen wat hen van beiden
slechts afkeerig zal kunnen maken.
En toch, bij het uitstallen van zijn om
vangrijk feitenmateriaal teekent hij den
Führer niet steeds als de machtswelluste
ling, die alles aan zichzelf ten offer doet
vallen, vaak zijn het de bijfiguren, die als
de oorzaken van laakbare daden worden
aangewezen, hier en daar zelfs neemt hij
den man, wiens psychologische gesteldheid
hij beschrijft, tegen al te doorzichtige aan
vallen in bescherming.
Zoo is dit boek geworden een geschied
kundig décor, dat een passenden achter
grond vormt voor de hoofdfiguur uit dit
merkwaardige tydperk, Adolf Hitier, de
man van het heden, maar de man wien
vooi speld wordt, dat de Duitsche jeugd
voor den Nationaal Socialistischen staat
geen spes patriae is maar het meest drei
gende gevaar zal wo*den.
Van Texel tot Walcheren, eveneens bij de
Uitgevery Contact te Amsterdam versche
nen is het eerste deel van een serie, welke
de schoonheid van ons land zal beschrij
ven. Viruly bespreekt daarin onze kust en
doet uitkomen, dat, waar hij ook in de
wereld ia, de Hollander altijd weer naar
zijn kust verlangt die door alles wat er
op en btjbehoort een ondefinieerbare beko
ring heeft. Jan P. Strijbos behandelt na
tuurlijk hoofdzakelijk de duinvorming, de
aanplanting, de flora en alles wat daar
mede in verband staat en last but not
least de vogelwereld, welke in het duin
gebied een zeer omvangrijke en merkwaar
dige is. De heer D. L. Daalder bespreekt
de oude gebruiken van Texel tot Schouwen
en beschouwt het kustgebied dus in zeke
ren zin uit folkloristisch oogpunt. Waar hij
zelf van Texel komt en jeugdherinnerin
gen geeft, is er natuurlijk over dat eiland
al een massa wetenswaardigs te vertellen,
meer ook de andere kustgebieden worden
niet vergeten. Uit „Mei" van Gorter is door
de samenstellers van dit album nog een
toespaaselijk citaat overgenomen en Prof.
Dr. G. A. van Poelje, aecretaris-generaal
van het Dep. van Onderwijs. Kunsten en
Wetenschappen, heeft voor dit alles een
voorwoord geschreven waarin hij oa
zegt, dat men lot het duin meet komen
langs ruime, achoone wegen en niet door
de volgebouwde straten van een door den
vloek der lintbebouwing ontluisterd land
schap. Wat dit album evenwel zijn groote
bekoring geeft is de schat van fotografi
sche opnamen, van duin en strand, van
water en bloemen, van vogels en planten,
ven alles wat met zee en zand in verband
staat. Van Texel tot Walcheren wordt de
schoonheid van onze duinkust ons getoond
in tal van fraaie foto's van de kust, het
landschap, de badplaatsen en de typische
kleederdrachten van mannen en vrouwen,
die aan en op de zee hun dagelijksch brood
verdienen.
De schoonheid van ons land is in dit
eerste deel der beloofde serie reeds duide
lijk naar voren gekomen.
Tj.
Aan de Dammers!
In onze vorige rubriek gaven wij ter
oplossing probleem 1449.
Stand.
Zw. 13 sch. op: 3, 8/12, 14, 19, 20, 21,
25, 26, 27.
W. 13 sch. op; 28, 30, 34/39, 41, 43, 45,
46. 48.
Oplossing.
1. 28—23 1. 1928
2. 39—33 2. 2839
3. 48—42 3. 39 48
4. 38—32 4. 27 47
5. 45—40 5. 48 :31
6. 36 18 6. 47 13
7. 30—24 7. 13 :39
8. 40—34 8. 39 30
9. 352!
Uit de partij.
De volgende eindstand ia uit een ge
speelde partij.
Zw. 4 sch. op: 10, 14, 15, 37, dam op 46.
W. 3 sch. op: 24, 25, 30, dam op 45.
Zwart hoopte, dat wit hier zou vervolgen
met 2520 (zw. 14 34) wit 45 5 omdat
hy dan had laten volgen 4641 (wit 24
19) zw. 1520 (wit 510) zw. 2024
(wit 19 30) zw. 41—46 (wit 10 41) zw.
46 35.
Ook het volgend» ia uit de
party
Zw. 9 ach. op: 7, 8, 12, 17, 19, 22, 24,
25, 29.
W. 9 ach. op: 16, 31, 22, 33, 37/40, 44.
'Hoevele spelers zouden er zijn dia direct
voor 't bord zagen dat zij hier niet 32—27
mogen spelen? 'tls betrekkelijk eenvoudig
maar voor de hand ligt het niet. Als wit
in dezen stand 32—27 speelt, volgt van
zwart 19—23! wit 27:18, zw. 29—34'!
wit 39 28 (gedwongen drieslag) en «wart
12:411!
Probleem 1450 van Maurice (Canada)
1
iÜ
1
tn-
*8
1
4
1
m
Zw. 9 sch. op: 7, 8, 9, 11, 13, 15, 18, 19,
20 en dam op 26.
W. 11 sch op: 27, 28, 29, 31, 32, 34, 39,
43, 44, 45, 48.
In onze volgende kubriek geven wy de
oplossing.
De oplossing van het probleem ven
Eiche zal lk de volgende maal behandelen.
J. A. Schiffmann.
Pewarta Soerabaja 1918.
Ie prija.
l i h
Wit begint en geeft mat in twee zetten.
Wit: Kh4, Dc8, Td6 en g3, La6 en h8,
Pd5 en f4, pi e5, f2 en g5.
Zwart: Kd4, Tc3 en e3, Pfl, en h7, pi c4,
c2, e2 en g6.
We geven nu het woord weer aan Ma-
roezye die in den wedstrijd Karlabad 1929
de volgende fraaie party speelde.
Maroczy-Gilg.
L
e4
c5
2.
Pf3
Pc6
3.
d4
cd4:
4.
Pd4:
Pf6
5.
Pc3
e6
6.
Le2
a6
Zwart stelt Le7 uit.
7.
a3
Dc7
Wit wil nu Lb4 voorkomen, daar hy
zelf niet Ld2, maar Le3 wil spelen.
8.
9.
10.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
19.
20.
V
0—0 Le7
Khl 0—0
f4 d6
We komen op de bekende paden. Ook
b5 kon hier.
Lf3 Tb8
Na b5 zou nu Pc6:, Dc6: an e5 volgen,
Pde2 b5
g4 Pd7
Ziehier een vernieuwing: de g-pion
doet ook mee.
Pg3 Lb7
Lg2 Tbd8
Om in het centrum een tegenaanval te
beginnen. Maar zwart komt te laat.
g5 d5
ed5: Pb6
Geestig, maar dat kan wit ookt
f5 Pd5:
Pd5: ed5:
Na f5 kan Td6 niet meer, Lg2 doet
ook mee.
f6 Ld6
N wordt het een drama.
21. fg7: Tfe8
22.
23.
24.
25.
26.
27.
28.
29.
30.
31.
Kg7r. Ph5f. Kh8. Pf6, L#5, Lf4! Lf4:,
Dh51
Le5
Lf4:
Te6
Tf6*
Na Kg7: volgt Dh5!
Tf6: d4
De2 Pe5
Lb7:, Db7:f en zwart redt bat paard.
Tafl Lg2:f
Dg2: Kg7:
Ph5
Lf4
Tf4:
Pf6f
De4 d3
cd3: Opgegeven.
Na Pd3: ia Tf7:f, Df7:, Tf7:f, Kf7:,
Dh7:f doodelijk.
Dr. P. FEENSTRA KUIP BR.